N° 305 Tweet!© Blad.
I5'le Jaargang.
Zaterdag 30 Juni 1917.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
DE EEMLANPER".
Strijdende Zielen.
MARIE VAN VERSENDAAu
Bocidrcaactlei Mf D j VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF ft Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
p*i maanden yooi Amereloort 1 1*30«
Idem franco per post.. j. l.ÖO.
Verweck 0.12*.
Afzonderlijke nummers 0.05.
Wekelijksoh by voedsel „D# Hollandêcht Huitvrouw' (onder
redactie van Thérèae Hoven) per mnd. 50 ets.
Wokelrjksoh bijvoog&el „Wergldreciie" per 3 mnd. 52 ets.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 46.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER' ADVERTENTIEN
V»n 1-5 rejels<>.N0,
Elk« regel meer(,.15>
Dienstaanbiedingen 1—5 regels0.50.
Grooto lotton» naar plaaUruiinto.
Voor handel en bedrijl besbiau zeer voordeoligo bepaltngoa
tot het herhaald advertooron iu dit Blad, bi.i abonnomont.
Eene oirculairo, bevattende de voorwoardon, wordt op
aanvraag toegezonden.
Lea dag vrij.
In Noorwegen beslaat, zooals mevr. Isaach-
sen onlangs in hetrildbl vertelde, dc z.g
Lov-dng, d. i. een» geheel vrije dag, eens per
maand .Hij is de groole Iroost als de vacan-
tie voor bij is, de frissche. helle kleur lusschen
de grauwe reeks schooldagen, alle ecnigszins
aan elkander gelijk, de breker vaji ec-n^lange
eentonige lijn. De onderwijzers zijn er even
blij mee als dc kinderen. Zij hebben dien dag
ïioodig om op eens, onverwacht, men weet
nooit vooruil wanneer, nooit op een vastge-
stelden dag, het gareel af te gooien, het stuur
om te zeilen, om ziclj helder bewust te wor
den. dat de school voor het leven is, en niet
het leven voor de schoolMen houdt altijd
rekening met het weer De Lov-dag is bijna
altiJ een stralende, blauwe dag. De bedoe
ling is. dat men uit dc stad kan trekken, dc
bergen in, 's winters op sneeuwschoenen".
Dat is weer één van de frissche gedachten,
waarjj; 't Noorscbc leven zoo rijk is; zijn
volksleven openbaart het, zijn literatuur ge
tuigt er van. Het is niet in den regel, 't spot
misschien met deze of gene methode, wie weel
met welke wijsheid. Maar een goede methode,
een wijze gedachte is 't zeer zeker en we kon
den wi ihen. dat iets daarvan werd ge\on-
den or.der ons.
Een dag vrij! En onverwacht! Twee heer
lijkheden bijeen. Want 't is toch maar waar,
dut t onverwachte een groot geluk in ons
leven kan bete£kenen. Temidden van de grau
we eentonigheid staat daar in eens een nieuw
feit, een niet vermoede zegen, 't Duikelt naar
voren en verrast ziel een mensch op; 't spreekt
met ecu andere stem: dat laat niet na ops te
treffen. Dat geldt voor vreugde en leed; zij
treffen tc meer naar mate wij er minder op
hadden gerekend.
En een dra? vrij! Daar herleven kinder
jaren. Zijn wij niet blij geweest, wanneer on-
rcrwncb: een uur moest worden vrijgegeven?
Fr zijn nog wclmeenènde leeraren die door
een lichte ongesteldheid verhinderd waren
les tc geven. En dan 't gejuich, een uur, een
dag vrij! Wij buitelden naaf buiten in den
ton ui gen dag; was 't verbeelding, dat alles er
anders uitzag; dat dc zon helderder scheen,
dat de gewone morgendrukte der straat voor
ons had de bekoring van een nooit gezien won-
der? 'l Waren de gewone menschcn, druk
voor hun zaken, maar cr zat muziek in 't
ratelen van de bakkerskar, in 't klappen van
de zweep van den voerman, 't Was 't onge
dachte. dat ons bracht in een soort sprookjes
wereld. v.aarvan wij genoten met ctm jon
gensachtige vreugde.
r kikkige menschcn, die ons dat genot wil
len g^.-cn DM is geen afkeer van arbeid, geen
be'dcnkcliik Meeken; ,'t is 't verlangen naar
evenwichV waaraan ook in later dagen be
hoefte blijft beslaan. Schooljaren gaan voorbij,
dc maatschappelijke strijd gaat komen en
'I ongedachte wonder wordt weinig meer ge
zien
Ernst is 't leven geworden en voor vel ei) be-
teekent een dag vrij boven den gcwoncn_ Zon
dag een 'beperking van hun wekelijksch in
komen en daarom niet met vreugde begroet.
Daar zijn velen, wier leven eentonig voorbij
gaat die van den Maandag tol den Zaterdag
ingespannen werken, maar zij missen de ver
rassing van *t onverdachte en de Zondag
deelt al in dezelfde sleur als de gewone
dag der week. Er is geen frischheid, kracht,
geen kinderlijk genieten; 't behoort alles bij
de eenmaal vastgestelde orde.<Dan is 't op
wekkende er uit heen.
Denkt u eens de fabriek, waar onverwachts
een dag vrij kon worden gegeven met behoud
van loon. een werkplaats, die op een morgen
eens werd gesloten. Onmogelijk, hoor ik zeg
gen. vrome wcnsch, voor geen verwezenlijking
vatbaar; 't zal wel zoo zijn. al is meer onmo
gelijks in deze dagen toch vervuld. Maar op
grond van onze kindcrervaringcn vraag ik:
zou 't niet kunnen en hoogst gezegend zijn?
Wat zonden wij winnen aan kracht, aan lust
en moed.
Hier hebben wij geen bergen waarheen wij
kunnen trekken, maar wij hebben de zon, den
stralenden dag evenzeer als in Noorwegen;
wc hebben dc stilte, dc wijding van een stukje
natuur, dal ons lief is geworden. En daarvan
zou invloed uit kunnen gaan.
Misschien zoudeft wij ons weer als kinde
ren voelen en bij al onze wijsheid was dat toch
wel ge wcnsch t Een groole menschenkenner
heeft den grooten voorgehouden, dat zij weer
als kinderen moesten worden. En heeft Jezus
ongelijk? Wat zouden wij weer genieten van
dc gewone, aHedangsclit* dingen, waaraan
menigeen nu voorbij gaat; hoe zouden wij
frischheid verkrijgen van oordeel, levenskijk,
van kracht, ja wat niet al.
Neen, wij moeten niet bang zijn nu en dan
eens even af te wijken van dc vastgestelde
orde. Ge zoudt haast wensc.hcn kunnen als
onderwijzer een flag ziek te zijn om den kin
deren vreugde tc kunnen geven met een vrijen
dag. Maar we moesten in ons huis, tegenover
wie ons dienen, dgze waarheid betrachten,
dat 't niet gevraagde en toch geschonkene zoo
veel dieper indruk maakt, en weldoet aan de
ziel.
Een dag vrij; cn wanneer dan de bovenge
noemde schrijfster van dien dag geniet en in
dc natuur .ronddwaalt, onimoet ze een boer,
die geen dag vrij heeft en zijn gewonen, juist
niet vroolijkcn blik op rle wereld heeft. De
allornoodigslc cn allerheerlijkste dingen z.ijn
niet te koop, die krijgen wc zoo maar, zegt dc
wandclaarstcr; daar is de frissche lucht, de-
zon, 'l schuimende water. Dan, meent de
ander, is wel alles gezegd. „Maar is er dan
niet al" dal moois hier, berg en fjord, bosch
en hei, zonsopgang en -ondergang cn maan cn
sterren in den nacht. Denk eens, dat iets van
die pracht maar eenmaal in 't jaar te zien
was of eens in de tien jaar. Alle mensch en
zouden zich tot een bedevaart opmaken en
foch niet verzadigd kunnen zijn. Is 't ni^ min
der. omdat wij het iederen dag mogen heb
ben?"
En er*is zooveel meer. Maar dat zien wc
pas. als we een dag vrij hebben, wanneer wc
hebben achtergelaten dns gewone werken, en
wandelden in de zon 't Is wonderbaarlijk,
wat dat al niet in ons leven doen kan. Van 't
aardsrhe worden wij afgetrokken naar 't
hemclsche: een frissche wind gaat ook door
onze ziel, de zon schijnt in ons hart. Dat heeft
de Zondag ook reeds gedaan, maar hij is voor
velen een dag van somberheid geworden, van
plichtmatig rusten; geen blijdschap, geen licht,
geen kracht werd er gewekt
Toch is hij dpdag der aanbidding, van in
keer tot zichzelf, van God zoeken en vinden;
hij is dc dag van verootmoediging cn dank.
Dan moeten we naar buiten, cn vergeten, wal
od den werkdag ons wacht. Wij moeten staan,
gekeerd naar 't licht Maar dat kan ook op
andere dagen en dal is dc weelde van een
dag vrij. Over 't gewone licht glans, over 't
eenvoudige komt heerlijkheid. 'I Is de wel
daad die God bewijst aan iedere ziel!
V.
Kameroverzicht.
;Eerste Kamer.
Vergadering op Vrijdag 29 Juni.
Geopend te 11.50 uur.
Voorzitter baron Van Voorst tot Voorst.
Geloofsbrieven.
De heeren Doyes (u. l.)f Staal (u. 1.) en
Van Lamsweerde (r. k.) brengen namens de
commissie, benoemd tot onderzoek der ge
loofsbrieven, verslag uit, concludeerende tot
toelating van alle leden, die hunne geloofs
brieven inzonden.'
Beëcdiging.
De Voorzitter richt nu een kort woord tot
de .leden en betuigt zijn dank ook aan de
leden voor het in hem gestelde vertrouwen,
dat hij reeds zoovele jaren als Voorzitter
genieten mocht.
Een zeer gewichtige parlementaire pe
riode, aldus Spr., ligt achter ons. De nieuwe
grondslagen voor ons Staatsleven naderen
hunne voltooiing.
Met den wensch, dat deze buitengewone
zitting aan het doel nïöge beantwoorden,
verklaart Spr. het voorzitterschap te aan
vaarden.
Hierna wordt aangenomen het voorstel
de Troonrede met een adres te beantwoor
den.
Overgegaan wordt daarna tot het trek
ken der afdeelingen.
Tweede Kamer.
Vergadering op Vrijdag 29 Juni 1917.
Geopend 1.30 uur.
Voorzitterjhr. de Savornin Lohman".
Geloofsbrieven.
De heeren Van Kaalte (u.-l.) en
Limburg (v.-d.) brengen als voorzitter
der commissies van onderzoek der geloofs
brieven verslag uit.
Geconcludeerd wordt tot toelating van
alle leden die hunne geloofsbrieven inzon
den.
Beëediging.
De aanwezige leden leggen in handen
van den daartoe bij Kon. besl. gemachtig
den voorzitter de vereischie eeden af.
Nominatie Voorzitterschap.
Vervolgens wordt overgegaan tot het op
maken van den nominatie van het voorzit
terschap. Bij stemming voor den eersten
candidaat worden uitgebracht 90 stemmen,
waarvan 88 op den heer mr. D Fock en
2 blanco. Voor den tweeden candidaat wor
den uitgebracht 71 stemmen, waarvan 50
op den heer Schaper (s.-d.), 16 blanco en
3 op den heer Ruys de Berenbrouck en 2
op Tro.elstra, voor den derden candidaat
worden uitgebracht 76 stemmen, waarvan
71 stemmen op mr. Ruys de Berenbrouck,
ééné stem op elk der heeren de Savornin
Lohman en Schaper en alsnog 3 in blanco.
De Voorzitter benoemt tot leden van de
commissie die .de nominatie van H. M. de
Koningin zullen aanbieden de leden van
het stembureau de heeren Kolkman, Scha
per, Duymaer v. Twist en Roodenburg.
Vervolgens wijdt de Voorzitter eenige
waadeerende bewoordingen aan den heer
Jungeman, d«e als bibliothecaris der Kamer
heengaat.
De vergadering wordt verdaagd tot
Woensdagmiddag IK uur.
Berichten.
De Staatscourant van 29 Juni bevat
o.a. de volgende Kon. besluiten:
benoemd tot registrator bij hel bureau van
den chef van den gcneralen staf de gepension-
neerde kapitein der infanterie II van Maaien,
lijdelijk werkzaam hij het Departement van
Oorlog:
benoemd lot registratie-ontvanger tc Ranllc
J. J. A. Phaff, thans te N ij kerk, te Grave \V
II Deuss surnumerair der registratie cn
domeinen;
op verzoek eervol ontslagen II. Biercn-
broodspol directeur van het Huis van Bewa
ring te Amsterdam;
benoemd tot adjunct-commies aan het
Departement van Justitie mr. R. A. Le Rüttc
tc den Haag;
benoemd lot opzichter van den Rijkswater
staat le klasse T. Huisman te Tilburg;
benoemd tot lecraar aan de Rijkslandbouw-
winterschool te Meppel D. Stieltjes te Usselo,
gemeente Lonncker.
Het Koninklijk gezin. H. M.
de Koningin heeft het voornemen op Maan
dag, den 2en Juli het Huis ten Bosch te
verlaten en met de Prinses het tijdelijk land
huis „De Ruigen Hoek" onder Schevenin-
gen te betrekken.
Z. K. H. de Prins zal op dienzelfden dag
naar Zwitserland vertrekken ten einde daar,
evenals verleden jaar, eenige bergtochten
te maken.
Z. K. H. de Prins vertro gistermiddag
naar Amsterdam tot het brengen van zijn
voorgenomen bezoek aan Heineken's Bier
brouwerij te Amsterdam.
Vanmorgen scheepte de Prins zich in op
het zeiljacht de „Lichtstraal" van de Ne-
derlandsche Padvinders, om, gelijk reeds
met een enkel woord is gemeld, ook eens
aan boord het leven onder de padvinders
mede te maken. Daartoe blijft Z. K. H. ook
's nachts aan boord.
-—Opnieuw aanwezige Kamer
leden. Het lid van de Tweede Kamer de
heer Spiekman was gister na eene langdu
rige ongesteldheid weder in de vergade
ring der Kamer aanwezig. Vele leden kwa
men hem met zijn herstel gelukwenschen
en de hand drukken.
Ook de Kamerleden de heeren Troelstra
en Albarda> uit Zv, den t. Ljek woon*
den de vergadering van heden bij.
Ook de heer van Vlijmen was gisteren
voor het eerst na een langdurige ongesteld
heid in de vergadering vau^le Tweede Ka*
mer aanwezig.
Overste H e 1 b. y l'e Buitenzorg
(Java) is 21 Juni op 76-jari. n leeftijd over
leden de oud-luik nant-kolonel van den ge*
neralen sluf van het leger in Oost-Indië li
Helb, sedert 1894 gepenrionneerd
De overledene was Ridder in de Orde van
den Nederl. Leeuw en gerechtigde tot het
dragen van het onderscheidingstecken voor
30-jarigen officiersdienst
Nederland en de oorlog.
I>e getorpedeerde scticpeo.
Men meldt uit Parijs aan de N. R. Ct.:
Bijna alle bladen publiceeren het telegram
uit Den Haag omtrent de schikking tusschen
Nederland en Duitschland over de getorpe
deerde schepen zonder commentaar.
De Echo de Paris zegt, dat de houding, die
de Fransche en Engelsche regeering zullen
aannemen, dient te worden afgewacht- Wij
moeten —«vervolgt het blad evenwel het
ware karakter van de overeenkomst anntoo-
nen. De laatste maatregelen van de Ver. Sta
ten ten aanzien van den uitvoer naar onzij
dige landen hebben^de hulpbronnen der on-
zijdigen, die aan Duitschland grenzen, in
hooge mate beperkt. Duitschland moet daar1
van den terugslag hebben ondervonden. Alt
Duitschland nu enkele zijner koopvaarders
waarop het zoo zuinig is, onder onzijdigt
vlag brengt, dient het alleen zijn eigen
maag.
Men meldt uit Londen aan de N. R. Ct.'
De Pall Mall Gazette schrijft: de schikking
w-aarbij Duitschland in Indië liggende sche
pen aan Nederland afstaat en daarvoor de
verzekeringssommen krijgt is minder edel
moedig (van Duitschland) dan 't schijnt
Deze schepen zijn voor Duitschland verloren
en het vredescongres diende over het eigen»
domsrecht er van te beslissen. Het is on
waarschijnlijk, dat de overdracht (door d#
entente) zal worden toegestaan.
Kosteloos vervoer van goe
deren ten behoeve der com
mission for Relief in Belgium.
De Minister van Binnenlandsche Zaken
heeft bepaald, dot voortaan niet alleen le
vensmiddelen,- maar alle zendingen van do
Commission for Relief in Belgium, koste
loos over de lijnen der spoorwegen kun
nen worden vervoerd.
De zendingen naar België (Frankrijk) kun
nen worden verzonden rechtstreeks naai
Rosendaal grens of Eijsden grens of vooral
naar Rotterdam, om vandaar naar België en
Frankrijk te worden doorgezonden.
Het vervoer zal, zooveej mogelijk, in
Duitsche wagens plaats hebben.
Geen plaatsbiljetten voor
het buitenland. Van 1 Juli af geven
de Nederlandsche spoorweg maatschappijen
Wij zijn het snelst gereed met raadgevin
gen welke onze hulp uitsluiten.
:brve,i etaoin shrdlu cmfwypvbgkjmmmmq
Roman van Helene Dick mar.
Geautoriseerde vertaling u!t het Noorsch
door
A- M. VAN DER LINDEN-VAN EDEN.
35
Gurine droogde weer haar oogen aan haar
schort.
„Maar hij. de directeur, is een zeldzaam
man, juffrouw nooit komt er een klacht
over zijn lippen! Maar hij wordt niet goed
verzorgd, er wordt niet op hem gelet, en ik
durf er met de oude mevrouw niet over spre
ken, want die is nu ook zoo ziek. Maar ik
kan het niet langer aanzien... want het is niet
dc eerste keer dat meneer zoo is als van
daag..."
Zij hield op. "Zij schreide maar heel stil
yoor zich zelve.
Ellen steunde met den elleboog op de
tafel en hield de hand voor dc oogen, alsof
het licht van dc lamp b;iar hinderde. Nu
keek zij op: „Hoe dan? vr eg zij met heeschc
stem
Gurine kwam dichterbij en fluisterde afge
broken. „Ik zal hul rouw precies ver
téllen zooals het was - litit zal \eerticn dogen
geleden zijn toen w<^d er infc(^studeer
kamer gebeld. Het was om denzelfden tijd als
nu mevrouw was niet thuis toen ik bin
nenkwam, lag hij op de sofa. en zag zoo wit
als dót tafellaken daar. Maar -toen ik bij
hem kwam, beduidde hij mij dat ik op een
stoel moest gaan zitten, die daar stond. Een
poosje later riep hij mij en zei dal het niets
was, dal hij op school kou gevat had en toen
te hard naar huis geloopen was cn dat had
hem pijn aan het hart bezorgd, zoodat hij even
op adem moest komen maar nu kon ik wel
weer gaan en het was niet de moeite waard
om er met mevrouw of den dokter over te
spreken Maar nooit vergeet ik, hoe hij er
uitzag, het was of het zoo met hem gedaan
zou zijn, zooals hij daar lag...
Ellen was plotseling opgestaan en had
Gurine bij den arm gegrepen. Zij haalde diep
adem.
„Wij moéten wat doen, Gurine wij moe
ten d a d e 1 ij 1c wal doen!
„Als do juffrouw eens naar binnen wou
gaan om eens met hem te praten!' Gurine
zag haar sraeckend aan, terwijl dè tranen
zonder ophouden over haar wangen biggel
den. „Als de juffrouw er hem toe kon krijgen
om eeif dokter te roepen en medicijnen le
nemen want ik mag niet aan die arme kin
deren denken als zc met mevrouw alleen
moesten achterblijven."
Ellen had de deur heel zacht geopend.
Op de schrijftafel brandde een lamp met
een groote kap er overheen. Ilarald had zijn
stoel bij den kleinen haard geschoven, waar
in vuur lag en zat half afgewend met liet
hoofd geleund op dc eene hand en zijn elle
boog rustend op den arm van zijn stoel.
Ilij had blijkbaar haar voetstappen niet ge
hoord.
't Was ook of hare voeten den grond niet
aanraakten. Gedreven door een onweerslaan-
baar. alles beheerschend gevoel, was zij op
de knieën naast hem neergezonken.
„Ilaraldl"
Hij schrikte en keerde zich om. Een heftige
beweging, een jubel die als een bliksemstraal
in zijn oogen glansde, een warme blos!
In hel volgende oogrnblik had hij haar-mel
beide handen vast om de polsen gegrepen,
en haar en zich zelf opgericht met een
vlugge beweging.Maar terstond was weer
alle kleur van zijn gelaat geweken.
Zoo stonden zij tegenover elkander. Oog in
oog en hand in hand. Twee menschcn. Samen.
Zij wisselden geen woord, zij vroegen niels.
Er was geen ziekte meer; menschcn beston
den niet meer voor hen; elk van hen zag al
leen de andere ziel, tcrwijf op hetzelfde
oogenblik uit den bodem van hun hart. hun
diepste geheim in het volle daglicht trad, even
als dc parel, die in de schelp verscholen heeft
gelegen7~IIet strakke onnatuurlijke in Ellens
gelaat was als weggevaagd,. Jong en teer en
mooi zag zij er uit, zooals zij daar stond,
zacht bevend met schitterende oogen!
Hel was Ilarald die dc stilte de betoove-
ïing verbrak.
Het kwam als een antwoord op een onuitge
sproken vraag, die hij t in haar oogen las.
„Ja, Ellen" zijn slem was kalm maai
warm en hij hield haar handen nog vaster in
de zijne, „Ja, Ellen ik wist het al lang
heel lang
Ellen opende haar lippen alsof zij iels wil
de zeggen maar zij kun geen woord uilcii.
.„liet wa5 het beste voor je voor ons
zooals het was," ging hij op dezelfde fluiste
rende wijze voort.
Maar zij zag, dat hij nog bleeker werd en
dat hij dc oogen sloot alsof hij opeens pijn
kreeg.
Het was een oogenblik stil.
Toen sprak Ellen cn haar woorden Idonken
zocht, bijna ootmoedig: „Zoo, heb ik jc dan
niets anders dan pijn veroorzaakt!"
Ilij glimlachte. Maar het was, alsof zijn
glimlach de#uitdrukking van smart nog slechts
verhoogde.
„Geloof je zelve wat je daar zegt?"
Ellen trachtte zijn blik tc ontmoeten en tc
glimlachen. Maar zij bracht liet niet verder
dan tot een beven harcr lippen.
En daarna was hel of een schaduw een
plotseling opgekomen angst over haar trek
ken gleed.
Ilij begreep.
„Wij-durven frcl zeggen" hij sprak lang
zaam „jij, en ik, dat wal gekomen is, niet
door ons is verwacht of zelfs gewenscht werd
door geen van ons bcidën.Maar een
machtig gevoel heeft nooit een menschenziel
schade gedaan,. Ellen,"' voegde hij er ernstig
aan toe. „Kom, ga daar zitten, ga daar zit
ten." Ilij sprak nu op een opgeweklen toon,
terwijl hij een slocl vooruit schoof en zelf
tegenover haar plaats nam. „Ik wil, dat je
alles zult weten, van het begin af daar heb
jc hel recht toe..."
Maar nu stond dc w e r k e 1 ij k h c i d weer
vóór Ellen; Gurines woorden over Ilaralds
ziekte. Ilaar angst was grooter dan al het
andere...
„Ach neen nu niet, narald. Je bent ziek
geweest. Ik weel het wel, ik heb zooveel be
grepen! Vooral sedcrl loeu weet je nog?
toen wij verleden jaar terugkeerden van
Frognesoeter."
De glimlach was er weer. maar pijnlijk cn
weemoedig.
„Maar zie jc, Ellen, juiJt omdat je iets ge«
zien hebt, wil ik dat je alles welen zult."
„Maar je. bent ziek. Ja, zeker. Toe, nu niet,
nu niet. Morgen een anderen dag je moet
nu vóór alles zorgen weer geheel beter tf
worden, begrijp je, je moe t..."
Ellen strekte haar inéén gewrongen handen
nnar-hem uit. Ilct was, als zou zij, half bui
ten zich zelve, in elkaar zinken
„Neen, neen!" Hij strekte zijn hand afwe
rend uit en zij richtte zich onwillekeurig
op en voelde zich rustiger worden. „Ik ben
niet zoo ziek 't heeft ntcts te beduiden. Ik
geloof, dat bet niets dan zenuwen zijn, al is
het erg pijnlijk wanneer het komt... Maar je
moet me gelooven als ik zeg dat het mij niet
anders dan goed kan doen om mij geheel uit
te spreken één enkelen keer geheel vrij-
uil..."
Er was iets stils bijna toonloos in zijn
wijze van spreken, toen hij haar van zijd
leven vertelde van jaar lol jaar. Van zijd
eerste jeugd af. Voor het eerst bracht hij alles
onder woorden En in dezen diepen, trillen-
den, maar bchcerschten toon werd het tot do
lijdensgeschiedenis van een leven, voortgezet
langs schcrpgetrokkcn, soms afgebroken,
maar vaste lijnen terwijl hij daar onbewe
gelijk zat en recht voor zich uitstaarde in het
vuur, dat nu slechts een hoop gloeiende kolei»
was op het punt om uit dooven.
CW.ordt vervolgd.)