ABOHHEMENISPRUS Z A^To „DE EEMLANDER" "BUITENLAND BINNENLAND Op den Toren- 16e Jaargang, No. 22! per post f LOO, per week (met grrtij tenekcrlng tegen ongelukken) f 0.1k ibonderlijke nummer* f ODJ. Wekelljkseh bijvoegsel *D* HoUindscht Huisvrouw* (onder redactie van Thérfcse Hoven) per 5 maanden 50 cent Wekelljkacb bijvoegsel •Watldrcvut* per 3 maanden 50 cent AMERSFDORTSCH DAGBLA Vrijdag 12 April 1918 HOOFDREDACTEUR: M.. D. J. VAN SCHAARDENBURG UITGEVERSi VALKHOFF 4 C. BUREAU: ARNHEMSCHEPOORTWAL.KoeeuTeecHiecKi.ia. INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 613 dienstaanbiedingen 1—5 regels f 0.50. groote letter* naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeclige bepalingen tot het herhaald advet» teeren In dit Blad, bij abonnement Ecne circulaire» bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. n. Er is op don Toren nog meer te zien 8an vernieuwingswerk. Wist men, dat daar waren te genieten proefstukken uit den gildentijd? Meester stukken in eigenlijken zin, dissertaties van het handwerk, werkstukken, waarop de ge zel promoveerde tot meester in het vak? Als aan de ambachtsschool een afdeeling metselen bestond, moest het diploma op geen andere plaats worden uitgereikt dan op den z.g. Houtzolder van den Lievevrou wetoren, een vloer in het eerste torendeel. Daar bevinden zich tegen een der muren twee raamomlijstingen gemetseld't een is rechtopgaand met ronden kop, 't andere vormt een ovaal met scheef-wegloopende binnenbemetseling. Dat is eerst werk Wij als leek voelden reeds, dat we stonden voor iets buitenge woons; onze begeleider, de heer Willems, iie vakman, stond er voor in volle bewonde ring, lovend de zuiverheid van aaneenvoe gen, de nauwkeurigheid van steenbehak- ken in de bogen. Want de grootere buiten bocht was niet aangevuld met meer specie. Neen, de kalklaag was in buiten- en bin- nenk-omming gelijk van dikte, de steen zelf was versmald, behakt, om de gewenschte ronding te krijgen. Zijn deze gildestukken voor velen onbe kend, wat we nu gaan vertellen, daarvan .wist niemand af bij het huidige geslacht. We hebben een ontdekking gedaan, waar van do heer Rootselaar zich in zijn graf zal omkeeren. Men weet, dat Amersfoort tot aan 1579 is geweest een pelgrimsoord, een Kevelaar in het Sticht. Heeft in Keveraar een, op ingeving van Boven, gevonden Maria-prentje oorsprong gegeven tot het toestroomen van pelgrims, in Amersfoort was dit het geval met een klein houten Mariabeeldje, gevonden onder het ijs der stadsgracht aan de Kamppoort. Sprekend over deze geschiedenis van 1444 en volgende jaren zeg't Rootselaar in zijn historie van Amersfoort „Dit is zeker en kan door niemand -geloochend worden I. Er is een Mariabeeldje gevonden II. Tot dat beeldje stroomde, ter ver eering van de Moeder van den Heer Jezus, een ontzettende massa menschen henen DL De offergaven vloeiden zoo rijke lijk, dat uit de opbrengsten de prach tige toren, een der schoonste van Ne derland, gebouwd werd. „In het archief der kerk van O. L. V. Hemelvaart te Amersfoort berust een merkwaardig manuscript, dat uitsluitend aan deze gebeurtenis gewijd is. Er staan daarin namelijk van 1444 St. Stephanusdag (26 Dec.) tot Pinksteren 1448 tweehonderd een en twintig voor vallen opgeteekend, die in dien tijd meer bijzonder de aandacht trokken. Binnen dat zoo korte tijdsverloop van drie en een half jaar waren er uit meer dan honderd verschillende plaatsen, ste- -den en dorpen, personen gekomen, die meenden dat zij bijzondere redenen hadden, om aan God openlijk hun dank voor verkregen gunsten te betuigen en Jezus' Moeder te vereeren. Niet'alleen uit Nederland, maar uit Duitschland, Frankrijk, zelfs uit Engeland kwamen er pelgrims, om te Amersfoort voor het beeldje van Maria hun gebeden te ver richten." Zoover Rootselaar. Amersfoort bleef openlijk bedevaartplaats tot 1579, het jaar van overgang. Maar mo gelijk is, dat zelfs op heden nog andere spo ren over zijn van de Amersfoortsche pel grimage dan de toren en straatnamen, 't Kan zijn dat ook thans nog worden geloo- pen de „Lievevrouwewegen". Een zestig jaar geleden was dit nog in zwang bij ka tholieken hier ter stede, als zware ziekte drong tot voorspraak-inroepen van Maria bij haar Goddelijken Zoon, onder het hooge motief van geloovigen van alle religies en van alle streken der aardeBij God is alles mogelijk. Dan trok men bij avond of vroegen mor gen biddend driemaal het Lievevrouwekerk hof rond. Vervolgens ging het door Lange- straat naar de Oude Vischmarkt, Achter de H. Geest, Valkestraat, Muurhuizen, Heere straat tot aan de wallen (Plantsoen). Hier langs verder tot den tegenwoordigen door gang tusschen de militaire stallen naar het St. Janskerkhof, door Kreupelstraat en Olie- steeg naar de Pothstraat. Hoe daarna de rondgang zich voortzette om te eindigen weder op het Lievevrouwe kerkhof, kon zich de negentigjarige vrouw niet meer te binnen brengen, die boven staand voor ons uit haar herinnering op diepte. Een ander oudje sprak ons van het loo- pen der singels. Wie Amersfoort's geschie denis kent, ziet dat deze ommegang leidde langs de kerken, kloosters en kapellen van vroeger tijd. Klaarblijkelijk is dit loopen der Lievevrou wevaart of -processie op Zondag vóór Pink steren, al is er afwijking in de geloopen we gen. Vermoedelijk koos men in den Protes- tantentijd meer stille straten. Die ommegang van 1444 tot 1579 was de groote dag des jaars. Zaterdag ging het vrij geleide In, dat gold tot Pinksteravond. Ook buiten de stadsvredekruizen gebannenen hadden vrijlof,^slechts waren de vijanden van den landsheer, den Bisschop, en van de stad uitgesloten. Een teekenend staal van de onrust dier tijden was wel, dat de burgers op vóóravond en dag van ommegang verplicht waren op straat harnas te dragen. Ook in harnas en geweer namen de gildebroeders deel aan de processie. We vinden vermeld het schut ters- of St. Jorisgild, de Boulieden, Sunte Nicolaes, Sunte Loey, de Schoenmakers, Sunte Joest, de Snijders, de Bijlhouwers, de Cramers, de Wollewevers, de Dreyers, de Lynnewevers, de Brouwers. In 1573 echter, een jaar van groote span ning, kregen de gilden van de stadsregee- ring de lastgeving, aan de processie deel te nemen zonder geweer of harnas. Na 1579 was, zooals voor de hand ligt, de plechtige ommegang verdwenen. Als surrogaat werd later ingevoerd een optocht der schutterijen eveneens met vrijgeleide. De katholieken echter bleven getrouw aan deze devotie en men trok als biddende groep de oude wegen langs. Om te voldoen aan het verzoek van den Kerkeraad om dit te keeren, liet de Magis traat den doorgang onder den spitsboog, die kerk en toren op het Lievevrouwekerk hof verbond, aan beide zijden met hekken afsluiten. Déze werden een jaar later weer verwijderd. We vestigen de aandacht op dit afsluiten. Men meende met die afsluiting de geheele devotie te dooden. Daar onder die spits boog was dus wel het hart van alles. Het loopen der Lievevrouwewegen van 60 jaar geleden was een laatste blijk van den stillen ommegang in den tijd der Repu bliek. En nu onze ontdekking. (Slot volgt). H. Politiek Overzicht De kans op vrede. IV. Wanneer men nog niet overtuigd mocht zijn, dat hèt van de Duitsche regeering een onvergeeflijke misslag is geweest, een mis slag waarop het bekende Fransche gezegde van toepassing is: „plus qu 'un crime une faute", dat zij niet hare uiterste krachten heeft ingespannen 'om de uitbreiding van het getal horer vijanden te verhoeden, dan is de toestand zooals hij zich nu aan ons vertoont, in staat ons tot dat inzicht te be- keeren. De toestand aan het strijdfront is thans hachelijk voor de geallieerden. Dat erkennen zij zelf. Lloyd George heeft in het lagerhuis met zoo vele woorden verklaard, dat de vijand het front tusschen twee van de Britsclte legers heeft doorgebroken, en al is 't gelukt de voeling tusschen de verschillende deelen van het front te behouden, hij moest toch ernstig waarschuwen, dat de ernst van der. toestand niet moest worden onderschat. De vijand heeft waardevol terrein gewonnen; hij heeft een van de groote Engelsche legers tot den terugtocht gedwongen en bedreigt Amiëns, waar hij veel te dicht bij is geko men, wat het gerief en de veiligheid van de geallieerden betreft. Wat in de laatste dagen aan het slagfront gebeurt, kan slechts dienen, om den toestand nog benauwender te maken. De aanval in het midden van het front direct op Amiëns rust voor 't oogenblik; aan beide zijden van de Somme heeft men in hoofdzaak slechts artilleriestrijd. Maar aan de beide vleugels is de strijd des te levendiger. In het noorden is een aanval tegen Atrecht in volle ontwik keling; in het zuiden is de Oise door de Duitschers overschreden en zijn de Fran- schen op verschillende punten reeds over het Oise-Aisnekanaal gedrongen. Wanneer daar het offensief wordt doorgezet, dan wordt de bedreiging van Parijs een tastbare werkelijkheid; de afstand van de hoofdstad is daar de helft kleiner dan van Amiëns ge rekend. Indien ooit, dan zou thans de gelegenheid gunstig zijn om eene poging tot bemiddeling te beproeven. Maar helaas, "de bemiddelaar ontbreekt. Wie zou in staat zijn zijne stem 'te verheffen met de kans, dat naar zijn waar schuwend woord zou worden geluisterd? An ders zou het zijn, wanneer op Amerika's steun ten behoeve van den vrede kon wor den gerekend. Dan zou men mogen hopen, dat eene vermaning om den strijd te staken^ in het stadium waarin de oorlog nu*gekomen is, effect zou hebben. Maar Amerika is,-nu een jaar^geleden, door de roekelooze aan wending van het duikbootwapen, waartoe Duitschland met verbreking van de aan Amerika gegeven belofte is overgegaan, be wogen zijne onzijdigheid te verlaten. Het heeft een groot deel van het westelijk we reldhalfrond mede tot den strijd tegen Duitschland overgehaald, zoodat nu inder daad de „wereld van vijanden", die tegen Duitschland in het harnas staat, tot eene werkelijkheid is geworden. Wilson heeft in het eerste oorlogsjaar, dat hij heeft meegemaakt, zich ontwikkeld tot een roeper in den strijd, wiens weerga moeielijk te vinden is. Zijne verheerlijking van het geweld zonder paa! of perk als mid del om het recht tot de wet van de wereld te maken, is bezwaarlijk te overtreffen. Alleen zijn schatmeester dingt hem naar de kroon; die verklaart, dat Amerika zal strijden tot den dag des oordeels om een vrede te krijgen, die den strijd waard is. Dat opent een slecht vooruitzicht voor hen, die verlan gen naar den tijd, waarop het recht de wet van de wereld zal zijn geworden. Van Amerika is dus niets te hopen voor de zaak van den vrede. Integendeel het is de groote factor, die de oorlogsvlam gaande houdt, nu de macht van de Entente-mogend- heden op inzinken staat. Amerika is voor de Entente het plechtanker der hoop. Graaf Czernin, die onlangs over de oorlogsverlen- gers de fiolen van zijn toorn heeft uitgego ten, had onder dezen Amerika wel in de eerste plaats mogen' noemen. Want het cenige wat den zinkenden moed van de En tente nog staande houdt, is de verwachting, dat de hulp uit Amerika de kans op de over winning» die wanhopig begint te staan, zal redden cn de omkeering zal teweegbrengen, die haar nog op het laatste oogenblik de eindoverwinring zal verschaffen. - Het is eene verwachting, die duur moet worden betaald. Lloyd George drukt dit naar waarheid uit, waar hij zegt: „De vijand heeft zijn aanval met zijne grootste kracht onder nomen. Wij zijn door één krachtigen bond genoot verlaten en een andere nog krach tiger bondgenoot is nog niet gereed om al zijne krachten in te zetten." Nieuwe offers zullen gebracht, nog zwaarder inspanning zal geëischt moeten worden om den strijd te kunnen volhouden totdat er uitredding komt. En de groote vraag is: Zal ook dat niet weer, gelijk tot dusver steeds, vruchte loos zijn? De ooriog. Het tooneel van den hoofdstrijd in het wes ten blijft het noordelijke frontgedeelte, waar de Duitschers het gebied tusschen Festu- bert en Armentières hebben vermeesterd, den overgang over de Lys bij Bac St.-Maur hebben geforceerd en ook tusschen Armen tières en Estaires op verscheidene plaatsen over de Lys zijn gegaan. Ten zuiden van Estaires hebben zij, al vechtende, de Lawe en de streek NO. van Bethune bereikt. Het avondbericht voegt hieraan nog toe, dat zij in de voorsteden van Armentières zijn gedrongen. De bezetting van de Stad zelve zal geen moeite meer kosten, want uit Londen wordt bericht, dat de Engelschen uit Armentières zich hebben teruggetrokken. Ten zuiden van Estaires zijn de Duitschers op eenige plaatsen over de Lawe gegaan. Het Engelsche lagerhuis heeft met 323 tegen 100 stemmen besloten tot de tweede lezing van het „mannenkrachf-ontwerp over te gaan. Vooraf was met 321 tegen 106 stemmen een amendement verworpen, de verklaring inhoudende, dat het wetsontwerp de kracht van de natie op zee en op econo misch gebied vermindert zonder de militaire sterkte evenredig te verhoogen. Londen, 11 April. (R.) Bij de stem ming, die door den Metaalarbeidersbond over de quaestie van het legereffectief is ge houden, werden vóór het regeeringsvoorstel 58.650 en er tegen 46.332 stemmen uitge bracht. Er was een meerderheid van 12.318 ten gunste van het-regeeringsvoorstel. Clemenceau wordt nu op zijne beurt als leugenaar aan de kaak gesteld. Keizer Karei is met allen nadruk opgekomen tegen de „geheel valsche en onware bewering", dat hij op. eenigerlei wijze de aanspraken van Frankrijk op de terugverkrijging van Elzas- Lotharingen zou hebben erkend. De Oosten- rijksche regeering doet hetzelfde ten aanzien van zijne bewering, dat de minister van bui- tenlandsche zaken er even zoo over zou den ken, en voegt er nog aan toe, dat Clemen ceau hiermee de aandacht heeft trachten of te leiden van de punten, waarop het hier aan komt: namelijk dat Clemenceau kort vóór het begin van het offensief toenadering heeft ge zocht tot Oostenrijk-Hongarije en daarop heeft laten weten, dat Frankrijk niet te vin den zou zijn tot een vrede zonder teruggave van Elzas-Lotharingen. De commissie van buitenlandsche zaken der Fransche Kamer zal den 17en April eene zitting houden om Clemenceau over deze zaak te hooren. Londen, 10 April. (R.) Volgens op gave van de admiraliteit, zijn in de afgeloo- pen week in de Engelsche havens 2534 schepen aangekomen en 249d uitgevaren; vier schepen boven de 1600 ton en twee daar beneden zijn tot zinken gebracht, ter wijl 11 schepen zonder succes zijn aange vallen en twee visschersvaartuigen werden vernietigd. Londen, 10 April. (R.). Het depar tement van Oorlog deelt mede, dat bij den jongsten slag en den terugtocht aan het Westelijk front een aantal medische inrich tingen, o. a. de verbandplaatsen, in de han den van den vijand zijn gevallen. Het per soneel en de patiënten zijn behouden over gebracht. Niemand is in gevangenschap geraakt. Er zijn maatregelen tot herstel ge nomen. Groote reserve-voorraden zijn ter aanvulling naar Frankrijk gezonden en alle tekorten aan personeel zijn aangevuld. De Canadeesche en Australische geneeskun dige autoriteiten hebben hulp verleend, door officieren van gezondheid en verpleegsters af te staan. Deze hulp wordt zeer op prijs gesteld. Het is te betreuren, dat bij de verplaatsing van de verbandstations het personeel van den geneeskundigen dienst verliezen heeft geleden. Dit was onvermijdelijk, aangezien alles snel in zijn werk moest gaan, dikwijls onder het vuur van den vijand. Wellington, 10 April. (R.). Het parlement van Nieuw Zeeland, dat bijeen geroepen was in eene buitengewone zitting om Lloyd George's roepstem te overwegen, heeft eenstemmig besloten, dat Nieuw Zee land alles zal doen wat mogelijk is om steun te verleenen aan dc rijksregeering. Berlijn, 11 April. (W.-B.). Volgens de Vossfsche Zeitung verluidt in parlemen taire kringen, dat de minderheid in de na- tionaal-liberale fractie van het Huis vn Af gevaardigden, die voor gelijk kiesrecht en voor het regeeringsvoorstel is, sterk is toe genomen. Tweede telegram. In uj heden ge houden zitting van de kièsrechicommissie van het Pruisische huis van afgevaardigden werd het ontwerp van de kieswet in tweede lezing met geringe wijzigingen aangenomen in den vorm van de eerste lezing. Budapest, 11 April. (Hong. Corr.) Gisteren heeft eene conferentie plaats ge had om te trachten tot overeenstemming te komen in de kiesrechtkwestie. Aan de con ferentie namen deel de minister-president Wekerle, de minister van binnenlandsche zaken Johann Tott, de minister van onder wijs graaf Apponyi en de minister van justi tie Vaszonyi, alsmede de afgevaardigden graaf Julius Andrassy, graaf Stefan Tisza, Johan Teluzky en graaf Stefan Bethlen. Er kwam geen overeenstemming tot stond .in deze conferentie. Berlijn, 10 April. (W. B.) De presi dent van de volksministers in de Ukraine heelt, met het oog op hèl I" thans een aanzienlijk deel van Bessarabië door Russi sche troepen bezet is en dat de vraag waar toe Bessarabië voortaan zal behooren, tot een onderwerp van besprekingen kan wor den gemaakt bij de vredesonderhandelingen te bukarest, acn de Rumeensche regeering een nota gericht, inhoudende de mededee- iing,- dat de Ukrainische regeering de be slissing van deze vraag slechts onder mede- deeling en met instemming van vertegen woordigers der Ukrainische volksrepubliek als mogelijk beschouwt. Kiew, 10 April. (W. B.) Na langduri ge en moeilijke onderhandelingen is Dins dagmiddag een overeenkomst, betreffende de levering van ongeveer 60 millioen poed brood- en voedeikoren, peulvruchten en olie houdende zaden door de Ukrainische, Duit sche en O.-H. gedelegeerden onderteekend. Tot zakelijke afwikkeling van de groote zaak hebben Duitschland en Oostenrijk-Hongarije in Kiew een commercieel en economisch bureau opgericht, dat met zijne commissa rissen het koren van de Ukrainische han delsorganisatie of de eigen Ukrainische on der-commissarissen zal overnemen. In April moeten 9, in Mei 15, in Juni 20 en in Juli 19 millioen poed geleverd worden. De be staande maximum-prijzen voor de Ukraini sche producenten (vijf roebel voor rogge en zes voor tarwe) mogen niet verhoogd wor den. De toeslagen voor onkosten van aller lei aard en commissie, alsmede de vracht tarieven, zijn overeenkomstig het hooge prijsniveau in de Ukraine vastgesteld. De korenleverenties zijn reeds begonnen. Petersburg, 10 April. (RGedu rende den dag van gisteren zijn alle Russi sche oorlogsschepen uit Helsingros vertrok ken. Zij worden heden avond in Kroonstad verwacht. 30 torpedobooten, 40 duikbooten en 50 transportschepen, die volgens de in lichtingen van den marinestaf nog in Hel- singfors blijven en niet kunnen, worden ge- evacueerd, worden ontwapend. Een kleine Duitsche strijdmacht fo aan land gebracht in Lovisa tusschen Helsing- fors en Wiborg. Petersburg, 11 April. (R.) 200 Russische schepen, slagschepen, kruisers, transportschepen, enz. zijn uit Helsingfors vertrokken. Het eerste eskader heeft Kroon stad reeds bereikt. Kopenhagen, lO April. (W. B.) De berichten uit Petersburg houden in, dat de revolutionaire regeering in Helsingsfors heeft besloten haren zetel naar Wiborg te verleggen. Helsingfors zal echter niet zon der strijd opgegeven worden. De regeering heeft integendeel bevolen, zoo noodig het industrieele bedrijf geheel stop te zetten, opdat alle werklieden, zoo noodig, aan de verdediging van de stad zullen kunnen deelnemen. Sofia, 10 April. (Buig. ag.) Hedert heeft de plechtige opening plaats gehad en de nieuw opgerichte geneeskundige faculteit bij de universiteit te Sofia. .Kameroverzicht Eerste Kamer In de zitting van Donderdag werd een voorstel Fokker, niet op Zaterdag in de afdeelingen en Maandag in het openbaar te vergaderen verworpen met 19 tegen 18 st. Staatsbegrooting. Algemeene beschouwingen. De heer Cremer betoogt dat omtrent het samengaan der linksche partijen na de verkiezingen nog niets vaststaat. Als een der partijen evenwel een daad van revolutie op haar program mocht schrijven, zou dat een onoverbrugbare klove zijn tusschen die partij en de andere partijen links. Spr. is dankbaar voor de werkzaamheden van het Ministerie in deze moeilijke dagen. Hij wijt het gebrek aan levensmiddelen niet aan de Regeering en betoogt dat de inbe slagneming onzer schepen, de toepassing van het angarierecht iets is, wat de Regee ring niet kon voorzien. De heer B a v i n c k zegt, dat de overheid tot taak heeft regeling van de internationale rechtsorde, het vaststellen van de rechten van kapitaal en arbeid en bescherming der zedelijke machten, in de eerste plaats van het huisgezin. Hij gelooft, dat, nu de over eenstemming over art. 192 grondwet er is, ook overeenstemming over de nieuwe wet op het L. O. zal te vinden zijn. De heer Vliegen wil wantrouwen van rechts bij de onderwijspncificatie weren. Het gaat niet meer om de kleur van onder wijs maar om de waarde. De antithese ver vaagt. Zondagsrust, echtscheidingsrecht enz. bieden geen grondslag voor politieke sa menwerking rechts. Zuivering en sterking van de politieke verantwoordelijkheid zijn noodig. Spreker verdedigt de straatbetoogingen in Amsterdam. Volksuitingen moeten nooit onderdrukt worden. Hij dringt aan op ver- hoóging van het bedtog, voor de gemeen ten afgestaan uit de oorlogswinstbelasting, bijv. tot 20 millioen. Het belastinggebied der gemeenten moet verruimd worden. Hel buitenlandsch beleid moet cr op gericht zijn dat wij graan krijgen. Grootdoenerij is verkeerd. De leeuw moet niet alleen brul len, maar ook etén. Zou sluiting der banketbakkerijen geen verlenging van de broodkaart-periode ten gevolge kunnen hebben De heer Bergs ma bepleit de vrijheid van betoogen. De autoriteiten kunnen z, i. uit de betoogingen leeren, .vat in het volk leeft. Spr. betreurt dot de productie niet krachtiger is ter hand genomen en zeide algeheele rantsoeneering te wenschen cn het geven van persoonlijk belang van den persoon bij zijn producten. De heer Van Kol bepleitte het vragen- recht voor de Eerste Kamer em drong aan op een algemeen onderzoek naar de bedrij ven die voor staatsmonopolie in aanmer- king komen. De heer Polak bestreed de heeren Co- lijn en Bavinck. Minister Corl van der Linden verdedigde de openbare behandeling van verschillen in den boezem van het kabinet. Dat voorkwam een minister-crisis. Spr. be treurt zelf niet de uitvoering van de verze keringswetten. Het uitsteken van den rooden wimpel is het symbool tegen de monarchie en wordt als zoodanig, afgekeurd. De onderwijsvrede zal eenmaal volkomen zijn, evengoed als elke andere politiek heeft de pacificatie politiek haar practische consequentieeen volkerenbond is een contradictio in termi nis. Ieder die deelneemt aan dergelijke ge meenschap dient een offer te brengen. Ten opzichte van den graanaanvoer heeft onze regeering de deur. voor onderhande lingen niet .gesloten. Minister Treub zegt, dat de uitkeering uit de O.-W.-belasting niet hooger kan wor den dan 10 millioen. De Rijks-financiën zijn zwaar gedrukt. Hij is geen tegenstander van staatsmonopolies, maar weigert een commissie van algemeen onderzoek in te stellen. Minister Posthuma merkt op, dat de verlegging van meerderen uitvoer van West naar Oost ook in 1904 viel op te mer ken. Voor de vaststelling der prijzen heeft spr. steeds de organisaties op landbouwge bied geraadpleegd. Afslaan van een deel der productie aan den producent zou be- teekenen' verlies van olie controle. Tweede Kamer Na twee vergaderingen wegens onvoltab ligheid te kwart voor- één en één uur, wordt Donderdag te kv/aYt voor twee voortgegaan met de behandeling van het ontwerp inzake opheffing van belemmeringen van de tot standkoming en tot instandhouding van electriciteitswerken in den weg gelegd. De heer Visser van IJzendoorn bestrijdt het amendement-Bongaerts en le vering van electriciteit als zoodanig niet onder de werking der wet te doen vallen. Minister Lely ontraadt de aanne- ming van het amendement. De heer B o ng a e r t s wijzigt zijn amen dement om* tegemoet te komen aan het be zwaar van den minister dat stroomafleve- ring niet in de wet zou worden genoemd. De stemming over het amendement wordt uitgesteld tot Dinsdag, evenals de stemming over het ontwerp. Te half vier wewden de beraadslagingen verdaagd tot Dinsdag half één. Bericnten De Staatscourant van 11 April bevat o. a. de volgende Kon. besluiten: benoemd tot inspecteur der posterijen en telegrafie te 's Gravenhage J. M. vandcr Poel, thans te Groningen; te Dordrecht G. J. van Gortcl, thans te Leeuwarden; te 's Gravenhage L. M. van Hengelaar» thans te Middelburg; te Groningen P. L. Legrand, adjunct-inspccteur der posterijen en telegrafie Ie Amsterdam; te Leeuwarden H. L. Dik. hoofdcommies der

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1918 | | pagina 1