toewijding.
N° 32.
16'* Jaargang.
„DE EEMLANDER".
Dinsdag 7 Augustus 1917
BUITEN LAN ö7
BINNÉNLAN D.
FEUILLETON.
_j MARIE VAN VERSENDAAL.
Hoofdredactie: j Mr D VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF Co,
abonnementsprijs
Per 3 maanden tooi Amersfoort 1 J-®"-
Idem franco per post
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O.I*.
Afzonderlijke nummersO-O».
Wekelijksch bijvoegsel .Dé Holland sch* Huisvrouw' (onder
redactie van Thérèse Hoven) per 3 mnd. (50 ct8.
Wekend'-'' Ki'von^sol - WereldrevUeper 3 mnd. 152 ets.
Bureau: Arnhemsche Poortwal, hoek Utrechtschestr.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Van t-r. ryirols
Elke regel moer- 0.115.
Dionstaanbiodinsjon 15 rogols- 0..50.
Groote lottere naar plaatsruimte.
Vooc luindol on bodrijf bestaan /.oer voordooligo bopalingun
tot het herhHald advertooron in dit Blad. hij abonnomont.
Eone circulaire, liovattendo tie voorwaardon. wordt op
aanvraag toegezonden.
Amersfoort's Industrie.
VI.
Worcester Reed Organ Works.
In de voormalige hout\yarenfabriek aan
'den Appelweg is sinds 'n viertal jaren gehuis
vest de Nederlandsche Orgelfabrick Worcester
Reed Organ Works.
Dat klinkt zonderling: „Nederlandsche"
fabriek, en onmiddellijk daarop 'n naam,
waarvoor misschien slechts onze Engelsche
leeraars de nauwkeurige vertaling, zullen
weten tc geven. Dat „Reed" bijvoorbeeld zal
wel het grootste struikelblok voor de meeste'n
zijn. „Reed" is nil. de Engelsche benaming van
de tong van 'n orgelpijp. En Worcester is de
naam van de Amerikaansche stad welke be
roemd is om hare orgelindustrie.
Ondanks den naam is de fabriek toch inder
daad zuiver Nederlandsch. De Engelsche be
naming is echter gekozen omdat, althans in
vroegere jaren, de Nederlanders nu eenmaal
geen andere dan Amerikaansche huisorgels
wenschten te koopen. Zoo weinig gemotiveerd
was die voorkeur, dat de Nederlandsche
orgels grif van de hand gingen, toen zc 'n
Engelschen naam droegen!
Toen echter in 1914 de zaak omgezet zou
worden in 'n naamlooze vennootschap, kon
zulks op den Engelschen naam niet geschic-
den; vandaar toen de toevoeging van „Neder
landsche Orgelfabriek.''
Dc fabriek is in 1890 in den Haag opgericht
door den heer Vellekoop, die thans hog, met
den heer van 't Kruys directeur is.
In 1913 is de fabriek naar Amersfoort over
geplaatst.
Waarom naar Amersfoort? vroegen wij,
hopend dal er 'n bizondere aantrekkihgskracht
van onze gemeente zou zijn uitgegaan.
Maar wij vergisten ons. Het was louter toe
val, dat de heer van 't Kruys hier wandelde,
en de houlwarenfabriek te koop zag staan.
Aanvankelijk heeft het de directie zelfs zeer
gespeten dat zij naar hier gekomen was. Het
personeel dat uit den Haag meekwam, kon
hier niet aarden en keerde successievelijk
naar de groote stad terug.
Toen kwam de groote klap van dc eerste
mobilisatiedagen, welke met algcheele ver
lamming van deze industrie dreigde. Van dc
40 man personeel waren er ton slotte niet meer
dan 15 overgebleven en dezen werkten slechts
halve d.agen.
Allengs echter werden dc omstandigheden
beter en zoo kon het bedrijf er weer boven op
koinen. De moeielijkheden met het verkrijgen
van personeel werden overwonnen door de
vermeerdering der machinale krachten.
Meer dan in een der andere fabrieken,
welke wij bezochten, moesten wij hier klach
ten vernemen over de moeielijkheid om goed
personeel te krijgen. Voor grof werlc is dat
misschien niet moeielijk, doch meer geschool
de krachten voor fijner werk ontbreken hier.
Aan speciale opleiding voor orgelmakers
schijnt ook aan de Ambachtsschool weinig
aandacht te worden besteed. Dat is trouwens
niet onbegrijpelijk, want er bestaan in ons
land slechts weinig orgelfabricken. Huisorgel-
fabrieken zijn er slechts drie: Amersfoort,
Rotterdam en Kampen. Pijporgelfabriekcn zijn
talrijker, doch gewoonlijk veel kleiner in om
vang.
Thans is natuurlijk de groote moeielijkheid
de aanvoer van materiaal. Hout komt er nog
wel, zij het schrikbarend in prijs gestegen.
Maar met den aanvoer van rubber (voor de
windbalgen), koperen tongen, klavieren, ijzer
werk is het treurig gesteld.
Zevenhonderd orgels staan gereed maar
kunnen niet afgeleverd worden omdat de ton
gen niet komen.
Gelijk in zoo menige andere industrie, heeft
men zich ook hier toegelegd op het zelf ver
vaardigen van allerlei onderdeden, welke
vroeger uit het buitenland kwamen. Het geheele
orgel wordt thans in dc fabriek gefabriceerd,
behalve dan de enkele onderdeelen welke niet
in Nederland geproduceerd worden, omdat
de afzet te gering zou zijn (de klavieren, dc
tongen en de poreeleincn plaatjes met de op
schriften der registers).
Het afzetgebied is thans tot het binnenland
beperkt D&A-erzending naar IrfdrÊ staat nu
ook vrijwel stop. Vroeger was Duitschland
'n groote concurrent, de Duitsche fabrieken
hadden zich hier goed ingewerkt Thans
wordt er op deze veel terrein gewonnen, maar
na den oorlog zal Duitschland zich natuurlijk
heel wat moeite geven om het verloren terrein
te heroveren.
Toch is ook het afzetgebied m Nederland
vrij beperkt. Slechts in Protestantsch-kerke-
lijkc streken is er vraag naar prgds.
Wat door de directie als 'n groot ongerief
hier gevoeld werd, is hel ontbreken van 'n
goeden waterweg. Alles wordt nu per spoor
aangevoerd en verzonden en dat komt veel
duurder uit.
Het is geen nieuwe ervaring, welke wij dien
aangaande hier op deden. Het is de klacht welke
eigenlijk overal gehoord werd; althans in die
bedrijven, waar het bij de verzending niet op
grooten spoed aankwam. Waar dit wel het ge
val was, gevoelde men het gemis van 'n goe
den waterweg minder omdat men er toch
geen gebruik van zou maken.
Politiek Overzicht
In het begin van het vierde
oorlogsjaar.
De eerste dagen van het vierde oorlogsjaar
zijn voor den strijd op het slagveld niet
zonder beteekenis geweest. In het oosten
hebben wij de bekroning gezien van het
werk, dat den 19en Juli is begonnen, toen
de strijdmacht van den vierbond zich in be
weging stelde voor het tegenoffensief, dat
was uitgelokt door het van Russische zijde in
de eerste dagen van Juni ondernomen of
fensief. De uitkomst heeft wederom de vroe
ger opgedane ondervinding bevestigd. De
Russen zijn ongenadig op het hoofd gesla
gen. Wat zij van hunne vroegere invallen
in het gebied van Oostenrijk-Hongarije nog
hadden overgehouden, is hun ontnomen; er
is niets meer over wat in mindering komt
van den verliespost van 280,450 KM2 op de
balans, die de Russische winsteQ en ver
liezen aan grondgebied in dezen oorlog ver
meldt.
In het westen is de laatste dag van het
derde oorlogsjaar een dag van zwaren strijd
geweest. Het lang verwachte offensief in
Vlaanderen, waarop de Entente zich twee
maanden had voorbereid, was begonnen.
Maar het is niet voortgezet en zoo zijn de
eerste 'dagen van het vierde oorlogsjaar op
dit strijdperk in betrekkelijke rust voorbij
gegaan. Het weder is ditmaal den Duitschers
tot bondgenoot geweest en heeft de kracht
van den aanval verlamd. Maar er is niets
vernomen van eene hervatting van den
strijd, nadat storm en onweer hadden uitge
raasd. Integendeel, de strijd blijft rusten.
Ook hier bevestigt zich de oude ervaring,
dat in het westen de partijen tegenover
elkaar staan met gelijke krachten, die we-
derkeerig tot niets verder in staat zijn dan
elkaar in schaak te houden.
Wanneer men den feitelijken toestand
voor oogen houdt, zooals hij zich op het
slagveld vertoont, dan staat men verbaasd
over de drogredenen, die Engeland's eerste
minister verleden Zaterdag in de Queens
Hall te Londen heeft gebezigd om aan te
sporen tot volharding in den strijd. Als men
zijn slotwoord gelooven mag, dan is voor
de Entente het uur van de overwinning na
bij. Hij gebruikt het beeld van een berg, die
moet worden beklommen, en zegt, dat nie*
mand er begrip van heeft hoe dicht de En
tente bij den top is. „Men ziet hem nog niet;
hij wordt aan het oog onttrokken. Er ^ijn
ongelukken. Rusland kan een oogenblik heb
ben gewankeld. Maar het staat nog op de
helling en zal opnieuw naar boven klaute
ren. Te zamen zullèn wij het toppunt van
onze hoop bereiken."
Om de zinledigheid van deze frazen aan
te toonen, behoeft men niet ver te zoeken;
men kan de bewijzen uit dezelfde rede put
ten. Er wordt een beeld geschetst van wat
deze oorlog over Europa heeft gebracht.
België, Servië,Rumenië, Montenegro en
©enigen van de schoonste gewesten van
Frankrijk en Rusland zijn onder den voet
geloopen, verwoest, vernederd en in slaver
nij gebracht. Bulgarije en Turkije zijn ellen
dige vazalstoten geworden. Dit alles is ge
beurd, terwijl Engeland al zijne macht in
den strijd heeft geworpen. Lloyd George
erkent zelf, dat Engeland dit niet heeft kun
nen verhinderen. Dit brengt ons van zelf
tot de vraag: Wat kan het baten den strijd
nog voort te zetten? Waarop het geloof
steunt, dat men slechts den tot dusver zoo
.ongelukkig verloopen strijd behoeft voort
te zetten, om zeker te zijn van de eindover
winning, daarover wordt gezwegen.
Een spoedige overwinning wordt in uit
zicht gesteld. Maar dat is in strijd met de
tevredenheid, die Lloyd George aan den
dag legt over den in den jongsten strijd in
Vlaanderen verkregen vooruitgang. Twee
mijlen, wel gemeten, zijn de Engelschen
vooruitgekomen als vrucht" van een strijd,
waarop zij zich twee maanden hadden voor
bereid. Als naar dien maatstaf de verdere
vorderingen zijn af te meten, dan mag men
vragenHoe lang moet het duren, voordat
België en Noord-Frankrijk zijn heroverd en
men kan beginnen met het terugwinnen van
Elzas-Lotharingen
Wanneer met woorden deze strijd kon
worden gewonnen, dan zou de palm der
overwinning zeker aan Lloyd George wor
den toegereikt, want geen staatsman is
vruchtbaarder dan hij in redevoeringen om
den yijand te verpletteren. Maar als men zijn
redevoeringen aan de feiten toetst, dan er
kent men dadelijk, dot zij sleohts een weef
sel zijn van holle, zinledige frazen, die het
met de waarheid niet al te nauw nemen. Men
moet zioh er over verbazen, dat het Engel
sche'publiek zulke frazen altijd nog voor
goede munt opneemt. Intusschen leveren
zij het bewijs, dat ééne zaak onomstootelijk
vaststaat. Van eene regeering, aan welker
hoofd een staatsman als Lloyd George
staat, is niet te verwachten, dat zij zioh tot
den vrede zal bekeeren. De aandrang tot
den vrede zal van onderen op moeten ko
men. Men zal 't waarschijnlijk het eerst aan
het zwakker worden der positie von Lloyd
George en zijne medestanders bespeuren of
deze aandrang iets uitwerkt. Maar daarvan
zijn voor 't oogenblik nog geene teekenen
op te merken.
De oorlog.
Van het westelijke front is niets van be
lang te berichten. In het oosten maakt de
herovering van de Boekowina steeds vorde
ringen. Radautz, dat door de Oostenrijkers
is bezet, ligt 10 K.M. van de grens, Sereth
vlak er bij.
B e r 1 ij n, 5 Aug. (W. B.) De keizer is
hier aangekomen en ook de keizerin. De kei
zer raadpleegde met den rijkskanselier en
den chef van het civiele kabinet en nam
later het rapport van den gen pralen staf in
ontvangst.
Weenen, 6 Aug. (Ccrr-b''r.). De kei
zer is Zaterdag namiddag vertrokken om de
O.-H. troepen in de heroverde land's-hoofd-
stad ven Boekowina te .bezoeken. Behalve
het gewone gevolg maken minister-presi
dent von Seidler, de chef van den genera-
len staf von Arz en de Duitsche militaire
gevolmachtigde generaal-majoor Cramon de
reis mee.
Sofia, 5 Aug. (Buig. ag.) Hedenmor
gen is de Bulgaarsohe minister-president Ra-
doslawow met den Balkantrein naar het bui
tenland vertrokken.
Weenen, 5 Aug. (Corr.-hur.) De
Deensohe gezant te Weenen heeft de be
scherming van de onderdanen en belangen
van Siam in Oostenrijk-Hongarije op zich
genomen.
Het nieuwe oorlogsjaar heeft alweer eene
uitbreiding van het aantal oorlogvoerenden
gebracht. In China heeft de waarnemende
president goedkeuring verleend aan het be
sluit van het kabinet om den oorlog te ver
klaren aan Duitschland en Oostenrijk-Hon
garije.
Londen, 7 Aug. (R.) De admiraliteit
bericht, dat de koning óe benoeming heeft
goedgekeurd van vice-admiraol Sir Rosslyn
Wemyss tot tweede „Sealord" nis opvolger
van admiraal Sir Cecil Burney, die voor
bijzondere diensten zal worden aangewezen.
Petersburg, 6 Aug. (Wnvas.) Een te-
legram uit Moskou aan da Russkaja Woljèf.
bericht, dat generaal Kornilow bij de aan
neming van het ambt van opperbevelheb
ber aan Kerenski als voorwaarden waaron
der hij het bevel meende te kunnen uitoe
fenen, heeft geseind:
1. dat hij slechts verantwoordelijk zou
zijn voor zijn geweten en zijn volk; 2. dat
niemand zou tusschen beiden komen in
zijne bevelen voor den strijd en zijne be
noemingen; 3. dot de in dé laatste dogen
op het front genomen maatregelen ook ach
ter het front in de depots zullen worden
toegepast; 4. dat de op 31 Juli door Broes-
silow geseinde voorwaarden moeten worden
aangenomen.
De internationale socialistenconferentie to
Stockholm is nu definitief bepaald op 9 Sep
tember.
Washington, 7 Aug. (R.) Over het
ontwerp van de oorlogsbelasting, herzien in
verband met de laatste romingen, is een
gunstig verslag uitgebracht door de finun-
cieele commissie van den Senaat. Er wordt
voorgesteld 2,006,970,000 dollars dooi
middelen van belastingen te heffen.
Londen, 5 Aug. (R.). De levensmid
delencontroleur maakt een plan bekend
voor de controle op het verbruik van levens
middelen. De plaatselijke autoriteiten zul
len commissiën benoemen, waarin minsten®
ééne vrouw en één arbeidersvertegenwoor
diger zitting zullen hebben, om toezicht tt
houden op de prijzen en andere zaken ba.
treffende d? ';r> - lek n.
Vors pre ld e Berlohtsn.
Wellington (Nieuw-Zeeland), 6 Aug,
In het noordelijk gedeelte van het Noorder
eiland is door een hevige aardbeving groot®
schade aangericht, vooral in het district
Wairarapa.
De Staatscourant van 5 Aug. bevaC
o. m. de volgende Kon. besluiten
op verzoek eervol ontslagen A. J. va»
Dongen te Amsterdam, als administratief
ambtenaar le klasse bij den Raad van
Scheepvaart.
Navordering verdedigings
belasting. De minister van financiën
maakt in de Staatscourant bekend, dat een
aanslag tot navordering van verdedigingsbe
lasting I b is opgelegd aan: Christiaan Wil
lem Alphons Marie Povel, te Amsterdam,
Gabriël Metsustraat 11, ten bedrage van
2685; Antonius Dominicus Leonardus
Claassen, te Rotterdam, Hugo de Grootstraat
140, ten bedrage van 82.50; Gerrit Vee-
neman Azn., te Apeldoorn, Deventerstroat
Wie al le gemakkelijk bereid blijkt zijn
gebreken in te zien, is zelden vatbaar voor
verbetering.
Roman
van
KaramatL
19
Daar zal dan de oude dame alleen. Ze placht
Da het eten even in te dommelen. Elsa had
de lamp neergedraaid en was met Suze in de
voorkamer gaan zitten, die door middel van
groote schuifdeuren met de huiskamer ver-
•bonden was.
Daar brandde geen licht, zoodat het er
bijna geheel duister was; want uit herandere
vertrek drong slechts een zwakke schemering
door de opengeschoven deuren naar binnen.
Er heerschte een aangename temperatuur in
weerwil van ^len afstand waarop de haard
zich bevond, aangenamer dan in de huis
kamer. waar 't gewoonlijk in den winter voor
alk-n behalve mevrouw Van Klarenbeek te
heel was. Op een der vensterbanken, achter
de zware gordijnen weggedoken, zat Elsa met
buzc tegenover haar. Op bijna fluisterenden
oon vertelde dc Duitsche van haar geboorte
land, van dc schoone bergen en de ruischende
bosschen. Het kind hield vleiend Elsa's ccnc
hand op haar school in de hare gesloten, vol
aandacht luisterend. Het gebroken Hollaudsch
n Elsa was geen bewaar hoegenaamd. Vol
aandacht en kinderlijk vertrouwen opkijken
de naar het lieVe gelaat tegenover haar, waar
van ze schemerachtig de treklcén kon onder
scheiden, dronk ze ieder woord van haar
lippen.
Haar fluisterend opreken was echter over
bodig, want de oude dame in 't andere vertrek
kon haar dutje niet doen dien avond. Ze was
te vol van al 't beleefde in de laatste dagen en
al hetgeen voorafgegaan was.
Dat Theo een groot deel van zijn traktement
opofferde, om het kostgeld van het Duitsche
meisje te betalen, op zichzelf beschouwd was
dat zoo erg niet. Och, ze had zich gaarne wil
len bekrimpen, als ze wist dat hel zijn geluk
was. Maar 't was zijn ongeluk, vast en stellig,
had ze gedacht. En dacht ze 't nog? Vreemd,
ze twijfelde, en die twijfel hinderde haar. Ze
had zich Elsa zoo heel anders voorgesteld.
Waar ze coquetterie onder den schijn van
gehuichelden eenvoud "verwacht had, vond ze
ernst en natuurlijkheid, innemende lieve
manieren, oprechte voorkomendheid en be
scheidenheid in plaats van onhebbelijke vrij
postigheid en indringerigheid. En dan geen
spoor van aanstellerige dweeperij of gods
dienstigheid; haar godsdienst was blijkbaar
innig met haar zicleleven saamgeweven. De
oude vrouw besefte dat alles thans: 't was
zoo onweerstaanbaar tot haar gekomen in die
drie dagen, dat ze Elsa had kunnen gadeslaan.
Zc had telkens terrein verloren stukje voor
stukje en haar vooroordeelen hadden een
zwaren strijd te voeren gehad. Gehad, want
ze gaf zich gewonnen... O, wat was ze stijf
en geslolen tegen 't lieve kind geweest, ge
wild koud beleefd! Wal had ze Jot nu toe
iederen drang tot hartelijkheid onderdrukt,
en meL hoeveel inspanning tea slotte! 't Ging
niet meer, ze ga| 't op, -
Ze zou dat kind van stonde af aan anders
bejegenen door den vrijen teugel te laten aan
haar gevoelens. Elsa was van minderen stand-
Goed, 't was een uitzondering, dacht ze, want
ze had niets ongemanierds of grofs. Ze was
Roomscli... Maar had ze niet vrijwillig voor
geslagen mee te gaan naar de godsdienstoefe
ning in de Protestantschc'kcrk? Dat zoo iets
bij een Roomscbe kon voorkomen! Toen ze
haar verwonderd aangekeken had, had Elsa
vriendelijk lachend gezegd: „Ik geloof niet,
dat Onze Lieve Heer 't me kwalijk zal nemen,
gelooft u wel?" Een vreemd kindl Een uit
zondering, zonder twijfel...
Ze moest zien haar aan zich te hechten door
moederlijke vriendschap en trachten invloed
op haar uit te oefenen... Theo zou dan toch
nog gelukkig kunnen worden met haar. Dat
zedige lieve kind zou z ij beschermen legen
zijn noodlottige ideeën. Ze zou wel weten te
bewerken, dat hij trouwde als een rechtscha
pen deftig burger, eerst in 't stadhuis dat
moest nu eenmaal in de tegenwoordige ver
dorven maatschappij, waarin de godsdienst
zoo weinig geëerd wordt en dan in de kerk.
Zonder kerkelijke inzegening had ze niets
geen waarde, die verbintenis voor den amb
tenaar van den burgerlijken stand, en kon ze
immers nooit tot geluk leiden... Inzegening in
de Roomsche kerk? Nu ja, goed, als Elsa
daarop gesteld was... Eerst de pastoor en dan
de dominee of omgekeerd. In Godsnaam...
Het voornaamste was, dat Theo zijn godde-
looze theorieën over 't'huwelijk theorieën liet
blijven. Zeker, zeker, ze moest Elsa aan zich
verbinden, zoo spoedig mogelijk...
De gedachten dor oude vrouw dreven naar
Theo over.
Arme jongen! Hij had toch wel geleden tn
do laatste maanden. En wat had hij gewerkt
en zijn gezondheid benadeeld! O,'ze snakte
naar vrede en rust, naar innigen, prettigen
omgang met haar jongen als vroeger, 't Zou
weer zoo wezen als vroeger, al moest Theo
ook meer van zijn tijd aan extra-bezigheden
geven. Hij zou 't beter doen. als hij 't opge
wekter, vrij van verdrietelijkheden doen kon
Mevrouw Van Klarenbeek keerde het hoofd
in de richting van dc voorkamer. Éven
luisterde zc naar Elsa's lieve, vleiende slem.
Wat was 't toch een innemend kind! Een glans
van tevredenheid ontspande de strakke trek
ken der oude vrouw, een oogenblik, als onwil
lekeurig. Dan, zich herstellend in de vorige
deftige stroefheid riep ze:
„Elsa!"
Op het hooreu van haar naam stond Elsa
haastig op en trad op de oude dame toe.
„Wat belieft u, mevrouw?'*
Elsa keek verwonderd naar de gestalte
tegenover haar in den grooten leuningstoel:
het magere, wit-blceke gelaat met de scherpe
lijnen aan weerskanten van den fijnen neus,
den kleinen rechten mond iets ingevallen, om
dat het gebit niet meer gaaf was, en waarvan
de lippen slechts een smal streepje rood ver
toonden, het vrij hooge voorhoofd vol rim
pels, de dunne zilveren omlijsting van het
haar, even uitkomend van onder het zwarte
mutsje, dat haar nooit verliet, het mutsje met
de stijve afhangende zijden linten 't Was
alles 't zelfde als te voren, en toch meende
Elsa iets ongewoons in de uitdrukking dier
grijze oogen waar te nemen. Ze had er zoo
vaak naar gekeken, schuchter zoekend naar
een sprankje van sympathie, van het oogen
blik af dat ze ze voor 't eerst gezien had, en
er schier nooit iets andefs dan koele onver- j
schilligheid in gelezen. Nu cn dan slecht had I
er iets van onwillekeurige nieuwsgierigheids
een vleugje van veiwonderng en verrassing in
gelegen, even, een vluchtig oogenblik.
Ook nu ligt dat ongewone er in, nu ze Elsa
strak aanziet, cenige seconden, voordat deze
antwoordt.
„Elsa, wil je even hier bij mc komen zitten,
kind?"
Kind! Het jonge meisje vertrouwt haar
ooren nauwelijks. Aangenaam verrast zegt zc:
„Zeker, mevrouw. Heeft u me iets le zeg
gen?"
Blijkbaar slaqt de oude vrouw het meisje
met welgevallen gade.
„Iets van groot belang. Hier, ga naast me
zitten." Zc wijst op een stoel dicht bij haar.
Elsa haast zich dien naast den leuningstoel
neer te zetten, en wil gaan zitten, in verwon<
derd afwachten.
„Zeg Suzc, dat ze zoo lang boven in Theo's
kamer moet wachten lot ze geroepen wordt"»
gaat mevrouw Van Klarenbeek voort.
Elsa brengt den last over, en zet zich naast
Theo's moeder. Als 'l meisje weg is, zegt de
oude dame:
„Elsa, wil je een oude vrouw vergeven, dat
ze onaardig tegen je geweest is?"
„U onaardig tegen mij?"
„Nu, ja, ben ik dan vriendelijk geweest ia
deze dagen?"
„U is beleefd cn voorkomend geweest..."
„En daar ben je volkomen tevreden mee, is
't niet? Kom, zeg dat nu 's ronduit."
„Ik had wel gehoopt wat... meer sympathie
bij u tc vinden, mevrouw." Elsa kleurt hevig
en slaat de oogen neer.
(Wordt vervolgdjj