EEN ST8ÏJD OÏDE ZON. 15d* Jaargang. „DE EEMLAN DER' Donderdag 28 September 1916. BUSTEN LAND. FEUILLETON. N* 76. Nabetrachting over den Gemeenteraad. KOLONIËN. Hoofdredactie: MARIE VAN VERSENDAAL. Mr. O. J. VAN SCHAARDENBURO. Uilgevers: VALKHOFF C ABONNEMENTSPRIJS: ^er 8 maanden voor Amersfoort f I.SO. Idem franco per post1.80, Per week (metgratis rerzekering tegen ongelukken) - 0.12&. Afzonderlijke nummers0.05. ^Vekelykaoh bijvoegsel „Da Holtondtchs Huiwrcntw" (onder redaotie van Thérèae Hoven) per 8 mnd. 50 ets. iWekeliikseh bijvoegsel #/Ws m# nuf per 8 mnd. 52 ets. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIES: Van 1—5 regels.. O.Nii Eikeregel meer0.15 Dienstaanbiedingen 15 regels.. Grooto lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijl bestaan zeer voordeelige bepalni_>< n tot hel herhaald advertoeron in dit Blad, bij aboiiooinuut. Eene circulaire, bevalteodo do voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kennisgeving. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Amors- lbortr .Gelet op arlt. 6 en 7 der Hinderwet, Brengen ter kennis van het publiek, dat een jdoor C. Kaayk Kzn. ingediend verzoek, met bij- •tegen, om vergunning tot het uitbreiden van 'jMne cacao-, chocolade- en suikerwerkfabriek door plaatsing van een 10 P.K. Svenska Eleclro Öraaistroommotor tot het drijven van verschil lende machines, en een stoomketel met een stoomdruk van 6.2 K.G. per c-M.2 cn een ver warmingsoppervlak van 10 M2., in het perceel alhier gelegen aan den Arnhemschenweg nos. 168 en 170 bij het kadaster bekend onder sectie no. 2732 en 2852 op de secretarie der ge meente fër visie ligt, en dat op Maandag den October aanstaande, des voormiddags te half elf uren gelegenheid ten Raadhuize wordt gegeven om, ten overstaan van het gemeente bestuur of van één of meer zijner leden, bezwa ren tegen het uitbreiden van de inrichting in te brengen. Tot het beroep, bedoeld in art. 15, le lid der Hinderwet, zijn volgens cie bestaande jurispru dentie, alleen zij gerechtigd, die overeenkom stig" artikel 7 der Hinderwet voor het gemeen tebestuur of één of meer zijner leden zijn ver schenen, teneinde hunne bezwaren mondeling toe te lichten. Amersfoort, den 25. September 1916. Burgemeester en Wethouders voornoemd. De Secretaris, De Burgemeester, A. R. VEENSTRA. v. RANDWDCK Veel na te betrachten valt er ditmaal niet. ,Wel is er nog al een en ander gezegd, maar met alle respect voor onze achtbare vroed schap, veel zakelijks werd er, met uitzonde ring misschien van door den heer Kroes, niet naar voren gebracht. De heer Kroes gaf zelfs zijn medelid Leinvveber een terecht wijzing, die z. i. smoesjes deed hooren, die in den Raad niet te pas komen. De belang rijkste besluiten passeerden zonder discus sie, de revue n.l. tot aankoop van grond voor den bouw der gemeentewoningen en tot aanleg van den verbindingsweg acht$" de kazerne voor de bereden wapenen. De aanvrage voor een crediet voor den bouw van de brug tegenover de Coninck- straat bezorgde den Directeur der Gemeen te bedrijven een vrij krasse afstraffing van iden heer Kroes, welke de Burgemeester slechts kon beamen. De heer Hofland trachtte er den wethouder voor te laten op draaien, maar de voorzitter zette hem niet onaardig in een hoekje. Had de heer Hof land nu maar in de Commissie van Fabri cage gezeten, aldus ongeveer de voorzitter, dan had hij ons met zijn deskundig advies kunnen dienen. Daar had ons roode raads lid niet van terug en mogelijk zag hij zelf wel in hoe zonderling zijn verlangen was, dat B. en W. van alle zaken in de finesses op de hoogte zijn. De directeur der Gem. Bedrijven kreeg nog tweemaal een duwtje. Bij het voorstel tof verbetering van het Smallepad kwam de heer Kroes op tegen het gebruik van kunststeen voor trottoirban den. Bij de verbetering van den Utr. weg had de heer Beltman het gebruik ervan ont raden en nu bij zoo'n drukken verkeersweg zou er een proef mee moeien genomen wor den. Dat kan de heer Kroes niet goedkeu ren en de Raad ging met hem mee, zoo dat B. en W. het voorstel terugnamen en een en ander nog eens zullen overwegen. En bij het ter sprake brengen van de slooping der perceelen Langestraat, had de directeur verklaard, dat er slechts twee fir ma's voor dat soort werk waren. Dan is de directeur niet op de hoogte van zijn taak, of hij heelt onwaarheid gespro ken, zei de heer Kroes. Neen het was \oor den directeur der Ge meente Bedrijven geen gelukkige avond. Naar aanleiding van het genomen besluit, tot aankoop van bcomen aan den Leusder- weg, vernemen wij, dat deze boomen staan op grond gekocht door den heer G. v. d. Heyden, die eigenaar der boomen wordt, zoor deze vóór 1 Jan. a.s. niet geveld zijn. Dat zou dan toch een zonderlinge misreke ning zijn! d De heer Hofland polemiseerde nog een poosje tegen het Militair Gezag, waarbij slechts de lankmoedigheid des voorzitters viel te bewonderen, die spr. zijn requisitoir, dat ook tegen de vrijzinnigheid scheen be doeld, kalm liet afdraaien. Jammer toch, dat zooveel oratorisch ta lent in d? ruimte verloren gaat! X. IJ. Z. Politiek Overzicht De wereldstrijd in het westen. Gedurende bijna drie maanden woedt thans de strijd op het onderdeel van het groote van het strand der Noordzee tot aan de Jura reikende westelijke front, dat in het noordwesten ligt aan weerszijden van de Somme. Den len Juli zijn de hier gecombi neerd handelende Engelschen en Fran- schen er in geslaagd in een omstreeks 22 KM. breed front de Duitsche linie aan bei de zijden van de van het oosten naar het westen loopende Somme in te deuken. Sints dien dag is daar de hoofdmacht van de ge allieerden, bestaande uit meer dan een mil- lioen strijdenden en beschikkende over eene niet alleen wat het absolute cijfer betreft, maar ook in verhouoding tot de andere wa penen buitengewoon machtige artillerie, be zig met te trachten daar een bres te slaan in het Duitsche verdedigingsfront. Op dit ééne onderdeel concentreert zich de strijd in het westen. In de dagelijksche bulletins, c'ie de verschillende hoofdkwartieren uitge ven, wordt verder eigenlijk alleen'nog het- oude strijdgebied benoorden Verdun ge noemd; slechts bij uitzondering worden an dere punten van het uitgestrekte front ver meld. Maar ook daar is de strijd van geringe beteekenis. Men kan zeggen, dat bij Verdun de strijd gemarkeerd wordt en dat hij overi gens in het geheele westen rust, behalve op dat ééne gedeelte, waar beide-partijen in eene geweldige inspanning hunne krachten tegen elkaar meten. De uitkomst van dezen strijd is tot dusver geweest, dat de Duitschers gestadig, maar uiterst langzaam zijn teruggedrongen. Hier wordt om iederen voet gestreden. Ten oos ten van de op 1 Juli ingedrukte frontlinie loopt evenwijdig daarmee en op gemiddeld 13 KM. afstand een weg, die in vrijwel rech te lijn g$at van Bapaume naar Péronne. Men is nu tot dicht bij dien weg gevorderd. Het gewichtige kruispunt CombLes». waar vijf we gen samenkomen, ïs eergisteren in hef bezit van de geallieerden, gekomerv. Ten noorden en ten zuiden van Combles zijn zij reeds ver der naar het oosten doorgedrongen.•Bapau me en Péronne zijn nog in het bezit van de Duitschers, maar men rekent daar met de mogelijkheid, dat ook die beide punten in aDienbaren tijd zullen moeten worden prijs gegeven. Dan zal het Duitsche front 13 Kilometers verder oostwaaj^s teruggebracht zijn als vrucht van een strijd van drie maanden. Dit resultaat is zeker nie zonder gewicht, maar het eigenlijke doel van dezen strijd is toch iets anders. Dat is niet het Duitsche front in te drukken, maar er door heen te breken. Van een doorbraak echter is nog niets te bespeurener is van een bres, waardoor de stroom der overwinnaars met onweerstaan baar geweld zich een weg kan banen, nog niet het begin aanwezig, en die zou er moe ten zijn om de Duitsche linie niet meer houdbaar te maken. Op dat punt schijnt men aan Duitsche zijde nog al gerust te zijn. Een Duitsche deskundige, generaal von Blume, beoordeelt den toestand aldus..Wanneer de geallieer den de linie BapaumePéronne werkelijk bereiken en dan vermoeid halt maken, dan hebben zij niets bereikt dan een voor den strategischen toestand geheel onverschillige indeuking van ons verdedigingsTront. Het zou zeer dicht komen bij eene nederlaag voor hen. Indien zij echter den opmarsch verder willen voortzetten en dus tot den be- wegingsstrijd overgaan, hetgeen zij slechts zouden kunnen met achterlating van het grootste gedeelte van hunne zware artillerie massa, waaraan zij het bescheiden succes, dat tot dusver is behaald, in de eerste plaats hebben te danken, dan zou daartegen voor ons ook-geen bezWaar zijn. Het zou van be lang zijn te zien, hoe de jonge Engelsche troepen en hunne aanvoerders zich zouden kwijten van de dan hen wachtende taak." Met dit oordeel stemt overeen dat van een neutralen deskundige, den militairen mede werker van Svenska Dagbladet, die schrijft „Strategisch beschouwd, is het Duitsche front in het westen door den grooten Sep- temberslag in 't minst niet geschokt of be schadigd. De Duitschers zijn hier in de ge legenheid, kalm eenige Kilometers terug te gaan over 't geheet genomen, wordt hunne stellingi. n 't minst niet daardoor beïnvloed." Eenigszins uitvoerig geeft een vertegen-1 woordiger van de Associated Press reken schap van de meening, die hij zich op grond van een persoonlijk onderzoek heeft ge vormd hij schrijft „Aan het Sommefront ondersteunt het Duitsche leger eene vernielingstaktiek, die zijne tegenstanders tegen zich richten. Mijn eigen oordèel is, dat de actie aan de Som me, onafgebroken voortgezet, de volkomen vernietiging van het Engelsch-Fransche le ger ten gevolge zou kunnen hebben. De verliezen van de Duitschers zijn niet ge ring, maar de loop van aken, de door het beperkte terrein zeer bemoeilijkte aanvals- taktiek van. cle geallieerden, moet de ver liezen van dezen buitengewoon verzwaren. De aanvaller moet, om de linie van den te genstander te bereiken, bij voorbaat reke nen op eene vuurovermacht van zijne in fanterie eit daaraan beantwoordende mas sa's laten aanrukken, waarin spervuur- en machinegeweren de zwaarste verwoestingen kunnen aanrichten. De verdediger, zelfs aan de Somme, waar men menige militaire berekening door eene antlere heeft moeten vervangen, behoudt altijd ^hog zijne eigen aardige negatieve voordeelen, die de stel- lingstrijd hem biedt. Hij wint geen terrein, maar decimeert de troepen van*den tegen stander, hetgeen in de tegenwoordige pha se van den oorlog van het grootste gewicht is Het plan van de geallieerden tot verdrij ving van "de Duitschers uit Frankrijk en België zal een vrome wensch blijven zoo lang de Engelsch-Fransche troepen zich niet het initiatief kunnen verschaffen in een bewegingsstrijd, en dat is natuurlijk onmo gelijk op een front van 45 Kilometers, dat precies zoo is gevormd als de voortzetting er van in de flanken. Voor een bewegings oorlog hebben heden de Fransche troepen bezwaarlijk meer de eigenschappen en de Engelsohen zeer zeker niet de offjcièren. De toktiek van de „meeste artillerie en mu nitie" zou in den bewegingsstrijd waarde loos zijn, en daarmee zou een moeielijk uur voor de geallieerden in Frankrijk ge- sla. en hebben." Zoo luidt het oordeel van dezen schrijver, die zijne meening resumeert in de opmer king, dat eene nuchtere beschouwing van den toestond in het westen door de Entente haar er toe zou kunnen brengen een einde te maken aan den oorlog. Dat men hier en daar de Duitsche linie indrukt is geen suc ces ter wille waarvan een verstandige staatsman nog meer menschenlevens zou willen opofferen. Dit is natuurlijk een geheel «persoonlijk advies. De toon, die klinkt uit de beschou wingen, die in de Entente-pers worden ge leverd naar aanleiding van de jongste wa penfeiten in het Sommê-gebied, doet niet verwachten, dat aan dit advies gehoor zal worden gegeven. De oorlog* De ten noorden van de Somme behaalde voordeelen. werden gisteren bevestigd en op sommige punten nog uitgebreid: door de Engelschen ten noordwesten van Fiers en ten noordwesten van Thiepval, door de Fron* schen ten zuidoosten van Rancourt. De Franschen drongen door in het bosch van Soint-Pierre Vaast. Ten zuiden van de Somme is ten oosten van Vermand—Ovillers een bosch veroverd» dnfr een .weinig vooruit stok in de Fransche linie. President Poincaré en de koning van En geland hebben elkaar wederkeerig geluk ge- wenscht met het behaalde succes. Van geen der vérdere oorlogstoonecleo zijn belangrijke berichten ontvangen. Volgens een bericht van Reuter uit Athene, heeft de Grieksche ministerraad, met instemming van den koning, besloten tel militaire samenwerking met de Entente. Een der eenheden van de Grieksche vloot, de pantserkruiser Hydra, is op dit besluit reeds vooruitgeloopen en heeft zich bij da vloot van de geallieerden gevoegd. B e r 1 ij n, 2 7 Sept. (\V. B.) De vlieger luitenant Wintgens, die 20 tegenstanders neergeschoten heeft, is na een harden luoht- strijd tegen eené aanzienlijke overmacht ge vallen. Londen, 27 Sept. (R.). 22 leden der bemanning van de^Zeppelin, die den 24en vernitigd werd, zijn met militaire eerbewijzen begraven. Zes officieren van het vliegers korps droegen de kist van den commandant Londen, 27 Sept. (R.) Bericht vad Lloyds van den 26en. Elf visschersschepen uit Scarborough moeten in den grond geboord zijn. De vis- schersschuit Trinidad is tot zinken gebracht! de bemanning is gered. Londen, 2 7 Sept. (R.) Bericht var" Lloyds. Het stoomschip Dronwen is in den gron<! geboord. Berlijn, 2 7 Sept. (W. B.) De uitmun tende graanoogst in Duitsohland heeft hef mogelijk gemaakt, dat aanzienlijke hoeveel heden meel aan de gemeentebesturen zijn toegewezen. Van 2 October af zullen alle jeugdige personen van 12 tot 17 jaar extra' broodkaarten van 500 gram per hoofd en per week krijgen. Berlijn, 27 Sept. (W.-B.). De avond bladen constateeren, op grond van de ofii- cieele cijfers, dat van 2 Juni tot 1 Septem ber 1916 de varkensstapel in Duitschland met rond twee millioen is toegenomen. De overige veestapel is ook toenemende, Oost-lndiê. Pesf op Java. Regeeringstelegram betreffende pestge- vallen op Java van 25 Augustus tot en mei 7 September: Soerabaja (stad) 1 nieuw geval, 2 doodenj Toeloengagoeng 3 nieuwe gevallen, T doode; Kediri 1, Paree 1, Blitar 2, Probo- Een hei-idylle is meestal een zij-idylle f Uit het Noorsch van Hulda Garborg. Vertaald door A. M. VAN DER LINDEN-VAN EDEN. 29 - - - In zijn hoofd suisde en zong het: „Ik ben niet alleen hier! Zij staan rondom mij, allen, Hie stand hebben gehouden en gewerkt lieb- ï>en, hier op den gaard." Toen zette hij het paard aan, en in de bocht van den grooten weg werd Olav uit de slede 0eslingerd, en het verschrikte dier rende in jgeslrekten galop verder. Bedekt met schuim, jnet het afgebroken lemoen achter zich aan, kwam het alleen de straat van Viken inhollen en werd daar gegrepen. Maar den volgenden morgen werd Olav ge bonden. Zijn ééne slaap was verpletterd tegen sten stam van een gevelden boom. IX. MOEDERS DAG. In een landelijke herberg buiten een van Duitschland's academie-steden zaten vier Jonge menschen aan den maaltijd. Van de jlyncaade *o«p mat vleeschballetjes steeg een sterk gekruide geur omhoog, die in de lage kamer hangen bleef tegelijk met den herfstgeur van het najaar, die door het open venster naar binnen stroomde. Zij zalen op houten banken met hoogen leu ning aan een witgeschuurde, houten tafel en hadden het gezicht op het hoekje van den tuin, waar het geel van twee geweldig groote pompoenen uitblonk op een hoop afval onder aan den met mos bi^roeiden muur. Zij konden ook^ nog een gedeelte zien van hel natte, ver waaide bloembed met zijn violetkleurige herfst as Iers, herfstfloxen en de zich zeiven zaaiende goudsbloemen, die dicht bij den grond bleven en dóór blonken als kleine zon nen. Daarbovenuit zagen zij de takken van de roode stokrozen. Maar uit den moestuin dron gen alleen de geuren tot hen dóór van nuttige en voedzame dingen. De vier jongelieden gebruikten somtijds hun maaltijden hier aan den buitenkant van de oude academie-stad, die niettegenstaande haar 200.000 inwoners, zooveel van den een voud en de gezelligheid van een landstad had behouden. „Zum Löwen", was bekend om zijn goede tafel, en vele eenigszins welgestelde studenten, die aan de academie of aan de technische Hoogeschool .studeerden, gingen daarheen wanneer zij er tijd toe konden vinden. Deze vier jonge menschen waren Carl en Ka are en hun twee vriendinnen, Miss Marie Egersen uit Californiê en een Duitsch-Rus- sisch meisje uit de Oostzee-provinciën, die door de studenten „la Glu" werd genoemd. Maar haar eigenlijke naam was Lisa, en daar haar glimlach gevaarlijk en ondoorgrondelijk was, werd zii natuurlijk Mona Lisa cenoemrL Een naam, die haar in 't geheel niet mis haagde. Mona Lisa was een donkere schoonheid, slank cn lenig, met een massa blauwzwart haar, dat zwaar over haar voorhoofd cn over dc ooren viel en in een lossen wrong in den hals eindigde. Het was alsof de haarmassa haar le zwaar was, zoodat zij allijd met het hoofd een weinig achterover gebogen liep Haar hais was lang en mooi, en de oogleden lagen moede en mat over dö groote, zwarte oogen. Maar haar gelaatskleur Had den matgouden tint, die witte lelies door den zonneschijn krijgen. Wanneer zij achter in haar stoel ge leund zat in een geliefkoosd donker hoekje met haar sigaret tusschen de lippen, dan maakte haar door den rook gekleurde tint een minder gunstigen indruk. Miss Egersen was in alles haar contrast. Klein en aschblond met lieve, grijze oogen achter een hnil, die wat te groot was voor het kleine gezichtje. Zij was in Amerika geboren uit Noorsïbe ouders en sprak een sterk- sprekend Stavanger-Noorsch dialect. Ook Mona "Lisa verstond Noorsch, doordat zij eens bij een medestudente in Kopenhagen had gelogeerd en buitendien studeerde zij de talen en had, zooals zij zeide, een voorliefde opge vat voor Kaare Runge en voor Ibsen, dien zij nu zoowat kon lezen. Carl was een „oude Noorman'.' zoodat er een soort Noorsche taal gesproken werd door deze vier menschen, die hier van alle hoeken der wereld tesamen waren gekomen. „Och, doe dat raam dicht," zei Carl. „Ik bevries."- „Ben je 'dwaas, Carl, bet ihier gloeiend warm in de zon," Kaare had een afschuw van gesloten ramen; hij kon niet ademhalen in warmte en labaks- rook, die de anderen zoo uitstekend schenen te verdragen. „IJsbeer! bromde Carl. „En dan die lijk lucht van verrotte bladeren uit den tuin." „Foei, Carl," zei Mona Lisa huiverend. „Maar koud is het." Zij glimlachte haar zelfbewust lachje tegen K«re: „Niet waar, Viking, voor mij wil je het raam wel sluiten?" „Natuurlijk!" Kaare stond op en sloot het raam. „Maar dan moet ik spoedig op de vlucht gaan." „Verbeelding", spotte Carl. „Lees Plato: „Die Dinge dieser Welt, wclchc unsere Sinne wahrnehmen, haben gar kein wahres Sein: sie werden immer, sind aber n i e." Dus is hel hier niet warm en dus is hier ook geen tabaksrook." „En dan is het hier niet koud, als het raam open staat," zei Kaare. „Natuurlijk niet", zei Carl zuchtend; „maar de dames wenschcn het nu eenmaal gesloten." Mona Lisa knikte. „Zoo, maar ik wensch" Het volstrekt niet," zei Marie. „Ik iig, thuis op Porchcn op de veranda, weet je, dag en nacht." „Toch niet 's nachts, Miss Mary?" Mona Lisa glimlachte tot haar als tot een kind. „Och, je weet wel wat ik bedoel." „Ja, kleintje, jk begrijp je wel. Je bent immers ook een afstammeling van een Viking. Je bent een flink meisje. Hoera voor Noor wegen!" Zij rekte zich uit cn zetle een lcoket mondje Maar ieder woord dat zii zeide en iedere lenige beweging was slechts bestemd voor den Viking naast haar. Hij gevoelde dat zij zich bij hem indrong cn hem tot zich lokte met tccdere blikken, glim lachjes en warme, zachte handdrukjes. Hij gevoelde zich als gehypnotiseerd in haar nabijheid, gebonden en getrokken door onzichtbare banden. Zoo was het altijd. Vooral wanneer zij bij elkaar waren in haar kleine kamer, waar zij hem dikwijls ontving, en waar zij het zoo wonderlijk in stemming wist te brengen door het schijnsel van de Ooster- schc lampen. Dat gevoel kon stijgen tot een pijn, zoodat hij haar zou willen slaan of verstikken in een vurige omhelzing. Maai wanneer hij onder haar bcloovering weg was, dacht hij heel helder en eenvoudig: ik ben le sterk en le gezond daarvoor, ik moei weg van haar of Neen, Neen! liet niet op een accoordje gooien met zichzelven. Hij had haar niet lief. Afgeloopen. Mona Lisa was klaar met haar maaltijd, cn nu trok zij zich terug in haar hoekje met dc beenen op een anderen stoel, zooals haar ge woonte was. Carl citeerde glimlachend: „Ein Weib, dasS gcrade gebaut ist," und schone Füszc hat, isf wie die goldene Saülcn auf den silbernen Sluhlen." „Oef, Carl." Zij huiverde weer. "Carl en Mona Lisageleken sprekend oft elkaar. Hij was ook donker cn lang, maar waS nog blecker, cn zijn houding maakte den in* druk als van iemand die veel in huis zit. (Wordt yervnl i

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1