"BINNENLAN dT
fcan het verdere front werd hij onder zware
firerliezen teruggeslagen.
i In de boven-Cordevole sloegen wij een
jpnverhoedschen aanval op de hellingen van
'üden Monte Sief af.
Van verscheidene punten aan het front
iwordt hevige vijandelijke artillerie-actie ge-
\meld, die eenige schade aanrichtte te Sano
(Adige-dol), Porni Avoltri (boven-Degano),
flTimau en Paularo (But-bekken) en Görz.
Onze artillerie antwoordde krachtig, verniel
de militaire barakken te Birnbaus (Gail-dal)
en verwoestte de vijandelijke liniën op het
Korst-plateau.
B e r 1 ij n, 5 O c t. (W. B.) Bericht van het
groote hoofdkwartier van heden voormiddag.
In Zevenbergen zijn 'ten westen van Pa-
rajd meermalen ondernomen Rumeensche
[aanvallen afgeslagen. Het tweede Rumeen
sche leger, dat nog den 2en October in de
streek' van Bekokten tot den aanval was
overgegaan, is in het Altdal achter de Sinca
teruggeweken en bevindt zich ook verder
noordelijk op den terugtocht. Na vruchte-
iooze pogingen, die met verlies gepaard gin
gen, in het Hötzinger gebergte aan beide zij
den van het Strelldal trekt de tegenstander
ïich op de grenshoogten terug.
Bij Orsowa aan de Donau won de Rumeen
sche aanval veld.
In het Balkangebied werden bij de leger
groep Mackensen den 2en October vijande
lijke aanvallen ten oosten van den spoorweg
Cara Orman—Cobadinu afgeslagen.
Weenen, 5 Oct. (W. B.) Officieel be
richt van heden middag.
lh de streek van Orsova zijn onze troepen
In westelijke richting teruggedrongen. Ten
•uiden van Petroseny wijkt den vijand naar
<de grenspassen. De bij Fogaras vooruitdrin-
gende verbonden strijdkrachten zijn over de
•tad heen gerukt. Van het oostelijke front
van Zevenbergen is niets te berichten, be
halve dat een sterke Rumeensche aanval bij
Eszovfita is afgewend.
De uitkomst van de door de Entente met
Ben gewonen ophef verkondigden aanval van
de Rumenen over de Beneden Donau is uit
de berichten van den generalen staf der
bondgenooten bekend. De vijand heeft de
iBulgaarsche gronden sneller verlaten dan hij
In staat was hun te betreden. Zooals opge
vangen radiogrammen bevestigen, was bij
5den loop van deze gebeurtenissen het vast
beraden dapper ingrijpen van onze Donau-
flottille van doorslaande beteekenis.
Ber 1 ij n, 5 Oct. (W. B.) Rumeensch Ie-
gerbericht van den 5en:
Op het noordelijke en noordwestelijke
ïront maakten wij ons in de streek van Pa-
faja, na een levendigen strijd van drie da
gen, meester van de vijandelijke versterkin
gen en wierpen den vijand naar het westen
terug. Overigens waren er partieele gevech
ten aan dit front.
Zuidelijk front. Nadat de tusschen Roests-
Joek en Tutrakan ondernomen demonstratie
was geëindigd, trokken wij ons op den linker
Donau-oever terug.
In de Dobroedsja was een zeer hevige
Btrijd aan het geheele front. Wij namen vijf
officieren en 100 man gevangen.
Sofia, 5 O ct. (W. B.) De generale staf
Öeelt mede:
Langs de Donau heerscht rust. De lan
dingstroepen van den vijand bij het dorp
iRjahowö zijn teruggeslagen. Er bevindt zich
geen enkele Rumeensche soldaat meer op
onzen oever. In de meeste dorpen, welke de
yijand bezet had, begingen de Rumeensche
troepen daden van moord en geweld, brand-
Itichtingen, enz., schanddaden voor een na
tie, die er aanspraak op maakt, een cultuur
natie te zijn.
In de Dobroedsja zijn alle pogingen van
den vijand om tegen onze stellingen op de
Unie Karabadza-Sofular-Amzatscha-Peroeli
op te rukken, door ons vuur en ten gevolge
ran onze tegenaanvallen mislukt. Verschei
dene nachtelijke aanvallen van den vijand
-tijn eveneens mislukt.
Aan het overige front heerschte levendige
ariillerie-actie.
Aan de kust van de Zwarte Zee deden on
ze vliegtuigen ter hoogte van Mangalia met
kanonnen een aanval op een vijandelijk oor
logsschip en dwongen het tot een spoedigen
terugtocht.
Petersburg, 5 Oct. (Tel. ag.) Na
middag-communiqué van den grooten ge
neralen staf.
Het Russisch-Rumeensche offensief in
Jfle Dobroedsja duurt voort* Wij hebben zes
kanonnen veroverd, de Rumeniërs zeven.
Weenen, 5 Oct. (W. B.) Officieel be
richt van heden middag.
In Albanië is niets van belang gebeurd,
- Rome, 5 Oct. (Stefani.) Officieel com
muniqué.
Het opperbevel in Albanië bericht, dat
Ben 3en cavallerie-afdeelingen, uitgaande
(van Argirocacho, Gjorgucati en Episkopi in
het Dynos (Vogusa)-dal bezetten. Andere
detachementen, die van Delvino uitgingen,
brachten de verbinding met Argirocastro
tot stand.
B e r 1 ij n, 5 Oct. (W. B.) Bericht uit het
groote hoofdkwartier van heden voormid
dag.
De hoogte Nidza Planina wordt door de
vijanden bezet gehouden. Overigens is de
toestand van het Presbameer tot den Stroe-
ma-oever onveranderd. In den voortduren-
den strijd om den linker Stroemaoever ging
het dorp Jenikoj weer verloren.
P a r ij s, 5 O c t. (Havas). Namiddag-com
muniqué.
De slag zet zich gunstig voort. De voor
hoeden van de geallieerden zijn begonnen
de Czerna over te gaan in de streek van
OstroveniBrod. Zij vorderden verder,
ondanks de ijzel op de beide hellingen van
de Baba-beigen; iij bereikten Puf en Popli.
Londen, 5 Oct. (R.) Britsch commu-
niaué uit Sfilöiyki
De strijd te Jenikoj eindigde clen 4en om
drie uur 's morgens met een volledig suc
ces. Het geheele dorp is in ons bezit. De
dag Van den den werd besteed om onzé
stellingen te bevestigen. De verliezen van
den Yijand zijn zwaar.
Sofia, 5 Oct. (W. B.)~Communiqué van
den generalen staf:
Aan het froitt tusschen het Presbameer
en de Wardar is geen verandering in den
toestand gekomen. Plaatselijk was de artil
lerie zeer werkzaam.
Ten oosten van de Wardar heerscht rust.
Aan den voet van het Belasica-gebergte is
geen wijziging Ingetreden. De vijandelijke
artillerie beschoot zonder succes het station
van Poroj, maar werd door ons vuur spoe
dig tot zwijgen gebracht.
Aan het Stroema-front werd artillerie-, in
fanterie- en mitrailleurvuur gewisseld.
Een poging van een vijandelijk bataljon,
om van het brughoofd van Orljak naar Ne-
volen op te rukken, mislukte door ons artil
lerievuur.
Aon de kust van de Egeische zee heerscht
rust.
P a r ij s, 5 O.c t. (Havas.) Het Grieksche
ministerie heeft ontslag genomen. Dit ont
slag kwam eenige uren na de aankondiging
van onzen prachtigen opmarsch in de vlakte
van Monastir. Wij weten, dat dit bericht
in Athene een diepe ontroering teweeg
bracht. Wij onderstellen ook, dat prins An
dreas van Griekenland, die Parijs eergiste
ren heeft verlaten, hier het verhaal heeft
moeten doen van de indrukken, die hij in
Frankrijk en Engeland heeft opgedaan.
Petersburg, 5 Oct. (Tel.-agent
schap). Namiddag-communiqué van den
grooten generalen staf.
Aan het Kaukazische front gingen wij in
den sector van het kustgebied, in samen
werking met de vloot, over een breed front
vooruit. Wij namen een versterkte vijande
lijke stelling aan de rivier Karaboernoesoe.
Ten westen van Kalkit, Tizet en Tsjiftlik
drukten onze voorste elementen de Turk-
sche voorhoeden in; zij brachten hun zware
verliézen toe, maakten gevangenen, ver
overden wapenen, patronen en uitrustings
stukken en vernielden achter den vijand
zijne schanswerken en loopgraven.
Konstantinopel, 5 Oct. (Milli).
Officieel communiqué van II September
1332 (Turksche tijdrekening).
Aan het Kaukazische Tront waren over *t
algemeen schermutselingen. Wij maakten
eenige gevangenen. Op den linkervleugel
werd een Russische aanval teruggeslagen.
Konstantinopel, 5 Oct. (Milli).
Communiqué van 21 Sept. 1332 (Turksche
tijdrekening).
Aan het Euphraat-front trachtten de in
Nassarieh gekantonneerde Engelschen, on
der bescherming van artillerie, op te trek
ken tegen de Elaziredj-stammen ten noor
den van de genoemde plaats; maar dank zij
den door onze troepen verleenden steun,
werden zij terug geslagen.
Een van onze strijdvliegtuigeri velde den
ïlen September een Engelsch vliegtuig neer
op het front van Fellahie.
Op het Kaukazische front werden aan den
rechtervleugel sterke vijandelijke verken
ningstroepen, die ons trachtten te naderen,
terug gedreven. Op de andere deelen van
het front waren slechts patrouillegevechten.
Op de andere fronten is niets van belang
gebeurd.
Blijkens nader ontvangen berichten heb
ben in den strijd op den 19en ten noorden
van Amuzacea op het Dobroedsjafront, die
geëindigd is met de nederlaag van den
vijand, onze troepen dezen aanzienlijke ver
liezen toegebracht. Een bataillon werd ge
heel uitgeroeid; de overlevenden, twee offi
cieren en 100 soldaten, werden gevangen
gemaakt.
Konstantinopel, 5 Oct. (Milli.)
Officieel communiqué van 11 September
1332 (Turksche tijdrekening).
Aan het Perzische front verklaarden de
Bakhtiaren, steunende op de zegevierende
bevrijdingsoperatiën van het Turksche leger
in Perzië, den djihad (heiligen oorlog) tegen
de Russen. Zij bevrijdden de stad Ispahan
van den vijand. Talrijke aanvallen werden
sedert eene week uitgevoerd door de Rus
sen tegen Bidjar, dat 110 KM. ten noord
oosten van Hammadan gelegen is. Zij wer
den volkomen teruggedreven. De op afdoen
de wijze overwonnen vijand nam de vlucht.
Behalve dat den vijand talrijke verliezen aan
dooden werden toegebracht, werd eene
groote hoeveelheid munitie, wapenen en
oorlogsmaterieel buit gemaakt. N
Russische aanvallen tegen Kiamirech, 30
KM. ten noorden van Revanduz, liepen uit
op hunne nederlaag. De Russen werden ver
jaagd.
Petersburg, 5 Oct. (Tel.-agent
schap). Namiddagcommuniqué van den
grooten generalen staf.
In de Oostzee moest den 3en October, in
den loop van een raid van vijandelijke
watervliegtuigen, eene machine van den
tegenstander naar beneden komen. Zij werd
door ons genomen In de buurt van het
eiland Runo (golf van Riga).
Konstantinopel,' 5 Oct. (Milli).
Officieel communiqué van 11 September
1332 (Turksche tijdrekening).
Drie vijandelijke vliegtuigen, die over El
Arish vlogen en trachtten bommen neer te
werpen, werden door ons vuur genoodzaakt
te vluchten. Een vliegtuig werd beschadigd.
Vardoe, 5 Oct. (W. B.) Het stoomschip
Kong Magnus, dat naar Archangel onder-,
weg was, is hier teruggekeerd met 39 man
voor de equipages van een getorpedeerd
Russisch en een getorpedeerd EngelscK
schip. Aan de Kong Magnus werd de torpe-
c'c:..ng bespaard op voorwaarde, dat deze
bemanningen naar Noorwegen zouden wor
den gebracht
Londen, 5 Oct. (R.) Er is bericht ont
vangen, dat het stoomschip Franconia, van
de Cimard lijn, in den grond is geboord.
Er wordt niet gemeld wanneer en waar dit
is geschied en waarvoor het schip thans
werk gebruikt; maar het was door de regee
ring aangekocht.
Tweede telegram. Officieel be
richt.
Het stoomschip Franconia werd gisteren
in de Middellandsche Zee door een vijan
delijke duikboot in den gro^id geboord. Het
schip was niet voor troepenvervoer ;n
dienst. Twaalf leden van de bemanning
worden vermist; cr zijn 302 man gered.
Vedersö, 5 Oct. (W. B.) Een Duitsche
duikboot is hedenmorgen hier aangeko
men met 20 man der bemanning van het
stoomschip Bunk uit Töneberg, dat gister
avond op 50 zeemijlen afstand van Vadsö
in de IJszee in den grond is geboord.
Het stoomschip was met hout geladen en
van Onega naar Huil bestemd. De duikboot
bleef een uur in de haven.
Parijs, 5 Oct. (Havas.) De Belgische
ministerraad heeft in eene vergadering, die
werd gepresideerd door den eersten minis
ter de Broqueville, de kwestie van de her
opening van de universiteit te Gent door de
Duitschers behandeld. Er werd besloten
de diploma's, die deze inrichting toekent,
zoolang de bezetting duurt, als waardeloos
te beschouwen.
Londen, 5 Oct. (R.) Aan de Daily
Telegraph wordt uit Parijs gemeld, dat de
tweede Fransche oorlogsleening groot suc
ces belooft te hebben. Het Fransche volk
brengt nog steeds goud naar de bank, tot
een gemiddeld bedrag van 300.000 per
week. De goudreserves in de kelders van
de bank bedragen thans circa
166.320.000. Bovendien is er nog voor
27 millioen aan Fransch goud buitens
lands, dat volgens overeenkomst -veer naar
Frankrijk zal terugvloeien.
Aan de keizerlijke Russische bank wordt
voor 1.553.300.000 roebel aan goud in re
serve gehouden. Rusland heeft in het bui
tenland een goudwaarde van circa
2.055.100.000 roebel.
Maar dit is nog niet alles. Aan den goud
voorraad in Groot-Brittannië en in het Brit-
sche rijk, dient nog te worden toegevoegd
het goud in Zuid-Afrika. De waarde van het
goudhoudende erts, sedert het begin van
den oorlog tot het einde van dit jaar uit de
Transvaalsche mijnen gewonnen en te win
nen, wordt geschat op 100 millioen meer
dan de geheele goudvoorraad in staven en
gemunt geld, dien de Duitsche regëering
beweert in de rijksbank te bewaren, te"r dek
king van het tot een aanzienlijk bedrag in
het Duitsche rijk uitgegeven papiergeld.
Staten-Generaal.
TWEEDE KAMER.
Regeling van de inrichting der
Sfaatsbegrooting en Staatsrekening.
Een wetsontwerp is ingediend tot regeling
van de inrichting der Staatsbegrooting en
Staatsrekening.
Blijkens de Memorie van Toelichting heeft
zich in de laatste jaren op verschillende wijzen
twijfel geopenbaard, of de tegenwoordige
grondslagen van het beheer van de finan
ciën van den Staat öp den duur wel kunnen
worden gehandhaafd, in het bijzonder nu de
Staat bij voortduring het terrein zijner werk
zaamheden ziet uitgebreid.
De bedoelde grondslagen van het tegenwoor
dig beheer van onze financiën zou de Minister
van Financiën als volgt willen kenschetsen: ge
lijkstelling in de begrooting van alle uitgaven
van den meest uiteeloopenden aard, met daar
nevens, in de toelichting der eindcijfers en met
name "bij de becijfering van de benoodigde ge
wone dekkingsmiddelen, de aanwijzing van een
tamelijk willekeurig samengestelde nu eens
kleinere dan grootere groep van uitgaven,
welke in aan merking komen om desnoods te
worden betaald uit de opbrengst von een lee
ning, van welke leening echter de bijzonderhe
den (voorwaarden, tijdstip van sluiting, vorm
en aflossingstermijn) als van geen belang bui
ten beschouwing blijven. Sedert 1907 is hierbij
te voegen: splitsing ook van de inkomsten in
gewone en kapitaalinkomsten.
Dit systeem, dat sedert de Indische baten
ophielden, ruimschoots te voorzien in de kosten
van groote werken, bijna zonder onderbreking
tên onzent heeft gegolden, nu eens wat duide
lijker uitgesproken, zooals in de tachtiger jaren
en in het laatste decennium, dan weer wat min
der openlijk erkend, zooals in de jaren 1690
1900, heeft zeer vaak ean critiék somtijd»
onbewuste bloot gestaan.
Algemeene regeling gewenscht.
Na een uitvoerig historisch overzicht van de
critiek en van de verandering van zienswijze,
die in deze materie geleidelijk plaats vond, con
stateert de Minlster^van Financiën dat een al
gemeene regeling wenschelijk bleek, welke een
behoorlijk inzicht geeft in de toeneming en af
neming van het staatsvermogen en zooveel
mogelijk waarborgen verstrekt, dat niet door
het gevolgde finoncieele beleid min of meer
onbewust in het staatsvermogen groote veran
deringen worden gebracht, een regeling, welke
tegelijkertijd meer elasticiteit geeft_ aan het fi
nancieel beheer met betrekking tot nieuwe wer
ken. Aan deze beide desiderata kan gemakke
lijk tegelijkertijd worden voldoen, omdat zij bei
de een wijziging in het stelsel der begrootingen
in dezelfde richting noodig maken.
Bij het ontwerpen der wenschelijke wijziging
in het stelsel van ons financieele beheer is de
Minister uitgegaan van het standpunt, dat elk
dienstjaar zijn eigen lasten móet dragen, <L w.
z. moet worden belast met de werkelijke^„kos-
ten" (wel te onderscheiden van „uitgaven die
de zaken, waarvan de onderdanen in eenig jaar
de diensten genieten, in dat jaar voor den Staat
medebrengen, of met andere woorden, dat de
Staat zooveel mogelijk aan het einde van elk
jaar een even groot vermogen (saldo van be
zittingen en schulden) moet hebben.
Geen balans.
Het ligt voor de hand, dat het vooralsnog
onmogelijk is ja vermoedelijk altijd onmo
gelijk zal blijven om van de bezittingen en
^rplichtingen van den Staat jaarlijks een b$-
Lans op to maken ejn aldus te coivstateeren of
het vermogen inderdaad op peil gebleven is.
Zulks behoeft echter niet terug te houden van
becijferingen pmtpent de toe- of afneming van
hefvermogen. Immers, indien men slechts zoo
nauwkeurig mogelijk in berekening brengt de
wisseling in waarde (positieve of negatieve)
van al die bezittingen, welke aan verandering
onderhevig zijn, dan bereikt men voldoende
nauwkeurig zijn doel.
t Waarde der bezittingen.
Wglhcht zal de opmerking worden gemaakt,
dat het moeilijk is om waarde en waardever
mindering van de bezittingen van den Staat
vast te stellen, omdat vele harer bezit-
tingen geen waarde in het verkeer hebben.
Intusschen zij opgemerkt, dat toch de moei
lijkheden niet veel afwijken ven die van par
ticuliere lichamen. Op de balansen van de ven
nootschappen staan do bezittingen ook in den
regel niet voor hoar liquidaftiewaaide, d. w. z.
voor hetgeen er elk oogenblik voor te krijgen
is, dooh voor een waarde welke, met den kost
prijs als uitgangspunt, elk jaar wordt verlaagd
in verband met de nadering van het oogenblik,
waarop zij voor dé vennootschap geen dienst
meer zullen kunnen doen en hetzij te niet zul
len gegaan zijn, hetzij slechts voor een prijs
zeer var beneden den kostprijs zullen van de
hand gedaan kunnen worden. Do omstandig
heid, dat liquidatie voor den Stoat nimmer
denkbaar is, maakt het zelfs voor don Staat
npg minder bedenkelijk om op die wijze de
waarde van zijn bezittingen te berekenen dan
voor oen particulier lichaam, dat met die mo
gelijkheid aitijd eenigszins moet rekenen. Met
verandering van de toestanden, waardoor een
zaak, die aanvankelijk bijv. gerekend mocht
worden 50 jaar dienst te zullen doen, later
blijkt reeds eerder bet oogenblik te zullen be
reiken, waarop de diensten, die zij kan bewij
zen, geen waarde meer zullen hebben, moet
natuurlijk de Staat evenzeer rekening houden
als particulieren. Ja zelfs zal met de mogelijk
heid van zulke veranderingen van den beginne
af oenig":ns rekening te houden zijn.
Methoden om vermogen op peil
te houden.
Langs verschillende methoden kan bereikt
worden, dat het saldo der bezittingen en schul
den van een lichaam voortdurend gelijk blijft.
1. Vooreerst kan men zorgen, dat er niet meer
nieuwe schuld wordt aangegaan dan er nieuwe
bezittingen bijkomen en dat verder de oude
schuld afneemt in dezelfde mate als de bestaande
bezittingen in waarde dalen. Dit is vrijwel het
systeem, dat de gemeenten volgen, die gewoon
lijk voor alle duurzame zaken leenen en de af
lossing van de leeningen regelen naar den ver-
moedelijken levensduur der zaken, waarvoor ge
leend wordt.
2. In de tweede plaats kan men zorgen, dat de
bezittingen, in totaal de waarde behouden, welke
zij bij het begin van het jaar hadden door voor
een gelijk bedrag aan nieuwe bezittingen uit de
gewone inkomsten aan te schaffen als men ver
onderstelt, dat de oude bezittingen in waarde
zullen afnemen.
In de practijk geschiedt zulks don door de
verandering van bestaande gebouwen en werken,
die onbruikbaar worden, uit de gewone midde
len te betalen.
De Staat volgde tot dusver een systeem, dat
een combinatie van het eerstgenoemde en het
tweede is.
3. Een derde methode om het saldo der be
zittingen en schulden op hetzelfde peil te hou
den is die, welke bij naamlooze vennootschap
pen pleegt te worden gevolgd, t. w. alle relatief
belangrijke zaken van blijvend nut buiten de
exploitatierekening te belasten met een zeker
percentage van de aanschaffingskosten van de
bezittingen als aequivalent van de waardever
mindering dier bezittingen (natuurlijk voor zoo
ver zij daaraan onderhevig zijn).
Het bedrag dezer zoogenaamde afschrijvingen
blijft in kas van het lichaam en kan dienen tot
betaling van blijvend nut, die niet ten laste van
de exploitatierekening, doch van de kapitaalreke
ning komen. Zijn de gelden daarvoor niet noodig,
dan kunnen zij strekken tot vermindering van de
schulden, zoodat die in gelijke mate verminde
ren als de bezittingen geacht worden in waarde
te verminderen; of wel de gelden kunnen in
kas blijven, in welk geval de grootere kas het
aequivalent is van de bedoelde waardevermin
dering der bezittingen. Het aflossen van schuld
is in dezen gedachtengang niet anders dan het
verminderen van de beschikbare kasmiddelen
eenerzijds en van de schulden anderzijds.
Het komt den minister voor, dat van de drie
methoden de twee wel het minst aanbevelens
waardig is en nog minder aanbevelenswaardig
wordt wanneer het, gelijk bij den Staat, gecom
bineerd wordt met gebrekkige toepassing van
het eerste systeem. Dat de eerste methode gun
stig kan werken bij publiekrechtelijke lichamen
blijkt bij de gemeenten, vooral wanneer het ge
meentelijk financiewezen nog niet ingewikkeld
is geworden door talrijke bedrijven, en wanneer
Gedeputeerde Staten behoorlijk toezicht houden
op de aflossingstermijnen.
Bij den Staat echter werkt de eerstgenoemde
methode, voor zoover ze wordt toegepast, uiterst
gebrekkig en zulks is bijna onvermijdelijk.
De Rijksschatkist is, reeds afgescheiden van
het voorkomen van door leening te dekken
uitgaven, dus ook wanneer alle uitgaven van het
betrokken jaar door gewone middelen gedekt
worden, niet zelden genoopt in sommige tijden
van het jaar door uitgifte van vlottende schuld
tijdelijk in de behoefte aan kasgeld te voorzien.
Zij heeft zich daarenboven voor het plaatsen
van haar leeningen tot een grooter publiek te
wenden, hetgeen wenschelijk kan maken liever
groote bedragen in eens dan telkens kleine be
dragen te leenen. Door een en onder kwam zij
er vanzelf toe het leenen uit te stellen, totdat
daarvoor een geschikt oogenblik was of wel de
vlottende schuld tot een te hoog bedrag begon
op te loopen. Dat uitstel nu was niet slechts
oorzaak, dat men bij het sluiten van de leening
uit het oog verloor, waarvoor er geleend werd,
doch het werd door het uitstel ook niet zelden
nagenoeg onmogelijk te zeggen voor welke uit
gaven nu eigenlijk de betrokken leening werd
aangegaan.
Wat de tweede" methode aangaat, dat deze
allerminst zekerheid geeft, dat er niet minder
en niet meer op den gewonen dienst wordt ge
bracht dan noodig om het staatsvermogen op
peil te houden.
Derde methode de beste.
Op grond hiervan is de Minister tot de slot
som gekomen, dat, ten einde bij het beheer
van 's lands financiën te kunnen komen tot- zoo
nauwkeurig mogelijke kennis van den werke-
lijken gang van zaken zoodat niet dan met
volkomen bewustheid en grond dat men zulks
wenscheljüt of volstrekt onvermijdelijk acht,
staatsvermogen op kosten van het tesfenwoor.'
-digre geslacht wordt gevormd, of stoutsvermts
gen ten behoeve van het tegenwoordige <.<3
slacht wordt opgeteerd - een andere regeling
noodig is van de wijie, waarop naar evenwicM
wordt gezocht tusschen de waardevermeerde
ring en vermindering van de bezittingen vazi
den Staat en de toeneming of afneming van d«'
verplichtingen van den Staat.
En tevens kwam hij tot de slotsom, dat d«
wijziging moet plaats hebben in de richting:
van wat boven het derde syseem werd genoemd#'
hetwelk in zwang is bij groote lichamen vaijj
handel, nijverheid of verkeer, t. w. het stelsef
om ten loste van den gewonen dienst of ex<
ploitatierekening en ten behoev- van den bui
tengewonen dienst of kapitaalrekening, af td';
schrijven op de waarde der bezittingen, weTke
aan waardevermindering door ouderdom als an
derszins onderhevig zijn. Doet men zulks, don'
kunnen alle zaken, die langen tijd dienst doen,^
ten laste van den buitengewonen dienst worn'
den gebracht.
De- gewenschte elasticiteit van het financieel
beheer met betrekking tot nieuwe werken (in"
den zin van werken, die voor de eerste maal
tot stond werden gebracht) wordt door het vol
gen van de derde methode (het systeem van
afschrijven) mede ten volle verkregen.
Onvolkomenheid.
De Minister ontveinst zich geenszins, dat de
veranderde opzet van de Staatsbegrooting op
zich zelf niet waarborgt, dat men nauwkeurig
bereiken kon, dat men zoo min staatsvermogen
inteert als dat men het onbewust op belangrijke
schaal vormt. Alles hangt of van de uitvoering,'
d. w. z. van de juistheid van de raming van den
vermoedelijken nuttigheldsduur der zaken en
van de daarmede verband houdende vaststelling
van de afschrijvingscijfers. Doch al zal vol
strekte zekerheid niet verkregen worden omtrent
<le toeneming of afneming van het staatsvermo*
gen, men zal daaromtrent toch voorzeker een
veel beter inzicht verkrijgen dan bij de tegen
woordige wijze van doen. Vermits interen van
het staatsvermogen zeker te allen tijde een veel
grooter kwaad zal zijn dan het vergrooten
daarvan, is het ongetwijfeld wenschelijk bij het
bepalen van de afschrijvingsquota aan den ze*
keren kant te blijven.
Regeling afschrijving.
Met betrekking tot de reeds bestaande wer
ken zullen de afschrijvingen voor alle jaren,
welke ter zake vtn die werken met een bedrag
wogens afschrijving zijn te belasten, haar rege
ling vinden in de begrootingswetten, die voor
het eerste dienstjaar, ten aanzien waarvan het
nieuwe systeem zal worden toegepast, zullen
vastgesteld worden.
Gezocht is voor de geheele groepen van
staatsbezittingen, welke geacht moeten worden
in den loop der tijden in waarde te verminde
ren, naar een termijn, gedurende welken men
mag aannemen, dat zij dooreengenomen netto
diensten bewijzen, d. w. z. gedurende welken d«
waarde der jaarlijksche diensten gerekend kan
worden hooger te zijn dan hetgeen gevorderd
wordt om de diensten von die zaken te kunnen
blijven .genieten (onderhoud, eventueel verzor-
ging en bewaking).
Gezette overweging heeft er toe geleid, dat
een termijn van 50 jaar werd aangenomen voor
gebouwen en een zelfden termijn voor water*
staatswerken als kanalen, rivierverbeteringen,
havens, zeeweringen en wegen; hierbij werd
verondersteld, dat de waarde van de netto
diensten van zoodanige gebouwen en werken
reeds van den aanvang af regelmatig daalt, zoo
dat een afschrijving van een gelijk bedrag per
jaar noodig is; een werk, dat 25 jaar oud is.
wordt in dezen gedachtengang nog gewaardeerd
op de helft van den aanvankelijken kostprijs.
Na deze uiteenzetting van de denkbeelden*
welke aan het wetsontwerp ten grondslag lig
gen, en van de hoofdlijnen van de uitwerking,
gaat de Minister nog in het bijzonder na, welke
bijkomstige voordeelen naast het hoofddoel
het rekening> houden niet slechts met de toe
neming en afneming van de Schatkist en de
Nationale Schuld, doch ook met de waardever*
meerdering en vermindering van de overige be*
zittingen van den Staat door invoering vaff
de voorgestelde regeling worden verkregen.
Berichten. i
De Staatscourant van Donderdag 5 Oc
tober bevat o.m. de volgende Kon. besluiten t
op non-activiteit gesteld wegens tijdelijke
ongesteldheid, de ritmeester A. Maas Gees*
teranus van het 3e regiment huzaren
eervol ontslagen wegens lichaamsgebre
ken de reserve-le-luitenant W. L. Scheitel
ma van het 4e regiment infanterie
eervol ontslagen wegens gezondheids
redenen de kapitein J. T. Stakenburg, lia
van het Vrijwillig Militair Automobiel-corps;
aangewezen als voorzitter van het college
van curatoren van bet Kon. Ned. Meteoro-
logisch Instituut te Groningen dr. H. Hagd.
thans lid en benoemd tot lid dr. V'. H. Ju
lius, hoogleeraar aan de Rijks-universiteit te
Utrecht en F. B. Löhnis, oud-inspecteur van
den Landbouw.
H. M. de Koningin-Moeder ontving,
gisternamiddag mgr. Locabelle, nieuwbe
noemd pauselijk internuntius bij het Neder-
landsche Hof, in audiëntie.
H. M. de Koningin-Moeder schonk
ƒ100 en de Prins ƒ25 aan de 's Graven-;
haagsche Toynbee-vereeniging „Ons Huis-
als blijk hunner belangstelling in het stre
ven der vereeniging.
In Hotel des Ipdes te 's Gravenjiage is
aangekomen de heer Verhrugge, van s Gra
vendeel, attaché bij de Nederlandsche legatie
te Brussel.
Eerste Kamerverkiez.ing. Dö
Prov. Staten van Zuid-Holland zijn in bui
tengewone vergadering bijeen geroepen te-
gén Dinsdag 24 October ter verkiezing vart;
een lid der Eerste Kamer in de vacature var?
mr. W. L J. van Waterschoot v. d. Gracht,
die ontslag heeft genomen.
s- Het Kamerlid De Meester. In
verband met het feit, dat de oud-ministe/
mr. De Meester zich het volgend jaar nietig
meer verkiesbaar stelt als Kamerlid voor
Den Helder, kan de Haagsche correspond
dent van de Tel. het volgende meedeelen*
Het district Den Helder wordt aanhol*
dend en systematisch door de soc.-demo-
craten bewerkt. De noodzakelijkheid is nu
gebleken om, ten einde het district niet _ver-