„D E E EM LAN DER". 14de Jaargang. Donderdag 15 Juni 1916. BUiTENLAND. FEUILLETON. DE TREKVOGELS N° 295 RSFOORTSC MARIE VAN VERSENDAAL. Hoofdredactie. Mr Q j VAN SCHAARDENBURO. Uilgevers: VALKHOFF Co. ABONNEMENTSPRIJS: ter 8 maanden voor Amersfoort s. l.OO. Idem franco per post1.50. Per week (met gratis verzekering tegen ongelukkon) - O.IO. Afzonderlijke nummers 0.05» Wekelijksch bijvoegsel „De Hollandsche Huisvrouw" (onder redactie van Thérèae Hoven) per 8 mnd. 50 ets. (^Tekelijksoh bijvoegsel nPak me mee?' per 8 mnd. 40 ets. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels.. f 0.80. Elke regel meer- 0.1.1. Dienstaanbiedingen 15 regels., O.."SO. Grooto lotters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zoor voordoelige bepalingen tot liet herhaald advortoeren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulaire# bovattonde de voorwaardon, wordt op aanvraag toegozonden. Kennisgeving. De Burgemeester van Amersfoort Gelet op artikel 6 en 7 van het Koninklijk besluit d.d. 4 Mei 1896 (Staatsblad no. 76), tot Vaststelling van een Algemeen Reglement voor Kamer van Koophandel en Fabrieken noo- t allen, die niet op de laaistvastgestelde lijst knn kiezers voor de Kamer van Koophandel te j^mersfoort voorkomen, maar aanspraak kun- |ten maken om op de nieuwe kiezerslijst te IWorden geplaatst, uit, daarvan vóór 1 Juli a.s., Ier Secretarie, afdeeling BI, aangifte te doen, op aldaar verkrijgbare formulieren Vestigt er voorts de aandacht op,-dat alleen fij genoemde aanspraak kunnen maken, die vol- Itfoen aan de volgende vereischten A. Men moet kiezer zijn van leden van den Raad der gemeente Amersfoort B. Men moet te Amersfoort bestuurder zijn fn gedurende ten minste twaalf achtereenvol gende maanden zijn geweest van een bedrijf van handel of nijverheid. Amersfoort, 14 Juni T9I6. De Burgemeester voornoemd, VAN RANDWTJCK. Politiek Overzicht De val van het kabinet- Salandra. Het kabinet-Satandra heeft de wenk, om heen te gaan, die het van de Kamer heeft ontvangen, ter harte genomen; het heeft in de Kamer medegedeeld, dat het naar aan leiding van het votum van wantrouwen der Kamer van verleden Zaterdag, zijn verzoek om ontslag bij den koning had ingediend. Het heeft daarmee loon naar werken ont vangen. De loop der zaken op het oorlogs- tooneel eischt een offer, en het is niet anders dan natuurlijk, dat het kabinet, dat het land in den oorlog heeft gebracht, als zondebok wordt weggestuurd, nu de voor- jeelen, die werden verwacht, uitblijven en He zaken verkeerd dreigen te loopen. Het «ucces, dat aanvankelijk door het Oosten- lijksche leger is verkregen met zijn offen sief aan de Zuid-Tirolsche grens, waardoor He strijd naar het Italiaansche gebied is over gebracht, heeft aan dit ministerie den ge nadeslag gegeven. Het hoofd van het kabinet heeft getracht Hen slag, die tegen hem was gemunt, te ont wijken, door een ander voor zich te schui ven. Maar hij heeft daarmee zijne zaak niet beter gemaakt. Hij heeft in de Kamer ver klaard, dat de plaats, waar de Oostenrijkers den aanval hadden ondernomen, de kwets baarste plek was van de Italiaansche grens. Dit maakte de eerste onloochenbare succes sen van het vijandelijke offensief mogelijk; maar daarbij moest worden erkend, dat als de verdediging beter voorbereid was ge weest, de tegenstander althans langer op gehouden en verder van den rand van het bergland verwijderd zou zijn gehouden. Dit verwekte in de Kamer een onaange- namen indruk, omdat men er eene poging In kon zien om het leger-opperbevel te dis- Crediteeren. Om dien indruk weg te nemen, moest Salandra nogmaals het woord voeren om te constateeren, dat hij geen blaam had willen werpen op het opperbevel, maar slechts de meening van het opperbevel zelf had willen weergeven. De Corriere della Se ra, die als oplossing van de krisis, die door het Kamervotum van verleden Zaterdag is ontstaan, aanbeveelt Salandra aan het be wind te laten, moet toegeven, dat dit eene groote onhandigheid was; zij erkent, dat de minister-president in zijne rede niet den rechten toon heeft gevonden om geheel Ita lië met een storm van geestdrift te vervullen, ofschoon die toon gemakkelijk te vinden zou zijn geweest met het oog op den inval van den vijand in den vaderlandschen grond. In plaats daarvan heeft Salandra zich op een gebied begeven, waar het gevaarlijk was al les te zeggen. In alle legers zijn in den loop van den oorlog fouten en gebreken aan den dag gekomen, zelfs bij de Duitschers, maar niemand is op de gedachte gekomen daar om aan de overwinning te twijfelen. Salan dra heeft er verkeerd aan gedaan in een par lement, waarin zich zoovele tegenstanders van den oorlog bevinden, van een verkeerd beleid te spreken, in plaats van meeslee- pende vaderlandslievende woorden te kie zen, waarmee hij zelfs in dit hem vijandelijk milieu succes had kunnen hebben. Zoo leest de Corriere den staatsman de les, dien zij, ondanks alles wat er is gebeurd, blijft beschouwen als den meest geschikten, juister gezegd minst ongeschikten, om het bewind verder te voeren. Dit verlegenheids advies is kenschetsend voor de groote be. zwaren, die verbonden zijn aan het vinden van de oplossing voor deze krisis Een dag bladcorrespondent laat zich daarover aldus uit: De verschillende stroomingen botsen he vig tegen elkaar aan. De Corriere beveelt onder hevige uitvallen tegen de verrader lijke oppositie en onder bedreiging-met ie- si; volutie aan Salandra terug te roepen, terwijl de bestuurder van het Romeinsche redactie- bureau van dit blad, het Kamerlid Torre, zelf tegen Salandra heeft gestemd. De link- sche pers wenscht een breed opgezet natio naal ministerie, waarin de radicale richting den toon aangeeft. De Popoio d'Italia ijver tegen het gevaar, dat zou gele gen zijn in het herstel in de macht van Giolittl, zelfs reeds in het vragen van zijn advies door de Kroon, en waar schuwt ook dreigend tegen het weder ont bieden van Salandra of het ontbieden van Tittoni. De Avanti vermeldt het gerucht, dat de Engelsche ambassade werkt om Sonnino op de Consulta te behouden. Kortom uit de chaotische branding komt nog geene oplos sing te voorschijn. Alleen schijnt bij de te genwoordige volksstemming de terugkomst van Giolitti geheel uitgesloten te zijn. Wanneer daarvoor de stemming nog niet rijp is, dan is dat zeker te bejammeren, want Giolitti was in de weken, die aan de Italiaansche oorlogsverklaring voorafgingen, de man, die den raad gaf, dat Italië onzijdig zou blijven. Maar zijn tijd zal zeker komen, en ook deze krisis zal er toe bijdragen om den weg te bereiden voor het herstel van de ideeën, waarvan Italië te kwader ure is afge weken, De oorlog. - B e r I ij n, 14 Juni. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Op de hoogten ten zuidoosten van Zille- beke is een deel van de nieuwe stellingen in den loop van het gevecht van gisteren ver loren gegaan. Rechts van de Maas zijn in de gevechten van den 12en en den 13en de ten westen van de Thiaumonthoeve gelegen vijandelijke stellingen veroverd. Daarbij zijn 793 Fran- schen, waaronder 27 officieren, gevangen gemaakt en 15 machinegeweren veroverd. Duitsche patrouille-ondernemingen bij Maricourt, ten noorden van de Somme en in de Argonne hadden succes. Par ij s, 14 Juni. (Havas). Namiddag communiqué. Tusschen de Oise en de Aisne werd eene sterke Duitsche patrouille met geweervuur door de Franschen teruggedreven ten zuid oosten van Moulin-sou6-Toutvent. Ten oos ten van Soissons namen de Fransdhen een kleinen Duitschen post weg. Aan den rechter Maasoever bombardeer den de Duitschers in den loop van den nacht hevig de Fransche stellingen ten noorden van Thiaumont, in het bosch Vaux- Chapitre en ten zuiden van- het fort Vaux. Er was geen enkele infanterie-aanval. In de sectoren van den linkeroever was bij tussohenpoozen ortilleriestrijd. In de Vogeezen brachten de Franschen van een verrassenden aanval op de groep ten zuiden van Sengern (noordwaarts van Thann) gevangenen terug. Op het Engelsche en Belgische front her namen de Canadeesche iroepen in een ge- aagden aanval ten zuidoosten van Zflle- beke geheel de oude Engelsche stellingen. Drie Duitsche officieren en 123 soldaten werden gevangen gemaakt. Avondcommuniqué. Er was artilleriestrijd bij tussch'enpoozen op het geheele front ten noorden van Ver dun. Elders is niets gebeurd. Londen, 14 Juni. (R.) Communiqué van het Britsche hoofdkwartier. Er waren geene infanterie-actiën; maar de vijand beschoot hevig de stelling, die wij gisteren ten oosten van "/peren hebben ge wonnen. Er zijn gisteren nog meer Duitsche gevangenen gemaakt, waardoor het totaal cijfer klimt tot'161. Er was heden hevig wederkeerig bombar dement en mijnwerk op andere punten. Berlijn, 14 Juni. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Ten zuiden van het Naroczmeer verniel den verkenningsafdeelingen vooruitgelegen vijandelijke versterkingswerken en brachten 60 gevangen Russen terug. Op het front ten noorden van Baranowitsji ging de vijand tot den aanval over. Na eene hevige artillerievoorbereiding stormden dichte mas sa's zeven malen tegen onze liniën. De Rus sen werden volledig teruggedreven; zij had den zeer zware verliezen. Duitsche vliegers voerden in de laatste dagen vèr strekkende ondernemingen uit tegen de spoorwegen achter het Russische front. Troepentreinen werden meermalen tot staan gebracht en spoorwegwerken vernield. \X' e e n e n, 14 Juni. (XC. B.) Officieel bericht van heden middag. Ten zuiden van Bojan en ten noorden van Czernowitz werden Russische aanvallen of- geslagen. Overigens kwamen ten zuiden van de Pripjet bij onveranderden toestand geene bijzondere gebeurtenissen voor. Ten noorden van Abranowiczi stonden gisteren voormiddag de Duitsche en O.-H. troepen onder het zwaarste Russische ge schutvuur. Des avonds viel de vijand de stellingen aan; maar hij werd overal volle dig terug geslagen. In 't einde vuurde de vijandelijke artillerie in de terugstroomende Russische massa's. Petersburg, 14 Juni. (R.) De Rus sen hebben de spoorweggemeenschap van Czernowitz met het noorden afgesneden. Er is een hevige strijd gaande in de oostelijke, zuidoostelijke en noordelijke omstreken van Czernowitz. Petersburg,'14 Juni. (Tel.-agent- schap). Communiqué van dén grooten gene- ralen staf. Op het geheele front van Zuid-Polesië af tot aan de Rumeensche grens, gaan onze troepen voort den vijand terug te drijven. Gisteren namen wij- opnieuw 20 officieren en 6000 soldaten gevangen en veroverden zes kanonnen, tien mitrailleurs en vele cais sons. Het geheele aantal gevangenen be draagt thans 1720 officieren en 120.000 soldaten, de buit 130 kanonnen en 260 machinegeweren. Vele vijandelijke ge- vechtseenheden zijn volkomen gedesorgani seerd. Men kan dit beoordeelen uit het feit, dat in de gevechten van den 6en tot den 14en de troepen van generaal Stojerbatsjof in een betrekkelijken onbelangrijken sector 414 officieren en 17.000 gevangenen na men en 29 kanonnen, 34 machinegeweren, 56 caissons en andere oorlogsbuit verover den. Volgens ingekomen berichten heeft de vijand een zoo enorme hoeveelheid mate rieel achtergelaten, dat het onmogelijk is in dezen korten tijd het totaal te berekenen Op één plaats werd materieel voor 30 werst veldspoorweg achtergelaten. Op den weg naar WiadimirWolynski biedt de vijand verbitterden tegenstand. Da gevechten breiden zich uit ten Westen van het dorp Zatoertsy halverwege tusschen Luzk en Wladimir-Wolynski gelegen. Bij dat dorp deden onze kozakken eene schitteren de charge en sabelden een vijandelijk eska dron neer. Ten westen van Dubno dreven onze troepen den vijand terug en drongen door tot voorbij het dorp Demidofka. Ten zuidoosten van Dubno maakten zij zich van het dorp Kozin meester. Ten noorden van Buczacz, bij den rechteroever van de Stry. pa, doet de vijand hevige tegenaanvallen. Gisteren slaagden onze troepen erin ook hier den vijand terug te drijven, door da hoogten op den westelijken oever van do Strypa te nemen."In de streek van Gnivo- ronka en Boboelincz en ten zuiden van He. Dnjestr bezetten wij de stad Inyatyn. De strijd om het brughoofd van Czernowiti duurt voort. Op het Dwina-front richtten de Duitschers zwaar geschutvuur tegen het brughoofd van Ikskul. Ten zuiden van Smorgon verijdelden wij een poging van den vijand om onze stel lingen te naderen. In de streek van Barano witsji en meer zuidelijk tbt het gebied van Polesië hadden gisteren verscheidene ge vechten plaats met aanzienlijke krachten van den vijand. We en en, 14 Juni. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. De toestand is onveranderd. Onze watervliegtuigen vielen wederom aan het spoorwegstation en de militaire in richtingen in San Giorgio di Nogaro en do binnenhaven van Grado. Rome, 14 Juni. (Stelani). Officieel communiqué. Aan het Posina-front deed de vijand op den avond van den 12en Juni na een hevi ge artillerie-voorbereiding aanvallen in de richting van Porni AIti, Campiglia, Monte Giove en Monte Brazone. Overal werd hij met ernstige verliezen teruggeworpen. In den loop van den dag bepaalde de vij and zich tot het bombardeeren van onze stellingen langs het geheele front van de Adlge tot aan de Brenta, vooral in de streek van den Monte Novegno. Onze troepen doorstonden op krachtige wijze het hevige vijandelijke vuur en wierpen infanterie af. deelingen terug, die beproefden op te ruk ken. In Boven-Boite mislukten de tegenaan vallen, ondernemen om ons onze laatste ter. reinwinst ten Noorden, van Podestagno t« ontnemen, volkomen. In de Boven-Fella en de Seebach-Vallel hadden kleine gevechten van voor ons gun stig verloop. Aan de I sonzo i9 niets belangrijks ge. beurd. B e r I ij n, 14 Juni. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Aan den Balkan is niets nieuws gebeurd. We enen, 14 Juni. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. Op het zuidoostelijke oorlogstooneel ij de toestand onveranderd rustig. P a r ij s, 14 Juni. (Havas.) In het tele gram van gisteren moet gelezen worden dal de Grieksche regeering besloten heeft tot eene algemeene demobilisatie onder den druk van de Duitschers, in plaats van ondet den druk der geallieerden. Berlijn, 1 4 JunI. (K. N.) Het BerL Tagebl. ontleent aan de Matin een telegram uit Athene, volgens hetwelk de blokkade var De rol van rampzalige bevalt menigeen uitstekend zoolang hij gelukkig i- door KNNA HUBERT VAN BE USE KOM. 42 Do kamer met zijn rooden tegelvloer, licht groen geschilderde wanden en rieten meubels xag er frisch uit. De ijzeren bedden waren met hagelwitte spreien bedekt en de wasch- Safel prijkte in Hollandsche onbekrompen heid met flinke kannen en-kommen. Aan tafel zaten we met ons zevenen. Behalve mademoiselle Collard en wij beidjes Varen er een aardige Zwitsersche- mevrouw, pen Duitsch gouvernantetje en eeft Engelsche flame met een meisje van een jaar of zestien, leen soort negerkind met zwart kroeshaar, lonkelend-zwarte oogen en wijd openge spalkte neusgaten. Ze deed aan Topsy uit „de legerhut" denken, nam ons brutaal op en zei |ets over ons in 't Engelsch, wat haar een terechtwijzing van haar chaperonne bezorg de, waarop ze in luid schaterlachen uit barstte. Ze keek echter woedend toen made moiselle Collard legen haar zoi. .dal ze zich Diet too moest aanstellen. De Duitsche dienstbode, een k'nap jong ding, dat maar weinig Fransch verstond, be diende. "We kregen soep en schapenvleesch met olijven wat heel lekker was en ge stoofde perziken toe en mochten zooveel wijn-en-water drinken als we zelf verkozen. Het internationaal gesprek was intusschen levendig. Alleen Alice, het Engelsch-Indische kind, zat stil mokkend voor zich uit te sta ren. De chaperonne deed in onverstaanbaar Fransch haar best 't een en ander over^ Mar seille te vertellen, de Zwitsersche sprak*dwe pend over „la Méditerranée" en 't Duitsche gouvernantetje legde ook een duit in 't zakje, ons aanradend den volgenden dag een zee bad te nemen. Na tafel bleven we nog even praten, zoch ten toen onze kamer op, waar Ien aan haar moeder ging zitten schrijven en ik onze reis- idyllen voortzette. Brieven naar huis schrijf ik pas als we weer op les Calvaux terug zijn. Terwijl ik op reis ben stuur ik alleen maar „aanzichten" aan mijn liefhebbende familie leden. Ina ligt er alweer in en vraagt of ik als-je- blieft wil uitscheiden, 't Voornaamste is nu wel opgekrabbeld, dus vooruil maar! Ik hei/ benieuwd wat ik morgenavond om dezen lijd weer te noteeren zal hebbeöj Hoofdstuk IX. Marseille 29 Juni. Neen maar, wat ik nu le noteeren heb, ver moedde ik gisteren in de verste verte niet! Iioe zou ik 't ook gekund hebben! O, dat loe- vfil, dal onvolprezen, heerlijke toeval, dat me een öogenblik" in 't hoogste transport van vreugde bracht! Zelfs nu ik ruimschoots den tijd gehad heb 't feit te verwerken voel ik, terwijl ik 'l op ga schrijven, 't bloed naar mijn wangen stijgen. Ik zou 't zóó wel uit wil len jubelen, op gevaar af het heele home in den laten avond op stelten te zetten, maar ik 'bedwing me natuurlijk. Ik ben meerder jarig en weet me te gedragen! Ook zou ik me doodgenceren voor Ina, die er natuurlijk alles van begrijpt, maar heel bescheiden niets ge vraagd heeft... Goeie Icn, ze is zoo fijngevoelig en lief, zoo'n echt aristokraatje-van-binnen. Evenals de vorige avonden ligt zij er al weer in en slaapt, of... doet alsóf, zoodat ik ruimschoots gelegenheid heb mijn overvol gemoed ten minste op papier uit te storten. Vanmorgen, vóór achten al, stonden wc op straat met parasols en Baedeker gewapend. We zouden beginnen met een bezoek aan Notre-Dame-de-la-Garde, de beroemde cathe dra al, die boven op een rots gebouwd, hoog boven de stad uitsteekt en door de zeelieden reeds van verre herkend wordt. Op den klokkctoren staat, blinkend in de zon, het verguld Madonna-beeld als "t ware over den geheelen omtrek uit te zien. want Maria is da palronesse dezer kerk, wakend over de in nood verkeeren.de schepen op de blauwe, ver raderlijke zee. Mademoiselle Collard had ons duidelijk den korsten weg er heen uitgelegd, 't Was niet heel ver en zonder eenige moeite bereikten wij het gebouwtje, toegang gevend tot de kolossale lift, die ons naar boven heesch tot aan de trappen en terrassen, welke om de cathcdraal ziin heengebouwd. Van daaraf zagen we de Middellandsche Zee voor ons, een indruk om nooit te vergeten!. Het was een heldere, warme dag en de lucht en 't water waren van een blauw, zóó diep en doorzichtig als bij ons in 't Noorden niet bestaat. De stad, amphitheaters-gewijze uit de blauwe zeebocht omhoog rijzend, lag onder ons met haar witte, roodgedakte hul zen le midden van de prachtigste tuinen, vol donker groene dennen, fijngetintc ceders en zwarte cypressen. De blauwe haven met zijn schepen, de nóg blauwere zee, de rotsen en ■de groep eilandjes met 't beroemde Chateau 'd'If in hun midden, 't was alles van zoo'n overweldigende kleurenpracht, dat Ien en ik elkaar aanzagen met niet begrijpende oogen. „Knijp me eens in mijn arm. Ik heb een gevoel of ik droom," riep ik uit toen we ge heel boven waren en tegen de balustrade van 't terras geleund omlaag zagen en Ien, diep- ademlialend, trok haar wapperenden hoede-n- sluier wat meer aan en zei, terwijl een zalig koeltje, frisch en zilt ons om de ooren streelr „Willy, kind, dat is <de wind van Afrika, die over ons heen komt. Zullen we een „Abstecherlje' 'naar Algiers en Tunis maken over die prachtige zeel" „Ja, laten we dal doen. En mag ik dan de eer hebben de dames te begeleiden," klonk een welbekende Ilollandsche stem en ons omwendend zagen we allebei verbluft in het lachend gezicht van Otto van Eeck. Onberis pelijk in een keurig licht-flanellen pak, zijn witten panama-hoed in de hand stond hij daar voor ons te buigen als een knipmes. „Otto, jij hier!" Het duizelde me en in een mengeling van lacherigen schrik en blijd- sch?» was 't even of er; pang, iets door mc heensclioot, terwijl wc handen schudden en ik Ina vroolijk hoorde zeggen: „Wat een allergrappigst toeval, meneei van Eeck, om u hier aan tc treffen!" Toen pas was ik weer mezelf, hoewel ilc voelde er meer dan. „pioenig" uit te zien. Olio's blauwe oogen straalden en opgewekt vertelde hij van zijn broer cn schoonzuster, die juist vandaag uit Indió terugkwamen en? door hem hier in Marseille van de boot ge haald zouden worden. Morgen gaan ze mei hun drietjes door naar Genèvc en een reisje van een dag of veertien door Zwitserland maken, voor ze naar Holland terug keeren* Als wij 't goed vonkten zou hij. dolgraag de paar uurtjes vóór de aankomst der hoot met ons doorbrengen en zich geheel naar onze plannen voegen, zei hij. Nu daar' hadden we niets tegen. „Hoe hebt u ons toch ineens zoo ontdekt,^ vroeg Ten, en Otto vertelde- „"Wel de vorige week was ik "s avonds bij de familie Westhoff en hoorde daar. dal u dezer dagen met uw beidjes een reisje door dtf Midi ging maken en waarschijnlijk ooK Marseille zoudt aandoen. De kans ctat ik zien zou was natuurlijk heel gering, maar ill beloofde je de groeten van je familie over tti brengen, Ms ik Je soms mocht tegenkomen* (Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1