n° 234 13d" jaargang de e em lan der". "buitenland. feuilleton. hertestein Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURa Uitgevers: VALKHOFF Co. ABONNEMENTSPRIJS: Per muftnden roor Amorafoort 1 I-hO, Idom franco per post- JJ" Per week (met gratis verrekering tegen ongelukken) - o. I Afzonderlijke nummers ,U5* I>ere Courant vereohgnt dsgelijk* behalve op Zoo- eo Feestdagen. Advortentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie' advertenties en berichten vóór 2 uur in te tonden. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT I. Intercomm. Telefoonnummer 65. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f 0.54» Elke regel meerO.IO Dienstaanbiedingen 25 cents bjj vooruitbetaling. Groote loiters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeolige bepalingen tot het herhaald adverteoren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Wegens den Goeden Vrijdag zal het Amersfoortsch Dag blad morgenavond niet ver schijnen Kennisgeving. Burgemeester en Wethouders van Amersioorl. Brengen ter kennis, dat bij hen is ingekomen een verzoekschrift van Aaltje van Wesieriaak, weduwe van Peter Walel, alhier, betreffende de voortzetting der vergunning voor den verkoop van sterken dronk in het klein in het perceel Havik No. 42, alhier dat bjuten twee weken na dagteekening de zer bekendmaking een ieder tegen het verlee- nen van dé vergunning schriftelijke bezwaren bij ons College kan inbrengen. Amersfoort, 29 Maart 1915. Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, De Secretaris, De Burgemeester, A. R. VEEN SI RA. v. RAND WIJCK. Politiek Overzicht De honuerusie yeooortedag van Otio won Bismarck. A«tn uut ttime mui z»juc uk,.uc w. ~^szLt- ting, op Zaterdag 20 Maart, - ^rleende de uui\- sche ikji^juag aan z.jU .óbrzilier de opdracht op den len April een krans neer te leggiii aan den voet van het gedenkleeken, dat ycot bel rijksdag gebouw is opgeriuM ter eere van den eersten kanselier van het heuhoren Duiil- sdhe rijk. Op u-uzen dag verjaart yoor <ie hon derdste maal de geboorleuag van Oho vox. Bismarck. De keizer zeil heeiti ïLe wijze be paald, waarop deze dag moest worden ge vierd in een vorm, beaaiiwooruenue aan den eras* van den tijd en het karauiker van de wSÜUe" week, waarin de gedjenkdag valt. Een vertegenwoordiger van den keizer, de honds raad en de njtesdag, het rruisische staatsirJi- siislcriie, de Ptruisasche landdag en de magis traat van Berlijn komen heden in de wandol- hal van den rijksdag bijeen, om van daar zich naar het gedenkteeken te begeven en daar voor kraoisen neer le leggen. De Borlijnschc langereboTKl en koren van de Berlijnscht- iöhoolkindezen dragen Eederen v jr. In de ruimte om het monument en yoot den monu- mentalen ingang van 1 gebouw zijn rerbogen- woordigers Ckpgjsleld v-n ue mmuaire en de burgerlijke overheid, de hooge, middelbare en volksscholen en van talrijke vereenigingon. die den wensch om deel tc nemen aan de plechtigheid, ..elbben kenbaar gemaakt. Het is natuurlijk, dat men op mazen dag don maai. wien meer dan eenig ander de verdien ste toekomt der weder-oprichting van het al oude DuUsche rijk op nieuwe, heckle grond slagen, op bijzondere wijze wil eeron. Men zou dat in vredestijd gedaan hebben, maar thans voelt men daartoe duibbel aanleiding. In de zen tijd, nu het gansche Duitsche vol'k onder de wapenen slaat tot verdediging van hel bouwwerk, waarin nu 44 jaren geleden de sluitsteen werd a~. .gebracht, wordt sterker dan ooit de behoefte gevoeld om den man te huldigen, die bij dezen arbeid als leidsman heeft gewerkt Luid sprectfi. de behoefle om uit de herinnering aan een grootsch verleden de kracht tc pullen om den zwaren last van uot heden te torschcn en ©ene hetiere tockomsl ie verzekeren. Die herinnering roept de gedachte wakker aan de jaren van zwaren slriju, valine© de wordings-geschiedenis van heil Duitsche rijk samenvalt Br its in die jaren strijd gevoero mp allerlei gebied. Strijd met het zwaard en met de pen. Strijd oip hot slagveld en in hel regeeiingsika'binet. Str'/d in de kanselarijen der diplomatic cn in de vergaderzalen der vertegenwoordigende lichamen. Bismarck heeft dien strijd in al zijne phases meege maakt. Hij heeft zich daarin geweerd mot eene «miorgie, die niets ontzag en die hem deu naam heeft doen verwenen van den „man van hlocd en ijzer". Bismarck zeil heeft de gegevens, die d» of ficieele bescheiden ons over deze slrijdjaron verschaffen, aangevuld met mcdedcelingen van persoonlijken aard, die in zijne „Gedar.kcn und En nn*.-ran gen", het kostelijke werk. dat hij heeft nagelaten, opgeteekend zijn. Wij ves tigen daarop de aand "kt, omdat zij ons den grooteoi staatsman van een geheel andere zijde uoen kennen dan V/aarin kij in ket openbare leven zich aan ons vertoont. Iin ket twintigste hoofdstuk, dat den titel: „Nikolshurg" draojgi. wordt de strijd verhaald, dien iarok keef le voeren gekod om zijne inzichten over de neédndiiying van den oorlog van 1866 te doc-D doordringen. Tegpnover Oostenrijk om! zijn standpunt uit in de uitspraak, ene hij deed' in den avond van den slag lij Königgratz: „De strijdvraag is beslist; nu konut hut er op aan, de oude vriendschap met Oostenrijk terug te winnen.' Door deze gedachte gekiid, gaf hij den raad vrede te sluiten op den grondslag van de ter ritoriale onschendbaarheid van Oostenrijk en verder de gevoeligheid van den overwonnen tegenstander zooveel mogje^jk te ontzien. Hij zegt: „Mij kwam ket voor onze latere betrek- 0v.i 11ik. ou=. .ui- ijk ci" ctp aan, krenkende riMJiei'higcn zooveel mogelijk te rerhoe- don, als dat zonder benadeeling van. onze Duit- scue poofliuk was ie doen. ue zegevierende intocht van het Pruisische leger in de vijan delijke hoofdstad zou voor onze militairen na tuurujk eene-bevredigende herinnering geweest zijn, voor onze politiek was hij gecne behoel ie; in het Oosten rij kscke zelfgevoel zou hij. evenals iedere afstand van oud bezit aan ons. ceac krenking hebben achtergelaten, die, zonder voor ons eene dwingende noodzakelijk heid te zijn, de mocielijkhoid van onze toe komstige wederzijdsche betrekkingen onnoo- v.g auu hebben vermeerderd. Door gelijke overwegingen heeft Bismorek zich laten leiden bij hot bepalen van zijne 'houding tegenover Beieren. Ilier had hij een zeer krachtigen tegenstand bij den koning te overwinnen, die er z"ne zinnen op ha.cl gezet de vorstendommen Ansixiok en Bey routh, die vroeger aan het geslacht Hohen- zollern hadden behoord, weer aan Pruisen te brengen, liij zegt: „De sterke dynastischc familiözm was misschien in keizer FriecLrioh III nog scherper uitgedrukt, maar zeker is hef, dat in 1866 Je koning van Ansbach en Bayreuth nog moeielijker afza, dan van Oos- tenrijksch Sileziê, Duilsch Bohemen en ge deelten van Saksen." Het heeft Basmorck een mceieiijken strijd gekost zijn beter inzicht in deze zaak te doen zegevieren. De aandoeningen die hem over stelpten, trill-en nog na in het verhaal, dal hij a Je jaren later daarvan heeft opgeschreven, waarin hij zegt: ,}Lk verliet het vertrek met den indruk, euait iuij.ne opvatting was afge wezen, en met de gedachte den koning te verzoeken, dat hij mij zou toestaan iu mijne hoodai igheid \-an officier dienst te nemen bij mijii regiment. In mijne kamer teruggekeerd, was ilk in eene stemming dat de gedachte bij mij opkwam of het niet beter was, uit hel openstaande, vier "v-erdicpingeii hooge raam te vollen; en ik kook niet om, toen ik de deur Hoorde opengaan, ofschoon vermoedde, dait de binnentredende de kroonprins was. wiens kamer ik op de gang voorbij kwam. Lk voelde zijne hand op mijn schouder, ter wijl hij zeide: ..G-ij weel. dat ik tegen den oorlog ben geweest, gij hebt hem noodig ge oordeeld en draagt daarvoor de vcnanlwoor- oeliijikheid. Wanneer gij nu overtuigd zijl, dat het doel bereikt is en er thans vrede moet worden gesloten, dan ban ik bereid u bij te niaan en uwe meening bij ijn vader voor te staan." Hij bega! zich daarop naar den ko ning en kwam na een klein half uiur terug in dezelfde kalme en vriendcliikc s/temming, maar met de woorden: .Hot heeft geducht gespannen, maar mijn idcr heeft toege stemd." Wij hebben ons dit uitvoerige citaat ver oorloofd om in Bismarck's eigen woorden den nwciclrjjkstcn strijd te schetsen, dien hij in zijn leven tc voeren heeft gehad. Dal is voor hem de moeielijksle strijd geweest; hij .getuigt er na vele jaren nog van, dat hem de smartelijke herinnering is bij Igiehleven, dat hij een moester, dien nij peirsoaitlijik liefhad als dezen, zoo heeft moeten ontstemmen. Maar hot is ook de strijd, die hern in zijne grootheid het best doet kennen. Wij zien hier Bismarck strij den niet als j,iuan van bloed e. ijzer", maar als een staatsman, die, met zienersblik de toekomst peilende, met het wapen der over reding opkomt voo» wal- hij in het belaug v zijii land geboden acht om aan zijn werk duurzaamheid te verschaffen, en daarin vol hardt tol hel uiterste. Hij is daarin geslaagd cn dat is zijn hoogste iriomf geweest. Toen Bismarok den 12en Mei 1871 aan den rijksdag mededeehng deed van het tsveo da gen te voren in Frankfort onderteckende vre desverdrag, waardoor de in 1866 door hom reeds voorziene oorlog met Frankrijk beëin digd werd, knoopte hij daaraan vast de uit drukking van de hoop, „dat dez-' vrede een duurzame en zegenrijke moge zijn en dat wij de waarborgen, waarvan wij ons hebben ver zekerd om tegen hernieuwde aanvallen be veiligd te zijn, geruimen fcijd niet meer zuilen behoeven." liet vredesverdrag van Frankfort is bij het uitbreken van dezen oorlog, die nu reeds acht maanden duurt, verscheurd. Mrar Bismarck's werk is daarmee niet te niet gedaan. De nieuwe banden, die hij lussokcn Oostenrijk cu Duilschland hoeft geknoopt nadat de ouden waren verb, oken, zijn hecht cn stork geble ken. Schouder aan schouder voeren de beide centrale mogendheden samen den strijd in trouwe wapenbroeders©!* En het kost bare geschenk, dat Bismarck aan hel Duit sche volk liecft gegeven in oen binnenLand- sehen vrede, die uit de oorlogen van 1864, 1866 en 1870/71 is voortgekomen, verschijnt in zijne volle waarde in de maanden van zware be proeving, die het llkans doorleeft. Duitsoh- land's wijze van oorlogvoeren moge in menig opzicht bedenking bij ons opwekken, de eens gezindheid, die het Duitsche volk in al zijne Eigen aan dein dag legt en die liet in slaat stelt tot de geweldige krachtsinspanning, waar var. wij getuige zijn, boezemt ons de hoog ste bewondering in. Al kunnen wij het einde van den oorlog nog niet voortzicn, dal hü eenmaal eindigen zal. is vast en zeker. Mi-'cliien zuLlen wij de eerste vredesboodschap spoediger zien verschijnen dtvn wij nu durven hopen. Maar wanneer de tijd komt, waarnaar zoo vurig •wordt verlangd, waarin over hot horstel van den vrede liet overleg wordt geopond. damoge de geest, die Bismarok bezielde, zich doen gelden en moge bij hen, die geroepen zijn daaraan deel tc nemen, de wensch le vendig zijn om een vrede tot stand te brengen, die niet de kiem \an een nieuwen wercld- slrijd in zich bevat, maar waaraan duurzaam heid is verzekerd Oe oorlog. Berlijn, 31 Maart. (W. B.) Bericht van l»el opperste legerbestuur uit het groote hoofd kwartier van heden voormiddag. Ten westen van Bonl-i-Mousson deden de Franschen aanvallen bij cn ten oosten van Ktgniéville en in het Bois de Prêlre; zij wer den onder zware verliezen teruggeslagen. Slechts op écne plaats ten westen van het Bois de Prëtrc wordt nog gestreden. Vijandelijke vliegers wierpen gisteren bom men op de Belgische plaatsen Brugge, lihistel- les en Kortriik zonder militaire schade aan le richten. In Kortrijk werd door een bom in de nabijheid van een lazaret een Belg gedood. P a r ij s, 31 Maart. (Havas). Namiddag- c om mui \jué. In den nacht van 29 op 30 Maart gingen de Duitschers voort, zonder resultaat de ha ven van Nieuwpoort te bomhardceren. Den 30en over dag werd er bij tussdbenpoozon ge kanonneerd op het gehoole Iron! van de zee tot de Aisne. In Champagne was er bij Perthes, Bcausé- jour en ViLlc-sur-Tourte artillerie-actie cn mij- nenstrijd, waarin de Franschen in hel voor deel waren. In de Argonnc zet het gevecht zich op en kele punten van de liniën voort met volhar ding cn hardnekkigheid, maar zonder merk baar resultaat van de eene of andere zijde. Den 29en over dag kreeg het fort Doua- mont, ten noorden van Verdun, ©enige gra nalen. De Fransche artillerie bracht onmid dellijk de Duitsche batterij tot zwijgen. Het fort leed volstrekt geen schade. In het westelijk deel van hel Bois le Prêtre namen de Franschen eene loopgravenlinie, waarin zij een honderdtal gevangenen maak ten, waaronder een officier en drie onder officieren. Ondanks een hevigen tegenaanval behiel den de Franschen het grootste gedeelte vaD de loopgraven, die zij hadden veroverd ten westen van Pont-i-Mousson op den van de herberg Saint-Pierre naar Regniéville. In den nacht van 29 op 30 Maart namen de Franschen een Duitsehen post. Zij sloegen drie tegenaanvallen terug. T>p het terrein der gevechten op den Hart- mannsweilerkopf zijn 700 Duitsche lijken gcr leid. P a r ij31 Maart. (R.) A.vond-comma, niqué. In de Argonne wordt het gevecht zoo van dichtbij gevoerd, dat ©en loopgraafmorLier van den vijand em granaat raakte, die in onze linicn was geworpen. Wij namen Dinsdag nacht 150 Meters loopgraaf, waarbij wij ge vangenen maakten en twoa loopgranfmoitie- ren buit maakten-. Verscheidene vijandelijke bataillons her overden Di'nsdag bij liet aanbreken van den dag gedeelten van hal Bois ie Prëtrc, maar werden kort daarna weer ui': een loopgraaf verdreven. Vliegeniers wierpen Dinsdagnacht 24 bom men neer op stations cn bivaks m Woëvre, Champagne en Soissons. In België werd Woensdag overdag hol sta tion Brugge cn het vliegkamp gebombardeerde B e r 1 ij li, 31 Ma a r t. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofd kwartier van heden voormiddag. De bii l'auroggen geslagen vijand is in de richting van Skawdwiüe teruggegaan. De in de laatste dagen ten noorden van het bosch van Augustovvo op nieuw tegen onza stellingen opgerukte Russische strijdkrachten zijn door onzen aanval weder in de boschr en merenstreek bij Sejny teruggeworpen. Het aanlal gevangenen uit deze gevechten en uil die bij ICrasnopol en ten noordoosten daar van is mot 506 gestegen. Bij Klinski aan da Skwa zijn weer 220 Russen gevangen genomen. Weenen, 31 Maart. (W. B.) Officieel beriohl van lieden middag. Aan hot front in do Oost-Beeldden is die dag rustiger verloopcm. In dc ton oosten zich hier bij aansluitende sectoren duren de gov echten voort. Op de hoogten ten noorden van Disna en len noordoosten vaai Kaln'iea zijn weder om verscheidene Russrisohe storm, -nvallcn, die dc vijand nog des naakts herhaalde,, afge slagen. Ook ton noorden van d'on Uszok-pas mislukten nachtelijke aanvallen van den vijand onder zware verl'ibzën. Er zijn wederom 1900 man gevangenen ingcbrac' Aan alle overige fronten L tiiels van belflug gebeurd; er kwamen slodhts arttUericgevech- len voor Sedert den len Maart zijn in ''t geheel 1?3 officieren cn 39942 mam gevangen genomen en 68 machinegeweren veroverd Petersburg, 3! Maart. (Tcl.-ogent- schap). Communiqué van den grooten gene- ralen staf. Op het front ten westen van de Njemen duren de gevechten voort In den omtrek van iCrasnopol vorderen onze (roepen met succes. Zii dwongen gisteren de Duitschcrs overhaast terug te gaan en maakten daarbij 200 soldalen en twee officieren gevangen. Twee mitrailleu ses werden genomen. In de Karpathcn wordt ons offensief voort gezet. In den loop van den 29en maakten wii op nieuw 38 officieren en 1750 soldalen ge vangen; wij namen vijf mitrailleuses. (R) Officieel bericht. In een sector van dd Karpathen namen wn van 20 tot 29 Maart Ï0 410 gevangenen en 72 kanonnen. Petersburg, 30 Maart. (TeL-agent- scbap). Communiqué van den gencralcn stal van het Kaukazische leger. De volste korenaren hangen het laagst. door SOPHUS BAUDITZ. Uit het Deensch vertaald. „Zoo, zoo. ik ben maar een eeuvoudig man, ik ken alleen Deensch en naluurkjK Duilsch van den Lijd toen ik bij de cavallcrie in Itzi- hoe diende." „Ja, Duilsch ken ik ook. Waar denk ge dat Bio heen moest, Anaries? Ik zag hem naar den kant van Anbaek rijuen-?" „llij Suoest zeker naar een vergadering. Waar zij geld opzamelenI" .pieker, Yoor in Santhalistanl" „Sanllialistan, heet het zoo? Er is bepaald niets dat zoo heet." „Niet?" *Necu. zij verdrinken het geld in Ham burg I" liiema neemt de oude jonker afscheid en Haal naar zijn kamer, hii is zoo heerlijk ge rustgesteld door het gesprek met Andries. wien§ sceptische en rationeele blik op hul leven allijd een heilzame uitwerking op hem heeft Later op den dag komt de kapitein te paard Herteslein en tante Rosa, die alleen in de tuinkamer zit. hoort hem op de binnenplaats, boudl op met haar werk, luistert en glim lacht* zii wordt waarlijk knap door dien glimlach. „Goeden dr goeden dag, beste tante Rosa!" roept hij reeds bij de deur. „Gij weet niet hoe ik naar u hebt verlangdI" „Hebt gij. dan had ge wel iels e.erder hier kennen komenl" „Onmogelijk, tante RosaI Ik ben ver in hel westen geweest en heel aan d overzijde van den Fjord. De raenschen zijn zoo ygaslvrij en zoo goed: i heb eenden 'escholen en forellen gevischt, gezongen en gedanst; er was zomer bal te Rörstrup, het was kolossaal, tante Rosa." En toen neuriede hij: „Paar aan paar stonden zij in lange rissen „In de groote zaal te dansen, „Ik kon dr lelijk voeten zien en kuiten gissen. „Hom soit qui mal y pensel" „Mag ik eens en vooral verzoeken mij uwe schuinheden le sparen, oude korporaal!' roept tante Rosa uit, „Foei. gij moest u schamen." „Ja, maar dat kan ik niet, tante Rosa, mij er over schamen, dat ik mij nog kan verheu gen over ai het schoone dat Gods aarde aan biedt: bosch en strand, weiland en plas, een blanke arm en een meisjesvoet met een hooge wreef. Gij hadt mooie voeten, tante Rosa, zeker hadi gij datl En dat hebt gij waar schijnlijk nog!" „Sta daar nu geen onzin te praten, maar kom liever mee koffie drinken." „Dank u, ik heb gegeten! Ik had een boter ham in den z k en die heb ik gedeeld met een reizend ambachtsgezel, wij zaten samen op een boomstronk le eten.. Verbeeldt u. tante Rosa, hij was in Hou- en s:)a V geweest, tenminste dat zeide hij, het moet toch héél interessant zijn zich zoo door dc wereld te vechten!" „Vindt gij. gij landlooper, gij wordt zeker nog eens op een mooien dag met den neus omhoog gevonden, aan den kaot van een sloot." „Dat hoop ik niet, want gij herinnert u zeker wel wat gii mij hebt beloofd?" ,\Vat heb ik u beloofd?" „Naar het boschhuisje te komen en mijn hand vart te houden als mijn laatste uurtje Leeft zeslagen." „Och, gii oude jongen, gij overleeft ons allen!" „Dat weet God alleenmaar wat doet ge? Poetst ge den ouden "beker op." „Ik poets niet, ik kras uil!" „Maar wat krast gij uil! Dat is immer* ccn KI" „Een IC?" „Ja, een liggende K." „Onzin! Ilel. is hel wapen van de Höibro's. een spar onder een horizontalen balk, dal weet ge toch wel!" „Ja, maar waarom in 's hemelsnaam, wil' Cii „Och, Frits zendt natuurlijk geen zadel voor Fanny i het oude is ie slecht, nu heb ik kaar een nieuw beloofd en omdat ik geld moei hebben „Wilt ph den ouden beker verkoopen?" „Gij zijt buitengewoon vlug van begrip, ka pitein ,dat kan men anders gewoonlijk nie! \an mannen zeggen; ja, dat wil ik met uw verlof! Laatst was er een opkooper hier, die wilde er honderdvijflig gulden voor geven, toen wilde ik niet, maar nu „Tante Rosa, gij zijt edelmoedig." „11c ben ni-csl Maar als men het ongeluk heeft van den ecnigen man te zijn in de fa milie, dan m men ook handelen voor de „Wat is er voor nieuws,, kapitein?" „Niets bijzonders. Hebt ge iets van Frits cc-iioord?" „Neen. niet sedert kort. Maar ik weet dat hij en Bro elkaar hebben geschreven." „Hij en Bro, waarover?" „Ja. dal weet ik niet, maar men kan dal wel een beetje nagaan. Frils was eeu maand in Parijs, vanwaar kreeg hij geld daarvoor? Niet hier van Hertestein en dat hij uil de loterij heeft getrokken, zooals hij vertelt, is natuurlijk een leugen. Ik durf mij in dat alles niet verdiepen!" „Dat moet go ook maar liever niet doen. „lk moet u voor Bro groeten." „Wat moet dal beduiden? „Ik ontmoette zijn infaam gelaat verleden op ae nonnenheuvels, daar komt hij dikwijls tegenwoordig en hij {roette natuurlijk glui perig als altijd en zeide met een Iccliiken glimlach: Doe de kleine freule Fanny mijn compliment, zij wordt bij den dag bekoor lijker!" „En hii wordt bij den dag brutaler! Hoe zal dat eindigen! Was Fanny tenminste maar getrouwd, ik lieb zoo mijn eigen gedachten over het diner op Slcoosgaard, dc volgende week. Gij zijt toch ook gevraagd?" „Of ik! Eu ik verheug er mij ongelooflijk op. Een diner op Skoosgaard is iets heerlijks. De knechts in livrei, fonkelende karaflen en bestoven flesschen, perziken en druiven uit de kassen, familiezilver en kristal, kristal van he4 echte oude puntige slijpsel, dat klank heeft, een klank van vervlogen dagen, van koningsbezock en bruiloften, van groote jaahlen en begrafenissen, die ldaiik is onver gelijkelijk!" „Ja, dal is goed, maar denk er om mij uw zwarten rok te geven voor dien tijd, dan kan- ik er de vlekken uitmaken, dat heeft hij zeker noodig!" antwoordt laule Sosa ei. brengt de feestelijke stemming van den kapitein tol zwijgen. „Waar gaat ge nu heen. landlooper 1" vraagt tante Rosa, toen hij in den loop van den mid dag opbrak. En de kapitein amtwoordt: „Voorloopig naar Egaa, maar Jutland is groot en de een den zijn vele adieu tante Rosa." IV. Uitgestrekte, bruinroode geDouwen, met ronde gewitte zaudsteenen lijsten om ramen en deuren; nieuwe groote boerderijen, rtiet stoomschoorsteenen, alles solide, goed onder houden, aanzienlijk en «>p rijkdom wijzend, dat is dc eerste indruk oicn iedereen van Slcoosgaard krijgt. Het kasteel is eenige hou- derden jaren oud, het is van dtnzclfden leef tijd als de fannlie. De heerlijkheid is groot, drie, vier, vijf erfgoederen bcliooren er onder- De grond is over het algemeen goed, gedeel telijk uitstekend cn de bosschcn n zoo uit gebreid, dat er gedurende eenige weken ach tereen groote jachten kunnen worden gehou den, zonder dat het wild te veel vermindert. Skoosgaard ligt op een rij heuvels, die naar dc beek van Tvis hellen; mijlen ver zijn er groene weilanden, maar aan de overzijde van de beek begint de heide, een grootsch land schap mot forsche omtrekken en krachtige vormen en dat men van hel terras in den tuin overziet. Wordt vervolgd*

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 1