toewijding.
„DE EEMLAN DER".
BUITENLAND.
H° 28
I6"e Jaargang.
Donderdag 2 Augustus 1917.
1
Nabetrachting over de
Raadsvergadering.
FEUILLETON.
X
MARIE VAN VERSENDAAL.
Hoofdredactie. Mr D> jt VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
ABONNEMENTSPRIJS.'
Par 8 maanden tooi Amersfoort 1 J*®®'
Idem franco per postj-
Per week (met gratis verzokering togen ongelukken) - 0.14.
Afzonderlijke nummers
W.kelijksoh bijvoegsel „B« HolkmincU Huitrrotiw" (onder
redactie van Thérèss Hoven) per 8 mnd. 50 ets.
Weke) ijkseh bijvoegsel Wtrtlércrfu" per 3 mnd. 52 ets.
PRIJS DER ADVERTENTIÉN:
Van 1-5 roKola0.80.
Dienstaanbiedingen 15 regels,. 0.50c
Groote lettors naar plaatsruimte.
Voor handel cn bodrijt bestaan zoor voordooligo bepalingou
tot hot herhaald ndvortooron in dit Blad, bjj abonnement.
Eono oirculftiro, bovnttondo do vporwaardon, vvordt op
aanvraag toogozonden.
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 46.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
Het is 'n oude strijd tusschen wet en bil
lijkheid en het is 'n oude ervaring dat de
billijkheid het in dien strijd moet afleggen.
Dat is alweer bewezen in het belangwek
kend en zakelijk debat tusschen den voor
zitter en den heer Hofland. Laatstgenoemde
stond aan de zijde der billijkheid en dat is
tegelijkertijd 'n dankbare en 'n ondankbare
plaats.
Ondankbaar, omdat de met het prachtigst
élan ondernomen stormloopen de een na
de ander moeten afstuiten op de granieten
rots van de wet.
Dankbaar, omdat wie voor de billijkheid
strijdt, rekenen kan op de sympathie der
menigte. Dit is het verschil tusschen het
oordeel van het toeziende publiek en van de
verantwoordelijke bestuurders, dat het
eerste het meest zich vormt naar gevoels
argumenten en het andere vóór alles reke
ning houdt, rekening moet houden met de
wettelijke bepalingen, welke met de roe-
rendste welsprekendheid niet weg te rede
neeren zijn.
Sympathiek waren de pogingen van den
heer Hofland om bij de aanhangige wijzi
ging van de verordening op de inkomsten
belasting tevens te trachten den druk op de
zwakkeren nog meer te verlichten en iets
zwaarder te leggen op de allerrijksten. Sym
pathiek doch onuitvoerbaar. Want al had de
zeer late indiening van het amendement
(eenige uren vóór de vergadering) nauwkeu
rige bestudeering Zijner becijferingen on
mogelijk gemaakt, de voorzitter kon reeds
terstond onomstootelijk aantoonen, dat het
voorstel botste tegen de berekeningslech-
niek van de wet. De zwakheid van den heer
Hofland kwam wel het sterkst uit toen hij z'n
mooie oratie eindigde met de ontboezeming
dat de raadsleden de portee van ziin voorstel
best konden begrijpen ai was het alleen
maar om.... de billijkheidsredenen.
Wat hij wenschte, verhooging van den
aftrek voor noodzakelijk onderhoud tot
600 ter ontlasting van de zwókkeren, was
hoogst sympathiek en werd op gevoelvolle
wijze verdedigd. Maar men regeert met de
wet en niet met het gevoel. Zoo zal het zelfs
onder soc.-dem. regiem blijven. Als dan ook
de heer Hofland achter de groene tafel ge
zeten had, zou hij precies zoo gesproken
hebben als thans de voorzitter moest spre
ken. Het is voor de oppositie heel wat mak
kelijker de toejuichingen der menigte te
verwerven dan voor de regeerders.
Zelfs de blindste partij-fanaticus zal toe
geven dat ons gemeentebestuur aitijd zoover
mogelijk in democratische richting wil gaan
de heer Hofland zelf heeft niet verzuimd
B. en W. hulde te brengen voor hun voor
stellen inzake den aftrek maar op een
gegeven punt kan men met den besten wil
dér wereld niet verder, zou zelfs een soc.-
dom. regeerder niet verder kunnen. Of ja,
n\en zou wel verder kunnen, men lean wel
toegeven aan alle soc.-dem. fantasieën en
onder applaus van de tribune allerlei be
sluiten nemen die in flagranten strijd zijn
met de geschreven wet, doch dat is geen
serieus werk en daaraan waagt het soc.-dem.
gemeentebestuur van Zaandam zich even
min als ons gemeentebestuur.
Het punt van strijd werd aangehouden.
Waarom? De zaak van den heer Hofland
staat hopeloos. Maar als hij nog kans ziet de
klip te omzeilen, dan zou ons dat verheugen.
Een poging van hetzelfde lid om in de
reclame-zaken den mvloed van den con
troleur der belastingen te beperken, mis
lukte.
Er was bericht ontvangen van den heer
Van deF Wal, dat hij bedankt als wethouder
van Onderwijs. Men kon dit verwachten^ de
heer Van der Wal heeft zich immers des
tijds slechts bereid verklaard om het wethou
derschap tijdelijk op zich te nemen.
De quaestie van het voorzitterschap van
de Comm. van Toezicht op de Arbeidsbeurs
is met n sisser afgeloopen. De heer Hof
land scheen wat al te lichtvaardig bij den
heer Van Kalken pikante motieven gezocht
te hebben.
Zonder praten werd nog een belangrijk
voorstel inzake brandstofvoorziening en kin
dervoeding aangenomen. 7000 gulden werd
toegestaan om brandstoffen beschikbaar te
stellen voor personen, met inkomens bene
den 2000, 'n grens die hoog genoeg is.
Goedkoope melk zal beschikbaar gesteld
worden voor kraamvrouwen en jonge kin
deren.
Na afhandeling van de agenda kwam de
weth. van sociale werken met de verrassen
de mededeeling dat ,er 'n commissie in de
maak is, welke zich in de eerste plaats zal
hebben bezig te houden met de Centrale
Keuken. Nu de nood zooveel nijpender ge
worden is, zal deze keuken veel meer kans
van slagen hebben dan den vorigen winter;
zij ken van groote beteekenis worden èn
voor de volksvoeding èn voor de brandstof
besparing.
Maar deze commissie zal een veel uitge
breider arbeidsveld krijgen, zij heeft eigen
lijk blanco volmacht om alles aan te vatten
wat in deze buitengewone tijdsomstandighe
den strekken kan om de nooden te overwin
nen, zij wordt dus een echte b. t. o -commis
sie. Reeds werd nu de aandacht gevestigd
op de verstrekking van warm water om te
wasschen. En zoo zal er nog wel van aller
lei te doen vallen.
De heer Kroes gaf uiting aan wat men
overal hoort mompelen de onbillijkheid dat
bij de gasranlsoeneering de groote en klei
ne gezinnen gelijk gesteld zijn. Iedereen
zoekt in deze tijden naar omstandigheden
welke zouden bewijzen dat hij nu toch wat
meer recht op een grooter portie heeft dan
z'n buurmanmaar het sterkst staan wel de
hoofden van groote gezinnen, het maakt in
derdaad veel verschil in het gasverbruik of
men voor 3 dan wel voor 10 personen te ko
ken heeft.
Wij hebben in den beginne, toen het nog
slechts om bezuiniging ging, geprotesteerd
tegen het over één kam scheren van alle
gebruikers en gepleit voor een evenredige
verbruiksbeperking.
Nu staat het echter anders. De gemeente
zelve is gerantsoeneerd en als zij thans aan
sommigen meer ging toedeelen dan de toe
gemeten portie, zou zij haar eigen rantsoen
overschrijden en meer beloven dan zij ge
ven kon. Moet dus voor groote gezinnen 'n
aantal meters extra beschikbaar gesteld
worden, dan kan zulks slechts door het thans
bepaalde rantsoen eerst te vermindei en en
het aldus uitgespaarde aantal meters over
de grootere gezinnen te verdeelen. Het ge
volg ware dan dat de leinere gezinnen een
geringer rantsoen dan thans zouden hebben,
de middelmatige gezinnen ongeveer weer
op het tegenwoordige rantsoen zouden ko
men en de allergrootste gezinnen een «ets
ruimere hoeveelheid kregen.
Dat ware inderdaad billijker. Maai een
maal op dien weg zich begevende, rroct men
ook rekening houden fnet andere omstandig
heden, welke het eene gezin in ongunstiger
conditie brengen dan het andere; wij den
ken bijv. aan gezinnen waar zieken zijn of
studeerende kinderen; die niet in den fami
liekring kunnen verkeeren. En komen wij
dan niet op 'n glibberig pad?
Politiek Overzicht
De afwijzing van de
Duitsche vredesresolutie.
Onder de frozen,' waarmee de mannen,
die in Engeland aan het 'hoofd der regee
ring staan, het besluit van den Duitschen
rijksdag afwijzen, dat de bereidverklaring
inhoudt om mede te werken tot het tot
stand komen van een vrede, steunende op
Overleg en comproriils, zijn er eenigen, die
in bijzondere mate onze verbazing opwek
ken Dat geldt in de eersbe plaats van de
verklaring van Sir Edward Carson, dat men in
Engeland eerst bereid zou zijn over 't herstel
van den vrede te praten, wanneer de Duit
sche troepen van den linker Rijnoever wa
ren teruggetrokken. Men is daarover niét
het minst verbaasd geweest aan de zijde
van de Entente. Dat is te zien uit de Mat-
tino, een in Napels verschijnend blad, dat
schrijft: „Men kan niet begrijpen, dat in En
geland een lid van het kabinet er toe komt,
enkel om den bijval van de menigte te iCj-
gen, ondoordachte en inderdaad onzinnige
verklaringen af fee leggen. Carson kan toch
niet meenen, dat zijn eisch aan Duitsch-
land om vóór het begin van de vredeson
derhandelingen den linker Rijnoever te ont
ruimen, ook maar een oogenblik als ernstig
wordt opgevat. Men kan zioh niet voorstel
len welk een schade zulke ondoordachte
improvisatiën van de eens zoo bedachtzame
en gematigde Engelsche staatslieden on
feilbaar toebrengen aan de gemeenschap
pelijke zaak van de Entente."
De Engelsche regeering heeft, zooals j
blijkt uit eene door Bonar Law in het lager
huis afgelegde verklaring, het door Carson
gezegde niet woordelijk voor hare rekening
genomen, maar toch wel naar <le bedoeling.
De verklaring hield in, dat Duitschland, als
het vrede wenscht, vóór alles zich bereid
moest verklaren de bezette ?treken te ont
ruimen. Ook dat is eene verklaring, die ver
bazing moet wekken, vooral wanneer men
daarmee in verband brengt het slot der rede
van Bonar Law, waarin de vraag werd ge
steld of men in Duitschland aan vrede heeft
gedocht zoo lang de overwinning nog wenk
te en als antwoord daarop werd gezegd:
„Het verlangen naar vrede kwam eerst, toen
het duidelijk was, dot Duitschland zou wor
den verslagen. Het eenige middel om den
vrede te krijgen is, dat men toont bereid
te zijn om te volharden totdat het doel, de
vernietiging van het Duitsche militarisme,
bereikt is."
Wat de aan Duitschland gestelde eisch,
dat het de streken vijandelijk gebied, die
het bezet houdt, moet ontruimen om de En
tente bereid te vinden, niet tot het sluiten
van vrede, maar tot onderhandelen over den
vrede, beteekent, ziet men met één
oogopslag, als men de kaart van Europa
voor zich neemt. Men ziet dan, dat
op 1 Augustus 1917 op het westelijke oor
logsterrein de Duitschèrs in België 28.980
KM9., in Frankrijk 19.220 KM9, bezet hou
den. Daartegenover zijn 900 KM'. Duitsche
grond door de Franschen bezet.
In het oosten zijn 280.450 KM2. Russische
grond, het gansche gebied ten westen van
eene lijn, loopende van bij Riga tot een punt
van de Galicische grens in de buurt van
Brody, door de legers der centrale mogend
heden bezet. Tot voor korte dagen stond
daar tegenover, dat in Galicie en de Boe-
kowina 25.5O0 KM9. Oostenrijksche grond
in het bezit van de Russen waren. Dit cijfer
Is door de gebeurtenissen van den jongsten
tijd aanmerkelijk ingekrompen en het laat
zich aanzien, dat het weldra geheel zal zijn
verdwenen. Verder zijn 100.000 KM', in
Rumenië bezet.
De kaart van de Balkanlanden wijst uit,
dat van het gebied van Servië 85.867 KM2.,
nagenoeg de geheele oppervlakte van het
koninkrijk op de zuidelijke grensstad Mo
naster en hare naaste omgeving na, in het
bezit is van de legers van den vierbond.
Geheel Montenegro (14.180 KM2.) is bezet
en van Albanië 20.040 KM2.
Men kan met deze cijfers volstaan. Zij
leveren het bewijs van hoeveel waarde de
panden in het vijandelijke gebied zijn, waar
op de centrale mogendheden beslag hebben
gelegd en die zij bij de eventueele vredes
onderhandelingen als troeven zullen uitspe
len. Wij hebben in dezen oorlog veel zien
gebeuren, wat het menschalijke begrip haast
niet kan bevatten. Maar er wordt van ons be
gripsvermogen toch al te veel gevergd, wan
neer de Engelsche regeering als voorwaar
den om haar tot onderhandelen bereid te
vinden, den eisch stelt, dat de tegenpartij uit
eigen beweging zal afzien van alle voordee-
len, die zij in een moeielijken strijd van drie
jaren heeft behaald en die haar bij het voe*
ren van de onderhandelingen te pas kunnen
komen. Het verstand verzet zich er tegen
zulk een eisch te beschouwen als een pas
send antwoord op een ernstig voorstel- Men
zou zelfs, lettende op den toestand zooals hij
zich nu voordoet, er aan kunnen twijfelen of
deze eisch als ernstig gemeend te beschou
wen. Maar welke bedoeling er dan achter
kan zitten, daaymar vraagt men te vergeefs.
De oorlog.
Op den zwaren strijddag van 31 Juli, di©
van beide zijden werd beschreven als het be
gin van den grooten, lang van te voren aan-
gekondigden slag in Vlaanderen, is een zeer
kalrpe le Augustus gevolgd. Dat kan ten
deele te wijten zijn aan de uitwerking van
het ongunstige weder. De strijd zal intus-
schen nog wel niet uit zijn. Thans verkeert
hij in het stadium, dat beide partijen over de
uitkomst tevreden zijn.
In het oosten hebben de verbonden Duit
sche en O.-H. troepen gewichtige vorderin
gen gemaakt in de richting van Czernowitz,
de hoofdstad van Boekowinn.
B e r 1 ij n, 3 1 Juli. (W. B Officieel be
richt.
Door het werk van onze U-booten werden
in het noordelijk spergebied weer 26,000
bruto-registertonnen vraohtruimte vernie
tigd.
B er 1 ij n, 1 Aug. (W. B.) De keizer heeft
zich gister per automobiel van Mitau naar
Libau begeven.
Wee*en, 1 Aug. (Corr.-bur.) Rijks
kanselier Michaelis irtct onderstaatssecre
taris von Stumm en gezantschapssecretaris
von Prittnitz is hedenmorgen hier aangeko
men. Hij werd aan het station door
den Duitschen gezant Wedel en door den
gezantschapssecretaris graaf Walterskir-
chen als vertegenwoordiger van het depar
tement van buitenlandsche zaken hartelijk
begroet.
In het Engelsche lagerhuis gaf gister de
ontstemming over het feit, dat het lid van
het oorlogskabinet Henderson gezamenlijk
met den pacifist Macdonald naar Parijs was
gegaan om eene conferentie bij te wonen,
waarin zou worden beslist over het gaan
naar de-conferentie te Stockholm, zich lucht
in de indiening van eene protestmotie. Lloyd
George bracht de opgewonden gemoederen
tot rust door de verklaring, dat de regeering
over de vraag: Vrede of oorlog? nog precies
zoo dacht als vroeger en dat zij niet zou toe
laten, dat een lid van de regeering confe
renties bijwoonde, belegd met het doel om
over vredesvoorwaarden te beraadslagen of
die voor te schrijven.
P a r ij s, 1 Aug. (Havas). In de Kamer
zitting van 31 Juli heeft minister-president
Ribot naar aanleiding vori de jongste ver
klaringen van den Duitschen Rijkskanselier
ae volgende rede gehouden
De Duitsche Rijkskanselier heeft zich ver
oorloofd in het openbaar aan de Franscho
Aan rheumatiek en ware liefde gelooft
men slechts dan als men er door is aange
tast.
Roman
van
IC a r a m a t i.
In een opwelling van innige spijt slaal
ineo °p, scheurt den begonnen brief
>n Kleine slukjes, en gaat eenige koeren
>n zijn kamer op en neer. „Ik moet terug...",
mompelt hij, „die arme mama." Dan dwalen
zijn gedachten weer naar Elsa, die thans zoo
dicht bij hem toeft, die hij morgen zeker zal
Kunnen zien, en zijn hoold warrelt van 'l blind
begeeren van zijn hart. Hij zet ziel. weer aan
L i .werPt z,ch achterover in zijn sloel,
en houdt de eene hand tegen voorhoofd en
1vister 2'inf,r phanlasic schit
tert Elsa s beeld. Daarbuiten bestaat op
•t oogenblik niets voor hem. Geen spoor van
weifeling 1S bij hem overgebleven; want voor
ls denken noodig. Zijn gans'cho
Wezen is een smachten.
l.en heele poos blijft hij zoo zilten. Dan
vermant hem de slaap. Zijn handen glijden
zoetjesaan in zijn schoot...
Een paar uur later wordl hij wakker. De
huLLi 'l,d£"ïker.en 'l >s koud. Huiverend staat
-">1 op, kleedt zich machinaal uit, zonder er
aan le denken de lamp weer op te steken.
Van de onaangename wnlmlucht, die 't ver
trek vervult, bemerkt hij niets, en haastig
kruipt hij onder de dekens.
Den volgenden Maandag staat Theo met
Elsa aan 't spoorwegstation. Femma J#~~crs,
die met de Duitsche, quasi om u** moig*n
wandeling te doen, daarheen gew«afreld was,
doet nu, of ze iels in de wachtkamer heeft
laten liggen. Een oogenblik te voren hadden
alle drie daar éven gezeten. Het gelaal van
den jongen man straalt van geluk, dat van 't
jonge meisje naast hem vertoont slechts kalme
tevredenheid.
Op 't stille perron is bijna niemand De
enkele passagiers, meest lieden uil het volk,
zijn reeds ingestapt en nog staat Theo voor
'l geopende portier van de coupee, waar hij
straks in zal slappen. Femma blijft weg.
Dc jongelieden"* staan- zwijgen bij elkaar.
Dan, als de bel luidt cn het fluitje van den
conducteur weerklinkt, is 't of beiden met
schrik aan de werkelijkheid denken. Ijlings
drukt Tlico Lisa's hand, springt in den trein.
Als 't portier onmiddellijk da&rop gesloten
wordt, rukt hij het venster lie open. Zich naar
builen-buigend zegt hij zacht:
„Dag, mijn liefste... Tot Kerstmis, niet
waar?'' Hij steekt haar nog eens de hand toe.
Als haar kleine handje daarin gelegd wordt,
bemerkt het jonge meisje hoe zijn hand trilt
en zijn voorhoofd betrekt. De jonge man
denkt opeens aan alles wat hem thuis wacht,
voordat hel Kerstmis zal wezen. Hij heeft er
Elsa niets van gezegd, geen woord.
De trein zet zich in beweging,
,.Dag Thee, goede reis.zegt EL-a.volkomen
bedaard, als beider handen scheiden.
Nog een poos kijkt Theo uit 't vensterrie
van den voorlijlcnden trein naar de kleine ge
stalte in 'l grijze regcnmanlelljc, dat hem na
staart met rustig blijden blik, als 't zonlicht
bij den dageraad van een zomcrdagT verkwik
kend en nevelen verdrijvend.
Zij kan thans ten volle rustig zijn Ilnnr
levensbaan ligt voor haar, even duidelijk hc-
paald en afgebakend als de ijzëivn Aveg. waar
langs hij zich voortspoedt.
VIII.
Zoo'n onbeschaamde i n-d e r.
't Was twee dagen voor Kerstmis cn' ge
ducht koud. Onder een strak grauw -blauwen
hemel bewoog zich sinds-ecn week dag aan
dag een bonte menigte over het ijs in 't kanaal
den „Singel" - en het brèede water, waar
langs Berkendam zijn enkele huizenrijen uit
strekt. Iedereen scheen volop tijd te hebben
om schaatsen le rijden, zoowel de rentenier
als de arme sLakker, dc officier of de ambte
naar als de werkman, een* inderdaad merk
waardig verschijnsel 's winters in ons land,
in een tijd dat klachten over armoede en
werkloosheid aan de ordo van den dag zijn.
Op de „afgcsloten^baan op den Singel, bij dc
„Sociëteit" waren alleen leden van de ..ijs-
club" te zien, en daartoe behoorden uilslui
tend de „nolabelen" van bet stadje. De zes
jonge dames, die zich daar geregeid vertoon
den, waren de eenige huwbare dochtcren Bcr-
kendams, die „in aanmerking kwamen." Wal
wonder dus, dat liet baar npoit aan „cava
liers" ontbrak, ondanks de middelmatigheid
barer uiterlijke bekoorlijkheden, de bij
enkelen zeer betrekkelijke jeugd "eb de be
scheidenheid barer, wercldschc vooruitzichten.
Gehuwde dames, die meededeu aan T ijsver
maak, waren tc Berkendam niet schaarscli.
Daartoe behoorde o. a. dc vrouw van een
gepensioneerd Indisch majoor. Met haar bijna
veertig jaren zag deze dame eruit als telde
zc er dertig op zijn hoogst. Het ovale gezichtje
was mal geelbleek, de oogen groot cn glinste
rend zwart, het haar zwaar cn donkerbruin,
terwijl haar gestalte het slanke cn lenige vou
de meisjesjaren schier onveranderd bewaard
had Zc was kinderloos, een omstandigheid
waarvan zij zich bitter weinig aantrok. Ilaar
man, die toch al sinds zijn pcnsionccring, vijf
jaar te voren,* nooit anders dan brommig ge
keken had, ergerde zich niet den dag meer
over dc jeugdigheid zijner gade. 't Zou hem
waarlijk anders, gegaan zijn, als die vrouw
door kinderen meer aan haar huis gebonden
ware geweest! De oude heer Stoppel verbeet
jricli, nis hij terugdacht aan de jaren van zijn
huwelijk sic vei), aan de grootste domheid, die
hij in zijn leven gedaan had: zulk een vrouw
te nemen. Zijn geelgrijze, bosachtige knevel
werd icdcrcn dag ongeregelder cn slordiger,
zijn overig gezicht dieper doorploegd met
rimpels, en de grauwe, vieze lint van zijn
slechtgeschorcn wangen verhoogde'nog den
indruk van demoralizeering, die zijn gansche
persoon op den toeschouwer maakte. Hoeveel
jaren zou hij zicli nog in eenzaamheid achter
zijn „brandy-soda'' opvreten van ergernis,
hoeveel maal nog zijn ellende in een roes ver
gelen, hoe dikwijls nog dc zwakke opflikke
ringen van manlijke fierheid laten verzinken
voor den blik dier donkere oogen, als ze
speelsch o onweerstaanbaar! naar hem
opkeken? Hij wist 't niet, de arme stakkerl;
wel besefte hij. dat zulk een heslaan niet lang
meer duren kon. Zijn hartkwaal zou hem een
maal vellen, cn hij zou 't haar te danken
hebben, daL wist hij. Hij verachtte zijn vrouw
diep in zijn nuchtere uren o ja. dal wijf
zonder gevoel! cn foch, hoe kon hij huilend
als een kind haar knieën omvatten en om
excuus vragen, als hij in een zijner driftbuien
op haar uitgestort liad wal zijn hart aan gift-
stof verzameld had, 't venijn dat zij zelf daar
gedachteloos had opgehoopt tol barstens loet
Als zij dan lachte om zijn kinderachtigheid
cn hem „ouwe lobbes" noemde, hem koud
schcrtsend^op den schouder klopte, of met
haar fijne kleine vingertjes legen den dikken
rooden neus tikte, deed de man alles wat zc
van hem vroeg. Op zulke oogcnblikkcn zou
Stoppel zijn eigen moeder vervloekt hebben,
als hij wist „Stephanie" er genoegen race
kunnen doen. Na dergelijke Toonecltjes ver?
toonde dc jeugdige mevrouw Stoppel meest
heel spoedig een nieuw toilet aan de blikken,
der zeer belangstellende Bcrkendamschq
„groote wereld." 'I Kleine fortuin, dal haaif^
echtgenoot kort na zijn terugkeer in Neder',
land geërfd had een groote vijftig duizend
was al zeer geslonken; want in de jareö
van hun verblijf in 'l moederland vooral \va«'
ren dc „scones" talrijk geweest. De fleurigs
Stephanie vond hel in „Holland" heerlijk, et*
'l speet lip ar, nu ze 'l Ilollandschc leven einde
lijk had leeren kennen, dat ze pas zoo laat
daartoe in de gelegenheid was geweest, nu
zc haar „besten tijd" gehad had. Ze vondi
vooral 't Haagje „een genot." De residentié
was niet ver van Berkendam. Zc was er du#
nog al eens, soms met haar man, doch mee#»
alleen of in ander gezelschap.
(Wordt vervolgd-f J