DE EEMLANDER". Zaterdag 27 Mei 1916. BINNENLAND. FEUILLETON. DE TREKVOGELS N° 281 -sde Blad. 14de Jaargang. 'Hoofdredactie: Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFF 6 Co. ABONNEMENTSPRIJS: - VrW,» PRIJS DER ADVERTENTIËN: Idem franco per post 1*5®* v Per week (meC gratis verzekering togen ongelukken) 0.10. Afzonderiyke nummera 0.05. ïWekelijksch bijvoegsel „Dé Hollandtcht HultvrowS' (onder redactie van Thérèse Hoven) per 3 eind. 50 ets. TVekelgksoh by voegsel „Pafo nit mee" per 8 mn<L 40 ets. C= Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbetaling. Groote lettei*3 naar plaatsruimte. Voor handel on bedryf bestaan zoei voordooligo bopaliugon tot hot herhaald advertooron in dit Blad, bij abonnomont. Eone circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT I. Intercomm. Telefoonnummer 66. De Staatscourant van 26 Mei bevat t>.S- 'de volgende besluiten: op verzoek eervol ontslagen E. J. Kempees te Wageningen als leeraar aan de Rijks Hoogere Land-, Tuin- en Boschbouw- ■chool te Wageningen; idem dr. H. R. Kruyt, els assistent voor de scheikunde aan de Rijksuniversiteit te Utrecht en benoemd als •oodanig dr. W. D. Helderman aldaar. Vragen inzake minister Posthuma Het Tweede Kamerlid, de heer Scha per, heeft de volgende schriftelijke vragen gericht tot den Minister van Binnenlandsche taken, minister van Staat, tijdelijk voorzit ter van den ministerraad: 1o. Kan de Minister aan de Kamer me- üedeelen of de Minister van Landbouw, Nij verheid en Handel nog langen tijd rust zal tnoeten nemen? 2o. Indien dit het geval is, acht de Re geering zich alsdan tegenover het landsbe lang verantwqord voor een in dezen tijd zoo gewichtig departement zelfs geen minister od interim te benoemen? 3o. Zoo ja, hoe worden dan op dit oogen- blik de zaken aan het departement van Land bouw, Nijverheid en Handel geregeld, en aan wie is de leiding hieraan toevertrouwd? Hebben personen, buiten het departement Staande, hierop rechtstreekschen invloed? Buitengewoon oorlog.crediet ete. De Tweede Kamer heeft gisteren fönder hoofdelijke stemming de motie-Ter Laan aangenomen inzake den militairen ge neeskundigen dienst en daarna z. h. s. het wetsontwerp betreffende het buitengewoon fcorlogscrediet van 100 millioen. De Indische legercommandant. Naar wij vernemen is da generaal- ntajoor W. R. de Greve van het leger in Nederlandsch-Indië bevorderd tot luitenant- generaal, commandant van het leger in Ne- 'derl -Indië. Nederland en de oorlogt De wittebroodsregeling. De burgemeester van Assen heeft beslo ten geen gebruik te maken van de door den minister geboden gelegenheid, om toe te Staan dat voor één dag in de week witte lbrood vervaardigd en verkocht zou mogen worden. Niettegenstaande de burgemeester van Leeuwarden verlof heeft verleend tot het bakken van wittebrood, hebben de meeste bakkers van Leeuwarden en omstreken be- ♦loten hiervan geen gebruik te maken. Vermenging ongebuild tarwemeel. Naar aanleiding van een mededeeling van den directeur van den provincialen keurings dienst in Friesland, dat hij reeds herhaalde malen heeft geconstateerd, dat het door de regeermg voorgeschreven bruinbrood In plaats van uit enkel ongebuild tarwemeel, door meerdere bakkers in deze provincie Wordt bereid uit een mengsel van gebuild en Ongebuild tarwemeel en soms onder bijvoe ging van rijstmeel en roggemeel en dat het inbeslagnemen van dergelijk brood meestal (tiet mogelijk is, wijl het onderzoek van het herdachte brood daarvoor te veel tijd vordert, heeft.de commissie der Koningin van Fries land zich gewend tot den minister van Land bouw, Nijverheid en Handel met de vraag of de burgemeesters bij gebleken overtreding bij wijze van stTaf kunnen overgaan tot in- houdfng van het goedkoope regeeringsmeel of dat daarvoor voorafgaande ministerieele machtiging noodig is. De commissaris ont ving daarop van den minister ten antwoord, dat de burgemeester zonder zijne machtiging de bakkers, die zich aan voormelde overtre ding schuldig maken, kunnen straffen met het inhouden van het goedkoope meel. Voor Joodsche oorlogs slachtoffers. Hier te lande heeft zich gevormd een com missie, bestaande uit de heeren L Wage naar, te Arnhem, A. Asscher, A. S. Eitje, mr. D. E. Lioni, A. S. Onderwijzer, allen te Am sterdam, en Alfred Polak, te Tilburg, die zich ten doel stelt, gelden in te zamelen voor de Joodsche oorlogsslachtoffers In Rusland, Galicië, Polen en Palestina. De commissie heeft zich tot een aantal voornaamste Joden in den lande gewend om aldus te komen tot de vorming van een groot hulpcomité voor de Joodsche oorlogsslachtoffers. Rubber in brieven. Voor het prijsgerecht te Londen werd vol gens de „Times" dezer dagen door den pro cureur-Generaal de verbeurdverklaring ge- ëischt (en door den rechter conform beslist) van een groote hoeveelheid rubber, die in de brievenmails der Nederlandsche booten „Tubantia", „Gelria" en „Hollandia" gevon den was. Er werd door den procureur-generaal op gewezen, dat de behandeling dezer zaken tot op zekere hoogte de bepalingen der Haagsche vredesconferentie in de war bracht, die particuliere correspondentie van het in beslag nemen op zee vrijstellen. De Duitschers hebben echter getracht van deze bepaling voordeel te trekken door per brief of per postpakket contrabande te ver zenden. Zoo is uit de beëedigde schriftelijke ver klaringen gebleken, dat bij het onderzoek van de brievenmalen der drie genoemde schepen van uit Brazilië per brief aan G. Vogtman Co. te Hamburg verzonden wa ren per s.s. „Tubantia" ongeveer 173 pakjes rubber en evenveel pakjes wol; per s.s. „Gel ria" 1390 pakjes rubber en per „Hollandia" 1265 stukjes rubber. De zaak is daarom vooral van belang, al dus de procureur-generaal, omdat er in de neutrale landen zeer over wordt geklaagd, dat Engeland de bepalingen der Haagsche vredesconferentie zou schenden. Het kan daarom niet algemeen genoeg bekend ge maakt worden, dat Engelands vijanden on der bescherming van diezelfde In Den Haag vastgestelde bepalingen trachten op ruime schaal te smokkelen, hetgeen b.a. uit onder schepte briefwisseling gebleken is. Zoo schreef b.v. Rudolf W. H. Hoffmann uit Para aan Vogtmann Co.„Hetgeen ik heden verzend medegerekend, hebt gij thans van mij rubber ontvangen voor een verkoop waarde van 13000 mark. Oe handel en de sulkernood. De moeilijke toestand waarin de grossiers in suiker op het oogenblik verkeeren, is het hoofdonderwerp der besprekingen geweest in de op 25 Mei te Utrecht gehouden be- Suikerbond. Was de levering tot op heden onregel matig en lang niet voldoende, thans begint de toestand zeer te nijpen, daar niet alleen niet voldoende geraffineerde suiker wordt beschikbaar gesteld, doch ook de fabrieken die z.g.n. afgedraaide suiker vervaardigen, de aflevering hebben gestaakt. Mondeling, telegrafisch en per request is het ministerie op de hoogte gebracht van den moeielijken toestand waarin de groot handel in suiker verkeert. Ook het suiker bureau, waarnaar men werd verwezen, kan den handel niet helpen, daar er eenvoudig geen suiker meer schijnt beschikbaar te zijn. Algemeen vond men het noodzakelijk dat een paar bestuursleden van den Suikerbond door de regeering werden aangewezen om zitting te nemen in het suikerbureau. Er werd besloten in dezen geest een ver zoek tot de regeering te richten. Men meende te weten, dat er nog heel wat ruwe suiker in het land is en de nood zakelijkheid werd aangetoond, dat de minis ter deze suiker in beslag dient te nemen, wil er eenigszins in den nood worden voorzien. De kaarsenfabriek te Gouda Stopgezet. De Kon. Stearinekaarsenfabriek Gouda is thans, wegens gebrek aan grondstoffen, zoo goed als geheel stopgezet. Slechts in een enkele afdeeling wordt nog gewerkt. Onge veer 500 werklieden, mannen en vrouwen worden hierdoor getroffen. De werklieden zijn niet ontslagen en moeten zich dagelijks aan de fabriek vertoonen. Ze ontvangen 85 pet. van hun weekloon. Voorloopig werkt een gedeelte van het personeel nog gedu rende drie dagen per week. Spionnage?' Men schrijft aan De Tijd van de Belgisohe grens: Enkele dagen geleden is aan de grens on der Goirle de Duitsche commandant van het dragonder-regiment uit Poppel, door de Nederlandsche militairen gearresteerd onder verdenking van spionqage. Hij was met ze keren A. Geerlings, bijgenaamd Gust van de Panhoef, wonende op Belgisch grondgebied onder Poppel, over de grenzen geleid en was in 't bezit van een Duitsch paspoort, onder teekend door den commandant te Turnhout, Winter genaamd. Bedoelde officier kwam herhaaldelijk uit Goirle en onderhield daar connecties met enkele families. De laatste maal echter, dat hij op Nederlandsch grond gebied kwam, weer vergezeld van boven bedoelden Geerlings, had men hem gezien in 't bezit van een fotostel en begon men den Pruis te wantrouwen. Toen hij dan ook des avonds aan de grens verscheen om naar zijn Heimath terug te keeren, hield de militaire wacht hem aan en werd hij voor den kantonnementscomman- dant van Goirle geleid. Daar werd hem zijn fototoestel ontnomen en ook zijn pas, maar gefouilleerd werd hij niet. Zelfs werd hij niet tot nader order vastgehouden, maar hem werd gelegenheid gegeven met zijn trouwen geleider Geerlings weer over de Belgische grens naar zijn standplaats Poppel terug te keeren. Bij ontwikkeling van de platen van het fotographietoestel kwamen te voorschijn fotogTaphieën van den Lindeboom en het stadhuis te Tilburg, van een molen onder Goirle en van de woning van een der heeren zou er op kunnen wijzen dat het den Dm't- schen olficier om niets anders dan schil derachtige kiekjes te doen geweest is. Red. U. D.). Het feeet van ,|Onze Vloot". Het tienjarig herdenkingsfeest van dc Nederlandsche Vereeniging „Onze Vloot" is op luisterrijke wijze te 's Gravenhage gevierd. Des voormiddags werd in tegen woordigheid van onderscheidene autoriteiten in de kunslzalen d'Audretsch de maritieme tentoonstelling geopend; daarom had in de receptiezaal van het gemeentegebouw aan de Javastraat een ontvangst door het gemeente bestuur [flaats, waarbij het woord werd ge voerd door den burgemeester jhr. Van Kar- nebeek namens de gemeente en door den heer Van Bemmelen, voorzitter van het hoofdbestuur van Onze Vloot 's Middags had daarop een algemeene vergadering plaats, waarin de heer Van Bemmelen een feestrede hield, waarbij hij mededeelde dat aan de vereeniging ter ge legenheid ran haar 10-jarig bestaan het praedicaat „Koninklijke" was verleend. Vei- volgens was er in de „Twee Steden" een receptie, waarop o.a. verscheen de adjudant van H. M. de Koningin, de kapt. ter zee jhr Hooft Groalland om aan het hoofdbestu-ir Hr. Ms. gelukwenschen over te brengen Z. K. H. de Prins der Nederlanden kwam persoonlijk gelukwenschen. Voorts gaven tal van autoriteiten van belangstelling blijk. Hedenavond is er in het Kurhaus een feest- voorstelling, welke door Koningin en Prins zal worden bijgewoond. Het feest denkt men hedenavond te besluiten met een vuurwerk op zee voor Scheveningen. Nat. Ver. totsteuneanmiliciens. Vanwege den opperbevelhebber van land en zeemacht wordt het volgende medege deeld: Blijkbaar wordt nog niet geno'egzaam ge weten en niet genoegzaam begrepen van hoeveel belang voor den soldaat de mede werking van de Nationale Vereeniging tot Stuen aan Milicens is, welke vereeniging zich ten doel stelt den dienstplichtige, die in de burgermaatschappij terugkeert, in de ge legenheid te stellen arbeid te vinden om al dus In zijn onderhoud te kunnen voorzien. Verschillende aanwijzingen ter zake zijn reeds aan de korpsen van het leger uitgege ven, terwijl het niettemin blijkt, dat nog ge durig ten opzichte van aanvragen en ver strekken der groene kaarten verkeerde lijk gehandeld wordt, wat er niet zelden toe leidt, dat de soldaat, onvoldoende bekend met den aard van den werkkring van de Na tionale Vereeniging tot Steun aan Miliciens, zich tot haar wendt om voorziening in be hoeften te vragen, welker behartiging niet tot de taak behoort, welke deze vereeniging zich heeft gesteld. Ook wordt de genoemde vereeniging klaarblijkelijk meermalen verward met het Kon. Nat. Steuncomité. Het is het verlangen van den opperbevel hebber van land- en zeemacht, dat de com pagnies- (eskadrons-, batterij-, enz.) com mandanten de ter zake verstrekte aanwijzin gen goed zullen kennen en nauwkeurig zul len opvolgen en "dat mede de hoogere chefs hieraan hun aandacht zullen schenken, opdat aldus verkregen worde, dat de groene kaarten (uitsluitijd aan de aldeeling „Beheer Landmacht" van het Algemeen Hoofdkwar tier aan te vragen) op den juisten tijd zul len worden uitgereikt aan de dienstplichti gen, die zich daartoe aanmelden, terwijl om trent de beteekenis dier kaarten de dienst plichtigen in hun belang door de compag nies-officieren bij herhaling en nadrukkelijk moeten worden onderricht. Hierbij is er de aandacht op gevestigd, dot gezorgd moet wordij, dat bij overplaatsing van dienstplichtigen de voor hen ontvangen groene kaarten worden overgegeven aan het onderdeel, waarbij zij zijn overgegaan. Ten slotte is er op gewezen, dat de mede werking, welke door de officieren aan d, meergenoemde vereeniging eventueel word( bewezen, van het grootste belang is om bij den terugkeer der dienstplichtigen in de bur germaatschappij werkloosheid en armoede to voorkomen. Vereeniging „Tot Steu n". In het hotel „De Keizerskroon" te Apeldoorn is de algemeene jaarvergadering gehouden der vereeniging „Tot Steun", onder voorzit terschap van mr. G. Kirberger. In het jaarverslag wordt gezegd, dot niet tegenstaande de ongunstige tijdsomstandig heden, de vereeniging toch met haar zegen rijk werk kon doorgaan, al was er geen spra ke van uitbreiding harer werkzaamheden. Op 31 December 1915 bedroeg het aantal voog dijkinderen van het hoofdbestuur 76. Het totaal getal van de aan dat bestuur toever trouwde pupillen was 115, een aantal vrije pupillen niet meegerekend. Het aantal ver pleegden van het hoofdbestuur en de af- deelingen bedroeg in het afgeloopen jan' 801. Aan het verslag van den penningmeester, den heer W. P. Kops, zijn de volgende cij fers ontleend: De balans sluit met een voordeelig saldo van 5458.13.*4, zoodot het verlies van pi. m. 8000, dat verleden jaar geboekt moest worden, met een bedrag van 5458 is in gehaald, maar dus toch nog een bedrag van pl. m 2500 in te halen is. De uitgaven der doorgangshuizen Nieuw-Veldzicht, Bosch- zicht en Beekzicht bleven ongeieer dezelfde als in 1914, voor Oud-Veldzicht werd onge veer 800 minder uitgegeven dan het vo rige jaar. De huizen gezamenlijk hebben, na aftrek van de ontvangen verpleeggeklen, aan het hoofdbestuur per soldo ƒ9250 ge kost. Het nadeelig koersverschil der effecten werd geraamd op 1660,60. De contribu ties bedroegen ƒ500 meer dan in 1914 en brachten 4906.70 op. Aan giften en lega ten werd ontvangen ƒ15.498,16; tevens nog 1000 voor de verbouwing van Beekzicht en 1500 voor den bouw van Nieuw-Bosch. zicht. Verder werd nog door wijlen mej. G J. Andreae, te 's Gravenhage, onder last van vruchtgebruik, aan de vereeniging vermaakt een kapitaal van ƒ21,400. Tot hoofdbestuursleden in de plaats van de heeren ds. J. A. Prins te Epe, en ds. Th. F. Abbing te Ruurlo, werden benoemd mej. M. Beucker Andreae, secretaresse van do provincie Friesland, en dr. F. K. A. Rom- bach, voorzitter van de aldeeling Utrecht, en mr. L. Th. Jorissen te Amsterdam. We gens de ziekte van mej. E. S. Bienfait werd tot secretaresse gekozen mevr. A. Lende rinkVan der Vliet. door ANNA HUBERT VAN BEUSEKOM. 29 't Was dicht bij de „Pas du Pont" tus- Bchen de rotsen en we hadden best terug kunnen gaan langs een omweg naar den waterval, dien we hóórden, maar dat wilden .we niet. „Geen stap terug", zeiden we tot elkaar en op goed geluk liepen we verder. 'Tweemaal moesten we een beekje over en Sprongen Eliza uit de Negerhut zou 't Ons niet verbeterd hebben van steen op Steen naar den overkant, plukten een bos kamperfoelie en wilde rozen om van te watertanden en kwamen eindelijk op zij van een heuvelrug uit, waar een kl >in huisje fnel erfje tegenaan leunde. Bovat de deur post stond met blauw krijt geschreven: Dieu est amour. We klopten aan. Eerst hoorden we niets. Toen klonk er geschuifel en een oud vrouwtje met een bril op trad naar bui- ten, gevolgd door twee prachtig-gevlekte geiten, die verschrikt voor Quenoppe terug deinsden en 't erfje opliepen. Wij vroegen 't vrouwtje den weg, maar ze noodigde ons zóó vriendelijk uit even binnen te komen, dat we 't niet laten konden. Zij was „la mère Farel" en zooveel als de naaister van de streek en wij waren zeker „ces deux demoiselles hollandaises des Cal- vaux", die zulke mooie portretten van de menschen maakten? Tiens quel honneurl We wilden zeker wel een café noir hebben en zp schoof haar naaiwerk op de tafel bij 't raam terzij en ging uit 't keukentje naast 't vertrekje een paar gebloemde kommen en een dampende koffiekan halen. 't Zou heel onaardig geweest zijn als we geweigerd hadden en daar er geen enkele reden bestond viezer te zijn van héér boeltje, dan van het Calvausche eetgerei, dronken we met smaak onze kommen leeg en proef den zelfs van de afschuwelijke geitenboter, waarmee ze vol trots kwam aandragen, juist teen père Farel binnentrad. Met nijn grooten zwarten vilthoed in de hand trad 't oude, gebogen mannetje op ons toe en zijn vrouw schreeuwde hem met een verrukt gezicht in 't oor: „Ce sont les deux demoiselles hollandaises des Calvaux!" en vervolgde zachter tot ons: „il est sourd, mon pauvre vieux." Père Farel kwam nu ook bij ons aan tafel zitten met een kom koffie en begon te vertellen van zijn kindéren, die alle vier hun bestemming in Amerika gevonden hadden, 't Ging hun daar best. „C'est bien triste que ce soit si loin", zuchtte hij even, maar toen met een hartelijken blik naar 't oudje over hem zei hij: „Si seulement le bon Dieu nous laisse ensemble." We moesten nu nog de portretten van hun kroost bewonderen, benevens een zeer ver bleekte foto van père Farel in zijn jonge jaren en een daarbij behoorende van een vrouwspersoon met groote muts op. „Mais ce n'est pas vous, mère Farel. Het lijkt tenminste heelemaal niet op u", zei Ien met eenige verwondering en toen knikte 't oude menschje lachend: „Vous avez raison, mademoiselle, c'etait sa première. N'est-ce- pas qu'elle était bien?" Zij was zijn tweede vrouw en eigen kin deren had ze nooit gehad, maar Jeanne ver telde ons later hoe ze gesjouwd en gewurmd heeft om haar vier stiefkinderen groot te brengen en vooruit te helpen. Dat ze zoo goed terecht gekomen zijn is grootendeels aan haar te danken. „Heureusement toutes les belles-mères ne sont pas comme tante Emily", zei Jeanne Je begrijpt, dat Ina 't niet onder zich laten kon buiten waar 't goed licht was, een kiekje van mère Farel te nemen en toen nog een van père et mère Farel samen. Ze begrepen er niets van, dat je met zoo'n „petite boite" portretten kon maken, 't Leek wel tooveren, maar mademoiselle was zeker heel knap, en na vele zegenbeden vertrok ken we, door père Farel begeleid, tot we aan een klein paadje tusschen de rotsen kwamen, dat ons tot vlak bij les Calvaux voerde. 't Was aandoenlijk die vreugde te zien, toen mère Farel enkele dagen later de be loofde afdrukjes halen kwam. „Oh, que je ressemble ma pauvre petite mère", zei ze herhaaldelijk toen ze haar eigen beeltenis zag. „Et comme mon vieux y est bienf Comment vous remercier ma chère demoiselle? Tiens, je vais vous em- brasser", en ze veegde haar mummelmondje af en ging op haar teenen staan om Ina te omhelzen, die geen raad wist en haar met een bedarend: „C'est ca madame, c'est ca/' afwerend op den schouder klopte, want voor een paar nuchtere Hollandaises, zooals wij, was zooiets wel wat kras. En nu nog over gisteravond toen mon< sieur Bertrands al glunderend yan de eer, die hem te beurt viel een half uur voor souper- tijd met twee kennissen kwam aanzetten, een ouden en een tamelijk jongen dominé, die hij toevallig te Chabeuil was tegengekomen,' toen hij daar met 't rijtuig boodschappen deed. Van 't souper was juist bizonder wei* nig werk gemaakt: soep en uit 't water ge* kookte macaroni zou er zijn, dus je begrijp! hoe Emilytje te keer gingf Een „acces de colère" of „crise de nerfs" van 't ergste soort volgde. Ina en ik waren in de biblio* theek kiekjes aan 't ontwikkelen en misten geen woord van de scène, die vlak over ons in de keuken tusschen het echtpaar BerJ trands voorviel, terwijl Jeanne en Zebbek maar-raakje ln 't salon de gasten zoolang bezig hielden. (Wordt nrvolgd.J

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 5