'buitenland
O UDERS
FÜIIS IE! )OI[|IIfliIl!l ZSJ'SÏ'S}
ASONIitmEKTSPRIlS Foort f 1,S0. Idem franco
„DE EEMLANDER"
FEUILLETON.
Astrid Ebrencron-Mülier.
Maandag 11 Februari 1918
dicr.itjinbiedingen 1 5 regel» 0.50, groote letter»
naar plaatsruimte. Voor handel en beJrljf beslaan
zeer voordcelific bepalingen tot hel herhaald adver»
teeren tn dit Blad, bij abonnement, bene circulair^
bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegcionden.
16e Jaargang, No-171
UlflUUriirUTPDDKP Per maanden voor Aroets»
per post t 10Ö. per week (met gratis venekering
tegen ongelukken) f 0.14, afzonderlijke nummert
f 0:03 Wekelijkscb bijvoegsel *Di Holl.zndsche
Hntmcaw* (onder redactie van Hit rise Hoven)
per 3 maanden 50 cent Wekelijkscb bijvoegsel
*Wcreldnvue* per J maanden 60 cent
HOOFDREDACTEUR: M.. D. J. VAN SCHAARDENBURG
UITGEVERS: VALKHOFF C,
BURcAU ARNHEMSCHE POORTWAL, hotk utrccht8ckestk.
INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513
San week tot week.
Ook ons land scheen deze weck z'n deel te
lullen krijgen van de Bolsjèwicksclic beroe
ring, "welke via Oostenrijk cn Duitschland zich
ftaar hier overplantte. Dc „algemceuc sta
king" was voor Maandag j.l. door de revolu
tionaire soc. aangekondigd cn hoewel slechts
weinigen aan dit anarchistisch avontuurtje
eenig succes voorspelden, kon men toch in de
^hoofdsteden, waar zoovele ongure elementen
onder de bevolking schuilen en allerlei duis
tere machten aan het werk zijn, allicht onge
regeldheden of uitspattingen verwachten.
Gelukkig is alles met 'n sisser afgcloopcn.
Hel werd *n zeer flauwe schaduw van dc sta
lking in Berlijn en Weenen. Er is wat geinee-
iingd, er is wat betoogd maar dc Hollandschc
aard heeft zich niet verloochend, de bevolking
heeft getoond te beseffen, dal men in deze al-
lermociclijkstc lijden dc koppen koel moei
houden wil de nood niet overgaan in hope-
looze verwarring.
Toch heeft het anarchisme thans bet hoofd
opgestoken en dat het dit weer spoedig in den
schoot zal leggen is niet te verwachten.
Dc Staatsbcgrooting, welke de Tweede Ka
mer iot voor enkele jaren den 31cn Dec. placht
af te handelen, gaat meer cn meer de eerste
maanden van het nieuwe jaar in beslag ne
men. Deze week is dc oorlogsbcgrooting aan
genomen. Slechts de sociaal-democraten stem
den om socialistische fatsoensredenen tegen.
Onschuldige manifestatie.
Onze eerste burgerminister van oorlog is
niet al te lastig gevallen. Maar hel gejubel
waarmee hij bij z'n optreden begroet werd,
is nu wel geheel verstomd. Men ziet nu dal
er niet zooveel verschil beslaat tusschcn 'n
burger minister en 'n militairen minister. Hoe
zou het ook anders kunnen? Schuilt niet zoo
wel onder de zwarte jas als onder dc uniform
en onder de werkmanskicl 'n doodgewoon
„menscb"?
Dc Tweede Kamer heeft verworpen 'n motie
waarin dc wensclielijkbeid uitgesproken werd
om over te gaan tol gedeeltelijke demobilisa
tie. De verantwoordelijkheid daarvoor durfde
de Kamer begrijpelijkerwijze niet aan. Maar
zij heelt wel 'n ander belangrijk besluit geno
men: zij heeft het ontwerp tol droogmaking
der Zuiderzee eindelijk op de agenda ge
bracht. Het hangt thans van de zelf beperking
der ♦praters in de Kamer af of bet in dit zit
tingsjaar ook tot behandeling zal komen. Ge
schiedt dit, dan zal deze rcgcering 'n nieuwe
daad van historische hctcckentè verrichten
kunnen.
Thans resten nog de Landbouwbegroting
en de Indische begrooting.
De S. D. A. P. beeft 'n verkiezingscongres
gehouden. En het belangrijkste is wel dat men
bel standpunt der partij ten opzichte vnn het
al of niet aanvaarden Van ministerportefeuil
les vastgelegd heeft. Het weigeren dier porte
feuille^ in 1013 heeft de partij veel kwaad ge
daan, maar achteraf mag zij er toch dankbaar
voor zijn; zij draagt nu immers niet de ge
ringste verantwoordelijkheid voor het be
wind in deze zware tiiden en kan er dus lustig
op los critiseeren, wat haar bij dc a.s. stem
bus wel ettelijke duizenden stemmen voordeel
brengen zal.
De partij heeft zich thans inimstrabel ver
klaard. Wel was er eenig verzet van dog
matici en supcrtnctici die elk mede regecren
ontrieden zoolang de partij niet over dc meer
derheid beschikt, maar ten slotte verklaarde
de overgroote meerderheid zich vóór het aan
nemen van portefeuilles in 'n burgerlijk kabi
net, mits op vast program en onder goedkeu
ring van het congres.
Alweer 'n stapje verder opgeschoven dus.
/n Handige verkiezingstruc. meende dc hoef
ijzercorrespondent van het Hdbl om de stem
men te winnen van hen die in 1918-dc S. D.
A. P. onvruchtbare beginselruilerij verweten.
Dat is echter dc vraag nog; want aan den
anderen kant zullen de S. D. P.'ers wel munt
weten te slaan uit deze begeerlijkheid op
ministerportefeuilles, zelfs in 'l burgerlijk
kabinet.
Eerder zien wij in het jongste besluit de
natuurlijke evolutie der S. D. A. P.
Engeland ïs zoo vriendelijk onze handels-
telegrammen weer door te laten. Waarschijn
lijk onder den indruk van de correct-neutrale
houding onzer regeering in dc zand- en grint-
quaeslic. Dc Kederlndsche rcgcering is steeds
op haar standpunt blijven staan, dal dc, in dc
wintermaanden trouwens gestaakte, doorvoer
van zand cn grint uit Duitsckland naar België
niet te verhinderen is zoo beide voor burger
lijke doeleinden gebruikt worden. Daar Enge
land dit betwijfelt, heeft onze regeering voor
verderen doorvoer de voorwaarde gesteld
van grondige controle ook in de bezette gebie
den. Dit betreft dus de feitelijke vraag. Over
dc rechtsvraag verplichting of verbod van
doorvoer, heizij voor alle betzij voor uilslui
tend burgerlijke doeleinden heeft dc regec-
ring arbitrage voorgesteld.
M
Van den oorlog deze week weinig nieuws.
De Oorlogsraad der geallieerden vond voor
toegeven aan den vredesdrang nog geen aan
leiding doch besloot den oorlog met alle
kracht voort'te zetten Tot het biltere einde!
Op het Westelijk en Italiaanschc front bleef
het vrij rustig. De Amerikaanschc troepen na
men van dc Franschen een deel van hel front
'over. En inmiddels gaan dc transporten der
Amcrikaasche troepen vrij ongestoord voort.
Thans is er één transportschip getorpedeerd
maar van dc 2-100 opvarenden werden er 2100
gered. In Amerika wordt dit in den grond
boren duchtig uitgebuit om dc oorlogsstem
ming nog wat aan te wakkeren.
Met de Buitsch-Russische Vredesonderhan
delingen vlotte bet nog steeds niet. Met dc
Oekrainscho Volksrepubliek, het rijkste ge
deelte van voormalig Rusland, hebben dc Cen-
tralen thans vrede gesloten. De eerste vrede-
sinds het fatale jaar 1911 En de vrede met
Roemenië zal wel spoedig volgen. Dal kan
ook wel niet anders. Dit laatste rijk is thans
ook met z'n voormaligcn bondgenoot Rusland
in oorlog en zou dus van beide zijden in het
nauw komen.
'n Oogcnblik scheen hel ook in (lc Oekraïne
spaak te loopen; maar dc poging van de Bols-
jewiki om de macht in banden te krijgen is
mislukt en de Rnda zit thans steviger dan ooit.
Ilct begint cr trouwens voor de Bolsjewiki
bedenkelijk uil lc zien. Zij hebben de zelfstan
digheid van Polen erkend doch de Poolsche
rcgcering erkenden zij niet en duldden zij niet
bij dc vredesonderhandelingen. De Polen heb
ben daarop geantwoord door hun regimenten
tegen de Russen te doen optrekken. En aan
vankelijk mot zooveel succes, dat zij den Rus-
sischen opperbevelhebber vaandrig Krylcnko
gevangen namen.
Tegelijkertijd blijft de strijd in Finland
voortwoeden met twijfelachtig resultaat voor
de Bolsjewiki. In geheel Noord Finland zijn
dc Finsche witte garden meester en dc ras-
verwanlc Zweden popelen om hen legen de
roodc garde te hulp te komen.
Van alle kanten naakt het gevaar voor de
Bolsjewiki. Uit het Kozakkengebied trekt thans
ook generaal Alexcjef met 30.000 man tegen
hen op. En zelfs daar waar dc terroristen het
heft in handen hebben rommelt het. Dc con
fiscatie der kerkelijke goederen heeft de gc-
loovigen tegen hen in het harnas gejaagd. En
inmiddels begint het er met de levensmidde-
lcnvoorziening steeds droever uit te zien.
Dc mijnen in hel Donctzgcbied zijn lot
staatseigendom verklaard. De Bolsjewiki heb
ben het kapitalisme met wortel en tak willen
uilroeien, maar boe diebier zij de wortel na
derden, hoe grooler de ontreddering.
In Engeland 'n mooi succes voor de Vrou
wenbeweging. Het vrouwenkiesrecht is er
thans 'n feit geworden, G millioen vrouwen
zullen bet kiesrecht kunnen uitoefenen.
Politiek Overzicht
De oorlogswil van de
Fntente.
II.
Het is eene oude ondervinding, maar die
zich steeds herhaalt, dat de geschiedenis
nooit in eene rechte lijn en met geregelden
stap vooruit gaat. Het gaat altijd met horten
en stooten; op een stap vooruit volgt een
sap achterwaarts. Ooi nu weer ondervinden
wij, dat de weg naar den vrede met lal van
hindernissen bezet is. Men ziet dat in den
tragen loop van dc onderhandelingen in
Brest-Litowsk met de gevolmachtigden van
de Sovjet-regeering te Petersburg. Een an
der voorbeeld daarvan levert de uitkomst
van de derde zitting van de opperste oorlogs
raad der geallieerden.
Er klonk in de rede van Lloyd George en
de boodschap van Wilson van 5 en 6 Januari
een toon van vredésgeneigdheid, wel nog
slechts zwak, maar voor den goeden ver
staander toch duidelijk hoorbaar. Dezelfde
toon was ook merkbaar in de rede, die Lloyd
George tijdens -de behandeling van het
„Ma npower"-on twerp in het lagerhuis ge
houden heeft tót de gedelegeerden van de
georganiseerde arbeiders. Dien toon hoort
men niet meer in de mededeeling van Havas
over den oorlogsraad. Daar klinkt weer de
oude oorlogstoon in de ons uit 3 Vi jaren
oorlogsgeschiedenis zoo goed bekende fraze,
dat „de eenige voor de hand liggende taak
van de geallieerden' hierin bestaat, met de
uiterste krachtsinspanning in eene vast aan
eengesloten en daadwerkelijke samenwer
king de militaire operatiën voort te zetten."
Hoe komt het, dat de snaar, welker trilling
een zachten toon vfr vredesgeneigdbeid te
hooren gaf, is gebroken? De mededeeling
van Havas, die zich van alle bijzonderheden
onthoudt, verschaft ons daarover geen licht.
Men moet trachien door redeneering er
eene verklaring voor te vinden. Misschien
helpen ons daarvoor op den weg de berich
ten uit Parijs over de echo, die de meenings-
uitingen van Lloyd George en Wilson op 5
en 6-Januari in Frankrijk en in Italië heb
ben gevonden. Die echo was niet opbeurend.
Men heeft zich in Italië ernstig bezorgd
gemaakt over de toeneming van de ver-
zoenlijke stemming onder de bondgenooten
tegenover Oostenriik-Hongarije. In Frankrijk
zijn stemmen opgegaan die vonden, dat
Lloyd George niet geheel zuiver meer op de
graal was .wat de desnnnexatie van Elzas-
Lotharingen belreft.
Die klachten zijn in de laatste dagen niet
meer gehoord. Uit Parijs werden aan de
Secoio bericht, dat volgens de verzekering
van minister-president Orlando alles goed
ging. Het Italiaansche oorlogsdoel was on
gewijzigd erkend; de oorlog gold thans de
verdediging van het nationaliteitenbeginsel
tegen Oostenrijk-Hrngarije. De Parijsche
pers kwam dit bevestigen met de mededee
ling, dat in de diplomatieke kringen ver
luidde, dat Orlando op de conferentie had
doorgezet, dat Trente en Triest verklaard
werden als met Elzas-Lothoringen op ééne
lijrt staande oorlogsdoeleinden.
Zulk eene uitdrukkelijke verklaring komt
in de mededeeling van Havas niet voor. Er
wordt slechts in het algemeen gesproken
van „de zeer gematigde voorwaarden, die
door alle regeeringen van de geallieerden
zijn opgesteld." Men heeft het ditmaal
voorzichtiger geoordeeld die voorwaarden
niet nog eens weer op ie noemen, en daar
voor heeft men zeker goede redenen gehad.
Misschien zou, als men aan het preciseeren
was gegaan, aan den dag zijn gekomen, dat
tegenover de veranderde omstandigheden
op de oorlogstooneelen het oorspronkelijke
oorlogsdoel onmogelijk op alle punten meer
was te handhaven, en dan zou zijn gebleken,
dat cle volledige overeenstemming waarvan
wordt getuigd, in werkelijkheid niet aanwe
zig is.
De Entente staat voor het moeilijke di
lemma, dat aan haar willen haar kun
nen niet evenredig is. Zi j wil den oorlog ten
einde brengen óp de wijze, zooals zij zich
dat van den aanvang af heeft voorgesteld en
op de voorwaarden, die de toenmalige Brit-
sche eerste minister Asquith den Oen No
vember 1QI4 in zijne bekende „Guildhall
terms" heeft geformuleerd. Daaraan blijft zij
vasthouden, ofs.choon de ondervinding in de
3Jv oorlogsjaren, die zij achter don rug
heeft, haar tot het inzicht had kunnen bren
gen, dat dit oogmerk niet is te bereiken.
Maar voor den werkelijken toestond sluiten
de leiders Van de Entente de oogen. Wan
neer bij sommigen van hen een zwakke nei
ging opkomt om de waarheid .onder de
oogen te zien, don zijn de anderen dadelijk
in de weer om de broeders,«die afvallig drei
gen tc worden, daarvan terug te brengen.
En zij slagen daarin te* gemakkelijker, om
dat die afvalligen in den grond van hun
hart 'niets liever, willen dan zich te laten
overtuigen van hun ongelijk.
Een sterk sprekend bewijs daarvan levert
de wijze waarop de stakingen, die in Oos-
tenrijk-Hongarije en in Duitschland zijn
voorgekomen, in dc Entente-landen zijn op
gevat. De Manchester Guardian, onder de
Engelsche persorganen een van die welke
het best hun eigen oordeel hebben bewaard,
heeft daarvan gezegd: „De stakingen in
Duitschland zijn, evenals die in Oostenrijk,
politieke stakingen en een antwoord op den
oproep van de Bolshewiki. Dit is de eerste
kreet van de Duitsche volksmassa's naar een
democralischen vrede en dc bedwinging van
het militarisme. Men moet meer dan 50
jaren in de Duitsche geschiedenis teruggaan
om iets dergelijks aan te treffen. De betee-
kenis van deze gebeurtenissen kan niet mis
kend worden." Wonneer de Manchester
Guardian zoo schrijft, dan kan men licht be
vroeden hoe de oorlogspers schettert.
Hetzelfde ondervindt men ook met de re
volutionaire propaganda, die de bolshewiki
willen voeren in het buitenland. Zelf moet
men in de Ententelanden daarvan niets heb
ben; in Parijs worden de bolshewistische
zendelingen, die de maximalistische ideeën
in Frankrijk trachten te verspreiden, achter
slot en grendel gezet. Maar voor wat zij in
die richting willem doen in het Duitsche rijk
en in Oostenrijk<Hongarije, genieten zij de
volle sympathie van de Entente. Men is ge
neigd zich daarvan gouden bergen voor te
stellen. Dat moet natuurlijk op teleurstelling
uitloopen, maar het teekent de gemoeds
stemming, waaruit de terugslag is te verkla
ren in de geneigdheid tot den vrede, waar
van de eerste verschijnselen zich begonnen
te vertoonen.
De oorlog,
Berlijn, 10 Febr. (W. B.) Daar het
Ukraimsthe volk zich in den loop van den
tegenwoordigen wereldoorlog onafhankelijk
heeft verklaard en den wensch te kennen
'heeft gegeven, tusschen de Ukrainische
volksrepubliek en de met Rusland in oorlog
zijnde mogendheden den vredestoestand te
herstellen, hebben de regeeringen van
Duitschland, Oostenriik-Hongarije, Bulgarije
en Turkije besloten, met de regeering der
Ukrainische volksrepubliek een vredesver
drag aan te gaan.
Zij willen daarmede den eersten stap doen
op den weg naar een duurzamen en voor
alle partijen eervollen wereldvrede, die niet
alleen een einde zal maken aan de verschrik
kingen van den oorlog, maar ook moet leiden
tot herstel van de vriendschappelijke betrek
kingen tusschen de volkeren op politiek,
justitieel, economisch en geestelijk gebied.
Tot dit doel zijn de gevolmachtigden der
bovengenoemde regeeringen (volgen de na
men van deze gevolmachtigden) te Brest-Li
towsk bijeengekomen ten einde de vredes
onderhandelingen aan te knoopen, en heb
ben, na overlegging van hunne in goeden en
Noem u niet arm, omdat uw illusies niet
verwezenlijkt zijn waarlijk arm is slechts hij,
die nooit illusies gehad heeft.
Uit liet Dcenscü door
Betsy Bakke r—N o r t
29
Mevrouw Norup hield de vingers in de
«oren. maar zag er zeer vergenoegd uit, als
een kind, dat vermaakt wordt met blikken
Biuziekinstrumentjes.
„Nu wil ik dan toch ook wat te eten heb
ben." zei Juiie.
..En ik wil een kop thee hebbent" Ingeborg
atond op.
„Ja dan wil ik ook
„En ik
„En ik o, juffrouw Mortensen, maagd in
<vo gelengewaad, vlieg en haal thee maar lco-
feend heet, hoort u, en dan wat dikke room
in de kan en juffrouw Mortensenf Mor-
iensenï twee boterhammen met de nieuwe
.leverpastei
Ze trokken haar bij den arm en fluisterden,
«Ij keek zuur en gaf geen antwoord.
•1 't zetten achter het gordijn op de
toilettafel ia de groote logeerkamer;
„Tra la, la la la, la la la, hoe lieflijk
ziet ze er uit."
Maar Malhikle zat daar onopgemerkt in al
hel leven, cn beschouwde den nieuw aangeko
mene En terwijl ze daar zoo zat, viel het haar
plotseling in, dat zooals hij er uitzag, hel eigen
lijk was, zooals ze gedroomd had, dat ze er
uit zouden zien, de mannelijke vacantiegasten,
waarover ze telkens zoo teleurgesteld was in
Kongslevgaard.
Ze wist werkelijk niet hoe hij er uitzag,
toen ze dien avond thuis kwam. maar één
ding had ze gezien dat hij jong was. O, zoo
echt jong niet alleen flauw en lawaaierig
zooals de anderen nee, jong tot aan zijn
haarwortels, en zoo dat men kon zien, dat hij
voelde dat hij recht had zoo tc zijn. Recht
zoowel oin vroolijk als om vrij te zijn, alleen
omdat hij jong was.
En wat konden die beiden het best samen
vinden, al van den eersten avond af een
paar dagen later wandelden ze in de
laan van den tuin* terwijl alle anderen naar
het cricketvcld geloopen waren. Het sprak
zoo van zelf, dat ze tegenover hem altijd in
alles wat ze zei, heelemaal zich zelf was, zoo
als zc niet eens tegenover haar ouders durf
de zijn.
Maar hij gaf zich immers ook geheel? Hij
was zeker zoo, als m^nschen met een plompe
uitdrukking zelden „hij maakt geen moord
kuil van zijn- hart."
Hij sprak met zooveel geestdrift van zijn
werk. Over alles wat hij wilde, als hij eerst
dat ellendige examen gedaan had. Van kana
len en wegen rondom de aarde, over riolen
onder den grond, over berg-doorbraak hoog
in de lucht.
Hij toonde haar onbegrijpelijke (eekema
gen uit zijn koffer, die er uiUagen als een
warnet van strepen, als pyramiden of stijve
'geraamten, met cirkeltjes cr tusschen. Maar
het waren bronnen, bassins, knnaallcidingen
en wegen.
En ze spande baar hersenen in om bem
te kunnen volgen. Want te kon immers zien,
dat het hem in 't geheel uicl inviel, dal het
haar mogelijk niet kon interesseeren, als hij
er toch zoo veel belang in stelde.
Mathilde dacht dal hij zeker ouders Ihuis
had, die van af dat hij een kleinen jongen
was met hem mee geleefd hadden en ge
vraagd wat zijn spelletjes beteekenden, en
wat hij dacht als hij in de schemering voor
het raam zat te peinzen Dan werd men zeker
zoo. Zoo overtuigd^ dat elk graag wilde weten
wat men dacht.
Maar hij had tocli ook >tecds tijd om over
haar aangelegenheden ie spreken.
En wat kon hij haar verlokken alles tc zeg
gen, wat ze gezworen zou hebben nooit aan
iemand ter wereld te vertenen.
En zelfs al vermaakte hij cr zich dikwijls
over wat ze vertelde, men kon toch zien, dal
hij er van hield. Want hij keek haar zoo ver
rast blij aan. knikte en peinsde, en lachte zoo
stilletjes, dal het bijna een glimlach leek.
En dan begreep hij zoo veel, ook zonder dat
zij er een woord over gesproken had.
Reeds den tweeden avond dat zc samen wa
ren, zei hij tegen haar, toen ze bedankt had
den volgenden dag te komen dansen, omdat
ze er niet om gaf:
„Dat is niet waar. juffrouw Mühhveiden
ik bedoel, dal u cr niet om geeft. Tk weet niet
waarom u niet wilt komen. Maar ik zal het
wel te weten komen!'
Mathilde was verschrikt. Zou hij het uit-
vorschen diee, dal mocht niet gebeuren!
Nooit mócht' bij welen, dat het haar ouders
waren, die haar nog vasthielden bij den tip
van haar japon, evenals op het oude portret
van haar, waar zc als klein kind voor den
eersten keer alleen zou zitten op den stoel
van den fotograaf.
Daarom was zc er den volgenden avond een
paar uur heen gegaan.
„Ik kan wel komen, als het m o c t zijn," zei
ze. „Er is werkelijk ntels waarvoor u moeite
moet doen, om het gewaar te worden. 'I Is
maar dat ik cr zoo weinig om geef om te dan
sen, en het ook niet goed doen kan om mijn
hart."
En niettegenstaande dat haar bloed zong fn
liaar lichaam naar meer, had ze slechts een
paar maal met hem rondgewalst, en was toen
onbemerkt en mismoedig naar huis gedaan.
„Wat is het toch aardig, dat we elkaar da
delijk hebben gevonden!" zei hij op een avond,
toen ze samen naar Voldstrup liepen.
„Vindt u ook niet, <lal we elkaar ontzettend
veel hebben te vertellen?"
„Elkaar gevonden elkaar"- o, het lach
te in haar.
„Ja, ja," zei ze, en werd rood van vreugde.
Ilct verbaasde haar, dat nooit iemand op
Kongslevgaard cr zinspelingen opmaakte, dat
zij beiden het liefst alleen liepen. Ze liep in
een voortdurenden angst dat ze liet zouden
doen. Ze wist geen raad wal ze zou antwoor
den, als iemand er haar naar zou vragen. Ze
kon toch niet, zc had toch geen recht om te
zeggen wat hij dien avond gezegd had, dat
ze „elkaar gevonden" hadden, en zoo veel te
vertellen hadden? Hij had haar toch geen
recht gegeven dat aan anderen te zeggen? En
haai' ouders o haar angst, dat zij zouden
vragen. Ze liadden hen immers samen gezien,
verscheiden Iceeren? Als hij haar soms heele-
ïnaai door de schuur, «ver de brug, en tot
i
behoorlijken vorm bevonden volmachten,
éénstemmigheid verkregen betreffende do
volgende b- vlli en:
Artikel 1. Duitschland, Oostenrijk-Hon-
gtirije, Bulgarije en Turkije aan de eene zijd®
en de U' inische volksrepubliek aan de an
dere zijde, iklaren, dat de oorlogstoestand
tusschen hen beëindigd is. De conlractee-
rende partijen zijn besloten voortaan met
elkaar in vrede en vriendschap te leven.
Artikel 2. lo. Tusschen Oostenrjjk-Hon-
garije non cle eene zijde en de Ukrainische
volksrepubliek aan de andere zijde, zullen,
voor zoover deze beide mogendheden nan
elkander grenzen, die grenzen bestaan,
welke vóór het uitbreken van den tegen
woordigen oorlog tusschen de Oostenrijk-
Hongaersche monarchie en Rusland hebben V
bestaan.
2o. Verder naar jjet Noorden zal de grens
der Ukroinische volksrepubliek van Tserno-
grad beginnen en over het algemeen vol
gens de lijn Bilgeray—Struczebrzszyn—
Krasnostam Pugaszow Radin Meshiret-
sehie Sarnaki Melnik Wyseke Li-
•towsk-Xamenietz Litowsk-Pruschany
Wydowskiiese verloopen. In bijzonderheden
zal deze grens volgens den aardrijkskundigen
toestand en met inachtneming van de wen-
schen der bevolking door een gemengde
commissie worden vastgesteld.
3o. Voor het geval, dat de Ukrainische
volksrepubliek nog met een andere der sta
ten van den Vierbond gemeenschappelijke
grenzen mocht hebben, worden hieromtrent
bijzondere overeenkomsten voorbehouden.
Artikel 3. De ontruiming van het bezette
gebied zal onmiddellijk na de bekrachtiging
van het onderhavige vredesverdrag, een
aanvang nemen. De wijze waarop deze ont
ruiming znl plaats hebben en de overgave
van het ontruimde gebied, zal worden be
paald door gevolmachtigden van de belang
hebbende partijen.
Artikel 4. De diplomatieke en consulaire
betrekkingen tusschen de contracteren de
partijen zullen onmiddellijk na de ondertee-
kening van het vredesverdrag hervat worden.
Bijzondere overeenkomsten blijven voor
behouden, ten einde het optreden der con
suls der beide partijen zooveel mogelijk to
vergemakkelijken
Artikel 5. De contracteerende partijen
doen wederzijds afstand van de vergoeding
harer oorlogskosten, d. w. z. van de staots-
uitgaven voor de oorlogvoering, alsmede van
de vergoeding van de oorlogsschade, d. w. z.
van die schade, die voor hen en hunne on
derdanen in het oorlogsgebied door mili
taire maatregelen met inbegrip van alle In
het vijandelijke gebied gedane rekwisitie?
ontstaan zijn.
Artikel 6. De wederzij dsche krijgsgevan
genen zullen naar hun vaderland terugge
zonden worden, voor zoover zij niet, mei
toestemming van den staat, waar zij zicü
thans bevinden, in het gebied van dien
staat wenschen te blijven, of zich naar een
anderland wenschen te begeven.
De regeling der hiermede verband hou
dende kwestie geschiedt door in artikel 8
voorziene afzonderlijke verdragen.
Artikel 7. Over de economische betrek
kingen tusschen de bij het verdrag betrok
ken partijen wordt het volgende overeen
gekomen:
De contracteerende partijen nemen do
verplichting op zich onmiddellijk economi
sche betrekkingen aan te knoopen en den
goederenruil op grond van zekere bepaling
gen te organiseeren.
Artikel 8 bepaalt, dat tussohen Duitschi*
land en de Ukrainische republiek een aun-
vullingsverdrag zal worden gesloten. Dit
verdrag wordt eveneens heden ondertee
kend. Het bevat bepalingen betreffende da
volgende onderwerpen: herstelling der conaj
aan dc poort naar huis had gebracht.
Stel jc voor, tot aan hun deur. En rcc'df i
ver op het erf kon zc dc hoofden van liaaT
ouders zien, elk achter een ruit, naar haar
spiedend.
O. haar angst voor eiken dap, ab hij liaar
bracht onder hun onderzoekenden blik.
O, ze kon toch niet tegen hem zeggen
„zoo, nu^iiet verder o, nu niet verderl"
„Wie was het die je thuis gebracht heeft7^
vroegen ze den eersten avond.
„O," had ze geantwoord, zoo onverschillig
mogelijk, „dat was een ingenieur, Kampmaiuf
heet hij, geloof ik, hij logeert op Kongslcf I
gaard." IJ
Later hadden ze haar «Let meer gcvraagd«j
Maar ze liep in een eeuwigen angst. Als zój
's avonds in de kamer zat, en moeder plolso-
ling een heel gewone vraag deed dan vloog
ze op van haar stoel, greep haar handwerk,
gereed, om te vluchten, hard weg te loopcill
van alles.
Als hij in de nabijheid van haar liuis kwam.
dan had hij het altijd zoo druk haar iets tó
vertellen op het laatste oogcnblik, dat zc niet
kon afbreken Altijd begon hij iels precies iot
de poort, onder hel spieden van de vier.
oogen achter het gordijn. Liep ze verder, dart
ging hij mee. Ja, ze was cr zeker van, dat
hij zoo met haar de kaïticr binnen gewnndekt
zou zijn, als zij buiten niet atU was blijven!
staan.
m
(Wordt vervolgd.)