N° 264 „DE EEMLAN DER". Uitgevers: VALKHOFF Co. Vrijdag 11 Juni 1915. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT Kennisgeving. BUITENLAND. FEUILLETON. E L l i3da Jaargang. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. 'ff' 1 ABONNEMENTSPRIJS: J 8 maanden vooi Amersfoort «4 4- «4 it f 1.0©. Idem franco per post4* 1.5©* For week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - 0.10. Aftonderlyke nummers 0.05. De7e Courant veraohynt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. A^yortentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, famiüe* advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Intercomm. Telefoonnummer 65. 1. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regelsf 0.30. Elke regel moer 0*10. Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbetaling. Grooto lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordoolige bepalingen tot het horhaald advorteoron in dit Blad, bij abonnement. Eeno circulaire, bevattonde de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. SCHOUW. - De Burgemeester van Amersfoort brengt ter kennis van belanghebbenden, dat Watergraaf «n Heemraden van het Heemraadschap de rivier De Eem, Beken en aankleve van dien voorne mens zijn op Maandag, Donderdag en Zaterdag, don 21en, 24en en 2Cen Juni 1915 eeiie schouw te houden over de beken en waterleidingen- Schouwplichtigen worden uitdrukkelijk aan gemaand er voort te zorgen, dat zij alsdan voldaan hebben aan hunne verplichtingen in de desbetreffende verordening gesteld. Amersfoort, 10 Juni 1915. De Burgemeester voornoemd, VAN RANDWIJCK. Politiek Overzicht. De ooricg en de Baikan* staten. Van de Balkanstaten is Servië degene, waar van in den laalslen tijd het minst gesproken wordt. Maanden achtereen is het op liet Öos- Scnrijksch-Servisohe oorlogstooneel merkwaar dig stil toegegaan. Uil het italiaansche Groen boek 'hebben wij vernomen, dat het geene mili taire redenen zijn geweest, die in het begin van het voorjaar de hervatting van het Oos- '.enrijksche offensief tegen Servië hebben ciliinderd. De onderhandelingen tusschcn Oostenrijk en Italië hebben aan Servië eene lange rustpoos verzekerd, zonder dat het in middels zelf de kracht heeft gevonden tot eene poging om het offensief weder op te vallen. Nu .e vijandelijkheden tusschen Oostenrijk en Italië begonnen zijn, herleeft ook dc strijd aan de Ooslenriiksch-Servisciie grens. Intusschen zijn hel -voorshands slechts schermutselingen. Jie van daar bericht worden; oi de strijd een rnstiger karakter zal aannemen, staat te be den. Servië is alle andere Balkanstaten voor ge weest met het bcoluit on: m 4o»i oorio« raan; het heeit zelis, niet Rusla'nds steun ach- er zich, den stool gegeven tot het ontbran den van dezen wereldstrijd. Misschien echter zal het lot van Servië op de andere Balkan- stalen werken als eene aansporing om voor zichtig te zijn cn zich nog eens goed te be denken, alvorens hel besluit tol deelneming aan den oorlog wordt genomen. De Moldawa. liet orgaan van den Rumeenscihen staatsman Carp, brengt eene ernstige waarschuwing in dien zin; zij schrijft: „Sedert de dynastie Karagcorgcwilsch or> den troon kwam, is Servië, misleid door dc Russische belofte der vorming van een staat die alle Zuid-Slaven in zich zou opnemen met de heerschappij over de Adria, een blind werk tuig van de Russische politiekers geworden. De Balkanbond was een nieuw middel om Ser vië aan Rusland, te binden; de Balkanoorlog knoopte deze betrekkingen nog nauwer; de Russische ophitsingen leidden tot den moord van Scrajewq en slingerden Servië in den tegemvoordigen oorlog, die het land tot den ondergang brengt. Doel en loon van Servië zou zijn het bezit van Dalmatic en van <le oostkust der Adria. Om zich voor de dreigende cata strophe te redden, was de triple-entente cr op uit, Italië te hulp te roepen. Een der cisehen van Italië is eveneens -de heerschappij over Dalmatië en de oostkust der Adria. Dat dit aan Servië reeds lang beloofd is. kan de diploma ten van de triple-entente niet schelen, liet ge ruïneerde Servië wordt door zijne bescher mers verlaten.' Dut gaat natuurlijk van Servische zijde niet zonder protest. De Siidslawische Korrespon- denz bracht onlangs het bericht van eene hevige woordenwisseling, die m Niseh heeft plaats gehad tusschcn den Russisclien gezant Trubctzkoi en den Servischen troonsopvolger, prins Alexander, waarin de kroonprins n:et een beroep op de reusachtige offers van Servië in dezen oorlog met allen nadruk opkwam tegen de cischcn van Italic, die tegenoverge steld waren aan die van Servië. Maar dat heeft niet gebaat, evenmin als de reis, die dc Ser vische minister-president Pasics naar Peters- burg heeft ondernomen. Volgens de Russkojc Slov.o heeft hij daar het dreigement geuit, aal hel Servische kabinet zou aftreden, omdat hel voor dc toezeggingen, die de triple-entente aan Italië heeft gedaan, de verantwóórdelijkheid tegenover het Servische volk niet op zich kon nemen. Die bedreiging schijnt in Petersburg niet veel indruk te hebben gemaakt. De Russische minister van buitenlandsohe zaken Sazonow lieeft in een interview lot een vertegenwoordi ging van de Secoio gezegd, dat Italic, dait een grool deel der Ooslenrijksclie en Duitschc han delsbetrekkingen op den Balkan zal overne men, er naar streven moet goede buurschap met zijne Servische buren te onderhouden. Italië moet niet alleen hunne beurzen, maar ook hunne harten veroveren, hetgeen bij goe den wil zeer goed mogelijk is. Aan de Serven laat minister Sazonow dooi de persorganen, die hem zijii toegedaan, zeg gen, dat economisch de belangen van Servië bevredigd worden door de toekenning van Noord-Albanië met Durazzo en San Giovanni di Medua en van Ragusa in Dalmatië. Daarmee krijgt Servic een uitweg naar zee. Maar ove rigens wordt aan Scrvvië dc deugd der zelf verloochening aangeprezen. De Birshcwija Wjedomosti sqhrütt- t.uc inmenging vail It alm moet neiaas ge kocht worden, want de steun van de Italianen is nu eenmaal niet te bereiken om niet. Maai wal is er aan te doen, als zij nu eenmaal hunne waarde kennen cn hardnekkig marchandce- ren? Onze eerste laak is den tegenwoordigen oorlog tot een gelukkig en, zoo mogelijk, spoe dig einde le brengen. De inmenging van Italië vergemakkelijkt deze taak; men moet dus die zien te bereiken, cn wanneer men haar slechts kan bereiken door den afstand van Slavische landstreken, dan kan men voor dezen afstand niet blijven staan." liet is te begrijpen, dat deze redeneering niet in den smaak valt vaïTtfe Serven, die van dezen oorlog toch iels anders hoopten dan de italianiseering van de Daluialische kust. Men kan zich dus niet cr over verwonderen, dat in Servië stemmen opgaan, die zich bitter er over beklagen, dat dc belangen van Servië dooi de triple-entente zijn opgeofferd, tui verkla ren dat er in ieder geval geen sprake van k.wi zijn, dal Servisch bloed zal vloeien voor dc vervulling van dc Italiaansche aanspraken op Zuid-Slavisch gebied. Dó ooricg. Berlijn, 10 Juni (W. B.). Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwar tier van heden voormiddag. De gevechten bij Souchez en Neuville duren voort. Ten noordwesien van Souchez werden alle aanvalspogingen van de Franschen in de kiem verstikt. Ten westen van Souchez in de streek van de suikerfabriek verwierven de Fran- schen kleine voordeeler.. De vijandelijke aan vallen tegen onze stellingen ten noorden van Neuville vielen ineen. In den strijd van gisteren ten zuiden van Neuville behielden wij de over hand. Een vijandelijke aanval zuidoostelijk van Hebu- terne mislukte. In den loop van de laatste ge vechten aldaar werden omstreeks 200 Frunschen door ons gevangen genomen. In Champagne stelden wij ons, na met succes opblazingen te hebben verricht, in de streek van Souain en ten noorden van Hurlus in het bezit van verscheidene vijandelijke loopgraven. Tege lijk werden ten noorden, van Le Mesnil Fransche s'eiiingen ter breedte van omstreeks 200 Meter bestormd; wij handhaulden ons daar tegen nachtelijke tegenaanvallen. Een machinegeweer en vier mijnwerpers vielen daarbij in onze han den. In het westelijke deel van het Bois le Prêtre bleef een stuk loopgraaf v-on onze voorste stel lingen in hel bezit van den tegenstander. Par ij s, 10 Juni (Havas)- Namiddag- communiue. Het artilleriegevecht duurde zeer hevig nacht en dag voort in den sector ten noorden van Airecht. Op de suikerfabriek van Souchez deden de Duitschers in de laatste 24 uren aanvallen, die dadelijk teruggeslagen werden. Wij veroverden in den nacht van 8 op 9 Juni en in den morgen van den 9den de huizen van Neuville, St.-Haasï, die de vijand nog bezet hield. Het geheele dorp in nu in ons bezit. Wij maakten bovendien vorderingen binnen in de noordelijke wijk, de Duitschers bombardeerde die in den nacht van 9 op 10 Juni, maar trachtten niet haar te hernemen. In den Doolhof maalden wij verdere vorde ringen, vooral in hel zuidoostelijke gedeelte. In de streek van Hebmerne breidden wij, ondanks een hevig bombardement, onze stellingen uil rrwn^.~ 4a l-nfcU,. V ,1'-"'- lo I «.»ölU- uoor ons behaalde winsten »oopen over een Irout van 1800 Meter, ongeveer een Kilometer diep. In de streek teil oosten vair Tracy-le-Monl bij de hofstede Quennevières mislukte een Duitschc «egenaanval in den nacht van 8 op 9 Juni vol komen. Wij behielden al het gewonnen terreiu. Op de rest van heL front niets nieuws. P a r ij s, 10 J u h i. (R.) Avond-commu niqué. liet artillerieduel duurde voort ten noorden van Atrcoht, ofschoon door den dikken mist belemmerd. Do strijd, die eindigde met. de verovering van het dorp Neuville, was uiterst verwoed; liet was een strijd van man legen mangaan de van huis lol huis. De Duitschers waren tol hol uiterste gebracht, toen zij terug trok ken met achterlating van een veldkanon, verscheidene machinegeweren en veel mate rieel. Meer dan duizend Dualsche lijken wer den gevonden in de huizen, loopgraven en kelders. Een aanval van den vijand op Boauséjour, in Champagne, word teruggeslagen. De Duit schers lieten vele dooden achter op hel ter rein.. P a r ij s, 10 J u u i. (Ilavas). Een bericht van het front verhaalt de verovering van de hoog te van Queunevièi es, eene groote versterking op een front van 1200 Meier, die in storm ge nomen is.Een methodisch bombardement vernielde den Gen de hulpverslerkingen. Na dat liet bombardement was hervat, verliet de infanterie om 10.15 de loopgraven. De aanval geschiedde door vier balaillons zoeaven, ti railleurs en mannen uil Bretagne. Ondanks dc kanonnadc, overstroomde de eerste golf de loopgraaf. De voor steun aangewezen Duit schc compagnieën rukten op, maar werden gedecimeerd en uiteen gejaagd onder hel vuur van dc 75 mM. kanonnen. De zoeaven snelden uit de loopgraaf naar het ravijn Touvent, waar een nel van draadversperringen eene met drie kanonnen bezette verschansing beschermde; zij maakten zich daarvan meester. Dc vijand, die eerst slechts door artillerie reageerde, bracht reserven in het vuur, maar deze smol ten, in eenige oogenblikken weg. Nieuwe Prui sische versterkingen kwamen per autobus uil Roye; zij vielen gedurende den nacht acht malen aan, maar werden steeds tegengehou den. Ook een poging om te avanceeren in den morgen van den 7en werden vernietigd. 2900 lijken werden geteld op hel terrein. De ver liezen van den vijand worden op 3000 man •geschal, waarbij nog de gewonden komen. Wij hadden 250 dooden en 1500, meest licht, gewonden; wij namen 20 mitrailleuses en veel oorlogsmaterieel. Onze balaillonscommandanten ontvingen met veel plechtigheid bet ooriogskruis, dal is toegekend aan dc troepeneenheden, die in een legerbevel worden genoemd. Berlijn, 1 0 J u n i (W. B.j. Bericht van het opperste legerbestuur uit hel groote hoofdkwar tier van heden voormiddag. Ten zuidwesten van Szawle boden de Russen gisteren een levendigen tegenstand aan onzen opmarsch; er werden slechts kleinere vorderin gen gemaakt. De buit van de beide laalste dagen bedroeg hier 2250 gevangenen en twee machinegeweren. Tegen onze insluitingsbewegir.g ten oosten van de Dubissa voerde de vijand uit zuidoos telijke richting versterkingen aan. Voor deze door den vijand, teruggenomen in de nrife golan-Zoginis. Ten zuiden van de Njemeil namen wij bij de aanvallen en vervolgingen sedert 6 Juni 3020 Russen gevangen. Verder maakten wij twee vaandels, twaalf machinegeweren en vele veld stukken buit. Ten oosten van Przemysl is de toestand on veranderd. Uit de streek van Mikulajow-Roha- tyn (zuidelijk en zuidoostelijk van Lemberg) z jn nieuwe Russische strijdkrachten naar het zuiden opgerukt. Een aanval van gedeelten van het leger-van Liusingen in de linie Litynia (noord oostelijk van Diohobvczj-Dujestz is bij Zurawnó afgeweerd. Ten oosten van Stanislau en bij Ha'.icz zijn de veivolgingsgevechleu nog in gang. B e r 1 ij n, 10 Juni. (ICorr. Nordeu). Uit hel oorlogspcrsKwarlier wordt aan hel Berl. Tageblalt gemeld, dal de beslissende overwin, ndngen, die de Duilsrii-Oostehrijksche legers in de laalsrle 24 uur behaald hebben, voor de verdere ontwikkeling van den oorlogstoestand van buitengewone bolcckenis zijn. Het bezei len van Stanislaw, zoomede hel bezit van de buitengewoon sterke linie noordelijk van Ko- lomea eft het verder vóór ld ringen tegen Ila- lics duidt op een buitengewoon krachtig aan drijven van den onweerstaanbaxen wig, dien dc Duitschc cn Oostenrijksche strijdkracht in het Russische front hebben gedreven. Op de noordelijke afdeel Inge n in Polen en in het be; nedengebied van de San kwamen kleinere ge vechten voor. In de bereids gemelde gevech ten van de middelste afdcclingen, die voor do Dui'tsch-Ooslenrijksche troepen zegevierend, daarentegen voor de Russen vcrlicsbrcngend waren, bedraagt hot dagelijkschc minimum- cijfer 5009 tot GOOÜ gevangenen. Dit bewijst1, dat hel stelselmatig overwinnend voorwaarts dringen van de Duilscli-Ooslenrijksche troe pen hel moreel van de Russische troepen zeer gesohaad heeft. Ween en, 10 Juni. (W. B.) Officieel be richt van heden middag. De gevechten aan dc Boven Dnjeslr cn in liet gebied tussahon de Dnjeslr cn de Prutli duren voort. liet leger van Pflanzcr-Baltin wint verder veld naar het noorden. Zijne aan- valscolonnes drongen onder voortdurende ge vechten vooruit tol Obirtyn cn op de hoogten teil zuiden van Howdcnka. Bij liet succesvolle voorwaarts gaan van dc op GalicLsclien grond vechtende gedeelten van hel leger sloot zich ook aan een troep in Bukowina, die gisteren de Pruth overging en sterke Russische strijdkrachten zuidwestelijk van Kotzinann terugwierp. Overigens is de toestand onveranderd. B c rl ij n, 1 0 J u n i. (W. B.) Dc Vossisclie Ztg. bericht nut Petersburg: Do val van Prze mysl is, ofschoon do censuur aan do pers heeft bevolen hem slechts voor tc stellen als een strategisch terugwijken: van de Russen, iii het geheele rijk liet onderworp „van do dage- Lijkscho gesprokken. Dc dagbladen leveren zeer droefgeestige beschouwingen. De bekende schrijver Slolypiii spreekt van een treurig l'eat, waarop méïi het Russische volk geleidelijk had moeten voorbereiden. Men&chikow schrijft in dc Nowoje Wrcmja dat de rampspoedige oorlog Idaarblijkelijk nog eene geweldige inspanning van Russische zijde zal eischcn oiu het ongeluk te brengen ihi M VGTOV-ü 'La uerr.W aiische gebied. Rusland's beproevingen zijn nog niol ten einde. Nog pessimistischer artikelen in do Peters- burgsoke bladen, zooals in de Denj Kurk*, worden door de consume onderdruki. Rome, 10 Juni. (R.) Officieel commu niqué. Wij versterkten Onze blellingen aan de grens van Tirol cn Trentino. Wij bereikten den Falzarego-pas, waar wij een zegevierend gevecht leverden. Na een hardnokkigen strijd van verscheidene dagen hij Monlccrocc na men de Alpini ceue belangrijke stelling bij Prcikoffel. Langs dc Jsonzo-bnie zctlen wij dc operaliën voort, ten doel hebbende den vijand terug te drijven van de beheerschcndc stellingen aan den rechtere ever. Wij bezetten Monfalcone. \Y e e n e n, 10 Juni. (W. 14.; Officieel be richt van lieden middag. Aan hel lsouzofront werden wederom po gingen van den vijand om de rivier over te gatin, afgewezen bij Plawa, Gradisca cn Sa- grado. in de slreoic van Klitsch en aan den Kvuintischen kam ten oosten van de Piöchen- pas wordt verder gestreden. Ook de artillerie- gevechten in het gebied van de TiroLschc oostgrens duren voort. Een vijandelijke aan- Roman uit bet Noorsch van HULDA GARBORG door A. M. VAN DER LINDEN— yAN EDEN. „Is liet fiëru&t waar?" „Waar, vraag het Nils dan maar, als le mp uiel golooit. Zeker is het waai." „Leest Nils daarom altijd in den almanak?' „Daarom ook wei, maar ook wel om te zien hoe zij ten opzichte van de slerreoeelden staat." „Welke zij?" „De maan. Maar als je oogen hebt om te zien heb je geen almanak noodig. llier in Viken weten wij dat het middag is aan een streep op Kvasseggen en thuis iu mijn land hebben wij de Storcggeu. Er is geen betere klok dan de zon. Maar nu moet je naar bin nen en je boterham etenl" „Neen, leer me liever alles van de zonne- klek, Marja," „Morgen, nu moet je naar binnen. Je moet immers eten. Doet iemand penitentie, door te veel of te weinig te eten. in belde gevallen Kaan ze dood. Eli hin« aan Marja's arm. Wat is dat penitentie"? „Dat is wanneer iemand niet eet en wel 14° eten houdt Maar kom nu meel Je loopt en kijkt even nieuwsgierig als een koe, die voor"'t eerst buiten komt!" Zij trok haar met zich voort, maar dit was niet gemakkelijk, want Eli had volstrekt geen lust om naar binnen te gaan. Per kwam achter hen aan, stak zijn snuit in Eli's hand, terwijl hij vreeselijk kwijlde. Maar Eli joeg hem weg, zij dacht over aller lei dingen. „Maar, kind, jc hebt het kalt' versierd als een bruid op den heiligen Gregoriusdag," zei Marja toen zij den krans in 'L oog kreeg. Zij liepen een poos zwijgend voort naar bel groote, witte huis, waar de vensters in het dak deden denken aan starende oogen, die uitkeken over het landschap en den fjord. „Toe, ga nu gewillig mee, kwikstaart!" Eli trok Marja de armen bijna van het lijf en 'L scheelde niet veel of zij trok haar omver. „Wat doet zij met het bloed van manneli, Marja?" Maar Maria wilde er niet meer over hooren en zij had het druk mei Per weg te jagen, die mee in huis wou gaan. aylvuus, kuus gek kalf, wou je soms mee in de kamer?" Toen overviel Eli op eens een bui van teederiieid en zij sloeg beide armen zoo stijf om den nek van Per, om hem goedennackt te zeggen, dat het arme beest bijna stikte. „Je wilt het dier toch niet worgen?'* en Marja trok de tegenstribbelende jonge dame mee naarbinnen. Maar Eli was nog boos. „Hé, waarom wil je niet meer van de maan vertellen?'' Een poos later, toen zii haar melkpap en brood had gegeten, stond zij op de tafel in de kamer waar de bedienden woonden en haalde s^rrlei dwuze dingen voor hen uit. Wanneer de dokier niet lliuis was, sloop zij altijd daarheen. Dan was zii uitgelaten, sprong en danste als een jong poesje in het gras. Er kwam geen einde aan hare kluchtige ïu- allen en haar publiek vermaakte zich kos telijk. Eindelijk werd Marja ongeduldig en liok haar met geweld mee. „Nu moet je goeden nacht zeggen, alle Icieine meisjes gaan nu naar bedl' „Beu je boos op me, Marja?" „Boos, waarom?" „Omdat je mu geen kwikstaart noemt!" En Eli sprong vau de tafel en viel Maria om den hals zoodat zij bijuu op de vuurplaat terecht kwam. En Marja bromde een beetje en bradil hel dwaze meisje naar buis. Voordat de dokter thuis kwam, moest zij in bed liggen. Zoo was Eli loeu zij acht jaar oud was. M o e i 1 ij k e dagen. Eli schreide dikwijls, zonder recht 1c welen waarom. Zij gevoelde zich soms opeens zoo eenzaam en verlaten; niemand bekommerde zich om haar. zelfs God niet; want, hield Hij van haar. dan zou Hij moeder toch niet van haar weggenomen hebben; Hij wist toch wel hoe droevig hel in dc wereld voor een klein meisje was wanneer zij geen moeder meer had. Den eersten lijd na moeders dood had zij zoo hartstochtelijk en lang gesdi cid. dat zij zich ongerust over haar maakten. Zij wilde niet eten en zich niet aankleedcn» Nu was het geen aanhoudende droefheid meer; maar, wanneer iets haar tegenliep, dan kwam meteen de herinnering aan moeder boven en kon zii zich opwinden tot «n wanhopige gemoeds stemming, waarin zij zich wonderlijke voor stellingen maakte over God, haar moeder en hel graf en waardoor haar kindersmart nog grootcr wei d. Zij hield wei veel van haar vader, maar \Vul hielp haar dal; hij bekommerde zich zoo weinig om haar. Altijd waren cr groote men- sohen, met wie liij pralen oi kaart speleil moest en wanneer Eli binnen kwam, dan kuste hij baar vluchtig op dc wang en zei alleen maar „goeden nacht" oi wanneer inj haar eens meenam op de wandeling, ging hij altijd naar het kerkhof en daar was y- met graag. Zij was angstig en verlegen en bleef een eind van. liet graf af slaan, want zii kon met vader met over alles spreken waarover zij dacht. Zóó was vader niet. Het was herfst. De avonden werden don ker en lang en hel was gedaan met alle zomcr- vreugde. Up regenachtige dagen wjis Eli veel in de knechlenkamer, want daar was bet gezellig. Op zekeren namiddag stond zij daar voor heL venster uit te kijken. Het gaardplein zag cr grauw on nat en triest uit. Een blcekc maan stond boven bel dak van den stal; wiÜte ne velen dreven over de akkers en over de pas geploegde aarde heen. Eli stond in gedachten verdiept. Zij drukte haar neus plat tegen dc morsige, groenachtige ruit cn keel: naar de maan; wanneer haar neus aan den linker kant is, dan is zii aan het wassen en dan zijn Per en Marja en Nils en ik en alle koeien vol bloed en dan begint zij te zuigen te zuigen Marja en Nils zaten bij de keukentafel te werken. Nils keek naar builen. „Kijk, daar komt de dochter van den burgemeester aan," zei hii en Maria rekte zicli uit en keek in de richting van het kantoor. Nils sloeg een spij ker in de zool vau een lompen schoen. „Nu. die zou wei graajj doktersvrouw worden!" „Ja, dat zeggen ze," zei Marja met een zucht. Geen van beiden ducüt aan Eli. „Zoo n vróuwmensch, ze zou hem wel w illen herben voordal zijn vorige nog koud is ouder den grond!" Eli huiverde: Koud onder den grond koud onder den grond1. Duizend verwarde ge dachten gingen in haar klein hoofdje rond. iMaar daar zag zij Brila naar vader gaan. Biilaï Doktersvrouw? Zou vaderzou zij Ilaar keel werd als dicht gekue- pen; zij slikte eu slikte.Op eens stond het haar helder voor den geest dal er iels ver schrikkelijks eing gebeuren. En -plotseling liep zij naar buiten,over het £aardi>lein naar zijn kamer, zij liep of haar leven er mee gemoeid was. Zij wist niet wat zij wilde doen, alleen maar dal zij bij vader moest zijn. Maar in den gang bleef zij besluiteloos staan; binnen bii vader werd gesjirokcn; zij hield den adem iu cn luisterde maar zij hoorde alleen maar lachen En opeens gevoelde zij zich zoo eenzaam en verlaten als nooit te voren en dc tranen stroomden over hare wangen. Zij ver borg haar gezicht in liaar vaders pels, die tegen den muur hing en schreide bitter, ter wijl zij liaar handen vast ineen klemde en snikte: „Lieve God, lieve God. ik wil geen nieuwe moeder hobbcn!" Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 1