N' 199 Ec;s'a Blad. 14"e Jaargang. Zaterdag 19 Februari 1916. ~BÜÏf ËNLAND. FEUILLETON. DE STERKSTE. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. Kennisgeving. Geschiedenis van de week. Hoofdredacteur» Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. jjD E E EM LAN DER". Uitgevers» VALKHOFF Co. ABONNEMENTSPRIJS: fuj 9 maanden vooi Amersfoort t 1*90« Idem franco pel post 1*50» Per week (met gratis verzekering tegen ongolukken) O.IO. Afzonderlijke nummers 0.05« Wekelijks bijvoegsel nds Hollandschê Buisvrouw" (onder redactie van Tbérèse van Hoven) per 8 mnd. 50 ets. Wekelykeob bjJvoeg6el „FaAs rnttT per 8 mnd. 40 Cf9» PRIJS DER ADVEBTENTIËN: Vao 1—5 regel.0.50. Elke regel moer0.10, Dienstaanbiedingen 25 co 11 te bU vooruitbetaling, Groote letters naar plaatsruimt. Voor liandol en bedrit bestaan reei roordoelige bep.lingon tol het herhaald adverteeren in dit Blad. hi| abonnement. Eone ciroulaire, bevattend, de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. D* B urgemeester van Amersfoort, Brengt ter kennis van de ingezetenen dezer Ctmeente, dat het door den Directeur van *9 Rijks directe belastingen, enz. te Utrecht exe- Cüloir verklaard suppletoir kohier der Grond belasting over het dienstjaar 1916 aan den Ont vanger van 's Rijks directe belastingen alhier is ter hand gesteld, nan wicn ieder verplicht is zij nen aanslog op den bij de wet bepaalden voet te Voldoen. Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke plaatsen aangeplakt te Amersfoort, den löden Februari 1916. De Burgemeester voornoemd, VAN RANDWIJCK. Zondag 13 Februari. Het Engelsche stoomschip Springwell zon de. waarschuwing getorpedeerd, de bemanning gc red. Briand aan het Itoliaansche front aangekomen «n het noenmaal gebruikt bij den koning. Het oorlogsschip Suffren, dat volgens Doit- •che berichten den 12den door een duikboot getorpedeerd zou zijn, ligt thans te Toulon. Reeks aanvollen door de Duitschers in Artois, gevolgd door tegenaanvallen die hen zware ver- Bezen kostte. Maandag 14 Februari. Aankomst van 23000 man Duitschc troepen te Roestjoek (Bulgarije). Bezetting van Fiéri, 25 K.M. ten N. van Wal- loiia door de Bulgaren. Bezetting van Elbassan door de Bulgaren. De Duitsche kanonneerboot Hedwig von Wiss- tnan op het Tanganjikameer (Afrika) bij Al- bertviüe in den grond geboord. Indiening van een wetsontwerp door de Turk se'ie Regeering om den dienstplicht uit te brei den tot het 50e levensjaar en de mogelijkheid van loskooping te beperken. Bij een ongeluk met een vliegtoestel te Wel tevreden is luitenant-generaal Michielsen ge dood en luitenant Ter Poorten ernstig gewond. De kruiser Arethusa op de Oostkust van En geland op een mijn geloopen. Bevestiging ontvangen van het verlies van den fcuiser Amiral Charner. Vliegeraanval op Milaan, waarbij 8 menschen gedood en 90 gewond. Onder de wapenenroeping in Engeland van alle ongehuwden. Dinsdag 15 Februari. De nieuwe zitting van het Britsche parlement is gisteren geopend. De troonrede kondigt aan, dat geene andere maatregelen op wetgevend gebied aan de beoordeeling van het parlement zullen worden onderworpen dan dezulken „die strekken om ons gemeenschappelijk doel te he reiken", m. a .w. die met den oorlog in ver band staan. Groote bedrijvigheid der Duitschers in Ar tois en Champagne. De Russen maken zich meester van nog zeven forten der vesting Erzeroem. Het stoomschip Bandoeng van de Rott, Lloyd ir.et een kostbare lading, o m. voor ongeveer een millioen gulden Delitabak aan boord, in de nabijheid van de Theemsmonding op een mijn geloopen. Woensdag 16 Februari, De vesting Erzeroem door de Russen geno men. Da stoomschepen Bolton Castle en Pacific, be'noorende tot de Castle lijn, een twintigtal kleine stoomschepen en ongeveer 900 voet van den havendam te.Brooklyn door brand vernield. Fransche vliegers bombardeeren Stroemitza. Jan Ligthart overleden. Donderdag 17 Februari. Bedrijvigheid op het O. front. Mr. I. Levy herdenkt onder veel belang' stelling zijn 80s ten geboortedag. De Tweede Kamer neemt art. 1 van het gewijzigde Eedswetje onder hoofdelijke stem ming aan. Jkvr. JcMjc de Bosch Kemper overleden. Vrijdag 18 Februari. De laatste Duitsche formule voor de regeling van het Lusitanie-geschil is, blijkens de door staatssecretaris Lansing aan graaf Bernstorlf gedane mededeling, aannemelijk voor zoover dit bijzondere geval betreft. Nieuwe doorbraken in Noord-Holland, Pup* merend en Monnikendam onder wat»r. Politiek Overzicht De wereldstrijd in het westen. Sedert geruimen tijd reeds wisselen op het oorlogstooneel in het westen beweging en stilstand elkaar af. Op heeten strijd van soms dagen achtereen volgt stilstand. Thans verkeeren wij weder in eene periode van stilstand, die is gevolgd op een strijd, waar in ditmaal de Duitschers offensief waren op getreden. Het Fransche hoofdkwartier heeft als uitkomst van dezen strijd laten verkondi gen, dat de Duitsche aanval „op niets is uit- geloopen." Dat klinkt zeer geruststellend. De berich ten, die van dag tot dag over dezen strijd waren verschenen, waren anders wei ge schikt geweest om ongerustheid te verwek ken. Den een en dag werd vernomen, dat in de streek ten westen van Vimy, aan den straatweg van Atrecht naar Rijssel, de Duit schers in storm 800 meters van de voorste Fransche linie hadden genomen. Een vol genden keer las men, dat het bij Frise gelukt was een Kilometer diep op 3500 Meters breedte in de Fransche stellingen te drin gen. Zulke mededeelingen zijn bij herhaling voorgekomen en hebben blijkbaar een depri- meerenden indruk gemaakt. Dat was te mér ken uit de toelichtende opmerkingen, waar van de pers ze vergezeld liet gaan met de bedoeling haren lezers een hart onder den riem te steken. Zoo verzekerde de Temps, dat de Duitsche aanvallen met betrekkelijk geringe troepenmassa's werden uitgevoerd en dat hun doel in hoofdzaak was den tegen stander over de werkelijke bedoelingen van het Duitsche legerbestuur te misleiden. De Echo de Paris gaf den raad de inspanning, die de vijand zich getroost op de verschil lende deelen van het front, met de grootste kalmte te volgen, en zeide: „Wanneer het hem hier en daar, tengevolge van een bij zonder hevigen aanval, gelukt in eèn van onze vooruitgebrachte stellingen voet te vatten, dan moeten wij elke ontmoediging ver van ons afzetten, cl-? grootste koelbloe digheid en een onwrikbaar vertrouwen in het stevige verband van onze liniën 'bewa ren." Het 'departement van oorlog zelf heeft zich moeite gegeven om de ongerustheid, die begon op te komen, te doen bedaren. Dit streven straalt door in een communi qué, dat 't „tot opheldering" door Havas on der het publiek heeft laten brengen. Het is onder de telegrammen reeds kort vermeld, maar mag wel in zijn geheel onder de aan dacht gebracht worden. Het luidt aldus: „De Duitschers geven zich tegenwoordig alle moeite om de schijnbare militaire suc cessen behoorlijk uit te meten; die hunne met belangrijke 'middelen tot den prijs van buitengewoon zware verliezen uitgevoerde plaatselijke aanvallen hebben opgeleverd. Zoo beweren zij in Artois, in de streek Vi my—Neuville St.-Vaast, merkbare voordee- len te-hebben verkregen. In werkelijkheid is hun vooruitgang tot eene nietigheid terug te brengen. Het staat vast, dat de laatste Duitsche po gingen op het front in Artois lang van te voren voorbereid waren met het zorgvuldige streven niets te verzuimen om hun succes te verzekeren. Deze aanvallen werden in ver scheidene ofdeelingèn ingedeeld; zij werden ondernomen op een front, dat in de Duitsche liniën vooruitspringt, en waar dus het sla gen gemakkelijker scheen. Het is zeer moeie- lijk de zeer dicht bij de vijandelijke linie lig gende vooruitspringende gedeelten met volledige uitwerking te verdedigen. Men loopt daarbij gevaar, door spervuur de eigen troepen te treffen, want -het veld, dat hen van den tegenstander scheidt, heeft dikwijls slechts eene uitgestrektheid van weinige Meters. Aan den anderen kant heeft onder zulke omstandigheden de tegenstander het voordeel, zijne infante^o-aanvallen tegelijk op het front en op de flanken van het ge deelte, dat hij voornemens is te nemen, te kunnen uitvoeren. Aan alle Duitsche aanvallen in Artois, die In den laatsten tijd voorkwamen, gingen ver schrikkelijke mijnontploffingen vooraf. Men rekent, dat de vijand niet minder dan 25 mij- nen heeft doen springen, die de reusachtige lading van 5 h 6000 K.G. ontplofbare stof fen bevatten. Om deze mijnkamers aan te leggen, moesten gangen gegraven worden, welker lengte tusschen 30 en 40 Meters be draagt, en alleen de toebereidselen namen minstens drie maanden tijd in beslag. On danks de talrijke tegelijkertijd geschiede mijnontploffingen, die het terrein verwoest ten, en ondanks de aanhoudende beschie ting, hebben de Duitschers geen ernstig voordeel verkregen. Hunne pogingen werden gebroken, voordat zij zich op nuttige wijze hadden kunnen ontwikkelen. Het gelukte hun slechts in vier vooruitspringende gedeelten van de Fransche linie en tijdelijk in eenige door hunne ontploffingen veroorzaakte trechters voet te vatten. Op verscheidene plaatsen werden zij echter door den hand- granaatstrijd, die op eene voor ons voordee- lige wijze voortduurt, weder verdreven. Bij de episodes von den mijnstrijd in Ar tois is geen ernstig succes van de Duitschers te vermelden. De bezetting van een onbe duidend platgeschoten stuk loopgraaf ver schaft hun noch een waarnemings-, noch een steunpunt. Hunne verliezen, die op grond van nauwkeurig onderzoek op minstens de helft van hunne in het vuur ge brachte, zeer aanzienlijke- effectiefs mo gen worden geschat, staan volstrekt niet in verhouding tot de verkregen resultaten; zij rechtvaardigen zich slechts door het streven uit de geringste aanwijzingen van een succes zooveel mogelijk munt te slaan. Hetzelfde streven en dezelfde negatieve uitkomst zijn waar te nemen bij de pogingen van de Duitschers ten zuiden van Sainte Marie Py en ten oosten van den straatweg TahureSommé Py. Zeker zouden ook de Fransohen, om kunstmatige voordeelen te behalen, zich op dergelijke operation kunnen toeleggen; maar nog,daargelaten dat de op zulke wijze verkregen resultaten belachelijk gering zijn en in geene verhouding staan tot de geëischte offers, ondergaat ook de strijd- waarde en de strijdlust van de in deze actiën gebruikte troepen eene aanzienlijke vermin dering." Zoo heeft de Fransche regeering het tot hare beschikking staande nieuwsagentschap aangewend als middel om geruststellend op de bevolking in te werken. Hare pogingen in die richting hebben wel eenig succes gehad. Intusschen heeft daartoe zeker nog het meest bijgedragen het feit, dat de Duitschers hunne hevige aanvallen in het westen hebben ge staakt, waarmee opnieuw de oude ondervin ding is bevestigd, dat een succes in de eerste linie der verdedigingswerken niet voldoende is om door de liniën heen te komen. Het doorbreken van de vijandelijke stellingen in het westen kan slechts gelukken, wanneer de doorbraak zonder onderbreking over de voorste liniën heen verder kon worden voort gezet. Wordt de aanval gestuit voor de twee de of de derde stelling, dan is zijn lot beze geld. Dat hebben vroeger de Franschen en nu de Duitschers ondervonden. De oorlog. Berlijn, 18 Febr. (W.-B.). Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. De Engelschen trachtten nogmaals hunne stellingen ten zuidwesten van Yperen terug te winnen; zij werden bloedig afgewezen. Ten noordwesten van Lens en ten noorden van Atrecht hebben onze troepen "met suc ces mijnen opgeblazen. Eene kleine Duit sche afdeeling bfaCht van eene nachtelijke onderneming tegen eene Engelsche stelling te Fonquevillers'(ten noorden van Albert) eenige gevangenen en een machinegeweer thuis. Ten zuiden van de Somme viel een aan val van versch aangekomen Fransche troepen in ons vuur ineen. Op het overige front waren gedeeltelijk levendiger artilleriegevechten, maar geene bijzondere gebeurenissen. Nachtelijke vijandelijke vliegeraanvallen in Vlaanderen werden door onze vliegers dadelijk met het neerwerpen van bommen op Poperinghe beantwoord. P a r ij s 18 Febr. (Havos). Namiddag communiqué. De nacht was rustig op het geheele front. Londen, 18 Febr. (R.) Communiqué ven het Britsche hoofdkwartier. Onze artillerie bombardeerde de stelling van den vijand ten noorden van het kanaal '/perenComines. De wederzijdsche artille rie was werkzaam op het front van Yperenl B e r 1 ij n 18 Febr. (W.-B.j. Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Op het oostelijke oorlogstooneel is de toe» stond onveranderd. Weenen, 18 Febr. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. Behrlve de gewone artiUeriegevechten is er op het Russische oorlogstooneel niets ge beurd. Petersburg, 18 Febr. (Tel.-agent* schap.) Communiqué van den grooten gene* ralen staf. Aan de Dwina, tusschen Jakobstodt en Dwinsk, bombardeerde de vijand hevig de stations Nitzholl, Lavrenskaja en Tsargrad. In den sector Dwinsk hervatte de vijand den aanval op Gorboenovka; hij werd terug ge slagen. Onze vliegeniers wierpen eenige tientallen bommen op een vijandelijk kamp in den sector Dwinsk. In Golicië sloegen wij aan de Dnjestr bij het dorp Michaltsje, ten noorden van Oes- setsjko, eene poging van den vijand terug om onze loopgraven aan te vollen. Weenen, 18 Febr. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. De artillerie-arbeid was gisteren over het algemeen zwakker dan in de laatste dagen. Malborgeth stond weder onder vijandelijk vuur. De zuivering van het voorveld in het Ro»nbongebied bracht 37 gevangenen en een machinegeweer binnen. Een aanval van verscheidene Italiaansche compagnieën werd afgewezen. Bij Oslavija werden sedert de laatste ge vechten zeven machinegeweren, twee mijn- werpers en 1200 geweren ingeleverd. Rome, 18 Febr. (R.) Er was het ge bruikelijke artilleriewerk op verschillende deelen van het front. Infonterie-gevechten kwamen voor in het Sugana-del, waarin de Italianen succes hadden. Op het Karst-pla- teau bestormden de Italianen een vijande lijke loopgraaf. Berlijn, 18 Febr. (W.-B.). Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Vijandelijke vliegtuigen vielen het stotion Hudova aan in het Vardordal ten zuidwesten van Sroemitza. Weenen, 18Pebr. (W.-B.). Officieel bericht van heden middag. Een onder onze aanvoering staanden troep Albaneezen, door O.-H. troepen versterkt, Haat wordt door wederhaat steeds meer aangewakkerd en slechts door liefde uitge- bluscht ROMAN VAN ANNA WAHLENBERG. Geautoriseerde vertaling door B. NORTAKKER. 43 ,.'t Is beter dat ik ga.H ..Ja," zei ze dadelijk, alsof ze dit aanbod verwacht had „dat is beier, veel beter." Een bleek, smartelijk lachje kwam rondom haar mond. Dat maakte haar ouder, als ver welkt. maar gaf haar een nieuwe, andere schoonheid. Toen hij ziin jas aangetrokken had. wacht te hij nog even. Al hetgeen niet gezegd was. •weefde tusschen hen beiden en hield hem tegen. Hij was bang dat het verstikt zou wor den. indien het nu niet gezegd werd. Terzelfder tijd was er iets in hem dat hem zwijgen oplegde zonder dat hij wist of hot uit ziin eigen innerlijk sproot of uit Ka- tin's kalmen, weemoedigen blik. Hii drukte haar hand stevig en ging heen twt een kort afscheidswoord. Maar terwijl hij de trap afliep en op de «raat ging. zag hij haar nog zooals ze in deuropening had gestaan. Ze was niet ■•er de zwakke vrouw van zoo even. De glans van moed. opoffering en heerschappij over zich zelf en over anderen lag weer op haar voorhoofd. Ze was weer d.a vrouw die hij aanbad. XXVIII. Het spoor dat hii gevonden had. was wel zwak. maar daar het 't eenige was. volgde hii het toch. Hij nam de tram naar de tol, liep vandaar naar de slalmeestershof, nam de stoomsloep. die het verkeer langs de bochten van het Brunswikërstrand onderhoudt, en was na een tocht van twintig minuten bji de brug. De smalle weg naar het dorp leidde langs ontluikende struiken, waarachter de tuinen lagen en de velden met pas omgeploegde aarde. Verderop, waar de smalle weg zich vereenigde met een oude, breede. eerbied waardige lindenlaan, lag een kleine herberg. En daar ging hij binnen om naar den dag- looner en ziin vrouw te vragen, want hii her innerde zich gelukkig hun naam. Men kon hem de gewenschte inlichtingen geven, de weg werd hem gewezen over bosch- oaadjes en zijwegen, maar als hii verdwaal de. zou er altijd wel iemand ziin om hem terecht te wijzen. De inlichtingen waren echter voldoende, en het duurde niet lang of hii stond voor de deur van het huisje en klopte aan. Het antwoord liet echter op zich wach ten. Niemand bewoog zich in de kleine wo ning. Hij klopte nog eens aan. maar-met even weinig resultaat. Zou er niemand thuis ziin? Een iongen, die juiste voorbij ging met ziin menenden kruiwagen, beye»tigde dit vermoe' i den. Beiden, de man zoowel als do vrouw werk ten overdag op hel veld in dezen tijd van liet iaar. en kwamen niet vóór den avond (huis, verklaarde hii. Birger keerde om. en eerst een tijd laler kwam het hem in de gedachte dat hii aan den iongen had moeten vragen op welke boerderii de man en vrouw werkten. Maar toen hij om zich hegn zag. was de iongen verdwenen, en het was niet de moeite waard le trachten hem te vinden. Bovendien vyos het zeer onwaarschijnlijk dat Blenda. in ge val ze werkelijk hier geweest was om de arbeidersvrouw op le zoeken, naar de plaats waar 2ii werkte gegaan zou ziin. Zoo veel energie zou ze zeker niet gehad hebben in de gemoedsstemming waarin zii zich bevond. Veel waarschijnlijker was het dat -de teleur stelling haar allen moed om verder le loopm ontnomen had. En nu was ze zeker veilig en wel thuis. Zijn heele expeditie leek hem nu dwaas en doelloos. Uii kon zich niet voorstellen dat Blenda een natuur had om een tragisch be sluit te nemen. Ze kon misschien overijld handelen, maar de sterke gevoelens, die iemand tot zelfvernietiging aandrijven, bezat ze zeker niet. Zoo haastig mogelijk begaf hii zich naai de brug. om de volgende boot niet te verzui men. Maar toen hii de kleine herberg oo- nieuw in het gezicht kreeg, viel het hem in daar verdere navorschingen te doen Als Blenda tegen ziin verwachting nog in de buurt was. en on de thuiskomst der vrouw wachtte, dan moest ze natuurlijk getracht hebben iets te eten te krijgen. Ze was imincis vanmorgen vroeg Yan huis gegaan. En hier was de eenige plaats waar ze uaar binnen kon ziin gegaan. Hii trad binnen, deed zijn vraag en gaf een beschrijving. Maar de buffetjuffrouw 'schudde het hoofd. Zulk een jonge dame was hier niet ge weest. ook had ze haar niet yan dc boot zien komen. Manr gedjenstig riep ze haar kame raad en herhaalde de vraag Het geroepen meisje bleef staan met een blad in de handen, en -dacht na. Ja. re meende wel een ionge dame met zulk een veer op den hoed gezien te hebben en met een korten mantel nan. Ofschoon er natuurlijk zoo veel waren die een witten veer en een korten mantel droegen. En ze wist trouwens niet goed meer of de veer geel was of wit. En het was vele uren geleden, sedert ze vóorbii gegaan was. „En ze was niet teruggegaan paar de boot?" „Neen" antwoordde het meisje, „niet dal ik het heb gezien." Toen JJirgcr weer buiten stond, wist hij niet wat tc doen. Een gele veer in plaats van een witte, zoo nauwkeurig had het meisje haar dus niet opgenomen, maar verscheidene uren geleden kwam uit. Zou het mogelijk ziiu. dat ze al dien liid hier hongerig en moe rond liep En met zulk weer het was koud cn donker, ccn fijne motregen viel al gerui men tiid. ook begon het reeds te schemeren .Neen. dat was niet mogelijk. Hii zag de stoomsloep van verre aanko men. Hij moest zich naar dc brug haasten om die te bereiken. Maar hii aarzelde en be dacht zich. lot het te laat was. Toen liep hii terug naar de woning van den arbeider. Hii besloot de thuiskomst van de menschen af te wachten, want als Blenda daar ook op wachtte, moest hii hanr zeker treffen. Bij het liuisie gekomen zag hij op zijn hor loge het was nog geen acht uur. dus wal hij te vroeg. Uii sloeg een mooicn weg in. die langs het strand liep. Ilicr cn daar strekte zich een oude wilgenboom over het water uit. anders was het uitzicht over de baai vrii. Maar aan hel eind verhieven zich statige berken in ecu groepje en alleen. En onder ccn van deze laatste, die ziin fiine ontluikende lakken over den weg spreidde, stond ccn bank. die ech ter tot zijn ergernis in bes' genomen was. Ziin ergernis verdween echter in hetzelfde oogenblik. dat ze in hein opsteeg, want hii had ontdekt dat de rustende een vrouw was. ccn vrouw, die -mogelijk Blenda kon zijn. Zii bewoog zich niet. cn had hem blijkbaar, niet gezien. En de weg was zoo week en mod derig van den regen, dat ze ziin schreden niet kon lioorcn. Ilii naderde cn herkende nu haar kleercn cn ook haar zelf. Zc had de voeten opgetrokken op dr. bank, waarschijnlijk om zc le verwarmen, cn bad haar arm op dc leuning van de bank gelegd om haar hoofd daarop te laten rusten. En nog steeds bleef ze doodstil zitten. Hii kwam vlak bij haar zonder dat zij het merkte. Hil bleef staan, en beschouwde het gezicht dat blauw was van de koude met gesloten ooccn en waarop de regen ongehinderd viel tus* when de naakte takken van den berk door, Hii keek naar het korte manteltje, dat al ta dun moest zijn om te beschuiten bij zulk kuei cn vochtig weer. en hij keek naar den klei* ncn, smallen voe*. die onder de iaponzoom t# voorschijn kwam. I o t voUf

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1