BINNENLAND.
Ben aan de Grieksche grertó, maar met den
ipprechten wenscih goede vrienden te worden.
Athene, 10 Febr. (Havas). De Griek
sche regeering heeft aan de gealiieerden
/voorgesteld gezamenlijk wachten te plaatsen
ï>ij den spoorweg Saloniki—Monastir.
Konstantinopeï, 10 Febr. (W.B.)
Communiqué van het hoofdkwartier.
Aan het Dardanellenfront beschoot den
7en een kruiser ter hoogte van Jenisjehir
«onder succes met tien gTanaten de kust van
fTeke Burun. Onze artillerie sloeg een vij
andelijk vliegtuig, dat in den voormidag
over Sedd ul Bahr vloog op de vlucht. Een
ander vliegtuig, dat In den namiddag over
dezelfde streek vloog, vluchtte ten gevolge
van ons artillerievuur naar Imbros, door een
van onze vliegtuigen vervolgd.
Konstantinopeï, 10 Febr. (W.B.)
Communiqué van het hoofdkwartier.
De Russische vloot beschoot den 6en de
kolenhaven Songuldak, zonder bijzondere
schade aan te richten. Een vijandelijk vlieg
tuig, waarvan het moederschip aan den strijd
deelnam, werd door een ven onze duikboo
ten getorpedeerd.
Athene, 10 Febr. (Havas). Aan de
Grieksche regeering is officieel kennis ge
geven, dat binnen kort eene afdeeling Ita-
liaansche carabiniei s naar Korfu zal worden
gezonden.
Saloniki, 10 Febr. (Havas). Het to
tale cijfer van de tot heden geëvacueerde
Servische troepen bedraagt meer dan
100,000 man. Daarvan zijn 85,000 op
Korfu.
Konstantinopeï, 10 Febr. (W.B.)
Communiqué van het hoofdkwartier.
Aan het Kaukasusfront is niets van be
lang voorgekomen.
Konstantinopeï, 10 Febr. (W.B.)
Communiqué van het hoofdkwartier.
Aan het Irakfront is niets bijzonders ge
beurd.
P a r ij s1 O F e b r. (Havas). De Atheenij
sche "bladen zijn zeer ontevreden over de
verklaringen van Radoslawow, die heeft ge
legd: „Alles wat wij veroverden van de
"Egefsche zee tot de Donau, zal van ons zijn.
Par ij s, 10 Febr. (Havas). De Dirit-
«chers zenden naar Konstantinopeï twee mu-
nitietreinen per dag; maar zij halen alle le
vensmiddelen weg en veroorzaken daardoor
eene groote ellende.
Berlijn, 10 Febr. (K. N.) Uit Kon
stantinopeï wordt aan de Voss. Ztg. geseind,
dat gisterenmorgen op het plein voor het mi
nisterie van oorlog de Oostenrijksch-Hon-
gaarsche 15 centimeter houwitserbatterij, die
van de Dardanellen terugkwam, door den
minister van oorlog Enver Pacha feestelijk
begroet werd. Voor den eersten keer sedert
menschenheugenis klonken op het groote
plein Oostenrijksch-Hongaarsche horensig
nalen, toen de minister van oorlog op het
portaal naar de wachtende batterij Kep. Ook
de minister van binnenlandsche zaken Ta-
laat Bey en de Duitsche militaire attaché
Von Loschow waren verschenen.
Londen, lOFebr. (R.) Men bericht In
verband met de samenwerking van de Belgen
met de Engelschen en de Franschen in
Afrika, dat de Belgen, bij de verdediging van
de grens over 500 mijlen ten noorden van
het Keru-meer tot ten zuiden van het
Tanganyikameer, de Duitschers in een tien
tal gevechten hebben teruggeslagen en hun
zware verliezen toebrachten. De Belgen doen
nu een inval in Duitsch Oost-Afrika.
Rome, 10 Febr. (R.) De missie-Briand
is hier aangekomen. Het station was ver
sierd. Er was eene reusachtige menigte, die
hen toejuichten. Minister-president Salandra
en de ministers Sonnino en Zupelii begroet
ten hen aan het station.
Rome, 10 Febr. (R.) De leden van de
rransche missie dejeuneerden in de Fran-
sche ambassade. Zij brachten een bezoelc
aan het Quirinaal, aan de koningin-weduwe
en aan den minister van oorlog, met wien zij
een uur confereerden.
Vele huizen zijn met de vlaggen van de ge
allieerden versierd.
Par ij s10 Febr. (Havas). De in Rome
vertoevende Servische afgevaardigden heb
ben besloten zich binnen kort te Nice te ver
eenigen, om daar de werkzaamheden van de
skoepschtina te hervatten.
Kaapstad, 10 Febr. (R.) Gedurende
de wervings-campagne, die in de laatste
veertien dagen in Zuid-Afrika is gehouden
voor het naar Oost-Afrika bestemde contin
gent, zijn meer mannen verkregen dan noo-
dig waren. Alleen aan den Rand hebben
zich 7035 mannen aangemeld.
Londen, 10 Febr. (R.) De Times be
richt uit Toronto: In het district Toronto
wordt iedere week een nieuw bataillon ge-
rerruteerd.
Londen, 10 Febr. (R.) Reuter verneemt
van een Belgisch diplomaat, dat het geen
geheim is, dat Duitschland direct of indirect
ean België meer dan één vredesvoorstel
heeft gedaan en dat er misschien nog meer
zullen volgen. Het resultaat zal echter het
zelfde zijn als bij vorige gelegenheden. Iets
enders is ondenkbaar, want België is bereid,
even lang tegen den vijand te~blijven vech
ten als Britannië en dat kan nog een heelen
tijd zijn.
Parijs, 10 Febr. (Havas). De Temps
zegt in een bespreking van de herhaalde po
gingen van Duitschland om tot de sluiting
van een afzonderlijken vrede te geraken, dat
deze veldtocht in het leven geroepen schijnt
te zijn door de Duitscht f aute finance, die
voor een vreeselijken economist.Ten terug-
na den oorlog vreest. Het blad schrijft:
odien de Duitsche geldmannen en de
kr -crlijke kanselarij inderdaad het herstel
va* vrede or dei. gcoivislag vaa bet
Statu quo ante aanraden, dan geschiedt dit,
omdat zij deze voorwaarden als de gunstig
ste beschouwen, waarop Duitschland nog
kan hopen te onderhandelen.
Berlijn, 10 Febr. (W. B.) Tot dusver
zijn 04 gevallen bekend geworden van ar
restatie in strijd met het volkenrecht van
Duitsche of Oostenrijksch-Hongaarsche bur
gers op neutrale schepen, en wel door de
Engelsche marine aan boorcl van de Neder-
landsche schepen Comn „wijne, Koningin
Emma, Tubantia, Zeelandia, Potsdam, Hol-
landia, Noordam, Wilis, Rijndam, Gelria,
Prinses Juliana, Hawthornbank en Bellatrix.
In deze 64 gevallen werden in 't geheel om
streeks 3500 personen in strijd met het vol
kenrecht gevangen genomen. Zonder twijfel
geeft ook deze op stellige grondslagen steu
nende opgave nog geen volledig beeld van
alle schendingen van het volkenrecht, waar
aan onze tegenstanders alleen op dit gebied
zich hebben schuldig gemaakt.
Berlijn, lOFebr. (W. B.) In eene me
morie van de Duitsche regeering over de
behandeling van bewapende koopvaardij
schepen, die heden aan de diplomatieke ver
tegenwoordigers van de neutrale staten is
medegedeeld, wordt gezegd: Reeds voor het
uitbreken van den tegenwoordigen oorlog
hnd de Britsche regeering aan de Engelsche
reederijen gelegenheid gegeven hunne
koopvaardijschepen met kanonnen te bewa
penen. De regeering wilde voor de reede
rijen van deze schepen de noodige kanon
nen, de daarbij passende munitie en ge
schikt personeel tot oefening van de bedie
ningsmanschappen beschikbaar stellen.
De Engelsche reederijen hebben aan de
uitnoodiging van de admiraliteit bereidwillig
gevolg gegeven. Spoedig na het uitbarsten
vin den oorlog constateerden de Duitsche
kruisers, dat de Engelsche mailstoomers be
wapend waren. De Britsche regeering heeft
vooi de eigen koopvaardijschepen het stand
punt ingenomen, dat zulke schepen zóó lang
het karakter van vreedzame handelsschepen
behouden als zij wapenen voeren enkel voor
het doel van verdediging. Dienovereenkom
stig heeft de Britsche ambassadeur te
Washington aan de Amerikaansche regee
ring in een schrijven van 25 Augustus 1914
zeer ver strekkende verzekeringen gegeven,
dat de Britsche koopvaardijschepen nooit
voor oanvalsdoeleinden, maar slechts tot
verdediging bewapend worden en dat zij
dientengevolge nooit vuur geven, tenzij er
het eerst op hen gevuurd wordt. Voor de be
wapende schepen van andere vlaggen heeft
daarentegen de Britsche regeering het be
ginsel aangenomen, dat zij als oorlogssche
pen behandeld moeten worden.
De Duitsche regeering koestert geen twij
fel, dat een koopvaardijschip door bewape
ning met kanonnen een oorlogskarakter
krijgt, en wel onverschillig of de kanonnen
slechts voor de verdediging of ook voor den
aanval moeten dienen. Zij beschouwt iedere
oorlogshandeling van een vijandelijk koop
vaardijschip als strijdig met het volkenrecht,
al houdt zij met de hier tegenover staande
opvatting hierdoor rekening, dat zij de be
manning van zulk een schip niet als zee-
roovers maar als oorlogvoerenden behan
delt. De neutrale staten hebben zich ten
deele bij de Britsche opvatting aangesloten,
ten deele hebben zij echter ook het'tegen
over gestelde standpunt ingenomen en
bewapende koopvaardijschepen van oorlog
voerenden onderworpen aan de voor oor
logvoerenden geldende neutraliteitsregelen.
In den loop van den oorlog werd de be
wapening van Engelsche koopvaardijsche
pen steeds meer algemeen toegepast. Uit de
berichten van de Duitsche zeestrijdkrach
ten werden talrijke gevallen bekend ge
maakt, waarin Engelsche koopvaardijsche
pen niet alleen bewapenden tegenstand bo
den aan Duitsche oorlogsschepen, maar hun
nerzijds zonder verwijl tot aanvallen op hen
overgingen, waarbij zich zich dikwijls ook
nog van valsche vlaggen bedienden. Eene
opgave van zulke gevallen, die uit den aard
der zaak slechts een deel van de aanval
len, die werkelijk geschied zijn, kan omvat
ten, is aan de memorie toegevoegd. Uit deze
opgave blijkt, dat de geschetste handelwijze
door de koopvaardijschepen van de bondge-
nooten van Engeland wordt nagevolgd.
Eene opheldering voor het geschetste op
treden van bewapende Engelsche koopvaar
dijschepen geven de geheime instructiën
van de Britsche admiraliteit, die door de
Duitsche zeestrijdkrachten op de in beslag
genomen schepen gevonden zijn. Deze in
structiën regelen tot in de bijzonderheden
den artilleristischen aanval van Engelsche
koopvaardijschepen op Duitsche duikbooten
Zij bevatten nauwkeurige voorschriften
over de opneming, de behandeling, de werk
zaamheid en de controle van de aan boord
der koopvaardijschepen genomen Britsche
bedieningsmanschappen van de kanonnen,
die b.v. in neutrale havens niet de uniform
moeten dragen van de leden der Britsche
oorlogsmarine. Bovenal echter blijkt daaruit,
dat deze bewapende schepen niet een zee-
oorlogsrechtehjken maatregel van de Duit
sche duikbooten moeten afwachten; taai-
dat zij die dadelijk moeten aanvallen.
In al deze bevelen, die niet slechts be
trekking hebben op de zeeoorlogszone rond
om Engeland maar wat hunne geldigheid be
treft onbeperkt zijn, wordt op geheimhou
ding de grootste nadruk gelegd, en wel blijk
baar opdat het met het volkenrecht strijdige
en met de Britsche toezeggingen geheel in
tegenspraak zijnde optreden van de koop
vaardijschepen voor den vijand en voor de
onzijdigen verborgen zal blijven.
Hiermede is duidelijk gemaakt, dat de be
wapende Engelsche koopvaardijschepen de
officieele opdracht hebben de Duitsche duik
booten overal, waar zij in hunne nabijheid
komen, arglistig te overvallen en dus mee-
do en loos tegen hen oorlog te voeren. Daar
de zeeoorlogsregelen van Engeland door
zijne bondgenooten volledig zijn overgeno
men, moet het bewijs ook voor de bewapen
de koopvaardijschepen van de andere vij
andelijke staten als geleverd beschouwd
worden.
De memorie eindigt aldus: Onder de hier
boven uiteengezette omstandigheden heb
ben de vijandelijke koopvaardijschepen, die
met kanonnen bewapend zijn, er geen recht
meer op als vreedzame handelsschepen be
schouwd te worden. De Duitsche zeestrijd
krachten zullen daarom na een korten ter
mijn, die met de belangen van de onzijdi
gen rekening houdt, bevel ontvangen zulke
schepen als oorlogvoerenden te behande
len. De Duitsche regeering geeft aan de neu
trale staten van dezen toestand kennis, op
dat zij hunne burgers kunnen waarschuwen,
tegen het verder toevertrouwen van hun
persoon of hun vermogen aan bewapende
koopvaardijschepen van zich met het Duit
sche rijk in oorlog bevindende staten.
De opgave, waarvan de memorie gewaagt,
somt in 't geheel 29 gevallen op, die zijn
gebeurd in den tijd van 21 April 1915 tot
17 Januari 1916.
Weenen, 10 Febr. (Corr.-bureau).
Het ministerie van buitenlandsche zaken
richtte heden aan de bij het Oostenrijksche
hof geaccrediteerde gezanten van de neu
trale landen een verbaal-nota, waarin gezegd
wordt, dat de Engelsche admiraliteit in den
loop van het jaar 1913 een aantal groote
Engelsche passagiersbooten liet bewapenen.
Zooals de eerste lord der Admiraliteit op
26 Maart 1913 in het Lagerhuis verklaarde,
zou de bewapening van de genoemde boo
ten dienen om haar tegen het gevaar, dat
haar van de zijde der in hulpkruisers her
schapen vijandelijke schepen dreigde te be
schermen en zou zij uitsluitend ter verdedi
ging dienen.
De ervaringen gedurende den tegenwoor
digen oorlog opgedaan bewijzen, dat een
aanzienlijk aantal Engelsche handelsschepen
van aan boord opgestelde kanonnen gebruik
maakten tegenover vijandelijke oorlogssche
pen, en zulks niet alleen om zich te ont
trekken aan de uitoefening van het wette
lijke prijsrecht, maar ook om vijandelijke
oorlogsschepen aan te vallen en te vernie
tigen. Zooals uit de nota, die de keizerlijke
Duitsche regeering heden aan de neutrale
staten overhandigd heeft, blijkt, heeft men
aan boord van Engelsche stoomschepen in
structies gevonden, die bewijzen, dat de Brit
sche regeering zelfs hare aan het departe-
nent te Washington gedane beloften niet
nakomt.
Het voorbeeld van Engeland werd, in den
loop van den oorlog, door zijne bondgenoo
ten, in het bijzonder door Frankrijk en Italië,
gevolgd. Zonder in te gaan op de door de
Engelsche regeering naar voren gebrachte,
bevreemdende uitspraak, volgens welke de
door die regeering bewapende passagiers
booten haar definitief karakter behouden,
terwijl een door den vijand bewapend koop
vaardijschip door de Britsche zeemacht als
een hulpkruiser beschouwd zal worden, be
paalt de Oostenrijksch-Hongaarsche regee
ring zich er toe vast te stellen, dat leder,
met welk doel ook, bewapend koopvaardij
schip alleen reeds door dat feit zijn karak
ter van non-combattant verliest. Naar aan
leiding van dezen stand van zaken wordt
aan de Oostenrijk-Hongaarsche zeemacht
het bevel gegeven, zulk soort schepen als
oorlogsschepen te behandelen, welk bevel
van 29 Febr. 1916 af ten uitvoer zal gelegd
worden. Deze termijn wordt vastgesteld in
het belang der neutralen, opdat zij de gele
genheid hebben hun onderdanen te waar
schuwen voor het gevaar, dat er bestaat als
zij hun persoon of hunne goederen toever
trouwen aan bewapende koopvaardijschepen
van met Oostenrijk-Hongarije oorlogvoeren
de staten, alsook om hun de gelegenheid te
geven hun onderdanen die zich reeds aan
bcord van genoemde schepen bevinden, te
waarschuwen.
Het ministerie van buitenlandsche zaken
heeft de eer de gezanten te verzoeken, het
bovenstaande per telegraaf aan hunne res
pectieve regeeringen over te brengen."
N e w-y or k, lOFebr. (R.) De stand van
de Lusitania-zaak is onveranderd. Men is in
afwachting van de, met het oog op de aan
neming door Washington, gewijzigde Duit
sche nota.
New-York, 10 Febr. (R.) De corres
pondent van de World te Washington be
richt, dat staatssecretaris Lansing eene nota
heeft gezonden aan Oostenrijk, waarin
wordt verlangd verontschuldiging voor den
duikbootaanval op de Petrolite, bestraffing
van den commandant en schadevergoeding
voor de toegebrachte schade. De nota zegt,
dat de duikboot zonder waarschuwing op de
Petrolite heeft gevuurd en met vuren is
voortgegaan nadat de Petrolite had gestopt,
waarbij één man werd gewond. De duikboot
kwam langszijde de Petrolite en vroeg levens
middelen tè koopen, maar de Petrolite wei
gerde ze te verkoopen. De Oostenrijksche
commandant zeide daarop dat hij zou ne
men wat hij noodig had, desnoods met ge
weld; hij nam een Amerikaanschen matroos
als gijzelaar mee. De Oostenrijkers kwamen
aan boord van de Petrolite en namen zelf de
levensmiddelen weg.
Washington, 10 Febr. (R.) Staats
secretaris Lansing verklaarde, naar aanlei
ding van de berichten, die zijn gepubliceerd
over de Amerikaansche nota, aan Oosten
rijk gericht in zake de Petrolite, dat te Wee
nen om onderzoek en opheldering nopëns
de toedracht der zaak is gevraagd. Eischen
zijn thans niet gesteld, maar misschien zul
len, die later gesteld worden, als de verkre
gen inlichtingen daartoe aanleiding geven.
Londen, lOFebr. (R.) De Globe zegt
in eene bespreking van het gebrek aan
scheepsruimte, dat het, in plaats van den
invoer van suiker te beperken, beter zou zijn
zware rechten te heffen van suiker uit Ne
derland, Cuba en Java en de suiker uit de
Britsche koloniën vrij toe te laten. Dit-zou
niet alleen vrachtruimte besparen, maar ook
het wegvloeien van goud uit het rijk vermin
deren.
Denemarken.
Kopenhagen, 10 Febr. (R.) Na on
derhandelingen met de verschillende par
tijen in den rijksdag heeft de regeering be
sloten een wetsontwerp in te dienen om de
verkiezingen voor den nieuwen rijksdag, die
ingevolge de nieuwe grondwet vóór Juni van
dit jaar zouden moeten plaats hebben, voor-
loopig uit te stellen.
Vcrecnlgdc Staten.
Washington, 10 Febr. (R.) De se
cretaris van oorlog Garrison heeft ontslag
genomen. Men bericht dat dit is geschied
omdat eene groote meerderheid in het con
gres tegen zijn plan is tot oprichting van een
continentaal leger.
De onder-secretaris van oorlog Brecken-
ridge heeft ook ontslag gevraagd.
Kameroverzicht
Tweede Kamer.
In de zitting van Donderdag kwam aan de
orde de Eedswet.
De heer Brummelkamp (a.-r.) ver
klaart, dat voor de anti-revolutionnairen de
wet onaannemelijk is en prijst het door
dr. Kuyper voorgestane instituut ven „eeds
helper" aan.
De heer L o h m a n (C.-H.) verdedigt het
ontwerp, waarin hij wel een tijdelijke rege
ling ziet die niet, zooals dr. Kuyper meent,
den facultatieven eed invoert. Hij bepleit af
schaffing van den fiscalen eed, zoomede van
den ambtseed voor lagere ambtenaren.
De heer Van Wijnbergen (R.-K.)
hecht aan den termijn, in het ontwerp ge
noemd, die er het tijdelijk karakter ean ver
leent, geen waarde.
Spreker critiseert voorts de onvaste hou
ding der regeering, die in art. 1 zegt te wil
len behouden, wat zij in een ander artikel
prijs geeft. Voor tal van ondergeschikte amb
ten zou spr. den ambtseed willen zien ver
vallen. Hij verklaart zich tegen vrijstelling
van den eed wegens gemoedsbezwaren.
Atheisten wil hij niet tot den eed zien toege
laten, maar dit moet dan ook duidelijk ge
zegd worden. Hij zal zijn stem aan het ont
werp niet kunnen geven.
De heer Gerhard (S.-D.) treedt in uit
voerige verdediging van het wetsontwerp en
in bestrijding van de bezwaren der tegen
standers inzonderheid van den heer Van
Wijnbergen, tegen wiens uitlating, dat de
atheisten gevaarlijk zijn voor de rust in het
land, spr. opkomt Hij hoopt van harte dat
het ontwerp zal worden aangenomen.
De vergadering is verdaagd tot morgen
ochtend half twaalf.
De Kamer heeft de voordracht de Suppi.
Landbouwbegrooting 1916 betreffende de
kosten voor bestrijding van mond- en klauw
zeer aangenomen met 45 tegen 32 stemmen.
Daama is voortgezet de behandeling van
het Eedswetje.
Berichten.
De Staatscourant van Vrijdae 11 Fe
bruari bevat o.a de volgende Koninklijke be
sluiten
op verzoek eervol ontheven Dr. Th. G.
den Houler, hoofdinspecteur der volksge
zondheid van ziin lidmaatschap der Staats
commissie tol het ontwerpen eener regeling
\an het pensioenrecht van de burgerlijke
ambtenaren enz.
op verzoek eervol ontslagen met dank en
toekenning van den titulairen rang van
hoofdingenieur van het stoomwezen der
spoorwegdiensten de ingenieur van idem J.
J. F. Pennink
op verzoek eervol ontheven van het beheer
de directeur van bet post- en telegraafkan
toor te Zevenbergen J Lasonder en bii be-
to' *T»of^"o">rnies d^r
benoemd tot vice-consul der Nederlanden te
San Thomé (Westkust van Afrika), buiten be
zwaar van 's Rijks schatkist, de heer W. G. van
Leeuwen. Het ressort van het vice-consulaat
omvat het eiland San Thomé, het Prinseneiland,
Spaansch Guinea en Fernando Po en onderhoo-
righeden, te weten Annabon, Corisco en Elobey.
Aan dén heer Van Leeuwen kan in de Neder-
landsche taal geschreven worden;
met ingang van 15 Februari 1916 is:
op zijn verzoek, eervol ontslag verleend aan
jhr. mr. W. Th. Gevers Deynoot, te 's-Graven
hage, als voorzitter der plaatselijke commissie
voor de ongevallenverzekering te 's-Gravenhage;
benoemd tot voorzitter der plaatselijke com
missie voor de ongevallenverzekering te 's-Gra
venhage, mr. A. J. E. A. Bik, te 's-Gravenhage;
op zijn verzoek, eervol ontslag verleend aan
mr. E. D. H. Schutter, te Zutphen, als plaatsver
vangend voorzitter der plaatselijke commissie
voor de ongevallenverzekering te Leeuwarden;
benoemd tot plaatsvervangend voorzitter der
plaatselijke commissie voor de ongevallenverze
kering te Leeuwarden, mr. H. A. Wassenbergh,
advocaat en procureur, te Leeuwarden;
benoemd tot voorzitter der plaatselijke com
missie voor de ongevallenverzekering te Steen
bergen, J. L. M. Jurgers, te Steenbergen, secre
taris dier gemeente;
benoemd tot plaatsvervangend voorzitter der
plaatselijke commissie voor de ongevallenverze
kering te Enschedé, E. baron van Dedem, ont
vanger der registratie en domeinen te Enschedé;
met ingang van 23 Maart 1916 is:
benoemd tot voorzitter der plaatselijke com
missie voor de ongevallenverzekering te Arnhem,
mr. J. W. Frowein te Arnhem;
benoemd tot plaatsvervangend voorzitter der
plaatselijke commissie voor de ongevallenverze
kering te Arnhem, mr. H. F. Gieseke, te Arnhem,
commies-redacteur ter sercretarie dier gemeente.
Watersnood-comité voor Ned.
0 o s t-I n d i Z. K. H. Prins Hendrik heeft
een bedrag van f 500 doen toekomen aan
het Watersnood-Comité voor Ned. Oost-Ind;ê.
Een Noorsche gezantschaps
post in Den Haag. De correspon-
dent te Kristianio der N. R. Ct. schrijft, d.d.
5 Februari
In de zitting van het Storting van heden
werd het vyorspel tot het oprichten van
een gezantschapspos* in Rome behandeld
en met 12 stemmen tegen aangenomen. Bij
die gelegenheid sprak advocaat Michelet,
lid der rechterzijde, de wenschelljkheid uit
tot het oprichten van een afzonderlijken
gezantschapspost in Nederland, dat in de
zen tijd met dezelfde moeilijkheden te kam
pen heeft en dezelfde belangen heeft als
Noorwegen, en alwaar, gelijk men weet, de
vertegenwoordiging alleen geschiedt door:
den Noorschen gezant in Kopenhagen, die
tevens als geaccrediteerd gezant in Den
Haag optreedt.
Ihlen, de minister van buitenlandsche za
ken, verklaarde bij die gelegenheid, dat het
oprichten van een gezantschapspost in Den
Haag door de regeering in overweging
wordt genomen. Het was toch fn den tijd
van dezen oorlog bij verschillende gelegen
heden gebleken, dat een eigen vertegen
woordiging in Den Haag wenschelijk was,
ofschoon de minister niet naliet er op te
wijzen, dat de Nederlondsche gezant to
Stockholm, die tevens ook in Kristiania ge
accrediteerd is, in deze tijden groote diens
ten bewezen had.
Men kreeg wel den indruk, dat de minis*
ter voor het oprichten van een nieuwen ge*
zantschapspost in Den Haag gestemd was,
en met hem ook het Storting. Ook de pers
betoont haar instemming met het voorstel.
Kamerverkiezing Apeldoorn.
Dc afdeelinc Apeldoorn van de S. D. A. T.
stelde [listeravond met aK'emcenc stemmen
candidaat den beer II. van 'friet.
Koninklijke Militaire Aca
demie. De cadetten van het 3e studiejaar,
die met gunstig gevolg den beknopten cur
sus hebben gevolgd, mjllen na afgelegd exa
men van 15 Februari tot 3 Maart e. k. worden
gedetacheerd
die der Infanterie in de legerplaats bij Mil-
ligen en Harskamp;
die der Cavalerie bij de Cavalerie-brigade;
die der Artillerie in de legerplaats bij Ol-
debroek;
die der Genie bij het depót der Genietroe
pen.
M r. J. A. L e v y. Men meldt uit Am
sterdam:
Den 17en Februari a.s., den dag waarop
mr. J. A. Levy den tachtigjarigen leeftijd
hoopt te bereiken, zal 's middags van 2 tot 4
uren door den jubilaris receptie worden ge
houden in een der zalen van Brack's Doelen-
Hotel.
Naar verwacht wordt zullen verschillend*
hooggeplaatste personen in den lande deze
gelegenheid aangrijpen om den hoogbedaag-
den rechtsgeleerde en staatsman van hun
belangstelling te doen blijken. Des avonds
zal een samenzijn In besloten kring plaats
hebben ten huke van den deken der Orde
van Advocaten, mr. J. Kappeyne van de
Coppello.
De Directeur van Scheepsbouw aan liet
Departement van Marine, de heer J. F. wan
Beek. heeft tegen 1 Mei ontslag aangevraagd
uit die betrekking.
Voor den dienst in Ned.-ïndié is be
stemd H. L. Winkeluan te P.otterdaiii VOUA*
tijdelijk bouwkundig opzichter ter beschik
king von den directeur d-r B. O. W.
Begrafenis G. W. Burger, t Gis
teren is op Crooswijk bij Rotterdam het stof
felijk overschot begraven van den heer G. V,
Burger, in leven consul-generaal van Noor.
wegen en lid van der. gemeenteraad.
In de kapel hadden zich vereenigd burge
meester en wethouders, de secretaris, de oud
wethouder Hudig en vele raadsleden, voorts
vele consuls en een groot aantal vrienden.
De burgemeester herdacht den overleden»
als verdienstelijk lid van den Raad, waarin
hij sedert 1903 zitting had, als goed burger
en een man van groote werkzaamheid en
plichtsbetrachting.
Ds. Stenfert sprak als vriend, waarna da
vice-consul Fr. Grüner in de Noorsche taal
herinnerde wat de overledene voor zijn land
geweest was. Ds. Sare eveneens in de Noor-
sche taal sprekende, bracht den overleden»
dank voor wat hij voor de Noorsche zeelia
den en de Noorsche kerk was geweest.
Nederland en de oorlog.
Een interview van generaal Staal.
Een redacteur van de Vossische Zeitung
(Oskar Schweriner) heeft generaal Stad
bezocht, die hem deelgenoot gemaakt heefl
van zijn gevoelens betreffende de waar.
schijniijkheid en de gevolgen van een vij.
andelijk optreden van Engeland hetzij door
middel van een blokkade, hetzij door een
landing van troepen, tegen ons land.
De oud-minister geloofde niet, dat het e|
toe zou komen hij hield de perscampag.
ne van den laatsten tijd voor afsluiting van
den toevoer naar onze havens „voor een
echt Engelsche bluf" en putte zijn geruft,
heid dat het daarbij zou blijven, uit de over.
tuiging, dat Engeland het zonder ons niet
stellen kan en dit zeer goéd weet Tastta
het onze rechten op de zee desondank»
krachtdadig'aan, wij zouden ons dat moeten
laten welgevallen, omdat wij zwak zijn en'
Engeland machtig. „Maar na den oorlog
zouden wij ons wreken. Dan zal Engeland
ons noodig hebben, ons moeten hebben!
En dan zullen wij het niet kennen f*
Toen de correspondent hierop van de mo«
gelijkheid eener landing sprak, schoten d«
oogen van generaal Staal vlammen. Dat zo»
hij wel eens willen zien. Reeds vroeger had»
den de Engelschen bij zulk 'n poging ba»
bloede koppen bij ons gehaald. Het zouhug
nooit lukken. Het zou een nog grootere dom»
heid ziin dan ds snderneming op GslUpoN»