dat daarvan voortaan zou worden afgewe
ken heeft, voorzoover wij weten, niet plaats
gehad; enkel is in de Duitsche Nota van 16
Februari aan Amerika gezinspeeld op de
mogelijkheid dat bij de uitlegging van het
begrip contrabande welke de Engelsche re
geering tegenover Duitschland had aange
nomen, de Duitsche regeering- deze uitbrei-
c ng ook tegenover Engeland zou toepas
sen.
Naar men verneemt hadden de beide Ne-
deriandsche stoomschepen levensmiddelen
aan boord, welke, indien niet voor het En
gelsche leger of het burgerlijk bestuur van
Engeland bestemd, niet onder het begrip
contrabende vallen. Toch moeten zij onder
dit vermoeden naar Zeeftrugge zijn opge
bracht met de houding door de Duitsche
marine, ook na IS Februari, tegenover de
neutrale scheepvaart aangenomen, laat zich
de veronderstelling eener volslagen wille
keur niet rijmen.
Te Treemder doet daarom het bericht aan
dat de bemanning der beid x schepen is „vrij
gelaten", het schip evenwel ..vastgehouden"
met de zieh aan boord bevindende scheeps
officieren. Immers het neutrale schip en zijn
geheele bemanning zijn na de contrabande
gelost te hebben, naar recht en regel vrij.
Maar waarom, indien het enkel de bedoeling
mocht zijn de veronderstelde contrabande te
lossen, heeft dan de bemanning dit nic-t al-
gewacht, doch het schip verlaten en zich naar
huis begeven? Slechts blokkade-breuk, waar
van hier geen sprake is. zou het nemen van
het neutrale .chip wettigen.
,,Zoo dienen wel nadere bijzonderheden te
worden afgewacht merkt de N. Ct. ten
slotte op alvorens conclusies te trekken
omtrent hetgeen twee onzer schepen van
vaste lijnen met onverdachte reputatie is
aangedaan. Het geval toch zou ernst:g zijn,
indien men moest aannemen dat aan de aan
gehouden schepen niet terstond na het los
sen van de vermeende contrabande hun vrij
heid zou worden hergeven."
Berichten
De Staatscourant van Diiisdög 23 Maart
bevat o.a. de volgendie K> besluiten:
benoemd tot eerelid van het Nederlandse he
Roode Kruis J. de Waal, oud-luitenant-gene-
raal der artillerie te Den Haag en jhr. O. J.
A. Repelaer van Drid, administrateur van iet
kroondomein te Den Haag;
benoemd tot directeur v- .1 het post- en tele
graafkantoor te Geertruidenbcrg A. F. F.
Duynstee, commies der posterijen en telegra
fie le klasse; idem te Schijndel C. Hutten,
thans commies-titulair der nostcii en en
grafie;
tot officier van gezondheid 2e klasse bij het
Ned.-Indische leger de arts A. Kits van Heij-
öingen;
eervol ontslagen de ambtenaar toegevoegd
aan den inspecteur van het Middelbaar On
derwijs belast net het toezicht 0^ de burger
avondscholen, ambachtsscholen, teekenscho-
len en verdere vakscholen jhr. J. Quarles van
Ufford, benoemd tot burgemeester van "Wor
kman.
op zijn verzoek, met ingang van 1 Mei 1915,
eervol ontslag verleend uit zijne betrekking van
lid, tevens voorzitter van den voogdijraad te
Alkmaar, aan E. M. van Soest
benoemd tot adjunct-commies bij het Depar
tement van Financiën, met ingang van 1 April
1915, W. Leder en mejuffrouw J. A. Isbrucker,
beiden thans klerk bij voormeld Departement;
bevorderd tot adjunct-commies bij het De
partement van Waterstaat, met ingang van 1
April 1915, H- Goedhart, thans klerk.
HetKoninklijk bezoek aan de
hoofdstad. Volgens het HblcL heeft H. M.
de Koningin het voornemen bij Haar aan
staand bezoek eenige dagen wellicht vijf
in de hoofdstad te vertoeven. H. M. komt
"Woensdag 24 Maart te 10 u. 40 aan het "en-
traal-Station aan.
Z. K. H. de Prins is voornemens Woens
dagavond a.s. van uit Amsterdam te Haar
lem eene vereenigde vergadering van de bel
de comité's van het Nederlandsche Roode
Kruis te Haarlem en omgeving bij te wonen.
In die vergadering zal door den gepen
sioneerden generaal-majoor van die infanterie
W. Hingman eene lezing gehouden worden
over bet Nederfandsdhe Roode Kruis in den
oorlog van 18701871.
Het consulaat-generaal van
Brazilië te Rotterdam, waarvan aan het
hoofd stond dc consul-generaaL de heer J.
Carneiro de Menado?a, die echter wegens ziek
te naar Rio de Janeiro is teruggekeerd, wordt
verplaatst naar Amsterdam.
Tot consul-generaal aldaar is thans bei-
noemd dr. Neves Gonzaga Filko, die daartoe
van Yokohama is overgeplaatst.
Te Rotterdam zal voortaan een vice-consu-
laat van Brazilië gevestigd ziin en tot vice-con
sul aldaar en benoemd de heer Maris Costa.
De beide nieuwbenoemden behooren tot het
corps beroeps-consul-A vertegenwoordigers.
De nieuwbenoemde raadsheer in den
Hoogen Raad, rar. L. E. Visser, nam gisteren
voor het eerst in de zitting van de Straf
kamer van den Hoogen Raad aan de werk
zaamheden van dit college deel.
Verpleger H enken. Omtrent den
Zaterdag begraven broeder Heuken. wordt ons
medegedeeld, dat hem h.f besluit van de
vergadering van het Nederlandsche Roode
Kruis van 19 Maart, was toegekend gewor
den de medaille van verdienste wan het Roode
Kruis, voor al den arbeid welken hij in dienst
van bet Roode Kruis verricht heeft.
Ook dient nog herinnerd, dat broeder Heu
ken, verleden jaar door hit Servische Roode
Kruis werd onderscheiden
Nederland en de oorlog.
Dc nieuwe Duitsche gezant.
De Times schrijft omtrent den heer von
Kühlmann. die den Duitschen gezant von MöV»
Ier. te 'sGravenhage zal vervangen:
De heer von Kühknanp was arailang lega-
tieraad te Londen. Hij was een intelligente
harde werker, dae geen moeite spaarde om
in cn door de bladen, waarop hij invloed kon
oefenen, en door financieel e en maatschap
pelijke r eb ties, de opvatting te doen versprei
den, dat Duitschland niets zoo vurig verlang,
dj dan vriendschappelijke betrekkingen met
Engeland. Dc Times meukt op dal deze pro
paganda succes had en dat de vermindering
van hot Britsche wantrouwen jegens Duitsch-
tands plannen, vooral liöt werk was van den
hear Kühlmann. Enkele uren voor de oorlogs
verklaring lanceerde hij nog con communiqué
in de bladen, waarin werd gezegd dat neuKra-
lii'teit de beste politiek van Engeland was.
Van Londen ging de heer Kühlmann naai'
Stockholm waar hij, altijd volgens de Times,
een anti-Russische campagne in de pers aan
wakkerde en vervolgons naai- Konstantinopel,
waar sedert zij.n aankomst do pro-Duitsche
gevoelens in de Turksche pers zeer veel ster
ker werden.
Fransche sympathie voor
Nederlanders.
Het Journal des Débats bevat een artikel,
waarin het zijn grootc sympathie voor Ne
derland uitspreekt. Het artikel eindigt aldus:
In deze bloedige maanden heeft zieh tusschen
de Nederlanders en ons een band gevormd,
waarvan wij de waarde gevoelen en wij zullen
alles doen om hem nauwer aan te halen.
N. R. Ct.
Staatsleening 1914. De minister
van Financiën maakt bekend, dat op de Staats
leening 1914 t./m 20 Maart j.L was gestort een
bedrag van f 267.621.600.
De Indische leening. Van welin
gelichte zijde vernemen wij, dat de geslaagde
Indische leening zich kenmerkt door het
groote aantal inschrijvingen tot kleine bedra
gen, zoowel in Indue als hier te lande, het
geen er op wijst dat men er prijs op heeft
gesteld het fonds ten deze werkelijk te be
zitten als geldbeleggingsmiddel en niet heeft
ingeschreven met verhandelingsdoeleinden.
Intrekking zilverbons van f 5.
De Staatscourant van heden behelst
het besluit tot intrekking der zilverbons van
f 5, en wel met ingang van Donderdag 25
Maart. De gelegenheid tot inwisseling van
deze bons, waarvan nog slechts een gering be
drag in omloop is, zal open staan tot en met
Zaterdag 3 April aan de kantoren van be
taalmeesters. ontvangers der directe belastin
gen en de postkantoren (ook bijkantoren, doch
geen hulpkantoren). Ofschoon zulks nog niet
met zekerheid kan worden gezegd, zal wel
licht na *3 April de gelegenheid tot inwisseling
niet geheel uitgesloten zijn. in elk geval maar
toch beperkt zijn tot het agentschap van het
ministerie van Financiën te Amsterdam.
Na 28 Maart behoeft niemand de zilverbons
van f 5 meer aan te nemen (behalve dan de
bovengenoemde wisselkantoren; 3 April zal
uit den aard der zaak ook niemand ze mee.r
aannemen. Men onderzoeke dus terstond zijn
kas en eventucele afzonderF'ke spaarpotjes en
-kastjes en geve de zich daarin bevindende
zilverbons van 5 ten spoedigste uit of brenge
ze naar een wisselkantoor.
Diplomatieke bescheiden.
De minister van Buitenlandsche Zaken
heeft aan de Tweede Kamer doen toekomen
een mededeeling, welke zich aansluit bij de
verzameling diplomatieke bescheiden betref
fende de vaart in de Noordzee en het Kanaal
in verband met den oorlogstoestand, den 18en
Februari door den minister overgelegd.
De minister herinnert er allereerst aan, dat
od 4 Februari j.L aan de Biïtsclie en Fransche
regeering de maatregelen, door de Duitsche
regeering op 4 Februari j.l. aangekondigd,
aanleiding hebben gegeven tot tegenmaatre
gelen. Het voornemen daarvan gaven zij te
kennen bij schriftelijke verklaringen, op 1
dezer door haar gezanten aan den minister
overhandigd. De gezanten gaven hem eenige
dagen later uit naam hunner regeeringen de
verzekering, dat bij de toepassing dier maat
regelen in ruime mate rekening zou worden
gehouden met de belangen van Nederland en
zijn overzeesche bezittingen.
De juiste strekking der maatregelen werd
aangegeven in een „Order in Council" en een
..Decreet", welke op 16 dezer door genoem
de gezanten ter kennis van onzen minister van
Buitenlandsche Zaken werden gebracht. Deze
tegenmaatregelen treffen het vervoer over zee
van goederen, die helzii bestemd zijn voor
vijandelijk gebied, hetzij eigendom zijn van
onderdanen van den vijand, hetzij afkomstig
ziin van vijandelijk gebied.
Zij zijn zegt de minister in strijd met
het bij de Verklaring van Parijs*van 16 April
1856 vastgesteld en sedert zonder uitzonde
ring inachtgenomen beginsel, volgens hetwelk
goederen, toebehoorende aan onzijdige of
vijandelijke onderdanen, met uitzondering van
oorlogscontrabande, onschendbaar zijn onder
onzijdige vlag. Die onschendbaarheid toch
brengt mede, dat een oorlogvoerende mogend
heid, na door uitoefening van 't recht van on
derzoek te hebben vastgesteld, dat een onzij
dig Schip noch contrabandegoederen vervoert,
noch op eenigen anderen erkenden volken
rechtelijken grond kan worden opgebracht,
verplicht is dat schip ongehinderd zijn reis
te laten vervolgen en de goederen ongemoeid
te laten.
Nopens den tekst van den Britschen Order
in Council en het Fransche Decreet merkt
de minister op. dat, hoewel beide dezelfde be
doeling verwezenlijken, de vastgestelde rege
len niet gelijkluidend zijn. Dat verschil hangt
samen met de meerdere vrijheid van hande
len, welke bij de opstelling van Britsche voor
schriften aan den rechter die ze moet toepas
sen pleegt te worden gelaten.
Zoowel het Britsche als het Fransche de
creet bevatten bepalingen, welke een verzach
te toepassing ten aanzien van eigendom van
onzijdigen doen verwachten. Zij laten echter
onzekerheid bestaan omtrent de daarbij te
volgen regelen.
In artikel VIII van het Britsche decreet
een bepaling welke in het Fransche decreet
niet voorkomt wordt nog in het bijzonder
een verzachte toepassing in uitzicht gesteld
ten aanzien van de schepen van een land, het?
welk de verklaring aflegt dat onder zijn v'
geen goederen zullen worden vervoerd, welke
bestemd zijn voor of herkomstig ~"n uit vijan
delijk gebied, of welke vijandelijk eigendom
ziin.
Op 19 dezer heeft, gelijk reeds werd ge-
mel 1, de minister aan de Britsche en Fran
sche gezanten een schrijven gericht, waarin
de bedenkingen der Nederlandsche regeering
tegen de ter sprake zijnde maatregelen wor
den uiteengezet Daarin is op den voorgrond
gesteld, dat 4e Nederlandsche Regeering geen
oordeel velt over de maatregelen, waarmede
de oorlogvoerende partijen elkander pogen te
benadeelen, doch, getrouw aan haar van den
beginne af gevolgde gedragslijn, ter bescher
ming van Nederlandss r.chten als onzijdige
mogendheid en in het gemeenschappelijk be
lang der handhaving van het internationaal
recht opkomt legen die maatregelen der oor
logvoerenden, waardoor ot> de erkende rech
ten der onzijdigen inbreuk wordt gemaakt.
De beide brieven hebben denzelfden inhoud,
behalve dat in den brief aan den Britschen ge
zant. met het oog op het hierboven besproken
artikel VIII van den „Order in Council", nog
wordt opgemerkt, dat de Nederlandsche Re
geering de in dat artikel bedoelde verklaring
niet zou kunnen afleggen, alleen reeds omdat
die haars inziens in strijd zou ziin met haar
neutraliteitsplichlen.
Na deze bijzonderheden te hebben medege
deeld, laat de minister den woordclijken tekst
volgen van de brieven jjp- de Britsche en
Fransche gezanten d.d. 1 Maart en van de
antwoorden van onze Reg g d.d. 19 Maart
Successen der Nederlandsche
O verzee-T rust.
Naar de heer C. J. H. van Aalst, voorzitter
van de Nederlandsche Overzee-Trust, aan de
N. R. Gt. meedeelt, kan zij wederom een paar
successen boeken. In de eerste plaats heeft zij
van de Engelsche rgecering gedaan weten te
krijgen, dat de vóór 15 Maart 1.1. in Neder-
landsch-Indië verscheepte coprah niet zal val
len onder het begrip definitieve contrabande.
En in de tweede plaats hebben de Engelsche
en Fransche regecringen thans ,dank zij lia
ne bemoeiingen, erkend, dat het grondgeb ed
van Nederland in Europa en in de koloniën
één geheel vormen. Er zal in verband hierme
de een commissie wordenbenoemd ter beoor
deeling van de vraag welke goederen uitdruk
kelijk voor het economisch leven in Neder-
landsch-Indië noodig zijn. Door bijzondere
regceringsbeslulten in Engeland en Frankrijk
zal de vrijheid worden opengelaten om in
dergelijke gevallen voor Nederland en Ned.-
Indië faciliteiten bij het vervoer toe te staan.
De Tel. verneemt ui» Parijs, d3t de uitzonde
ringsbepalingen ten gunste van Nederland be
treffende den uitvoer van uit Duitschland af
komstige goederen naar Nederlandsch-Indiê,
definitief zijn toegestaan. Het artikel in het
Fransche decreet, dat hierop betrekking heeft,
is in een algemeenen vorm opgesteld, maar
zal uitsluitend voor Nederland van toepassing
zijn. Het luidt ongeveer als volgt: Bij uitzon
dering op voorstel v-n den minister van bui
tenlandsche zaken en in overleg met den mi
nister van oorlog, zal de minister van marine
kunnen toestaan, dat een bepaalde lading 0»
zekere soort van handelswaren (oorspronke
lijk uit Duitschland herkomstig) komende v
en gaande naar een neutraal land, wordt door
gelaten.
De Engelsche regeering gaat met dezen
maatregel accoord. Naar men den correspon
dent op de Quai d'Orsay mededeelde, zou zij
geen bepaald deareet hieromtrent uitvaardi
gen, maar zich onmiddellijk met de Overzee-
Trust Maatschappij verstaan.
De opgebrachte Nederlandsche
schepen.
Naar wij uk de scheepvaartkringen verne
men 5b gisteren van de zijde er bd rokken
stoomvaart-maatschappijen tot het departe
ment van Buitenlandsche Zaken bet verzoek
gericht, nadere inlichtingen 1e willen inwin
nen omtrent de aanhouding van de ^aan
stroom" en van de „Batavie V".
Men heeft dit gedaan, omdat in de scheep-
vaarlkringen onzekerheid heerscht omtrent
de motieven, welke tot -iet opbrengen aanlei
ding hebben gegeven.
In verhand iet it voorgevallene met
de Zaanstroom. hadden gisde-ren de directeu
ren van de Hollandsche Stoombootmaatschap
pij, de heeren Nierslrasz c Cos, een onder
houd met den minister van Buitenlandsche
Zaken op diens departemen
Het zal nog moeten blijken of de Duitsche
regeering de levensmiddelen, die bestemd
waren voor particulieren in Engeland, zal
verbeurd verklaren, of de waarde er van aan
dc maatschappij zal vergoeden. Tot dusver
gaat het verkeer Engeland van de maat
schappij den gewonen sang en sinds het voor
gevallene met de „Zaans'room zijn de
„Yslroom" en de „Rijnstroom" naar Enge
land vertrokken.
Volgens geruchten moet ook de ,.Eem-
stroom", die Woensdag naar IIull vertrok, op
de Noordzee door een Duitschen onderzeeër
zijn aangehouden. Dit vaartuig had, naar het
Hbld. meldt, slechts en v eine hoeveelheid
levensmiddelen, o.a. suikt aan boord. Bij
zonderheden hieromtrent zijn nog niet inge
komen.
Uit nadere door het Hbld. ingewonnen
inlichtingen blijkt, dat 10 man van de „Zaan-
stroom" le Zeebrugge zijn achtergebleven, n.l.
de kapitein, de machinist, bootsman, le stuur
man, twee kwartiermeesters, de hofmeester,
de kok, een donckeyman en een stoker. Zater
dagmorgen werden zij bij een hoofdofficier
geroepen, die hun mededeelde dat ze moesten
blijven en zich ingevolge uit Berlijn ontvan
gen lastgeving hadden te voegen naar de be
velen van de militaire overheid. Dc overige
leden der bemanning moesten dienzeliden mid
dag onder geleide naar Holland vertrekken.
Juist toen de Duilschers aan boord van de
..Zaanstroom" kwamen, verscheen aan de
horizon de Harwich/boot. Daar zag men ech
ter blijkbaar ook spoedig wat er voorviel en
maakte rechtsomkeert.
Met een berustend limlachie oogde de ka
pitein van de onderzeeër de boot 11a. Met ecu
-vir kommen bald zurük" berustte hij in de
ontsnapping.
Volgens medcdeelingen van een der leden
van de equipage van de „Baltavier V", welke
evenals de „Zaa/nstroom" te Zeebrugge werd
binnengebracht, werden dc schepen door een
schot van den onderzeeër gewaarschuwd, dal
zij moesten stoppen.
Na onderzoek der scheepspapieren werd
aan de schepen gelast in het zog van den
onderzeeër naar Zeebrugge te stoomen. Aan
de bemanning dier schepen werd van de tor
pedoboot wijn en sigaren <*ezonden. Toen men
de kuat naderde, kwamen Duitsche zeelie
den aan boord, terwijl de Nederlandsche be
manning na ar benoden moest gaan. Direct
toen men te Zeebrugge was, mocht zij echter
weer boven (komen. Ook hier was de behan
deling der equipage zeer f»oedDe mannelijke
Beigen, waaronder twee priesters, werden
direct krijgsgevangen gemaakt, terwijl ook
een man van 39 jaar en 11 maanden word
medegenomen, terwijl 40 jaar de leeftijds
grens voor gevangennemir is. Duidelijk
bleek, dal liet le doen was. om de levcnsanid-
•delen, althans om te beletten dat deze in
Engeland kwamen. Men begon direct met los
sen der sokepen. Dc „Bartavier" had 4400 kis
ten eieren ieder van ongeveer 1S00 stuks aan
boord en 200 fusten bier, van deze gingen
direct twee aan boord van den onderzeeër
Omtrent de wijze van opa'-engen der sche
pen „Zaanstroom" en „Batavier V" bevat de
Tel een uitvoerig relaas, waaraan wij ter aan
vulling van het reeds door ons medegedeelde
nog hel volgende ontleenen
Zaterdagmorgen ad in de haven van Zee
brugge kapitein Visser van de „Zaanstroom"
in den salon van dit schip een onderhoud
met eenige Duitsche officieren.
Omstreeks 9 uur in den ochtend werd den
hofmeestersbediende gelast, den hofmeester
J. Koppenhout, den eersten stuurman Th. de
Boer, den bootsman J. Visser, den eersten
machinist B. Schilperoord, den donkeyman
J. de Haan, de beide kwartiermeesters E.
Zant en A. Wagenaar, alsmede een der oudste
stokers, H. A. Elout, binnen le roepen.
Hel achttal bleef ngeveer een kwartier in
dei- salon en toen zij er uitkwamen, deelden
zij de rest der bemanning mede, dat schip en
lading \erbeurdverklaard waren. Inlusschcn
waren de Duitsche ;ariniers reeds begonnen
de lading te lossen; zij bestond uit eieren,
stukgoed, kisten paling, vaten bier en an
dere levensbehoeften.
Om één uur Zaterdagmiddag werd aan den
achtermast de Duntsche oorlogsvlag. een wit
veld met den adelaar er op, en in den linker
bovenhoek de nationale kleuren, zwart, wit,
rood, geheschcn. Even .ater is deze vlag ver
plaatst naar den 'nggemast. van waar te
voren dc Nederlandsche driekleur was neer
gehaald.
Te halfvier ongeveer kregen de bootsman,
de tweede machinist, hofmeestersbediende,
dc timmerman, cht matrozen, één lichtma
troos. twee stokers en mi tremracr bevel he»
schip te verlaten ei zich met een trein, die
vlak voor de loods gereed stond, naar de Ne
derlandsche grens le begeven. De Duitsche
soldalen verleenden den Hollanders alle mo
gelijke hulp c-n droegen zelfs hunne plunje-
zakken van boord. Met denzelfden trein wer
den ook de passagiers van de Zaanstroom,
voor zoover men ze niet aan boord had ge
houden. alsmede de menschen van de Bata-
vi r V vervoeid. In iederen coupé nam een
Duitsch soldaat met geladen geweer plaats,
die tot het grensstation Selzaete medereed.
Toen de trein de U 28 voorbijstoomde, za
gen de reizigers, dat men zich aan boord van
den onderzeeëer reeds teg< deed aan Hol
landsche paling en bier. De Duitsche matro
zen waren in fideele stemming en wuifden de
reizigers toe.
Onze zegslieden waren allen vol lof over
de beleefde manier, waarop niet alleen, de
Duitsche soldaten, maar ook hunne superieu
ren optraden. Tiet bleek, dat men aan boord
van de U 28 volkomen op de hoogte was van
alles wat de schepen der Hollandsche Stoom
bootmaatschappij le'rof. 7oo wist de Duit
sche officier, die het eerst aan boord van de
Znnnslroom lcwnm. precies le vertellen hoe
laat dit schip en de Eemslroom Woensdag
nacht de haven van IJmuiden verlaten had
den Toen men te Zeebrugge aankwam, zeide
een Duitsch officier: .Ziezoo, vandaag heb
ben we jullie, de volgende week krijgen we
de IJslroom en de 'ijnstroora ook"
Gisterenmiddag werd ter beurze het op
brengen der ..Zaanstroom" en de „Batavier
V'' met alle kalmte opgenomen. Men waagt
zich liever met aan voorspellingen en gelooft
niet, dal de Duitsche regeering de schepen
vast zal houden. Toch meent men, dal van de
zijde onzer regeering - n krachtig pro-test te
verwachten is. Dat echter deze quaeslie tot
ernstige onaangenaamheden tusschen ons land
en Duitschland zal leiden, wordt door de
meesten niet aangenomen.
Men is er in het algemeen ov r eens, dat
een afwachtende houding r.ent te worden
aangenomen.
Naar aanleiding „n geruchten, die in som
mige bladen de ronde doen als zou ook de
.JEemstroom" naar Zeebrugge zijn opge
bracht. kan de Tel. mcedeelen. dat dit vaar
tuig der Hollandsche Stoomboot-Maatschappij
Zaterdag te IIull is aangekomen.
De N. B. Ot. meldt, dat de stoomschepen
van de Batavierlijn voorlcopig niet varen.
Wanneer de Batavierlijn den dienst op
Londen zal hervallen, anct ai de terug
komst van de Batavier V".
In verband met de aanhouding van de
Zaanstroom" zal net vertrek van de „Waal-
stroom'' van de Hollandsche Stoombootmaat
schappij voorloopig worden uitgesteld.
De Tel. meldt dat onze regeering, naar
aanleiding van het gebeurde, zich, ten einde
noodelooze stappen te vermijden, zich eerst
om inlichtingen tot de betrokken zeevaart
maatschappijen zal wenden, n tegelijkertijd
onzen gezant te Berlijn pdragen om de Duit
sche regeering te verzoeken hem uiteen te
zetten, door welke edragslijn zij zich heeft
laten leiden.
Eerst als de regeering volkomen zekerheid
heeft zal zij overwegen, tot vrelke middelen
zij zich gedwongen Mt, in verband met een
kwestie, die als hetgeen in de bladen volko
men juist blijkt, een zeer ernstig.karakter zou
dragen.
Een vraag, waarover mze regeering zich in
de eerste plaats zekerheid wenscht te ver
schaffen. betreft het al of niet verbeurdver
klaren der Nederlandscüe schepen.
Tot nu toe weigert men te 's Gravenhage te
gelooven, dat dit inderdaad gebeurd zou zijn.
De eieren van de „Zaanstroo m."
Men meldt uit Barnevcld aan het Ilbld.:
De eierhandelaar H. B. alhier had met hel
door de Duitschers opgebrachte stoomschip
„De Zaanstroom" 85000 eieren verzonden. Of
schoon hij den laatslen tijd alle door hem naar
Londen verzonden eieren verzekerd had, was
dit dezen keer toevallig niet geschied.
Ook nog andere kooplui alhier hadden
eieren on dezelfde boot.
Bommen name een Nederlandseh
schip geworpen.
Nadat ons marinebesluur kennis had ge
kregen van hef gebeurde met het Nederland
sche stoomschip „Zevenbergen" van de
Stoomvaartmaatschappij „Hollanda". Naaml.
Yennoo'schap Furncss' Schipvaart en Agen
tuur Maatschappij, hni« belioorende te Rot
terdam, waarop bommen zqn geworpen, ij
aan den directeur en commandant, der Ma
rine te Amsterdam een ambtelijk onderzoek
opgedragen naar bet voorgevallene
De ..Zevenbergen'' meel 3121 register-ton.
Hel schip had in „en maïslading. gecon
signeerd aan dc regeering cn bestemd voor
Amsterdam.
Het gedaalde Engeische vliegtuig.
De officieren van-het in Zeeland gedaalde
Engelsche vliegtuig, dat landde wegens een
motordefect, nadat door de grenswacht er op
geschoten was. hebben hun cerewoord gege
ven niet te zullen ontvluchten en worden daar
om in Groningen geïnterneerd.
Koninklijk Nationaal Steuncomité.
Blijkens de dertigste lijs» Dedrageii dc van
7 tot en met 13 Maart 1915 voor het Ko
ninklijk Nationaal Steuncomité 1914 ingeko
men bijdragen f 33.£21.19|.
Dit bedrag, gevoegd aij de bedragen der vo
rige lijsten, is er totaal aan bijdragen en
toezeggingen ontvangen: f 1,871.991.26.
Een onthulling.
Men herinnert zich. dat eenigen tijd geleden
werd gemeld, dat le 'sGravenhage drukke be
sprekingen Verden «ehoudeh tusschen de re
geering en den burgemeester, den hoofdcom
missaris van politie en den garnizoenscom
mandant, allen van Rotterdam.
Thans meldt „De Middenstander", het or
gaan van de Handclsvcreeniging Rotterdam,
dat het bij die besprekingen den burgemees
ter van Rotterdam gelukt is de regeering af
te brengen van haar voornemen om, naar
aanleiding van de ontdekte koperfraude, den
staat van beleg af te kondigen, waardoor de
geherie eerlijke handel had moeten lijden voor
een bende speculanten-smokkelaars.
Een credietbank" voor kof
fie huishouders enz. Naar wij ver
nemen worden er door den Nederl. Bond van
Koffiehuishouders restauratiehouders en slij
ters pogingen in liet "werk gesteld, om een
eigen Centraal Credietbank in het leven te
roepen. De beslissing zal genomen worden
in een vergadering van stemgerechtigden,
die Dinsdag 27 April te Haarlem wondt ge
houden.
De Haagsche waterleiding. De*
Haagsche gemeenteraad vereende den heer
Slang op de meest ..ervollc wijze pensioen als
directeur van de waterleiding en machtigde
B en W., om van jaar tot jaar den heer Slang
tol adviseur aan te nemen op een Iraclement
van f 4000 boven het pensioen.
Algemeen Nederlandseh verbond.
In het gebouw Kunstmin te Dordrecht is
Zaterdag onder voorzitterschap van dr. 11. J.
Kiewiet de Jonge de algemeene vergadering
van groep Nederland van het Algemeen Ne
derlandseh Verbond gehouden, welke bijge
woond werd door den burgemeester van Dor
drecht, den heer Wichers.
In het jaarversl-ag, dat vóór het inleidend
woord van den voorzitter weid behandeld,
word* o.a. medegedeeld
Telde groep Nederland het vorige jaar bin
nen onze gienzen 8023 leden op 1 Januari,
l'hans ibedroeg dat 7760. Inlusschcn is hc-t een
opmerkelijk verscliij. dat toch doorloo
pend, mede door de werkzaamheid van den
gemachtigde jhr. C. M. E. R. C. von Bose, on
der burgers en soldalen, nieuwe leden kon
den worden ingeschreven. Op 1 Maart 1.15
bedroeg het aantal leden van Groep Neder
land, met de verspreide buitenlandscue leden,
die niet tot eene andere Groep of Zelfstandige
Afdeeiing behooren en volgens de Statuten
tot onze Groep worden gerakend, 8342 (vorig
jaar 8767).
Van het A. N. V. behoefde noodkreet
uit te gaan wegens te sterken achteruitgang,
geen bijzondere maatregelen behoefden te
worden getroffen om het in stand te houden.
Het blijfict dus '^gen schokken zoowel van
buiten als van binnen vrijwel bestand en dat
i-'eit voor zijn levenskracht cn voor wat de
stichters en leiders tot heden bereikten. Maar
toch gevoelt niemand boter dan de besturen
hoeveel meer het A. N. V. zou kunnen doen,
Ir.dien over meer geldmiddelen kon worden
beschikt, hoeveel omvangrijker het werk zou
kunnen zijn, indien 'e leden beseften dat ook
zij moeten arbeiden aan verhooging onzer
uiterlijke en innerlijke racht.
Het dagelijksch i 'rtunr van de Groep
meende, waar het hoofdbestuur onmiddellijk
na het uitbreken va.v den oorlog (5 Augustus"!
de diensten van het Verbond aan de Regee
ring had aangeboden, aanvankelijk te mogen
afwachten waarin het nuttig kon zijn, over
tuigd dat het ''oofdbestuur zou nalaten
va zijn diensten en die der afdcelingen ge
bruik te maken.
Aan de afdeelingcn wer'1 1 met betrekkin"
tot den ooriogstoestand eenige rondzend
brieven gericht, 0111 haar huip in te roepon
voor
a. het verschaffen van lesstof aan de ge-
Mlisecrde soldate
b. het inrichten van ontwikkelingscursus
sen en ontspan-! -o-vonden u r dezen;
c. het verleenen van hulp aan Belgische
v chtclingen;
d. bet verschaffen van nutlirc bezigheid
e; sludiegclcgcnheid aan geïnterneerde Vlaam
se. soldalen;
e. het bevorderen van Nedorbndsch on
derwijs aan kinderen van Vlaamschc vluchte
lingen.
Nog werd door oofd- en groepsbestuur be
sloten wederom ij dc regeering aan te drin
gen om op onze buitenlandsche passen de
Nederlandsche taal te doen eerbiedigen, op
grond dat vooral in oorlogstijd door het uit
geven van alleen m het Fransch gestelde bui
tenlandsche passen, groote moeilijkheden ont
staan, hetgeen met voorbeelden werd gestaafd.
De uitslag van het aan den Minister v. Bui
tenlandsche Zaken gezonden desbetreffende
adres is nog niet bekend.
Het aantal afdeelingen is niet uitgebreid,
als we ten minste den Vlaamschc n Tak in he»
interneeringskamp te Harderwijk, als gevolg
van de bekende roiwlreis van onzen voorzit
ter gesticht, niet meerekenen. Wel zal dooi
het ijveren van onzen gemachtigde, jhr. C. M,
E. R. C. von Bose, te Almelo en te Tilburg
spoedig een afdceling verrijzen, maar het aan-
?.il in dit jaarverslag moet gelijkluidenR zijn