EEN STRIJD OM DE ZON.
is" jaargang.
„DE EEMLANDER".
Maandag 2 October 1916.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
N- 79.
Uitgevers: VALKHOFF C
fc
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
Politiek Overzicht
.hoofdredactiei VjERSENDAAL.
Mr. O. J. VAN SCHAAROENBURQ.
b
AB0NNEMENT8PBLJS:
JPer 8 maanden too* Amersfoort f i.SO.
Idem franoo per post1.80.
Per week (met grabs verzekering tegen ongelukken) 0.125.
Afzonderlijke nummers0.05.
Weke) ijk sob bijvoegsel D» RollondtcJu Rubvrouto" (onder
redaotie van Thérèae Hoven) per 8 mn<L 50 cis.
fWekelijkseh bflvoegsel nu nuf per 8 mn<L 59 ets.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels.. O.», a
Elke regel meer O.
Dienstaanbiedingen 1—5 regels.. O "l
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedryf bestaan zeer voordeolige bepaln.
tot het horhaald adverteeron in dit Blad. by abonnom»- i
Eene oiroulaire, bevattende do voorwaarden, wordt p
aanvraag toegezonden.
Geen uitzicht op vredes
bemiddeling.
De oorlogvoerenden steken waarlijk niet
Dnder sioelen of banken Hoe zij denken
Over de vraag: Oorlog óf vrede. Zij spreken
rich allen daarover uit in bewoordingen,
die eensluidend klinken. Allen willen zij een
vrede, die den waarborg van duurzaamheid
in zich bevat. De Engelsche minister Wal
ter Long heeft het heel mooi uitgedrukt; hij
heeft gezegd, dat. het vrede zal worden,
.Wanneer de grondslagen zijn gelegd voor
r,dien wereldvrede, die niet een dag, een
tiental jaren, of een menschengeslacht zal
duren, maar zóó lang, dat de wereld in staat
zal zijn zich te herstellen van den schok en
de verschrikkingen van- deze geweldige
worsteling." De anderen drukken het min
der fraai uit, m^arwat zij zeggen komt op
hetzelfde neer. Het is alleen maar jammer,
dat achter deze woorden ieder zijne eigen
gedachten verbergt, hetgeen maakt, dat al
len vervuld zijn van de gedachte aan voort
zetting van den strijd, zoodat het .nog niet
geoorloofd is aan de werken des vredes te
Üenken.
Daarmede is tevens het vonnis geveld
t>ver den wensch naar het einde van den
strijd, die onder de onzijdigen levendig is.
Men zal zich dien wensch uit het hoofd
moeten zetten, want voorshands is er geen
kans om hem te verwezenlijken. Zoolang
öe oorlogvoerenden zelf dezen strijd, waar-
In de halve wereld betrokken is, willen
voortzetten, kunnen de niet in den strijd
betrokkenen hun daj niet beletten. Juist
de ontzettende omvang van dezen strijd
maakt, dat zij, die er buiten staan, zich er
Diet in kunnen mengen, met het doel door
hunne bemiddeling de strijdenden tot elkaar
te brengen. Men ziet dat uit het besluit,
waartoe de conferentie van de regeeringen
der drie Skandinavische staten gekomen is,
rdat zij niet het initiatief zullen nemen om tus-
schen de oorlogvoerenden, te bemiddelen.
Dat besluit is volkomen begrijpelijk. Zij ont
houden zich, niet omdat de wil om in te grij
pen bij hen ontbreekt, maar omdat zij in
zien, dat bij allen goeden wil hun pogen
vruchteloos zou zijn.
Tot een gelijk besluit <is ook de Zwitser-
sche bondsraad gekomen. Die is van twee
zijden aangezocht stappen tot bemiddeling»
te doen: door de Ford-groep en door een
volkspetitionnemerft in Zwitserland zelf. De
bondsraad heeft daarover het advies uit
gebracht Aan de bondsvergadering, om aan
deze verzoeken niet dadelijk gevolg te ge
ven, maar ze naar hem te verwijzen. Dit
advies is aldus gemotiveerd:
De bondsraad verlangt met de verzoekers
van ganscher harte naar het einde van den
verschrikkelijken oorlog, die de vruchten
.van den beschavingsarbeid van een geheel
menschengeslacht verwoest; maar hij be
twijfelt, d^t de door de verzoekers aange
wezen weg de juiste is en in ieder geval
beschouwt hij het tijdstip voor het van hem
verlangde optTeden nog niet als gekomen.
Het kan zeker niet aan twijfel onderhevig
zijn zoo zegt de bondsraad woordelijk
dat met het oog op art. 183, paragraaf 2,
van de Haagsche conventie van 29 Juli
1899, voor eene vreedzame regeling, van
internationale geschillen de neutrale sta
ten het recht hebben, ook tijdens de vijan
delijkheden aan de oorlogvoerenden hunne
goede diensten of hunne bemiddeling aan
te bieden. Er is bovendien uitdrukkelijk be
paald, dat de uitoefening van "dit recht
nooit door een der strijdende partijen als
een onvriendelijke daad kan worden be
schouwd. Maar zal dat beletten,, dat in een
bepaald geval het béVniddelingsaanbocl als
eene lastige bemoeiing gevoeld en zelfs als
eene onvriendelijke handeling zou worden
beschouwd? Daarover helpen geeiie ver
dragsbepalingen heen.
Men heeft met het oog op het verlies aan
nationaal prestige, dat den voor eigen reke
ning handelenden staat dreigt als zijne be
moeiingen mislukken, het oog geslagen op
aaneensluiting van de neutrale regeeringen
met het doel van eene vredesinterventie.
Maar men vergeet, dat, wanneer een congres
van neutrale staten tot een resultaat zal lei
den, voor alles wat gebeurt de grondslag*van
èen vredesprogramma zou moeten worden
verkregen door diplomatieke onderhandelin
gen met de regeeringen van de oorlogvoe
rende staten. Dat echter bij den tegenwoor-
digen stand van zaken zulke diplomatieke
onderhandelingen niet kunnen worden ge
ve ~'-d, is niet van de hand te wijzen. Zoolang
niet in de oorlogvoerende stoten zelf de
openbare meening eene ingrijpende veran
dering ondergaat en in st t is die door te
zetten, schijnt het vruchteloos, ja gevaarlijk
het bijeenkomen van eene conferentie van
onzijdigen uit te lokken. De bondsraad blijft
van meening, dat eene vertrouwelijke ge-
dachtenwis^eling van de regeeringen meer
waarborg voor eene bepaalde uitkomst biedt.
Wal het denkbeeld betreft der bijeenroe
ping van eene algemeene statenconferentie
om te beraadslagen over eene internationale
rechtsregeling tot beëindiging van de alge
meene territoriale, economische en volken
rechtelijke geschillen, eene dergelijke poging
moet de' bondsraad kenschetsen als bij voor
baat gedoemd te mislukken. Men kan er bij
na zeker van zijn, dat geen van dev oorlog
voerende staten heden geneigd zou zijn naar
een dergelijk congres vertegenwoordigers te
zenden.
Dit zijn de overwegingen, waarop het ad
vies van den Zwitserschen bondsraad steunt.
Men voelt uit het voorstel om de verzoek
schriften naar den bondsraad te verwijzen,
dat de gedachte voorzit om ter gelegener tijd
op de zaak tÊrug te komen. Uitstel is in dit
geval geen afstel. Maar wanneer de beter ge
legen lijd zal aanbreken, ligt in eene onze
kere toekomst. Kenschetsend voor den geest
di nu de oorlogvoerenden bezielt, is de ver
klaring, die na het bekend worden van dit-
advies van den Zwitserschen bondsraad door
de Fransche en Engeische gezanten te
's Gravenhoge aan onze regeering is afge
legd, dat hunne regeeringen eene eventu-
eele poging van onzijdige staten tot vredes
bemiddeling als eene onvriendelijke daad
zoudën beschouwen. Derhalve is voor die
twee mogendheden het docr hen en door
all: aan hunne zijde strijdende staten gera
tificeerde verdrag van 29 Juli 1899 een doo-
de letter geworden. De wsreldstrijd maakt
zoetjes aan alle interr_ :onale verdragen,
voor zoover de oorlogvoerenden er in be
trokken zijn, tot vodden papier.
De oorlog.
B e r 1 ij n, 3 0 Sept. (W. B.) Berjcht uit
het, gióote hoofdkwartier van heden voor
middag.
Evenals de vorige dagen vielen de En-
gelschen ook gisteren met sterke krachten
tusschen de Ancre en Courcelette aan. Na
gevechten van man tegen man, met wisse
lend succes, werden zij afgeslagen. Overi
gens sights kleine partieele aanvallen en
artilleriestrijd, die ten noorden van de
Somme en Mn eenige sectoren ffen zuiden
van de rivier in den namiddag heviger
werd.
P a r ij s, 3 0 Sept. (Havas). Namiddag
communiqué;
De Franschen maakten met handgranaten
eenige vorderingen ten noorden van Ran
cour*. Er had met tusschenpoozen een ar
tilleriestrijd plaats in de sectoren ten noor
den en ten zuiden van de Somme. Overal
elders was de nacht kalm. Het slechte weer
houdt aan.
Avondcommuniqué.
Er was geen infanterie-actie aan het
Somme-front. In den sector Rancourt
Bouchavesnes was een levendjg artillerie-y
duel. Elders gebeurde"' nietS.
Londen, 30 Sent- (R.) Communiqué
van generaal Haig;
Gedurende den nacht beschoot de vijand
hevig hel gevechtsfront ten zuiden van de
Ancre. Wij versterkten het gistermorgen ge
wonnen terrein bij de hoeve Destremont, ten
zuidwesten van Le Sars en verbeterden onze
stelling in de streek van Thiepval.
Er werden tegen-aanvallen van den vijand
afgeslagen in de buurt van.de Stuff-redoute
en de Hessische loopgraaf. De gevechten in
deze streek waren gisteren zeer hevig en
onze troepen, die bestonden uit een divisie
van het nieuwe leger, toonde groote beslist
heid en volharding.
Er werd door een bataillon Londensche
territorials eij geslaagde ifwal gedaan ten
zuiden van Neuville St.-Vaast,-waar zij
vijandelijke loopgraven binnendrongen en
gevangenen maakten.
Avondcommuniqué.
De algemeene toestand is onveranderd.
Ten zuiden van de -Ancre werd het hevige
granaatvuur voortgezet. Gedurende den dag
werd onze linie een weinig vooruitgebracht
ten zuiden van Eaucourt l'Abbaye.
B e r 1 ij n I Oct. (W.-B.). Bericht uit het
groote hoofdkwartier van heden voormiddag.
Bij het leger van generaal-veldmaarschalk
Hertog Albrecht von Würtemberg en ook
op het front in Vlaanderen en Artois van de
legergroep van kroonprins Rupprecht van
Beieren legden de Engelschen een zeer
levendige patrouille-bedrijvigheid aan den
dag.
Op het gevechtsfront ten noorden van de
Somme stee^ de artilleriestrijd des middags
tot groote hevigheid. Wederom hadden bij
en ten oosten van Thiepval krachtige aan
vallen der Engelschen plaats, die, evenals
den vorigen dag, door de troepen van de
generaalszoon Stein en Sixt von Arnim na
hardnekkige gevechten van man tegen man
werden afgeslagen.
Van Rancourt uit en ten westen daarvan
bestormden Fransche regimenten vruchte
loos onze stellingen. Op zich zelf staande
aanvallen uit Courcfelette, Morval en ten
noord-westen van Hurlus mislukten door
ons spervuur.
Legergroep van den kroonprins. Rechts
ven de Maas hadden onder voorbijgaande
opleving van de artillerie-actie kleine en
onbeduidende gevechten met handgranaten
plaats.
i
P a r ij s, 1 Oct. (Havas). Namiddagcom
muniqué.
Aan het Somme-front tamelijk krachtige
artillerie-actie.
De Franschen maakten gedurende den
nacht met behulp ven handgranaten ten
zuid-oosten van Morval en langs de Somme,
ten zuid-oosten van Cléry, eenige vorde
ringen.
AaA het overige front bij tusschenpoozen
kanonnades.
Londen, 1 Oct. Communiqué van
generaal Haig.
Wij maakten vorderingen tusschen Fiers
en Le Sars. De vijand werd verdreven uit
het terrein, dat hij bij de Stuff-redoute in
den sector van Thiepval bezet hield.
Wij veroverden vrijwel de geheele
Schwaben-redoute. Invallen tusschen Ype-
ren en Neuve Chapelle berokkenden den
vijand veel verlies.** Tusschen deze beide
plaatsen ondernamen wij in den afgeloopen
nacht 16 geslaagde pqtrouille-raids, waarbij
een aantal gevangenen gemaakt werden/-
In een Duitsche legerorder, die in' onze
handen is gevallen, wordt nadruk gelegd op
het gewicht van dê stelling bij Lesboeuff, op
dat tijdstip als zijnde „het laatste bescher
mende punt onzer artillerie, dat onder geen
omstandigheid verloren mag gaan."'
Eenige dagen later veroverden de Engel
schen deze stellipg.
Londen, 1 Oct. (R.) De czaar heeft
aan koning George zijne warmste geluk-
wenschen 'gebracht met de prachtige» resul
taten van de Engelsche troepen in den
Somme-slag.
Koning George antwoordde met eene le
vendige dankbetuiging voor de gelukwen-
schen7~hem gebracht wegens het in samen
werking met zijne dappere bondgenooten
behaalde succes.
Londen, 2 Oct. (R.) Officieel bericht.
Zondagavond passeerden verscheidene
viiandelijkeluchtschèpen de oostelijke kust
lijn tusschen negen uur des avonds en mid
dernacht. Tot op dit oogenblik zijn er gecno
schaden gemeld. De raid duurt voort. Eenige
luchtschepen zijn in de omstreken van Lon
den', waar eenige afweerkanortnen in actie
zijn gekomen. Een luchtschip is neergeveld
en is brandende in het noorden van Londen
op den'grond gekomen.
Berlijn, 3 0 Sept. (W. B.) Bericht ui!
Ket groote hoofdkwartier "an heden voor
middag.
Front prins Leopold. Aan het Stochod-
front deed eene comppgnie van het Pöolsche
legioen een geslaagden aanval bij Sitowicz.
Ten zuidwesten van Wytoniec deden de Rus
sen een vruchteloozen aanval. In de streek
van Hukalotfce (ten noorden van Zborow)
namen wij in den nacht van 28 op 29 Sep
tember drie officieren en 70 man gevangen.
Front aartshertog Karei. Ten zuiden van
Str.-KIausura (Ludowagebied) en aan de Co-
man hadden goed voorbereide tegenaanval
len van de troepen van luitenant-generaal
Von Conta een volledig succes. Bij Str.-
Klausura werden 532 man gevangen geno
men en 8 machinegeweren buit gemaakt. Iiï
den Kirlibaba-sector werden Russische aan
vallen afgewezen.
Weenen, 30 Sept. (W. B.) Officieel
bericht van heden middag.
Legerfront Leopold van Beieren. Behalve
het afweren van een Russischen "aanval bij
Wytoniec en geslaagde voorhoedegevechten
bij het Poolsche legioen is er niets bijzon
ders gebeurd.
Legerfront 'Aartshertog Karei. De geveefb-
ten in het Lüdowa-gebied duren voort. Bij
een aanval werden aan de Russen 4 officie
ren, 532 man en 8 machinegeweren afgeno
men.
B er I ij n, 1 Oef. (W. B.) Bericht uit hef
groote hqofdkwartier van heden voormid
dag.
De Russert" hebben op verschillende pun
ten hun aanvallen hervat.
Front prins Leopold van Beieren. Ten
westen van Luzk is het vijandelijke vuur
sinds hedenmorgen vroeg in kracht toege?»
nomen,- Aan beide zijden van den spoorweg
BrodyLemberg en meer naar het zuiden
tot aan de Groberka bij Zafkow is den vij-
andeljjken opmarsch ten deelo door ons
spervuur halt geboden. Voor een ander deel
werd de tot zeven malen toe herhaalde
stormloop volkomen gebrokën.
Op den zuidelijken aanvalsvleygel heb
ben de Russen in onze voorste verdedi
gingslinie voet gekregen.
Front aartshertog Karei. Aar* beide 2ijden
van de Zlota-(,ipa is het tot hevige gevech
ten van man tegen man gekomen. Jn den
hoek tusschen de Ceniowka en de Zlota-
Lipa is de vijand vooruit gekomen. Meer
naar het westen hebben Turksche troepen
de in hunne verdedigingsb n gedrongen
vijandelijke afdeelingen gisteren en heden
morgen door een onmiddellijk ondernomen
Hij, die duizend vrienden bezit kan geen
enkelen missen en hij, die één vijand heeft,
Ontmoet .hem overal.
Uit het Noorsch van Hulda Garborg.
Vertaald door
A. M. VAN DER LTNDEN^VAN EDEN.
32
Carl keek haar weemoedig aan,
„Hartelijk dank, dat is eer lieve gedachte
fan je".
Toen gingen .zij.
Mona Lisa liep een poos zwijgend naast
tvaare voort. Toen fluisterde zij„Je hebt
ftiet geantwoord?"
„Neen."
Hij keek haar niet aan.
„Waarom niet?"
„Omdat Hij zweeg plot o!
„Omdat ik niet kan antwoorden -rooais ie
pilt." 1
li "Niet kunnen? En waarom niet?"
r „Omdat ik niet wil. Vergeef mij."
Zij sloot eon oogenblik de oogen, en balde
een kleine, witte hand, zoodat de nunfige
nagels zfch in de fijne, teere huid drongen.
Toen snelde zij haastig naar Carl, nam
zijn arm en zei„Kom, Carl, willen wij niet
liever een glas absinth gaan drinken?"
Carl keerde zich onwillekeurig om en
keek naar "Kaare, die met gebogen -hoofd
voortliep.
En hij zei„Ja, dat past ook beter bij ons."
En niettegenstaande het protest van Ma
rie gingen zij -heen.
Kaare voelde zich niet vroolijk ge
stemd. Het was of hij de deur had gesloten,
die toegang gaf tot een groot stralend feest
van vreugde en toen hij de kerk binnentrad
en het orgel en het psalmgezang hoorde,
had hij hef liefst willen schreien.
Maar door het groote boogvenster van ge
schilderd glas boven het koor drongen de
zonnestralen plotseling naar binnen, en het
was alsof een stroom van roode rozen in het
ruim nederdaalde. Tegelijk ruischten de or
geltonen met vernieuwde kracht door het
gewelf. Het geheel was als. een Openbaring
van iets bovenaardsch groots en wonderlijks
en hij boog zijn hoofd als onder de lief
kozing van onéindig teere en behoedzame
handen. Het waren zijn moeders handen en
geen andere In de gëheele wereld; hij voelde
haar zoo levendig bij zich in dit oogenblik,
dat hij onwillekeurig fluisterde „Moeder".
En in hetzelfde oogenblik liet de scherpe
klauw los, die zijn hart zoo pijnlijk gevangen
had gehouden, en groote, warme tranen vul
den zijn oogen.
Stil verzonken zaf hij neer in deze won
derlijke, inwendige stemming, totdat het ge
zang en de vtonen van het orgel plotseling
verstomden.
Toen richtte hij ziclv op, als bevrijd van'
een grooten last en zei tot zich/elven
„Moeders dag" heeft mij gered."
's Avonds ging hij naar huis en schreef
een langen brief aan Eli; den langstèn en
innigsten, dien hij ooit aan haar geschrevep
had.
Sedert lang was het hem onmogelijk ge
weest om te schrijven, maar nu was het als
of hij haar 't liefst nog zou willen telegra-
feeren nu hij niet over alle bergen heen
kon vliegen om naast haar te gaan zitten en
haar al de dingen te zeggen, die hij plotse
ling op zijn hart had. En er sprak uit lederen
regel een mannelijke moed en zekerheid
voor de toekomst. Het onklare was weg. Hij
had het in het licht geplaatst, In het licht
dat zij dien avond bij den vijver voor hem
ontstoken had; het onklare was verdwenen
en hij was bevrijd uit den nevel. Hij gevoel
de zich vrij en vroolijk. Ja, hij moest het
haar nu zeggen, dat zij de beste moeder in
de wereld was, want vandaag was het
„Mothers day", den dag waarop men alles
tot zijn moeder kon zeggen.
En hij vertelde van Marie en van de kerk,
die zoo moOi was, van het gezang en de mu
ziek en de *Qzen, die hem toegeworpen wer
den. En hij eindigde met te zeggen mijne
kleine Amerikaansche vriendin heeft mij
vandaag veel geleerd. Zij is zoo natuurliik en
goed, zoo trouwhartig, ofschoon zij geleerd
is als een professor. Weet u aan wie zij mij
deed denken? Aan Liv. Haar grootste
wensch is een even goede moeder te wor-
deq. als de hare is geweest; dat zegt zij zoo
dood onschuldig. Wanneer ik een meisje
was, zou ik hetzelfde wenschen; nu moet ik
mij vergenoegen met de hoop, dat ik een
man zal worden, zooals u het zou wen
schen."
Toen Kaare tegen middernacht zijn
'brief geëindigd had en te bed zou gaan, werd
er op zijn deur geklopt. Het was Carl. Hij
was bleeker dan gewoonlijk en zijn oog^n
stonden dof.
„Kom je nu eerst thuis?"
„Ja, het werd laat. Ga je naar bed?"
„Dat was mijn plan. Ik heb een langen brief
geschreven, en dat is inspannend." Hij deed
zijn das af. „Ga jij nfet naar bed?"
„Ik heb geen slaap."
„Als je 's avonds absintli drinkt, doe je dat
toch zeker niet om wakker te blijven."
„Och, we hebben van alles gedronken."
Hij wierp zich in den hoek van de sofa.
„Pas op, de sofa heeft maar drie pooten."
Carl ging onwillekeurig even "anders zitten.
„Dat weet ik."
Kaare ging voort zich te ontkleedcn. Arme
Carl, hij had het nog erger gehad dan iemand
wist.
„Mag ik een sigaret aansteken?"
„Zeker."
CaiJ stak er een aan en plotseling zei hij
ongeduldig:
„Ilcb je zoo'n Haast om in 'dat vervelende
bed te komen?"
J^cen wil je een spelletje 'domino 2-
„Dank je.wek Zeg, zij is ook verschrik
kelijk alleen!"
Kaarcs hart begon le kloppen! Waarom kon
hij nu niet over haar zwijgen?
Vaar Carl moest praten.
„Zij heeft het juist gehad al» ik Ouderloos,
het leVcn in een pensionaat. Eerst acht jaren
lang op de Hernhullérsschool in haar. geboor
testad. Het whs een uitmuntende school, zcgl
zij. Dat kan ik niet van mijn Dressuranstall
zeggen. En zij was in ieder geval in haar
eigen stad!"
Kaare ging op den rand van zijn bed zitlen.
„Ja, dan was het erger voor jou Je hadt bij
ons temg moeten komen, zodals moeder het
gewild had." f
„Dat wilde vader niet. Ik moest katholiek
worden opgevoed en Nj moest mij een paar
keer in 't jaar kunnen zien."
„Ja."
„Weet je wat wij vanavond gedaan helibêntr
Wij hebben samen in Renan gelezen. Dat wil
zeggen, zij heeft gelezen. Uit zijn Mémoires. Ik
hoor haar graag lezen want haar stem is zoo-
zacht en gedempt en tevens duidelijk. Dat licb'
je toch ook wel opgemerkt?
„Neen." Kaare antwoordde kortaf; hij moest
nu begrijpen dat hij niet van haar wilde hoo-
ren.
„Wij lazen dat gedeelte over zijn school
jaren in een internaat. Het wrfs wonderlijk,
het was of ik mijzelven zag. Ik kwam daar
ook uit het leven in de vrije lucht en de lande
lijke omgeving. Grootvaders fabriek lag in heÊ
Tauberdnl. Wil je hooren wat hij zegt? Ik hetf
het bock bij mij
(Wordt vervolgd.)!