Rant. Pl.verv. leden: F. M. Houbaer, H. J.
de Kempenaar, A. J. Looxma van Welde ren
•baron Rengers, Mr. L. Stadig, A. FSuther
land, B. van Vollenhoven en W. V olff.
Kamer von Koophandel; Leden: N. Veis
Heyn en A. By sink. Plaatsverv. leden: J. W.
Jorissen en A. M. Iromp van Hoist.
3. Behandeling geineente-begiooting,
dienst 1917.
Algemeene beschomvingen.
De heer Hofland wijst er op, dat B. en
]W- in hun antwoord op de afdcelingsver-
slagen hun bevreemding hebben uitgespro
ken, dat spr. toch met enkele voorstellen is
gekomen, die de beginselen, waarnaar deze
bcgrooting is soamgesteld, miskennen. De
omstandigheden zijn moeilijk cn de taak om
de begrooting sluitend te krijgen is ook
moeilijk. Maar B. en W. zijn er in geslaagd
Nu is het volstrekt niet waar, dat men de
beginselen miskent, als men nog een stapje
verder wil gaan. Veel verdient waardeering,
maar op sociaal terrein moesten dingen wor
den gedaan, die in normale tijden achter
wege hadden kunnen blijven. Als B. en W.
nteenen er met het vermenigvuldigingscijfer
van 1.2 te kunnen komen, dan zegt spr.
neen, er zijn ook nog andere dingen en we
zullen moeten gaan bijv. tot 1.3.
Hoe staat het nu met de financiën. Bij
een nauwkeurige bestudeering van de be
grooting heeft spr. niet kunnen vinden de
nauwkeurige beginselen, waarnaar de be
grooting is saamgesteld. De inkomstenbe
lasting is met 25,000 overschreden, het
belastbaar inkomen is dus 8 a 9 ton toege
nomen. B. en W. komen nu met een raming
van 170,000. Als we nu het accrès der
laatste jaren nagaan, kunnen we een regel
matige toename jaarlijks constateeren van
11 12,000 gulden. Steunende op de rea
liteit had men de opbrengst kunnen ramen
op 170,000, zonder belastingverhooging.
B. en W. hebben nu den veiligen kant ge
kozen en dan komen ze bij salarisverhoo-
ging met het argument, dat het niet gaat.
Als men zonder verhooging komt tot
'ƒ170,000 en men let op het jaarlijksche
accrès, dan had men veilig kunnen ramen
op 187,000. En als men daarbij dan nog
het vermenigvuldigingscijfer brengt op 1.2,
dan kan men veilig komen op 210,000
Spr. meent te mogen aannemen, dat die 0.2
verhooging zou goed maken het benoodig-
de voor de Distributiewet. Dan zou spr. nog
wel ƒ10,000 kunnen losmaken voor den
duurtetoeslag. Maar men moet ook de mo
gelijkheid onder de oogen zien om te ko
men tot verhooging. B. en W. hebben een
breed gebaar gemaakt en gezegd, je kunt
"doen wat je wilt, maar de financieele verant
woording is dan voor den Raad. Nu meent
opr. dat de verantwoordelijkheid altijd voor
Üen Raad is. Of meenen B. en W. het be
sluit niet te zullen uitvoeren, zullen ze het
bijltje er bij neerleggen? Dat gelooft spr.
niet. De Distributiewet legt zware offers op
de gemeente, maar kunnen we die niet over
winnen, als we de menschen, die in onzen
'dienst zijn, een behoorlijk salaris geven? In
leen der adressen zijn zeer merkwaardige
cijfers gegeven, die het nog te mooi voor
stellen. B. en W. zeggen,-dat het loon tij
dens de crisis met 1.50 per week is toege
nomen en dat ze nu niet meer kunnen doen
Öan door uitvoering der Distributiewet in 't
algemeen. Wat die ƒ150 betreft, dan moet
men eens de prijzen vergelijken van vóór
den oorlog. Spr. heeft voor zich 13 artike-
leny welke tijdens den oorlog 50 pet. zijn
toegenomen. En thans in 1916 zijn ze meer
dan 100 pet gestegen. Stel je nu eens een
buishouding voor met een inkomen van
if 13, dat ƒ1.50 meer heeft gekregen en nu
weer vraagt ƒ1.50 meer, mag men dan komen
met het argument: de Distributiewet geeft
zooveel verlichting. Die wet geeft niets. De
aardappelen zijn ƒ3.10, maar vóór den oor-
Jog waren diezelfde aardappelen 2.25. De
'kapucijners waren vóór den oorlog 14 cent
en nu 38 cent de liter. Voelt men nu wel,
pat die Distributiewet geen argument geeft.
Dat kleine beetje, wat de menschen tijdens
de crisis hebben gekregen, dekt niet de
meerdere uitgaven.
Brqine boonen kosten nu 26 ct. per pond
en vóór den oorlog 14 cent per 8 ons. Suiker
kostte voor den oorlog 23 cent en nu 28
cent. Spr. vraagt wat kunnen de menschen
i\u voor 1 koopen In verhouding met voor
den oorlog. Het belastbaar inkomen is in 5
faar tijds met 2 millioen toegenomen. Is er
nu reden voor het pessimisme, om alle so
ciale maatregelen af te wijzen? Volstrekt
Siet. De bron waaruit de 25,000 meer-
ere opbrengst dit jaar zijn gevloeid, zal
Jvolgend jaar niet zijn opgedroogd. Er be-
Vtaat dan ook geen reden de voorstellen
Van den Bond van Ned, Onderwijzers af te
Wijzen. B. en W. hebben verklaard, als de
buitengewone omstandigheden niet beston
den. zouden die verzoeken niet zijn gedaan.
Cn de adressen wordt er dan ook op gewe
zen, dat dankbaar wordt erkend, wat is ge
daan, maar de prijzen zijn zóó gestegen, dat
men er niet meer kan komen. De gelden zijn
iwel te vinden, zonder de lasten te hoog op
te voerén. Als men het vermenigvuldigings
cijfer op 1.3 bepaalt, hebben B. en W. het
geld voor de Distributiewet, kunnen die
ƒ10,000 worden uitgetrokken voor den
'duurtetoeslag en blijft er nog 10,000 voor
loonsverhooging. De werklieden vragen
ƒ1.50 loonsverhooging en dat zal kosten
ff 7800, waarvan een groot deel komt voor
tekening van de gasfabriek, zoodat niet*zoo-
yeel uit de gewone middelen behoeft te
Vórden gevonden.
Spr. wil nog een opmerking maken over
iden aftrek van noodzakelijk levensonder-
boud bij de inkomstenbelasting. B. en W.
keggen, dat dit punt een zaak van overwe
ging uitmaakt. Dat beteekent volstrekt nog
niet, dat de zaak tot uitvoering zal komen.
,i)aai fnoet een ppgitieyer anlftppxd op ko
men. Spr. is niet in de gelegenheid ge-
veesteen becijfering te maken van de finan
cieele gevolgen, maar hij heeft een voorstel
den aftrek met 100 te verhoogen. Ook
heeft Spr. gevraagd om den kinderaftrek on
gelimiteerd te doen plaats hebben. Een
voorstel daarvoor zal Spr. echter niet doen.
Maar wanneer de Raad van meening is, dat
met 1,3 niet voldoende zal bereikt worden,
dan moet er nog iets bij, want een aftrek
van 400 is niet rechtvaardig. Daarvan
kan niemand bestaan. Dat moet worden
500 en tot 3 kinderen 600 en met
meer kinderen 700. Meerdere plaatsen
hebben dat en Amersfoort komt in dat op
zicht achteraan, en dat mag niet.
De vices voor belastingverhooging speelt
bijna elk gemeentebestuur parten. Zou het
nu geen tijd worden eens den nadruk te
léggen op de rechtvaardigheid van het stel
sel. Waar bestuurd moet worden, moet geld
wezen. En toch is er altijd die vrees. Die
vrees is ongegrond. Men zegt, dan gaan ze
in Soest wonen. Maar dat kan niet aanbie
den, wat Amersfoort aanbiedt. Vooral het
goede onderwijs van Amersfoort is bekend.
De toestrooming naar Amersfoort zal ze
ker aanhouden. Onder de tegenwoordige
omstandigheden moet de huishouding duur
zijn en het gemopper moet er uit, als men
een paar gulden naaT den fiscus moet bren
gen. Het beginsel moet zijn, dat ieder zoo
veel mogelijk moet bijdragen In de lasten.
Wij moeten begrijpen, dat wij allemaal ons
deel moeten bijdragen aan de instandhou
ding der gemeentehuishouding.
De heer Van N ij natten zegt de voor
stellen van den heer Hofland mede te heb
ben onderteekend. Het gesprokene van hem
kan Spr. dan ook grootendeels onderschrij
ven.
Het antwoord van B. en W. is pessimis
tisch gestemd. In het college zien we nu
voor de helft nieuwe leden. Dekken ook die
nieuwe leden het antwoord van B. en W.?
Elke verzwaring der financieele lasten is
niet in het belang der gemeente, staat in
het antwoord. Mijn medelid heeft al aange
toond, dat er nog wel een en ander te vin
den is. MaaT de financieele toestand van de
gemeente was uw college toch wel bekend.
En dan verbaast het me toch, dat uw col
lege zich in de vorige vergadering kon uit
spreken voor den 4den wethouder. En dan
verbaast het me ook, dat een tweede direc
teur der Gemeentereïnigïng wordt noodig
geacht. Dan had men toch m. i. wel wat
zuiniger mogen zijn. Ook op de begrooting
is wel wat te bezuinigen. Er is toch een
zekere luxe in de gemeentehuishouding, die
we nu moeten vermijden nu er noodtoestand
is en een groot deel der menschen om hulp
roept. Br zijn tal van telefoontoestellen. Wat
aan huur wordt betaald heeft Spr. niet ge
heel kunnen nagaan, maar voor een deel
weet hij, dat reeds 1910 aan huur wordt
betaald. Er zijn 37 vaste toestellen en 7
tafeltoestellen. Er zijn 9 fietsen, met een
onderhoud van 30Ö, dus als er een bood
schap vlug moet gedaan worden, kan men
altijd een fiets nemen. Voor onderhoud aan
meubelen wordt 500 uitgetrokken. Dat
zijn kleinigheden, maar er kan bezuinigd
worden. Verder kunnen de kantoren van
den ontvanger en van den controleur der
gemeentebelasting overgebracht worden
naar het gemeentehuis.
Behalve een deurwaarder hebben we een
controleur, een adjunct-controleur en een
klerk, en dan een ontvanger met 2 klerken.
Dus 7 ambtenaren voor de inning der be
lastingen. En dan wordt er nog 500 uit
getrokken voor de beschrijving der belas
tingen. De deurwaarder is fe veel overladen
met het werk, dat de controleur moest doen.
Als die kantoren konden worden overge
bracht naar het Gemeentehuis, zou er al
■weer wat bezuinigd kunnen worden.
Door de politieagenten is gevraagd een
vrije dag om de 8 dagen. Dat moest van-
zelfspreken. Maar er wordt gezegd om de
10 of 12 degen. Van af Augustus hebben
ze echter om de 15 of 17 dagen een vrijen
dag gehad. En die menschen doen per week
80 82 uur dienst en om de drie dagen
nachtdienst. Dat zijn toestanden, die niet
mogen bestaan. Er wordt gezegd, als aan
het verzoek gevolg wordt gegeven, zullen er
meer agenten noodig zijn. Maar is het dan
niet noodig, dat die menschen om de 8 da
gen een vrijen dag hebben. Welnu, dan.
verwijs ik naar uw woord in de vorige ver
gadering over den vierden wethouder. Het
is noodig, en ze namen het. Ook dit is noo
dig. Gevraagd is ook spoediger overgang
naar de eerste klas. De mogelijkheid voor
de meesten is uitgesloten om nog eens eer
ste klas te worden.
De arbeider is zijn loon waard. Van die
stelling gaan B. en W. uit bij den directeur
van den keuringsdienst. Laten ze dat nu
ook bij de politie doen.
Spr. wil nog even stilstaan bij de onder
wijzers, gewoonlijk la béte noire. Vergelij
ken we het salaris met andere plaatsen, bijv.
Hilversum, dan zien we dat het minimum en
maximum nog ver beneden andere plaatsen
zijn. De onderwijzer heeft een moeilijke taak
en is hier met 'een maximum van 1250 ge
woon een minimumlijder. Nu zal men aan
voeren, dat een onderwijzer kan komen tot
1400, maar dan verwijs is naar de en
quête in Den Haag, waar het meerendeel
der onderwijzers de paedagogische waarde
der bijakten ontkende. De billijkheid en de
stand der onderwijzers brengt mede, dat
door alle onderwijzers een iViaximum moet
kunnen worden bereikt van 1500.
De Voorzitter zegt, dat de heer Hof
land een zeer aanlokkend beeld heeft ge
schetst. Maar hij heeft voorbijgezien, dat de
belasting met Yt pet. is verhoogd en dat de
progressie is ingevoerd. De opbrengst is dus
hooger omdat het percent is verhoogd. Dat
argument moet Spr. dan ook den heer Hof
land uit d* hand slaan.
Ook het belastbaar inkomen is niet toe
genomen met 2 millioen, maar met
ƒ1.350.000. De verhooging is ook tot stand
gekomen doordat de controle zeer is ver
scherpt. De toename jaarlijks is ongeveer
230,000 en rekenen we tegen 4 pet., dan
is de toename der belasting f 7 h f 8000.
Er is bezwaar tegen "de raming hooger te
némen dan ƒ170,000. Voert men het cij
fer op, dan zal ook het aantal oninbare pos
ten grooter worden. Men moet dus zeer
voorzichtig zijn.
Dit jaar is het belastbaar inkomen 8 ton
meer geworden Maar dat kan men voor
het volgend jaar niet rekenen. Dat wordt
dan kapitaal. De heer Hofland wil de trac
tementen der werklieden aanzienlijk verhoo
gen. B. en W. zouden daaraan mee willen
doen, maar zij zijn dichter bij de inkomsten
en meenen voorzicht:g te moeten zijn. De
heer Hofland wilde 15 pet. toestaan, maar
wilde niet zijn plus royaliste que le roi. En
daarom is hij ook voor de ƒ1.50 meer.
Maar voor de- wacrdeering zijner argumen
ten is dat niet bevorderlijk. Meent hij dat
15 pet. noodig Is, dan moet hij daarbij blij
ven.
B. en W. zullep niet op den loop gaan.
Als het voorstel wordt aangenomen zullen
ze het zoo goed mogelijk uitvoeren.
Het idéé om den aftrek voor kinderen te
verhoogen Is B. en W. sympathiek. Aan de
hand van volledige gegevens zullen B. en
W. hun meening uiteenzetten in een wel
dra voor te stellen wijziging der betreffen
de verordening. De stukken worden reeds
gedrukt. Voor eenig wantrouwen is dus vol
strekt geen plaats.
Wordt de aftrek voor noodzakelijk levens
onderhoud verhoogd, dan daalt het belast
baar inkomen sterk. Veel beter zal hét dan
zijn het o.menigvuldigingscijfer te brengen
op 1.4, maar spr. zou voorstellen de dis
cussie uit te stellen tot het betreffende on
derwerp.
De heer v. Nynatten heeft een rede ge
houden die stond in het te eken der zuinig
heid. Maar later is hij geschenken gaan uit
deel en.
De hqer v. Nynatten heeft de onderwijzers
minimumlijders genoemd. Maar hij weet nog
niet, dat nog geen twee jaar geleden de sa
larissen aanmerkelijk zijn verhoogd.
De agenten le klas hebben een bepaalde
functie en het instellen van meerdere le
klassers zou een heele reorganisatie teweeg
brengen.
De ambtenaren, der belasting brengen ze
ker hun geld op. De heeren der reclame
commissie kunnen dit bevestigen.
De kantoren van den gemeente-ontvan
ger en van den controleur kunnen niet on
dergebracht worden naar het gemeentehuis.
Daar is geen plaats. In de vorige vergade
ring is een crediet toegestaan juist om de
kantoren van die ambtenaren te verbeteren.
De juiste kosten voor den 4den wethou
der is ƒ1500 en wat betreft de tweede di
recteur der reiniging, dat komt zoo op de
proppen. Is het wel goed daar zoo over te
spreken? De directeur der reiniging mag wel
eens denken: bewaar me voor mijn vrien
den. B. en W. zijn met dit voorstel niet ge
komen dan na ernstige overweging. Deze
dienst moet worden gereorganiseerd en zui
nigheid zou hier de wijsheid bedriegen.
Alleen zouden we kunnen bezuinigen op
de fietsen, maar dan moeten we meer bo
den hebben.
Of er op de meubelen kan worden bezui
nigd zullen we onderzoeken.
Wat de telefoons betreft, meent spr. dat
men het op prijs moet stellen, dat een Ge
meentebestuur meegaat met de moderne
middelen van verkeer. Een gesprek per tele
foon is soms veel waard, dat is niet-onder
geld te brengen. Als we willen bezuinigen,
laten we het dan doen, maar niet op zulke
kleine middelen.
Ten slotte antwoordt spr., dat de memorie
van antwoord is saamgesteld door het col
lege in zijn nieuwe samenstelling.
Wethouder Jorissen deelt mede, dat
hij meegewerkt heeft aan de Memorie van
Antwoord. Indertijd heeft hij gesproken
voor duurtetoeslag. Sprekers systeem is dat
men in buitengewone omstandigheden geen
verhooging moet geven, maar een duurte
toeslag. Nu wil men een deel verhooging
geven en een deel toeslag. Dat is inconse
quent. Had men van den zomer Spreker's
voorstel aangenomen, dan was deze heele
rompslomp niet noodig. Een duurtetoeslag
acht hij op zijn plaats, maar geen loonsver
hooging. Daarom kon Spr. zoo volkomen
het antwoord van B. en-W. onderschrijven.
De heer Hofland zegt vorig- jaar reeds
op verschillende wijzigingen in de belasting
te hebben aangedrongen. Dan is dit nu
eën antwoord zeker op mijn toen uitgespro
ken wenschen. En dan krijgen We volgend
jaar misschien de toezegging, dat de ver
ordening komt. Als de voorzitter me nu dat
zoo forsch uit de handen slaat, dan Is daar
niemand blijder om dan Ik. Wantrouwen,
laat dat toch eens uitwezen, dat bij verschil
van meening altijd van wantrouwen wordt
gesproken. Dat bestaat van mij ten opzichte
van u niet.
Over de daling van het belastbaar inko
men maakt Spr. zich niet ongerust. Als dit
jaar op 175,000 mag worden gerekend,
dan zijn B. en W. pessimistisch als zij voor
het volgend jaar 170,000 ramen. Dat
mist eiken reëel-en grond. De cijfers wijzen
een toename aan en ik mag veilig op een op
brengst rekenen van 185,000. Door het
vermenigvuldigingscijfer op 1.2 te brengen
rekenen B. en W. op 200,000. Die
30.000 verschil is dat dan die 0.2 p.ct
Mijn optreden en argumenten hebt u min
of meer verdacht willen maken. Dat vind ik
niet mooi. Ik wü niet koningsgezinder zijn
dan de koning, zegt u. Maar als de men
schen meenen, dat 1.50 voldoende is, dan
wil ik de lakten niet nog meer verzwaren.
De eenheid van het optreden der arbeiders
wil ik niet breken.
In dezen zomer voelde iedereen, dat wat
meer moest worden gegeven. Maar de zaak
kwam in gevaar door de houding van B. en
W. Toen zijn er voorstellen gekomen en
moftst worden uitgemaakt welk voorstel den
voorrang hack Ik had het voorstel-Jorissen
gesteund en heb toen een voorstel bij de
hand gehad, indien het voorstel-Jorissen
werd verworpen. De Raad heeft toen mijn
voorstel aangenomen en dal van Dr. Joris
sen verworpen. Zoo was de toestand. Men
mag dus niet zeggen, dat de misère van
thans een gevolg is van de aanneming van
mijn voorstel.
Wat de Voorzitter heeft vergeten te be
antwoorden, is belangrijker. De Distributie
zal verlichting brengen zeggen B. en W.
Maar spr. heeft vakkundig cijfers naar vo
ren gebracht en daar heeft de Voorzitter
niet op geantwoord.
Ten slotte spijt het sprdat Dr. Jorissen
aanstonds zijn standpunt heeft losgelaten
bij zijn intrede in het college van B. en W.
Hij Is een renegaat geworden van zijn eigen
standpunt Of nu een toeslag moet worden
gegeven of een verhooging maakt weinig
uit. Spr. Is overtuigd, dat na den oorlog de
toeslag als loonsverhooging zal blijven be
stendigd. Waarom nu terug gegaan voor het
financieele bezwaar
Spr. wijst nog op het verzoek der politie
agenten om een vrijen Zondag. Hij hecht
zelf heel veel daaraan. Dan zet hij alle be
slommeringen van zich af, gaat genieten
van de vrije- natuur, gaat naar de kerk en hij
wil dat voor anderen ook geven.
Ten slotte zegt spr. aan zijn medeleden
der commissie ad hoe steunt toch het voor
stel, dat ge zelf hebt gedaan.
De heer Van Nynatten zegt, dat de
Voorzitter hem heeft behandeld als nieuw
lid en dat hij aangedrongen had op bezui
niging, maar ten slotte wenschen had geuit.
Spr. wijst er op, dat zijn vraag om bezui
niging zich aansloot bij de woorden van
den heer Hofland inzake de belastingen.
Spr. wilde bezuiniging om iets te vinden
voor den armen werkman en voor den armen
ambtenaar. Er zijn ook nog wel andere bron
nen, bijv. een belasting op de vermakelijk
heden. Als er een wil is, is er ook een weg
te vinden en spr. zou B. en W. ernstig in
overweging geven, daarover eens te denken.
De onderwijzers zijn zeker minimumlij
ders. En als men zegt, dat de salarissen pas
verhoogd zijn, dan blijkt daaruit alleen, dat
ze vroeger nog meer beneden peil waren.
Op mijn vragen omtrent de politie heeft
de Voorzitter niet geantwoord. Hij heeft wel
gezegd, dat de agenten le klas een anderen
werkkring hebben. Zij hebben bijv. wacht,
maar wat is er nu tegen om een agent, die
op straat dienst doet, ook le klas te maken.
Et zijn agenten van 49 jaar, die nog 2e klas
zijn. en geen kans hebben het ooit te wor
den.
Nu heeft de Voorzitter gezegd, dat de be
lastingambtenaren hun geld opbrengen. Ja,
dat moest er nog bijkomen, dat ze dat niet
deden. Ik heb er op gewezen, dat we heb
ben een controleur en een adjunct-contro
leur en dat de deurwaarder werk van den
controleur doet.
Er is gezegd, dat de kantoren niet op het
Gemeentehuis konden worden onderge
bracht, daar de menschen dan de trappen
opmoeten. Maar bij den controleur moet
men altijd de trappen op.
De Voorzitter heeft gezegd f bewaar me
voor mijn vrienden. Ik ken de Directeur niet
eens. Maar waar ik op gewezen heb is dit,
dat de Directie straks 4500 zal kosten.
Dat is te duur betaald. Voor takken di« veel
importanter zijn, zijn de kosten minder.
Spr wil gaarne gebruik maken van al het
geen de moderne tijd biedt. Maar wanneer
hij ziet dat in de gemeentebureaux de mo
derne techniek wordt benuttigd, dan stemt
Spr. daarmee in, onder voorwaarde, dat m?n
ziin werklieden ook modern behandelt.
Wethouder Jorissen zet uiteen, dat
nie. hij, maar de heer Hofland van standpunt
is veranderd. Spr. is voor een duurtetoe
slag, maar tegfen loonsverhooging.
Wil iemand komen met het voorstel dat hij
dezen zomer zelf heeft gedaan, dan is hij
er voor.
De heer Houbaer meent, dat de wet
houder zich tot h vergist. De commissie
heeft voorgesteld een toeslag toe te ken
nen en heeft zich niet uitgesproken over
loonsverhooging aan de werklieden. Daar
mee zult u het toch volkomen eens zijn.
De Voorzitter: Ik krijg een voorstel
van den heer Hofland om de vergadering
te verdagen. Ik zou dat voorstel ook willen
doen om te verdagen tot Donderdag, maar
na de algemeene beschouwingen.
De Voorzitter beantwoordt de spre
kers en legt er nog meer de nadruk op, dat
dit jaar oorlogswinsten zijn gemaakt, wel
ke volgend jaar echter geen inkomen meer
zijn, maar kapitaal.
De heer Hofland is toch niet op de
hoogte geweest van het standpunt der ar
beiders. Hij zegt altijd te staan temidden der
beweging, maar nu wist hij het toch niet.
Dat wasoht het water van de zee niet af.
Wat de belasting betreft, toont de Le
vensmiddelenbelasting, welke B. en W.
voorstellen, toch wel, dat ze tegemoet \.u-
len komen aan sommige wenschen.
Het toestaan van een vrijen Zondag voor
de politieagenten zou een uitbreiding met
8 agenten noodig maken.
Van een belasting op publieke vermake
lijkheden verwacht spr. weinig.
De organisatie der politie brengt mee,
dat er een bepaald aantal agenten le klas
noodig zijn. Als er iets gevonden moet wor
den ter verbetering der financieele pos.''ie,
dan moet men het vinden in periodieke ver
hoogingen.
Het is volkomen Juist, dat de dueoUg 'dej
reiniging duur ral lijn. U tuit daar vae|
succes mee hebhen Het Ie een goedVooo,
aardigheid.
De heer van N Ij natten: Het is een
dure aardigheid.
De Voorxltter: Neen da aardigheid1
is goedkoop.
Maar wij hebben den tegenwoordige
directeur zooveel mogelijk In zijn waardlg*
heid willen laten.
De algemeene beschouwing-en worden
daarna gesloten.
4. Voorstel van B. en W. tot het verlee-
nen van eervol ontslag, overeenkomstig ver
zoek, aan mej. J. H. van Achterbergh, on
derwijzeres aan school G.
Z. d. en z. h. st. aangenomen.
5. Voorstel van B. en W. tot het verlee-
nen van ziekteverlof aan mej. M. C. B
Beek, onderwijzeres aan sohool A.
Als voren.
7. Voorstel van B. en .W om machtiging
te verleenen tot splitsing der eerste klasse
van de Herhalingsschool.
Als voren.
8. Voprstel van Burgemeester en Wethou
ders tot vaststelling van jaarwedden en pen
sioensgrondslagen van leeraren, verbonden
aan het Gymnasium en de Hoogere Burger
school.
Als voren.
9. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot vaststelling van jaarwedden en pen*
sioensgrondslagen van de leeraren W. B.
Moll en J. M. Thiel.
Als voren.
10. Voorstel van het College van cura
toren van het Gymnasium tot wijziging van
het Reglement van het Gymnasium te
Amersfoort, in verband met invoering van
3 dagen herfst-vacantie.
De heer Kroes wil het ook voor de H.
B. S. doen gelden.
De Voorzitter antwoordt, dat B. en
W. dit niet voorstellen met het oog op den
overgang aan 't Rijk.
Het voorstel wordt z. h. st. aangenomen.
12. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot verwijderen van de pomp bij het
perceel Langestraat no. 90 en tot verkoop
van den vrijkomenden grond.
Z. d. en z. h. st. aangenomen.
13. Voorstel van Burg. en Weth. tot op
neming van gronden, aangekocht van den
heer W. Kleber, mevrouw Stiekkel Schoe-
maker en de familie Koppen in het Grond
bedrijf.
Als voren.
14. Voorstel van Burg. en Weth. tot ver
koop van ongeveer 7400 vierk M. bouw
terrein, ad. 2.50 per vierk. M. aan jhr.
A. W. den Beer Poortugaal.
Als voren.
15. Voorstel van Burg. en Weth. tot aan
koop van een vijftal schuren, gelegen aan
de Hellestraat, van P. van de Zuidwind.
Als voren.
17. Voorstel van Burg. en Weth. tot wij
ziging der Gemeentebegrooting, dienst
1916.
Als voren.
18. Voorstel van Burg. en Weth. tot wij
ziging der begrooting van het Grondbe
drijf, dienst 1916.
Als voren.
19. Voorstel van Burg. en Weth. tot wij
ziging der Begrooting van de Gasfabriek,
dienst 1916.
Als voren.
20. Voorstel van Burg. en Weth. tot wij
ziging der Begrooting van de Waterleiding,
dienst 1916.*
Als voren.
21. Voorstel van Burg. en Weth. tot wij*
ziging der Begrooting van het Electrlcl*
teitsbedrijf, dienst 1916.
Als voren.
Daarna wordt de vergadering verdaagd
tot Donderdagavond 7 uur.
B e I a s t i n g-v oorstellers.
De 'heeren Hofland, Van Nynatten, Rent
en Leinweber hebben den Raad voorgesteld
het vermenigvuldigingscijfer der inkomsten*
belasting te bepalen op 1.3.
En dezelfde heeren met baron Rengers
hebben voorgesteld dan aftrek van diezelfde
belasting met 100 te verhoogen en der*
•halve te brengen op 500, 600 en 700.
Kathleen Parlow.
Voor de derde maal binnen eenige jaren
mochten we het voorrecht genieten de Ca-
nadeesche violiste voor ons te hooien op
treden, en wederom heeft ze ons een avond
van heerlijk kunstgenot gebracht. Onwille
keurig werden we er toe gebracht te denkert
aan haar debuut in onze concertzaal, on ge*
veer drie jaar geldden, en ons den indruij
voor den geest te brengen, die haar spel
toen op ons maakte. En dan herinneren wó
ons 'hoe zeer we onder de bekoring kwamen"
ven 'haar snarenspel, in 't bijzonder van
haie edelen en frisschen toon en hare schit-'
terende techniek. Deze eigenschappen von
den we ook nu weer terug, mcar danrenbo*
ven bleek het ons duidelijk, hoezeer haar
talent sinds dien is gerijpt, hoeveel bezonke-^
ner alles nog is geworden. Ook het dooi^
haar gekozen programma was daarvanv^eene
afspiegelingvergelijken we dit met het pro-J
gramma van haar eerste optreden, dan zien1
we aanstonds, dat door haar steeds minder
wordt geofferd aan den moloch der virtuosi
teit. Vóór de pauze kregen we toch tweaj
werken in grooten stijl te hooren, n.l. hfcfj
concert in a-mineur van Vieuxtemps en döj
•Sonate in d-majeur van Handel, waardoor^
zeker in ruime mate werd -jldaan aan da
wenschen van hen, die gaarne luisteren nauil
degelijke mimiek. En met welk eene voor<
naairtheid werden deze werken door haat^
ten gehoore gebracht, elk in zijn eigen,
zeer van elkaar verschillend genre. Wcll^
eene schittering in het eerste gedeelte van
het conceri van den Fr-nscl.:.. meester, hoé
«angerig het adagio, hoe pittig hei eilegriï