N". 62.
16" Jaaraang
„DE E EM LAN DER".
Woensdag 12 September 1917.
_B UITEN LAN D._
"SUILLETOIM.
Winkeltje.
AMERSFOORTSCH
MARIE VAN VERSENDAAU
Hoofdredactie» Mf Q j VAN SCHAAROENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF 8» Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
P.r S meaoden too» Amerefoori f
Idem franco par post.. 8.00»
P.rwMk (met gratis vereekertag tegeo ongelukken) 0.14.
Afiooderltike 0.05.
WekelUksob bHroegeel ,Dt RdUmdi&t Uuinrmu" (onder
redactie »»n Thdrèae Horen) per 8 mnd. 50 c»e.
Wekel(jk»eh bflreegael Wmldrtttu" per 8 and. 5» ote.
Bureau: Arnhemscbe Poortwal, hoek Utrechtschestr.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRUS DER ADVERTENTIEN
Van 15 regel* t
Elk© regel meer e# «a ee 0.15#
Dienstaanbiedingen 1—-B regel* 0,50.
Qroote letters naar plaateruiinta.
Voor handel en bedrijf bestaan teer voordeelige bepalingen
tot het herhaald advorteeren in dit Blad, bij abonnement.
Eene oiroulaire, bevattondo de voorwaarden. wordt op
aanvraag toegezonden.
Rantsoénseting
van Courantenpapier.
De steenkolennood heeft de Regeering ge
dwongen, de papierfabrieken, met name de
«enige Nederlandsche fabriek, die papier
voor rotatiedruk vervaardigt, die van de fir
ma Van Gelder Zonen, sterk met kolen te
rantsoeneeren, zoodat deze laatste een ha-
rer fabrieken geheel heeft moeten stopzetten
Na den lsten October a.s. zullen de fa
brieken een groot gedeelte van haar gewone
productie niet meer kunnen leveren en ook
thans reeds moet op het papiergebruik wor
den bezuinigd.
Papier te betrekken uit het buitenland is,
evenzoo tengevolge van den kolennood en
de moeilijkheden met transport, practisch
onmogelijk. Reeds geruimen tijd kunnen de
Duitsche fabrieken, wegens sluiting der gren
zen, haar aangenomen bestellingen niet uit
voeren.
De mogelijkheid bestaat, dat na eenigen
tijd niet meer dan 75 pCt., zelfs 50 pCt., van
het papier, dat voor de Nederlandsche cou
ranten noodig is, zal kunnen worden vestrekt.
Indien niet reeds thans door onderlinge
overeenstemming tot een belangrijke beper
king wordt overgegaan, zou in de naaste toe
komst een algeheel gebrek kunnen dreigen,
In deze omstandigheden heeft de vereeni-
ging „De Nederlandsche Dagbladpers" in
een Buitengewone Algemeene Vergadering
in overeenstemming met de „Nijverheids-
commissie" van het „Algemeen Steun
comité" besloten tot een onderlinge rant
soeneering over te gaan, welke aan alle cou
ranten thans reeds de verplichting oplegt van
bezuinigingen na den 30sten September,
voorloopig, tot 25 pCt. van het gebruik
in 1916. De leiding hiervan is opgedragen
aan vijf leden der vereeniging, die in samen
werking met de directie der papierfabrieken
Van Gelder Zonen een Distributie-Commis
sie vormen.
Deze Commissie acht het gewenscht, aan
de lezers der bladen mededeeling te doen
van den ernst van den toestand. Met nadruk
wijst zij erop, dat de uitgevers noodgedwon
gen moeten overgaan tot het invoeren van
een beperking van den inhoud der couran-
n, welke zij betreuren.
De Distributie-Commissie van
„De Nederlandsche Dagbladpers",
A. G. BOISSEVAIN.
H. KUIJPERS.
H. NLJGH JCzn.
J. W. REESE.
PERD. WIERDELS.
'n üngescaiKt «uortsdrager.
Afbreken is veel gemakkelijker don opbou
wen maar 'n kunst is het toch ook. Criticus
is nie< ieder die wil. Er behoort talent toe, en
kennisscherpzinnigheid en gezond verstond
geestigheid en élégante.
Zonder die eigenschappen komt er van critick
niets te rechtmen wordt 'n erbarmelijk criti
caster, die denken doet aan 'n kind dot met
messen speelt, voor de omgeving vrij ongevaar
lijk is maar zichzelf het meeste letsel toebrengt.
Er is nog 'n derde type, tusschen den criticus,
en den criticaster in. Dat is de kankeraar.
Te pas of te onpas oefent hij critick. Niets oi
niemand deugt in z'n oogen. Op alles heeft hij
wat aan te merken en overal ziet 'rij spoken.
Iedereen wekt zijn argwaan en achter eiken boom
vermoedt hij struikröovers. Wantrouwen zaaien
en verdacht maken is z'n gelielkoosde bezigheid.
Hij is onuitstaanbaar, maar hij is toch niet ge
heel en al van talent ontbloot. In zijn soort is
hij vaak geniaal.
Op politiek gebied zijn dergelijke lieden ge
vaarlijke elementen. Zij weten immers heel wat
menschen te beïnvloeden, zij het dan ook niet
het beste deel der burgerij. Hun eigen partij
zouden zij ongetwijfeld beter dienen door pro
paganda te maken voor hare beginselen dan door
schandaaltjes te fabriceeren en verdachtmakin
gen jegens andersgezinden te uiten. Dat is de-
moraliseerend en gaat regelrecht in tegen de
verheffing van den volksgeest.
In deze tijden is het uitspreken van ongemoti
veerd wantrouwen zelfs misdadig. Het getuigt
nooit van 'n hoogen geest wanneer men reeds be
gint kwade trouw te veronderstellenmaar thans
nu de bevolking toch al geprikkeld en min of
meer overspannen is, dient men „vertrouwen en
vertrouwen wekken" voorop'te stellen.
Wij hadden gemeend in deze rubriek van po
litieke kankeraars te moeten indeelen den (nieu
wen?) Amersfoortschen correspondent van de
soc.-dem. Toorts. Maar hij onderscheidt zich
van hen door totaal gemis aan scherpzinnigheid
en helder begrip. Hij schrijft er maar op los
zonder zelfs te begrijpen wat hij schrijft of zich
voldoende op de hoogte te stellen. Wij meenen
nogmaals te moeten waarschuwen tegen het on
verantwoordelijk en onbetrouwbaar geschrijf van
dezen pseudo-volksvoorlichter.
Hier voor ons ligt het laatste nummer van de
Toorts cn. de Amersf. rubriek wemelt van on
ware en tendentieuse voorstellingen. Het is een
en al minderwaardig gestook, waarbij de eene
flater gestapeld wordt op den andere.
Wij willen dit strenge oordeel niet zonder
bewijsvoering uitspreken.
Het verzet van den heer v. Nijnatten tegen
het voorstel von B. en W. om den heer van
Mechelcn verlof te verleenen, in verband met
zijn benoeming tot secretaris van de Centrale
Keuken, wordt toegeschreven aan de lage mo
tieven, welke geen hoogc ziel veronderstelt en
welke, toen zij onbegrijpelijkerwijze den heer
Hofland ontvielen, onmiddellijk met verachting
door den heer v. N. van zich afgeworpen wer
den.
Wij stonden, gelijk men weet, in dezen niet aan
de zijde van den heer v. N., maar geen oogen-
blik rees bij ons de gedachte dat hij zich tegen
het voorstel van B. en W. zou verzetten, om
dat de heer v. M. soc.-dem. was! Ons dunkt,
z'n geheele politieke staat van dienst waarborgt
den heer v. N. tegen zulk eene situatie.
Maar dat zij nu nog herhaald wordt, op schrift,
niet dus in het vuur der discussie, doch in koe)
overleg neergeschreven, en nog wel na de per-
tinente verklaring van den heer v. Nijnatten, die
nooit of te nimmer de geringste aanleiding gaf
om zijn eerlijkheid en waarheidsliefde in twijfë)
te trekken, geeft wel 'n indruk van het beden
kelijk gehalte dezer Amersfoortsche correspon
dentie en is reeds voldoende om den schrijver
te disqualificeercn.
Ook het sprookje van de 44 haardsteden en de
60U mud brandstof voor Heiligenberg wordt
weer opgedischt. Hadden wij onlangs niet ter
loops er n zoeklichtje op laten vallen, deze fan
tasie ware allicht nimmer weersproken. Thans
krabbelt de schr. reeds 'n beetje teruger wa
ren geen 44 haardsteden, doch 44 kamers (ook
dit lijkt ons vrijwel onmogelijk in het volstrekt
niet groote landhuis)en of „het aantal H. L.
het percentage is waarop de ontvanger aan
spraak kan maken', verklaart schr. thans even
min te weten, maar hij vindt het bar, indien de
een zooveel en de onder zoo weinig kon krij
gen". Kan krijgen? Maai' er is immers geen
woord van waar dat iemand „zooveel kan krij
gen" 1
Dan wordt nog gefantaseerd over „verre
gaande onwetendheid of partijdigheid" van
(gij raadt het nooit) ons college von B. cn W. 1
Dezen hebben n.l. „partijgenoot Luberti" toen
hij ontslag vroeg met 15 Juni op 1 Mei „op
staanden voet" ontslagen, terwijl de niet-partij-
genoot Hylkema, die juist „op staanden voet"
ontslag vroeg, dit niet kreeg. De corr. van de
Toorts, kan natuurlijk geen ander motief ver
onderstellen dan dit, dat de heer L. soc.-denv.
en de lieer H. het niet wasZooals het waardje
isHet waardje toont echter er niets van te
snappenhij snijdt zich in alle vingers tegcliilc.
Wij mogen duidelijkheids- en eerlijkheidshalve
hier wel even nan toe voegen, dat de heer I.u-
berti weliswaar tegen 15 Juni ontslag doch te'
vens reeds tegen 1 Mei verlof vroeg. Zijn nieuwe
positie stond niet toe dat hij onderwijs bleef
geven.
In het geval van den heer Hylkema staat het
precies omgekeerd. Diens positie laat wel toe,
dat hij voórloopig nog onderwijs blijft geven,
slechts 4 uur per week behoeft hij verlof te
hebben; vandaar dat B. en W. het niet wen-
schelijk achten hem op staanden voet te ont
slaan. Het is dus klaar als de dag, dat B. en
W. zich alleen door het onderwijsbclang hebben
laten leiden, zonder aanzien des persoons.
De Toorts-corr. moet wel weinig fiducie in
zijn zaak hebben als hij met valsche beschuldi
gingen, onwaarheden en verdachtmakingen meent
te kunnen dienen.
De Amersf. lezers van de Toorts weten thans
wat voor vleesch zij m de kuip hebben.
Politiek Overzicht
Amerika en wij.
Het is een feit, dat niet te loochenen
valt: door de deelneming der Vereenigde
Staten aan den Europeeschen oorlog is de
positie der kleine neutrale staten er niet
beter op geworden. Niet alleen ontviel hun
daardoor de eenige groote neutrale broe
der, die in staat ware geweest als derde
macht zich te plaatsen tusschen of
boven de strijdende partijen, maar ook
op materieel gebied laat nu Amerika
de op Amerikaansche producten aangewe
zen neutrale landen in den steek. In het
Berl. Tageblatt tracht Theodor Wolff zijn
lezers duidelijk te maken, dat dit scherpe
optreden tegen de neutralen deel uitmaakt
van Amerika's oorlogscampagne. De mili
taire actie der Vereenigde Staten noemt
deze schrijver bluf en comediespel, en toont
aan, dat president Wilson's slagzwaard be
staat in den economischen boycot van
Duitschland. En bij dien boycot komen ook
de belangen der neutrale staten meedoogen-
loos in het gedrang. Om den invoer naar
Duitschland te verhinderen, treedt Wilson
met een zorgvuldig berekende ongeneerd-
heid op tegen Nederland, Zweden en Noor
wegen. „In de laatste weken heeft vooral
Nederland kunnen bemerken aldus Theo
dor Wolff dat de Amerikaansche boksers
vuist nog krachtiger is dan de Engelsche."
Hij memoreert dan, dat de Amerikaansche
regeering in' haar havens zestig Nederland
sche schepen vasthoudt, beladen met kracht
voeder voor een half millioen stuks vee en
waarborgen verlangt, dat deze lading uit
sluitend voor Holland bestemd is, zonder als
compensatie te mogen dienen voor Duit
sche kolen-leveringen. Door dit vasthouden
wat ondertusschen den Hollanders hon
derdduizenden guldens liggeld kóst ver-
keeren de Nederlanders in ernstige verle
genheid, omdat zij nu verstoken zijn van vee
voeder voor hun half millioen stuks rundvee.
Nederland heeft vijf gedelegeerden naar
Amerika gezonden en zich bereid verklaard
een gedeelte der scheepsruimte beschikbaar
te stellen van de door Amerika geappro
viandeerde Belgische bevolking. De Ame
rikaansche regeering heeft bij die gelegen
heid de Nederlanders zeer geraffineerd de
duimschroeven aangelegd. Bovendien past
Amerika, erger nog dan Engeland, steeds
fanatieker het geliefde middel der „zwarte
lijsten" toe. Daaromtrent weet Thedor Wolff
het volgende te vertellen
„De Nederlandsche overzee-trust, welker
bestaan men in Berlijn gedurende de drie
eerste oorlogsmaanden niet kende en op wel
ker samenstelling men te Berlijn toch eeni
gen invloed had kunnen uitoefenen, daar de
behoefte in Holland aan Duitsche producten
niet gering is, biedt den Engelschen en
Amerikanen bij hun pogingen den Holland-
schen uitvoer naar Duitsohland te belemme
ren, menige nuttige gelegenheid. Toen En
geland kort geleden van Nederland verlang
de, dat het de grenzen naar Duitschland
sluiten zou, heeft de Nederlandsche regee
ring, zich beroepende op de rechten van den
neutralen staat, energiek en zonder vrees
zich daartegen verzet. Maar op aandringen
van Engeland en Amerika sluit de N. O. T.
sedert dien geen contracten meer af met
Nederlandsche firma's, die op de Engelsche
zwarte lijsten staan. Elke Hollandsche fir
ma, die zaken doet met een zwart handels
huis in Holland, wordt ook op de zwarte lijst
gezet. Daar alle goederen, die van overzee
komen, alleen met toestemming van de over
zee-trust verkocht kunnen worden, en de
trust met de in de ban gedane firma's geen
contracten meer afsluit tot invoer, is de boy
cot volkomen georganiseerd. De trust wil nu
ook geen contracten meer sluiten met de
huizen, die niet verklaren, dat trustvrije
goederen door hen niet verhandeld worden.
Het is niet twijfelachtig aldus besluit de
schrijver dat in enkele van de honderden
Wilsonsche commissies de Amerikaansche
vindingrijke geest van den morgen tot den
avond zulke boeien bedenkt en steeds nau
wer sluitende boeien."
Wat de Duitsche schrijver hier van de ver
houding van Amerika tot ons vertelt van
steeds nauwer sluitende boeien, is helaas
maar al te waar. Ook in ons land werd reeds
meermolen die houding gecrltiseerd, o. a.
dezer dagen door staatsraad Struyckcn
in „Van onzen Tijd." Rechtens merkt deze
oud-hoogleeraor op valt op die houding
niets aan tc merken, maar toch protesteert
hij op andere dan rechtsgronden
tegen Amerika's uithongeringspolitiek der
neutralen. Tegenover een land als Amerika,
meent prof. Struycken, een land, dat zich'
steeds op zoo hoog zedelijk standpunt heeft
geplaatst bij de beoordeeling van de gedra
gingen der oorlogvoerenden, een land, dat
zich in den oorlog wierp zonder egoïstisch
doel ter handhaving van recht en men-
schelijkheid, tegenover zulk een land
mag een neutroal volk zich ook op an
dere don formeele rechtsgronden beroepen
ter verdediging van zijn levensbelongen ge
durende dezen oorlog. Geen volk méér don
het Amerikaansche, heeft zich beijverd het
beginsel, dat de handel dér neutralen met
de oorlogvoerenden in 't algemeen volko
men rechtmatig is, en niet mag worden ge
stoord hoog te houden niet alleen, maar ook
om het te doen uitbreiden tot den handel
tusschen de oorlogvoerende volken zelve.
Amerika, dat nimmer heeft geduld, dt>t
men eenige bemerking zou maken op z»jn
uitgebreide leveranties, zelfs van oorlogs-
materieel, aan de geallieerden, kan het ons
niet euvel duiden, wanneer wij op beschei
den wijze onzen handel met Duitschland
voortzetten, voor zoover deze een onmis
bare factor is in onze voortbrenging. En
wanneer het ons door de afbreking z:jner
handelsbetrekkingen zou willen dwingen,
den uitvoer naar Duitschland te staken, dan
moge het formeel rechtens daartoe bevoegd
zijn, maar dan schendt het de Roe
de trouw te onzen opzichte,
waarop naar het laatste woord van presi
dent Wilson de betrekkingen al
leen kunnen z ij n gebouwd.
„De economische afsluiting /an Duitsch
land door de geallieerden vervolgt dan de
schrijver is onrechtmatig. Amerika is met
de onrechtmatigheid van die afsluiting vol
komen bekend. Sluit het zich niettemin er
bij aan, wat is dan anders te vreezen, dan
dat Duitschland Amerika op dezelfde wijze
behandelt, d. w. z. alle uit Amerika afkom
stige goederen als contrabande beschouwt.
Het gevolg zou dan kunnen z'jn, dat het wei
nige, dat Amerika ons nog zou wiilen Uiten
toekomen, vóór het onze havens bereikte,
door Duitsche schepen zou worden opge
bracht of vernietigd, zoodat wij vr.iwe! ge
heel in de afsluiting van Duitschland zouden
deelen, en daaraan alleen zouden kunnen
ontkomen, wanneer Duitschland mildere be
ginselen ten onzen opzichte zoude willen
volgen dan Amerika. Mag men niet verwach
ten, dat Amerika, dat tegen het Duitsche on
recht ten strijde trekt, voor deze consequen
tie zal terugschrikken en er uit zal lecren,
dat, al moge zijn verbod van uitvoer van
Dc incnsch is zoo ijdel dat hij zich zelfs be-
nmert om het oordeel van hen, aan wie
•i'^ts gclcaen is.
Roman
door
Thérèse Ho ven.
Engeland „Het perfide Albion", heeft steeds
gestookt Och, ik weet dat allemaal zoo niet."
..Nu ik vind dat je er verbazend veel van af
Weet,zegt Miel, aanmoedigend.
„Dus, zoudt u denken dat er toch echt oor
log komt?'' vraagt Cor.
Ik vrees er voor. En nu zullen wij hier den
vrede bewaren door eendrachtig uit te gaan,
mei waar Miel?"
„Zou ik nog een taschje of zoo mee nemen?"
j,Ja, zeker desnoods twee."
„Zou ik soms ook mee gaan?" oppert Hes.
.j voorJdag om verschillende redenen
l>eleefd. doch beslist, wordt afgewezen.
HOOFDSTUK VI
Retourzendingen.
Zondagsavonds komen de eerste retour-
rondingen van Zwitserland, Frankrijk en van
elders uit het buitenland- agj©-
De anders zoo stille straat, waar de ge
zusters Maarlens haar winkel hebben, lijkt
wel dol...
,,'t Is net een bioscoop," zegt Cor. „Als 't
eigenlijk niet zoo naar was, zou je er om
lachen."
Hetgeen Hes volkomen beaamt, vooral wat
het lachen betreft. Menschl Ze is toch zoo
glunder. Zoo vaak zij er maar een kansje toe
ziet, gaat ze even gluren naar het geldkistje,
anders zoo akelig leeg, nu zoo heerlijkjes vol.
Dien eigen middag nog is er heel wat inge
komen.
't Schijnt wel, dat iedereen bang is voor in
sluiting of hongersnood of zoo iets.
In de stad moet 't den vorigen dag bar zijn
geweest. Eigen-Hulp was bestormd, zoo iets
als bij een revolutie, maar dan zonder bloed
vergieten. Je zag er de gekste dingen, oude
heeren met boodschappcn-mandjes, dames
met tasschen en valiezen en manden, in eiken
vorm, van werk- cn bloemenmandjes af, tot
waschmanden toe!
De menschen vochten er letterlijk om een
plaatsje aan de toonbank en om een pondje
zout!
Anderen weer vlogen naar het telegraaf
kantoor, om langs dien weg naar op reis zijn
de familie en kennissen te informeeren.
Weer anderen deden .hun best om zooveel
mogelijk baar geld te bemachtigen; de effec
tenkantoren en banken werden, even als de
Rinkels, bestormd
't Was een herrie, een Janboel..,
En dan de praatjes!
Er werden er zóóveel rond gestrooid, dat
je er niet wijs uit kon worden.
Maar dat er oorlog zou komen, stond als .een
paal boven water. Hes vond dat 't net een
efiStëóC 3Kfifc jvaaryaa je niet erecie# jvist smj*
en wanneer 't zou losbarsten.
Als er zulke groote. zwarte wolken komen
aanrollen en 't daglicht er door verdwijnt! Als
ze de plek, waar je staat, zoo van alle kanten
dreigen in te sluiten... Als je 't voelt, nog vóór
dat de bui neerploft.
En, evenals er dan, tusschen de donderkop
pen in, soms een kleine opening is, waar de
zonnestralen doorheen vallen... scheen het wel
of er, tusschen de gevaren en moeilijkheden,
die er van alle kanten opzetten, een klein
bundeltje gelukslralen vlak boven 't Win
keltje werd uitgestort.
De oude juffrouw, die in haar leven meer
door de stortbuien geteisterd dan door zon
nestralen verkwikt was geworden, beseft 't
dankbaar, zelfs al heeft ze moeite er aan tc
gelooven.
Gijs van Poeleren is dien avond laat nog
geweest cn heeft verteld dat de Duitschers
Luxemburg zijn binnen getrokken, en toen is
Cor bijna flauw gevallen en heeft zij gepre
veld; „Dan komen ze ook hier; God zij ons
genadig."
Maar Gijs heeft haar gerustgesteld.
„Ik kan niet zeggen van wie ik t Heb en
dat doet er ook niet toe, maar ik heb uit
„vertrouwbare bron" vernomen, dat
de Keizer plechtig aan onze Koningin heeft
beloofd, dat Holland ongedeerd zou blijven,
't Schijnt, dat H. M. gewaarschuwd was en dat
wij er daarom zoo vroeg bij waren met de
mobilisatie..
„Dat is zeker de man van Cootje," valt Hes
in en ze doet 't verhaal van den „manop de
pier" zooals ze het van Cootje Wouters heeft
gehoord.
En hebt u nog iets van de mobilisatie ge
hoord?': informeert ze verder.
yNu, dw gaal rfjn gang,'4 yertelt £4js, „mor
gen kan niemand reizen, alle treinen worden
gerequireerd voor het vervoer der militairen."
„Dan komt er ook oorlog," fluistert Cor,
met heesche slem van aandoening.
„Wees toch stil", vermaant Hester, „in
plaats dat je flink bent. Ik moest je door
elkaar schudden, dat verdiende je... of heb
je soms honger? Wil je een boterham?"
Plotseling dringt hel tot allen door, dat door
al den toeloop en de drukte, het middageten
er bij ingeschoten is. En, wal het erge van 't
geval verhoogt, i$ dat het euvel niet zoo ge
makkelijk te herstellen zal zijn, omdat er let
terlijk niets in huis is.
„Wie kon Zaterdag nu aan eten denken of
aan iets te bestellen voor Zondag?" veront
schuldigt Cor zich.
Miel begint op eens onbedaarlijk te lachen
en, als haar van drie kanten, naar de reden
van die plotselinge vroolijkheid wordt ge
vraagd, zegt ze, half hikkend nog van 't
proesten: „Nou, da s ook; is 't dan niet reuze-
gek? U hebt... laten wij maar zeggen, wij
hebben gisteren en vandaag niets anders ge
daan dan anderen te helpen met voorraad
inslaan cn nu 't cr op aan komt. hebben we
zelf niets."
„Wc zouden een blikje kunnen open ma
ken?" begint Hes, maar Cor valt energiek in,
„nee, hoor, dat zou nu toch zoo schadelijk
zijn. Met oorlog voor de deur en hongersnood
en God weet wat nog meer... cn dan blikjes
openmaken en verschc nog wel...
En, als van Poeteren haar aankijkt, verwon
derd over de combinatie van versche blikjes,
zegt ze ter opheldering: „Ik meen pas inge-
komene, want weet u, als we eens een enkelen
keer een blikje of zoo uit den winkel nemen
voor ons zelf, dan is 't gewoonlijk een, dat te
oud is om te yerkoopen of wel..,
,Nu ja," valt Miel ongeduldig in dc rede,
het niet noodig vindende dc geheimen van hef
schrale huishoudentje te openbaren. .Dal
lïelpt ons vandaag niet. Ik heb ook honger
en jij zeker ook, Gijs?"
„En óf. Weet je wat, we moeten er op uit
gaan."
„Om iels te koop en?"
„Ja, of om ergens iels tc eten."
Het aanbod is verbazend aanlokkend. Het
lijk* Miel erg leuk om alleen met Gijs er op
uit te trekken en samen te soupcern; voor
middageten is 't al te laat.
Ze is dan ook op 't punt om de aanbeiding
even gul te aanvaarden, als die gedaan werd,
als ze cr, gelukkig bij tijds, aan denkt hoe sneu
dit voor dc arme oudjes zou zijn!
De goeierds, die 't zoo schdaal Hebben, cn
zich zelf 't beetje welvaart, dat in haar be
reik kon zijn, nog ontzeggen voor haar. 't Is
wel heel iets anders, alleen meet een... vriend
te gaan of met je tantes er bij, maar voor die
twee zou 't zoo aardig zijn.
Ze knikt Gijs vriendelijk toe en zegt: „Hè ja^
laten we er met ons viertjes op uit gaan."
Er is iets overtuigends in haar stem, dat im
druk op hem maakt en hem haar gedachten*
gang doet begrijpen. H antwoordt dan oolj
grif: „Uitstekend; dames, ik recommandeer
me. Over vijf minuten aantreden,"
(Wordt vervolgd^
A..