Vrijdag 16 Maart 1917.
EEMLAN DER".
_BIJITF.NI.AND.
ZONNEWEELDE
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 46.
N° 218
15de Jaarpang.
Politiek Overzicht
Revolutie in Rusland.
FEUILLETON.
ABONNEMENTSPRIJS:
maanden voor Amersfoort f 1.30,
Idem franco per post- 1.8(>.
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - 0.126.
Afzonderlijke nummers 0.05.
Wekelyk&oh bijvoegsel „De Bfillandschs Huisvrouw' (onder
redactie van Thérène Hoven) per 3 mud. 50 cis.
"Wekeliiksoh bijvoegsel Wereldrevue' per 8 mnd. 52 cis.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
=3
PK IJS DE£ AOVEKTENl'IEN
Van 1-5 reRol»
fclko regel meer0.15
Dienstaanbiedingen 1—6 regel,JJ «IsO.
Groote lettors naar plaatsruimte.
Voor handel eu bedryl bestaan zoor voordoelige bepalingen
tot het herhaald.ad verteeren in dit Blad, bij abonnement.
Xiodh oiroulaire, bovattondo de voorwaardou, wordt op
aanvraag toegezonden.
MARIE VAN VERSENDAAL.
Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURG.
De tijdingen, die uit Rusland komen, klin
ken als voorboden van een nieuwe phase,
die het vreeselijke wereld-drama, waarvan
wij getuigen zijn, intreedt. Wij hebben in
de oorlogsmaanden, die wij hebben doorge
maakt, en waarvan nu de 32e aan den gang
is, zóó veel beleefd, dat ons gevoel begint
te verstompen. Wij zijn geneigd ons over
niets meer te verbazen en zelfs het meest
ongewone over onzen kant te laten gaan
als iets wat onvermijdelijk moest komen.
Maar wat nu in*Rusland zich ontwikkelt, kan
alles wat reeds is gebeurd nog in gewicht
overtreffen. Het is misschien de débacle, die
begint.
De eerste aankondiging bracht het bericht
van het Petersburgsche telegraafagentschap
van 13 Maart, dat eene keizerlijke trkase de
schorsing van de zittingen van de rijksdoe
ma en den rijksraad had bevolen, gerekend
van 11 Maart, met'bepaling, dat de zittingen
hervat zouden worden zoodra de omstan
digheden dit zouden toelaten, maar op zijn
laatst in de maand April. Het lag voor de
hand, dat het eene onvrijwillige vacantie
moest zijn, die aan doema en rijksraad ver
leend werd slechts weinige dagen nadat zij
op 27 Februari weer .waren bijeengeko
men. Dit wordt ook bevestigd door de be
richten, die sedert ontvangen zijn over 't
geen in de vergadering van de doema
ós voorgevallen. Scherper woorden van
veroordeeling dan die, welke de regee-
ring in deze vergaderingen kreeg te hoo-
ren, kan men zich moeielïjk denken. Als
voorbeeld me e dier.en.wét door Miljoekow,
den wooridvo c' ?r van de cons'.itutioneele
democraten (cadetten) werd gezegd. Hij ver
oordeelde de algemeene taktiek van de re
geering, welker betrekkinTen tot de doema
en den rijksraad-* geenszins beantwoordden
aan de welwillendheid en waardigheid, die
de czaar in zijn schrijven aan den minister
president Golitzin dezen op het hart bond.
Het land streeft naar eene binnenlandsche
organisatie; maar de regeering, die slechts
voor haar eigen bestaan bezorgd is, ziet in
dit streven een gevaar voor zich. „De toe
stand is ernstig zoo gin^ Miljoekow voort
wij willèn den werkelijken toestand van
het land niet verzwijgen. Wanneer het ge
vaar ontstaat, dat de vruchten van de reus
achtige volksoffers door de onbekwaamheid
van de regeering vernietigd worden, zal het
volk zelf zijn lot in handen nemen. Overal
ós de vaderlandslievende ongerustheid ont
staan, die Ruslend's redding zal zijn. Zoo
dra het land tot het inzicht komt, dat met
deze regeering de overwinning onmogelijk
is, zal het zonder haar trachten te overwin
nen."
Kerenski, de spreker van de arbeidspartij,
6loot zich bij Miljoekow aan in "zijne kritiek
op het regeeringsbeleid; alleen sloeg hij een
nog krasseren toon aan, waar hij zeide: „Wij
bevinden ons in denzelfden toestand als
Parijs ten tijde van de groote revolutie.
Overal desorganisatie en demoralisatie.
Stürmer, Rittich, Protopopow zetten den ar
beid van Soechomlinow voort. Deze des
organiseerde het verdedigings-apparaat, de
anderen desorganiseeren de economische
huishouding van het land. Protopopow ver
nielde de organisatie van het maatschappe
lijk leven en bracht de pers tot volslagen
stomheid. Het transportwezen is volkomen
gedesorganiseerd, de industrie vernietigd.
De regeering bracht de theorie van de anti
militaristen tot werkelijkheid, den oorlog
door desorganisatie en vernieling onmoge
lijk te maken."
In het vervolg van zijne rede richtte Ke
renski zijne kritiek tegen de elementen in de
doema, die met de regeering den oorlog
willen voortzetten. Dat deel van zijne rede
is niet het minst opmerkelijke; het spreekt
zich vrijmoedig uit tegen de imperialistische
neigingen, die in de rijksdoema aan de lin
kerzijde gekoesterd worden, in deze woor
den: „Gij wilt als uitkomst van den oorlog
Konstanfcinopel, maar de anarchistische ar
beid van d-e regeering verwekt geheel an
dere resultaten. De tijd is voorbij, toen men
van ons land een organisme kon maken, dat
in staat zou zijn geweest heldendaden te
volbrengen. Gij schaart u om het ideaal van
het imperialisme; in vereeniging met de re
geering jaagt gij hersenschimmen na en
-streeft naar onbereikbare doeleinden, zon
der te bedenken hoe de toestand van het
lond is. Na drie oorlogsjaren is het eindelijk
tijd, deze oogmerken te likwideeren. Wij
moeten toestanden in 't leven roepen, waar
door ons volk zijne meening vrij uit kan
zeggen, evenals in Duitschland en Enge
land. Uwe oorlogsleuzen en veroveringsnei
gingen worden door het volk afgekeurd; het
volk wil meespreken, wanneer over zijne
toekomst wordt beslist. Laat het volk aan
het woord komen en verdeelt niet de beren
huid voordat gij den beer hebtf"
In het licht, dat deze redevoeringen ver
spreiden, worden de gebeurtenissen der
laatste dagen in Rusland ons duidelijk. Men
ziet, dat de regeering, om de doema de
mond te snoeren, den czaar eene ukazë
laat onderteekenen, d-ie de schorsing van de
zittingen bewerkt, en tegelijk den militairen
commandant van Petersburg het bevel doet
toekomen, dat met alle middelen de bevol
king onden den duim moet worden gehouden.
Maar men ziet ook, dat onder leiding van de
doema het volk daartegen in .verzet komt,
dat het garnizoen zich met de opgestane be
volking verbroedert en dat in een strijd van
drie dagen de orde wordt hersteld, maar zóó;
dat de orde van zaken geheel is omgekeerd,
de ministers zich in arrest bevinden en een
uitvoerend comité van twaalf leden der
doenva in het bezit is van de macht. In één
woord: de revolutie heeft in Petersburg ge
zegevierd. Het is duidelijk, dat men hiermee
aan -het begin is van eene nieuwe phase in
de geschiedenis van Rusland, welker verderè
ontwikkeling voor allerlei mogelijkheden de
deur openlaat
Als eerste vrucht van de omwenteling, die
tot stand is gekomen, heeft via Londen het
bericht ons bereikt, dat de czaar afstand ge
daan heeft van den troon. Men is geneigd
dat te beschouwen als een logisch gevolg
van de verandering, die heeft plaats gehad,
want deze zwakkeling, die een speelbal w:.:-
van in het duister werkende invloeden en
het oor leende aan inblazingen van elemen
ten van het slag van den onlangs door eene
in hofkringen uitgebroede samenzwering om-
gebrachten monnik Raspoetin, was aller
minst de man, die in staat was den toestand
te beheerschen. Hij heeft zich in de kritieke
dagen, die aan de uitbarsting van den we-
reldstrijd vooraf zijn gegaan, het besluit tot
den oorlog laten afdwingen door de oorlogs
partij. Nu de zaken scheef gaan, valt hij als
slachtoffer van het doordrijven van den
oorlog.
De troonopvolger, grootvorst Alexis, een
knaap die nog 13 jaar moet worden en
ziekelijk van gestel is, is nu nominaal de
keizer en alleenheerscher van geheel Rus
land. Als regent is opgetreden grootvorst
Michael Alexandrowitsch, een jongere broe
der van den gewezen czaar, die door zijn
morganatisch huwelijk lang van het hof ver
wijderd is gehouden en eerst in dezen oor-
lo'r weer in genade is aangenomen.
Hoofd van het uitvoerend comité, dat
door de rijksdoema als voorlbopige re
geering is ingesteld, is de voorzitter
van die vergadering Rodzianko. De nieuwe
militaire commandant van Petersburg is de
kolonel bij den generalen staf Engelhardt.
Maar als werkelijk hoofd van de nieuwe
regeering schijnt de Britsche gezant Bucha
nan beschouwd te moeten worden. Tusschen
hem en het uitvoerend comité, dat de teu
gels van het bewind, die aan de door den
czaar benoemde ministers waren ontvallen,
heeft opgevat, bestaat nauwe voolmg, en
blijkbaar op grond van de van hem ontvan
gen inlichtingen is gisteren in het Britsche
lagerhuis de verklaring afgelegd, dat de be
weging in Rusland niet eene is tegen eene
regeering, die den\ oorlog wil voortzetten,
maar tegen eene regeering, die den oorlog
niet wil voortzetten met de kracht en na
druk, die het volk verwachtte.
Nicolaas II Alexandrowitsch, die gisteren
afstand heeft gedaan van de titels en waar
digheden en de daarmee verbonden macht
van keizer en autocraat van alle Russische
landen, is den 20en October 1894 zijn over
leden vader Alexander III als czaar opge
volgd. Zijn zoon Alexis Nicolajewitsch, op
wien zijne rechten zijn overgegaan, is het
jongste kind uit zijn huwelijk met prinses
Alix van Hessen, die bij haren overgang in
de orthodoxe kerk de namen Alexandra Feo-
dorowna kreeg; hij is den 30en Juli 100-1 te
Peterhof geboren. Grootvorst Michael
Alexandrowitsch, die als regent is opgetre
den tijdens de minderjarigheid van den
nieuwen czaar, is de 3J* jaar jongeren broe
der van den gewezen czaar, die geboren is
den 6en Mei 1838; hij heeft den 15en Oc
tober 1911 te Weenen een niet „êbenbürtig"
huwelijk gesloten met Nathalie Sergejevna
Scheremetersky, gescheiden vrouw van von
Woulfut, die nadat de verzoening was tot
stand gekomen van den czaar den titel gra
vin von Brassow heeft gekregen.
Abdicatie thu den Czaar.
Londen, 15 Maart. (R.) Bonar Law
deelde in het Lagerhuis mede, _dat de
Czaar afstand gedaan heeft van den troon.
Grootvorst Michael Alexandrowitsch is
tot regent benoemd.
Bij het doen van deze mededeeling zeide
Bonar Law: Het is voof" ons eën groote
troost, dat de beweging in Rusland niet
eene is tegen eene regeering, die den oor
log wil voortzetten, maar tegen eene regee
ring, die den oorlog niet wil voortzetten
met de kracht en nadruk, die het volk ver
wachtte. (Luide toejuichingen). Hij voegde
daaraan^ nog toe, dat volgens de verkregen
inlichtingen er geen ernstig verlies aan
menschenlevefts is geweest, en legde na
druk op de betrekkelijke rust waarmee de
verandering is tot stand gebracht
Dc revolutie in Rnslnnd.
Petersburg, 14 Maart. (R.) De mi
nisters Bark, Protopopow, de gewezen mi
nister-president Stürmer en nog anderen
zijn door de revolutionairen gevangen ge
nomen. Baron Fredericks, de minister van
het keizerlijke hof, staat bij het volk onder
zware verdenking dat hij aan Duitsche in
vloeden gehoorzaamt. De revolutionairen
bezette het winterpaleis. De gezanten van
Frankrijk en Rusland hebben onderhande
lingen aangeknoopt met het uitvoerend co
mité van de doema.
Petersburg, 15 Maart. (Tel.-ag.)
Wanhopig over de volkomen desorganisatie
van den transport- en ravitailleeringsdienst
vorlioordo clc t&voll»!Z"S rcwial/uig accvla
lang in opgewonden toestand en in süUja
had zij gemord tegen de regeering, die zij
de schuld gaf van al het kwaad, dat zij te
verduren had.
De regeering, die onlusten voorzag, nam
uitgebreide maatregelen tot handhaving van
de orde en gelastte o. m. ontbinding van
Rijksraad en Doema.
Deze besloot echter op 11 Maart de keizer
lijke ukase niet op te volgen en voort te
gaan met hare zittingen.
Zij stelde terstond een uitvoerend comité
in, bestaande uit twaalf leden, met haren
voorzitter Rodzianko als leider.
Dit comité verklaarde zich tot voorloopige
regeling en heeft de volgende proclamatie
latep uitgaan:
„Met het oog op de moeilijke omstandig
heden en de desorganisatie in het binnen
land, welke te wijten zijn aan de politiek van
de oude regeering, ziet het uitvoerend co
mité van de Doema zich genoodzaakt de
regeling der levensmiddelenvoorziening en
het handhaven van de openbare orde zelf in
handen te nemen.
Ten volle bewust van de beteekenis van
het besluit, dat het neemt, drukt het comité
het stellige vertrouwen uit, dat bevolking en
leger het zullen helpen bij de moeilijke iaa^
een nieuwe regeering te vormen, die aan
de wenschen kan voldoen.
De opgestane bevolking van de hoofdstad
en het garnizoen te Petersburg, dat zich in
zijn geheel, ten getale van meer dan 30.000
man bij de revolutionnairen heeft aangeslo
ten, nam alle ministers gevangen en sloot zo
in het gebouw van de Doema op, het kabinel
als niet-ibestaande verklarende.
Heden, den derden dag van de revolutie,
is de geheele hoofdstad, waar de orde spoe
dig hersteld was, in de macht van het uit
voerend comité van de Doema en van de
troepen, die het steunen."
De afgevaardigde Engelhardt, kolonel bij
den generalen staf, is benoemd tot com
mandant van Petersburg.
Gisteravond richtte het comité een op
roep aan d'e bevolking, de spoorwegmaat
schappijen en de banken, de uitnoodiging
bevattende om het normale leven te hervat*
ten.
De afgevaardigde Gronski is door het
doemacomité belast met de voorloopiga
leiding van het telegraafagentschap.
Petersburg, 15 Maart. (RRod
zianko heeft uit naam van het mili
taire comité uit de Doema aan de bevelheb
bers van leger en vloot aan alle frontenden
manifest gezonden, waarin verzocht word!
kalm te blijven en den strijd tegen den
vijand voort te zetten, terwijl het comité de
binnenlandsche orde zal handhaven.
De revolutionanairen hebben een voorloo
pige regeering gevormd.
Petersburg, 15 Maa r t. (R.) Groot
vorst Cyrillus verklaarde, dat hij zich geheel
ter beschikking van Rodzianko stelde.
Generaal Alexejew antwoordde, dat hij d*
voorstellen van de Doema aanvaardde.
Generaal sur j-c »-ij
zijn plicht jegens keizer en vaderland deed.
Goremykin is gearresteerd.
Het Te en 4e regiment Don-kozakken heeft
zich bij de revolutie aangesloten.
Petersburg, 15 Maart. (Tel.-Ag.J
De afgevaardigden Pepelajew en Taskin heb
ben zich, op bevel van het uitvoerend comité
van de Doema, naar Kroonstad begeven^
waar de troepen zich ter beschikking van d«
Doema hebben gesteld. Pepelajew is tot conv
mandant.van Kroonstad benoemd.
Petersburg, 15 Maa r t. (R.) De ae»
beiders-afgevaardigden in de Doema, bebben
verschillende oproepen tot de arbeiders go*
richt, waarin zij hen verzoeken, de orde t«r
handhaven en het werk te hervatten, opdat
de soldaten aan het front den strijd kunnert
voortzetten.
Moskou, 15 Maart. (R.) Er heerachl
groote vreugde over de revolutie.
Een militaiT comité Is gevormd tot hand-
having van de orde, met hulp van een brW
gade artillerie, vijf regimenten infanterie en
een duizendtal miliciens.
De militaire commandant van Moskou te
De waarheid van droomen is, dat zij het
verborgen leven in en voor ons ontsluie
ren.
ROMAN VAN
O L G A WOHLBRÜCK
met 'autorisatie vertaald
door
Mevr. I. P. WESSELINK- VAN ROSSUM.
67
Zij zaten nog een poosje hij elkaar. Meer om
Ben trein af te wachten dan omdat Hörsel-
feamp wat tegen zijn dochter te zeggen liad.
Zij was hem in zijn sterk uitgesproken
kunslenaarsegoïsme nu zeer lastig Zijn be
geerte om te scheppen was nu door zijn eigen
woorden weer opgewekt. Zijn werk trok hem
weer met de onweerstaanbare lokstem van
Vroeger, zoo machtig, dat hij er geen weer
stand aan kon bieden. Hij wist, dat Lou goed
geborgen was meer wilde hij in het geheel
tot weten. Aan haar kleine verdrietelijkheden
moest zij zelf maar een einde maken. Er wa
ren gewichtiger dingen in de wereld I
En evenmin als hij aan Lou gedacht had,
toen hij indertijd vorstin Sukewitsch trouwde,
•venmin lette hij nu op haar, nu zij hem iu
haar smartelijke eenzaamheid haar hande;
toestak. Zij was immers „goed geborgen". En
hij had haar niet noodig.
Zij was na het bezoek aan haarvader terug
gekeerd naar de kleine pastorie, als iemand,
die op hooggaande zee allen, die hem dier
baar zijn. en geheel zijn have verloren heeft.
„Nu. nu, mijn kindje, wat is er dan -
Dominee Taysen riep het haar van zijn
schrijftafel toe door hel open raam, liep haar
tegemoet haast tot In het bloeiende tuintje,
trok haar zijn kleine met rook gevulde kamer
binnen.
Twee lange uren bleven zij samen en toen
mevrouw von Taysen voor den derden keer
krachtig tegen de deur klopte, had Lou een
besluit genomen. Zij wilde naar een betrek
king uitkijken, op de een of andere manier
beproeven in haar onderhoud te voorzien.
Dominee Taysen beproefde niet eens haar
dit plan uit het hoofd te praten. Hoe \er hij
oolc van de wereld leefde hij wrist, dat moei
lijker nog dan voor andere vrouwen de
levensstrijd voor haar was, die onder den
last van een beroemden naam zuchtten.
Hij had een ander plan. Wat het was, zei
hij haar niet.
Alleen, dat hij voor ambtelijke aangelegen
heden den volgenden morgen naar Berlijn
moest, deelde hij bij het avondbrood mede,
onder het geelachtige licht van de hangende5
'dikbuikige petroleumlamp.
Aan dat alles dacht Lou, toen zij aan het
raam stond van het lichte, luchtige vertrek,
dat eens tot slaapkamer van twee jongens ge
diend had.
Het rinkelen met het koffieservies drong tot
ha.ar door en zij rook den geur van versche
koffie.
i Met loome beenen ging zij de trappen af.
dekte de tafel in het ronde priëel en zette dc
koppen neer. De domineesvrouw dankte bij
elk hulpbetoon, een beetje verlegen, bijna
ontevreden. Zij was het niet gewoon geholpen
te worden. Het drukte haar meer dan het
haar verheugde. Over het geheel wist zij niet
goed, wat met Lou te beginnen; hoe zij er ook
over tobde, zij kon maar niet begrijpen, wat
„de jongen" aan hnar had „gevonden"; mooi
en fijn en voornaam was zijr maar zij zou een
robuster schoondochter verlangd hebben, een
met breede stevige werkhanden, zooals zij zelf
had cn onschuldige vroolijkheid.
„Eerst met een kwartier kan mijn man van
het station komen." zei zij. terwijl zij 'den
eigen gebakken tulband neerzette, die zij ge
woonlijk tweemaal in de week bakte.
„Bij deze warmte zal het wel wat langer
duren..."
„Daar komt een rijtuig," zei Lou.
Al het bloed liep mevrouw Taysen naar het
hart. Er zou haar man toch niets overkomen
zijn, dat hij een rijtuig had genömen. Dat ge
beurde anders nooit.
Zij dacht aan haar zoon, die op verren
afstand was, aan het bed, dat zij nieuw had
lal en overtrekken, aan den waschdag morgen,
die zou moeten vervallen, aan den hulppredi
ker, die vóór Zondag bericht zou moeten heb
ben, aan choleradruppels en ijscompi essen,
aan de mooie tulband en haar gelukkig huwe
lijk.
Aan dal alles dacht zij met ontstellenden
schrik, omdat haai* man in een rijtuig van het
station kwam...
„Kijk goed, lief kind, misschien is het
iemand anders..."
De sterke, forsch gebouwde vrouw hield zich
r
aan de tafel vast. Lou liep den tuin uit, den
breeden ongeplavelden landweg op.
Haar zacht krullend haar fladderde in den
wind om haar fijn, door hel harde loopen even
gekleurd gelaat als een stralenkrans. Haar
lichtblauwe sjaal kronkelde van haar schou
ders omhoog naar het blauw van den hemeL
liet rijtuig stond stil. Dominee Tuysen
zwaaide zijn breeden, zwarten villhocd,
sprong met jeugdige behendigheid van de
trede en hielp daarna een mooie, welgevulde
vrouw met groote donkere oogen bij het uit
stappen.
„Daar is de kleine gravin
Lou voelde, hoe twee zachte, volle armen
om haar heen werden geslagen, hoe een
warme, zachte mond op haar beide wangen
werd gedrukt. Zij hoorde dominee Taysen zeg-
„Dit is de moeder van Gerhard."
En toen was het haar, alsof de zon plotse
ling stralende vlammen op haar afschoot, als
hieven purperen wolken haar boven al het
aardsche naar de hoogten, waar de sterren
fonkelden.
„Wat ben je mooi, klein meisje zoo heb
ik mij je voorgesteld zoo moest Gerhard s
vrouw zijn zoo blond en teer en lieftallig
Suzanne Ober wall sprak met Lou alsof
deze ontmoeting een weerzien was Zij zat in
het priëel, hield Lou's hand vast, en vestigde
hear groote. teedere oogen gelukkig en kalm
'beurtelings op Lou en het echtpaar Taysen.
Lou zweeg. Zij begreep het niet hoe dat
alles zoo plotseling was gebeurd. Maar soms
kuste zij bijna hartstochtelijk de hand van
haar aanstaande schoonmoeder.
„Gerhard is spoedig weer hcelemaal gezond,
llcel gauw komt hij hier naar buiten, naar je
toe. Over twee of drie dagen al. En dan bren^l
•hij je naar zijn grootmama en zijn vader. J
moet heel gauw trouwen. Ik zal nu maa*
dadelijk je papieren meenomen. En na het
huwelijk reizen wij allen te zamen naar mijnl
landgoed, en daar blijf je zoolang als het
er je bevalt."
Het klonk als een sprookje. De domino*
knikte, at van de tulband en sprak over U
belle .Provence. Hij wrist er alles van de sago,
de litteratuur, de menschen en hun zeden eü
gewoonten. Mevrouw Taysen sneed stecd*
weer de tulband aan, stond op en haalde een
flesch wijn, stond weer op en haalde de gla
zen; zij ging zitten en stond weer op, om den
kurkentrekker te halen. Onderweg bleef zij
,soms staan en streek zich over haar gladd*
haar. Ja wat beteekende dat alles hoe
kwam dat alles -? Wat zou de jongen daar
van zeggen? De jongen daar ver weg. die wat
hem het liefst was bij hen had achter gelaten-*
maar zij klonk met de anderen, trok aan haar
te korte mouwen, die de grove polsen vrijlie
ten, ging naar de keuken, sneed een heerlijk*
leverworst af voor den avond en rauwe ham,
hield elk ei tegen het licht - legde hel best*
tafellinnen klaar, het mooie damasten stel, dat
anders alleen met Kerstavond werd gebruikt,
stak bij de petroleumlamp de wandluchtert
met drie kaarsen aan, die ook slechts op
hooge feestdagen brandden, en ging toen plot
seling met stijf neerhangende armen op da
tabouret voor het oude klavier zitten. Wat
moest zij nu aan den jongen schrijven? Zijn
eigen vader had alles voor hem vernietigd.
(Wordt vervolgd.)