DE E EM LAN DER". Dinsdag 8 Juni 1915. BUITENLAND. FEUILLETON, HERTESTEIN N° 261 13" Jaargang. Uitgevers: VALKHOFP Co. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT I. Intercomm. Telefoonnummer 66. Politiek Overzicht Na de herovering van Przemysl. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoort 1 Idem franco per postl«50o Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - Afzonderlijke nummers - 0.05# Pezo Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie* advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels.. f 0.50, Elke regel moor 0.10 Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Grooto lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordoelige bepalingen tot het horhaald advorteoron in dit Blad, bij abonnement. Eone circulaire, bevattende de voorwaardon, wordt op aanvraag toegezonden. 3Yat achter dc coulissen gebeurt, is aan onze kennisneming onttrokken. Wij kunnen niet na gaan wat binnenskamers tusschen de bondge- nooten van dc triple-entente voorvalt en ol daar Rusland verwijten moet hooren over de reeks van nederlagen, die zijn aandeel in de Oorlogvoering het reeds nu heeft gebracht, cu die met de ontruiming van Przemysl wel niet afgesloten zal zijn. Wat in het openbaar wordt gezegd, zijn geene woor den van verwijt, maar van sympathie en medegevoel. Zoo schrijft de Times: „Wij voelen deelneming met onzen Russischen bondgenoot voor de zware slagen, die hij heeft te dragen. Maar wij moeten daaruit duidelijker dan tot dusvc# erkennen, dat zijne zaak de onze is en dat onze laak hierin bestaat onze nationale hulpmiddelen zoodanig te organiseeren. dat wi] en hij ook vooruitkomen, ondanks tijdelijke tegenslagen, met volledig en rechtmatig vertrouwen op de overwinning." In verband hiermee schrijft het City-blad: ,.De zware beproeving, die Rusland door maakt, zou ook ons tot les moeten dienen hoe- ver wij nog van eene eenigszins beslissende .itkomst verwijderd zijn. Nog minder dan iusland hebber, wij tot dusver ingezien, dat het eensgezinde streven der natie gewijd moet :.ijn aan de voorbereiding van de overwin ning." In denzelfden gedaohtengang redcnecrende, ehrijft de Daily News: „De tegenspoed, dien e Russen hebben geleden in dezen voorjaars- cn voorzomerveldtocht, is geen geheim. "Wij lellen ons Rusland voor als een land met on uitputtelijke hulpbronnen in manschappen; ..aar wat deze hulpbronnen leveren, kau .echts worden gebruikt voor zoover het kan orden uitgerust. Wij weten nu. dal, toen de orlog begon, Rusland er zeer slecht aan toe ,.as wat de uilrusting betreft. Het gevolg daarvan was, dat de Russen gedurende den winteiweldtocht nooit meer dan twee millioen in het veld konden brengen en zeker overmand werden. Deze gebreken zijn blijkbaar nog niet weer goed gemaakt, en naar alle waarschijn- ikheid zijn de Russen in den tegenwoordi- :'.en veldtocht niet alleen in manschappen, maar ook in kanonnen ver de minderen ge weest. De moraal is, dat Ruslands groote hulp bronnen in manschappen niet nuttig gebruikt kunnen worden, als niet eerst kan worden aan- cYuld wat aan de uitrusting ontbreekt. Dat is plicht van Ruslands bondgenooleu en in de orste plaats onze plicht. De menschen hier, lie er om roepen, dat onze industrieele hulp middelen zullen worden verminderd en ge desorganiseerd in de hoop eenige honderddui- -ïiden Brilsclie werklieden meer in kkaki te steken, eischen eene gevaarlijke domheid. Wij kunnen millioenen geoefende Russische sol daten in het veld brengen, en veel vlugger, wanneer wij ten volle gebruik maken van onze industrieele inrichting, die óf munitie voort brengt óf goederen, die voor munitie kunnen worden ingeruild." Ilicr wordt nadruk gelegd op den op En- eland rustenden plicht om niet alleen den eigen munitievoorraad aan te vullen, maar ook te voorzien in het gebrek, dat de Russi sche bondgenoot aan munitie heelt. Om daar mee echter iets te kunnen uitwerken, zal het onuitputtelijke menschen materiaal, dat Rus land ondersteld wordt te bezitten, werkelijk aanwezig moeten zijn. Wij hebben reeds vroe ger doen kennen, dat het daarmee begint te haperen; de ontzettende aderlatingen, die de bron heeft ondergaan, waaruit Rusland zijne menschen put. beginnen hunne uilwerking te vertoonen. Wij worden daarin nader bevestigd door dc opmerkingen, die een oorlogscorres pondent heeft gemaakt over de verzwakking van de offensieve kracht der Russen. Ten be wijze hiervan schrijft hij: „Ook het tweede in den loop van het Mei- offensief door de Russen ondernóThen tegen offensief is geheel tot staan gekomen* Reeds de stoot, die tegen de Bukowina gedaan is, is mislukt en dat wordt door de mislukte voor- waartsohe beweging aan de Beneden San op nieuw bevestigd. Wanneer men bedenkt hoe lang de Russen vroeger een aanval, al had hij nog zoo weinig succes, wisten vol te houden, dan kan men zich voorstellen hoe het nu ge steld i3 met het Russische leger, als men ziet, dat reeds na weinige dagen voor de tweede maal eene poging om de slecht staande partij te redden, werd opgegeven." Dit werd geschreven nog vóór de ontruiming van Przemysl. Nu hel verlies van deze vesting een feit is geworden, is het van te meer be- teekenis. Maar als de bron opdroogt, waaruit Rusland ziine soldaten put, dan zal liet niet helpen of Engeland zijn best doet zijn bondge noot te voorzien van nieuwe middelen om den strijd te voeren. Do oorlog. B e r 1 ij n6 Juni. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofd kwartier van heden voormiddag. De aanvallen tegen onze stelhngen aan de oostelijke helling van de Lorettohopgte wer den onder zware verliezen voor den vijand afgeslagen. Slechts om weinig vooruitsprin gende loopgraaf stukken wordt nog gestreden. De overblijfselen van de suikerfabriek bij Souchez zijn nog in het bezit van de Fran- schen. In het dorp Neuville gingen twee huizen groepen verloren. In Champagne bleven de vijandelijke ont ploffingen van mijngangen zonder eenige uit werking. Wij belegden gisteren de vesting Calais en de vlieghaven Saint-Clément bij Lunevilie met bommen. 7 Juni. Aan de oostelijke helling van de Loretto-hoogle hernieuwden de Fransohen in de namiddag- en avonduren bunne aanvals- pogingen, die in de kiem verstikt werden. Ten zuidoosten van Hebuberne (ten oosten van Doullens) viel de vijand heden morgen zonder succes aan. De strijd is daar nog niet geëindigd. Een brcede Fransche aanval ten noordwes ten van Moulin-sous-Touvent (ten noordwes ten van Soissons) werd grootendeels dadelijk afgewezen. Slechts op ééne plaats bereikte hij onze'voorste loopgraven, waarom nog gestre den wordt. Onze stelling bij Vauquois, ten zuidoosten van Varennes, werd gisterenavond aangeval len. Ondanks de aanwending van brandbom men, die onze loopgraven met eene licht bran dende vloeistof overgoten, slaagden de Fran- schen er niet in. in onze stellingen te dringen. Met zware verliezen keerde de vijand terug naar zijne loopgraven. Par ij s, 7 Juni. (Havas). Namiddag-com muniqué. In den sector ton noorden van Atrecht werd de strijd den geheclen dag voortgezet met het voordeel aan de zijde van de verbonden troe pen. Wij deden verscheideno welgeslaagde aanvallen aan beide zijden van den weg Aix Noulette—Souchez. Wij wonnen veld in het bosch ten oosten van dezen weg en ten zuiden xvan de streek Fond de Buval. In Neuville $t.-Vaast maakten wij nieuwe vorderingen in het midden van het dorp. In het noordelijke gedeelte veroverden wij ver scheidene gedeelten. Tegelijk haalden wij de insluiting nauwer toe van het noordoostelijke gedeelte van de plaats, dat het réduit van den vijand is. Wij bezetten den daarheen leiden den weg. Wij veroverden nieuwe loopgraven in het midden en het zuiden van den Doolhof en kwamen 100 Meter vooruit. De strijd wordt voortgezet in die groote versterking, waar van wij nu twee derden bezet houden. De nacht van 6 op 7 Maart was in den noor delijken sector van Atrecht gekenmerkt door een arlilleriegevecht van buiten-gewone hevig heid, inzonderheid in de streken ten noorden yan Lorette, Ablain, de Rooüe herberg, bij Souchez, de Doolhof en Ecurie. De Duitsehers verrichtten in dienzelfden sector twee tegen aanvallen, (liie volkomen mislukten. Onzerzijds maakten wij nieuwe vorderingen; inzonder heid wonnen wij een Kilometer grond ten oos ten van de kapel van Lorette. Ten noorden van de Aisne, oostelijk van Tracy-le-Mont, op de naburige hoogte Mou lin-sous-Touvent. deden wij een aanval, waar door wij eene flinke winst behaalden. Na een werkzaam bombardement vermeesterden wij op een front van een Kilometer met één slag twee achtereenvolgende linicn loopgraven en verscheidene Dultsche weaken. Drie hevige Duitsche tegenaanvallen in den nacht van 6 op 7 Juni, werden afgeslagen door de Fran- scho troepen, die meer dan 200 gevangenen maakten. Wdj behielden in cflt zeer warme gevecht de den 6en veroverde twee linién loopgraven. In Champagne, bij Beauséjour, gingen wij met onze mijnen vooruit. De den 5en Juni ver melde poging om Verdun te bombardeeren, heeft zich niet heihaald. Op de Maashoogten en in de Vogeezen wa ren artillerie-gevechten. Par ij s, 7 Juni. (R.) Avond-communiqué. Ten noorden van de Aisne verdubbelde de vijand zijne wanhopige pogingen om de twee liniên loopgraven, die wii gisteren namen, te hernemen. Hij bracht met automobielen ver sterkingen van een afstand van 80 Kilometers, maar ziine woedende tegenaanvallen werden volledig teruggeslagen. 2000 doode Duitsehers bleven achter; wii namen 250 gevangenen en zes mitrailleuses, terwijl vele anderen stuk ge schoten bleven liggen. "Wij deden verscheidene aanvallen tusschen Soissons en Reims. Wij stortten brandende vloeistoffen uit over de vijandelijke loopgra ven te Vauquois als maatregel van represaille. De striid ten noorden van Atrecht duurt met groote hevigheid voort. liet artillerie-duel hield den geheelen dag aan. De convergeerende aanvallen op het mid den van den Doolhof brachten ons lot de cen trale redoute. Verscheidene vijandelijke tegen aanvallen werden teruggeslagen. Onze in Hebuterne gemaakte gevangenen telden 400, terwijl verscheidene honderden Duitsche doo- den werden achtergelaten. Berlijn, 6 Juni. (\V. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofd kwartier van heden voormiddag. Ons offensief in de streek van Sawdyniki, waarbij zich de ten noorden en ten zuiden staande troepen aansloten, won naar het oosten verder veld. Het aantal gevangenen steeg tot 3650. Verder zuidelijk bij Ugianv werd de aan val van eene Russische divisie afgewezen. Ten zuiden van de Njemen dreven de Duit sche troepen vijandelijke afdeelingen terug op de linie Saptczyski—Wilki Ten oosten van Przemysl wierpen dc Duit sche cn Oostenrijksch-Hongaarsehe troepen den vijand terug tot in de streek noordweste lijk en zuidwestelijk van Mosciska. Het leger van generaal von Linsingen be stormde het vijandelijke tbrughoofd bij Suzawno en slaat op het punt den overgang over de Dnjestr bij deze plaats te bevechten. Ook ver der zuideliik gaat de vervolging vooruit. Zij bracht ons tot dusyer 10.900 gevangenen, 6 kanonnen en 14 machinegeweren. 7 Juni. Ten noorden van Kurschany be vocht onze cavallerie den overgang over Windau en rukte vooruit in zuidoostelijke rich ting. Zuidoostelijk van Kurlourany en in de streek ten oosten van SaziniJu maakte ons of fensief goede vorderingen. Daarbij vielen weer 3340 gevangenen en tien machinegeweren in onze handen. Ten zuiden van de Njemen werd de rivier oever tot da lijn Tolausie—Sapiezyski van vijanden gezuiverd. Bij de gevechten om Przemysl werden 33.S05 gevangenen gemaakt. Ten oosten van Prze mysl zetten de verbonden troepen den succes vollen strijd voort; zij wierpen den vijand ten noordwesten van Mosciska naar de "Wisznia terug. Gedeelten van hel leger van generaal von Linsingen gingen bij Zurawno over de Dnjestr. Zij bestormden de hoogten op den noordoostc- lijken oever. Verder zuidelijk bereikten dq ver volgers de linie Nowica—Kalusz—Tornas- sowce. De buit is hier tot over de 13.000 ge vangenen gestegen, Weenen, 7 Juni. (W. B.) Officieel be richt van heden middag. Na de zware nederlaag van Przemysl richt te het Russische legerbestuur in dc laatste dagen hevige aanvallen tegen onze stellingen aan de Prulhlinie, om hier mei geweld een doorbraak ai te dwingen. Inzonderheid in hel gebied van Kolomea en Dedalyn wierp dc \ijand steeds nieuwe massa's in den slag. Terwijl al deze aanvallen op de laaie dap perheid van het leger van generaal Pflanzer mislukten onder zware verliezen voor de Rus sen, rukten uil het westen dc onder generaal von Linsingor staande verbondcn'strijdkrach- ten op. Gisteren namen zij Kalusz en ten noorden van deze stad de hoogte aan den linker DnjesLr-oever noordelijk van Kuzawno in bezit. Tusschen Nathvor in de nabijheid van Byslryca en Lomnica, 'loten zicli hierbij dc aanvallen van onze troepen aan. De ^vechten ten ooslen van Przemysl cn Jaroslaw duren voort. Ten noorden van Mos ciska moest de vijand uil Czcrniawa dc wijk nemen. Geïsoleerde krachlloozc legcnstoolcn van de Russen vielen ineen. Bij Przemysl vielen sedert 1 Juni 33,805 gevangenen in handen van de overwinnaars. Petersburg,? Juni. (Til.-agentschap.) Communiqué van don groeien genenalen staf, In dc streek van Szawli duurden op 5 en 6 Juni de gevechten voort. De algemccne toe stand bhjlt zonder gewichtige verandering. Bij Ossowetz was in den avond van den 5en een arlilloriediuel. Tusschen de Szkwa cn dc Rczo «a beproefde de vijand een offensief, dat zcwud'ftr vrucht bleef. In hel Orzicdal cn in de slreok van Prasnysz was den Gen een aü-Lilicrie-vuiuigeveclil. Aan den linieer W'cichseloevcr, aan de San en aan de Lubaszwegka is volstrekt geene verandering. In de richting vani Mosciska deed de vijand den öcn en in den morgen vaïi den Gen hardnekkige aanvallen op den linkeroever van dc W'isznóa cn op het front CziiszcuiPakost—Oslrozqg. Op hoogte no. 295, ten zuiden van Radevicc, was een gevecht van mam legen man, dat ljlig duurde. In de Dnjestr vernieuwde de vijand niet het offensief in de richting van Mekolajew. Hij viel zonder succes onze bruguoofden bij Zidaczofw aan. In de streek van Jourawno slaagde de vijand in den nacht van den Gen er in dë Dnjostr met celiigen van zijne een heden over te gaan. In liet Lukwa-dal sloe- gon wij een vijandelijken aanval al on maak ten meer dan 100 gevangenen. In de streek ten westen van Kolomea slaak te de vijand zijne hardnekkige aanvallen te gen onze troepen. Hij word met groote ver- liezon teruggeslagen. Voor het front van con onzer divisiën lieten de Oostenrijkers 5000 lijken achter. In een aanval ;n die streek maakten wij meer-dan 700 gevangenen, waar- ouder 20 officieren "We on c n, 7 J un i. (Corr.-buraeu). Be richt uit hel oorliogsperskwarlier. Den 5en verschenen eenige Ilaliaansckc kruisers en torpedojagers in de Daimatische wtferen. liet doel van de vijandelijke ondcr- netning was de beschieting van den spoor weg bij Mitonicc cn van eenige vuurtorens cn huizen qp de eilanden Lissa, Lagosla en Cas- sa. De beschoten objecten leden slechts eene geringe beschadiging. Weenen, 7 Juni. (W. B.) Officieel bc- i .lil van heden middag In het Tirolscbe grensgebied werkte onze artillerie met zichtbaar succes. Aan de Ka- rinlische grens, ten oosten van den Plöckenpa* heroverden .onze troepen gisteren Frrikofel, dat door den vijand lijdelijk gewonnen was; in het Krngebied wordt verded gestreden. Dc Italianen moesten de plaats Krn ontrui men. Aan de Lsonzo komt dc tegenstander hier en daar dichter bij. W c ene n, 7 J u ni. (Corr.-bureau). Op het zuidelijk oorlo^stooncel hadden kleinere ge vóelden plaats met «succes voor onze grens troepen. De Italianen schijnen met "sterkere krachten op te schuiven naar dc lsonzo. door SOPHUS B AUDIT Ze Uit het Deensch vertaald. „De blauwe lijnen zullen zeker binden," zeide zij, ..zii hc-hben evenveel kracht alsof zij geschreven waren, en als hij maar niet het cc-rst slaat, dan slaat zij zeker niet." En dc lijd verloopt, de lente komt en Pink steren nadert. De warmte is zoo y och tig dat alles zwelt en sappig wordt De beukeboom werpt ziin knopschillen af, jonkvrouwelijk als een bruid die zich ontsluiert en de lichte, met franje behangen peperhuizen ontplooien zich eerst alleen in den top, dan op een enkelen zijtak die zon krijgt cn op een morgen is het geheele bosch groen, groen! De varens ontrollen haar bruinen bisschopsstaf, de lijsterbes bloeit en de vogels zingen den ge heelen dag en 's nachts ook. Buiten op het veld is alles weelderig; dc rogge staat zoo blauwgroen en denkt er'over om vrucht te zetten, de vroege graansoorten komen ook aan en krullen reeds, de koeien staan tot den buik in de dikke klaver en op de weide bewaakt de vastgebonden.gans haar grijswolhge jongen en sist als een adder tegen iedereen die nadert. De yruohlb.oomen zijn in bloei, waarheen men ziet is alles wit en rose, een zee van be loften, maar op een morgen l«l er als ge vallen rijm or.dor de kersebooraen, de bloei tijd is zoo kort. De lijster heeft jongen, een listige kat is op een der kunstmatige vogelnestjes gekropen cn tracht nu met den poot door het gat „te \isschen". de veeknecht heeft twee patrijzen- nesten gevonden toon hij de koeien verplaatste en bij den Klokhen elplas loert het zwarte waterhoen op de jongen van de wilde* eend; de paardenbloedzuiger kronkelt zich in den rijver tusschen de vlugge salamanders, de lalelbordslak hapt zonneschijn aan de opper vlakte en tegen den aivond klinkt het duizend- stemmig minnelied der kikvorsohen uit de gracht van het kasteel en uit het meer, uit moeras en poel, nu gaan wii den zomer tege moet. En de kapitein rijdt zingend Hertcstein binnen, waar de blauwe homel dubbel blauw WclLijht door de zwart berookle venster-j openingen en hij heeft een grooten, grooten bouquet lentebloemen in zijn armen. „Is het niet een gezegende tijd van het jaar, tante Rosa!" roept hij uit. Mijn buks heeft vacantie en Diana ook, zij moet krachten opdoen voor het najaar, want zij moet den jachttijd bele ven, maai* ik ben in weiland en in plas ge weest, daar komt niemand en daar is het toch hel mooiste! Het is als een betooverde bloe mentuin. waar de schitterende, glazenmakers sprookjcsvogels zijn, die tusschen het fijne moerasgras vliegen met zachte violelblauwe veertjes. Wat zegt gij van dien bouquet? De bolranonkel is de prachtigste gele roos, de roode steenbrekc geurt en de sleutelbloem spreidt haar scherm uil; weg met alle broei- kasplanten! Er is niet alleen schoonheid in de veldbloemen, cr is poëzie in. Denk maar aan de namen die zij hebben, het zijn geen ppo-zalsiilie namen als van die welke gij aan den rand van den sloot vindt waar de geheele wereld komt en waar gij alleen duizend knoop, hondslong en St. Janskruid aantreft, ik geef natuurlijk toe dat uw St, Janskruid uitstekend smaakt, tante Rosal Neen, in het weiland en in den plas groeit luiskruid en bereuoor, wateranjelier en hondsworlcl, allen bloemen die de nimf in hel haar kan steken ais de nachtzwaluw schatert en dc vrouw van het moeras brouwt. Och, kijk die wateranjelier eens, tante Rosa, is zij niet heerlijk. Is de bloem nieL ais een jong meisje, dal een bruine domino over haar luchtige rose rok heeft aangetrokken. Daar hebt ge den bouquet, tante Rosa; ik heb aan u gedacht bij ieder bloem die lik plukte." „Gij oude gek!" zegt tante Rosa, maar zii zegt het met hartelijke bewondering, ,hoe kunt gij op zooveel kleinigheden letten!" „Waarschijnlijk omdat ik geen oog heb voor het groote," antwoordt de kapitein, „ik besla zelf uit brokstukken en een geheel is er ook van mij niet geworden." „Praatjes." „Neen. dat zijn het niet. Ilcinrich doet nog iets nuttigs in het leven, want hij rookt pijpe- kopnen door, maar dat doe ik niet eens, ik deug nergens voor." „Gij niet!" roept tante Rosa uit. „Hoe kunt gij zoo jets zeggen! Gij brengt zonneschijn in vele donkere kamers, denkt gij dat zulks niets waard is! Foei. gij moest u schamen om zoo te spreken!" De kapitein doet alsof hij zich schaamt en zwijgt in elk geval even, maar als tante Rosa ziin bloemen in het water heeft gezet begint hij weer: „Maar ik ben gekomen om mede te rijden naar het feest in den wilden plas, hebt gii een plaats voor mij in het rijtuig?" „Voor u hébben wii altijd plaats en er is ook niemand clan Ilcinrich en ik, die rijden. Fanny gaat te paard vooruit." „En hoe laat rijden wii?" „Om twee uur." „Best. ik zal op mijn tijd zijn!" Om twee uur rijdt de landauer van Herle- steln weg. Ilct is Zaterdag voor Pinksteren, de menschen versieren de graven hunner af gestorvenen en de kerk met Meitakken. Tante Rosa was 's morgens in Krogslev ge weest; daar ontmoette zii Christine de kin dermeid in dc mooie zwarte japon en nu op den weg komen de Ilertcsteiners Anna Slef- fens tegen met een kfans in dc hand, een krans van heide en brem. wilden rozemarijn cn takken van dc jeneverbes van het arme loof der heide. „Die arme stumper, •Steffens," zegt zij, „moet toch ook weten dat het Rinksteren is! Hij mochjt niet blijven liggen in den heuvel op dc heide van Skyum, waar ik heni gelegd had. hij lag daar anders zoo aardig, inaar zij be groeven hem op het kerkhof. Nu. daar zal ik ook wel eenmaal komen. Gelukkig feest!" En de landauer reed verder tot aan den rand van den wilden plas. Ilier viert men feest. Het eerste hoofdkanaal dat het water van de oppervlakte zal afvoeren, is gegraven en Kojigsled heeft al dc werk lieden verzameld cn ze op een glas wijn ge vraagd. De Deensche vlag waait, om de deime- houlen tafels zijn groote beukentakken ge plant en de geheele streek komt als toe schouwer. En der opzichters houdt een korte toe spraak, roemt Kongsled en brengt een „hij leve" voor hem uit. Daarop treedt Ivong9ted naar voren. Ilij houdt Fannv bij de hand. maai* laat haar los op het oogenbiik dal hij begint te spreken. „Dank voor al uw vriendelijkheid, men schen!" zegt hij. „Gij geelt aan mij de eer voor hetgeen er voorloopig is gedaan, maar als iemand lof en dank moet gebracht worden dan is liet onzen lieven lieer, zonder Hem werkt iedereen te vergeefs. Maar ik ben niet gekomen om een preek te houden en gii niet om naar de kerk te gaan, alles op zijn lijd. Wij ziin aan een groot werk begonnen en niemand weet nog of het zal gelukken. Gij hebt allen de legende gehoord van dc schat ten die uit overouden lijd in de aarde, in de heuvels cn de plassen verborgen ziin, zulk een schat willen wij trachten aan den dag te leggen." Ook Ilcinrich kijkt belangstellend op en volgt van nu af de rede met groote oplettend heid. „Het zijn geen gouden drinkhoorns uit oude lijden die wii zoeken, die verwachten wij niet in den wilden plas Ic vinden...." Nu kijkt oom Ilcinrich even teleurgesteld. „Maar wat er, sedert ons land zich uit de golven verhief, heeft gelegen als een nutte- loozc woestijn; waar sleohls een ongelukkige rozcmarijnslruik bloeit op de hoogerc punten en waar allccu de pluvier zijn klaagliederen uit, daar willen wij nu trachten vruchtbaar land te maken. Gelijkheid voor allen kan ex nooit beslaan, er zal altijd verschil blijven tusschen kasteel en hul (Slot volgt.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 1