„de eemlander". buiTfnlandT N° 276 Eerste Blad. 15d* Jaarpang. Zaterdag 26 Mei 1917. Een liedfe van vele Bloemen. BINNENLAND."" AMERSFO (toófdredBctl** MARIE VAN VERSENDAAl. Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFP ft Co. a o ABONNEMENTSPBXJ8: f^MT V maanden voo» Amersfoortf 1.30. ^i^^^et^£rLiwMag Ugsii óng»hiii»a) O.ia». fcf*>D<l«rltjke nmnmen 0.05. Wftkftltikaoh bijvoegsel „D# HoUondtch* Euinrouw" (onder redactie van Thérèse Hoven) per 8 mnd* ÖO els. %eke]tjksch tyjvoegsel wW$r*1dnvU9" per 8 mnd. 5» 1 y -1 Bureau» UTRECHTSCH ESTRAAT 46. Intesoomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DBR AD VERTENTIËN. Yao 1—6 regels.. f O.»O» Elko tegel moer 0.15* Dienstaanbiedingen 1—6 revel*.O..10$ Groote lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bodrijl bestaan zeer voordeeligo Uepaiingea tot het herhaald advertoeron in dit Blad, b\j abonnement. Bene oiroulaire, bovattende de voorwaardoo, wordt op aanvraag toegezonden. door Mevr. E. H. du Quesne Van Gogh. Nu is de lieve bloemenpracht Weêr ongedacht aan 't licht gebracht, Sen ware sohoonheidszegen Is 't van die allen aan te zien, Hoe zij haar geur en kleuren biên, In tuinen en langs wegen. .Viooltjes hier. Een iris daar, Gerezen fier en wonderbaar; •De roode tulp, de hiacint Met blaad'ren als gevouwen lint. Ze waren daarde keizerskroon Wat was die vreemd, zij bloeide schoon, En verder heel een bonte rij Der blijde kind'ren van de Mei. Het maaksel van elk bloempje is Voor mènschen een geheimenis, Maar Hij die d'arbeid nimmer staakt. Weet hoe hij 't kleinste bloempje maakt. Politiek Overzicht. De weg naar den vrede In Rusland. n (Slot). De centrale mogendheden zijn geneigd, aan het uit de revolutie tot een nieuw leven opgestane Rusland den weg* naar den vrede zoo gemakkelijk mogelijk te maken. Zij hou- 'den de vredeshand uitgestrekt; Rusland be hoeft slechts toe te slaan en alles is in orde. Maar aan de andere zijde is de weg naar den vrede nog met voetangels en klemmen bezet, en het laat zich voors hands niet aanzien, dat die kunnen worden opgeruimd. In de eerste ver klaring, bestemd voor het publiek, die na de reconstructie van de vgorloopige regee ring in Rusland door den minister-president prins Lwow werd afgelegd, wordt gesproken van eene verschrikkelijke beleediging, die 'de tegenstanders de Russische regeering hebben aangedaan, door op de mogelijkheid van een afzonderlijken vrede te zinspelen. Rusland wil dus zijne bondgenooten niet" af vallen; het wil gezamenlijk met hen blijven werken. De nieuwe minister van oorlog Ke renski heeft uitdrukkelijk gezegd: „Het we zen van onze nieuwe regeering is de volko men eensgezindheid met onze bondgenoo ten." Nu wordt in één adem hiermee gezegd, dat de Russische regeering met alle kracht, die in haar is, werkzaam zal zijn voor het her stel van den vrede. De minister van buiten- landsche zaken Terestjenko heeft tot de ver tegenwoordigers van de Russische pers zich aldus uitgedrukt: „Gij vraagt naar mijn pro gramma. Dat kunt gij lezen in de verklaring van de nieuwe voorloopige regeering, die tot de macht geroepen is. Het programma is kort maar vol beteekenis, namelijkhet herstel zoo spoedig mogelijk van een alge- mennen vrede die noch het doel heeft andere natiën te beheerschen, noch hen van hun erfdeel te berooven, noch ook met geweld vreemd gebied weg te nemen, een vrede zonder inlijvingen en schadevergoedingen, die zich op het zelfbepalingsrecht van de volken grondt, een vrede die bereikt wordt in nauwe, onverbrekelijke vereeniging van de democraten der geallieerden." Dit is eene verklaring, die aan duidelijk heid veel, zoo niet alles te wenschen over laat. Ieder van de partijen kan er iets in vinden wat haar aangenaam aandoet. Wan neer men leest van een vrede „zonder in lijvingen en schadevergoedingen", dan geeft dat den indruk, dat Rusland zich heeft los gemaakt van zijne bondgenooten, die nog geen enkel bewijs hebben gegeven, dat zij hunne zoowel op annexatie als op schade vergoeding doelende oorlogsoogmerken hebben prijs gegeven. Maar de verzekering, Bat de vrede moet worden bereikt „in nau we, onverbrekelijke vereeniging van de de mocraten der geallieerden", kan de Entente geruststellen. Men heeft daar voor de for mule „geen inlijving en schadevergoeding" eene uitlegging gevonden, die maakt, dat men haar kan aanpassen bij wat men zelf üvil. Wanneer men zich neerlegt bij een vrede „sans annexion", dan sluit dat niet tót, dat men streeft naar een vrede „avec Bésannexion" en verlangt b.v. teruggave Tan Elzas-Lotharingen. Op dezelfde wijze kan ook in de formule ^zonder schadever goeding" de zin worden gelegd, dat voor herstel van wat in den oorlog is vernield, eene bijdrage kan worden verlangd. Het is dus niet duidelijk wat voor vrede het is, waarvoor de nieuwe Russische re geering verklaart werkzaam te willen zijn. Twee zielen wonen in hare borst; de ver klaringen, die van haar uitgaan, vertoonen een dubbel aangezicht: het eene is naar den vrede gekeerd, het andere naar den oorlog. Blijkbaar is de strijd, die woedt in den boezem van de kringen, die nu in Rus land de macht in handen hebben, nog niet uitgestreden. De rèconstructie van de voor loopige regeering is de vrucht van een compromis. Al zijn daardoor Miljoekow en Goetschkow, de hoofden van de partij, die op hare vaan heeft geschreven: „Voortzet ting van den strijd in vereeniging met de geallieerden tot aan het zegevierend ein de", uit de regeering getreden, daarmee hebben de vredesvrienden het pleit nog niet gewonnen. Wel heeft de nieuwe regeering de leus in den mond, dat naar den vrede moet worden gestreefd met alle kracht, maar tegelijk verkondigt zij in hare. nota tot be groeting van het staatsdepartement der Ver- eenigde Staten: „De oorlog wordt voortge zet om de vrijheid van de volken en van de wereld in haar geheel te waarborgen en een vrede te krijgen, die waarborgen biedt tegen latere aanvallen." De weg naar den vrede zal voor Rusland dus, gelijk tot dus ver, gaan over den oorlog, althans, totdat de loop der verdere gebeurtenissen in het binnenland duidelijk zal hebben afge- teekend, welke van de richtingen, die met elkaar strijden om de macht, haren wil zal kunnen doen gelden. De oorlog. Het Engelsche lagerhuis is voor zijne Pinkstervacantie uiteengegaan tot 5 Juni. Lloyd George legde vooraf geruststellende verklaringen af over het duikbootgevaar en gaf de verzekering, dat als ieder zijn plicht doet ook op het gebied van de levensmid delverzorging, de duikboot Engeland niet zal verslaan en Duitschlands hoop op de over winning door middel van de duikbooten zal worden teleurgesteld. Londen, 26 Mei. (R.) Kapitein Bathurst, de parlementaire secretaris van het ministerie voor de voeding, heeft in eene rede in Noord-Londen gezegd: De verliezen van onze handelsvloot door de duikbooten zijn zeer zwaar geweest; maar het percentage van de in den grond geboorde ladingen levensmiddelen was zeer gering. De toestand is nu beterend. Dank zij de actie van de Vereenigde Staten en van onze eigen ad miraliteit, zijn onze voorraden voedingsmid delen thans gestegen boven het gevaarpunt en kunnen wij een vollen aardappeloogst verwachten. De regeering is voornemens den broodprijs vast te stellen. De positie van de suiker is veel verbeterd; de voor het publiek beschikbare voorraad zal in de eerstvolgende weken veel grooter zijn, en dank zij onze vrienden in Amerika zal er later ook suiker zijn om thuis jam te ma ken. B e r 1 ij n 2 5 Mei. (W. B.) Door nieuwe U-bootsuccessen in den Atlantischen oceaan en de noordelijke IJzee zijn 19.000 ton vrachtruimte in den grond geboord. Berlijn, 2 6 Mei. (W. B.) Officieel be richt. Door nieuwe Uboot-successen in den At lantischen oceaan, het Engelsche kanaal en de Noordzee zijn weer 19.200 ton vracht ruimte in den grond geboord. Londen, 25 Mei. (R.) In het lagerhuis deelde vice-staatssecretaris lord Robert Ce cil mede_, dat de Japansche vloot nog niet aan een eind gekomen is met hare in ver band met de Britsche vloot verrichte ope- ratiën tot uitroeiing van de Duitsche zee krachten in de Pacific en tot bewaking van de wateren in het oosten. Eene aanzienlijke macht lichte vaartuigen is gezonden naar de Middellandsche zee om daar samen te wer ken met de geallieerden, en nieuwe deta chementen snelvarende kruisers helpen mee tot bescherming van de scheepvaart iif den Indischen oceaan en de zuidelijke Pacific. Ber 1 ij n, 2 5 Mei. (W. B.) Voormiddag- bericht uit het groote hoofdkwartier. In den Wytschaete-sector en ten noord oosten van Armentières vielen na een krachtig vuur Engelsche verkenningsafdee- lingen aan; zij werden in een handgemeen afgewezen. Aan het front van Artois nam in den avond het vuur toe, vooral ten noorden van Lens en Bullecourt. Bij Loos drongen En gelsche krachten in onze voorste loopgra ven, waaruit zij door tegenstooten verdreven werden. Op eene beperkte ruimte wordt nog gestreden. Ten noordwesten van Bullecourt mislukten aanvallen van verscheidene En gelsche compagnieën voor onze stellingen. Ten noorden van Craonelle en ten westen van den weg Corbeny—Contavere vielen des avonds partieele aanvallen van de Franschen, die na een levendig vuur wer den ingezet, met verlies ineen. In de weste lijke Champagne was de strijdactie van de artillerie krachtiger. Bij de legergroep van hertog Albert gee- ne gebeurtenissen van belang. De dag van gisteren kostte den tegen stander tien vliegtuigen, die in den lucht- strijd en door afweerkanonnen naar den grond gebracht werden. Ber 1 ij n, 2 5 Mei. (\V. B.) Avond-be richt uit het groote hoofdkwartier. Aan het front van Artois, langs de Aisne en in de westelijke Champagne vuurstrijd van wisselende sterkte. In het oosten niets bijzonders. Parij s, 2 5 Mei. (W. B.) Namiddag communiqué. Op den* Chernin des Dames kenmerkte de nacht zich door eene groote werkzaam heid van de beide artillerieën. In de streek ten noord-westen van Braye-en-Laonnais en ook ten noorden van Moulin-Vauclerc werd eene Duitsche aanvalspoging op Fransche loopgraven teruggeslagen. Meer naar het oosten, in de streek van Chevreux, verrichtten de Fratischen op het einde van den dag eene operatie op het bosch van Chevreux, gelegen ten zuid-oosten van die plaats, waar de Duitschers met kracht weer stand boden. De aanval slaagde volkomen. Wij vonden talrijke lijken in de door onze zware artillerie vernielde loopgraven. Een dertigtal gevangenen, waaronder een offi cier, bleven in onze handen. In de streek van Couroy wierpen wij een Duitschen troep terug, dis was gedragen in.een van onze posten op den oostelijkcn oever van het kanaal. Er waren patrouille-schermut selingen ten zuid-oosten van Reims en bij Bezonvaux. Londen, 25 Mei. (R.) Avondbericht van maarschalk Haig. Er was artillerie-actie voornamelijk aan den linkeroever van de Scarpe en in den omtrek van Loos. Gisteren werden 12 Duitsche vliegtuigen naar den grond gebracht. Onzerzijds worden zes toestellen vermist. W e e n e n, 2 5 M e i. (Corr.-bur.) Officieel bericht van heden middag. De geweldige stormloop der Italianen te gen het Isonzo-front leidde ook gisteren we der tot eene buitengewoon verbitterde wor steling. In een schitterende verdediging hiel den onze troepen stand en handhaafden zij zich zonder uitzondering in al hun stellin gen. De noordelijke vleugel der Italiaansche aanvalslegers werd wederom tegen de hoog ten van den Voclice en Monte Santo gewor pen. Bijzonder verwoed en hardnekkig was de strijd om hoogte 652, ten zuiden van den Vodice, die door de Italianen 's avonds werd bezet, maar 's nachts in een strijd, die uren duurde, door ons werd heroverd. Hier, even als op den Monte Santo, liet de terugtrek kende vijand honderden lijken liggen. Het Karstplateau werd# wederom hgt too- neel van een breed aangelegde doorbraak poging. Zonder zich eenigszins te ontzien wierpen de Italianen hunne troepenmassa's tegen onze verschansingen. Al hadden deze ook door de voorafgaande beschieting be langrijk geleden, zoo ontving hjettemin de achter hen staande verdediger den vijand ongeschokt en koelbloedig. Den ganschen dag door, dikwijls ook ge durende den nacht, werd op den Fajti Hrib, bij Castagnavizza, en ten zuiden daarvan tot aan de zee om onze stellingen gestreden. Alle krachtsinspanning van den vijand bleef vruchteloos; nergens drong hij door. De infanterie en de artillerie deelden jnet elkaar het succes van den dag. Den 23sten Mei weiden. 30 Italiaansche officieren en 4600 man als krijgsgevange nen binnengebracht. Dit aantal is gisteren belangrijk gestegen. Tweede telegram. Uit het oorlogs- perskwartier wordt van den 25en 's avonds medegedeeld: Aan de Isonso wordt verder gestreden. De slag is tot de uiterste hevigheid gestegen. Konstantinopel, 24 Mei. (Milli). Bericht van het hoofdkwartier. Sinai-front. In den namiddag van den 22en nam de vijand onze stellingen bij Gaza on der artillerievuur. Pogingen tot verkenning, die in den namiddag van den 23en werden lerie en twee door cavallerie gesteunde kanonnen werden door ons vuur teruggesla gen. Berlijn, 25 Mei. (W. B.) Officieel be*, richt. Een van onze marine-luchtschipeskaders, onder aanvoering van korvetkapitein Stras- ser, heeft in den nacht van 23 op 24 Mei de versterkte Zuid-Engelsche plaatsen Sheer- ness, Harwich en Norwich met succes aan gevallen. Alle luchlSchepen zijn, ondanks de geperfectioneerde vijandelijke afweer- maatregelen, zonder verlies en beschadiging teruggekeard. Rome, 24 Mei. (Stefani.) In verband met het offensief op het Karst-plateau heb ben Engelsche monitors met Italiaansche oorlogsschepen en vliegtuigen een aanval gedaan en langdurig en krachtig het ach ter de stellingen gelegen terrein, vooral het groote vliegkamp, belangrijke opslagplaat sen en de militaire etablissementen bij Pro secco beschoten. De herhaalde aanvallen hadden tot resultaat, dat de "vijand twee watervliegtuigen verloor, de L. 136 en de U. 137, die door onze vliegers werden neergeschoten. Vier vijandelijke vliegers konden door onze schepen worden opgepikt, ondanks het schieten van de vijandelijke kustbatterijen. Alle sche pen en vliegtuigen, die aan het gevecht deelnamen, keerden zonder eentg verlies te rug. Weenen, 25 Mei. (W.-B.). De dabla- den vernemen, dat onder zekere beperkingen zeer spoedig aan de pers vrijheid zal worden gegeven de oorlogsoogmerken van de mo narchie te bespreken. Budapest, 25 Mei.. (Hongaarsch corr.-bur.) Graaf Tisza heeft in de club van de nationale partij als voornaamste reden van zijn heengaan genoemd zijne houding in de kwestie van het kiesrecht. Hij zeide, dat hij ook op de banken van de oppositie de nieuw te vormen regeering onvoorwaar delijk zou steunen, maar zijn principieel standpunt in de kiesrecht-kwestie zou blij ven vasthouden. Budapest, 25 Mei. (W. B.) De keizer ontving in Baden den president van het Hon- gaarsche Huis van Afgevaardigden, P. von Beöthy, en den vice-president, Karol von Szasz, verder graaf Julius Andrassy, graaf Albert Apponyi, den oud-minister-president graaf Khuen-Hedervary en graaf Aladar Zichy, om hunne meening over de samen stelling van het kabinet te hooren. Wc«nen, 25 Mei. (Corr. Bur.) De Keizer ontving heden verschillende Hongaarsche politieke leiders. De onder-voorzitter van Het Huis van Afge vaardigden Szasz en graaf Albert Apponyi verklaarden tegenover een medewerker van de Neue Freie Presse na hun terugkeer uit Aussig, dat de audiëntie slechts ten doel had inlichtingen in te winnen. De Keizer heeft zeer vele vragen gesteld, om te vernemen onder welke voorwaarden zij zouden mede werken. De Keizer toonde, dal hij van alle gebeurtenissen bijzonder goed op de hoogte was. Op de vraag, of de concentratie van alle nationale krachten in de bedoeling lag, ant woordde Apponyi, dat het in het belang van dit oorlogsdoel .was, alle nationale krachten te vercenigen. Verder verklaarde Apponyi, dat tot dusver niemand aangewezen was, maar dat hij een langen duur van de crisis buiten gesloten, achtte. Op de vraag, wat hij dacht van een even- tucele benoeming van aartshertog Jozef, zeide Apponyi, dal, indien de monarch aartshertog Jozef als kabinctsformeerder zou aanwijzen, diens missie resultaat zou hebben. We enen,25 Me i. (W.-B.). De dagbla den berichten, dat de minister van Galicie dr. Bobrzynski in de audiëntie, die hij gis ter bij den keizer had, de redenen heeft uit eengezet waarom hij wenscht af te treden. De keizer heeft zich zijne beslissing voor behouden. Weenen, 25 Mei. (Corr.-bur.) De kei zer heeft gelast, dat de lichtingen van hen die in 1865 en 1866 geboren zijn en die bij den landstorm zijn ingelijfd, voor zoover zij niet zelf den wensch te kennen geven in actieven militairen dienst te blijven, op 30 Juni met verlof zullen gaan. Personen, tot deze lichtingen behoorende, die vrij willig in het leger zijn getreden, of voor den duur van den oorlog zich bij de landweer hebben verbonden, komen niet in aanmer king om met verlof te gaan. Luxemburg, 25 Mei. (W. B.) Na eene onderhandeling van verscheidene we ken is een nieuw coalitie-kabinet gevormd. Minister-president is Kaufmann, in wiens ondernomen door eene vijandelijke afdee-plaats dr. Calser, thans hoogleeraar aan de ling, samengesteld idt een regiment cavak universiteit te Frankfort, directeur-generaal van financiën wordt. De directeur-g%eraal van binnenlandsche zaken Monhier neemt het departement van justitie en onderwijs op zich. De districts-commissaris'Kohn wordt directeur-generaal van binnenlandsche zaken en de ondervoorzitter van de Kamer ingenieur Faber wordt directeur-generaal van openbare werken. Kaufmann zal de buitenlandsche zaken en den levensmiddehendienst op zich nemen. Londen, 25Mei. (R.) De Gazette heeft heden eene nieuwe lange lijst bekend ge maakt van op de zoogenaamde zwarte lijst geplaatste firma's, met wie personen, in Groot-Brittannië wonende, geen handel mo gen drijven. Er zijn 11 nieuwe firma's in Nederland en 5 in Nederlandsch Oost-Indiq op de lijst geplaatst; 6 firma's in Neder- landsph Oost-Inclië zijn van de lijst afge voerd. B e r I ij n, 2 5 Mei. (W. B.) In een be richt van de Corriere della Sera over den economischen toestand van Duitsc^iland wordt gezegd, dat de Pruisische voedings commissaris Michaelis in eene circulaire heeft verklaard, dat het hongerspook voor Duitschland oprijst en dat zelfs het Duitsche ieger gevaar loopt tengevolge van eene ver keerde schatting van de oogstvoormden. Wanneer men het geloof wil opwekken, dat organen van het Pruisische staatsgezag er reeds toe gekomen zijn hunne circulaires in den stijl van Engelsche dagbladartikelen of Reuter-berichten op te stellen, moet men van hel begripsvermogen van het publiek een zeer geringen dunk hebben. Dat ons leger tengevolge van den toestand op het ge bied van de voeding geen gevaar loop^ daarvan kunnen onze tegenstanders in het westen in den laatsten tijd zelf zich over tuigd hebben. In de toekomst zullen zij zich' verder nog daarvan kunnen overtuigen. De thans ingekomen rapporten over de opne ming van de voedselvoorraden hebben de zekerheid gebracht, dat er geen twijfel kan bestaan, dat wij 't zullen volhouden tot den' volgenden oogst. B e r 1 ij n, 2 5 Mei. (K. N.) Naar het or gaan van den Badenschen boerenbond, welks hoofdredacteur lid is van den Raad van Bijstand van het ministerie van oorlog, meldt, wordt een regeeling verwacht van do kol en voorziening en van de dekking der be hoefte aan kolen voor het geheele Duitsche rijk. Het blad beveelt de grootste zuinigheid aan, doch legt er den nadruk op, dat wer kelijk gebrek aan brandstoffen in geen ge val zal voorkomen. Londen, 25 Mei. (R.) De kolonie van de Straits Settlements, die verleden; jaar door nieuwe belastingheffing voorzie ning trof vooc eene bijdrage van 200.000 gedurende tien jaren aan de rijksregeering, heeft thans eene oorlogswinstbelasting vast* gesteld, waarvan ook eene opbrengst van i^iim 200.000 per jaar verwacht word^ welk bedrag bestemd is om te dienen voor de voortzetting van den oorlog. Ook van de koloniën Ceilon en Gambïe worden nieuwe bijdragen aangekondigd. Londen, 25 Mei. (R.) De rekening van de White Star lijn over 1916 wijst een bruto-winst aan van 2.402.758. Er worden 750.000 betaald aan dividend, overeen komende met 20 pet., en 800,000 ge» stort in verschillende reservefondsen. Het verslg brengt hulde aan de waakzaam heid van de vloot, waardoor de schepen van de maatschappij in staat waren hunne ver schillende diensten te verrichten. De Union Castle lijn keert 8 pet. dividend uit op het aandeelenkapitpal. B e r 1 ij n, 2 5 Mei. (K. N.) Het Neua Wiener Tageblatt meldt, dat de verdedigen van dr. Friedrich Adler, die ter dood ver» oordeeld is, gisteren cassatie tegen het vore» nis heeft aangefeekend Wetboek tsu militair atralrcoht Verschenen is het rapport van de Com missie voor de invoering van het WetboeK van Militair Strafrecht en de Wet op do Krijgstucht, ingesteld bij ministerieel besluit van 7 October 1912. In dit rapport, 274 bladzijden in octavo boekformaat bevattende, biedt de commissi© het resultaat van haar arbeid aan in deni vorm van een reeks ontwerpen van wet, ak» gemeenen maatregel van bestuur of ko ninklijk besluit, met de daarbij behoorende memoriën van toelichting. In J\et rapport zijn nevens het Ontwerp» Invoeringswet in concept opgenomen allo uitvoervoor&chri ten, welke door het Wet-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1917 | | pagina 1