bTnnênland.
Verspreide Berichten.
Den Tollenden nacht en voormiddag -werk
ten de Fransche mijnwerpers en de artillerie.
In den namiddag deed de vijand nit ziine ge
heele linie, op de hoogte bij Combres, een
aanval van zijn loopgraven uit en drong op
één plaats door tot de laagte aan de zuide
lijke helling, voordat de aanval, in het vuur
van onze tweede stelling, bloedig werd ge
smoord. Onze troepen behielden de hoogte.
Een onzer regimenten deed een een tegenaan
val. waardoor gedeelten van onze voorste stel
ling werden teruggewonnen. Een tweede
Fransche aanval werd door krachtdadig ar
tillerievuur verhinderd. De vijand beschoot
's nachts het dorp Combres en de daarbij lig
gende hoogte.
Op het overige deel van het front had op 9
April op de linie Seuzey-Spada een ernstige,
doch vruchtelooze aanval van den vijand
plaats. Wij maakten hierbij 71 gevangenen.
Een zwakkere aanval bij Aiily we d ge
makkelijk afgeslagen.
Het Fransche offensief op de linie Régnie-
ville—Fay-en-Haye eindigde met buitengewoon
groote verliezen. Reeds in de streek —aar ons
artillerievuur had gewoed, noordelijk van
Regniéville, lagen op één plek 500 lijken.
Den 9den April des avonds werden door een
Duitscüen aanval bij Croix des Carmes, in het
Bois le Prêtre, drie blokhuizen en twee ver
bindingsloopgraven veroverd. Twee machine
geweren werden buitgemaakt en 59 man ge
vangen genomen.
Den lOden April hadden over het gebeele
front arlilleri-gevechten plaats. Men nam
waar, dat de Franschen druk bezig waren
zich te versterken, en nieuwe troepen aan
voerden, die wij krachtig beschoten, zoodat
de tegenstander niet besloot om tot den aan
val over te gaan.
Ook bij Les Eparges, aan den voet van de
hoogte bij Combres, werden krachtige Fransche
krachten door ons artillerievuur gegrepen.
Den lOden dezer werden enkele Fransche
aanvallen in het Bois le Prêtre zonder moeite
afgeslagen.
Zoo eindigde de 10e April evenals alle vorige
dagen op alle aangevallen fronten geheel in
het voordeel der Duitschers. Desniettemin be
tuigde generaal Joffre aan het eerste leger zün
dank, omdat het dc stelling bij Les Eparges,
d. i de hoogte van Combres. den Duitschers
eptnemen had. Om deze stelling wordt sinds
weken gestreden. De Franschen hebben reeds
meermalen gemeld, dat zij de stelling namen
en behielden. De laatste gevechten om deze
stelling zijn boven geschetst.
In werkelijkheid bezetten de Franschen tij
delijk enkele loopgraven, die achter op een
klein gedeelte zonder beteekenis, na, alle weer
veroverd werden.
W enen, 10 April. (W. B.) Officieel
periehl van hedenmiddag.
In het woudgebergte hebben gisteren, ook
in de sectoren ten oosten van den Uzzok-pas,
hevige gevechten plaats gehad.
De Duitscüe troepen hebben ten noorden
van Tuchol>kab een hoogtcsteildng veroverd,
waarom sedert den 5e Maart krachtig werd
gestreden cn die door de Russen hardnekkig
werd verdedigd. Een kolonel en meer dan
1000 ma«n zijn bij derzen aanval gevangen ge
maakt. Den Russen werden ook 15 machine
geweren ontnomen.
In het OPor-dal en in het bron gebied aan
d Strjj, mislukten gelijktijdig heftige vijan
delijke aanvallen tegen onze cn de Duitsche
stellingen, onder zware verliezen voor den
vijand.
dag van gisteren bracht ons In totaal
2150 krijgsgevangenen.
Overigens is de toestand onveranderd.
Petersburg, 10 April. (TeJ.-agent-
schap.) Communiqué van den grooten gene-
Talen staf.
Op het front ten westen van de Njemeu vie
len wij den 9cn bij het aanbreken van den
dag de Duitsche stèllingen tusschen Kalwaria
en Ludwinow aan. Wij veroverden tenge
volge van een hardnekkig bajonet gevecht
twee limièn loopgraven en maakte 600 ge
vangenen, waaronder acht officieren. Acht
mitrailleuses vielen in onze handen.
In dc Kaïrpathen namen wij in de streek
van. Mczolaiborcz het offensief van de gtellin-
hdjn bij Gabolocz uit; wij verdreven den vij
and nit Wirawa. Ten zuiden van Volia Mi-
chowa namen wij de hoogte 909. zoodat de
vijand op de geheele uitgestrektheid van den
hoofdbergketen der Karpathen is teruggesla
gen jn de streek van ons offensief.
In de streek van Rostoki kreeg de vijand
h-griik. versterkingen. Hij ondername den
Ben hardnekkige tegenaanvallen, die wij met
succes terugsloegen; wij namen daarbij 1000
gevangenen, waaronder 20 officieren
Hei offensief van de lijn Niiniadasluczica—
Yolozate—Bukowic uit in zuidelijke richting
duurt voort, ondanks de bijzonder moeielijke
plaatselijke omstatidigbeden. Zich een weg
banende door meer dan twee meters diepe
sneeuw, naderde onze troepen op verschei
dene punten lot op vijf werst afstand van
Uszck'1"! Bij Rosochacz - -va deed de
vijar.d twee onvruchtbare aanvallen.
Op andere deelen van ons front zijn gee
ne wezenV' veranderingen voorgekomen
Berlijn. 11 April. (W. B.) Bericht van
hel opperste legerbestuur uit het groote hoofd
kwartier van heden voormiddag:
Bij Mariampol en Kalwarja, alsmede bij
Klenike aan de Skwa, werden de aanvallen
der Russen afgeslagen. De Russen werden uit
eene plaats bij Bromóerz, ten Westen van
Plonsk verdreven, waarhij zij 80 man en 3
mitrailleurs verloren.
In Polen, ten Zuiden van de Weichsel, on
derhielden dc Russen den geheelen nacht een
levendig artillerie, en infanterievuur.
Weenen, 11 ApriL fW. B.) Officieel be
richt van heden middag. In de Bcskiden is
niets gebeurd. In het Woud-gebergte duurt de
fitriid voort in sommige sectoren ten oosten
van den Uszokpas.
Bij de vervolging van de op 9 April behaal
de voordeelen werden weer 9 officieren en
713 man gevangen gemaakt en twee machine
geweren genomen.
Aan het front in Zuidoostelijk Galiciê werd
slechts een geschutstrijd gevoerd en hadden
kleinere nachtelijke ondernemingen plaats. In
West-Galicië en Russisch Polen heerscht rust.
Petersburg, 11 April (Tel.-agent
schap). Communiqué van den grooten gene-
valen staf.
Ten westen van de Njemen duren de détail
gevechten voort in de streek van de rivier
Chichoupa.
I nde Karpathen viel dc vijand den 9en en
in den nacht van den lOen in dichte colon
nes, gesteund door eene machtige artillerie,
onze troepen aan, die in de richting van
Rostok waren gegaan naar de zuidelijke hel
lingen van den hoofdketen. Deze aanvallen
werden teruggeslagen met reusachtige verlie
zen voor den vijand; wij maakten een batail-
lon met 23 officieren gevangen en namen mi
trailleuses.
In de lichting van Uszok maakten wij ons
na een verwoed gevecht, meester van vër-
seheidene hoogte, waarbij wij 1000 soldaten
met 22 officieren gevangen maakten en vier
mitrailleuses namen.
In de richting van de Slryj duren de vijan
delijke aanvallen voort.
On de andere sectoren en ons front Is geene
merkbare verandering.
Weenen, 11 April. (Corr.-bureau). De
oorlogscorrespondenten van de dagbladen be
richten uit het oorlogsperskwarticr: In den
nog steeds durenden Karpathenslag blijkt, na
dat de Russische poging om door te breken
naar Homona is mislukt, steeds meer het voor
nemen van het Russische legerbestuur, om al
thans den in het laatst van Januari verloren
Karpathenkam te heroveren. In overeenstem
ming hiermee duurde de rust in het Ondava-
en Laborcza-gebied gisteren verder voort.
De strijd in de buurt van den Karpathen
kam tusschen de Lupkow- en Uszok-passen
woedde verder en ging ook over op het in het
oosten daarbij zich aansluitende Duitsche zui-
derleger. Talrijke Russische aanvallen vielen
in ons vuur ineen. De middentocht van het
Duitsche zuiderleger trad offensief op en be
reikte een gewichtig succes. Sedert het begin
van Februari versperden de Russen mei eene
geduchte versterking op den grooten Zininrug
ten noorden van Tuchloka den weg door het
Orawadal. Deze versterking scheen bijna on
neembaar. Gisteren werd dit bolwerk, terwijl
de Russen op het geheele front de verbonden
troepen trachtten te bestoken, door de Duit
sche troepen met een stormaanval genomen,
waarbij vele gevangenen gemaakt en machi
negeweren en ander oorlogsmaterieel buitge
maakt werden.
Bij Zalasczyki aan de Dnjetsr en aan de
grens van Bessarabië hadden kleinere gevech
ten plaats. Verder was er rust.
Petersburg. II April, (Tel.-agent-
schap). Communiqué van den generalen staf
van het leger aan den Kaukazus.
In de kuststreek artilleriestrijd en geweer
gevechten. In de richting van
onbeduidend gewreergevecht. Op de andere
fronten volstrekt geene verandering.
Berlijn, 10 April. (W. B.) De Vossische
Zeitung meldt:
De oud-minister van marine Bettolo heef»
nader nog aan een medewerker van de Tri-
buna. in verband met de versterkingen aan
dc Dardanellen, verklaard, dat de geschut-
munitie, de mijnen van de meest modernste
«oort, de buitengewoon sterke ontploffingsstof-
fen, de beweegbare 152 m.M.-batterijen..die 4
schoten per minuut kunnen lossen en 10 K.M
'schootsverheid hebben, een zeer geducht ver
dedigingssysteem vormen. Waarschijnlijk* ziin
er behalve de gevaarlijk drijvende mijnen, ook
verborgen, wellicht onderzeesche torpedo-
werptoesteilen aanwezig. De vloot kan de ver
sterkingen slechts forceeren, wanneer deze na
een krachtige beschieting door landingstroe-
Den geheel werden vernietigd.
Newport News, 11 April. (R.) De
Duitsche kruiser Kronprins Wilhelm is heden
morgen deze haven binnen gevaren. Zij be
richtte gebrek te hebben aan steenkolen en aan
levensmiddelen.
Berlijn, 11 April. fW. B.) Volgens de
Lokalanzeiger heeft de rijkskanselier zich gis
terenavond naar het groote hoofdkwartier be
geven.
Berlijn, 10 April. (W. B.) Het Berliner
Tagebla-tt verneemt uit Rome:
De Ilaliaansche dagbladschrijver Cabasino
Renda, die in het hoofdkwartier van maar
schalk Hindenburg vertoeft, publiceert een
lang gesprek, dat hij met dezen had.
„Het is voor mij een waarachtige vreugde",
zeide de veldmaarschalk, „aan het hoofd van
zulk een leger te 6taan. De geest onder de
troepen is bewonderenswaardig, zoowel bij
den generaal als den jomgsten soldaat. Het
kran&gst zijn mijne vliegeniers. Wat dezen
praesteeren, grens aan het wonderbaarlijke."
Over de vijanden van Duit9chland zeide
von Hindenburg: „Wie kan in ernst gelooven
aan het befaamde millioenenleger van Kitche
ner! En als het werkelijk op de been werd
gebracht, dan zouden het geene soldaten zijn,
maar menschen van allerlei slag, die in een
uniform zijn gestoken.
Wat de Russen betreft, hunne artillerie
schiet goed, maar verspilt ontzaglijk veel
munitie. De infanterie is kranig, maar de ca
valerie lijkt naar niets. De Russen vechten wel
goed, maar hun tucht berust niet, zooals bij
ons, op intelligentie en moraal, doch op blinde
gehoorzaamheid. De Russen zijn vooral be
dreven in den loopgravenoorlog. Voor hunne
numerieke overmacht behoeft niemand bang
te zijn; het getal beslist niet over de over
winning
Overigens hebben wij tal van onfeilbare
aanwijzingen, dat de Russen reeds mak zijn
en dat hun oorlogsmaterieel, dat zij op onge
hoorde wijze verspillen, begint op te ra
ken. Aan de wijze, waarop de Russen thare
strijden, ziet men, dat het niet lang meer
kan duren."
Hindenburg besloot met de woorden:
„Dat ons leger zich laat verslaan, i« totaal
uitgesloten
Weenen, H ApriL (Corr.-bureau).
Graaf Julius Andirassv wijst dn de Zedt er op,
dat hij reeds in het Kerstnummer is opgeko
men tégen de tendentieuse geruchten, die de
entente-pers verspreidde over de oorlogsmoe
heid van Hongarije. De berichten van dien
aard, die nu worden verspreid, Inzon
derheid de fabel van de oorlogsmoed
heid van Hongarije, zijn evenmin steekhou
dend, Bij zijne bezoeken in het Duitsche rijk
en in Oostenrijk heeft bet steeds diezelfde op
vatting waargenomen, dat de oorlog moet
worden voortgezet, totdat een duurzame, eer
volle vrede gewaart>orgd te. Hetzelfde is in
Hongarije het geval bij alle partijen en natio
naliteiten.
Niettemin gelooft hij, dat do vrede niet lang
meer op zich zal laten wachten. De gebeur
tenissen op de oorlogstooneelen volgen thans
sneller op elkaar en de verbonden centrale
mogendheden zullen het doel, dat zij zich ge
steld hebben, vroeger beluiken dan hunne
vijanden gelooven.
Keulen, 10 April. (W. B.) De Kölni-
sdhe Volkszeüung verneemt uit New-York:
De World publiceert een bericht van haar
correspondent Karl H. von Wiegand, over een
audiemtie bij Paus Benedictus XV op Maan
dag 5 April. De Paus liet zich tegenover den
correspondent als volgt uit: Zend het Ameri
ka a nsche volk en de Amerikaansche pers
mijn groet en mijn zegen, en breng aan dit
edele volk mijn eenigen wensch over: Ar
beidt voortdurend en eensgezind voor den
vrede, opdat aan het ontzettende bloedver
gieten met al zijne verschrikkingen zoo spoe
dig mogelijk een einde kome. Daarmede zult
gij God en de menschlieid der geheele we
reld een groote dienst bewijzen; de herinne
ring daaraan zal onvergankelijk zijn.
Wanneer uw land alles vermijdt wat den
oorlog zou kunnen verlengen, waarin het
bloed van vele honderdduizenden vloeit, dan
kan Amerika door zijne grootheid en zijn in
vloed zeer veel bijdragen tot een snelle be
ëindiging van dezen reusachtigen oorlog.
Do gansche wereld houdt het oog op Ame
rika gevestigd, of dit land het initiatief lot
den vrede zal nemen.
Zal het Amerikaansche volk het gunstige
oogenblik weten aan te grijpen? Zal het den
wensch van de geheele wereld vervullen? Ik
bid God dat het zoo moge zijn."
Wiegand voegt hieraan nog toe:
„Dit is de Paasch-lboodschap, welke de
Paus mij op deze gedenkwaardige audiëntie,
het eerste interviefw, dat sedert den dood van
Leo Xm aan een Ameri'kaanschen journalist
werd toegestaan, voor het Amerikaansche volk
medegaf. De Heilige Vader vervolgde:
„Bidt, "werkt onvermoeid en eendrachtig
voor den vrede. Dit is mijn Paaschwensch,
mijn dagelijksch gebed. Al mijn pogen is thans
op het bereiken van den vrede gericht.'' De
Paus eindigde aldus:
„Ik stel al mijne hoop op een spoedigen
vrede in het Amerikaansche volk, in den in
vloed en de macht, waarover het in de ge
heele wereld beschikt. Rechtvaardig, onpar
tijdig en ten allen tijde onzijdig in al zijne
bemoeiingen, kan Amerika, zoodra het gun
stige oogenblik voor het beginnen van de
vredesonderhandelingen genaderd is, van den
krachligsten steun van den Heiligen Stoel
veraekerd zijn. Ik heb dit reeds aan uwen
president, door bemiddeling van zijne meest
geziene vrienden, doen weten.
Par ij s. 10 April. (Havas). Het Berliner
Tageblatt laat zich uit Rome een telegram zen
den, volgens hetwelk Tanger belegerd zou ziin
door de rebellen en de toestand van de Fran
schen in Marokko bijzonder ernstig is. Het zou
onnoodig zijn dergelijke leugens tegen te spre
ken, als dit aanleiding gaf om den vreedzamen
voorspoed In het licht te stellen, dien Marokko
geniet, dank zij den iederen dag meer vruch
ten dragende samenwerking tusschen het
raaghzen en de Fransche autoriteiten.
Aan het einde van eene reis. die hij ver
richt heeft naar Casablanca en waarin hfi de
stijgende bedrijvigheid en rijkdom In de
Marokkaansche steden heeft kunnen consta-
teeren, heeft de sultan er prijs op gesteld in
eer aan den president der Fransche republiek
gericht telegram uitdrukking te geven aan het
genoegen, dat hij had ondervonden bij het
zien van de groote vorderingen, die dit deel
van zijn rijk maakte, en de belangrijke wer
ken. die daarin worden uitgevoerd, en ook
aan zijne wenschen voor de zegepraal en de
edele zaak der verbonden natiën.
In zijn antwoord dankte president Poincaré
df sultan voor zijne wenschen voor dc over
winning der verbonden legers, onder opmer-
kng dat daaraan roemrijk medewerken de
Marokkaansche troepen. Het gezamen'ijk voor
de zaak der beschaving vergoten bloed zal de
onverbreekbare banden, die Marokko en
Frankrijk vereenigen, nog nauwer toebalen.
Londen, 10 April. (R.) De regecring
heeft een zeer belangrijk Witboek uitgegeven,
waarin befereunenswaardige feiten behandeld
worden, op de behandeling van Engelsche
gevangenen in Duitschland betrekking heb
bende. Deze feiten zijn vermeld in eene cor
respondentie tusschen de Britsche re^eering
en den Ameriikaanschen gezant, loopende
over een tijdperk van 6 maanden.
Evn rapport, opgemaakt door majoor Van
daleur, die in December uit zijn gevangen
schap te Crefeld Vluchtteis in extenso af
gedankt en bevalt een zeldzaam verhaal van
Duitsche ruwheid. Hij werd bij La Baesée
gevangen genomen c 13 October met eer
gewond been en vertelt;
Ik werd met een motorwagen naar Douai
gebracht en bewaakt op een plein tegenover
het stadhuis, Waar ik onafgebroken aan hoon
blootstond. Bij aankomst van andere gevan-
- ,-*i werden wij voor dien nacht in een groo
te schuur ondergebracht en wij ontvingen
geen voedsel, behalve een weinig van het
Fraïische Roode Kruis. Evenmin werd stiroo
verstrekt en wij brachten daar een verschrik
kelijk en nacht door. De r waren ge
dwongen den geheelen nacht te loopen, om
warm te blijven, aangezien hun de overjas
sen waren afgenomen. Des morgens moesten
zij naar het station marcheeren en een van
onze officieren werd bij het station door een
D Sh officier bespuwd. Wij werden in
wagons gedreven en opgesloten, waar even
te voren paarden waren uitgekomen. Twee-
en-vijftio manschappen werden opgehoopt in
den waigon, waarin ik mij met vier andere
officieren bevond. Zoo dicht waren wij op
eengepakt. dat er slechts enkelen ruimte had
den om op den vloer te gaan zitten, welke
drie indies (plm. c.M. dik) met versche
uitwerpselen was bedekt, terwijl paarden
man-* een verstikkende lucht verspreidde. In
dieze vuilen wagon, waar zoo goed als geen
ventilatie was, werden wij gedurende 80
uren opgesloten, zonder voedsel en zonder
gelegenheid om aan natuurlijke behoeften te
voldoen. Gedurende die geheele reis, en aan
de verschillende stations, werden wij door
Duitsche officieren en soldaten uitgevloekt en
te Bergen werd ik bevel van den officier
van het station uit den wagon getrokken, en,
na mdj ongeveer tien minuten in een lage taal
t» hebben uitgevloekt, gaf hij een van zijn
«oèdttfcen last, mii weder in den wagon te
trappen, wat deze deed en waarbij ik in het
vuil op den' bodem van den wagon werd ge
worpen.
Toen wij de Dui Lsch-Belgische grens be
reikten, ontvingen de Fransclie krijgsgevan
genen wat aardappelsoep. De lieden, die daar
mede belast waren, zeiden ons, dat er niets
voor ons was, maar dat, wanneer er iets
overbleef, nadat de Franschen waren gevoed
wij dat zouden krijgen. Dil komt overeen met
de algemeene behandeling vaTT Britsche krijgs
gevangenen door de Duitschers. die steeds er
op uit zijn het ons zoo last dg en onaange
naam mogelijk te maken en zoo slecht moge
lijk te behandelen. Op 18 October werd deze
folterreis te Keulen afgebroken.
Het is moeilijk een juist denkbeeld te geven
van den onbeschrijflijk ellcndigen toestand,
waarin wij verkeerden, nadat wij op boven
omschreven wijze drie dagen en dirie nach
ten behandeld waren. Zooa«ls men weet, zijn
deze wagons berekend op zes paarden of
veertig personen, en dan nog alleen bij open
deuren, zoodat ventilatie mogelijk is.
f ~en er vast van overtuigd, dat deze ruwe
wijze van behandeling van Britsche officie
ren en manschappen, bij hun transport naar
de plaats van interneering, opzettelijk zoo
geregeld is door hoogere autoriteiten.
Berlijn, 10 April. (W. B.) De Lokal
anzeiger bericht over eene vergadering, die
door een honderdtal Belgische vluchtelingen
is gehouden om kermis te nemen van een
verslag dat werd uitgebracht door eene com
missie, die gedurende viif dagen te Brussel
en in Antwerpen, had vertoefd om poolshoog
te te nemen omtrent den toestand. De slot
som van de mededeeTingen was. dat handel
en verkeer nog stil liggen, zoodat aan den
definitieven terugkeer nog niet kan worden
gedacht.
P a r ij s, 10 April. (Ilavas.) Het Noor-
weegsche blad Verdensgang van 8 April ves
tigt de aandacht op de steun, dtie aan Duitsch
land kan worden verschaft door het zenden
Van kleinere collis of pakketten roet levens
middelen. afkomstig uit Zweden, Noorwegen
en Denemarken, wanneer de gevallen daarvan
zich mochten vermenigvuldigen. Het blad
eindigt met de opmerking, dat de autoritei
ten in de Ska'ndinavische landen op dergelijke
zendingen toezicht moeten uitoefenen.
Weenen, 10 April. (Corr.-bureau).
Naar aanleiding van de uitgave van meel- en
broodkaarten, die in alle wijken van Weenen
in drie dagen tijds Is verrichten zonder dat
klachten werden vernomen, heeft de burge
meester Weiskirchner aan de geheele bevol
king maar inzonderheid aan de bij de uit
voering betrokken stedelijke ambtenaren, on
derwijzers en pers dank gebracht voor de
verleende medewerking. Hij prijst inzonder
heid de bezonnenheid en den uitmuntenden
geest van de bevolking, waardoor bet ver
trouwen wordt versterkt, dat een volk met
zooveel ernst en zelfbewustheid in de moei
lijkste tijden standvastig zal blijven.
Weenen, II April. (Corr.jbureau). De
dagbladen oonslabecren met voldoening de
verdere verlaging van den rentevoet van de
Oostenrijksdh-Hongaarsche bank, die nog
slechts een percent staat boven den noimalen
rentevoet, een Heit. dat verblijdend is voor de
volkshuishouding in Oostenrijk-Hongarije. De
sterke toeneming van de stortingen bij de ban
ken en spaarkassen, de ondanks den oorlogs
tijd gunstige balansen van de banken en in-
duslrieele ondernemingen, de verblijdende
vermeerdering der werkzaamheid van de in-
duslrieele bedrijven, dfie het duidelijkst zich
vertoom bij de ijzerindustrie, eindelijk de gun
stige stand van het gewas in de beide staten
van de monarchie leveren in verband met de
verlaging van den rentevoet der bank het beste
bewijs, dat de finaneieele en economische
kracht van de monarchie even goed ongebro
ken is as hare militaire kracht en dat zij zal
zijn opgewassen tegen alle eischen, hoe hoog
ook, die de verderen loop van den oorlog aan
haar zou kunnen stellen.
China en Japan.
Ber 1 ij n. 10 April. (W. B.) De Nowoie
Wremja verneemt uit Peking, dat de Cbinee-
«cbe regeering de publieke opinie er op voor
bereidt, dat de bevrediging der Japansche
eischen onvermijdelijk is. Daarbij wordt offi
cieus verklaard, dat China elke verantwoor
delijkheid voor de schending der belangen
van andere mogendheden afwijst.
Roodbroek en Khaki.
Een eigenaardige karakteristiek van de En
gelschen in Frankrijk geeft de Parijsche cor
respondent van de „Svenka Dagbladet" Aan
de vertaling daarvan in de „National Zeitung"
ontleent het Hold, het volgende:
Dc eenvoudigste roodbroek" staat op het
oogenblik bij de Parisienne hooger in gunst
dan de elegantste „dandy", maar zii moet
thans tusschen ce n,.khaki" en een „roodbroek"
kiezen. De Parisienne is van meening, dat de
Engelschman „stijl" heeft, en dat hii daarin
hare landgenooten overtreft, al gaat het met
de conversatie eenigszins moeilijk. De Engel
sche officieren en soldaten, die in Parijs zijn.
„tea" en graag bij Ciro of Vatel, die de voor
name theesalons gedurende den oorlog gewor
den zijn en de flirt tusschen Parisiennes en
de geallieerden is daar in vollen gang. De
Engelschen hebben het in Parijs uitstekend
en onder de soldaten ziet men geen gewon
den, want die worden dadelijk over het
Kanaal gezonden. De meeste Engelschen te
Parijs zijn jonge, aardige mannen, die zelfs,
ook wanneer hun haar reeds eenigszins grijs
i3. er nog altijd als jongens uitzien. Deze
schijnbaar eeuwige jeugd draagt er veel toe
bij, hen populair te maken; voorts heeft de
gewone Engelsche soldaat een traktement, dat
vetl grooter is dan dat van een Franschen en
bovendien is Tommy Atkins zeer gul en be
schikt hii. zooals gezegd, over de oodige mid
delen. Ook in de dorpen, waar- de Engelschen
ingekwartierd zijn, ziet men hen gaarne. Ge
heele steden in Noord-Frankrijk 1 ~"den zich
thans bezig met het rooken van ham en het
fabriceeren" van rookvleesch. dat de Engel
schen in groote hoeveelheden koo*>en en ge
woonlijk met hun omgeving deelen. Een aan
tal steden, zooals Dieppe. Calais en Boulogne
zien er geheel uit als Engelsche plaatsen. En-
sche tooneeltroepen spelen daar voor hun
landgenooten en menig keer draagt de politie
zelfs de Encelsche uniforru. De Engelsche of
ficieren hebben vele le rt cn I. - --n naar d«
overzijde van het Kanaal meegebracht; laatst
genoemde laten zij l^s en dan organiseeren
zij jachten. In Boulogne kwamen eens niet
minder dan 40 piano's aan voor rekening van
de Engelschen en het schijnt, dat zij in ieder
geval op een lang verblijf in dc Fransclie
havensteden rekenen.
Fransche en Engelsche officieren ziet men
zelden te zamen. De hoogere officieren slaan
natuurlijk in correcte, menigmaal hartelijke
betrekking tot elkaar, maar de jonge Fran
sche officieren vinden het minder aangenaam
als men over de Engelschen spreekt, voor
schijnt dit te komen door dc concurrentie, wel
ke de Engelsche officier den Franschen aan
doet; maar toch ligt deoorzaak dieper en deze
is het groote verschil in karakter. Vooral is
het het Engelsche pblegma, de Engelsche
kalmte, welke het levendige FransE.e tempe
rament irriteert. Prijst men echter de kalmte
van de Engelschen in het vijandelijke vuur,
dan antwoordt de Fransohman: „Dc Engelsch
man is niet kalm, ant kalm is slechts hij, (li.-
na een juiste berekening van de risico's zijn
leven waagt; de Engelscheman is onverschil
lig".
Ook vertelt men veel van de voetbal wed
strijden aan het front. Zoo vertelde mij een
officier van het 19e Fransche 'rein-bataljon.
dat hij eens roet zijn troepen een veld voorbij
ging. waar eenige Engelsche soldaten voelWi
speelden. Een Duitsche granaat ontplofte bo
ven dé spelers en Cz1de twee en verwonddo
er vier. „Denkt u, dat de anderen t spel af
braken?" Zij droegen eenvoudig de lijken ci>
de gewonden weg en zetten daarop hun spd
voort".
Een anderen keer had deze officier een E •-
gdlschen generaal gezien, die in hehidsmou
wen bij zijn raam stond en kalm zijn p^p
rookte, terwijl de granaten rondom de stad
ontploften. „Ik heb dat niet met bewondering,
maar slechts met verbazing aanschouwd"', zei
de de officier, „want éeri dergelijke onvea
schilligheid is mij onbegrijpelijk".
Een jonge Fransche dragonder-luitenant
vertelde, dat hij in Compiègne 's nachts, voor
dat de stad ontruimd werd, op wacht was.
Maarschalk French logeerde in een huis te
genover het kasteel. Te zes uur 's morgens
hoorden we de scholen van de Duitschers
reeds bij den toren. Haastig zond de officier
iemand naar den maarschalk om dezen me
te deelen, dat de Duitschers reeds voor de
stad waren. Bij het huis van French ant
woordde een Engelsche officier hem: „De
maarschalk is nog in bed, ik kan hem niet
sloren." Op de markt voor de deur stond de
auto gereed en de chauffeur had reeds den
motor aangezet. Er verliep een uur. toen zond
de officier nog iemand naar het huis van d^n
veldmaarschalk, om hem te verzoeken dade
lijk-te vertrekken. „De veldmaarschalk is
het bad", was het antwoord. De Fransche <%n
Engelsche stafofficieren hadden in de auto
plaats genomen; het was reeds 8 uur. Wee-
ging eenige tijd voorbij en do schoten werde
al duidelijker. Voor de derde maal kreeg d
luitenant opdracht naar den opperbevelheb
ber te gaan. „De maarschalk zit aan het onl-
bijt'\ was ditmaal het antwoord. Eerst om 9
uur verscheen hij en tjen nam hij plaats in
de automobiel. Twee uur later marcheerden
de Duitschers Compiègne binnen.
Een dergelijke onverschilligheid begrijpen
de Fransche soldaten niet.
De correspondent vertelt verder nog dat er
grappen over worden gemaakt, dat Tommy
Atkins tusschen vier en zes niet vechten wil.
omdat hij dan thee drinkt. Het thee drinken
is namelijk een „nationale zaak" voor den
Engelschen soldaat.
Oorlog en besmettel ij ke ziekten
De „Times" bevat een artikel over de in
vloed van epidemieën in den oorlog. Men
heeft zich, zegt het blad in een hoofdartikeltje,
bezorgd gemaakt over dc lente, vreezend dat
met het warmere weer ook epidemieën zou
den voorkomen. Vooral de toestand onder Ir
Servische volk deed deze vrees tociicnv'.
Maar, zegt de „Times", wat nu in ons artikel
wordt uitgezet is nog al geruststellend D r
toestand in Servië is grootendeels een gevolg
van de normale ongezonden toestanden daar,
die de oorlog alleen heeft verscherpt. Maar
omdat de typhus in Servië epidemisch is,
behoeft zij daarom zich nog niet uit le brei
den tot het westelijk front, of zelfs tot de Rus
sische linies. Typhus wordt vooral overge
bracht door luizen, en zij bloeit waar voedsel
schaarsch is en waar onzindelijkheid, slechte
luchtverversching en overvulling heerschen.
Met de luizen kan men het wel klaarspelen en
wat de andere voorwaarden betreft, die zul
len wel niet gevonden worden onder de Brit
sche troepen in Frankrijk en Vlaarderen. De
vrees voor cholera acht de „Times" geheel
voorbarig. Europa was zoo goed als vrij toen
de oorlog uitbrak. En als de ziekte zich weer
vertoont, is er niet de minste reden om te
veronderstellen dat ze ook het westen zal be
reiken. terwijl in Oost-Europa de epidemieën
gewoonlijk weinig kwaadaardig zijn.
Het ergste wat de troepen in het westen wel
te vreezen zullen hebben is de vliegenplaag,
die in einde Mei is te verwachten maar ook
hiertegen zijn doeltreffende middelen le ne
men. In alle oorlogvoerende landen, behalve
Servië, is ziekte in dezen oorlog bestreden
als nooit te voren. ..Wij zien geen reden
het verkregen succes niet zou kunnen worden -
gehandhaafd. Als er, zooals wordt gezegd, in
de Vereenigde Staten lieden zijn, die meenen
dat epidemieën den oorlog zullen verkorten
of tot een remise zullen leiden, zullen zij waar
schijnlijk wel ongelijk hebben.''
De Staatscourant van Zondag 11 en
Maandag 12 April bevat o.a. de volgende Ko
ninklijke besluiten
benoemd bij hel le regiment huzaren lol
kolonel de luitenant-kolonel jhr. E. D. "W. von
Wrnagel auf Linden/berg, commandant van
het corps;
eervol ontslagen wegens lichaamsgebreken
de reserve-officier van gezondheid le klasse
A. F. Soer;
eervol ontslagen onder dankbetuiging C D
van Leddcn Hulsebosch als burgemcev-c*
Beesd en J. Julsingka als burgcaicei cj
Ulrum
op verzoek eervol on!slagen -< -!■«•>
heere als inspecteur der rcg*.>'-
's Gravenihagc