bTnnênland. Verspreide Berichten. Den Tollenden nacht en voormiddag -werk ten de Fransche mijnwerpers en de artillerie. In den namiddag deed de vijand nit ziine ge heele linie, op de hoogte bij Combres, een aanval van zijn loopgraven uit en drong op één plaats door tot de laagte aan de zuide lijke helling, voordat de aanval, in het vuur van onze tweede stelling, bloedig werd ge smoord. Onze troepen behielden de hoogte. Een onzer regimenten deed een een tegenaan val. waardoor gedeelten van onze voorste stel ling werden teruggewonnen. Een tweede Fransche aanval werd door krachtdadig ar tillerievuur verhinderd. De vijand beschoot 's nachts het dorp Combres en de daarbij lig gende hoogte. Op het overige deel van het front had op 9 April op de linie Seuzey-Spada een ernstige, doch vruchtelooze aanval van den vijand plaats. Wij maakten hierbij 71 gevangenen. Een zwakkere aanval bij Aiily we d ge makkelijk afgeslagen. Het Fransche offensief op de linie Régnie- ville—Fay-en-Haye eindigde met buitengewoon groote verliezen. Reeds in de streek —aar ons artillerievuur had gewoed, noordelijk van Regniéville, lagen op één plek 500 lijken. Den 9den April des avonds werden door een Duitscüen aanval bij Croix des Carmes, in het Bois le Prêtre, drie blokhuizen en twee ver bindingsloopgraven veroverd. Twee machine geweren werden buitgemaakt en 59 man ge vangen genomen. Den lOden April hadden over het gebeele front arlilleri-gevechten plaats. Men nam waar, dat de Franschen druk bezig waren zich te versterken, en nieuwe troepen aan voerden, die wij krachtig beschoten, zoodat de tegenstander niet besloot om tot den aan val over te gaan. Ook bij Les Eparges, aan den voet van de hoogte bij Combres, werden krachtige Fransche krachten door ons artillerievuur gegrepen. Den lOden dezer werden enkele Fransche aanvallen in het Bois le Prêtre zonder moeite afgeslagen. Zoo eindigde de 10e April evenals alle vorige dagen op alle aangevallen fronten geheel in het voordeel der Duitschers. Desniettemin be tuigde generaal Joffre aan het eerste leger zün dank, omdat het dc stelling bij Les Eparges, d. i de hoogte van Combres. den Duitschers eptnemen had. Om deze stelling wordt sinds weken gestreden. De Franschen hebben reeds meermalen gemeld, dat zij de stelling namen en behielden. De laatste gevechten om deze stelling zijn boven geschetst. In werkelijkheid bezetten de Franschen tij delijk enkele loopgraven, die achter op een klein gedeelte zonder beteekenis, na, alle weer veroverd werden. W enen, 10 April. (W. B.) Officieel periehl van hedenmiddag. In het woudgebergte hebben gisteren, ook in de sectoren ten oosten van den Uzzok-pas, hevige gevechten plaats gehad. De Duitscüe troepen hebben ten noorden van Tuchol>kab een hoogtcsteildng veroverd, waarom sedert den 5e Maart krachtig werd gestreden cn die door de Russen hardnekkig werd verdedigd. Een kolonel en meer dan 1000 ma«n zijn bij derzen aanval gevangen ge maakt. Den Russen werden ook 15 machine geweren ontnomen. In het OPor-dal en in het bron gebied aan d Strjj, mislukten gelijktijdig heftige vijan delijke aanvallen tegen onze cn de Duitsche stellingen, onder zware verliezen voor den vijand. dag van gisteren bracht ons In totaal 2150 krijgsgevangenen. Overigens is de toestand onveranderd. Petersburg, 10 April. (TeJ.-agent- schap.) Communiqué van den grooten gene- Talen staf. Op het front ten westen van de Njemeu vie len wij den 9cn bij het aanbreken van den dag de Duitsche stèllingen tusschen Kalwaria en Ludwinow aan. Wij veroverden tenge volge van een hardnekkig bajonet gevecht twee limièn loopgraven en maakte 600 ge vangenen, waaronder acht officieren. Acht mitrailleuses vielen in onze handen. In dc Kaïrpathen namen wij in de streek van. Mczolaiborcz het offensief van de gtellin- hdjn bij Gabolocz uit; wij verdreven den vij and nit Wirawa. Ten zuiden van Volia Mi- chowa namen wij de hoogte 909. zoodat de vijand op de geheele uitgestrektheid van den hoofdbergketen der Karpathen is teruggesla gen jn de streek van ons offensief. In de streek van Rostoki kreeg de vijand h-griik. versterkingen. Hij ondername den Ben hardnekkige tegenaanvallen, die wij met succes terugsloegen; wij namen daarbij 1000 gevangenen, waaronder 20 officieren Hei offensief van de lijn Niiniadasluczica— Yolozate—Bukowic uit in zuidelijke richting duurt voort, ondanks de bijzonder moeielijke plaatselijke omstatidigbeden. Zich een weg banende door meer dan twee meters diepe sneeuw, naderde onze troepen op verschei dene punten lot op vijf werst afstand van Uszck'1"! Bij Rosochacz - -va deed de vijar.d twee onvruchtbare aanvallen. Op andere deelen van ons front zijn gee ne wezenV' veranderingen voorgekomen Berlijn. 11 April. (W. B.) Bericht van hel opperste legerbestuur uit het groote hoofd kwartier van heden voormiddag: Bij Mariampol en Kalwarja, alsmede bij Klenike aan de Skwa, werden de aanvallen der Russen afgeslagen. De Russen werden uit eene plaats bij Bromóerz, ten Westen van Plonsk verdreven, waarhij zij 80 man en 3 mitrailleurs verloren. In Polen, ten Zuiden van de Weichsel, on derhielden dc Russen den geheelen nacht een levendig artillerie, en infanterievuur. Weenen, 11 ApriL fW. B.) Officieel be richt van heden middag. In de Bcskiden is niets gebeurd. In het Woud-gebergte duurt de fitriid voort in sommige sectoren ten oosten van den Uszokpas. Bij de vervolging van de op 9 April behaal de voordeelen werden weer 9 officieren en 713 man gevangen gemaakt en twee machine geweren genomen. Aan het front in Zuidoostelijk Galiciê werd slechts een geschutstrijd gevoerd en hadden kleinere nachtelijke ondernemingen plaats. In West-Galicië en Russisch Polen heerscht rust. Petersburg, 11 April (Tel.-agent schap). Communiqué van den grooten gene- valen staf. Ten westen van de Njemen duren de détail gevechten voort in de streek van de rivier Chichoupa. I nde Karpathen viel dc vijand den 9en en in den nacht van den lOen in dichte colon nes, gesteund door eene machtige artillerie, onze troepen aan, die in de richting van Rostok waren gegaan naar de zuidelijke hel lingen van den hoofdketen. Deze aanvallen werden teruggeslagen met reusachtige verlie zen voor den vijand; wij maakten een batail- lon met 23 officieren gevangen en namen mi trailleuses. In de lichting van Uszok maakten wij ons na een verwoed gevecht, meester van vër- seheidene hoogte, waarbij wij 1000 soldaten met 22 officieren gevangen maakten en vier mitrailleuses namen. In de richting van de Slryj duren de vijan delijke aanvallen voort. On de andere sectoren en ons front Is geene merkbare verandering. Weenen, 11 April. (Corr.-bureau). De oorlogscorrespondenten van de dagbladen be richten uit het oorlogsperskwarticr: In den nog steeds durenden Karpathenslag blijkt, na dat de Russische poging om door te breken naar Homona is mislukt, steeds meer het voor nemen van het Russische legerbestuur, om al thans den in het laatst van Januari verloren Karpathenkam te heroveren. In overeenstem ming hiermee duurde de rust in het Ondava- en Laborcza-gebied gisteren verder voort. De strijd in de buurt van den Karpathen kam tusschen de Lupkow- en Uszok-passen woedde verder en ging ook over op het in het oosten daarbij zich aansluitende Duitsche zui- derleger. Talrijke Russische aanvallen vielen in ons vuur ineen. De middentocht van het Duitsche zuiderleger trad offensief op en be reikte een gewichtig succes. Sedert het begin van Februari versperden de Russen mei eene geduchte versterking op den grooten Zininrug ten noorden van Tuchloka den weg door het Orawadal. Deze versterking scheen bijna on neembaar. Gisteren werd dit bolwerk, terwijl de Russen op het geheele front de verbonden troepen trachtten te bestoken, door de Duit sche troepen met een stormaanval genomen, waarbij vele gevangenen gemaakt en machi negeweren en ander oorlogsmaterieel buitge maakt werden. Bij Zalasczyki aan de Dnjetsr en aan de grens van Bessarabië hadden kleinere gevech ten plaats. Verder was er rust. Petersburg. II April, (Tel.-agent- schap). Communiqué van den generalen staf van het leger aan den Kaukazus. In de kuststreek artilleriestrijd en geweer gevechten. In de richting van onbeduidend gewreergevecht. Op de andere fronten volstrekt geene verandering. Berlijn, 10 April. (W. B.) De Vossische Zeitung meldt: De oud-minister van marine Bettolo heef» nader nog aan een medewerker van de Tri- buna. in verband met de versterkingen aan dc Dardanellen, verklaard, dat de geschut- munitie, de mijnen van de meest modernste «oort, de buitengewoon sterke ontploffingsstof- fen, de beweegbare 152 m.M.-batterijen..die 4 schoten per minuut kunnen lossen en 10 K.M 'schootsverheid hebben, een zeer geducht ver dedigingssysteem vormen. Waarschijnlijk* ziin er behalve de gevaarlijk drijvende mijnen, ook verborgen, wellicht onderzeesche torpedo- werptoesteilen aanwezig. De vloot kan de ver sterkingen slechts forceeren, wanneer deze na een krachtige beschieting door landingstroe- Den geheel werden vernietigd. Newport News, 11 April. (R.) De Duitsche kruiser Kronprins Wilhelm is heden morgen deze haven binnen gevaren. Zij be richtte gebrek te hebben aan steenkolen en aan levensmiddelen. Berlijn, 11 April. fW. B.) Volgens de Lokalanzeiger heeft de rijkskanselier zich gis terenavond naar het groote hoofdkwartier be geven. Berlijn, 10 April. (W. B.) Het Berliner Tagebla-tt verneemt uit Rome: De Ilaliaansche dagbladschrijver Cabasino Renda, die in het hoofdkwartier van maar schalk Hindenburg vertoeft, publiceert een lang gesprek, dat hij met dezen had. „Het is voor mij een waarachtige vreugde", zeide de veldmaarschalk, „aan het hoofd van zulk een leger te 6taan. De geest onder de troepen is bewonderenswaardig, zoowel bij den generaal als den jomgsten soldaat. Het kran&gst zijn mijne vliegeniers. Wat dezen praesteeren, grens aan het wonderbaarlijke." Over de vijanden van Duit9chland zeide von Hindenburg: „Wie kan in ernst gelooven aan het befaamde millioenenleger van Kitche ner! En als het werkelijk op de been werd gebracht, dan zouden het geene soldaten zijn, maar menschen van allerlei slag, die in een uniform zijn gestoken. Wat de Russen betreft, hunne artillerie schiet goed, maar verspilt ontzaglijk veel munitie. De infanterie is kranig, maar de ca valerie lijkt naar niets. De Russen vechten wel goed, maar hun tucht berust niet, zooals bij ons, op intelligentie en moraal, doch op blinde gehoorzaamheid. De Russen zijn vooral be dreven in den loopgravenoorlog. Voor hunne numerieke overmacht behoeft niemand bang te zijn; het getal beslist niet over de over winning Overigens hebben wij tal van onfeilbare aanwijzingen, dat de Russen reeds mak zijn en dat hun oorlogsmaterieel, dat zij op onge hoorde wijze verspillen, begint op te ra ken. Aan de wijze, waarop de Russen thare strijden, ziet men, dat het niet lang meer kan duren." Hindenburg besloot met de woorden: „Dat ons leger zich laat verslaan, i« totaal uitgesloten Weenen, H ApriL (Corr.-bureau). Graaf Julius Andirassv wijst dn de Zedt er op, dat hij reeds in het Kerstnummer is opgeko men tégen de tendentieuse geruchten, die de entente-pers verspreidde over de oorlogsmoe heid van Hongarije. De berichten van dien aard, die nu worden verspreid, Inzon derheid de fabel van de oorlogsmoed heid van Hongarije, zijn evenmin steekhou dend, Bij zijne bezoeken in het Duitsche rijk en in Oostenrijk heeft bet steeds diezelfde op vatting waargenomen, dat de oorlog moet worden voortgezet, totdat een duurzame, eer volle vrede gewaart>orgd te. Hetzelfde is in Hongarije het geval bij alle partijen en natio naliteiten. Niettemin gelooft hij, dat do vrede niet lang meer op zich zal laten wachten. De gebeur tenissen op de oorlogstooneelen volgen thans sneller op elkaar en de verbonden centrale mogendheden zullen het doel, dat zij zich ge steld hebben, vroeger beluiken dan hunne vijanden gelooven. Keulen, 10 April. (W. B.) De Kölni- sdhe Volkszeüung verneemt uit New-York: De World publiceert een bericht van haar correspondent Karl H. von Wiegand, over een audiemtie bij Paus Benedictus XV op Maan dag 5 April. De Paus liet zich tegenover den correspondent als volgt uit: Zend het Ameri ka a nsche volk en de Amerikaansche pers mijn groet en mijn zegen, en breng aan dit edele volk mijn eenigen wensch over: Ar beidt voortdurend en eensgezind voor den vrede, opdat aan het ontzettende bloedver gieten met al zijne verschrikkingen zoo spoe dig mogelijk een einde kome. Daarmede zult gij God en de menschlieid der geheele we reld een groote dienst bewijzen; de herinne ring daaraan zal onvergankelijk zijn. Wanneer uw land alles vermijdt wat den oorlog zou kunnen verlengen, waarin het bloed van vele honderdduizenden vloeit, dan kan Amerika door zijne grootheid en zijn in vloed zeer veel bijdragen tot een snelle be ëindiging van dezen reusachtigen oorlog. Do gansche wereld houdt het oog op Ame rika gevestigd, of dit land het initiatief lot den vrede zal nemen. Zal het Amerikaansche volk het gunstige oogenblik weten aan te grijpen? Zal het den wensch van de geheele wereld vervullen? Ik bid God dat het zoo moge zijn." Wiegand voegt hieraan nog toe: „Dit is de Paasch-lboodschap, welke de Paus mij op deze gedenkwaardige audiëntie, het eerste interviefw, dat sedert den dood van Leo Xm aan een Ameri'kaanschen journalist werd toegestaan, voor het Amerikaansche volk medegaf. De Heilige Vader vervolgde: „Bidt, "werkt onvermoeid en eendrachtig voor den vrede. Dit is mijn Paaschwensch, mijn dagelijksch gebed. Al mijn pogen is thans op het bereiken van den vrede gericht.'' De Paus eindigde aldus: „Ik stel al mijne hoop op een spoedigen vrede in het Amerikaansche volk, in den in vloed en de macht, waarover het in de ge heele wereld beschikt. Rechtvaardig, onpar tijdig en ten allen tijde onzijdig in al zijne bemoeiingen, kan Amerika, zoodra het gun stige oogenblik voor het beginnen van de vredesonderhandelingen genaderd is, van den krachligsten steun van den Heiligen Stoel veraekerd zijn. Ik heb dit reeds aan uwen president, door bemiddeling van zijne meest geziene vrienden, doen weten. Par ij s. 10 April. (Havas). Het Berliner Tageblatt laat zich uit Rome een telegram zen den, volgens hetwelk Tanger belegerd zou ziin door de rebellen en de toestand van de Fran schen in Marokko bijzonder ernstig is. Het zou onnoodig zijn dergelijke leugens tegen te spre ken, als dit aanleiding gaf om den vreedzamen voorspoed In het licht te stellen, dien Marokko geniet, dank zij den iederen dag meer vruch ten dragende samenwerking tusschen het raaghzen en de Fransche autoriteiten. Aan het einde van eene reis. die hij ver richt heeft naar Casablanca en waarin hfi de stijgende bedrijvigheid en rijkdom In de Marokkaansche steden heeft kunnen consta- teeren, heeft de sultan er prijs op gesteld in eer aan den president der Fransche republiek gericht telegram uitdrukking te geven aan het genoegen, dat hij had ondervonden bij het zien van de groote vorderingen, die dit deel van zijn rijk maakte, en de belangrijke wer ken. die daarin worden uitgevoerd, en ook aan zijne wenschen voor de zegepraal en de edele zaak der verbonden natiën. In zijn antwoord dankte president Poincaré df sultan voor zijne wenschen voor dc over winning der verbonden legers, onder opmer- kng dat daaraan roemrijk medewerken de Marokkaansche troepen. Het gezamen'ijk voor de zaak der beschaving vergoten bloed zal de onverbreekbare banden, die Marokko en Frankrijk vereenigen, nog nauwer toebalen. Londen, 10 April. (R.) De regecring heeft een zeer belangrijk Witboek uitgegeven, waarin befereunenswaardige feiten behandeld worden, op de behandeling van Engelsche gevangenen in Duitschland betrekking heb bende. Deze feiten zijn vermeld in eene cor respondentie tusschen de Britsche re^eering en den Ameriikaanschen gezant, loopende over een tijdperk van 6 maanden. Evn rapport, opgemaakt door majoor Van daleur, die in December uit zijn gevangen schap te Crefeld Vluchtteis in extenso af gedankt en bevalt een zeldzaam verhaal van Duitsche ruwheid. Hij werd bij La Baesée gevangen genomen c 13 October met eer gewond been en vertelt; Ik werd met een motorwagen naar Douai gebracht en bewaakt op een plein tegenover het stadhuis, Waar ik onafgebroken aan hoon blootstond. Bij aankomst van andere gevan- - ,-*i werden wij voor dien nacht in een groo te schuur ondergebracht en wij ontvingen geen voedsel, behalve een weinig van het Fraïische Roode Kruis. Evenmin werd stiroo verstrekt en wij brachten daar een verschrik kelijk en nacht door. De r waren ge dwongen den geheelen nacht te loopen, om warm te blijven, aangezien hun de overjas sen waren afgenomen. Des morgens moesten zij naar het station marcheeren en een van onze officieren werd bij het station door een D Sh officier bespuwd. Wij werden in wagons gedreven en opgesloten, waar even te voren paarden waren uitgekomen. Twee- en-vijftio manschappen werden opgehoopt in den waigon, waarin ik mij met vier andere officieren bevond. Zoo dicht waren wij op eengepakt. dat er slechts enkelen ruimte had den om op den vloer te gaan zitten, welke drie indies (plm. c.M. dik) met versche uitwerpselen was bedekt, terwijl paarden man-* een verstikkende lucht verspreidde. In dieze vuilen wagon, waar zoo goed als geen ventilatie was, werden wij gedurende 80 uren opgesloten, zonder voedsel en zonder gelegenheid om aan natuurlijke behoeften te voldoen. Gedurende die geheele reis, en aan de verschillende stations, werden wij door Duitsche officieren en soldaten uitgevloekt en te Bergen werd ik bevel van den officier van het station uit den wagon getrokken, en, na mdj ongeveer tien minuten in een lage taal t» hebben uitgevloekt, gaf hij een van zijn «oèdttfcen last, mii weder in den wagon te trappen, wat deze deed en waarbij ik in het vuil op den' bodem van den wagon werd ge worpen. Toen wij de Dui Lsch-Belgische grens be reikten, ontvingen de Fransclie krijgsgevan genen wat aardappelsoep. De lieden, die daar mede belast waren, zeiden ons, dat er niets voor ons was, maar dat, wanneer er iets overbleef, nadat de Franschen waren gevoed wij dat zouden krijgen. Dil komt overeen met de algemeene behandeling vaTT Britsche krijgs gevangenen door de Duitschers. die steeds er op uit zijn het ons zoo last dg en onaange naam mogelijk te maken en zoo slecht moge lijk te behandelen. Op 18 October werd deze folterreis te Keulen afgebroken. Het is moeilijk een juist denkbeeld te geven van den onbeschrijflijk ellcndigen toestand, waarin wij verkeerden, nadat wij op boven omschreven wijze drie dagen en dirie nach ten behandeld waren. Zooa«ls men weet, zijn deze wagons berekend op zes paarden of veertig personen, en dan nog alleen bij open deuren, zoodat ventilatie mogelijk is. f ~en er vast van overtuigd, dat deze ruwe wijze van behandeling van Britsche officie ren en manschappen, bij hun transport naar de plaats van interneering, opzettelijk zoo geregeld is door hoogere autoriteiten. Berlijn, 10 April. (W. B.) De Lokal anzeiger bericht over eene vergadering, die door een honderdtal Belgische vluchtelingen is gehouden om kermis te nemen van een verslag dat werd uitgebracht door eene com missie, die gedurende viif dagen te Brussel en in Antwerpen, had vertoefd om poolshoog te te nemen omtrent den toestand. De slot som van de mededeeTingen was. dat handel en verkeer nog stil liggen, zoodat aan den definitieven terugkeer nog niet kan worden gedacht. P a r ij s, 10 April. (Ilavas.) Het Noor- weegsche blad Verdensgang van 8 April ves tigt de aandacht op de steun, dtie aan Duitsch land kan worden verschaft door het zenden Van kleinere collis of pakketten roet levens middelen. afkomstig uit Zweden, Noorwegen en Denemarken, wanneer de gevallen daarvan zich mochten vermenigvuldigen. Het blad eindigt met de opmerking, dat de autoritei ten in de Ska'ndinavische landen op dergelijke zendingen toezicht moeten uitoefenen. Weenen, 10 April. (Corr.-bureau). Naar aanleiding van de uitgave van meel- en broodkaarten, die in alle wijken van Weenen in drie dagen tijds Is verrichten zonder dat klachten werden vernomen, heeft de burge meester Weiskirchner aan de geheele bevol king maar inzonderheid aan de bij de uit voering betrokken stedelijke ambtenaren, on derwijzers en pers dank gebracht voor de verleende medewerking. Hij prijst inzonder heid de bezonnenheid en den uitmuntenden geest van de bevolking, waardoor bet ver trouwen wordt versterkt, dat een volk met zooveel ernst en zelfbewustheid in de moei lijkste tijden standvastig zal blijven. Weenen, II April. (Corr.jbureau). De dagbladen oonslabecren met voldoening de verdere verlaging van den rentevoet van de Oostenrijksdh-Hongaarsche bank, die nog slechts een percent staat boven den noimalen rentevoet, een Heit. dat verblijdend is voor de volkshuishouding in Oostenrijk-Hongarije. De sterke toeneming van de stortingen bij de ban ken en spaarkassen, de ondanks den oorlogs tijd gunstige balansen van de banken en in- duslrieele ondernemingen, de verblijdende vermeerdering der werkzaamheid van de in- duslrieele bedrijven, dfie het duidelijkst zich vertoom bij de ijzerindustrie, eindelijk de gun stige stand van het gewas in de beide staten van de monarchie leveren in verband met de verlaging van den rentevoet der bank het beste bewijs, dat de finaneieele en economische kracht van de monarchie even goed ongebro ken is as hare militaire kracht en dat zij zal zijn opgewassen tegen alle eischen, hoe hoog ook, die de verderen loop van den oorlog aan haar zou kunnen stellen. China en Japan. Ber 1 ij n. 10 April. (W. B.) De Nowoie Wremja verneemt uit Peking, dat de Cbinee- «cbe regeering de publieke opinie er op voor bereidt, dat de bevrediging der Japansche eischen onvermijdelijk is. Daarbij wordt offi cieus verklaard, dat China elke verantwoor delijkheid voor de schending der belangen van andere mogendheden afwijst. Roodbroek en Khaki. Een eigenaardige karakteristiek van de En gelschen in Frankrijk geeft de Parijsche cor respondent van de „Svenka Dagbladet" Aan de vertaling daarvan in de „National Zeitung" ontleent het Hold, het volgende: Dc eenvoudigste roodbroek" staat op het oogenblik bij de Parisienne hooger in gunst dan de elegantste „dandy", maar zii moet thans tusschen ce n,.khaki" en een „roodbroek" kiezen. De Parisienne is van meening, dat de Engelschman „stijl" heeft, en dat hii daarin hare landgenooten overtreft, al gaat het met de conversatie eenigszins moeilijk. De Engel sche officieren en soldaten, die in Parijs zijn. „tea" en graag bij Ciro of Vatel, die de voor name theesalons gedurende den oorlog gewor den zijn en de flirt tusschen Parisiennes en de geallieerden is daar in vollen gang. De Engelschen hebben het in Parijs uitstekend en onder de soldaten ziet men geen gewon den, want die worden dadelijk over het Kanaal gezonden. De meeste Engelschen te Parijs zijn jonge, aardige mannen, die zelfs, ook wanneer hun haar reeds eenigszins grijs i3. er nog altijd als jongens uitzien. Deze schijnbaar eeuwige jeugd draagt er veel toe bij, hen populair te maken; voorts heeft de gewone Engelsche soldaat een traktement, dat vetl grooter is dan dat van een Franschen en bovendien is Tommy Atkins zeer gul en be schikt hii. zooals gezegd, over de oodige mid delen. Ook in de dorpen, waar- de Engelschen ingekwartierd zijn, ziet men hen gaarne. Ge heele steden in Noord-Frankrijk 1 ~"den zich thans bezig met het rooken van ham en het fabriceeren" van rookvleesch. dat de Engel schen in groote hoeveelheden koo*>en en ge woonlijk met hun omgeving deelen. Een aan tal steden, zooals Dieppe. Calais en Boulogne zien er geheel uit als Engelsche plaatsen. En- sche tooneeltroepen spelen daar voor hun landgenooten en menig keer draagt de politie zelfs de Encelsche uniforru. De Engelsche of ficieren hebben vele le rt cn I. - --n naar d« overzijde van het Kanaal meegebracht; laatst genoemde laten zij l^s en dan organiseeren zij jachten. In Boulogne kwamen eens niet minder dan 40 piano's aan voor rekening van de Engelschen en het schijnt, dat zij in ieder geval op een lang verblijf in dc Fransclie havensteden rekenen. Fransche en Engelsche officieren ziet men zelden te zamen. De hoogere officieren slaan natuurlijk in correcte, menigmaal hartelijke betrekking tot elkaar, maar de jonge Fran sche officieren vinden het minder aangenaam als men over de Engelschen spreekt, voor schijnt dit te komen door dc concurrentie, wel ke de Engelsche officier den Franschen aan doet; maar toch ligt deoorzaak dieper en deze is het groote verschil in karakter. Vooral is het het Engelsche pblegma, de Engelsche kalmte, welke het levendige FransE.e tempe rament irriteert. Prijst men echter de kalmte van de Engelschen in het vijandelijke vuur, dan antwoordt de Fransohman: „Dc Engelsch man is niet kalm, ant kalm is slechts hij, (li.- na een juiste berekening van de risico's zijn leven waagt; de Engelscheman is onverschil lig". Ook vertelt men veel van de voetbal wed strijden aan het front. Zoo vertelde mij een officier van het 19e Fransche 'rein-bataljon. dat hij eens roet zijn troepen een veld voorbij ging. waar eenige Engelsche soldaten voelWi speelden. Een Duitsche granaat ontplofte bo ven dé spelers en Cz1de twee en verwonddo er vier. „Denkt u, dat de anderen t spel af braken?" Zij droegen eenvoudig de lijken ci> de gewonden weg en zetten daarop hun spd voort". Een anderen keer had deze officier een E •- gdlschen generaal gezien, die in hehidsmou wen bij zijn raam stond en kalm zijn p^p rookte, terwijl de granaten rondom de stad ontploften. „Ik heb dat niet met bewondering, maar slechts met verbazing aanschouwd"', zei de de officier, „want éeri dergelijke onvea schilligheid is mij onbegrijpelijk". Een jonge Fransche dragonder-luitenant vertelde, dat hij in Compiègne 's nachts, voor dat de stad ontruimd werd, op wacht was. Maarschalk French logeerde in een huis te genover het kasteel. Te zes uur 's morgens hoorden we de scholen van de Duitschers reeds bij den toren. Haastig zond de officier iemand naar den maarschalk om dezen me te deelen, dat de Duitschers reeds voor de stad waren. Bij het huis van French ant woordde een Engelsche officier hem: „De maarschalk is nog in bed, ik kan hem niet sloren." Op de markt voor de deur stond de auto gereed en de chauffeur had reeds den motor aangezet. Er verliep een uur. toen zond de officier nog iemand naar het huis van d^n veldmaarschalk, om hem te verzoeken dade lijk-te vertrekken. „De veldmaarschalk is het bad", was het antwoord. De Fransche <%n Engelsche stafofficieren hadden in de auto plaats genomen; het was reeds 8 uur. Wee- ging eenige tijd voorbij en do schoten werde al duidelijker. Voor de derde maal kreeg d luitenant opdracht naar den opperbevelheb ber te gaan. „De maarschalk zit aan het onl- bijt'\ was ditmaal het antwoord. Eerst om 9 uur verscheen hij en tjen nam hij plaats in de automobiel. Twee uur later marcheerden de Duitschers Compiègne binnen. Een dergelijke onverschilligheid begrijpen de Fransche soldaten niet. De correspondent vertelt verder nog dat er grappen over worden gemaakt, dat Tommy Atkins tusschen vier en zes niet vechten wil. omdat hij dan thee drinkt. Het thee drinken is namelijk een „nationale zaak" voor den Engelschen soldaat. Oorlog en besmettel ij ke ziekten De „Times" bevat een artikel over de in vloed van epidemieën in den oorlog. Men heeft zich, zegt het blad in een hoofdartikeltje, bezorgd gemaakt over dc lente, vreezend dat met het warmere weer ook epidemieën zou den voorkomen. Vooral de toestand onder Ir Servische volk deed deze vrees tociicnv'. Maar, zegt de „Times", wat nu in ons artikel wordt uitgezet is nog al geruststellend D r toestand in Servië is grootendeels een gevolg van de normale ongezonden toestanden daar, die de oorlog alleen heeft verscherpt. Maar omdat de typhus in Servië epidemisch is, behoeft zij daarom zich nog niet uit le brei den tot het westelijk front, of zelfs tot de Rus sische linies. Typhus wordt vooral overge bracht door luizen, en zij bloeit waar voedsel schaarsch is en waar onzindelijkheid, slechte luchtverversching en overvulling heerschen. Met de luizen kan men het wel klaarspelen en wat de andere voorwaarden betreft, die zul len wel niet gevonden worden onder de Brit sche troepen in Frankrijk en Vlaarderen. De vrees voor cholera acht de „Times" geheel voorbarig. Europa was zoo goed als vrij toen de oorlog uitbrak. En als de ziekte zich weer vertoont, is er niet de minste reden om te veronderstellen dat ze ook het westen zal be reiken. terwijl in Oost-Europa de epidemieën gewoonlijk weinig kwaadaardig zijn. Het ergste wat de troepen in het westen wel te vreezen zullen hebben is de vliegenplaag, die in einde Mei is te verwachten maar ook hiertegen zijn doeltreffende middelen le ne men. In alle oorlogvoerende landen, behalve Servië, is ziekte in dezen oorlog bestreden als nooit te voren. ..Wij zien geen reden het verkregen succes niet zou kunnen worden - gehandhaafd. Als er, zooals wordt gezegd, in de Vereenigde Staten lieden zijn, die meenen dat epidemieën den oorlog zullen verkorten of tot een remise zullen leiden, zullen zij waar schijnlijk wel ongelijk hebben.'' De Staatscourant van Zondag 11 en Maandag 12 April bevat o.a. de volgende Ko ninklijke besluiten benoemd bij hel le regiment huzaren lol kolonel de luitenant-kolonel jhr. E. D. "W. von Wrnagel auf Linden/berg, commandant van het corps; eervol ontslagen wegens lichaamsgebreken de reserve-officier van gezondheid le klasse A. F. Soer; eervol ontslagen onder dankbetuiging C D van Leddcn Hulsebosch als burgemcev-c* Beesd en J. Julsingka als burgcaicei cj Ulrum op verzoek eervol on!slagen -< -!■«•> heere als inspecteur der rcg*.>'- 's Gravenihagc

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 2