Haar liet lanil van belofte!
Dinsdag 16 November 1915.
„DE EEMLAN DER".
BUITENLAND.
FEUILLETON.
14-* Jaarpang.
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
ABONNEMENTSPRIJS:
9tv 8 maanden voor Amersfoort f
Idem franco per post
f Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) V.iu.
Afzonderlijke nummers
Wekelijks bijvoegsel „do Hollandtcho Huisvrouuf (onder redactie
ynn Thérèee van Hoven) per 8 mud. 50 ets»
Adveitentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, familie-
advertonties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCH EST RAAT I.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENT1ÜN:
Van 1—6 regels i. f 0.50.
Pike regel meer 0.10.
Dienstaanbiedingen 25 cents b() vooruitbotnling.
Groote loiters naar plaatsruimte.
Voor liande) en bearyf bestaan eeoa voordoelige bepalingen
tot het horhaald advertooren ia dit Blad, by abonnemont.
Hone circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Politiek Overzicht
De tegenwoordige stand van
den wereldstrijd.
Het is in de laatste dagen stil geworden
op de oorlogstooneelen in het westen en het
oosten, die nog steeds de hoofdtooneelen
van dezen wereldstrijd zijn. Het is hoofdza
kelijk de artillerie, die aan het woord is;
slechts nu en dan verneemt men van een
strijd van wijderen omvang en altijd slechts
op enkele punten van het uitgestrekte front.
Dc groote uitgestrektheid van het front is
oorzaak, dat men steeds voor een goed deel
zicii ei toe heeft moeten bepalen de stellin
gen, die men bezat, tegen de aanvallen van
den tegenstander te beschermen. Met dat
doel is de strategie van den positiestrijd ge
kozen, omdat daarbij met de geringst moge
lijke krachten kon worden volstaan.
Het eerst is de positiestrijd opgevat aan
het westelijke front. Daar hebben de Duit-
schers, zoodra bleek, dat zij hun eersten
machtigen aanval n: konden doorzetten en
moesten teruggaan na hunne nederlaag aan
de Maine, hunne verdedigingslinie gegra
ven in den grond van Frankrijk en België in
hoofdzaak op dezelfde plek, waar zij nu nog
s'aan. Zij dwoiv en daarmee hunne tegen
standers hetzelfde te 'oen, maar kregen te
vens gelegenheid onzienlijke strijdkrachten
van het westen naar het oosten over te bren
gen rm het eerste groote offensief van de
Russen tegen Oost-Pruisen en Galicië te
weerstaan. Aan het Italiaansche front heeft
men noch anders dan een positiestrijd ge
had, van den eersten dag af. Anders was het
in het oosten. Daar is lang gestreden in
d* vormen van een ^pen veldslag; het was
eer. zuivere bewegingsstrijd, die daar ge
veerd werd, in tegenstelling met den positie-
Strijd elders.
Lang is de strijd 1 ':r op en ne°r gegaan,
ove wijde oppervlakten, met afwisselend ge
lul, totdat de verbonden Duitsch-Oostenrij-
kers door hun groote aanvalsbeweging in
Galicië de overhand l -egen, hetgeen hen in
stoat stelde de Russen uit Polen en Litauen
te verdrijven en een goed eind in het gebied
van Rusland zelf te jagen. Dat is de uitkomst
geweest van het groote offensief, dat op 2
Mei j.L begonnen werd. Maar het einddoel:
de vernietiging van het Russische leger, of
althans het met lamheid slaan van dit legér
voor aanvalsoperatiën in de toekomst, is niet
bereikt. Daarnaar hebben de Duitsch-Oos-
tenrijkers zich thans ingericht. Zij hebben
beslolen niet verder op avontuur uil te gaan
in Rusland, maar zich te vergenoegen met
datgene wat zij bereikt hebben, en dat, even
als aan de andere fronten, te beveiligen door
den overgang tot de strategie van den posi
tiestrijd.
De stand van den wereldstrijd, zooals hij
door deze nieuwe strategie is geworden
wordt door den deskundigen medewerker
van de Noorweegsche Morgenbladet aldus
gekenschetst
Tot dusver zijn aan de fronten, waar eerst
de open veldslagen en later de positiestrijd
gewoed hebben, de tegenstanders vrijwel
van gelijke sterkte geweest. Zoolang op het
vrije veld gestreden werd, heeft nu eens de
een, dan weer de ander de overhand gehad
en grootere of kleinere voordeelen kunnen
behalen, den tegenstander nederlagen kun
nen toebrengen van meer of minder gewicht
en hem tot een korteren of langeren terug-
toch kunnen dwingen. Maar zoodra de een
van de tegenstanders de rusting van den
stellingstrijd heeft aangetrokken, heeft de
ander niets tegen hem kunnen uitrichten
zijne pantsers waren zoo sterk, dat alle stoo-
ten en houwen daarop zijn afgestuit.
Thans echter hebben de verbonden
Duitsch-Oostenrijkers hun stoot gericht te
gen een ander punt, waar de omstandighe
den anders zijn. Daar is het pantser van
hunne tegenorders niet bestand geweest
tegen hunne slagen. Die waren er niet op
voorbereid, dat een ernstige stoot in deze
richting kon worden gevoerd. Zij kunnen
slechts zoo geringe krachten in het veld
brengen tegen de legers, die hier voor den
aanval zijn gebruikt, dat zij er van moesten
afzien aan hun bondgenoot, die den ^toot
moet opvangen, eene rechtstreeksche krach
tige hulp te brengen. Zij moeten hun gehee-
le oorlogsplan omwerken, nieuwe groote
expeditiën uitzenden naar nieuwe oorlogs
tooneelen, waar alles op nieuw moet wor
den georganiseerd onder den steeds ster
keren druk van de snel voorwaarts rukkende
colonnes der aanvallers. Er hebben zeer
gewichtige beraadslagingen plaats gehad
tusschen de leidende staatslieden en de le
geraanvoerders in Londen en Parijs. Gene
raal Joffre is in Londen geweest; lord Kit
chener is via Parijs naar het oorlogstooneel
in het zuidoosten vertrokkenn.
Er wordt bericht, dat de geallieerden
waarmee in hoofdzaak de Franschen en de
Engelschen worden bedoeld tot volkomen
eensgezindheid zijn gekomen hoe zij tegen
dezen laatsten stoot van de Duitsch-Oosten
rijkers zullen ageeren. Wat er besloten is,
weet natuurlijk niemand behalve de ingewij
den. Maar de algemeene opvatting schijnt te
zijn, dat de geallieerden tegen deze onder
neming op het Balkanschiereiland zelf willen
optreden, dus niet er tegen willen agee
ren door een nieuwen aanval aan het weste
lijke front, ten einde den tegenstander te
dwingen troepen uit de Balkanlanden weg te
nemen tot verdediging van hunne eigen
liniën.
Het zou voorbarig zijn over de kansen van
zulk eene expeditie nu reeds te spreken. Al
leen kan worden gezegd, dat het tijd zal vor
deren, voordat de expeditie is georganiseerd
en tot uitvoering kan komen, terwijl inmid
dels het offensief van de tegenstanders op
den Balkan snelle vorderingen maakt. Ook
kan worden gezegd, dat de expeditie zeer
sterk moet zijn om eenige kans te hebben,
dat zij iets kan uitrichten. De Duitschers en
de Oostenrijkers, met de Bulgaren en de
Turken vereenigd, beschikken te zamen over
eene zeer aanzienlijke strijdmacht, die tegen
over die van de geallieerden het voordeel
heeft, dat zij hare basis behoudt op het vaste
land en niet drijvende heeft op de zee. Veel,
misschien alles, zal afhangen van de vraag
hoe Griekenland en Rumenië zich zullen ge
dragen. Zij zijn nu in den voordeeligen toe
stand, dat zij de evenaar zijn aan de balans
van de wereldgeschiedenis. Men kan heden
nog niet met zekerheid overzien hoe zij zich
zullen gedragen. Dat zal voor een goed deel
hiervan afhangen hoe vlug en met welke
troepenmacht de geallieerden hunne expe
ditiemacht kunnen toerusten en uitzenden.
De oarfog.
B e r 1 ij n 15 Nor. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
Een ten noordoosten van Ecurie vooruit
springende Fransche loopgraaf \an 300
Meter breedte werd na een hevigen strijd
genomen en met onze stellingen vei bonden.
Overigens zijn op dit front geene gebeur
tenissen van beleekenis voorgekomen.
P a r ij s, 15 Nov. (Havas.) Namiddag
communiqué.
In Artois werden in den Doolhof het ge
weervuur en de granaatgevechten zonder
ophouden gedurende den nacht voortgezel.
Het wordt bevestigd, dat de Duitsche verlie
zen in den loop van de actiën van den 14en
zeer hoog waren.
In Champagne vielen de Duitschers met
granaten de versperringen aan, die zijn op
gesteld voor onze waarnemingsposten op de
Butte de Tahure; zij werden teruggeslagen.
In de Woëvre, ten noorden \an Cirey, ont
redderde de ontploffing van eene onze mij
nen, die vergezeld ifc'Hg ven een zeer leven
dig vuur tegen onzp 'óopgfavèn, de tappen-
werken en organisatiën veh den vijand.
P a r ij s, 15 Nov. (R.) Avondcommu
niqué.
Het artillerieduel duurt voort in Artois,
het district Soissons, de Argonne en de
Woëvre. De infanterie kwam niet in het ge
vecht.
Een Duitsch vliegtuig wierp bommen neer
op een voorstad van Duinkerken, waarvan
een?je buFgers het slachtoffer werden.
B e r 1 ij n 15 Nov: (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormidog.
Legergroep Hindenburg. In de streek
van Smorgon viel een Russische partieele
aanval onder zware verliezen voor onze stel
ling ineen.
Legergroep prins Leopold van Beieren.
Er is niets nieuws gebeurd.
Legergroep Linsingen. In aansluiting
aan het doorbreken van de vijandelijke linie
bij Podgorcie, vielen de Duitsch-Oostenrijk-
sche troepen gisteren de Russische stellin
gen op den westelijken oever van de Styr
over de gansche uitgestrektheid aan. De
Russen zijn teruggeworpen; de westelijke
oever is van hen gezuiverd.
Weenen, 15 Nov (W. B.) Officieel
bericht van heden midag.
De strijd bij Czartorysk leidde gisteren
lot een volledig succes. De geslagen vijand
is uit den boog aan de Stry over de rivier
terug geworpen. Bij zijn overhaasten terug
tocht stak de vijand alle verloren plaatsen
in brand. De gedurende vier weken gevoer
de taaie en roemrijke gevechten om Czarto
rysk zijn hiermede evenzeer geëindigd met
den terugtocht van de Russen in hunne oor
spronkelijke stellingen, als de indertijd door
de Russen vol hoop aangekondigde pogin
gen om bij Siemikowce aan de Stry pa door
onze liniën heen te breken. De gisteren op
gegeven buit neemt nog toe.
Verder zijn er geene noemenswaardige
gebeurtenissen te vermelden.
P e t e r s b u r g, 14 Nov. (Tel.-agent-
schap.) Vertraagd. Communiqué van* den
grooten generalen staf:
De Duitschers hebben getracht het offen
sief aan te nemen bij de hofstede Borsemun-
de, in de streek van Uxkull. Zij werden te
ruggeslagen door hel vjjur van onze artil
lerie.
Bij Dwinsk, en meer zuidelijk, tot aan de
Pripjet, is niets te melden.
Bij Medoedji, ten noordwesten van Czar-
tarsk, duurt de strijd verwoed voort. Pogin
gen van den vijand, om in de streek van de
Styr vooruit te komen, worden door ons vuur
verijdeld. Ook bij het dorp Podgacie, ten
westen van Czartorysk, duren de hevige ge
vechten voort.
15 Nov. Op het front van Riga, ten
noorden van het Kangermeer, bestookten
wij opnieuw de Duitschers over 5 a 6 werst.
Aan de Dwina, boven Riga, waren verschei
dene voorpostengevechten in de streek van
het eiland Dalen. Aan de Dwina, in de streek
van Friedrichstadt, en op liet front bij Ja-
cobsladt was het rustig. Bij Illoekst kwamen
onze troepen op verschillende punten door
de streek der versperringen heen en bezet
ten een gedeelte van het kerkhof. Driesviaty
werd gebombaradeerd door zware Duitsche
artillerie.
Op de rest van het front tot aan de Prip-
jetstreek was het rustig.
In de streek ten noorden en westen van
Czartorysk bombardeerde de zware artillerie
van den vijand eenige sectoren van ons
front, in den avond van dien dag kwam de
vijand vooruit in dc streek ten oosten van
het dorp Podgacie. De strijd voor de over
gangen van de Styr duurt voort.
Op de rest van het front naar het zuiden
toe en in Galicië was het rustig.
Gedurende de algeloopen maand maakten
onze troepen op dit front gevangen 674 of
ficieren en 49,300 manschappen; zij namen
21 kanonnen, 118 machinegeweren, 18 bom-
werpers en 3 zoeklichten.
Weenen, 15 Nov. (W. B.) Officieel
bericht.
De vijandelijke aanvalsactie aan het Ison-
zofront was gisteren zichtbaar zwakker, mis
schien ten gevolge van den stroomenden
regen. In den sector van het Doberdo-p!a-
teau werd echter met hevigheid verder ge
streden. Aan de noordelijke helling van den
Monte San Michele gelukte het den Italia
nen weer te dringen in een door zwaar artil
lerievuur geslagen gat van onze stelling.
Sterke vijandelijke krachten, die ten noor
den van deze inbroakplaots overgingen tot
den aanval, werden bloedig afgewezen. Hier
na werd onze tegenaanval begonnen, waar
door het verloren frontsluk des avonds ge
heel terug gewonnen werd cn den vijand
buitengewoon groote verliezen werden toe
gebracht. Ook een krachtige Ituliaansche
aanval tegen den Monte dei Seibusi viel,
evenals alle vorigen, ineen.
Door de beschieting van Görz werden tot
dusver 58 burgers gedood en 50 gewond.
300 huizen en bijna alle kerken en kloosters
zijn zwaar beschadigd.
Een van onze vliegtuigeskaders heeft op
Vcrono weer talrijke bommen neergeworpen.
Rome, 15 Nov. (R.) Officieel commu
niqué.
Een hevige vijandelijke aanval in het Le-
drodal werd teruggeslagen. Sordinische troe
pen namen weer een loopgraaf op het Karst-
plateau na harden strijd gedurende den ge-
heelen Zondag.
Twee Oostenrijksche vliegtuigen wierpen
heden morgen bommen neer op Brescin,
waardoor zeven personen gedood en tien
gewond werden.
B e r 1 ij n, 15 Nov. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier.
In den Balkan bleef de vervolging van de
Serven overal aan den gong. Gisteren wer
den in 't geheel meer dan 8500 gevange
nen en twaalf kanonnen ingeleverd. Het aan
deel daarin van de Bulgaarsche troepen is
7000 man en zes kanonnen.
Weenen, 1 5 N o v. (W.B.) Officieel be
richt van. heden middag.
Alle in Servië opereerende legers vervol
gen de vijand, die zich slechts hier en daar
nog staande houdt
Onze bij Visegrad ogeerende legergroep
heeft de Montenegrijnen over de Lim terug
geworpen. Sokolovic en de oostelijk daar
van gelegen hoogten zijn bereikt. Bij het
leger van generaal Koevess, werden weer
850 gevangenen ingeleverd en twee machi
negeweren buit gemaakt. In het Toplico lal
is Prokuplje bereikt.
Sofia, 14 Nov. (W. B.) Officieel be
richt van den 12en:
De operatiën ontwikkelen zich aan alle
fronten in ons voordeel. Wij wierpen de
Franschen, die over den Zuidelijken oever
van de Tsjernareka waren getrokken, door
een tegenaanval over de rivier.
Londen, 15 Nov. (W.B.) Montene-
grijnsch communiqué.
De algemeene aanval van den vijand is
terug geslagen. Intusschen waren wij in de
buurt van Visegrad genoodzaakt terug te
g< an naar betere stellingen. De Oostenrijk
sche verliezen waren groot.
Op de andere fronten waren artillerie*
d viefs.
Spot is het weerlichten van den laster.
Roman van
IS. T El R L1N C K.
44
Philus koos de jonge appelboomen en lei
ze bij elkaar. En daar Geerls eenige wissen
wilde halen om den bussel loc te binden,
sprak de jonge hovenier.
,,'t Is niet nóodigl Ik heb mijn gerief mee-
gebrachtl"
Hij haalde uit zijnen zak eene hennepen
koord. Ze was te lang; hij sneed ze in drie
einden. Met het eene bond hij de appelaars
stevig samen; de twee andere stak hij in
zijne tesch opnieuw en zei bitter glimlachend
op naren toon:
„Ze zullen misschien nog dienen!"
Hij smeet den bundel op zijnen schouder,
verklaarde dat zijn meester zelf betalen zou
en vertrok met zijne vróuw.
Het was omtrent avond. Lager daalden de
wolken, heviger blies de wind.
Dapper, zwijgend stapten zij door. Het was
bijna gansch donker, toen zij terug aan de
Schelde kwamen. Wild klotste het zwellende
.watei tegen de overzet boot en tegen de
boorden van den stroom, die gewoonlijk zoo
statig en langzaam hier voorbijgleed.
Immer lager, tot tegen den grond, zakten
de wolken, renden in dichte drommen heen,
fantastisch, onstuimig, wild, voorafgegaan
en gevolgd door windmuziek, dat over bos-
schen en akkers hing, schetterde en raasde,
floot en loeide. Bij tusschenpoozen, vluchtig
scheen de hemel wolkloos; want soms helder
blikte de maan, des te helderder, daar haar
licht van achter dikke, zwarte gordijnen
naar beneden schoot.
Hun weg liep nu, eene wijl, nevens den
kronkelenden zoom van den stroom.
Sedert een goed half uur waren zij op de
terugreis en de man had nog zijnen mond
niet opengedaan. De vrouw ook stapte zwij
gend voort, daar zij ondervond, dat al hare
aanmerkingen onbeantwoord bleven; maar
enger, banger werd het om en in haar hart.
Hier, nevens den weg en nevens het bob-
berend, hollende water stonden hooge popu
lieren. Een weinig verder maakte de baan
eenen draai en verliet den stroom om recht
naar Walmaarde te gaan. Eenige breedkop-
pige wilgetronken, tusschen de populieren
opgeschoten, vervormden den avond tot dui
steren nacht.
Eensklaps smeet Philus zijne vracht op
den grond. Thalie huiverde: wat wilde hij uit
richten?
Niemand anders was hier, niémand.' Enkel de
dichte wolken dreven, de maan lonkte zelde-
ner, het water klotste en hobbelde, de takken
van populier én kopwilg zuchtten en kraak
ten.
.Van vrees klopte sneller haar hart. Haar
geweten verweet heur hare schuldige levens
wijs. Toch trachtte zij zich gerust te stellen
en met een lichte streeling in de stem
vroeg ze:
„Zijt ge moe, Philus? Wil ik den bundel
dragen?"
Maar zijn oog blonk vreemd in de duister
nis, terwijl hij heur toesnauwde:
„Dragen?"Ha, ha, haf gij zult niets
meer dragenfNiets meer.'Vrouw?"
sprak hij barsch, doch bedaarder, terwijl hij
ruw haren arm tusschen zijne vingeren
klemde.
Zij smeekte:
„Maar, Philus, wat gaat gij doen?... Wat
wilt gij?"
Het ontviel hem ijskoud:
„U straffen!"
En nijdiger neep hij haren arm, zoodat
zij kreet:
„Ai!ge pletierl mijn'vleeschf En ze
wou zich loswringen; maar hij hield haar
fermer.
„Ik wil u dezen avond nog straffen!
Zulke vrouwen als gij, moeten hier, op deze
wereld zelf, gestraft worden!"
Gestraft worden?
Zou hij weten?
Ze bad:
„Philus-toch wat krijgt ge? Kom,
laat ons naar huis gaanhet zal regenen
en stormen!"
Maar hij knelde ze met mec-r geweld, sprak
op hare bede niet, nam met de eene hand
een stuk koord, duwde ze met de andere
ruw in het gras nevens de baanZij riep:
„Philus* liefste Philus!"
Hij zette eene knie op haren buik, terwijl
hij tusschen zijne tanden blies:
„Ik ben u niet liefGe liegt.'Ge
hebt altijd gelogen altijd vuil, leelijk
vuil wijf
Vuil wijf!
Hij wist het dus! Hij zou zich wieken!
Zij huilde, worstelde, wilde vrij zijn. Het
hielp niet. Hij liet haar niet los!En nie
mand kwam voorbij alle huizen stonden
verniemand zou haar angstgeschreeuw
hooren niemand, niemand!
Hij, streng, ongevoelig, onvermurwbaar,
deed voort, snoerde, hoe zij stampte en
wroette, hare twee beer.en vast, knoopte het
andere eind koord rond hare handen en daar
lag zij, gebonden aan handen en voeten, zich
rollend en wentelend op de eenzame baan!
Hij bezag haar met starren blik, kruiste de
a^men, beet haar toe:
„Serpent!valsch, valsch serpent!"
De koorden waren stevig vast. Moegestre
den bleef zij roerloos, maar ze klaagde:
„Och, Philuslaat mij los, laat mij toch
los!Wilt ge mij vermoorden?"
- Hij sprak:
„U niet vermoorden u straffen.'.Hoort
g.j de Schelde? Ze is hoog en diep!'
Zachter smeekte zij, terwijl ze bekende:
„Och, Philus, ik moest, ik moestHij
kwam in ons huis - gij waart weg!Hij
sprak: ik weigerde.'Hij vleide: ik weiger
de! Hij gebood: wat kon ik doen?Hij
heeft geld en goedis uw meester
kon ons op straat smijten!Ik moest, ik
moestoch, Philus!"
Hij zei enkel:
„Bid.... bid voor de leste maal een
vaderons!"
En nu dacht zij aan den dood!Hij zou
het dus toch doen?Haar in de Schelde
smijten?.... En ze zou sterven sterven
in doodzondedie gedachte schoot bij
haar op in doodzonde zonder biecht
zonder pastoorlIJselijk!
„Philus, ik wil me biechten!Ge zult me
toch niet doen sterven zonder pastoor....
Dat zult ge toch niet willen, Philus?"
Hij herhaalde:
„Bid bid voor de leste maalHet zal
niet helpen, het kan niet!Gij hebt hier in
vuiligheid geleefdeeuwig zult gij bran
den, eeuwig, hoort ge?"
„Ochoch!Doe het niet, Philus,
doe het niet!"
„Eeuwig, eeuwig, eeuwig!Gij moet ver
domd zijn eeuwig!"
Woest greep hij ze vast met beide armen».
Zij huilde en tierde, bad en smeekte i
worstelde en sloeg met gansch haar lijf
knarste met de tanden hare gewrichten
kraakten alles te vergeefs! De sterke man
hief haar op, sprong er mede naar het im
mer zwellende water. Het zwalpte met akelig
geplets tegen de lage oevers. Met machtigen
zwaai wierp Philus zijne kermende vrouw in
den stroom!t
Klotsklotsklots f
Philus hoorde haar vallen hoorde eenen
snijdenden angstgil!De maan verlichtte
voor een oogenblik hek verschrikkelijk too*
neel.
Thalie ging onder. j
"Wordt vervolgd.