li
J
H
ViJ
„DE E EM LAN DER'
M
Maandag 14 Juni 1915.
BU1TENLAND._
FEUILLETON.
E L I
N° 266
IS"" Jaargang.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
Politiële Overzicht.
De nieuwe Lusitania-nota.
HotJredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURO.
3
1
V:
'M
Ju
n
1
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort es 1 l.OO®
Idem franco per post 1*50«
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) O.IO»
Afzonderlijke nummers 0.05»
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op
s Feestdagen.
Advertentiön gelieve men liefst vóór 11 uur,
advertenties en beriohten vóór 2 uur in te zenden.
Zon- en
familie-
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels f 0.50«
Elke regel moer - 0.10
5 'Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling;
r Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zoor voordeelige bepaliugea
tot het herhaald advorteeron in dit Blad, bij abonnement.
Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Versterking der weermacht.
Tegen <le voorgestelde Landstormwet is in
Aen lande niet heel veel oppositie.
Er zijn nu eenmaal altijd mcnschcu, die
liefst de keerzijde van 'n munt bezien; die
keerzijde bestaat stellig ook hier maar de
waarde van de munt wordt er niet minder om.
Men beschouwe de voorgestelde uitbreiding
van ons leger geheel in het lielit van de te
genwoordige omstandigheden. Alle wijsheid
over het legervraagsluk iu vredestijd verkon
digd, kaïn nu veilig ter zij die gesteld worden.
En ook wat erna den oorlog gebeuren moet,
is nu van geen belang.
Goede vaderlanders, die zich met koel hoofd
rekenschap geven van den toestand en zich
slechts door het landsbelang en gevoelens van
menscliciijkheid laten leiden, zuilen niet zich
vergenoegen met onze neutraliteit van heden,
doch ook zinnen op middelen om haar* morgen
te kunnen blijven handhaven. Het is in deze
diagen voor 'n regeeróng inderdaad gemakke
lijker om in den ooidog te komen dan om er
uit te blijven.
Waren wij niet ten volste overtuigd van de
vredelievendheid der regeering, wij zouden
niet zoo grif met de legeruilbreiding meegaan.
Want hoe grooter het leger, hoe giootci de
verleiding voor oorlogzuchtige machtshebbers
om ook te gaan meedoen aan het bloedige
hazardspel, waaraan de Europeesche mogend
heden zich met zoo groote passie overgege
ven hebben.
Dit is dan ook wei een der voornaamste ar
gumenten, welke de tegenstanders aanvoeren.
Maar wie zich daarop beroept, looul óf de
gezindheid der regeering niet te kennen óf
haar te wantrouwen. Voor het een is al .ven
weinig reden als voor het ander.
Tien maanden lang heeft de regeering op
de duidelijkste wijze bewezen, dat zij even
oprecht als de overgroote meerderheid van
ons volk Nederland wil behoeden voor de
onherstelbare rampen en het onmetelijke ^eed
van den modernen oorlog.
Daarop kunnen wij gerust zijn. De overwe
gingen, dat de regeering ons land in den oor
log zou kunnen ©lecpcn, moeten en mogen ge
heel zwijgen voor de o\ea we.giki.guii, dait wij er
door andere mogendheden ingeslecpt zouden
kunnen worden.
Even gevaarlijk ais in het eerste geval de
legeruilbreiding zou kunnen zijn, zoo nutiig,
ja noodzakelijk is zij thans.
De wereldoorlog heeft geMdelijk zulk 'n
omvang aangenomen, dat 'n legermacht zoo
als wij op dit oogenblik in 't veld brengen, iets
meer dan 'n peulschillotje is voor de beLlige-
rente pair tij en, die slechts met miiliioenen re
kenen. En millioenen die den oorlog kennen
terwijl onze soldaten zij het ook gelukkig
en blijve het zoo alle oorlogservaring mis
sen.
Onze tegenwoordige weermacht, zij moge
dan onvermoeid en welgeoefend zijn, is niet
stertk gen.oeig om voldoende waarborg te ge
ven, dat geen der rondom ons strijdende vol
keren, als het wenschelijk mocht toeschijnen,
ons niet in den oorlog zou durven be
trekken.
Hoe grooter het leger, hoe grooter de aar
zeling om er den strijd tegen aan te binden.
Nu, in deze zeer bizondere omstandigheden,
erkennen wij de waarheid van de spreuk,
welke wij in vredestijd betwisten: ©i vis pa-
ccm, para helium. Indien gij den. vrede wilt,
bereid u dan voor ten oorlog.
I.
Toen in het midden van de vorige weck
bekend word, dait Bryan ontslag genomen had
als staatssecretaris, kon men een oogenblik
vreezen, dat hot geschil lusschcn Duitschlaud
en de Vereenigde Slaton wegens hel optreden
van de Dui'isühe marine legen handelssche
pen in de door de Duilsche regeering tot oor
logsgebied verklaarde wateren een ernst ïgen
keer zou nemen. Immers in den brief, waar
mee de heer Bryan aan president "Wilson
kennis gai van zijn besluie om af te treden,
las men, dai zijn blijven in hel kabinet unfair
zou zijn tegenover do zaak, die aan zijn hart
het naast lag: namelijk hel voorkomen*tan
den oorlog. Eenige gerust stelling schonk reeds
dadelijk de "verzekering van president Wilson
in den bi ief, waarhij hij afscheid nam van
Bryan ais medewerker: „Ons scheidt niet het
doel, maar de te volgen methode." En nu dc
nota bekend is, die dc regeering te "Washington
naar Berlijn gezonden liceft als repliek op hei
antwoord, dat zij gekregen had op bare nota
van 15 Meg blijft er van ongerustheid niet veel
meer over. De nota van 10 Juni maakt niet
den indruk, dat zij de voorbode is van het ver
storen der vrede sbetrekkingen lusschcn
Duilschland en de Vereenigde Btaten. Veeleer
schijnt zij den weg te effenen on\ de partijen
tot elkaar le brengen en le komen tot eene
schikking, waaïdoor hel geschil uit den weg
wordt geruimd.
De Duitsche nota had kennenjk ten doel na
dere inlichtingen te bekomen omtrent de fei
len. Zij verklaarde, dat het noodig was al
lereerst zich ei" van te overtuigen, dat de be
richten, die de beide regcesringcn bezitten over
de toedracht der zaak, volledig zijn en
overeenstemmen. In afwachting daarvan
schortte de Duit sclic regeoring haar deii-
iief stelling nemen op tegenover de door de
Amerikaansche regeering in verband met hel
in den grond boren van de Lusilania gestelde
eischerh Staatssecretaris von Jagovv heeft
zijn standpunt nader nog in een interview
aldus gepreciseerd: „Wij zijn van meen in g,
dait, voordat wij dit gevat met dc Vereenigde
Staten officieel kunnen bespreken, do beide
regeeringen eene juiste en nauwkeurige ken
nis \an de feilen moeiten hebben. Dat wit
Duitsohland in zijne nota tot uitdrukking
brengen. Wij hopen, dat do Amerikanen er
toe zullen le vinden zijn ons lijd te geven om
allereerst over al het feitelijke van hel Lusi-
tania-geval ingelicht tc zijn. Wij geloo\en, üat
de Amerikaansche lege wing ons stanupunt
nog niet geheel juist beoordeelt. Voor ons
moet hol beginsel zijn, ons mdt elk tol onze
beschikking slaand middel te verdedigen. De
Lusilania had genoeg munitie aan boord om
50-000 Duilsche soldaten te dooden. Kunt gij
't in ons afkeuiren, als wij elk middel, waar
van wij ons Luimen bedienen, gebruiken om
deze munitie te vernietigen en het leven van
onze mannen le redden?"
Do dagbladschrijver, die deze woorden uit
den mond vau den Duilschen bewindsman op-
lex-kende, heeft dasafaan toegevoegd, dat de
stem van den (Staatssecretaris 'trilde, alsof de
overtuiging zoo vast in hem geworteld was dat
zij nooit kon worden verietigd? Toch is hol
met anders dan dit, wal de Duilsche regee
ring zal hebben te doen,, want in de nota van
10 Juni wordt mei de meeste beslistheid ver
zekerd, dal voor die meaning geen grond be
staak Hut is van belang Titer de eigon woor
den van de nota aan te halen.
„Door de Duilsche regednug is \Crklaard,
dat de Lusilania zonder twijfel was uitgerust
mei verdekt Opgestelde kanonnen, dat zij ge
oefende kanonniers en speciale munitie aan
boord had, dait zij troepen uit Canada over
bracht, dat zij een lading in had, die volgenr»
de wetten der Vereenigde Sta'tcn geen schip
aan boord mag hebben, dat tevens passagiers
vervoert, en dat zij feitelijk als liulpkruiser
van tie Engelscim viool dieusil deed.
„Gelukkig zijn ditaangelegenheden, ten
aanzien waarvan de regeering der Vereenigde
Stalen in staat is. officieel inlichtingen aan
de Duitsche regeering te verstrekken.
„Bij de uitoefening van haren erkenden
plicht als neu'traic mogendheid, en de tenuit
voerlegging liarer laudswelten, rustte op de
regeering dor Vereenigde Stalen de taak toe
ie zien-, dat de niüt bewapend was,
dat zij geen lading aan boord had, dio bij de
Amerikaansche wet verboden is, en dat haar,
indien zij feitelijk een schip was, deel uilma
ken dc van de Engclsche vloot, geen uit klaring
als koopvaardijschip mocht worden uitgereikt.
„De Ainerikaanscho regeering volbracht dien
plicht, zij paste hare wetten met strenge nauw
gezetheid toe, door toedoen van hare wettig
aangestelde ambtenaren, en is dientengevolge
in staat do Duitsche regeering te verzekeren,
dut zij verkeerd is ingelicht."
De stellige toon, waarop dit wordt gezegd,
sluit elke tegenspraak uit. Men zou met feiten
moeten aankomen, die aantoonen, dat hetgeen
hier gezegd is onwaar is; maatr zoolang dat
nicit geschiedt, kan deze officicelc verklaring
niet opzijde gezel worden en moei men haar als
bewijskrachtig aannemen. Maar feiten, die de
verklaring in de Amerikaansche nola te niet
doen, kan dc Duitsche regectring nicl bijbren
gen. De vloek van de boozc daad vervolgt
haar. Wanneer or bewijsstukken zijn geweest
waarop de Duitsche regeering z.cli zou kun
nen beroepen, dan heeft de «torpedo, die de
Lusitania in den grond heeft geboord en hare
bemanning en passagiens een graf in do gol
ven heeft doen vinden, zo doen verhuizen naar
den bodem, der zee. Do DuiLsclic regeering
kan hier stechls beweren; zij kan niet be wij
zen cn is dus niet in staat te ontzenuwen, wat
in de nota van 10 Juni als bewijs is bijge
bracht
De oorlog.
13 Juni. (Havas).
Namlddag-
P a r ij s,
communiqué,
Bij Lorette trachtten de Duilschers in den
geheclen sector (Aix-Nouleble en Ecurie) door
een aanhoudend bombardement de organi
satie te verhinderen Yan do stellingen, die de
Franschen hebben veroverd. De Fransche ar
tillerie antwoordde mot te vuren op de Duit
sche loopgraven en batterijen.
Wij maakten ons meester Yan het station
te Souchez. In hot zuidelijk gedeelte van den
Doolhof was een hardnekkige strijd met gra
naten. Ondanks de hardnekkige pogingen van
de Duitschers handhaafden wij al onze winst
van de vorige dagen.
In de streek van de hofstede Tout Venle,
zuidoostelijk van Hebulerne, deden de Duil
schers in den nacht een tegenaanval, die ge
makkelijk gestuit werd.
Van de rest van het front is niets te ver
melden, behalve tamelijk levendige actiën in
den sector oostelijk van eims en op het front
Perthes—Beausé jour.
Avondcommundqué.
Wij bestormden in den namiddag den ver
sterkten heuvel kam ten noorden van de
suikerfabriek le Souchez; wij organiseerden
die stelling en handhaafden ons daarin tegen
een herig bombardement.
Onze infanterie nam heden morgen in een
onkelen stormloop drie linien loopgraven bij
den weg van Serre naar Maillymaillet; wij
namen daarbij honderden gevangenen, die
toegaven, dat de Duitsche vérliezen zeer
zwaar waren.
In de laatste paar dagen werden eenige af-
deelingon, die zich tot een aanval voorbereid
den, vernietigd terstond nadat zij zich had
den gevormd
Een Duitsche tegenaanval op de hofstede
Qucnncvières ten noorden van de Aisns werd
teruggeslagen. Soisson werd hierna gebombar
deerd met 120 granaten.
Berlijn, 13 Juni. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag:
Bij Nieuwpoort en Dixmuiden, ten noorden
van Atrecht eh bij Ilébu terne, hebban artil
leriegevechten plaats gehad.
Zwakke aanvalspogingen van den tegen
stander in de duinen werden verijdeld. Ten
zuidoosten vah Hébutvrne zijn infanteriege-
vochten aan den gang.
Er zijn bommen gewoipen op de militaire
inrichtingen te Lunéville.
Wecnen, 12 Juni. (W. B.) Officieel be
richt van heden middag.
Tusschen de Dnjcstr en de Pruth streden
de troepen van het leger van Plfanzcr weder
om verscheidene Russische stellingen. Dc
plaatsen Jezierzamy cn Niezwiska, ten noor
den \an Oberty, zijn bestormd. Onze zegevie
rende troepen dringen vooruil tegen Czernc-
lica en gingen daar, ten oosten van Ilai odeiika.
over de Dnjeslr. Zalcsczyki is genomen. Tegen
deze stad richtten de Russen des avonds en
gedurende den nacht wanhopige aanvallen, die
allen onder de zwaarste verliezen van den
vijand werden afgewezen. Ook dc aanval van
een kozakkenregiment viel in ons vuur geheel
ineen.
In de Bukowina moesten de Russen ook
hunne laatste stellingen aan de Pruth prijs
geven; zii trekken zich, door onze troepen
scherp vervolgd, onder groote verliezen ove/
do rijksgrens terug.
Bii de gevechten van gisteren van het leger
van Pflanzer maakten wij 50U0 gevangenen.
Ten zuiden van dc Boven Dnjcstr duren de
gevechten nog voort. Een Russische tegenaan
val op Stanislau weixl afgewezen. Zurawno, dat
tengevolge van dc aankomst van Russische
versterkingen ontruimd was, werd gisteren
door de verbonden troepen weder genomen.
Petersburg, 12 Juni. (Tel.-agent
schap). Communiqué van den groolen gene-
ralen staf.
Ten noorden van Szawli, in dc streek van
Szaklnowo, violen wij den llen eene zich uit
het westen ontwikkelende vijandelijke co
lonne aan cn dreven haar terug. Bij Szawli
ze>t de vijand zijne onvruchtbare aanvallen
voort in den noordelijken sector van het slag
veld. Ons offensief op het front Szaroliany—
Beligola gaat voort aich met succes le ont
wikkelen.
Den Hen namen wij in storm verscheidene
dorpen en het kerkhof bij het gehucht Jo-
quiny. Den vorigen dag vielen op dut front
onze ulanen te paard den vijand aan; zij
sabelden een honderdtal DuLtsehcrs neer en
maakten meer dan 50 gevangen.
In de richting van Kowno tracht den
vijand zich te verzekeren van het lronl Sa-
peziszki—Iludele. In den nacht van den llen
bestookten wjj den vijand eenigszins op den
straatweg naar Mariampol en langs den
spoorweg KownoWirbailen.
Aan den rechter Weichselocver, in de
streek van Starozehy opende de vijand een
hevig artillerievuur met het aanbreken van
den dag op den llen en begon eene reeks
aanvallen. Tot aan den middag kon dc vijand
er niet in slagen te naderen tol een afstand
minder dan 400 pas. Onze vliegtuigeskaders,
die verkenningen in de lucht uitvoerden en
met succes bommen wierpen, droegen krach
tig er toe bij den vijandelijke aanval op dat
front terug te drijven.
In Galicie kwam -den llen in hel rivierdal
van de Kklo een vijandelijke automobiel op
onze loopgraven toe, maar ons artillerievuur
dwong haar onmiddellijk terug tc gaan.
In den dricdaagschen slag aan de Dnjeslr
in de streek van Zurawno, die duurde van
den Sen Lot den lOcn, namen wij in 't geheel
34S officieren en 15.431 soldalen gevangen; wij
maakten ons racerter van 78 mitrailleuses en
17 kanonnen, zooals reeds bcridht werd. Eene
groote hoeveelheid wapenen, munitiecais
sons, veldkeukens en trein gingen in onze
handen over.
Om hel Ooslenrijksch-Duilschc leger te steu
nen, dat zidh op den rechter Dnjcrtroevcr te
rugtrok, ondernam den vijand een offensief
op do beide oevois van de Tysmenica; hij
slaagde er in het dorp Gruszow le nemen,
maar werd later er weer' uitgeworpen door
onze troepen, die daarbij 33 officieren cn 49C
soldalen gevangen namen.
In den nacht van den llen deed de vijand
vruchlelooze aanvallen tegen het brughoofd
bij lialicz. In den loop van den volgenden dag
naderde de vijand de Dnjeslr op hel front
Roman uit het Noorsch van
HULDA GARBORG
door
A M. VAN DER LINDEN—VAN EDEN.
„Aan God verbondenl"
Wanneer er een klooster geweest was op
Kvaseggen, zou zij zeker ook die belofte aan
God afleggen.
Maar God gal niet om haar. Hij had haar
haar echte moeder ontnomen en Hij wilde
haar een andere, die zii niet wilde hebben,
in de plaats geven. En Per had Hij laten
doodslaan. Foeil Ai waren er twintig kloos
ters geweest op Kvasseggen, zij zou zich niet
aan Hem verbindenI
De zon zonk weg in de diepte en het werd
koud en donker om haar heen. Zij huiverde
zoo, dat zü klappertandde. Toen zette zij het
opeens op een loopen
s Avonds zat Marja bij haar bed en breide
en zong van: „Trotsche Margit en den berg
koning." Eü lag stil te luisteren.
En toen Marja zong: „Hoe de kerktoren va-
Böberad doordrongen tot Margit in de ber
gen." toen hoorde Eli duidelijk de klokken en
zij wergat de wondervolle tonen nooit
Volwassen.
Afht iaar woonde EU in de stad, maar de
flroote vacantie bracht zii thuis door.
Tusschen haar grootvader, den ouden,
iliuken overste en haar ontstond een hecüler
band van vriendschap dan er ooit tusschen
haar en haar vader had beslaan. Zij leerde
zooveel van grootvader; in den omgang met
hem begon zij zich te ontwikkelen tol een
klein mensch met' geordende gedachten en
begon zij iets le hegrijpen van deze wonder
volle wereld. En haar verstandige, vroolijke
grootmoeder werd moeder en Marja tegelijk
voor haar. Toch, heclemaal gelukkig was zii
niet, omdat zij zooveel miste; 't was of zij in
Uveeen gedeeld was. Had zij slechts alle die
ren, bloemen en hoornen en Kvasseggen en
die heerlijke lucht van thuis om zich heen
gehad! Vcoral 's Zondags gevoelde zij zich
dikwijls gedrukt.
Maar er was ook veel. dat haar aantrok
in de stad. Zij was op den avond «van haar
aankomst verrukt geweest, toen haar groot
ouders niet haar door de Carl Johanstraat
liepen. Al die lichten en al die menschen
maakten haar duizelig en zu keek en keek,
totdat haar oogen pijn deden. En op den hoek
van het Storlhinggebouw, vlak bij een groo-
ten, sleenen leeuw, zat een vrouw met een
Lafel vóór zich met de heerlijkste dingen; zij
bleven slaan en kochten gekleurde koekjes en
daarna kwam zij weer in het gezelligq.liuis
uiet de mahoniehouten meubelen cn de dunne,
tulen gordijnen voor dc ramen. Aan den muur
hing het portret van Napoleon en dat van een
leelijken man. die Voltaire heette; boven het
bed van grootmoeder hing het portret van
«wn man. dien zij Rousseau noemde, hij was
een mooi man, maar hij droeg zulke vreemde
kleeren.
s Avonds vertelde grootmoeder van den
oorlog tusschen Frankrijk en Duilschland;
het mooiste ervan vend zij. dat een Duilsche
hakker uit Christiania vele honderden kruid
koeken naar de Duitsche soldaten had gezon
den na den slag van Worth. En grootmoeder
legde dc kaart om de toekomst van het land
te zien en daarna las zij uit een boek dal
..Eniile" heette eu Eli vond het een treurige»
naam, want de domste jongen van lieci Viken
heette ook zoo; maar liij, die het book ge
schreven had, was lang niet dom, want bij
zei, dat het beter was de kinderen geen lessen
te laten leeren en daarmee was Eli het vol
maakt eens. Zij hield er veel meer van, om
zich met haar eigen gedachte» bezig te hou-
dn. cla i te leeren uit die vervelende school
boeken. Het eenige prettige was de bijbelsclie
geschiedenis, vvaht de verhalen daarin waren
nel sprookjes.
De lange, op elkaar gelijkende schooljaren
sleepten zich voort; zij kreeg wei voel vrien-
ainncn. maar geen echte; de eenige echte
vriend was llans. Hij zou student worden; zii
zagen elkaar niet veel, maar 's Zondags at
hij een enkelen keer bij den overste en dan
was Eli gelukkig. Maar hij wou nooit met Eli
samen zijn. wanneer cr kans op was dat ziiu
kameraden hen konden zien cn dat vond Eli
heel dwaas. Wat waren jongens toch ver
legen I Zii wandelde juisl heel graag mot Hans
als dc vriendinnen het koude zien!
Eindelijk gingen zij naar huis terug, om
bevestigd te v orden cn Eli was het met haar-
zelve eens geworden, dat zij Hans beminde;
maar zij was er niel zeker van. dat hij haar
liefhad 1 Zoo'n iongen was zoo'n vreeind, ge
heimzinnig wezen. Zij hoopte zoo, dal hij zich
eens heel even zou verraden en op hetzelfde
oogenblik was zij doodsbenauwd, dat hij iel
zeggen zou, want dan zou zij het besterven
yan verlegenheid en van vreugde.
Od den dag hunner bevestiging kwam er bij
hun heider familie veel bezoek; maar zij spra
ken af, dat zij elkaar zouden ontmoeten
een kleine wandeling maken na den mid
dag, zonder dat iemand het zag, natuurlijk.
De 'gedachte aan deze wandeling verliet haar
niet toen zij in de kerk was en zij-verweet
hel zich, dat zij er telkens aan daclii, maar
zij kon het niet helpen; al stond haar zalig
heid op het spel. zij kon niet laten aan iians
te dcliken, die daar, zoo blond en zoo knap,
in zijn nieuwe kleeren stond. Zij wist niet,
wie het eerst over dc. wandeling had gespro
ken, maar zeker was het, dal zij er heiden
op hetzelfde oogenblik aan gedacht hadden
en, had zij misschien liet eerste woord gezegd,
hij was toch op het idee gekomen om elkaar
in het hoschje achter den gaard van den dok
ter le ontmoeten, op hel plekje, waar Eh zoo
veel tranen had geschreid en ook zoo menig
vroolijk spelletje had gespeeld. Zij kwamen
er juist Iegelijk aan en gaven elkander de
hand. deftig en verlegen. Eli was op het punt
te gaan schreien.
„Lk feliciteer je," zei hij zacht
En Eli fluisterde: „Dank je, insgelijks". Toen
wisten zij niets meer te zeggen en zij ver
gaten de wandeling, hieven vóór elkaar staan
en drukten eikaars handen. Toen kon Eli het
niet meer uithouden; zij barstte in tranen uit
en legde haar hoofd vol vertrouwen legen
hem aan. even rustig alsof hij haar groot
vader was.
Hij wist geen raad. „Neen maar, lievel" Hij
boog zich over haar heen en streelde haar
handen. „Wat is er, Eli?" Hij was 16 jaar.
niaar voelde zich zoo hulpeloos als een klein
kind; hij had nog nooit zoo iels moeilijks be
leefd.
„Ik houd zoo verschrikkelijk veci van je. i
Hans," snikte Eli plotseling cn drong zich noe
meer tegen hem aan Och God, dat zij nu niet
stierf, dat de aarde zich niet opende om haar
tc verslinden! Zij gloeide van schaamte cn ver
wachting wat had zij gedaan! Wal had zij
gezegd! Ach God!
llans glimlachte verlogen en stamelde een
paar woorden. Nog nooit had hij hel zoo be
nauwd gehad. Maar wat drommel! hij was
toch een man en hij greep zich aan cn sprak
op vaderlijken loon. „Ja maar, lieve Eli, dat
is niet iels oiu zoo over tc schreien. Huil toch
zoo niet!'"
Maar Eli snikte en schreide aldoor en hek
was haai onmogelijk om een woord uit te
brengen. Nu werd het nog erger, want lui
sloeg zijn arm niet eens om haar heen cn hij
zei ook niet: „ik bemin je"; hij zei alleen
maar; „huil niet." Ach God, hij beminde
haar dus met.
Gij smeekte haar weer zoo dringend om
niet meer te schreien. „Dat vind ik zoo naar,
zie je." Toen zei ze eindelijk:
„Ach, het is zoo vrecsclij'k treurig, Ilan*
wantcn toen kon ze niet meer.
„Maar waarom toch? Als ie op mij v.
wachtenwant je weet wel, ik ben ook
verliefd op je!"
Zii wierp zich om zijn hals. „O, Hans, ben
ie dat echt?" O. llans, ik wil op je wachten,
al duurt het honderd jaar. lk ben zoo goluk-
kig, Hans. ik zal in een klooster gaan, wan
neer je het wilt
Wordt vervolgd