N". 62. 16" Jaaraang „DE E EM LAN DER". Woensdag 12 September 1917. _B UITEN LAN D._ "SUILLETOIM. Winkeltje. AMERSFOORTSCH MARIE VAN VERSENDAAU Hoofdredactie» Mf Q j VAN SCHAAROENBURG. Uitgevers: VALKHOFF 8» Co. ABONNEMENTSPRIJS: P.r S meaoden too» Amerefoori f Idem franco par post.. 8.00» P.rwMk (met gratis vereekertag tegeo ongelukken) 0.14. Afiooderltike 0.05. WekelUksob bHroegeel ,Dt RdUmdi&t Uuinrmu" (onder redactie »»n Thdrèae Horen) per 8 mnd. 50 c»e. Wekel(jk»eh bflreegael Wmldrtttu" per 8 and. 5» ote. Bureau: Arnhemscbe Poortwal, hoek Utrechtschestr. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRUS DER ADVERTENTIEN Van 15 regel* t Elk© regel meer e# «a ee 0.15# Dienstaanbiedingen 1—-B regel* 0,50. Qroote letters naar plaateruiinta. Voor handel en bedrijf bestaan teer voordeelige bepalingen tot het herhaald advorteeren in dit Blad, bij abonnement. Eene oiroulaire, bevattondo de voorwaarden. wordt op aanvraag toegezonden. Rantsoénseting van Courantenpapier. De steenkolennood heeft de Regeering ge dwongen, de papierfabrieken, met name de «enige Nederlandsche fabriek, die papier voor rotatiedruk vervaardigt, die van de fir ma Van Gelder Zonen, sterk met kolen te rantsoeneeren, zoodat deze laatste een ha- rer fabrieken geheel heeft moeten stopzetten Na den lsten October a.s. zullen de fa brieken een groot gedeelte van haar gewone productie niet meer kunnen leveren en ook thans reeds moet op het papiergebruik wor den bezuinigd. Papier te betrekken uit het buitenland is, evenzoo tengevolge van den kolennood en de moeilijkheden met transport, practisch onmogelijk. Reeds geruimen tijd kunnen de Duitsche fabrieken, wegens sluiting der gren zen, haar aangenomen bestellingen niet uit voeren. De mogelijkheid bestaat, dat na eenigen tijd niet meer dan 75 pCt., zelfs 50 pCt., van het papier, dat voor de Nederlandsche cou ranten noodig is, zal kunnen worden vestrekt. Indien niet reeds thans door onderlinge overeenstemming tot een belangrijke beper king wordt overgegaan, zou in de naaste toe komst een algeheel gebrek kunnen dreigen, In deze omstandigheden heeft de vereeni- ging „De Nederlandsche Dagbladpers" in een Buitengewone Algemeene Vergadering in overeenstemming met de „Nijverheids- commissie" van het „Algemeen Steun comité" besloten tot een onderlinge rant soeneering over te gaan, welke aan alle cou ranten thans reeds de verplichting oplegt van bezuinigingen na den 30sten September, voorloopig, tot 25 pCt. van het gebruik in 1916. De leiding hiervan is opgedragen aan vijf leden der vereeniging, die in samen werking met de directie der papierfabrieken Van Gelder Zonen een Distributie-Commis sie vormen. Deze Commissie acht het gewenscht, aan de lezers der bladen mededeeling te doen van den ernst van den toestand. Met nadruk wijst zij erop, dat de uitgevers noodgedwon gen moeten overgaan tot het invoeren van een beperking van den inhoud der couran- n, welke zij betreuren. De Distributie-Commissie van „De Nederlandsche Dagbladpers", A. G. BOISSEVAIN. H. KUIJPERS. H. NLJGH JCzn. J. W. REESE. PERD. WIERDELS. 'n üngescaiKt «uortsdrager. Afbreken is veel gemakkelijker don opbou wen maar 'n kunst is het toch ook. Criticus is nie< ieder die wil. Er behoort talent toe, en kennisscherpzinnigheid en gezond verstond geestigheid en élégante. Zonder die eigenschappen komt er van critick niets te rechtmen wordt 'n erbarmelijk criti caster, die denken doet aan 'n kind dot met messen speelt, voor de omgeving vrij ongevaar lijk is maar zichzelf het meeste letsel toebrengt. Er is nog 'n derde type, tusschen den criticus, en den criticaster in. Dat is de kankeraar. Te pas of te onpas oefent hij critick. Niets oi niemand deugt in z'n oogen. Op alles heeft hij wat aan te merken en overal ziet 'rij spoken. Iedereen wekt zijn argwaan en achter eiken boom vermoedt hij struikröovers. Wantrouwen zaaien en verdacht maken is z'n gelielkoosde bezigheid. Hij is onuitstaanbaar, maar hij is toch niet ge heel en al van talent ontbloot. In zijn soort is hij vaak geniaal. Op politiek gebied zijn dergelijke lieden ge vaarlijke elementen. Zij weten immers heel wat menschen te beïnvloeden, zij het dan ook niet het beste deel der burgerij. Hun eigen partij zouden zij ongetwijfeld beter dienen door pro paganda te maken voor hare beginselen dan door schandaaltjes te fabriceeren en verdachtmakin gen jegens andersgezinden te uiten. Dat is de- moraliseerend en gaat regelrecht in tegen de verheffing van den volksgeest. In deze tijden is het uitspreken van ongemoti veerd wantrouwen zelfs misdadig. Het getuigt nooit van 'n hoogen geest wanneer men reeds be gint kwade trouw te veronderstellenmaar thans nu de bevolking toch al geprikkeld en min of meer overspannen is, dient men „vertrouwen en vertrouwen wekken" voorop'te stellen. Wij hadden gemeend in deze rubriek van po litieke kankeraars te moeten indeelen den (nieu wen?) Amersfoortschen correspondent van de soc.-dem. Toorts. Maar hij onderscheidt zich van hen door totaal gemis aan scherpzinnigheid en helder begrip. Hij schrijft er maar op los zonder zelfs te begrijpen wat hij schrijft of zich voldoende op de hoogte te stellen. Wij meenen nogmaals te moeten waarschuwen tegen het on verantwoordelijk en onbetrouwbaar geschrijf van dezen pseudo-volksvoorlichter. Hier voor ons ligt het laatste nummer van de Toorts cn. de Amersf. rubriek wemelt van on ware en tendentieuse voorstellingen. Het is een en al minderwaardig gestook, waarbij de eene flater gestapeld wordt op den andere. Wij willen dit strenge oordeel niet zonder bewijsvoering uitspreken. Het verzet van den heer v. Nijnatten tegen het voorstel von B. en W. om den heer van Mechelcn verlof te verleenen, in verband met zijn benoeming tot secretaris van de Centrale Keuken, wordt toegeschreven aan de lage mo tieven, welke geen hoogc ziel veronderstelt en welke, toen zij onbegrijpelijkerwijze den heer Hofland ontvielen, onmiddellijk met verachting door den heer v. N. van zich afgeworpen wer den. Wij stonden, gelijk men weet, in dezen niet aan de zijde van den heer v. N., maar geen oogen- blik rees bij ons de gedachte dat hij zich tegen het voorstel van B. en W. zou verzetten, om dat de heer v. M. soc.-dem. was! Ons dunkt, z'n geheele politieke staat van dienst waarborgt den heer v. N. tegen zulk eene situatie. Maar dat zij nu nog herhaald wordt, op schrift, niet dus in het vuur der discussie, doch in koe) overleg neergeschreven, en nog wel na de per- tinente verklaring van den heer v. Nijnatten, die nooit of te nimmer de geringste aanleiding gaf om zijn eerlijkheid en waarheidsliefde in twijfë) te trekken, geeft wel 'n indruk van het beden kelijk gehalte dezer Amersfoortsche correspon dentie en is reeds voldoende om den schrijver te disqualificeercn. Ook het sprookje van de 44 haardsteden en de 60U mud brandstof voor Heiligenberg wordt weer opgedischt. Hadden wij onlangs niet ter loops er n zoeklichtje op laten vallen, deze fan tasie ware allicht nimmer weersproken. Thans krabbelt de schr. reeds 'n beetje teruger wa ren geen 44 haardsteden, doch 44 kamers (ook dit lijkt ons vrijwel onmogelijk in het volstrekt niet groote landhuis)en of „het aantal H. L. het percentage is waarop de ontvanger aan spraak kan maken', verklaart schr. thans even min te weten, maar hij vindt het bar, indien de een zooveel en de onder zoo weinig kon krij gen". Kan krijgen? Maai' er is immers geen woord van waar dat iemand „zooveel kan krij gen" 1 Dan wordt nog gefantaseerd over „verre gaande onwetendheid of partijdigheid" van (gij raadt het nooit) ons college von B. cn W. 1 Dezen hebben n.l. „partijgenoot Luberti" toen hij ontslag vroeg met 15 Juni op 1 Mei „op staanden voet" ontslagen, terwijl de niet-partij- genoot Hylkema, die juist „op staanden voet" ontslag vroeg, dit niet kreeg. De corr. van de Toorts, kan natuurlijk geen ander motief ver onderstellen dan dit, dat de heer L. soc.-denv. en de lieer H. het niet wasZooals het waardje isHet waardje toont echter er niets van te snappenhij snijdt zich in alle vingers tegcliilc. Wij mogen duidelijkheids- en eerlijkheidshalve hier wel even nan toe voegen, dat de heer I.u- berti weliswaar tegen 15 Juni ontslag doch te' vens reeds tegen 1 Mei verlof vroeg. Zijn nieuwe positie stond niet toe dat hij onderwijs bleef geven. In het geval van den heer Hylkema staat het precies omgekeerd. Diens positie laat wel toe, dat hij voórloopig nog onderwijs blijft geven, slechts 4 uur per week behoeft hij verlof te hebben; vandaar dat B. en W. het niet wen- schelijk achten hem op staanden voet te ont slaan. Het is dus klaar als de dag, dat B. en W. zich alleen door het onderwijsbclang hebben laten leiden, zonder aanzien des persoons. De Toorts-corr. moet wel weinig fiducie in zijn zaak hebben als hij met valsche beschuldi gingen, onwaarheden en verdachtmakingen meent te kunnen dienen. De Amersf. lezers van de Toorts weten thans wat voor vleesch zij m de kuip hebben. Politiek Overzicht Amerika en wij. Het is een feit, dat niet te loochenen valt: door de deelneming der Vereenigde Staten aan den Europeeschen oorlog is de positie der kleine neutrale staten er niet beter op geworden. Niet alleen ontviel hun daardoor de eenige groote neutrale broe der, die in staat ware geweest als derde macht zich te plaatsen tusschen of boven de strijdende partijen, maar ook op materieel gebied laat nu Amerika de op Amerikaansche producten aangewe zen neutrale landen in den steek. In het Berl. Tageblatt tracht Theodor Wolff zijn lezers duidelijk te maken, dat dit scherpe optreden tegen de neutralen deel uitmaakt van Amerika's oorlogscampagne. De mili taire actie der Vereenigde Staten noemt deze schrijver bluf en comediespel, en toont aan, dat president Wilson's slagzwaard be staat in den economischen boycot van Duitschland. En bij dien boycot komen ook de belangen der neutrale staten meedoogen- loos in het gedrang. Om den invoer naar Duitschland te verhinderen, treedt Wilson met een zorgvuldig berekende ongeneerd- heid op tegen Nederland, Zweden en Noor wegen. „In de laatste weken heeft vooral Nederland kunnen bemerken aldus Theo dor Wolff dat de Amerikaansche boksers vuist nog krachtiger is dan de Engelsche." Hij memoreert dan, dat de Amerikaansche regeering in' haar havens zestig Nederland sche schepen vasthoudt, beladen met kracht voeder voor een half millioen stuks vee en waarborgen verlangt, dat deze lading uit sluitend voor Holland bestemd is, zonder als compensatie te mogen dienen voor Duit sche kolen-leveringen. Door dit vasthouden wat ondertusschen den Hollanders hon derdduizenden guldens liggeld kóst ver- keeren de Nederlanders in ernstige verle genheid, omdat zij nu verstoken zijn van vee voeder voor hun half millioen stuks rundvee. Nederland heeft vijf gedelegeerden naar Amerika gezonden en zich bereid verklaard een gedeelte der scheepsruimte beschikbaar te stellen van de door Amerika geappro viandeerde Belgische bevolking. De Ame rikaansche regeering heeft bij die gelegen heid de Nederlanders zeer geraffineerd de duimschroeven aangelegd. Bovendien past Amerika, erger nog dan Engeland, steeds fanatieker het geliefde middel der „zwarte lijsten" toe. Daaromtrent weet Thedor Wolff het volgende te vertellen „De Nederlandsche overzee-trust, welker bestaan men in Berlijn gedurende de drie eerste oorlogsmaanden niet kende en op wel ker samenstelling men te Berlijn toch eeni gen invloed had kunnen uitoefenen, daar de behoefte in Holland aan Duitsche producten niet gering is, biedt den Engelschen en Amerikanen bij hun pogingen den Holland- schen uitvoer naar Duitsohland te belemme ren, menige nuttige gelegenheid. Toen En geland kort geleden van Nederland verlang de, dat het de grenzen naar Duitschland sluiten zou, heeft de Nederlandsche regee ring, zich beroepende op de rechten van den neutralen staat, energiek en zonder vrees zich daartegen verzet. Maar op aandringen van Engeland en Amerika sluit de N. O. T. sedert dien geen contracten meer af met Nederlandsche firma's, die op de Engelsche zwarte lijsten staan. Elke Hollandsche fir ma, die zaken doet met een zwart handels huis in Holland, wordt ook op de zwarte lijst gezet. Daar alle goederen, die van overzee komen, alleen met toestemming van de over zee-trust verkocht kunnen worden, en de trust met de in de ban gedane firma's geen contracten meer afsluit tot invoer, is de boy cot volkomen georganiseerd. De trust wil nu ook geen contracten meer sluiten met de huizen, die niet verklaren, dat trustvrije goederen door hen niet verhandeld worden. Het is niet twijfelachtig aldus besluit de schrijver dat in enkele van de honderden Wilsonsche commissies de Amerikaansche vindingrijke geest van den morgen tot den avond zulke boeien bedenkt en steeds nau wer sluitende boeien." Wat de Duitsche schrijver hier van de ver houding van Amerika tot ons vertelt van steeds nauwer sluitende boeien, is helaas maar al te waar. Ook in ons land werd reeds meermolen die houding gecrltiseerd, o. a. dezer dagen door staatsraad Struyckcn in „Van onzen Tijd." Rechtens merkt deze oud-hoogleeraor op valt op die houding niets aan tc merken, maar toch protesteert hij op andere dan rechtsgronden tegen Amerika's uithongeringspolitiek der neutralen. Tegenover een land als Amerika, meent prof. Struycken, een land, dat zich' steeds op zoo hoog zedelijk standpunt heeft geplaatst bij de beoordeeling van de gedra gingen der oorlogvoerenden, een land, dat zich in den oorlog wierp zonder egoïstisch doel ter handhaving van recht en men- schelijkheid, tegenover zulk een land mag een neutroal volk zich ook op an dere don formeele rechtsgronden beroepen ter verdediging van zijn levensbelongen ge durende dezen oorlog. Geen volk méér don het Amerikaansche, heeft zich beijverd het beginsel, dat de handel dér neutralen met de oorlogvoerenden in 't algemeen volko men rechtmatig is, en niet mag worden ge stoord hoog te houden niet alleen, maar ook om het te doen uitbreiden tot den handel tusschen de oorlogvoerende volken zelve. Amerika, dat nimmer heeft geduld, dt>t men eenige bemerking zou maken op z»jn uitgebreide leveranties, zelfs van oorlogs- materieel, aan de geallieerden, kan het ons niet euvel duiden, wanneer wij op beschei den wijze onzen handel met Duitschland voortzetten, voor zoover deze een onmis bare factor is in onze voortbrenging. En wanneer het ons door de afbreking z:jner handelsbetrekkingen zou willen dwingen, den uitvoer naar Duitschland te staken, dan moge het formeel rechtens daartoe bevoegd zijn, maar dan schendt het de Roe de trouw te onzen opzichte, waarop naar het laatste woord van presi dent Wilson de betrekkingen al leen kunnen z ij n gebouwd. „De economische afsluiting /an Duitsch land door de geallieerden vervolgt dan de schrijver is onrechtmatig. Amerika is met de onrechtmatigheid van die afsluiting vol komen bekend. Sluit het zich niettemin er bij aan, wat is dan anders te vreezen, dan dat Duitschland Amerika op dezelfde wijze behandelt, d. w. z. alle uit Amerika afkom stige goederen als contrabande beschouwt. Het gevolg zou dan kunnen z'jn, dat het wei nige, dat Amerika ons nog zou wiilen Uiten toekomen, vóór het onze havens bereikte, door Duitsche schepen zou worden opge bracht of vernietigd, zoodat wij vr.iwe! ge heel in de afsluiting van Duitschland zouden deelen, en daaraan alleen zouden kunnen ontkomen, wanneer Duitschland mildere be ginselen ten onzen opzichte zoude willen volgen dan Amerika. Mag men niet verwach ten, dat Amerika, dat tegen het Duitsche on recht ten strijde trekt, voor deze consequen tie zal terugschrikken en er uit zal lecren, dat, al moge zijn verbod van uitvoer van Dc incnsch is zoo ijdel dat hij zich zelfs be- nmert om het oordeel van hen, aan wie •i'^ts gclcaen is. Roman door Thérèse Ho ven. Engeland „Het perfide Albion", heeft steeds gestookt Och, ik weet dat allemaal zoo niet." ..Nu ik vind dat je er verbazend veel van af Weet,zegt Miel, aanmoedigend. „Dus, zoudt u denken dat er toch echt oor log komt?'' vraagt Cor. Ik vrees er voor. En nu zullen wij hier den vrede bewaren door eendrachtig uit te gaan, mei waar Miel?" „Zou ik nog een taschje of zoo mee nemen?" j,Ja, zeker desnoods twee." „Zou ik soms ook mee gaan?" oppert Hes. .j voorJdag om verschillende redenen l>eleefd. doch beslist, wordt afgewezen. HOOFDSTUK VI Retourzendingen. Zondagsavonds komen de eerste retour- rondingen van Zwitserland, Frankrijk en van elders uit het buitenland- agj©- De anders zoo stille straat, waar de ge zusters Maarlens haar winkel hebben, lijkt wel dol... ,,'t Is net een bioscoop," zegt Cor. „Als 't eigenlijk niet zoo naar was, zou je er om lachen." Hetgeen Hes volkomen beaamt, vooral wat het lachen betreft. Menschl Ze is toch zoo glunder. Zoo vaak zij er maar een kansje toe ziet, gaat ze even gluren naar het geldkistje, anders zoo akelig leeg, nu zoo heerlijkjes vol. Dien eigen middag nog is er heel wat inge komen. 't Schijnt wel, dat iedereen bang is voor in sluiting of hongersnood of zoo iets. In de stad moet 't den vorigen dag bar zijn geweest. Eigen-Hulp was bestormd, zoo iets als bij een revolutie, maar dan zonder bloed vergieten. Je zag er de gekste dingen, oude heeren met boodschappcn-mandjes, dames met tasschen en valiezen en manden, in eiken vorm, van werk- cn bloemenmandjes af, tot waschmanden toe! De menschen vochten er letterlijk om een plaatsje aan de toonbank en om een pondje zout! Anderen weer vlogen naar het telegraaf kantoor, om langs dien weg naar op reis zijn de familie en kennissen te informeeren. Weer anderen deden .hun best om zooveel mogelijk baar geld te bemachtigen; de effec tenkantoren en banken werden, even als de Rinkels, bestormd 't Was een herrie, een Janboel.., En dan de praatjes! Er werden er zóóveel rond gestrooid, dat je er niet wijs uit kon worden. Maar dat er oorlog zou komen, stond als .een paal boven water. Hes vond dat 't net een efiStëóC 3Kfifc jvaaryaa je niet erecie# jvist smj* en wanneer 't zou losbarsten. Als er zulke groote. zwarte wolken komen aanrollen en 't daglicht er door verdwijnt! Als ze de plek, waar je staat, zoo van alle kanten dreigen in te sluiten... Als je 't voelt, nog vóór dat de bui neerploft. En, evenals er dan, tusschen de donderkop pen in, soms een kleine opening is, waar de zonnestralen doorheen vallen... scheen het wel of er, tusschen de gevaren en moeilijkheden, die er van alle kanten opzetten, een klein bundeltje gelukslralen vlak boven 't Win keltje werd uitgestort. De oude juffrouw, die in haar leven meer door de stortbuien geteisterd dan door zon nestralen verkwikt was geworden, beseft 't dankbaar, zelfs al heeft ze moeite er aan tc gelooven. Gijs van Poeleren is dien avond laat nog geweest cn heeft verteld dat de Duitschers Luxemburg zijn binnen getrokken, en toen is Cor bijna flauw gevallen en heeft zij gepre veld; „Dan komen ze ook hier; God zij ons genadig." Maar Gijs heeft haar gerustgesteld. „Ik kan niet zeggen van wie ik t Heb en dat doet er ook niet toe, maar ik heb uit „vertrouwbare bron" vernomen, dat de Keizer plechtig aan onze Koningin heeft beloofd, dat Holland ongedeerd zou blijven, 't Schijnt, dat H. M. gewaarschuwd was en dat wij er daarom zoo vroeg bij waren met de mobilisatie.. „Dat is zeker de man van Cootje," valt Hes in en ze doet 't verhaal van den „manop de pier" zooals ze het van Cootje Wouters heeft gehoord. En hebt u nog iets van de mobilisatie ge hoord?': informeert ze verder. yNu, dw gaal rfjn gang,'4 yertelt £4js, „mor gen kan niemand reizen, alle treinen worden gerequireerd voor het vervoer der militairen." „Dan komt er ook oorlog," fluistert Cor, met heesche slem van aandoening. „Wees toch stil", vermaant Hester, „in plaats dat je flink bent. Ik moest je door elkaar schudden, dat verdiende je... of heb je soms honger? Wil je een boterham?" Plotseling dringt hel tot allen door, dat door al den toeloop en de drukte, het middageten er bij ingeschoten is. En, wal het erge van 't geval verhoogt, i$ dat het euvel niet zoo ge makkelijk te herstellen zal zijn, omdat er let terlijk niets in huis is. „Wie kon Zaterdag nu aan eten denken of aan iets te bestellen voor Zondag?" veront schuldigt Cor zich. Miel begint op eens onbedaarlijk te lachen en, als haar van drie kanten, naar de reden van die plotselinge vroolijkheid wordt ge vraagd, zegt ze, half hikkend nog van 't proesten: „Nou, da s ook; is 't dan niet reuze- gek? U hebt... laten wij maar zeggen, wij hebben gisteren en vandaag niets anders ge daan dan anderen te helpen met voorraad inslaan cn nu 't cr op aan komt. hebben we zelf niets." „Wc zouden een blikje kunnen open ma ken?" begint Hes, maar Cor valt energiek in, „nee, hoor, dat zou nu toch zoo schadelijk zijn. Met oorlog voor de deur en hongersnood en God weet wat nog meer... cn dan blikjes openmaken en verschc nog wel... En, als van Poeteren haar aankijkt, verwon derd over de combinatie van versche blikjes, zegt ze ter opheldering: „Ik meen pas inge- komene, want weet u, als we eens een enkelen keer een blikje of zoo uit den winkel nemen voor ons zelf, dan is 't gewoonlijk een, dat te oud is om te yerkoopen of wel.., ,Nu ja," valt Miel ongeduldig in dc rede, het niet noodig vindende dc geheimen van hef schrale huishoudentje te openbaren. .Dal lïelpt ons vandaag niet. Ik heb ook honger en jij zeker ook, Gijs?" „En óf. Weet je wat, we moeten er op uit gaan." „Om iels te koop en?" „Ja, of om ergens iels tc eten." Het aanbod is verbazend aanlokkend. Het lijk* Miel erg leuk om alleen met Gijs er op uit te trekken en samen te soupcern; voor middageten is 't al te laat. Ze is dan ook op 't punt om de aanbeiding even gul te aanvaarden, als die gedaan werd, als ze cr, gelukkig bij tijds, aan denkt hoe sneu dit voor dc arme oudjes zou zijn! De goeierds, die 't zoo schdaal Hebben, cn zich zelf 't beetje welvaart, dat in haar be reik kon zijn, nog ontzeggen voor haar. 't Is wel heel iets anders, alleen meet een... vriend te gaan of met je tantes er bij, maar voor die twee zou 't zoo aardig zijn. Ze knikt Gijs vriendelijk toe en zegt: „Hè ja^ laten we er met ons viertjes op uit gaan." Er is iets overtuigends in haar stem, dat im druk op hem maakt en hem haar gedachten* gang doet begrijpen. H antwoordt dan oolj grif: „Uitstekend; dames, ik recommandeer me. Over vijf minuten aantreden," (Wordt vervolgd^ A..

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1917 | | pagina 1