Nacht-Veiligheidsdienst
N° 255
15"* Jaargang.
„DE E EM LAN DER".
Dinsdag 1 Mei 1917.
BIJITFNI .AND.
Eersto Amersfoortsche Gecontroleerde
FEUILLETON.
ZONNEWEELDE.
MARIE VAN VERSENDAAu
Woowreuactie. M|_ D VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF Co,
ABONNEMENTSPRIJS:
maanden voce Amereloort f
Idetn franco per poetJ'"®'
Par week (met gratis verzekering tegen ongelukkan) - O.ljB»*
Afzonderlijke nummers 0.05.
Wok#l(jkaoli bijvoegsel „Dt EoUandtoht Buüvnv»" tonder
redactie van Thérèae Horen) per 3 mnd, 50 ets.
Wekeljjkaoh bijvoegsel wWere1drtvü*" per 8 mnd. 5Ü ®0»
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 46.
Intercomm. Tflefoonnummer 65.
PK IJS DER AÜVERTENTIfiN:
Van 1—5 regelsf 0.80.
Elko regel moer0.15.
DioasUaiibiedingon 15 rogole.. 0.50.
Grooto lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bodrijt bostaan zoor voordeelige bepalingen
tot het herhaald advortoeren in dtt Blad, bij abounomenL
Eene oirculairo, bovattondo de voorwaardon, wordt oj»
aanvraag toegezonden.
Noodlottige vergissing.
'n Dapper vliegenier vloog uit om in het
vijandelijk land heldendaden te gaan ver
dichten.
Urenlang "glijdt hij door de nachtlucht,
'breekt door wolken en nevels; en eindelijk
ontwaart hij diep beneden zich het doel van
zijn koenen tocht, 'n militaire versterking, 'n
gebouwencomplex, heerlijk mikpunt voor
z'n dood- en verderf brengende bommen.
De held strooit ze kwistig uit, hij ziet ze
doel treffen, rook en vlammen stijgen op, en
voldaan omdat zonder twijfel vele vijanden
door z'n moedige daad den dood vonden,
keert hij huiswaarts en rapporteert het nieu
we succes van den luchtoorlog;
Maar de vliegenier had zich vergist. Het
was geen militair werk dat hij bestookte, het
was 'n slapende stad.
Het was geon kazerne of station of op
slagplaats welke hij met één slag vernietig
de, net was de vreedzame woning van rus
tige burgers.
Het waren geen booze vijanden, die hij
voor goed onschadelijk maakte, het was 'n
vader, 'n moeder en 'n klein kind.
En dan nog het allerergste, het was geen
vijandelijk land waar hij deze bloedige
krijgslauweren plukte, maar het was 'n land
dat in uiterste vredelievendheid met zijn
wik in vriendschap leefde, al moest het dan
ook dag in dag uit rtieuw onrecht zich laten
welgevallen.
Dat land was ons land.
Maar hij die de misdaad beging, bleef on
bekend.
Wij weten niet of hij'Duitscher dan wel
Engelschman was, maar wel weten wij dat
wij ook tegenover deze daad machteloos
staan. Wij mogen de vuisten weer ballen in
den zak, wij mogen 'n onderzode vragen naar
den schuldige, wij mogen misschien als
onze vriendelijke na- of overbuur welwil
lend is, maierieele schadevergoeding aan
nemen; maar het leed kan niet ongedaan
gemaakt, de onschuldige slachtoffers niet in
het leven teruggeroepen wórden. En het ge
vaar blijft beslaan, dat 'n andere verdoolde
Jïeld 'n zelfde of nog afschuwelijker mis
drijf begaat. Zijn wij niet reeds gewoon ge
raakt aan 'n nog veel ernstiger misdaad, de
opzettelijke torpedeering van onze handels
schepen?
Wij moeten berusten. Deze „vergissing"
waarschuwt ons wat ons lot zou zijn, als ons
land ooit o p z e 11 e 1 ij k doelwit van derge
lijke vliegtochten mocht worden.
Het is gevaarlijk wonen in 'n wereld waèr
waanzin cn misdaad regeeren.
Politiek Overzicht
De nieuwe koers in
Oostenrijk.
II (Slot).
Als gids en leidsman in den nieuwen
koers, dien in Oostenrijk het schip van staat
zal nemen, treedt keizer Karei op. De keus
van de mannen, die aan het hoofd staan van
de regeering, is zijn persoonlijk werk. Hij
heeft graaf Czernin aan het hoofd van het
departement van buitenlandsche zaken van
Oostenrijk-Hongarije geroepen en aan graaf
Clam MaTtinitz het ambt van minister-presi
dent in Oostenrijk opgedragen. In Hongarije
is graaf Tisza aangebleven als hoofd van de
regeering; maar het gisteren opgenomen
schrijven, dat het Hongaarsche kabinet uit
drukkelijk in het ambt bevestigt, getuigt er
van, dat dit besluit de vrucht is van een
nauwgezet onderzoek, dat den keizer tot de
overtuiging heeft gebracht, dat Tisza de
meest geschikte man is om zijne denkbeel
den over het regeeringsbeleid in de daad om
te zetten.
Ook in den loop, dien de nu tot oplossing
gebrachte partieels ministerkrisis in Oosten
rijk heeft genomen, is de hand van keizer
Karei duidelijk te bespeuren. Hèt is blijkbaar
zijn wensch geweest, dat de rijksraad na drie
jaren van rust weer zou worden bijeengeroe
pen om deel te nemen aan den wetgevenden
arbeid, die in den tijd, die voor Oostenrijk
in het verschiet ligt, van meer dan gewone
beteekenis moet zijn. Dat is uitgedrukt in
het antwoord, dat hij heeft gegeven aan de
afgevaardigden van de Duitsche partijen in
den rijksraad, die tijdens de krisis door hem
ten gehoore werden ontvangen. Hij heeft tot
hen gezegd „Het is mijn voornemen den
rijksraad binnen kort bijeen te roepen. Aan
het weder beginnen van het parlementaire
leven na jarenlangen stilstand komr op dit
oogenblik eene buitengewone beteekenis
toe. Ik verwacht van het doorzicht van alle
partijen, dat zij met achting afdwingenden
nadruk voor de hoogste staatsbelangen en
staatsbehoeften zullen opkomen. Ik reken
daarbij op de Duitschers in Oostenrijk, aan
wie als bebouwbare aanhangers van de
siaaiseenhcjd bij de-regeling von de toestan
den, die reeds gedurende den oorlog werd
voorbereid en nadat hij zal zijn geëindigd
met vaste hand moet worden uitgevoerd,
eene groote taak ten deel valt, welker ver
vulling ik van hen met vertrouwen verwacht.
Mijne regeering zal aan het doel, dat haar
is gesteld, onwrikbaar vasthouden. Ik reken
er vast op, dat in het parlement de overtui
ging van de noodzakelijkheid eener een
drachtige samenwerking der vertegenwoor
digers van alle volken van Oostenrijk de
beraadslagingen zal beheerschen en dat
daardoor de voorwaarden voor eene geluk
kige toekomst van Oostenrijk verkregen zul
len worden."
Hiermee wordt aan den rijksraad het
richtsnoer voor zijne handelingen in de toe
komst aangewezen. In het verleden viel over
de opvatting, die de volksvertegenwoordi
ging in Oostenrijk had van hare taak, waar
lijk niet te roemen; in plaats van door een
geest van samenwerking te zijn bezield,
scheen er veeleer een geest van tegenwer
king te heerschen, die eiken vruchtdTagen-
den arbeid onmogelijk maakte. Maar de
jonge monarch, die keizer Frans Jozef op
Reclame.
Stel iff perceel onder onze bewaking; ter VOORKOMING
ran ongeregeldlae«lcu.
Tarief I, per week 25 cent.
Speeiale bewaking billijk tarief.
Soesterweg 22» Tel. 205 De Directie,
Hoek Stationsstraat. J. «V. VAN KIMEKKN «V
Abonnementen per week, maand of kwartaal.
Co.
den troon is opgevolgd, heeft van de toe
komst eene beteTe verwachting. De zware
beproeving, die Oostenrijk in de oorlogsja
ren heeft doorgemaakt, heeft opvoedend ge
werkt op de volksstemmen, die er naast el
kaar wonen, en bij hen het bewustzijn ver
sterkt, dat zij bij elkaar behooren. Gezamen-
liik hebben zij weerstand geboden aan de
aanslagen, die tegen het Oostenrijksche
staatsgebouw werden gericht, en een weer
standsvermogen ..aan den dag gelegd, dat
een reden van verbazing is geweest voor
vriend en vijand. Nu is het gevaar, dat het
bestaan van dè Oostenrijksche staat be
dreigde, zoo niet geheel weggenomen, dan
toch belangrijk verminderd, en keizer Ka-
rel en zijne raadslieden in de regeering
kunnen de hoop koesteren, dat het zal wor
den afgewend.
Dit is het oogenblik, dat wordt gekozen
om den rijksraad in Oostenrijk uit den
staat van rust tot een nieuw leven op te
wekken. Het land Staat aan het begin van
een nieuw tijdperk in zijne geschiedenis
Nog is het einde A an "den strijd niet geko
men, waarin Oostenrijks ondergang, althans
zijne verzwakking in die mate dal het zijne
beteekenis als groo»e mogendheid zou ver
liezen, het verklaarde-doel van Oostenrijks
vijanden was. Maar het laat zich toch reeds
aanzien, dat het einde van den strijd Oosten
rijks vernietiging niet zal brengen en dat
Oostenrijk daaruit te voorschijn zal komen,
innerlijk versterkt door den geest van ge
meenschapszin, het gevoel van bij elkaar t
behooren, dat het gezamenlijk doorgestane
en met vereende krachten overwonnen ge
vaar heeft géwekt. Onder deze omstandig
heden wordt de rijksraad weder tot de ar
beid gbroepen in de verwachting, dat voort
aan eene nieuwe geest het oude lichaam zal
bezielen en zal aansporen., voor zijn deel bii
te dragen om door vruchtbaren arbeid de
^belangen van staat en gemeenschap te be
hartigen.
De oorScg.
Londen, 30 April. (R.) Wij verne
men, dat het Amerikaansche olie-stoomschip
Vacuum, den 28en April door een Duitsche
duikboot in den grond is geboord. De eerste
officier en 17 man, waaronder drie Ifanon-
niers van de Vereenigde Staten, zijn uan
land gebracht. Een andere boot, met den ka
pitein en de rest van de bemanning, alsmede
een luitenant ter zee en negen kanonniers,
wordt nog vermist.
B e r 1 ij n, 3 O April. (W. B.) Voormid-
dagbericht uit het groote hoofdkwartier.
Na de mislukking von den grooten aanval
op den 28en ondernamen de Engelschen gis
teren slechts partieele aanvallen tegen Oppy,
ten noorden van den weg Douai—Atrecht. In
een vier malen herhaalden aanval legen dat
hevig betwiste dorp putten zij hunne krach
ten uit; het dorp bleef in onze handen. Op de
beide oevers van de Scarpe hield de sterke
slrijdactie van de artillerie aan.
Eene voorzichtige schatting bepaalt het
cijfer der verliezen van de Engelschen op
den 28en April op meer dan 6000 man, die
in en Voor onze stellingen gevallen zijn. Bo
vendien zijn meer dan 1000 gevangenen en
4-0 machinegeweren door onze troepen in
geleverd en 10 pantserauto's verhield.
Door met geweld ondernomen verkennin
gen trachtten de Franschen gisteren het suc
ces van hun verrüelingsvuur tegen onze stel
lingen bij Berry-au-Bac, aan de Brimont en
ten noorden van Reims vast te stellen. Onze
loopgraafbezettingen wezen de aanvallen af.
Óp het middaguur was met weinige pau
zen de vuurstrijd van Soissons tot de Suippe
weer gestegen; hét bereikte in de avond
uren zijne grootste hevigheid, hield in wis
selende kracht gedurende den nacht aan en
steeg bii het kriéken van den dag tot de
sterkste werking-.
Op het front van hertog Albrecht niets be
langrijks.
Den 28en April verloren onze westelijke
tegenstanders elf, den 29en 23 vliegtuigen,
bovendien drie kabelballons. Vliegers en af-
weerkanonnen dcelen samen in deze uit
komst. Verkennerstochten en vluchten tot
het neerwerpen van bommen brachten onze
vliegers tot diep in het Engelsche Frankrijk
tusschen. de Sofnme en de zee en van het
Aisnefront tot over de Marne naar het zui-
I den.
F o rijs, 3 0 April. (Uavas.) Namiddag-
communiqué.
Gedurende den nacht was er eene vrij he
vige artillerieactic ten zuiden van Saint-
Quentin,-en in de streek van Troyon, Ilurtc-
bise en Craonne. De Fransche batterijen
zetten hun vernielingsvuur voort op de Duit
sche werken op het rotsmassief van Moron-
villiers. Verscheidene Duitsche pogingen op
Fransche loopgraven en kleine posten in den
sector Hurtebise, bij den Mont Cornillet cn
bij Chambrettes mislukten onder het Fran
sche vuur.
Overal elders was de nacht rustig.
Londen, 30 April. (R.) Bericht van
maarschalk Haig.
Door eene kl<ine plaatselijke operatic
tusschen Monchy-le-Preux en' de Scarpe
mankten wij eenig'e gevangenen en verbe
terden onze stelling. Ook deden wij een ge
slaagden raid ten noorden van Yperen.
Londen, 30 April. (R.) Avondbericht
van maarschalk Haig.
Een aanval van den vijand op onze nieuwe
stellingen tusschen Monchy-le-Preux en de
Scarpe is volkomen teruggeslagen.
l a r. ij s, 3 0 April. (1 lavas.) Namiddag-
comréunhjué.
In den loop van den nacht wierpen Duit
se'.c Hicgtuigen verscheidene bommen in
de streek van Duinkerken oh in do streek
van Naooy tot Belfort. Er weiden goenc
slachtoffers gemaakt cn slechts onbciockc-
nendc schade aangericht.
Ook Chaions en Epcrnay werden gebom
bardeerd. Hier werden verscheidene slacht-
off< rs gemaakt onder de burgerlijke bevol
king.
In den nacht, van 28 op 2Q April, ver
richtten de Fransche bombardement-vlieg
tuigen verschillende operatiën. Een kabel
ballon werd naar den grond gebracht. Ba
rakken werden gebombardeerd;, er werden
branden en ontploffingen waargenomen.
Verder kregen de stations Pont Foverger en
Bethenyville en de bivaks bij Epoye talrijke
projectielen.
P a r ij s 3 0 April. (Havas). Dc benoe
ming van generaal Pétain tot chef van den
grooten generalen staf, een der meest popu-
lairc legerhoofden, wordt door de gehecle
openbare meening en door het leger naar
waarde geschat. Zijne dapperheid, beslist
heid, vastheid van karakter en militair talent
stempelen hem met recht tot een van de
mannen op wie Frankrijk volkomen kan re
kenen. Dc dagbladen wenschen de rcgce-
ring en den minister geluk met het besluit
tot deze benoeming, waarvan zij zeei' gun
stige uitkomsten verwachten.
Rome, 30 April. (Steïarii.) Officieel
communiqué.
In het Camonico-dal deed een vijandelijk
detachement een onverwachten aanval op
een van onze vooruitgeschoven posten aan
den Tonale-pas. Toen versterkingen te hulp
kwamen, werd de post onmiddellijk geheel
veroverd.
Den 29en April waren de artilleriegevecK-
Om de ziel van een volk te kennen, moet
men het niet in zijn leven van eiken dag
doch op groote tijdstippen van z'n geschie
denis beschouwen.
ROMAN VAN
OLGA WOHLBRÜCK
met autorisatie r/ertaald
dcor
Mevr. I. P. WESSELINK- VAN ROSSUM.
103
Zij grendelde dc deur, leunde er legen, om
dat haar \octcn_haar den dienst weigerden.
Wat beteckende dit alles?
Was Gerhard krankzinnig geworden.
Was hij alles veigeten zijn vrouw, zijn
vader, zich zeil? Dacht hij niet aan hel
•kind. dat zij onder het hart droeg, haar hart,
dat het met zijn wilde, wanhopige, angstige
slagen zou kunnen dooden? Had deze ontzet
tende, onbarmhartige zon alles in zijn herin
nering uitgebrand, zijn hersons uitgebraud!
Zijn ziel —I
Er werd aan de deur geklopt.
„Ik heb hoofdpijn ik zou graag slapen."
Niemand verbaasde zich daarover. Mémère
beval wat ijs uit den kelder te halen voor het
geval zij compressen zou verlangen.
Maar zij verlangde niets.
Pas toen dc vrouwen haar middagrust hiel
den, kwam zij naar beneden. Heel zacht op
haar kousen sloop, zij in het smalle vertrek
naast dc woonkamer.
„Professor
Ilij lag aangekleed op bed met hel voch
tige verband om de oogen. En een glimlach
gleed over zijn oud gelaat, toen hij de stem
hoorde, die in oude, vertrouwde klanken van
hel geboorteland lol hem sprak.
„Jo -?"
„Hoe lang zou het wel duren, voor men te
voel in Aries komt" vroeg zij ais terloops
en legde zijn kussens recht.
„Te voet Ja, lieve God, hoe kan ik dal
nu nog weten? Ik denk dat het een uur of zes
zal zijn. Toen ik jong was, ben ik er dikwijls
in het voorjaar heen geloopen, of in den
herfst. Maar nu kan men alleen bij nacht gaan,
of bij het ochtcndgrauwen zooals Madlon,
toen zij van hier weg moest..."
„Madlon ja
Zij wist eensklaps van wie de brief was.
Madlon was een goed meisje; zij was dank
baar voor de paar geschenken, die zij had
gekregen. Ilicr was toch alles anders de
menscben gyaren anders hel land was
anders.
„Het wordt ook hier weer gauw mooi,'" ze.i
dc oude. „Over acht of tien dagen, kleine gra
vin -- dan komt de mistral over de bergen cn
waait ons wolken langs -den hemel cn koelte
dan komt er regen en koele, frissclie morgen
lucht dau ontwaakt alles. De boomen wor
den weer groen en het gras en de men
scben worden weer vroolijk. Dan spelen de
mannen in dc dicnstbodcnhal op de harmo
nica en dc dienstmeisjes dansen op het erf en
ieder krijgt zoeten appelwijn of licht bier.
En ooft is er dan, manden vol vruchten en
men doet zich le goed in den tuin dc vruch
ten worden ingemaakt, en dc champignons
gekookt cn dan ruikt het overal zoo goed, en
allen zijn \roolijk en zingen
Dc oude man had zijn brandende oogen en
dc koortshitte vergeten, die zijn oude lede
maten neerdrukte, dc droge kecljen de ge
spleten lippen liij dacht aan den mistral,
die nu spoedig in groote vlagen over de ber
gen zou komeu en vol verwachting glim
lachte hij. zalig, gelukkig en geduldig.
Toen zei hij plotseling weer nadenkend cn
droomerig: „zes uren ja, in zes uren komt
men er, als men weet naar wicn men heen
wil— maar men moei hel weten en niet meer
kunnen wachten
„Zes uren zes uren
Deze zes uren wilde zij gaan. De stad in,
met beide armen dc knieën van haar man
omvatten, zooals dc meid het destijds in den
tuin had gedaan; zij wilde hem onder tranen
bidden, hem bezweren at' te zien van zijn
plan, dat de dames Yidal alleen maar geamu
seerd zou hebbén..
En daarom mochten zij ook niet welen, dal
zij naar hem loc wilde. Niemand mocht het
vernemen. Men zou haar immers maar uit
lachen of haar niet laten gaan haar
terughouden jnel tecdere smeekbeden cn
strenge vermaningen, mei liefde, zelfs met ge
weld, alleen maar, opdat het genoegen van
den jongen, den lieveling niet zou worden
gestoord.
Stil en kalm zat Lou bij hel avondeten tus
schen dc twee vrouwen in de bedompte woon
kamer. De nachtvlinders fladderden weer
legen het fijne gaas van dc vliegenhor en dc
lamp walmde, terwijl de dienstbode de spij
zen aandroeg.
„Je bent nog altijd een beetje bleek, hartje,
ontzie je wat, denk aan hel kind," zei Mémère
en streek Lou inet /.aclilc hand over het haar.
Zij had steeds aan anderen moeien denken.
Eerst aan haar vader. Daarna aan haar man.
Nu aan haar kind.
„Ik denk aan hel kind,zei Lou cn glim
lachte.
Mevrouw Yidal knikte haar loc.
„Je man komt spoedig terug. Dan is dc
vreugde groot!
„Ja," zei Lou weer.
Zij liet zich door Mémère op beide wangen
kussen. Zij kuste mevrouw Vidal op de bol
derende luie van haar witte muts. Toen ging
zij.
„Uit haar wordt men ook niet wijs," fluis
terde mevrouw Vidal cn legde beide handen
zwaar op het gebloemde zeildoek.
Mémère zuchtte diep cn wendde dc oogen
af.
.,Als~zij hem maar lief hoeft..."
Toen kwam Kaspc-r. En dc vrouwen ston
den op cn maakten heel wat bereddering om
dfcn ouden, zieken „professor", die ondanks
dc goede verzorging niet gezond wilde wor
den. Ondanks dc beste verzorging.
Het was drie uur in den morgen, toen Lou
douker en luchtig .gekleed, met een brecden
slroohocd^op het blonde haar dc geopende
poort van het erf uilsloop.
Een koude, dorre hand streek over haar
schouder.
Een zachte gesmoorde kreet ontsnapte aan
haar lippen.
„Ik ben hel ik U behoeft niet te schrik
ken. Ik weet het, jonge vrouwen wordt het
dikwijls' le benauwd in warme kamer-.."
Hel was de blinde. Hij waakte dikwijls, als
allen sliepen.
Want branden waren niets ongewoons in
dc zwoele nachten van die zomermaanden,
waarin het scheen, of hel hooi door den zon
negloed alleen reeds kon ontvlammen, en
slechte mens dien waren er overal. Maar hij
had weinig slaap noodig en bezat den speur
zin van een jachthond.
Daarna stapte zij flink door, steeds dieper
dc uitgestrekte vlakte van dc Provence in,
met haar vervallen ruïnes, haar grijze stee-
nen golvingen, haar donkere, ernstige cypres-
scn. Als een zilverachtige, lichtblauwe band
slingerde zich aan den horizon dc Bhone
tusschen dc lichtgrijze olyfboomen door en
als een tgroenc sluier welfden zich de tecrc
takken der hrcedc, groene wilgen over hel
glinsterende water. Maar zij liep langs den
landweg daar. waar het gras verwelkt
was cn bruinachtig en de boomen wil
waren alsof zij met fijne suiker waren be
strooid.
Donkerder kleurde xich het melkachtigs
wil des hemels, cn daarna flitste er een pur
per rood overheen als een vlammenzee, cn
dc zon schoot haar stralen over het uitge
droogde land als vurige schoten.
Zes uur had de oude man gezegd, bel was
maar zes ui>en naar de stad.
(Wordt, vervolgd,}