EEN STRIJD OM DE ZON.
15d* Jaargang.
„DE EEMLAN DER".
Vrijdag 22 September 1916.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
N' 71.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
Hoofdredactie!
MARIE VAN VERSENDAAL.
Mr. D. j. VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF Co
ABONNEMENTSPRIJS:
f»r S maanden tooi Amersfoort f l.SO.
Idem franco per post*.1.80.
i Per week (met gratis verxekorlog tegen ongelukken)* 0.13%
Afzonderlijke nummers 0.05.
^tVekeiyksoh bijvoegsel „D* Holland*chHuUvromf* (onder
j redactie van Thérèse Hoven) per 8 mod. 00 ets*
(Wekelgkseb bijvoegsel au wu*T per 8 mnd. 03 ets*
i
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT I.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—regels f 0.80
Elke regel meer A.l.y
Dienstaanbiedingen 1—8 regels.. O .lo
Groote lettere naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bostaan seor voordoolige bep.iliji.-u
tot het horhaald adverteeron in dit Blad, by abonnemo.iu
Eene circulaire, bevattonde do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezondon.
Politiek Overzicht
De wereldstrijd in de
Dobroedsja.
Het nieuwste der tooneelen van den we-
•féMstrijd, het gebied tusschen Donau en
£wartc zee, dat den naam draagt van de Do
broedsja, heeft dadelijk eene groote ver-
fnaardheid gekregen. De strijd; die daar nu
jgaande is, herinnert ons aan de dagen van
Spanning, die wij in de eerste periode van
8en wereldstrijd hebben doorleefd. Wij zien
Shier, zij 't ook op kleine schaal, eene her
haling van .het gebeurde in Augustus 1914,
£oen Duitschland den inval deed in Noord-
Frankrijk en in 't voorbijgaan het Belgische
gebied overstroomde. Ook ditmaal is het
Duitsche legerbestuur den tegenstander
.voor geweest. Vóórdat de Russisch-Rumeen-
ftche strijdmacht, die in de aan Rumenië's
oorlogsverklaring voorafgegane weken in de
Dobroedsja was opgesteld, voor den inval
gereed was, trokken de vereenigde Duitsche,
Bulg'aarsche en Turksche troepen de grens
over en brachten den strijd over op het Ru-
jneensche gebied.
Met verrassende snelheid is hier gehan
deld. Na weinige dagen waren Turtukai en
Bilistria, als brughoofden voor een eventu-
eelen rivierovergang van gewicht voor het
Rumeensche leger, in het bezit van de bond-
genooten.
Van de nieuwe Rumeensch-Bulgaarsche
grens (die van 1913) verplaatstede strijd
zich naar de oude grens; hij bleef daar ech
ter niet staan. Het geslagen Russisch-Ru-
meensche leger moest nog verder teruggaan
tot achter eene linie, die van Rasowa aan de
Donau tot Tuzla aan de Zwarte zee loopt,
dicht voor den muur van Trejanus, die in den
^ijd van het Romeinsche keizerrijk is aan
gelegd tot bescherming tegen een inval van
He fear' volken aan de Beneden
Donau. Het daarachter gelegen gebied, de
Karasu, wordt doorsneden door den spoor
weg Cernr Konstanza, een onderdeel
yan de sj verbinding van Bukarest
met de Zwarte zee.
De nieuwe linie is eene vóórstelling van
'de vestinglinie CernavodaModzidiaKon
stanza, waarmee zij ongeveer evenwijdig
loopt; zij ligt ongeveer 15 h 20 Kilometer
ten zuiden van deze hoofdverdedigingsstel-
ting en is waarsohijnlijk in den allerlaatsten
tijd tot bescherming van die stelling aan
gelegd. Rasova, het steunpunt van de linie
yan de Donau, ligt aan den grooten weg
yan Silistria naar Cernavoda. Cobadinu,
het middelpunt van de nieuwe stelling, ligt
30 K.M. ten noorden van Cara Omer aan
den weg DobricModzidia. Tuzla einde
lijk is het oostelijke 6teunpunt aan de kust
van de Zwarte zee aan den weg Cavarna—
Konstanza. Men ziet daaruit, dat deze drie
hoofdsteunpunten van de nieuwe linie ge
legen zijn aan de wegen, die leiden naar
de hoofdsteunpunten van de linie Cornova-
da—Konstanza. De afstanden zijn niet ge
lijkmatig. Terwijl Rasova niet meer dan 10
K.M. van Cernavoda verwijderd ligt, be
draagt de afstand van Cobadinu tot Mo_dzi-
dia en die van Tuzla tot Konstanza onge
veer 20 K.M.
Het geslagen Russo-Rumeensche leger
heeft in deze nieuwe stelling versche troe
pen gevonden, die in allerijl daarheen wa
ren overgebracht, om het bescherming te
verleenen en gelegenheid te verschaffen
zich na den met groote overhaasting vol
brachten terugtocht op nieuw te verzamc
len. Die terugtocht is niet zonder kleer
scheuren geschied. De zeven divisiën, die
het geslagen leger sterk was, bezitten eene
sterkte van 100,000 combattanten aan in
fanterie; daarbij komen 30,000 man caval-
lerie, artillerie en verdere hulpwaper.en en
eindelijk aan non-combattanten 20,000
man. Dat maakt te zamen 150,000 man.
Wanneer men daarbij rekent het bij de
verovering van Tutr&kan bijna vernietigde
legerkorps met 40,000 man, dan komt men
tot een totaalcijfer van bijna 200,000 man.
Deze strijdmacht, die, afgezien van de Rus
sische en Servische contingenten, onge
veer een derde van het geheele Rumeen
sche veldleger uitmaakt, is in ieder geval
ontredderd en aanzienlijk verzwakt.
De veldtocht aan het zuidelijke Rumeen
sche front is dus ingezet met het verlies
van een aanzienlijk deel van de levende
Rumeensche strijdmacht. En op de kaart is
als uitkomst van dezen strijd van enkele
dagen aan te teekenen het verlies door Ru-
menië van de grootste helft van de Do
broedsja tot aan den smallen, zich slechts
over 60 K.M. uitstrekkenden gordel Rasova
—Tuzla, die êenerzijds door de Donau, an
derzijds door de Zwarte zee begrensd
wordt. Ook aan het noordelijke Rumeen
sche front, in Zevenbergen, doen de ge
volgen zich voelen. De pas begonnen Ru
meensche aanval is daar niet alleen tot
staan gekomen, maar de Rumeniërs zijn
weer verdreven uit reeds door hen bezet
te streken. De streek ten zuiden van Hats-
zeg, Petroseny en de Szurdukpas zijn weer
in Oostenrijksch bezit overgegaan.
De laatste berichten gewagen niet meer
van eene voortgaande aanvalsbeweging.
Het Duitsche hoofdkwartier meldt, dat de
strijd in de Dobroedsja tot staan is geko
men. Uit Bukarest wordt bericht, dat de
Duitsohers en Bulgéren verslagen zijn en
in duidelijke richting zijn afgefrokken. Dit
bewijst, dat de Duitsche keizer voorbarig is
geweest, toen hij verleden Zaterdag aan
zijne gemalin seinde, dat „eene beslissende
overwinning de met bekwaamheid en kraoht
gevoerde operatiën in de Dobroedsja be
kroonde." Heeft nu het geslagen Russo-
Rumeensche leger zich zoo spoedig kun
nen herstellen, dat het op zijne beurt den
tegenstander heeft kunnen verslaan? Dat is
moeielijk aan te nemen. Eerder is het aan
nemelijk, dat de strijdmacht van von Mac-
kensen het hoofd heeft gestooten voor de
zwaar versterkte linie, die den spoorweg
naar Konstanza besèhermt, en daarom te
ruggaat. Maar hoe <4it zij, de analogie tus
schen dezen strijd ep dien in het wésten in
Augustus en September 1914 wordt door
dezen loop van den strijd nog volkomener.
Het is de kentering van den stormvloed,
die zich nu voordoet evenals twee jaren
geleden.
De oorlog*
In het weseten is de algemeene toestand
onveranderd. Uit Parijs en Londen wordt
bericht, dat men zich heeft bepaald tot hét
beschieten van de vijandelijke stellingen
en tot het afweren van Duitsche aanvallen,
als die zich voordeden. Hetzelfde wordt ook
uit Berlijn bericht.
Ook de berichten van het oostelijk oor-
logstooneel gewageri slechts van wederzijd-
sche aanvallen, die allen werden afgewezen.
Alleen in de Karpathen werden op een paar
punten vooruitspringende gedeelten van het
Oostenrijksche front een weinig ingedrukt.
In Zevenbergen hebben de Oostenrijksch-
Hongaarsche troepen ten zuiden van Petro
seny de grenshoogten aan beide zijden van
den Vulkaanpas weder bezet. Volgens een
bericht uit Bukarest hebben de Rumeniërs
ten zuiden van Petroseny hun terugtocht ge
staakt en versterken zij zich daar.
In de Dobroedsja is de strijd tot staan ge
komen, volgens de mededeelingen van het
Duitsche hoofdkwartier. Een bericht uit Bu
karest spreekt er van, dat de Duitsch-Bul-
gaarsche strijdmacht geslagen is en in zui
delijke richting terug gaat.
Het nieuwe Grieksche kabinet heeft zich
bereid verklaard, als het door de Entente-
mogendheden wordt erkend, van zijne leden
diegenen op te offeren, die vóór hun minis-
tersohap de Entente hebben aangevallen of
ala Duitschgezind bekend staan.
Londen, 21 Sept. (R.) De Daily Mail
bericht uit Athene: De Russische regeering
heeft instructiën gezonden aan haren gezant,
waarin gezegd wordt, dat Rusland geen be
lang stelt in 't geen Griekenland doet.
Berlijn, 21 Sept. (K. N.) Het Berl.
Tageblatt ontleent aan de Russkoje Slowo
het berioht uit Bukarest, dat de commandant
van het derde leger, generaal Asian, tenge
volge van den val van Tutrakan fs afgezet.
In zijne plaats werd benoemd generaal
Averescu, terwijl de vroegere minister vfyn
oorlog generaal Krainitóhan in de plaats
van Averescu kwam. Generaal Georgiescu,
adjudant van den koning, werd naar het En-
gelsche front gezonden, waar hij aan het
hoofdkwartier verbonden is.
Mexico.
Washington, 21 Sept. (R.) Duizend
man troepen van Carranzu vereenigden zich
met Villa, toen deze verleden Zaterdag den
inval deed in Chihuahua.
Yerspreiae Berichten.
Londen, 21 Sept. (R.) Officieel be
richt. Het geschil in het spoorwegbedrijf is
geschikt. Het personeel ontvangt een ver
hooging van den oorlogsduurtetoeslag van
5 shillings per week. Er werd 10 shillings
meer gevraagd.
New-York, 21 Sept. (R.) Zeer ernsti
ge overstroomingen verwoestten een aan
tal districten van het Chineesche Rijk. Ver
scheidene steden staan blank. Gelukkig
kwamen weinig persoonlijke ongelukken
voor, maar de oogsten zijn voor 't overgroo-
te deel vernield. Een millioen menschen
zijn zonder onderdak. Er wordt beroep
gedaan op de fujlpvaardigheid van het bui
tenland.
Kameroverzicht.
Eerste Kamer
In de zitting van gisteren kwam aan de
orde de beraadslaging over het gewijzigd
ontwerp-adres van antwoord op de Troon
rede.
Dit ontwerp-adres luidt als volgt
Mevrouw I
I. De Eerste Kamer der Staten-Generaal
zag weder met levendige vreugde Uwe Ma
jesteit, vergezeld van Zijne Koninklijke
Hoogheid den Prins der Nederlanden, te
midden der Volksvertegenwoordiging.
2. Met Uwe Majesteit zijn wij dankbanf,
dat de vrede voor ons volk behouden bleef.'
3. Het was ons aangenaam van Uwe
Majesteit de verzekering te mogen ontvan*
gen, dat de betrekkingen met alle Mogend
heden van vriendschappelijken aard zijn.
4. Met onverdeelde instemming en
groote voldoening namen wij kennis van
het vaste voornemen van Uwe Majesteit om
ook in het vervolg de plichten na te komen'
die aan eene Aeutrale natie door het volken-]
recht zijn opgelegd. Waar Uwe Majesteit
vast besloten is onze onafhankelijkheid te
verdedigen en naar vermogen onze rechten
te handhaven, tegenover wien het ook zij/
zijn wij er ten volle van overtuigd, dat het
geheele Nederlandsche Volk vastberaden;
achter Haar staat
5. Voor de belangrijke mededeelingen
aangaande den algemeenen toestand van
Ons land en de overzeesche gewesten, in
het bijzonder wat betreft de militaire en een»
nomi9che aangelegenheden, betuigen wij
onze erkentelijkheid.
6. Het verheugde ons, van Uwe Majes
teit te mogen vernemen, dat op tal van
plaatsen'in Nederlandsch-Indië door inge
zetenen van allerlei landaard is betuigd ge
hechtheid aan het Nederlandsch gezag en
bereidvaardigheid om daarvoor persoonlijko
en geldelijke offers te brengen.
7. Uwe Majesteit kan rekenen op enzè
toewijding bij het vervullen van onze taak.
8. Wij stemmen van ganscher harte in
met de bede, dot God ons ook in dezen zorg"
vollen tijd moge bijstaan.
Bij de vierde alinea:
Met onverdeelde instemming en gro6t«
voldoening namen wij kennis van het vaste
voornemen van Uwe Majesteit om ook in
het vervolg de plichten na te komen dia
aan eene neutrale natie door het volken
recht zijn opgelegd. Waar Uwe Majesteit
vast besloten is onze onafhankelijkheid te
verdedigen en naar vermogen onze rechten
te handhaven tegenover wien het ook zij/
zijn wij er ten volle van overtuigd, dat het
geheele Nederlandsche volk achter haair
staat, vraagt de heer Van Kol 't woor<t
Spr. deelt mee bij het onderzoek niet ge
slaagd te zijn een opmerking in 't begin üz
te losschen. De toegevoegde formeele be
zwaren hebben op Spr. geen indruk ge
maakt, waar in den oorlog jpoveel slacht
offers zijn gevallen. Spr. wijst er op daft
thans een koninklijke daad op zijn plaat*
was geweest. Stappen tot het bijeenroepen
van de conferentie van neutralen, waar
voor Nederland in 't bijzonder aangewezen
is, had Spr. verwacht. Spr. merkt vervol-
Uit het Noorsch van Hulda Garborg.
Vertaald door
A. M. VAN DER LINDEN-VAN EDEN.
24
„Dat weet ik heel goed. Maar u vertegen
woordigt op het oogenblik het kapitaal, dat
Hit kerspel kan koopen; dat Is van grooten
invloed op den gang vs i zaken. Daarom
Jsineek ik u één ding: forceer de plannen,
(Waarmee u omgaat, vooreerst niet; laat ons
jeen weinig tijd. Maar vóór alles: laat den
jouden Gunnar in vrede sterven!"
Zij boog.- zich voorover op de tafel en
Schreide zacht; het was zoo hopeloos een
jberg te smeeken zich te verzetten en zij kon
tniet onder woorden brengen wat zij op dit
(oogenblik gevoelde.
Hij stond op en ging naar de deur. Dit werd
fcelaèhelijk.
„Mevrouw, u maakt mij werkelijk bedroefd,
|k..."
Zij droogde haar oogen, richtte zich op,
frnaar keek hem niet aan.
„Vergeef mij. Maar het beteekent alles voor
fcnij"
-Ik begrijp uw gevoelens zeer goed, maar,
Waarde mevrouw Runge, zulk een idealisme
ihoort niet thuis in deze wereld. Maar, het is
Waar. ook. ruag ik yragen: Kojut fiat zoon, de
ingenieur, spoedig thuis? En wat denkt u
dat hij als modern..."
Eli stond op en viel hem in de rede;
„Mijn zoon is met Kerstmis klaar en komt
dan, zooals van zelf spreekt, thuis.
„Zoo, dan wil ik toch even zeggen dat er
voor hem natuurlijk plaats zal zijn in het be
drijf der Maatschappij, als hij dat mocht wen-
schen.' Ilij heeft, zoo ik hoor, de beste oplei
ding gehad cn bovendien is hij uw zoon."
Hij boog beleefd.
Eli trok haar wenkbrauwen op, zooals zij
gewoon was te doen als iels haar niet beviel.
„Dank u, dat is zeer vriendelijk. Ik zal het
■hem natuurlijk meedeelen, ofschoon ik gerust
kan zeggen dat zijn belangen niet in die rich
ting liggen. Hij heeft een speciaal doel, en,
met het qop (>nrrp, heeft hij gestudeerd."
Meneer Ilaave glimlachte.
„Ja, ja. Ik wilde het u alleen maar zeggen.
Hij is trouwens nog niet eens thuis. U hadt
gelijk met hem naar het buitenland te zen
den. Het is niet goed altijd in denzelfden
kring rond te loopen."
„Het is gedeeltelijk toevallig. Wij hebben
daar vrienden. Maar ik wenschte ook dat hij
een vrijen blik zou krijgen op de dingen hier.
Dat krijgt men 't best op een afstand."
Wat hij nu verder nog zei, was in den con
versatie-toon, gemakkelijk en glimlachend.
,Nu, is hij een echte Noor, dan zal hij er
inlets tegen gehad hebben om op reis te gaan."
,Neen, wij sluiten ons niet zoo vast binnen
onze muren op, of blijven in denzelfden kring
irondloopen."
,Och n-een, een weinig Vikingbloed zit er
nog wel In ons. Maar meestal kruipen wij
liever bijeen op onze aardhoopen bij de op-
.ifiMttfih 2009k ié kabmiteift. en jftPü kunnen opbrengen bij verkoop, yoor mü
aardmannetjes. Maar wij, menschen van
dezen tijd, willen dc schatten voor den dag
brengen, mevrouw Runge."
Zij glimlachte bitter.
„Om ze le geven aan de menschen, die nooit
een spade in den Noorschen grond hebben ge
stoken of aan hen, die nooit een ge'dachtc heb
ben geschonken aan den roof, die aan het volk
gepleegd wordt."
„U is bitter en onverzoenlijk, mevrouw
Runge, en uw rêdeneering is mij onbegrijpe
lijk. Maar nu u het volk noemt,, moet ik u één
ding zeggen. De menschen hier zouden anders
heter gediend worden door bijv. den grooten
waterval te verkoopen, waarovCT het kerspel
mag beschikken dank zij u en uw voortref-
felijken vader dan dat die nu gebruikt zal
worden om boterkarnen te schudden en te
^draaien voor de melkmeisjes van het dorp, als
zulk ^en inrichting bovendien mogelijk is. Dit
is namelijk zeer twijfelachtig. Geloof mij,
mevrouw, het geheel zal kinderwerk blijven
zonder een zeer groot kapitaal, zóó groot dat
het, in een klein, arm kerspel, niet gemakke
lijk door de ingezetenen zal kunnen worden
opgebracht"
Eli zag hem recht in de oogen.
„Weet u wat ik vind, meneer Haave? Ik
vind het misdadig dat het kapitaal zóó mach
tig wordt dat het een geheel arm kerspel kan
koopen, en vooral wanneer zij, die dit kunnen
doen, vreemden zijn. Dan noem ik het erger
-dan een misdaad."
Hij glimlachte en zei met een lichten spot:
„Dus ook socialiste!"
„Het doet er niet toe wat ik ben óf hoe u
mij noemt. In ieder geval kan ik u verzekeren
idat de sommen, die onze waterval misschien
niet opwegen tegen zijn vermogen om vele
boterkarnen tegelijk te drijven. Het Is niet de
letter, maar de geest waarop het aankomt. De
kleine boterkarnen vertellen ccn lange, duide
lijk sprekende overlevering, meneer Haave."
„Maar mevrouw, een beetje praktlcscher
mochten wij toch werkelijk wel wezen, zelfs
hier in Noorwegen, het geboorteland der reu
zen. Wij kunnen niet stilzitten en slapen cn
verzen maken op bergnimfen, wanneer het
leven daarbuiten om ons heen bruischt. En
het is mijn vaste overtuiging dat het kerspel
zich op den duur niet tegen onze plannen zal
verklaren. Denk over dit alles eens rustig na,
mevrouw, en u zult spoedig inzien dat ik ge
lijk heb."
„Och, wij komen niej verder. Wij spreken
als uit twee verschillende werelden en u zult
er ternauwernood iets van begrijpen hoe vol
strekt onbeduidend vele van uw zoogenaamde
-rijkdommen voor mij zijn. Maar zoolang als ik
er ben, blijft het zooals mijn vader het heeft
gewild en zooals ik het wil."
„Maar neem mij niet kwalijk dat ik nog-
eens uw zoon noem. Gelooft u dat hij gediend
zal zijn var. deze opvatting?"
Zij bleef voor zich uit zien.
„Mijn zoon? Ja, meneer Haave, dat geloof
ik."
Hij trok zijn schouders op. „Ja, ja dan
zal ik nu afscheid van u nemen, mevrouw."
Zij nam een paar rozenbladeren op van den
witten tafellooper.
„Maar de iris-stekjes?" Zij glimlachte bijna
onmerkbaar.
„Wat zegt u o ja. Zeker, dank u, wanneer
het u gelegen komt, maar haast heeft het
niet," v
„Het komt uitstekend gelegen. Als 't u blieft
wilt u meegaan naar den tuin?"
Een poos later reed hij over de heuvels met
een pak Iris-stekjes op zijn knieën. Hij slocgL
met dc zweep op het stramme paard, en da-
slagen hielden maat met zijne gedachten. Er
was iets ln deze vrouw, dat hem prikkelden
bijna tot razernij bracht. Zelden had hij zich'
meer verslagen gevoeld; hij had er niet eens
aan toe kunnen komen haar een beetje het hof
te maken. Zij had een uitwerking op hem als
een ijsberg, koud en helder maar natuurlijk'
met een brandenden krater onder de opper*
vlakte. Dat had hij ontdekt toen zij schreide
en ook toen zij boos was, ofschoon zij zich be*
trekkelijk heel goed had beheerscht. Niefe»
tegenstaande dit alles was er toch iets in haan
dat hem beviel. Zij was in ieder geval niet zoafc
langdradig als dc dominc svrouw of als (hl
sigaretten rookende. mevrouw Guliksen,
„Zeg, haast je wat, oude knol!" Hij had ge*
dacht dat zij verstandig m< len oude»
Prcestgard zou willen spreken, laar hij wist
nu dat zij daarvoor niet te vinden zou zijn*
Die Olav Prcestgard was toch ook een onnoo*
zele hals, dat hij zelf dc zaak niet in orde kon
maken.
Maar morgen zou hij daar toch heengaat
voordat hij naar Engeland vertrok.
En die bespottelijke irisplanten. Toen waft
ze hatelijk geweest.
Hij slingerde het pakje weg zoodat het iö
den greppel terecht kwam. Hij kon toch niet$
op den koop toe, met die irissen thuiskomen*
„U verliest Iets, wil Ik het oprapen?" zei dt
jongen achter hem.
CNordt yéryolgd,^