N° 300 1B"e Jaamang. „D E EEMLANDE R". Maandag 25 Juni 1917. Ds tijd als tactor in Dn economie der samenleving. BI IITFNI .AN D~ FEUILLETON. Strijdende Zielên. AMERSFOO MARIE VAN VERSENDAAu MooMreaactiei D j_ VAN SCHAARDENBURO. Uitgevers: VALKHOFF ft Co. ABONNEMENTSPRIJS: e maanden vooi Amerelooct Idem franco per post.. j» Per week AfEonderltjke nummers WökelybBoh byToegwl „Dt Bollondtcht SuiwM»' (ood.r redactie v.n Thérè». Hoven) per 8 mnd. 30 cl». Wokeliikaeh bijvoegsel ,WtrMmüt" per 8 mnd. 53 ct«. f 1.33. 1.80. o.ia>. 0.05. Bureau» UTRECHTSCH ESTRAAT 46. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTEiNTIÉN. Van 1—5 rosolaO..SO* Elko regel meer0.13, Dienstaanbiedingen 1—5 regels0.30* Groote letters naar plaatsruimto. Voor handel en bodryf bostaau /.eor voordeeligo bepalingen tot het herhaald advertoeron in dit Blad, bp sibonnomouL Eene circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt aanvraag toegezonden. op Kennisgeving. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Amers foort Gelet op artt. C en 7 der Hinderwet j Brengen ter kennis van het publiek, dat een door W. H. Meur sing ingediend verzoek, met bijlagen, om vergunning tot het uitbreiden van eene machinale beschuit- en koekfabriek door het plaatsen van een drievoudigen pijpenoven met een rijskast in het perceel alhier gelegen aan 'het Smollepad No. 7 bij het Kadastraal be kend onder oectie D, No. 971 op de Secretarie der gemeente ter visie ligt, en dat op Zaterdag den 7en Juli aanstaande, des voormiddags te half elf uren gelegenheid ten Roadhuize wordt gegeven om, ten overstaan van het Gemeentebe stuur of van één of meer zijner leden, bezwaren tegen het uitbreiden van de inrichting in te brengen. Tot het beroep, bedoeld in art. 15, le lid der Hinderwet, zijn volgens de bestaande jurispru dentie, alleen zij gerechtigd, die overeenkom stig artikel 7 der Hinderwet voor het Gemeen tebestuur of één of meer zijner leden zijn ver schenen, teneinde hunne bezwaren mondeling toe te lichten. Amersfoort, den 23. Juni J 917. Burgemeester en Wethouders voornoemdy De Secretaris, - De Burgemeester, A. R. VEENSTRA. v. RANDWIJCK. li. Ten einde de beteekenis van den invloed van den tijd ook in de diepte te kunnen doorgronden, zal het noodzakelijk zijn om van alle veranderlijke factoren der samen leving voortdurend (d. tv. z. met minimale intervallen) momentopnamen te maken en deze tot overzichten samen te stellen, die een duidelijk beeld weergeven van de varia ties dic-r waarden ii\ verband met den tijd. Reeds aanstonds zij er op gewezen, dat de uitvoering daarvan in vele gevallen op practische bezwarerTzal stuitentoclj meen ik als mijn overtuiging te moeten uitspre ken, dat naar dit ideaal gestreefd moet wor den en dat men niet rusten mag, alvorens dit doel zooveel mogelijk benaderd te heb ben. Inderdaad zal deze mogelijkheid slechts Bestaan, zoolang de mensch een actieve rol kan vervullen, ten aanzien van het te voor schijn roepen der verschijnselenniet alzoo wanneer zijne rol passief is en dit laatste, zal in de maatschappelijke samenleving meestal het geval zijn. Alsdan zal men zich met periodieke mo mentopnamen moeten tevreden stellen waarvan de tijdsduur der opvolging door de omstandigheden wordt gedicteerd. Ten einde de aldus samen te stellen beel den duidelijk te doen spreken en tevens ^aanschouwelijk te maken, zal men zich moe-' ten bedienen van grafische voorstellingen, die, zoo mogelijk, automatisch worden op- geteekendten einde de onvermijdelijke onnauwkeurigheid der menschelijke waar neming uit te schakelen. Het element der beweging, der verande ring, zal daardoor beter tot zijn recht komen, dan door tabellarische overzichten. Ook hier geldt wederom dezelfde restric tie als bovenmeermalen zal een zoodanige automatische aanteekening onmogelijk zijn, maar indien men dit ideaal steeds voor oogen houdt, zal er wellicht in tieze richting nog veel te verbeteren zijn. ^oor b.v. op deze wijze een fyeekl samen te stellen van de mogelijke arbeidspresta tie, in verband met de maximum-capaciteit der beschikbare krachten en middelen van een bedrijf, en daarnevens van het werkelijk tot stand gekomen productie-quantum, zal men een scherpe controle kunnen uitoefe nen op het economisch gebruik van den arbeidstijd.- Indien beide lijnen sterke af wijkingen vertoonen, waarvan de ware oor zaak niet aanstonds duidelijk is, dan zal een voortgezette grafische analyse,^e fout kun nen localiseeren tot één der afdeelingen alwaar men dan de arbeidsmethoden aan een nadere revisie kan onderwerpen, ten einde de oorsprong van het kwaad definitief op te sporen. In di! verband zij er op gewezen, dat in het moderne bedrijfsleven een nieuwe uit drukking is ontstaan, genaamd „bedrijfsdruk- te" (Beschaftigung),' waarin de tijd eveneens een onmiskenbare rol vervult. -De helaas jonggestorven Ir; K. G. Simon heeft in zijn boekwerk, handelende over „Kostprijsberekening" de beteekenis der „bedrijfsdrukte" duidelijk naar voren ge bracht. Indien immers een bedrijf het geheele jaar door met volle capaciteit kan werken, doordat de productie-mogelijkheid hiertoe in staat stelt, dan zal van den beschikbaren tijd een bij uitstek economisch gebruik gemaakt kunnen worden. Alhoewel er ongetwijfeld een algemeen streven bestaat om dit ideaal te verwezen lijken, verkeeren sommige bedrijven in de onmogelijkheid om aan dezen eisch te vol doen. Als voorbeeld noem ik hier in de eerste plaats de talrijke seizoensbedrijven, die den zofner, het binnenkomen van den oogst of -een ander tijdstip moeten afwachten om hunne werkzaamheid aan te vangen, ten einde dan. gedurende enkele maanden, met volle capaciteit te werken, om vervolgens een langdurige periode van gedwongen rust in te gaan. De gasten van de zeebadplaatsen en zomerverblijven gevoelen het terdege in hunne portemonnaie, dat de korte spanne tijds, die den exploitanten gegund is, om hun bedrijf met volle kracht uit te oefenen, hen voor hel resteereride deel van het jaar moet schadeloos stellen. Is het mogelijk, dat de propaganda voor de winter sport in de Zwitsersche bergen ten doel heeft het hotelbedrijf ook in dèt deel van het jaar meer rendabel te maken, om aldus een meer economisch gebruik der beschikbare middelen mogelijk te maken Als 2ê voorbeeld van den machtigen in vloed van den factor tijd op de economie van bedrijven, die, heden ten dage, voor de samenleving onmisbaar zijn, noem ik nog de electrische centrales. De capaciteit der electrische centrales moet er op berekend zijn om op de tijdstip pen van maximumverbruik voldoende ener gie te kunnen afleveren om in de behoefte aan kracht en licht te kunnen voorzien. Helaas treedt dit maximum slechts op, ge durende enkele uren van de donkerste da gen van het jaar, d. i. omstreeks Kerstmis. De grootte der geheele installatie moet er nu op ingericht zijn om aan dezen eisch te kunnen voldoenterwijl een belangrijk deel van de capaciteit gedurende het grootste deel van het jaar renteloos kapitaal vormt, waarover meestal aanzienlijke bedragen aan rente en aflossing betheld moeien worden. Weliswaf^ worden er verschillende mid delen aangewend om dit euvel te verhelpen, maar daarmee is het kwaad nog niet uit de wereld. O. a. is het tarief voor de afname van kracht en licht zeer verschillend en tracht men hierdoor de onverbiddelijke werking van den tijd te compenseerenomdat de arbeidstijd der bedrijven gedurende het grootste deel van het jaar valt buiten den tijd, die de kunstverlichting noodzakelijk maakt. Indien het echter mogelijk ware om de electrische centrales op den basis eener absoluut constante bedrijfsdrukte te organi- seeren, zou de rentabiliteit nog aanzienlijk verhoogd kunnen worden en eerst .dan zou den de kunstmatig ii\ het leven geroepen phasenverschuivingen, naar de soort der af nemers geheel kunnen vervallen, waardoor de mogelijkheid geopend zou zijn om ook de lichtafname te verhpogen, omdat de ta- riefprijs alsdan uniform zou kunnen zijn. Een meer innig~v<rroand met den tijd zou dan echter geboden zijn. Als illustratie op dit thema zij het mij ver gund mij, voor een oogenblik, op nevenpa den te bewegen, door een phantasie hierop te houwen, die echter, uit den aard der zaak niet verwezenlijkt kan worden. Deze voorstelling dient dan ook slechts om nogmaals aan te toonen wat de econo mische gevolgen zijn van een aanpassen aan den tijd. Voor wat de electrische centrales betreft, had ik mij een innig bondgenootschap met den tijd als volgt gedachtVan de veronder stelling uitgaande, dat een electrische cen trale slechts gedurende één uur van het etmaal zijn volle capaciteit moet kunnen af geven, bouwt- men aan den evenaar 24 reusachtige centrales op gelijke afstanden van 15 lengtegraden 1600 K.M., en onderling electrisch verbonden. Aangezien de electrische golven zich voortplanten met een snelheid van 300,000 K.M. per 1 sec., kunnen deze in één secoTTde een afstand afleggen van meer dan zeven maal den omtrek van de aarde aan den evenaar gemeten. Er is dus nog speling genoeg, opdat deze centrales bijtijds het werk van elkander zouden kunnen overne men, wanneer één der centrales in hét duis ter gehuld is en dus een maximum-capaciteit noodig heeft, terwijl een meer westelijk ge legen centrale nog klaarlichten dag beleeft of bij die aan de antipoden de zon eerst op gaat. Inderdaad zou hiermee een veel gelijkma tiger belasting der centrales bereikt worden en zouden deze mei een minimum beschik bare capaciteit een maximum nuttig effect kunnen sorteeren. Moge dit opstel er toe bijdragen om, meer nog dan voorheen, een ieder ervan te door dringen, dat„woekeren met den tijd", vooral onder de huidige tijdsomstandighe den, een economisch belang is van het hoog ste gewicht. F. J. C. VAN HARDENBROEK v. A. Amersfoort, April 1917. Politiek Overzicht Rusland en de vraag van oorlog of vrede. H. Sedert de revolutie in Rusland het cza- risme van den troon heeft gestooten en aan de vroeger van de .regeering uitgesloten ele menten der bevolking het' heft in handen heeft gegeven, beslaat er tusschen het stand punt van Rusland tegenover den oorlog en dat van de andere leden der Entente een hemelsbreed verschil, een verschil zóó groot, dat eigenlijk niet is te begrijpen, dat zulke uiteenloopende opvattingen naast elkaar be staanbaar zijn. Rusland streeft naar herstel van den vre de en stelt zich voor den vrede ie bereiken zonder annexation en schadevergoedingen. Dat gooit echter alles overhoop wat de an dere leden van de Entente tot in den jong- sten tijd hebben aangegeven als doel van hunne oorlogvoering. Geen wonder dus, dat men daar over dit Russische wachtwoord voor vredesherstel slecht te spreken is. De Italiaansche minister van buitenlandsche za ken Sonnino heeft in Engeland grooten lof geoogst voor de wijze waarop hij in de Kamer de politiek van de Entente heeft uit eengezel. Hij heeft daarbij over de Russi sche vredesformule„Geen annexatie en geen oorlogsschatting" gezegd, dat dit een zuiver negatieve formule is, eene formule die niets positiefs bevat over de vrijheid en on afhankelijkheid der volken, noch over de on misbare waarborgen voor het handhaven van den vrede en het internationale recht, die op bedriegelijke wijze maskeert eene rechtvaardiging van alle ongerechtigheden van het verleden en van alle rechtsverkrach tingen door een zuiveren terugkeer naar den Status quo ante bellum. Minister-presi dent Boselli heeft nog de puntjes op de is gezet, door te zeggen „Zonder overwinning kan geene klasse, vooral niet het proleta riaat, op een gelukkig bestaan hopen. Allen wenschen, hopen en zegenen den vrede. Diegenen echter, die een vrede zonder over* winning en zonder volledige nationale be vrijding wenschen, zouden een onmogclijken vrede wenschen en de nadering van een nieuwen, nog verschrikkelijker oorlog voor bereiden." Zachter van toon dan deze verklaringen in het Italiaansche pörlement, zijn de schrif telijke antwoorden, die gegeven zijn op de Russische nota's van 20 April en 3 Mei. Maar niet zonder reden beklaagt men zich in Petersburg over den inhoud van die ant- woord-nota'^. Men vindt ze dubbelzinnig, onduidelijk en voor verschillende opvatting vatbaar. Dat is niet te verwonderen, want het is een hopeloos werk te trachten verbond te leggen tusschen het standpunt van Rus land na de revolutie en het in de nota van 30 December 1916 verkondigde standpunt, dat het antwoord bevat van de Entente (Rus land van vóór de revolutie inbegrepen) op het vredesaanbod der centrale mogendhe den van 12 December. Dit laatste is nog het standpunt varr alle Ententc-mogendhe- den behalve Rusland; wij kennen het uit de verklaringen van Ribot in het Frarvsche par lement en ook uit de rede van lord Robert Cecil -in het Engelsche lagerhuis, waarin ver zekerd werd, dat Groot-Brittannie niet met de gedachte om te veroveren in den oorlog was gegaan,' waarop dan verder volgt: „Maat nu de strijd ons is opgedrongen, kunnen wij de Armeniërs en de Arabieren niet weei overleveren aan de Turken en de inboorlin gen van Afrika aan de Duitschers, terwijl het herstel van België, het herstel van Po- lens onafhankelijkheid en de teruggave van Elzas-Lotharingen aan Frankrijk niet kunnen worden beschouwd als annexatie." Hierin vindt men het geheele programma terug van de eischen, waaraan de vrede, die door de Entente wordt verlangd, moet voldoen. Maar met het Russische programma van een vrede zonder veroveringen en schadevergoeding gen is dat onmogelijk te véreenigen. Rusland is niet in gebreke gebleven zijn standpunt nader te verdedigen tegenover do bestrijding, die het bij de andere leden der Entente heeft gevonden. Het officieele or gaan van den Petersburgsche arbeiders- en soldatenraad is opgekomen tegen de geheel onjuiste uitlegging, die de Entente geeft van de uitdrukking: Vrede zonder annexatie. Het kan niet de bedoeling zijn de volken te be vrijden door vroeger ontnomen gebied te rug te eisohen. Wanneer Rusland de leus: Vrede'zonder annexatie! op zijne vaan heeft geschreven, dan beteekent dit niets enden dan dat geen der oorlogvoerenden zich dee- Ien van een land mag toeëigenen, die op den dag van de oorlogsverklaring aan eert anderen staat behoorden. Ook in de nota, die -de minister van bui tenlandsche zaken Terestsjenko den Fran- schi p mi nister Thomas voor zijne thuisreis heefi meegegeven, is dezelfde gedachten- gang scherp geformuleerd. Hij zegt: De Rus sische regeering wil de uitsluiting van iedere gewelddadigheid, van welke zijde ook, de uitsluiting van alle imperialistische aansla- Zoodra men de macht bezit, houdt men op zich op het recht te beroepen. Roman van II el ene Dickmar. Geautoriseerde vertaling uit het Noorsch door A. M. VAN DER LINDEN-VAN EDEN. .31 Ellen \\as opgestaan, als ontwaakte zij uit •een droom. Zij keek met een schuwen blik naar I-Iarald. Zijn gelaat was bleek met don kere schaduwen en om den mond lag een scherpe trek. Hij streek weer met de hand over zijn gogen,v alsof het licht hem pijn deed. Toen vouwde hij de krant op en zei met ge dwongen kalmte in zijn stem: „Nu, adieul en dank voor deze oogcnblikken! Het heeft mij werkelijk goed gedaan mijn hart eens uit te storten. En nu hebben wij er ook mee afge daan," hij wees naar de krant „Look alike at pleasure and at pain" zeggen de oude Hindoe's. „Het is misschien de moeite waard om het eens te beproeven" liet hij er op volgen met een harden, niet natuurlijken klank in zijn stem, terwijl hij naar de deur ging. Ellen nam werktuigelijk een kandelaar, en ging met hem mee naar de vestibule. Zij zei slechts „ja, misschien wel.' terwijl zij hem haar hard lot afscheid reikte. XI. De hemel was helder, maar er woei een harde, scherpe wind, toen Ellen den volgen den morgen naar de school ging. Ilij woei tegen haar aan, vatte haar kleeren, belem merde iedere beweging van haar lichaam cb drong met een ijskoude rilling door lot in haar bloed. Maar zij hield zich rechtop en liep met Tiaastige, flinke passen voorwaarts. Zij boog het hoofd een weinig voorover als om buiten den wind te komen. Zij hield haar mond ge sloten als huisde er een wil achter die op een geklemde lij)pen een wil dien zij moest handhaven tegen iederen mogelijken aanval. Want zij was niet gewoon zich te laten bui gen of dwingen door de harde wisselingen des le\ens^ Ellen Miville. En nooit tevoren had zij geweten, wat het zeg£en wou de heerschappij over zïchzelvc le verliezen, nooit' vóór nu in dezen nacht. En «oen zij dezen morgen opstond nadat zij vergeefs de slaap gezocht had, om aan den dagelijkschen arbeid te gaan, toen slond ook alles wat in haar was aan energie en fierheid, in haar op, om le strijden tegen de nieuwe macht, die dreigde zich meester te maken van haar geheele wezen. Zij wilde zich niet lalen verslaan, zich niet laten neerbuigen, neen, dat z o u ze niet. Maar deze nieuwe strijd werd van nu af aan de^waarste daglaak in Ellen Mivilles leven. Spoedig ondervond zij dat deze nieuwe macht, die zich als uit een geheimzinr.igen achtergrond in haar bestaan had gedrongen en haar ziel gevangen hield dat die macht kwam met een alles oyertreffenden jubeltoon,1 een bruisende lentcwceldc, een overvloed van rijkdom en een gloeiende bloemenpracht in het zonlicht en dat zij kon zijn een verte rend vuur en tegelijk een ijskoude stormwind, waarin geen enkel lichtpunt te onderschei den was. Maar in haar hart gevoelde zij een stekende pijn, die al maar verergerde in haar gespan nen verbeelding. Dit werd haar als een wórm die niet sterft, die zonder ophouden gedu rende al haar dagen en al de doorwaakte uren van den. nacht haar harteblocd wegzuigt .en op haar levenskrachten teert. En wanhopig en doodmoe wrong zij zich onder deze pijn, die nooit ophield en nooit gelenigd werd. Toen wierp zij zich op haar werk met inspan ning van al haar krachten, in onafgebroken bezig zijn met lichaam en ziel. De school, de voorbereidingen voor Mar- gretha's huwelijk, het inpakken van Mof- grelha's uitzet; alles nam zij op zich Al haar kracht moest gebruikt worden voor iets sterks, iets groots. Maai niemand bemerkte welk een zieke, vreemde, gesloten blik er lag onder hel mas ker, waarachter zij zich verschool. Ja, niemand behalve één: Margrelha! Midden in de drukte van 'het pakken sloeg zij soms haar armen om Ellens hals haar lichtbruine oogen stonden vol tranen; „Je moet het je niet zoo aantrekken. Ellen dal doet mij zoo'n verdriet! Denk je niet, dat ik het ook naar vind om van mama en jou weg te gaan? Misschien wel van jou hel meest want je bent meer dan een zuster voor mij geweest, dat weet je wel. Maar kun ie niet je best doen om een beetje vroolijk te zijn, als je ziet dat ik zoo gelukkig ben?'' En Margrelha sprak op warmen toon over haar liefde, haar heerlijke toekomst, haar ge lukkig tehuis. Maar dan wendde Ellen zich af zonder haar aan te zien of haar liefkozingen le Beantwoor den snel, bruusk, zonder een enkel woord. Maar een oogenblik daarna kwam zij dan weer Margrelha zacht en leer over wangen en haar strijken, eveneens zonder ccn woord te zeggen. Alleen slóeg zij de diepe oogen, die opeens zoo ^veranderd waren, lol haar op alsof zij om vergeving vroeg! Want Ellen wist voor zichzelve heel goed, wat de scheiding van Margrelha in dezen tijd voor haar beteekende volstrekt niets. Toen. op ccn helderen voorjaarsdag vol zon in hel begin van Mei, vertrokken Hans en Margrclh i. En -Wf het afscheidnemcn was het alsof Margrelha haar niet los kon laten maar haar telkens weer een dankbaar en hartelijk woord moest toefluisteren nog een cn nog veen nu zij haar kinderjaren en haar jongc- meisjes-lijri achter zich liet beiden zoo vol van den invloed, die haar zuster op haar had uitgeoefend. Maar Ellen bleef strak en somber voor zich kijken en sloot zich af voor iedere toenade ring. Binnen in haar was alles zoo wonderlijk ledig, zoo onwezenlijk; zij wist slechts dat zij zichzelve haatte, omdat zij niet kon mee voe len. niet kon schreien. Zij ging terug met haar'mocder naar het nu verlaten tebitis; en nu was hel daar vol van zuchten en tranen omdat Margrelha weg was. H-or.dcydcn vragen c:i bezorgdheden len op zichte van de reis van hel jonge paar en de verzending van het uitzet en allerlei kleine belangen en kleine aanleidingen tot vreugde. Dan gaf Ellen lrorlc. onwillige ar.lv order, mcl ingehouden, hartstochtelijk ongeduld. dat niet in verhouding stond tot wat er ge zegd werd of zij sloot zich uren achtereen in liaar kamer op, ook dan wanneer dit voor baar werk niet noodzakelijk was. Later had rij er dan berouw over en legde zich de straf op om met een naaiwerk bij haar moeder in de huiskamer te gaan zitten en vol pijnigend zelfverwijt te luisteren, te antwoorden en te praten, het eene uur na het andere. Onder dit alles was er altijd ééne ge dachte, die haar lokte en trok, haar iets liet zien, dat haar een oogenblik van bevrijding, van ruimer ademhalen zou kunnen verschaf fen. Als zij zich maar ergens kon verbergen! Eén enkelen keer alleen te wezen met haar smart! Zij zou ver ver weg willen gaaiP naar ccn groote, woeste vlakte! Met den hoo- gen hemel boven zich en den wind fcjsch en koud langs haar heen strijkend. WocM, stil waar geen mensch werd gevonden, geen boom, niets dat in den weg stond, niets dat luisterde en dan schreeuwen het uit schreeuwen, woest en wild als hel klagen de gehuil van een gewond dier zoo hard dal menschen het niet zouden kunnen verdra gen het le hoorenl Haar werk, voor zich zelve c*n voor anderen, had nu alle bekoring ver loren Onrust en bitterheid hadden zich als een harde schors om haar hart gelegd. Wat was haar leven geweest van haar kinderjaren» van haar. cersle jeugd af lot op dezen dag? Armzalig, vreugdeloos mocitevol! In den eersten drang naar trouw en overgave van jong meisje teleurgesteld. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1917 | | pagina 1