1© Jaarfiang, „DE E EM LAN DER". Donderdag 26 Juli 19J7. BUITENLAND. FEWÜ.IFTON. TOEWIJDING. N° 22. De Fröbelschool in gevaar I u j MARIE VAN VERSENDAAL. Hoofdredactie: Mf Q VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFF ft Co, ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden vooi Ameretoort f Idem franco per post.. J*®®* Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - "•1*« Afzonderlijke nummers0.05. Wekelijksob byroegsel „f># Bollandtchs Huiwrouw'' (onder redactie van Thérèae Hoven) per 8 mnd. ÖO ets. Wekelijbseh bjjvoegs©! nWtrtldr*viu" per 8 mnd. 58 ets. .Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 46. Intercomm. Telefoonnummer 66.- P1UJS DEK ADVEKTENTIÉN Van 1—5 rutfols Elke rogol meerO.15 Dienstaanbiedingen 1—5 rogols.. 't* o!fïO* Grooto lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bedriji bestaan /.oor voordoolige bop.»hiiK'ön tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonoomont. Lom- circulaire, bevattende do voorwaardon. wordt op aanvraag toegozonden. 't Is zoover gekomen. Onze Fröbelschool verkeert in gevaar, slachtoffer van de tijds omstandigheden, maar toch ook weer niet daarom alleen. Het is eigenlijk nooit heelemaal in orde geweest met den financieelen opzet van de Fröbelschool. Thans nu de crisis alles wat niet hecht gebouwd staat, aan het schudden brengt, moet de Fröbelschool het ontgelden. De nood der school spruit niet voort uit verminderde belangstelling of ophouden dor behoefte. Het aantal kinderen bedraagt 70 en veel hooger was dit nooit. De opbrengst - van het schoolgeld overtrof de begrooting met 50. Het personeel ziet haar onderwijs en toewijding beloond met veel erkentelijk heid doch bitter weinig salaris. En nog is de financieele toestand hoogst enkelijk. Zóó bedenkelijk, dat er ronduit gesproken wordt over de mogelijkheid van JOpheffing. Dat zou wel heel jammer zijn. Want onze Fröbelschool mag er wezen en kan voor menige andere ten voorbeeld gesteld wor den. Dat is geen bluf, doch eenvoudig waar- beid. Zelfs in normale tijden noemen wij den financieelen basis der school ongezond. Zij drijft vrijwel geheel op het Nut. Het Nutsdepartement geeft haar gratis het gebouw. Het Nutsdepartement geeft haar 1200 Subsidie. Het Nutshoofdbestuur geeft 100 voor den opleidingscursus voor fröbelonderwijze ressen. Het gemeentebestuur doet dafcr 180 bij. En dat zijn dan alle inkomsten, plus het schoolgeld, dat dit jaar 750 op- - bracht. Alles te zamen 2230. Dat daarvan geen ruime bezoldiging af kan, ligt voor de iïand. De salarissen zijn zoo belachelijk laag, dat wij de bedragen niet durven neerschrijven. Wij willen slechts verklaren, dat de direc trice, de le en 2'e onderwijzer met hun drieën 1300 verdienen! I Met de grootste voorzichtigheid kon men tot dusver zoo ongeveer rond komen. Doch de hooge steenkoolprijzen, de lange winter, de duurte der leermiddelen en de waarlijk niet overbodige noch overdreven duurte- toeslag hebben ditmaal het, we zouden bijna zeggen, kaartenhuisje der financiën omvergeworpen. v Er is 'n tekort. Nu is dat wel niet zoo heel groot en zou het wel aangezuiverd kunnen worden; en het is ook niet daaraan toe te schrijven dat men over opheffing praat- Maar men bègint meer en meer te beseffen, dat de Fröbelschool 'n te zware last voor het Nutsdepartement wordt. -Het is nooit de bedoeling van het Nut geweest om allés op één kaart te zetten. Men wil juist voor allerlei instellingen ten elgemeenen nutte het initiatief nemen, den eersten stoot er aan geven en als de zaak marcheert zich weer voor iets anders span nen. En nu wordt alle initiatief verlamd. worden olie krachten in beslag genomen door dit eene kind van zorgenl Wie zou het dan het Nut euvel duiden, als het zich niet verder bij machte verklaart de Fröbelschool in stand te houden? De gemeente doet hier hoegenaamd niets voor het voorbereidend onderwijs. Nu moge men over dit voorbereidend on derwijs denken zooals men wil. Maar zelfs zij die het voor het latere onderwijs, voor de begripsontwikkeling van het kind, van weinig of geen nut achten, erkennen toch de wen- schelijkheid er van voor het bezig houden van kinderen, die wegens huiselijke omstan digheden, beperkte ruimte, drukke bezighe den of zwakte of afwezigheid der moeder of wat dan ook hetzij thuis te veel aan hun tot overgelaten zouden worden, hetzij in 'n verkeerde omgeving zouden moeten vertoe ven, hetzij te weinig met andere kinderen in aanraking zouden komen. Voor al deze kinderen geeft 'n bewaar school of 'n fröbelschool uitkomst- En nie mand zal beweren, dat het hier geen ge meenschapsbelang geldt of dat de gemeente de handen thuis zou moeten houden. In ver scheidene gemeenten trekt de gemeente zich dan ook wel degelijk het voorbereidend onderwijs aan. Wilde ook ons gemeentebestuur zich van die taak kwijten, het zou groote sommen kosten. Nu schraalhans hier keukenmeester is, behoeven wij ons geen illusie te maken dat het er spoedig van komen zal. Gedurende geruimen tijd zal de Fröbel school dus nog de eenige ziin die voorziet in voorbereidend onderwijs, dat voor elkeen toegankelijk is. Voor elkeen: want het is strikt neutTaal. En de regeling van het schoolgeld is tegen woordig zoo, dat de overgroote meerderheid der ouders het betalen kan. Het is progres sief naar de gegoedheid dei ouders en be gint met nog geen dubbeltje in de week. Nu zou men de financiën wel kunnen versterken door verhooging van het school geld, maar dan sloot men terstond 'n breede categorie van kinderen uit- Op die manier zou de school misschien gered zijn, doch ten koste van het algemeen nut. Wanneer dus straks ons gemeentebestuur de aanvrage om subsidie voor de Fröbel school te behandelen krijgt, moge het zich wel van den toestand bewust zijn. Want dit kunnen wij wel verklappen: wordt het subsidie geweigerd, dan komt er 'n voorstel tot opheffing der school. Het zou wel treurig zijn als Amersfoort juist nu het zoo groeit, z'n Fröbelschool ging prijs geven. En mocht er desnoods, met particuliere hulp 'n nieuwe Fröbelschool opgezet of de oude voortgezet worden, dan zal zulks slechts mogelijk zijn door 'n wijziging van de sthool- geldregeling, welke ten slotte hierop neer komen zal dat het 'n schooltje wordt voor 'n klein aantal kinderen*nan de meer.croeiden. Politiek Overzicht De krisis in Rusland. I. In de laatste dagen hebben wij van beide zijden verklaringen vernomen, die ten doel hadden conclusie» te trekken uit den toe stand, zooals hij zich aon het einde van het derde oorlogsjaar vertoont. In den Duitschen rijksdag hebben de nieuwe rijkskanselier en de rijksdag zelf zich bereid verklaard tot een eervollen vrede, steunende op overleg en compromis, mede te werken wanneer de tegenpartij zich daartoe geneigd mocht too- nen. Ir. den Hongaarschen rijksdag hebben het hoofd der regeering en de leider yan de oppositie zich daarbij aangesloten. Wat van de andere zijde naar aanleiding daarvan is gezegd, klinkt nog niet zeer be moedigend. Een Engelsche minister heeft gezegd, dat Engeland, meegaande als het is, wel over den vrede zou willen spreken, als Duitschland eerst de troepen, die het links van den Rijn heeft staan, terugtrok. Het hoofd van het Britsche kabinet, die eene maaond geleden had gezegd, dat men met een democratisch Duitschland eerder op streek zou komen, heeft nu ontdekt, dat de Duitsche regeering onder het nieuwe hoofd, dat is opgetreden, geenszins beantwoordt aan het criterium, dat hij stelt voor eene democratische regeering. In Frankrijk heeft de Senaat een besluit genomen, dat de re- geering uitnoodigt alle maatregelen te ne men, die de overwinning van de vrije natiën op de centrale mogendheden zullen ver haasten. Dit alles wijst ér niet op, dat reeds nu bij de Entente eene stemming aan wezig is, die haar* tot den vrede geneigd maakt, en het Fremdenblatt, het orgaan van het Oostenrijksche departement van bui- tenlandsche zaken, zegt terecht: De vrede l.an niet van één kant tot stand komen. Maar inmiddels zijn de gebeurtenissen verder hun gang gegaan. Er is in den toestand eerc* aanmerkelijke verandering gekomen, die, wanneer zij in dezelfde richting doorwerkt, hare uitwerking op de stemming van de nu rog tegen den vrede gestemde elementen plet zal kunnen missen. In de zitting van «en rijksdog van den 19en Juli heeft d~ njkskansriie: de eerste mededeeling gedaan over het Duitsch-Oos- tmiijksche tegen-offensief dat is onderno men met het doel de uitkomsten va.» het op 1 Juli begonnen Russische offensief in Oost- Galicic wee ongedaan 'te maken. Sedert is ei eene week verloopen, en aan het einde daarvan ksr- wrden gezo-ri, dat niet alleen de aanval, die op Lemberg, dc h-.oldstad van Galicië, gem.r.t was, verijdeld is, maar dat den Russen het gevaar dreigt te worden .rrd»"tven van het stuk Ga icischen grond, da: zij nog bezitten. De Frankf. Ztg. vat den toestand op hét oostelijke oorlogstoonecl al dus samen: „In eene frontbreedte van 250 Kilometers is het Russische leger terug geworpen, en de Duitsche troepen drijven het onweer staanbaar voor zich uit. De aanvalsstoot op den kleinen sector ZwyzinZborow heeft zich zoo geweldig voortgeplant, dat van daar tot diep in de Woud-Karpathen de Rus terugstroomt. Reeds hebben de Duitsche korpsen Tarnopol bezet en zijn ten zuiden van deze stad de Sereth overgetrokken. Men mag nu wel zeggen, dat de vluchtende Rus sische legers niet zoo spoedig zich weer zul len kunnen vastzetten. Podhajce, waar wij reeds voorbij gekomen zijn, ligt tusschen de Zloto Lipa en de Strypa, 17 K.M. ten zuiden van den spoorweg Brzezany—Tarnopol. Dot Halicz, de oude heilige hoofdstad van Gali cië, weer ontzet re, zal bij onze Oostënnik- sche bondgenooten bijzondere vreugde wek ken. Dat wij ook de Bystrzyca Zolotwinska, die voorbij Stanislau uit het zuiden in de Dnjestr vloeit, zijn overgegaan, is van ge wichtige strategische beteekenis. „Het Russische leger is terugstroomende. Ook de pogingen var. Broessilow om op andere plaatsen van het lange oostelijke front tegen ons op te rukken, zullen deze vernietigende nederlaag in Galicie niet meer kunnen tegenhouden. Overal, van Jncob- stadt tot in Moldavië, zijn Russische korp sen tot den stormaanval gedreven. Overal zijn zij in elkaar gezakt. Ook bij Smorgon en Krewo, waar het ernstigste offensief was ingezet, is de toestand weer geheel in onze hond." Zoo luidt de conclusie van de Frankf. Ztg. Zij vindt steun in de berichten, die van beide zijden uit de hoofdkwartieren zijn ge komen. „Slechts resten zijn teruggekeerd", bericht het Duitsche hoofdkwartier van den aanval, dien de Russen ten zuiden van Smorgon met acht divisiën hebben onder nomen. Niet anders verneemt men uit een telegram, dat het comité van het verslagen elfde Russische leger naar Petersburg heeft gezonden, waarin wordt gezegd, dat „het Duitsche offensief zich heeft ontwikkeld tot eene vreeselijke ramp, die onder omstandig heden den ondergang van het Rusland der revolutie tot gevolg kan hebben." En over den toestand, waarin het geslagen leger zich bevindt, wordt in dit' bericht gezegd: „De meeste troepenafdeelingen bevinden zich in een toestand van toenemende ontbinding. Van eene erkenning van supérieuren en van subordinatie is geen sprake meer. Verma ningen zijn geheel zonder uitwerking ge worden; zij worden beantwoord met bedrei gingen, soms zelfs met het doodschieten van de vermaners. Vele formatiën verlaten de loopgraven, zonder de komst van den vijand af te wachten. Herhaaldelijk hebben troepen bij de eerste schoten hunne stellin gen verlaten. Achter het front trekken Kilometers ver scharen van vluchtelin gen met of zonder geweer, gezond, frisch, ontbloot van alle schaamte en in het gevoel van volkomen veiligheid voor ètraf. Soms verwijderen zich geheele troepenafdeelin- gen." Zoo wordt de toestand ons geschilderd. Zola zou', als hij nog leelde, er aanleiding in kunnen vinden tot het schrijven van een nieuw hoofdstuk onder den titel „La dé« bficle". Men vraagt zich af, of Rusland in het vierde oorlogsjaar, dat eerstdaags zal beginnen, voor de oorlogvoering niet zal zijn eene quantité négligeable. En zulks te meer omdat de toestand in het binnenland van Rusland geheel overeenkomt met dien aan het front. De oorlog, In Oost-Galicie hebben de verbonden legers twee centrale punten bezet: de Duit* schers Tarnopol in het gedeelte ten noorden van de Dnjestr, de Oostenrijkers Stanislau in het ten zuiden van deze rivier gelegen gebied. In de Korpathen zijn de Russen ten zuiden van den Tartarenpas teruggegaan. In het westen blijft de artilleriestrijd he* vig. Verder is er niets bijzonders gebeurd. B e r 1 ij n, 2 4 Jul i (\V. B.) Officieel be. richt. In het spergebied romein Engeland zijn wederom 26.000 ton vrachtruimte dooi onze duikbooten in den grond geboord. Berlijn, 2 5 Juli. (W. B.) Officieel be. richt. De keizer is heden morgen aan het Gali- cische front aangekomen en heeft zich be geven naar de aan de Sereth strijdende troepen. Maarschalk prins Leopold van Beieren en de chef van zijn generalen staf, kolonel Hoffmann, kregen het eikenloof bij de orde „pour le mérite." Aan majoor Frantz, chef van den generalen staf van een legerkorps, werd die orde verleend. Konstantinopel, 25 Juli. (W.-B.). In een door keizer Wilhelm naar aanleiding van de kanseliersverwisseling tot den kei zer gericht telegram legt de keizer er nadruk op, dat ook verder de geest-van volkomen overeenstemming en hondstrouw tusschen de beide stoten zal voortbestaan. De sultan geeft in zijn telegram aan den- zelfden wensch in warme bewoordingen uit drukking. P a r ij s, 2 5 Juli. (Havas.) Heden wordt de Balkanconferentie van de geallieerden in het ministerie van buitenlondscjie zaken ge opend onder voorzitterschap van minister president Ribofc Engeland zal er vertegen woordigd zijn door Lloyd George, Italië door Sonninö, Servië door Pasics, Rusland door den zaakgelastigde Swartopoulo, Rumenië en Griekenland door hunne gezanten La- hovary en Athos Romanos. Het programma van de conferentie zal eerst bekend ge maakt worden na een voorbereidend onder houd van Ribot met de gemachtigden van de geallieerden. Londen, 25 Juli. (R.) In eene confe rentie, die heden in het parlementsgebouw gehouden werd tusschen de Russische ge delegeerden en leden van de Labour-Party, waaronder de voorzitter Wardle, het lid van het oorlogskabinet Henderson, Ramsay Macdonald en Jowett, werd besloten, dat den 8en en 9en Augustus eene conferentie v Als iemand u weet te vertellen hoe ande ren liegen en bedriegen, let dan op hem in zonderheid. Roman van Karamati. In al dien lijd had de goede oude dame in angst verkeerd, dat haar Theo ernstig ver liefd zou raken en dan opnieuw voor den dag zou komen met zijn „goddelooze" theorieën, om ze dan in toepassing te brengen. Ze was overtuigd, dat hij in zoo'n geval, ondanks •Hes zijn zin zou doorzetten. Hij had immers nooit geleerd te gehoorzamen. En 'l meisje zou er mei hem 't slachtoffer van worden; iwanl ze zou „dolop hem zijn evenals zij, en zich blindelings aan hem toevertrouwen, trots jwcreld en kwaadsprekerij. 0, ze kende zoo jöe bekoring, die van zijn persoon uitging, de macht dier sprekende, vurige oogen, et mee- r sleepende van zijn geestig of gevoelvol woord 1 JPDaar kwam op een dag Theo met zijn reis- plannetje voor den dag. Hij moest en zou Tlaan, en zij gunde het hem van harte. Toch as ze niet gerust. Een naar voorgevoel zcidc ar, dat haar jongen nu zijn noodlot ontmoe- en zou. En jawel: 'l duurde niet lang. of er ram een brief, dc eerste, die Theo geduren- e ziin afwezighëid aan zijn moeder schreef, waarin hij met de welsprekendste bewoordin gen een beschrijving gaf van de kleine Elsa, en hoog opgaf van haar geestes- en gemoeds gaven. De brief, die blijkbaar den zoon in een zeer opgewekte stemming verlaten had, be reikte de moeder in angstige verwachting; want reeds het buitengewoon volume deed haar argwaan koesteren. Na dc lezing riep ze op in-ontmoedigden toon: „Had ik 't niet ge dacht! En dan zoo'n meisje!" Ze had vergeten, dat haar dochtertje tegenover haar aan de koffie-tafel zat. „Wat zegt u, ma?" vroeg Suze verwonderd. „Niets, kind, iets in Theo's brief vind ik zO(f vreemd, 't Is niets bijzonders 't Kind zweeg, maar bemerkte duidelijk, hoe terneergeslagen mama er uit zag. Inderdaad zat mevrouw Van Ivlarenbeek in zak cn asscke. Dat meisje, waarvan bij zooveel v.isl te vertellen, moest wel aantrekkelijk voor hem wezen. Hij was e.l tot over zijn ooren verliefd, en het spookbeeld, dat de oude vrouw reeds zoo lang vervolgd had, zou zich thans belichamen. O, daar was ze haast zeker van! Een meisje \an dien stand zou, naar zij vast geloofde. \ee! eerder toegankelijk zijn voor Theo's noodlottige theorieën; zc zou 't een eer vinden met hem samen te leven ook zonder een wettig huwelijk. Mevrouw Van Klaren beek had op die punten sterke voor- oordcclcn. Ze hechtte bijzonder aan afkomst en stand, cn zij vatte het „heb uwen naaste lief a.!3 i7clvcn" op als alleen van toepassing op sttudgenoolen; schoon ze heilig overtuigd was sis goede Christin een algemeenen men- scltenmin te bezitten. Deze tegenstrijdigheid komt veel voor bij de zoogenaamde „deftige families'.. Tol mik een deftige oude familie behoorde mevrouw Van Ivlarenbeek. evenals wijlen haar echtgenoot. Menig edelman is min der fier op zijn afkomst dan deze deftige lie-1 den op de hunne, cn wee den roekeloozen onder de jongeren, die het wagen aan lnin deftigheid te kort tc doen door een huwelijk beneden hun stand! Een tweede brief van Theo. wederom een lofdicht op de „nicdliche" Elsa, nam elk schijntje van twijfel omtrent zijn gemoedstoe stand ineedoogenloos weg) Hij betreurde het, schreef hij, dat een meisje met zooveel aan leg voor ontwikkeling, zulk een opvoeding kreeg, daar tc Klauscnhain; dat hel hem innig leed deed daar niets-aan te kunnen doen in zijn bekrompen omstandigheden. „Wal zal hij nu voor dwaasheden begin nen!" dacht mevrouw Van Klarcnbeek. Ze zat in 't late schemeruur bij 't raam in de huis kamer achter, waar ze juist met de kleine Suus had thee gedronken, 'l Meisje was pas naar bed gegaan. De brief, dien ze gelezen had en nog eens geïezen, lag achteloos op haar schoot. Ze staarde, nog1 met den bril op den neus, naar.binnen en" lief haar blik vallen op dc theetafel, waar 't lichtje nog achter zijn porseleinen plaatjes een geheimzinnig, ge zellig schijnsel verspreidde, op de theestoof cn haar poes daarnaast, op dc eenvoudige, stemmige meubels, de familie-porlrellen, op alles dat aan die kamer zulk een echt huise lijk, vredig karakter gaf. En ze moest haar bril afzetten, want de glazen werden dof. 't Was alles zoo goed geweest 1 Wat waren ze gelukkig samen geweest in dat vertrek, zoo menigen avond als deze, moeder, zoon cn dochtertje! En daar aan was een eind geko men. Theo, voor wien zc zoo lang zich opoffering en ontbering getroost had, voor wiens geluk ze schier uitsluitend geleefd had in dc twin tig jaren van baar weduwschap, Theo haar lieveling, dien ze aangebeden had mei een liefde, die in haar hart nauw plaats liet voor de kleine Suze, zou haar oud hoofd met schande gaan overladen! Ze zou zich gaan schamen voor ccn zoon, op wien ze gren zeloos trotsch was geweest! O, de gedachte was folterend... Ze kon niet rustig op haar stoel blijven. Zc stond op, haar spitse kin tril de schokkend onder den ingevallen mond, iu haar magere keel bewoog zich iels met een akelig slikkend geluid. Ze deed ccn paar schreden, met wankelenden stap, bleef voor Theo's portret staan, dal op den schoorsteen mantel stond, cn, het in de hand nemend, zeeg ze neder op dc canapee. Haar vochtige oogen waren dof. 't was bijna geheel donker in de kamer; toch rees zijn beeltenis helder voor haar op: zc zag haar' lieveling in al zijn aantrekkelijkheid, bestraald door 't toovcr- licht barer liefde. Maar de trilling harer dorre vingers werd heviger, het portret .ontgleed haar, en plotseling het hoofd voorover op dc beide handen steunende, riep zc met schrille stem: „Mijn jongen, mijn jongen!'1 En 't oude, ranke lichaam schokte van 't snikken. VI. ,/Du choc des idéés jaillil".„ 1 a d i s c o r d e. In drie weken geen taal of tecken van Theo. Dan op eens, als een donderslag voor de arme mevrouw Van Klarcnbeek, hoezeer ze ook 't ergste vreesde, dc volgende brief. „Lieve Mama, „Wees niet boos, dat ik u in zoo lang niets ?iet hopren. Ik kon u niet eerder schrijven. Mijn hoofd en mijn gemoed waren tc vol Ik heb een vreeslijken tijd van ellendigen twij fel en twceslrijd gehad. Nu is die voorbij, Goddank. Ik ben 'l met mezclven eens. Zoo lang heb ik gewacht met schrijven. Maar nu moet het er ook uit. „Ik heb u immers gesproken over Elsa? Ik heb me .verbeeld niets dan belangstelling voor haar te voelen. Nu weet ik, hoe ik mezclven, van 't eerste oogenblik van ons samenzijn af, misleid héb. Ik heb haar innig lief. O, moeder, ik weet, hoe u dit bericht leed zal doen, maar ik kan niet anders. En als u haar lvcndc, zou u mijn liefde kunnen begrijpen. Zc is heel anders dan u zich haar voorstelt, geloof me. 't Is geen burgerliik grof meisje, 't is ccn dame in spraak, manieren cn voorkomen. Zc is alleen nog wat ongeleerd Ik verzeker u, dat niemand bij ons te Bcrkendam in haar iemand van minderen stand zou zien En een karakter als een engel. Trouwens, ik heb u al zoo veel over haar geschreven. Toch is u nog zoo vooringenomen legen haar, zooals uit uw brieven blijkt. Maak u toch uict ongerust over mijn toekomstplannen. Ik wil u geen verdriet doen. Ik weet, hoe veel u van mij houdt cn hoe 't u smarten zou mij een huwelijk te zien doen met iemand van mindere afkomst; al weet ik ook, dat u daarin ongelijk beeft. Ik zou met fticmand gelukkiger kunnen zijn dan met Elsa. Maar goed, ik zal er niet verder over uitweiden: u is nu eenmaal niet te over-< tuigen. En nog eens: ik wil u in uw ouderdom geen verdriet doen. Maar laat mij mijn liefde (Wordt vervolgd.!

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1917 | | pagina 1