WD E E EM LAN DER". Vrijdag 25 Mei 1917. N° 275 15de Jaargang. BUITENLAND. FEUILLETON. Strijdende Zielen. RSFOORT Hoofdredactie: MARIE VAN VERSENDAAu Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURO. Uitgevers: VALKHOFP Co. ABONNEMENTSPRIJS: uu&adea too» Ameraioort f 1 fhmco par post Parwaek (mot gr*tiflV#rtA?korm^ togsn cmgelukkan) - 0.10s. Aiionderlyko nummers 0.05. Wek»H)kt«h biWoogssl ,0» BoU<md*tht Buinrouw" (onder redseti» v»n Thérbss Horen) par tt mnd. 50 oU. 5ffakHgksob b|jToog*l Wftldmiu" p.r 8 mod. 5» cl». Bureau. UTRECHTSCH ESTRAAT 46. Intercomm. Telefoonnummer 66. f 0.80. - 0.15< - o.5o; PRIJS DER AD VERTEN TI EN: Van 15 regels.# Elko rogol moer,. Dienstaanbiedingen 1—6 regels., Qrooto lettors naar plaatsruimte. Yoor handel en bodr\Jt bestaan zeor voordeelige bepalingen tot het herhaald advertooron in dit Blad, bQ abonnomout.1 Eene oirculaire, bevattende do Yoorwaordon, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht De weg naar den vrede in Rusland. I. Het is een merkwaardig verschijnsel, ken schetsend voor den toestand waarin het land zich bevindt aan het einde van het derde oorlogsjaar, dat iedereen in Rusland naar het einde van den oorlog verlangt. Al len spreken over den vrede en verzekeren, <lat niets hun meer ter harte gaat dan het spoedige herstel van den vrede. Het ver schil loopt alleen over de vraag hoe men tot dpn vrede moet komen. Verschillende •wegen kunnen daartoe worden ingeslagen. Rusland kan, in het verbond van de En tente blijvende, daar zijn invloed aanwend den ten gunste van de vredesgedachte en trachten zijne medeleden van het bondge nootschap daarvoor te winnen. Het kan ook zich losmaken uit het verbond en voor zich zelf vrede sluiten met den vierbond, zonder zich te storen aan wat anderen doen. Naar deh in de tweede plaats genoemden weg wijzen .de verklaringen, die zijn afge legd door de voor het politieke beleid der centrale mogendheden verantwoordelijke personen. Zoowel graaf Czarnin als de Duit- sche rijkskanselier hebben er voor gezorgd, dat elke twijfel is weggenomen omtrent hun ne gezindheid tegenover Rusland. Wat de rijkskanselier daarover heeft gezegd in de zitting van 15 Mei, laat voor misverstand geen ruimte. Het is volkomen duidelijk, wanneer de rijkskanselier zegt: „Het schijnt alsof het nieuwe Rusland voor zich de vroe gere veroveringsplannen heeft afgewezen. Of Rusland in denzelfden zin bij zijne bond- genooten werken wil en werken kon, ver mag ik niet te overzien. Zonder twijfel is Engeland onder den bijstand van zijne ove rige bondgenooten met alle middelen er op uit, Rusland ook verder voor den Engel- schen oorlogswagen te spannen, en de Rus sische wenschen naar spoedig herstel van den wereldvrede te dwarsboomen. Wanneer het van alle gewelddadige veroveringsplan nen voor zich afziet, wanneer 't blijvend een vreedzaam naast elkaar leven met ons ver langt, dan is het toch iets wat van zelf spreekt, dat wij, die dezen wensch deelen, de duurzame verhouding van de toèkomst niet zullen verwoesten en hare ontwikkeling niet onmogelijk zullen maken door eischen, die zich niet verdragen met de vrijheid en 3en wil der volken zelf, en dre in het Rus sische volk kiemen tot nieuwe vijandschap zouden leggen. Ik twijfel er niet aan, dat er overeenstemming zou zijn te vinden, uit sluitend hierop gegrond, dat men zich met elkaar verstaat, die elke gedachte aan ge weldpleging uitsluit en die geen doom, geen geweldpleging achterlaat." Hiermee werd aan Rusland de hand toege stoken, en uit het debat, dat op de rede van den rijkskanselier volgde, is gebleken, dat de rijksdag hier achter de regeering stond? De rijkskanselier drukte zich voorzichtig uit en noemde niet direct het woord „afzonder lijke vrede met Rusland", al trok hij eene scherpe grens tussehen „onzen buurman Rusland" en „onze westelijke vijanden". Wat de rijkskanselier slechts had aangeduid, werd door Spahn, den woordvoerder van het centrum, uitgesproken, die uitdrukkelijk ver klaarde het goed te keuren, als de rijksre- geering zich gereed hield ten allen tijde met Rusland te komen tot het sluiten van een vrede, die duurzaam goede betrekkingen van nabuurschap mogelijk maakt. Hij verklaarde dit niet alleen in naam van zijne eigen fractie, maar sprak ook namens de linker zijde van de nationaal-liberalen. Die drie par tijen maken samen de meerderheid van den rijksdag uit, en dat verhoogt de waarde nog van de door Spahn afgelegde verklaring, want zij schenkt den rijkskanselier de zeker heid, dat hij'kan rekenen op den steun van den rijksdag bij al zijne pogingen, die den vrede ,en de verzoening met Rusland ten doel hebben. Om tot het sluiten van den vrede te ko men, is echter de eenzijdige wil van één der partijen niet voldoende. De wil daartoe moet bij beiden aanwezig zijn. Of nu in Rusland het verlangen naar vrede op dit oogenblik reeds zóó sterk zich kan doen gelden, dat men met verbreking van de banden, die tot dusver het bondgenootschap der Entente samenhielden, voor eigen rekening bereid zal zijn vredesonderhandelingen te openen, is nog eene vraag. Zeker bestaat er geneigd heid om naar de lokstem uit Duitschland te luisteren. Aan de Russische pers is toege staan de rede van den Duitschen rijkskan selier af te drukken en er beschouwingen aan vast te knoopen. De gedachte kan zich dus verder verspreiden en ontwikkelen. Van gewicht is ook, dat in Petersburg met tel kens klimmenden aandrang de wensch wordt kenbaar gemaakt, dat de door de vroegere Russische regeering met de geal lieerden gesloten verdragen zullen worden bekend gemaakt. Die verdragen zijn tot dus ver geheim gebleven; men wil ze aan het licht brengen. Over de beteekenis van de zen wensch schrijft de Neue Züriche Zei- tung onder opmerking, dat het onderzoek van de met de geallieerden gesloten verdra gen de eenvoudige consequentie is van den nieuwen koers, dien men nu in Rusland op gaat: „Wanneer het inzicht zich baan Breekt, dat de tegenwoordige Rftesische regeering hoogere en heiliger plichten heeft tegenover haar zwaar lijdend, zich verbloedend volk, dan de blinde eerbiediging van noodlottige slechte verdragen, die onder geheel andere omstandigheden gesloten zijn, wie mag l^aar dan verraad verwijten? De geschiedenis, het wereldgerecht, zal eenmafd oordeelen wie de werkelijke schuldigen zijn: zij, die voor een ijdelen droom geluk, gezondheid en leven van de onderdanen opofferden, of zij die het komende in den weg treden en alles willen prijsgeven wat blijkens de ondervin ding tot nieuwe oorlogen leidt. De eigen prijsgeve geeft hun het recht van andere vol ken, bevriende en vijandige, hetzelfde te verlangen en daarin zien wij het eerste tee- ken van een spoedigen vreue." De oorlog, Washington, 2 4 Mei. (R.) Een brief van president Wilson aan het lid van het huis van vertegenwoordigers Pou bevat eene opheldering over eenige opmerkingen, die door den president zijn gemaakt in zijne toespraak tot het Amerikaansche Roode Kruis op den 12en Mei, welke zijn misver staan als beteekenende, dat de Vereenigde Staten geen grief hadden tegen Duitschland. De president schrijft: „Ik bedoelde, dat onze grief dezelfde was als die- van andere onzij dige natiën, misschien verergerd door het feit, dat Duitschland or.s bijzondere beloften had gedaan, die het ernstig heeft verwaar loosd." Londen, 24 Mei. (R.) De Morning Post heeft door bemiddeling van Spanje aan Berlijn de vraag gericht of de tegenwoordige politiek van de Duitsche regeering om Ame rikanen qls gijzelaars in Duitschland en België te houden, zat worden voortgezet. President Wilson is persoonlijk tegen ver geldingsmaatregelen; maar zijn kabinet zal, wanneer Amerikanen te kort. worden gedaan, overwegen, of vergeldingsmaatregelen zul len worden toegepast. In aanmerking komen maatregelen tegen Duitsche eigendommen, die hier tot een enorm bedrog aanwezig zijn. Bern, 24 Mei (W. B.) In de haven von Bor- deau staat de scheepvaart bijna geheel stiL Er liggen' omstreeks 60 stoomschepen, die uit vrees voor de U-booten niet uitloopen De troepentransporten worden slechts over Mar seille geleid. B e r 1 ij n, '2 4 M e-i. (W. B.) Naar aanlei ding van de berichten der Noorweegsche bladen over eene voorgenomen beperking van het Duitsche spergebied in de noorde lijke IJszee vernemen wij van bevoegde zijde, dat het spergebied niet is ingekrom pen. Wel zijn er onderhandelingen gaande met het doel de visscherij in een deel van het spergebied te ontzien. Berlijn, 24 Mei. (W.-B.). Uit Helsing- fors wordt bericht, dat de uitwerking van het Duitsche spergebied hierin is te bespeuren, dat een Finsche kapitein, wien was opge dragen zich naar Engeland te begeven, in een Noorweegsche hav^n vruchteloos wacht op de gelegenheid tot den overtocht. Geen stoomschip waagt hel de Noordzee te be varen uit angst voor de -Ubooten. Londen, 24 Mei. (R.) De admiraliteit bericht, dat door het in den grond boren van het transportschip Transylvania, dat den Aen Mei in de Middellandscne zee in den grohd is geboord, 29 officieren en 375 man van andere rangen/ en voorts de kapitein, een officier en negen man van de beman ning het leven hebben verloren. B e r 1 ij n, 2 4 Mei. (W. B.) Voormiddag- bericht uit het groote hoofdkwartier. Bij Wytschaete en op de beide oevers van de Sca^pe was de vuuractie tot in den nacht levendig. Ook ten zuiden van den weg KamerijkBapaume en bij Saint-Quentin nam zij tijdelijk toe. Aan den Chemin des Daipes bereikte de artilleriestrijd bij Braye en Craonelle in den namiddag eene groote sterkte. Voor het invallen van de duisternis vielen de Franschen ten westen van de hoeve Froidmont aan en ongeveer gelijktijdig ook bij den molen van Vaucterc. Aan beide zij den werden zij met verlies, afgeslagen. Aan den jj'interberg verijdelde ons ver- nielingsvuur de uitvoering van pen zich voorbereidenden aanval. In Champagne was de strijdactie van vle artillerie tussehen Nauroy en het Suippedal in de avonduren toegenomen. In het bosch van Apremont braken storm troepen van een Rijnlandsch regiment in eene Fransche stelling en keerden met 2o gevangenen en drie mijnwerpers terug. Gisteren werden 10 vijandelijke vliegtui gen en een kabelballon neergeveld. Den 21 en en 22en Mei verloren de Engelschen en Franschen vijf vliegtuigen in den lucht- strijd en door het afweervuur. Parijs, 24 Mei. (Havas). Namiddag- communiqué. Bij Vauclere- is gisteravond om hajf negen een Duitschen aanval, volgende op een hevig bombardement, onmiddellijk gestuit en terug geworpen in de uitgangsloopgraven, na zware verliezen te hebben geleden. De gevangenen, die wij in die streek maakten in den loop der operntien van 22 Mei, be- hopren tot zes verschillende regimenten van vier divisiën. Van 1 Mei af gerekend, zijn 8600 Duitsche gevangenenen gemaakt door de Fransche troepen tussehen Soissons en Auberive. In Champagne was een vrij levendigen ar tilleriestrijd in fcet massief van MoronviL liers. Op de rest van het front paliouille- schermutselingen en kanonvuur bij tus- schenpoozen. Avond-communiqué. Er is niets te berichten behalve een he vige artilleriestrijd op het Vauclerc- en het California-plateau en bij Chevreux. Fransche vliegtuigen bombardeerden he vig de spoorwegstations in het district Re- thel, waar branden werden waargenomen. Londen, 24 Mei. (R.) Bericht van maarschalk Haig* Wij maakten eenige gevangenen geduren de den nacht als resultaat van patruillege- vechten ten oosten van Leverquiez. Avondbericht. Een voorgenomen raid bij Armentières werd gisteren met verlies teruggeslagen. Elf Duitsche vliegtuigen werden gisteren naar beneden gebracht; drie van de onzen wor den vermist. Londen, 4 Mei. (R.) Officieel bericht. Vier vijf luchtschepen naderden gister nacht de kust van Oost-Engeland. Een dikke regenwolk bemoeieüjkte de waarneming. Vier drongen door in de oostelijke graaf schappen; zij voeren eenigszins op goed ge luk enTieten een aantal bommen neervallen in landelijke districten, blijkbaar niet in staat om hunne stellingen te bepalen. Onze vlieg tuigen vrvolgden de raiders, maar de wolken stelden hen in staat te ontkomen. Er is één man gedood; men gelooft, dat de schade verwaarloosd kon worden. W e e n e n, 2 4 Mei. (Corr.-bur.) Offi-*» cieel bericht vaiuheden middag. Sedert gisternyddag is de tiende Isonzo- slag opnieuw met buitengewone hevigheid ontbrand. De vijandelijke aanval is nu tegen het geheele 40 kilometer br^ede front van Plova tot aan de zee gericht. Op vele plaatsen werden de gevechten ook in den nacht niet onderbroken. In den sector van den Kuk bij Vodice en tegen den Monte Santo wierp de vijand 's namiddags zijne stormcollonnes in den strijd. De afdeelingen, die ten oosten van den Kuk oprukten, werden door ons vuur vernietigd. Bij den Vodice werden de vijandelijke stormaanvallen door onze infanterie-regi- menten no. 24 en 41, die voor een deel zijn aangevuld met troepen uit Oost-Galicië en Bukowina, tot staan "gebracht. Bij het klooster van Monte Santo slaagde de vijand er in voorbij onze door zijn trom melvuur platgeschoten loopgraven te drin gen, maar werd door onze onverwijld aange rukte versterkingen gegrepen, op zijne re serves teruggeworpen en gezamenlijk met dezen door ons geschutvuur van de helling ve» dreven. In hetzelfde uur mislukten ten oosten van Görz twee krachtige stormaanvallen der Ita lianen, gedeeltelijk reeds in het vuur van onze artillerie en gedeeltelijk in inianterie- gevechten op korten afstand. Bijzonder verbitterd en hardnekkig werd gestreden op het Karst-ploteau, dat reeds het tooneel was van zoo menigen strijd. Bij het aanbreken van oen dag lagen hier onze stellingen en het daarachter gelegen terrein aan het vuur van vijandelijke kanonnen van elk kaliber blootgesteld. Tegen den middag kwam bij Costanjevitza de eerste vijandelijke stormgolf in het rol len; hij werd door ons terug geslagen. In den namiddag bezette, een machtige Italiaansche aanval het geheele front \an het Karstpla- teau. De eene aanval volgde op den ande ren tegen onze liniën tussehen den Foiti Hrib en de zee. Wanneer eene vijandelijke colonne in elkaar was gezakt, kwam een nieuwe in hare plaats. Aanval en tegenaan val volgden elkander snel op. Zoo houdt de worstling tot op dit uur aan in onvei minder de kracht. De vijand vermocht slechts ter rein te winnen in den sector van Jamiano/ waar wij onze troepen één kilometer moes ten terugnemen. Overal elders handhaafden wij ons met succes in onze stellingen in al hunne uitgestrektheid. De Hongaarsche regimenten 39 en 61 en de Honvedtroepen hebben zich bijzonder on derscheiden. Uit Karinthië en Tirol is niets van be lang te berichten. De meest gehate man is hij, die altijd gelijk heeft. I O Roman van Helene Dickmar. Geautoriseerde vertaling uit het NoorscK door A M. VAN DER LINDEN-VAN EDEN. Harald zat dien avond in zijn eigen kamer te werken terwijl hij op Ragnhild wachtte. Het zou dadelijk tien uur slaan, dus kon zij spoedig komen. Hij had de groote lamp uit de huiskamer aangestoken cn die'op haar schrijftafel gezet met een rooden kap er over heen. Er brandde een lekker vuurtje in den kleinen haard. Van avond wilde hij eens geen sigaar rooken, zooals hij anders gevVoon was Ragnhild kon geen tabaksrook verdragen en er moest nu niets zijn wat haar kon hin deren want hij begreep w«l, dat het een 'groote teleurstelling voor haar geweest moest *ijn, dat zij alleen had moeten gaan. Ragnhild kon maar niet begrijpen dat een man in zijn werk moest opgaan dat hij, jhoe graag hij ook wilde, niet altijd tot haar (beschikking kon zijn... Och, zij was ook nog too jong... En Iiarald begon weer te schrijven. Hij was fegzig aan een redevoering, die hjj in de volks- 1 hoogeschool zou houden en die nu klaar m«Bst 1 komen. Maar het werk vlotte niet. Hij was afge trokken en luisterde voortdurend naar het ge luid van bellen builen, en nu en dan gleed er een trekje van misnoegen over zijn gelaat. Ragnhild was in den laatsten tijd zoo moeic- lijk en prikkelbaar geweest er kon zoo weinig zijn of zij was ontstemd. Daar was het rijtuig even daarna werd er gebeld. Iiij haastte zich om open te doen en Ragnhild in de warme kamer te brengen. „Ben je niet koud, mijn liefste? Wat is het vanavond koud, echt Januari-w:eer ga nu eens hier zitten en warm je en vertel mij eens, hoe je het hebt gehad.'' Hij hielp haar mantel afdoen en schoof een lage, gemakkelijke stoel bij Jict vuur. Ragnhild antwoordde niet. Zij zag er bleek cn vermoeid uit en er lag een koude, sombere uitdrukking in haar oogen en een misnoegde trek om haar mond. Zij ltet zich in de stoel neervallen en begon langzaam haar lichte handschoenen uit te trekken. „Je begrijpt, hoe vervelend ik 't vond, je op het laatste oogenblik te moeten teleurstellen," ging Iiarald op vricndelijken loon voort „maar zeg nu eens, heb je je goed geamu seerd? En wat ziet mijn vrouwtje er vandaag mooi en elegant uit!" Hij stond achter haar stoel en streek haar liefkozend over het blonde, kroesige haar, dat over haar voorhoofd viel. Met een ongeduldige beweging trok zij liaar hoofd weg. „Me geamuseerd! Neen, dat heb ik «iet- het was zoo vervelend om alleen te komen en met zoo'n dwaze verontschuldiging allen dachten natuurlijk, dal hel een voorwendsel was." „Neen, liefste dal zal niemand gedacht hebben; zulke dingen kunnen zoo licht - ge beuren cn verhinderen dal... Maar Ragnhild luisterde niet. Zij zal aan haar handschoenen te trekken, vouwde ze samen en trok ze weer van elkaar. Toen zei ze op een kouden toon: „Ik werd ongesteld aan tafel." „Maar Ragnhild licfsle." Hij wilde naar haar toe gaan. Maar zij stond op en liep de kamer 'op en neer. Zij hield nog allijd haar handschoenen in de hand en bleef er op dezelfde zenuwachtige manier aan plukken, alsóf zij niet wist wrat zij doen zou. „Ik zal aan tafel naast Winslöf en aan de andere zijde had ik kapitein Nyholm. Op eens werd het donker voor mijn oogen, de heele kamer draaide rond cn ik was op het punt om flauw te vnlJen. Wat een drukteik moest naar de slaapkamer gebracht worden, water drinken en op het bed gaan liggen. En loen ik heel gauw weer bijgekomen was, was het natuurlijk den geheelen avond door een gevraag en een deelneming van alle kanten. Och zoo lief! Zit u niel op dc lócht zij deed de verschillende stemmen na wilt u geen gemakkelijker stoel hebben wilt u niet wat rusten? Iloe gaat het, mijn lief mevrouw tje?" Zij wond zich steeds meer op „Bah, 't was zoo vervelend! En dan die oudere dames! Ja, ik za g ze tegen elkaar glimlachen Sigrid en ik reden samen terug Richard bleef nog om kaart te spelen en zij zei... „Ja, ik heb het in den laatsten tijd wel ge dacht." Nu, ik heb mij ook dikwijls niet wel gevoeld eu ia, ik geloof wel dat..J- Zij brak ineens af. frommelde dc han#dschoc-. nc.ii ineen, gooide ze met ccn di'iflige bewe-_ ging op de schrijftafel en ging weer, als in stille berusting, zillcn. Zij kneep haar han den samen en keek met een donkeren blik iu het vuur. ..Ragnhild!" Iiarald ha/l zich voor haar op de knieën ge legd. Bij haar laatste wotftden had de ontroe ring het bloed naar zijn gelaat gedreven; maar nu was hij zeer bleek en zijn oogen ston den vol tranen. Voorzichtig en tcedcr nam hij haar handen in heide dc zijnen: „Ragnhild mijn eigen mijn liefste!" Iedere zenuw in hem trilde. En de lecdcr- stc namen, de liefste woorden die hij wist, stroomden haar tegemoet cn legden zich om haar heen, liefkozend en warm als zachte armen. „Voel je je ook zoo gelukkig? Ragnhild.... ons kind! Is dat niet heerlijk cn verwonder lijk? Ach. wat zal ik je nu liefhebben nog meer dan vroeger en ik zal je zoo dank baar zijn, zoo innig dankbaar. Kijk mij eens aan cn zeg dal je ook gelukkig bent, Ragn hild..." Hij dwong haar om hem in de oogen te "zien. Maar fi&f was een onwillige, vreemde blik, dien hij onlmoelle en zij wcnddc*Zich dadelijk af... Toen zat zij weer heel stil en keek voor zich uit met een voorgewende onverschillig heid. Geen woord kwam over haar lippen. Hij keek haar bezorgd aan en er bekroop hém een wonderlijke angst. Een seconde lang had hij er een vaag besef van dat er op dit oogen blik hoog spel tussehen hen wérd gespeeld... misschien met het verlies of den winst van een geheele levensverhouding lot inzeW Hij .was opgestaan en liep de kamer een paar maal op cn neer, bleef voor haar slaaii als om iels te zeggen maar zij zat nog allijd onbewegelijk en hield dc eene hand vooiydc oogen. Weer liep hij heen eri weer, nu en dan liet haar van zijn ^oorhoofd wegstrijkend. Op eens verhelderde zijn gelaat. Iiij lag weer voor haar op zijn knieën cn hield haar beide handen voor zijn oogen, zonder er op te lel-, ten, hoe zij er zich tegen verzette. „Ragnhild!" zei hij innig, „er is iels dat ilc je gaarne wilde zeggen ik kan het nu niet lalen ik heb er vroeger dikwijls aan ge dacht maar je hebt nooit gevraagd cn ik vond het zoo moeilijk maar nu. Niet waar, Ragnhild, je weet wel, wij mannen leven in onze jeugd dikwijls, zooals het niet moest, er is in den laatsten tijd genoeg over gesproken cn geschreven... Maar, toen ik nog heel johg was van den tijd dal ik over die dingen begon te denken heb ik bel be-, schouwd al* bet eenige mcnschwaardige, dat een h u w e 1 ij k moet zijn, één man cn één vrouw beidc^nTiven rein beiden hand aan hand slaande voor het Ongekende voor dat gene, wat hen hel geluk en tegelijkertijd de volle ontwikkeling van hun wasdom als me 11- s clie n zal geven... En ik heb die belofte kuil-: neu houden, die ik mij zelf eenmaal gaf. Ik kan jou en mijn kind in mijn armen nemen, beiden, gerust en veilig binnen deze vier. muren, waar al het mijne bijeen is... "Weet jö, nog in „Peer Gynl", Ragnhild!.;. waar hij niet in dc hut van'Solveig durft gaan: „Hel is Allerheiligenavond, cn ora samen 14 komen XWordl vervolgd^.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1917 | | pagina 1