"binnenland «meld en uitgegeven. In eene voorrede ,*egt hijIk heb nooit geloofd, dat dit een korte oorlog zou ziin of dat wij op geheim zinnige wijze door onderhandeling of com- 'promis Europa zouden bevrijden van de 'boosaardige militaire autocratie, die tracht het tot onderwerping en zedelijken dood te brengen. De gebeurtenissen van de laatste weken moeten aan ieder duidelijk gemaakt hebben, dat er geen plaats meer is voor een compromis tusschen de idealen, waar ivoor wij en onze vijanden opkomen. De ^democratie en. de autocratie staan in een doodelijke worsteling. Ik twijfel niet of de (vrijheid zal triomfeeren. Waar of zij vroeg of laat triomfeert, na eene laatste krachts inspanning in de eerstvolgende maanden lof na een lang gerekten doodsstrijd, hangt of van de kracht en de zelfopoffering, waar mee de kinderen der vrijheid, en vooral die ochter de liniën, zich aan den strijd wijden. Er is geen tijd voor uitstel of debat. De op roep is dringend, de keus is duidelijk. Ieder vrij burger staat voor het vervullen van zijn plicht. Stockholm, 2 8 April. (Ritzau). Vol gens een telegram uit Abo aan Aftonbladet gaan in Abo stellige geruchten rond, dat de voormalige troonsopvolger Alexeï Nïkolaje- .witsch tpt czaar van Rusland is uitgeroepen met grootvorst Michael Alexandrowitsch, broeder van den ex-czaar, als regent. De Staatscourant van 27 April bevat o. a. •de volgende Kon. besluiten: aan den officier-machinist der 2e klasse bij Jdcn marine-stoomvaartdienst B. Schurink, wegens ongeschiktheid voor de verdere waar neming van den militairen dienst ten gevolge van lichaamsgebreken met 28 April 1918 eer vol ontslag uit den zeedienst verleend onder toekenning van pensioen; met ingang van 1 Mei 1918 bij den nyirine- '«toomvaartdienst bevorderd tot officier- machinist der 2e klasse de officier-machinist der 3c klasse H. de Vries; met ingang van 8 Mei 1918 de kapitein ter zee J. F. Hosang eervol ontheven van de be trekking van chef der afdccling personeel bij het Departement van Marine en deze betrek king opgedragen aan den kapitein ter zee P- tc Veltrup; met ingang van 1 Mei 1918, aan den heer N. D. Kuiper, redacteur bij de Tachygrafische inrichting van de Tweede Kamer der Staten- jGeneraal, eervol ontheffing verleend van zijne tijdelijke tewerkz'aamstelling bij hel Bureau voor Mcdedeelingen inzake dc Voedselvoor ziening. Audiënties. De gewone audiënties ,van de Ministers van Landbouw en Oorlog fcullen resp. op 1 cn 2 Mei niet plaatst hebben. Nederttottö «n dc oorlog Nederland en Duitschland. De Beriijnsche correspondent der N. R. Ct seint, dat men Zaterdag in toonaange vende kringen in Berlijn zeer vertrouwend gestemd was ten opzichte van de onderhan delingen met Nederland. Bijzonderheden eijn nog niet bekend, maar men beschouwt ide zaak als geregeld. Wanneer ebt laatste juist is, en wie zou dit niet hopen? dan heeft o. L die rege ling niet zoo heel veel tijd gekost om haar beslag te krijgen en zou men darauit de gevolgtrekking kunnen makendat ze in werkelijkheid toch niet d i e ernstige moei lijkheden heeft geboden, welke ons volk reeds de zwartste gevolgen deden voorzien. En dan zou men des te meer geloof gaan hechten aan de geruchten, die de zaak voor een groot deel toeschrijven aan eene van Duitschen kant in Nederlandsche kringen «ondershands gevoerde agitatie. De Haagsche correspondent van de Z u t- phensche Ct. deeh over die*agitatie welke tevens tegen ons minis terie is gericht, o. a. het volgende mede „De zenuwachtigheid, die zich van sommige politici en van door dezen ingelichte journalis ten heeft meester gemaakt is niet gansch en al onverklaarbaar. Achter de schermen wordt gestookt en hier- 3n schuilt wellicht reden genoeg om toch het parlement in kennis te stellen van zaken, die nteer zeker wel moeilijkheden genoemd kunnen (Worden, doch welke overigens tot op heden jgeen aanleiding voor ongerusheid behoeven te *ijn. Men tracht van Duitsche zijnde onze eigen Regeering bij de leden der Kamer in discrediet Ie brengen, of wel, te profiteeren van de minder (welwillende stemming, die thans in het parie inent ten opzichte van het Kabinet bestaat. De heeren die aldus handelen, spelen hoog Spelzij voeren een politiek op eigen houtje, Sen politiek die niet bepaald van buitengewoon Veel takt blijk geeft. Vandaar dan ook, dat men veilig mag aannemen, d$t noch de Regeering le Berlijn, noch haar vertegenwoordiger in Den Haag met het optreden van hen, die angst wil len inboezemelen door het loslaten van zekere dreigementen, teneinde aldus te pogen van Nederlandschen kant bepaalde concessies te verkrijgen, iets hebben uit te staan. Dit moes ten de politici, op wie deze dreigementen som wijlen vat schijnen te hebben, ook bedenken. Dan zouden ze inzien, dat de gevaren, die men voorspiegelt, theoretisch denkbaar mogen zijn, jloch voorloopig niet geschikt zijn bij het be leid van Nederlandsche zijde eenigen prakti- Schen invloed te kunnen uitoefenen. Niet te ontkennen valt, dat na den vrede in het Oosten, en vooral sinds het jongste offen sief in het Westen, en er weer een zeer beden kelijke stemming in het land van Keizer Wil helm gaande schijnt te zijn. Een verzoenings gezinde persoonlijkheid als Von Kühlmann staat lang zoo sterk niet meer als een klein jaar ge leden, en de gevaarlijke gToep militaristen, die fcen tijd lang stil bleven, begint weer op hoogst bedenkelijke wijze den mond te roeren Toch zij men voorzichtig met zich al te gauw Boor deze verschijning te laten imponeeren. poolang de Duitsche Regeering en haar verte genwoordiger hier te lande in vollen ernst stre ven naar een voor beide partijen aannemelijke ■ftlotsiivg der moeilijkheden, behoeft men zich door praatjes van lieden, wier positie tenslotte niet van dien aard is, dat zij de menschen zijn van wie het afhangt, niet bang te laten maken." Ook de N i e u w e C t. zinspeelt op de mogelijkheid dat bij de ten onzent aan den gang gebrachte ongerustheid de zucht om het volksgemoed tegenover reeds gestelde of nog te stellen Duitsche eischen eenigs- zins murw te maken, een rol heeft gespeeld. En het blad schrijft dan verder „Voor de Regeering lijkt ons thans, gelijk trouwens ook reeds in vroegere fasen van den oorlog, de grootste moeilijkheid hierin gelegen, dat zij tusschen absolute eischen tot welker doorzetting de eischer, het koste wat het wil, voor zichzelf besloten heeft, en zoodanige welke als absoluut worden voorgesteld, maar waarover te spreken valt en die voor matiging of zelfs voor afwending vatbaar zijn, te onderscheiden. Daartoe en tot het daartoe onmisbare volgen van een vaste politiek heeft zij evenwel bovenal noodig het bewustzijn, dat zij het vertrouwen der natie bezit, dat deze op haar inzicht, eer lijkheid en beleid blijft bouwen. /rNu wordt 1 de laatste dagen aan dat vertrouwen op enkelijke wijze getornd en het zou ons niet verwonderen, indien de oorlogvoe rende partij die op het oogenblik iets van ons gedaan wenscht te krijgen, trachtte ten bate van het belang dat zij heeft te bevorderen, zich die onderstrooming in de heerschende agitatie ten nutte te maken. Er zijn zoo zegt men van Duitschen kant in onze buitenlandsche poli tiek fouten gemaakt; men heeft gevoeligheden niet genoeg ontzien, vertrouwelijk overleg ver meden waar voor de hand lag het te plegen, is tekort geschoten in takt en heeft zich aan tech- nisch-diplomatieke fouten bezondigd. De „mar ge van welwillendheid", in de officieele Duit sche verhouding tot ons land tot nu toe tame lijk ruim, is dientengevolge sterk ingekrompen en er is te minder reden om voortaan, wanneer het dringende belangen van de Duitsche oorlog voering geldt, op de letter van zijn rechten niet ten volle te staan, waar kort geleden de Neder landsche Regeering gemeend heeft in de sche- penquaestie met de Geassocieerden op het laatste oogenblik voor een „ultimatum" te móe ten zwichten. Waarom zou Duitschland ook niet op zijn beurt de schroef eens aandraaien? Het middel, nu het van den anderen kant toegepast werd, werkte immers probaat! „Voor ons is het duidelijk, dat in zulke om standigheden de vraag uit het oogpunt van uit sluitend Nederlandsch belang beschouwd, niet kan zijn, of er fouten begaan zijn in het jongste buitenlandsch beleid, maar of deze zoo ernstig zijn, dat het kabinet of laat ons maar liever zeggen onze minister van Buitenlandsche Zaken zijn welgevestigde aanspraken op het natio nale vertrouwen dientengevolge heeft ingeboet. Aan ondershandsche pogingen om dc pers en de Volksvertegenwoordiging van dit laatste te overtuigen, heeft het in de jongste dagen niet ontbroken; zij vollen samen, houden wel licht verband met een tegelijk in de Duitsche pers levendig aan den dag getreden zucht tot critiek. Zoo is er aan de Kamerleden enkele dagen geleden een brochure ter hand gesteld (waarvan de Nederlandsche schrijver zich sedert door een brief aan den Voorzitter der Kamer heeft bekend gemaakt) waarin de bedoelde fou ten sterk worden aangedikt en breed uitgeme ten. En zoo is er reeds onmiskenbaar iets aan den gang, wat men naar wij hopen met eenige overdrijving als een campagne tegen minister Loudon zou kunnen kenschetsen. Zeer tot ons leedwezen hebben wij in Het Vaderland van deze beweging een weer klank waargenomen, die sinds gisteravond aan duidelijkheid niets meer te wenschen overlaat. Nadat reeds Dinsdag in dat blad de niet tc mis duiden wenk was gegeven, dat indien de Re geering in deze zeer ernstige crisis van oordeel mocht zijn, dat de leiding van 's lands zaken beter zou zijn toevertrouwd aan andere mannen, zij door uit dat oordeel de consequenties tc trekken, haar aanspraken op do dankbaarheid der natie wegens haar vroegere verdiensten niet zou verliezen, volgde Vrijdagavond in ver sterkten vorm de opmerking, dat ons volk haar nog dankbaarder zou zijn, indien zij dan bij tijds, voor het te laat is, plaats maakte voor anderen voor wat Het Vaderland zon der nadere omschrijving meent te moeten aan duiden als „een nationaal kabinet". Het blad knoopte hieraan de veronderstelling vast, „dat dc Tweede Kamer haar dat in het comité-gene raal onder het oog' heeft gebracht." Naar ons ter oore kwam, is die veronderstel ling door het geheime Kamerdebat van Vrijdag geenszins bevestigd. Maar dat neemt niet weg, dat Zaterdag te Amsterdam het gerucht liep van een ontslag-aanvraag van minister Loudon. En in elk geval kan men zich zeer goed denken dat afgescheiden van het voortduren der goede gezindheid van dc Staten-Generaal egens hem deze door de overgroote meerderheid van ons volk ten hoogste gewaardeerde be windsman niet aarzelen zou zijn ambt neer te leggen, indien zijn overtuiging, dot hij op het nationale vertrouwen nog steeds in niet min dere mate dan tevoren kan rekenen, juist in den kritieken toestond van dit ocgenblik aan het wankelen geraakte. Wij willen daarom met allen nadruk waar- schuwij tegen het veldwinnen van een dergelijke beweging. Zij kan thans tot niets anders strek ken dan om de internationale positie van onze Regeering, d. i. van ons land, te verzwakken naar beide zij den het allernaast tegen over Duitschland, waarmede nu moeilijkheden gerezen zijn en vervolgens, indien de beweging het beoogde gevolg mocht hebben, tegenover de Entente, die daarin slechts een afwijking van onzen neutraliteitskoers naar de zijde van Duitschland zou kunnen zien. De overwegende gezindheid van de Nederlandsche natie is nog steeds en blijft onveranderd die van een strikt eerlijke en duurzame neutraliteit. En juist die gezindheid is de grondslag van haar onver zwakt vertrouwen in de buitenlandsche politiek van het tegenwoordige kabinet, belichaamd in zijn in den besten zin des woords populairen minister van buitenlandsche zaken. De Haagsche correspondent van het H b 1 d. merkt o. m. op: „De moeilijkheden met Duiischiand en de mee ning van sommige leden dat Minister Loudon in deze aangelegenheden niet srteeds den bosten weg hoeft gevolgd, hebben het gevoel van min dere behagelijkheid ten aanzien van de regee ring versterkt. Bovendien zijn er leden, die vin den dat een ander dan minister Loudon, die in do zand- en grintkwastie iet door vroegere ver klaringen gebonden zou zijn. deze zaak vrijer zou kunnen behandelen. Men vergde hierbij niet dat sommige Kamerleden in de lactsie dagen van Duitsche zijde zijn bewerkt Cn verontrust. Dit alles maakt dat een zeker aantal leden (be- hoorend tot verschillende fracties) het optreden van een „nationaal kabinet'", bestaande uit do beste mannen van verschillende partijen, wen- schelijk achten. Een georganiseerde beweging tegen de regeering vormen deze leden echter niet. Veel minder nog een meerderheid in de Kamer. Het is wel merkwaardig, dat zelfs Minister Loudons populariteit ietwat schijnt te hebben geleden; tot voor korten tijd was hij aller gun steling en werd hij om strijd geprezen door woordvoerders van alle partijen in het parlement en door hare penvoerders daarbuiten. Men zal zich echter nog wel tweemaal bedenken voor men, juist in de tegenwoordige omstandigheden, een kabinetswisseling teweeg brengt, welke daaraan valt niet te twijfelen thans door de Emente-mogendheden als een triomf van Duitschland zou worden uitgelegd. Alles bijeen genomen, lijkt ons een aanstaand aftreden van het kabinet voorshands niet waar schijnlijk. Wat de kwestie met Duitschland zelf aan gaat wist het „Vaderland" van Zaterdag avond nog te vertellen, dat naar het vernam, er sedert Vrendag iets meer kijk op is, dat er tusschen onze en de Duitsche Tegeering over de hangende quaesties overeenstem ming zal worden verkregen. Dat er op het stuk van de tolbezwaren en den spoorweg over Limburg overeenstem ming was verkregen is intusschen in zoover juist, dat was afgesproken den spoorweg weer open te stellen. Maar over aard en om vang van het vervoer zoowel over dien spoorweg als langs onze waterwegen be staat er nog geschil. De Nederlandsche gezant te Berlijn, baron Gevers, is reeds gisterochtend weer naar^ijn post teruggekeerd. Een diplomatiek medewerker van de „Dai ly Ghron." schrijft, volgens een Londensch telegram aan het Hbld. o.a.: In hoeverre de bedreigingen ernstig ge meend zijn is moeilijk te zeggen, maar het gevaar zit juist in dat element van onzeker heid. Nederland is weerloos tegenover den aanvaller, een positie die de grootste voor zichtigheid eischt van de zijde der Neder landsche regeering. De grens van tegemoet koming is nu echter vrijwel bereikt. Het is duidelijk dat Duitschland door een soort „coup" zijn diplomatiek prestige wil herstel len, dat verloren ging sedert de requisitie van de Nederlandsche schepen door de ge allieerden. Ook is het mogelijk dat Duitschland het verliezen van het offensief in het westen vreezend, nu het oog heeft op een overwin ning op Nederland, hoe schandelijk zulk een optreden ook zou zijn. Alleen militaire over wegingen zouden het kunnen weerhouden bij den tegenwoordigen geest in Pruisen. Naar aanleiding van het geschil over het vervoer van zand en grint merkt de schrij ver op, dat de Nederlandsche minister van buitenlandsche zaken natuurlijk staat op het recht van den neutraal de bestemming van dat materiaal te controleeren en dat de Wilhelmstrasse dat onderzoek in de oorlogs zone weigert. Het geschil wordt echter ingewikkeld door andere aangel^-^heaen, zooals het gebruik van Nederlar. waterwegen door Duit sche oorlogsschi -en. Het is duidelijk dat na onze schitterende onderneming tegen Zee- brugge een andere basis voor duikbooten tij delijk moet worden gevonden, en waarom zou dat Antwerpen niet zijn? Vlocht v»n Xknltache geïnterneerden Uit Hattem wordt aan „Het Volk" ge meld: Vrijdagmiddag omstreeks 2 uur drongen in het Duitsche interneermgskamp te Wa penveld de eerste geruchten door, in zake de tusschen Duitschland en ons land gere zen moeilijkheden. Al spoedig ging als een loop end vuurtje het praatje, dat Duitschland ons land een ultimatum had gesteld. Deze tijding bracht een panischen schrik in het kamp teweeg en al spoedig had de grootste helft der kampbewoners het kamp verlaten om zich naar Duitschland te bege ven. De stroom was door de kampleiding niet te keeren. In den loop van den middag werden de ambtenaren der veeren met de vlucht in kennis gesteld en hun verboden de geinter- neerden over den IJsel te zetten. Velen had den den overkant echter reeds bereikt Onmiddelijk werden In de richting van de grens en naar de omliggende plaatsen aan- houdingstelegrammen verzonden terwijl mo- reohaussees er op uitgezonden werden, om de gedrosten te achterhalen. Tegen den avond keerden er weer honderden, bij groe pen van twintig en vijftig, door marechaus sees begeleid, naar het kamp terug. Er waren er onder de vluchtelingen die reeds Almelo en Hengelo gepasseerd waren, ïen nieuw Oranjeboek. Er is een nieuw Oranjeboek uitgege ven, loopende van December 1916 tot April 1918, waarin achtereenvolgens behandeld worden: Protest onzer regeering en aansprakelijk stelling van Duitschland wegens het afbake nen van „Sperrgebiete" en de uitbreiding daarvan; stukken betreffende de vrije vaar geul, over de behandeling der Nederland sche schepen „Vliestroom", Geertruido", „Bandoeng", „Neerlandia", e.a., over pogin gen van Engelsche en Duitsche zijde om de Westerschelde te bevaren met buitgemaakte vaartuigen, over het binnenkomen van vreemde oorlogsvaartuigen in onze wateren, over den aanval van Britsche oorlogssche pen op Duitsche handelsvaartuigen bij Ber gen; over de opvordering van Nederlandsche schepen die ten deele Britsch eigendom wa ren (1917), over het opnemen van krijgsge vangenen hier te lande, over grensaangele- genheden op Timor enz. Het Oranjeboek is zeer uitvoerig, brengt echter geen nieuwe feiten van publiek be lang, en zooals men ziet vallen de groote kwestiën die voor ons volk de laatste maan den zoo belangrijk zijn geweest, o.a. de sche penkwestie, er geheel buiten. Graan uit Amerika. Naar wij vernemen zijn stappen gedaan om de ladingen aan te koopen van de Ne derlandsche schepen Hollandia, Java en Stella, die bestemd zijn om respectievelijk uit Argentinië en uit de Vereenigde Staten van Noord-Amerika broodgraan en (of) meel naar Nederland te brengen, waaruit kan worden afgeleid, dat deze "schepen wel dra zullen vertrekken en drie gelijkwaardige schepen uit Nederland zullen worden uitge zonden om verder graan in te nemen. Amerika en «le Nederlandsch- Indlsche uitvoer. Uit Londen wordt gemeld De Associated Press meldt uit Washing ton dat Nederland beslag heeft gelegd op den uitvoer uit Ned. Oost-lndië van tin, tin erts, China-thee, kininebast, kininezouten en kapok, van alle welke artikelen Amerika groote voorraden noodig had voor oorlogs doeleinden. Reuter seint ons uit New-York: De correspondent van de Associated Press te Washington seint dat de beslagleg ging door Nederland op de uitvoeren uit Ned. Oost-lndië, volgens aankondiging, op 22 April van kracht zou worden. Het be richt daarvan veroorzaakte heden in officieel kringen veel opschudding. De tin en tinerts- ladingen in het bizonder zijn omvangrijk. De Vereenigde Staten kochten in het afgeloo- pen jaar ongeveer 16000 ton tin in Ned. Oost-lndië. De voorraden dienen voor muni tie en het conserveeren van voedingsmidde len. De Amerikaansche productie alleen be draagt negentig ton. Waarschijnlijk zal men thans trachten in Bolivia zich van voorra den te voorzien. Levensmiddelen voor krij-g- gevAiigenen. De opmerking is gemaakt dat nog steeds groote hoeveelheden voedingsmiddelen het land verlaten ten behoeve van krijgsgevan genen in het buitenland. Een inzender in een der bladen sprak zelfs van honderd duizenden kilo's per week. Inderdaad wordt nog aan de hulpcomité's die zich daarmee hebben belast, toegestaan aan de ongeluk- kigen die zich in Duitschland en Engeland in gevangenkampen bevinden eenige ver lichting in hun lot te bezorgen; maar de voorstelling, als zou het honderdduizenden kilo's per week betreffen is schromelijk overdreven. Integendeel is juist in den laatsten tijd, om dezen uitvoer beter te controleeren en te beperken, een centrali satie tot stand gebracht, waardoor niet meer afzonderlijke comité's, maar alleen het Nederlandsche Roode Kruis aanvragen voor de verzending tot de regeering mag richten. Het Nederlandsche Roode Kruis regelt dan verder de zaak met de verschil lende comité's. Het gaat hier om zeer beperkte hoeveel heden van sommige artikelen, die voor het meerendeel overvloedig aanwezig zijn. De voornaamste voedingsmiddelen komen er niet onder voor. Er is geen sprake van hon derdduizenden kilo's per week. Naar den maatstaf die thans -wordt gevolgd, beloopt de totale hoeveelheid die voor dit liefdadig doel het land verlaat nog niet 1 ons per hoofd der Nederlandsche bevolking over een heel jaar. Embargo opgeheven. Te 's Gravenhage is bericht ontvangen, dat de Fransche Regeering het embargo op de uitvoeren naar Nederland heeft opgehe ven ten aanzien van de volgende artikelen: Schildersbehoeften, behalve oliën en terpen tijn, balanzen en weegschalen, die geen ko per of messing bevatten, moersleutels voor rijwielen, gebruikte kasregisters, losbladige kantoorboeken en dergelijke kantoorbehoef ten, uurwerken en klokken, machines voor de suikerraffinaderijen, machines voor was- scherijen, die geen caoutchouc of koper be vatten, naaimachines, porseleinaarde, schil derijen in olieverf, vulpenhouders en veilig- heidsscheertoestellen en daarbij behooren- de mesjes, die geen nikkel of tin bevatten. Vanwege de N. U. M. wordt meegedeeld dat Zaterdagochtend 18 wagons Oostenrijksche smeerolie bier te lande zijn aangekomen. De olie wordt opgeslagen en zal door bet Rijks Bureau worden gedistribueerd. aaanitvoer yerbodeu. De Minister van Landbouw, enz. heeft met intrekking van zijn desbetreffende be schikking van 10 November 1917 bepaald, dat van 28 April 1918 af geen uitvoer van kaas naar het buitenland zal worden toegestaan. Zni«lerzee-tiaring. Het bureau voor mededeelingen inzake de Voedselvoorziening meldt; Evenals in 1917 is er ook dit jaar naar ge streefd aanzienlijke hoeveelheden Zuiderzee- baring ter beschikking te stellen togen lage prijzen. Daarvoor moest door het Rijk een be langrijke bijslag worden betaald, zoodat de distributie begrensd werd door de kredieten, die voor dit doel bestemd waren. Aangezien echter door de groote vraag naar visch in het algemeen ook voor deze soorten steeds hoo- gere prijzen werden besteed, werd het voort durend moeilijker zich de noodige hoeveel heden voor distributie te verzekeren terwijl de prijzen van distributie-haring en bokking en van den vrijen handel sterk gingen ver schillen. Daarom is nu besloten den geheelen aan voer van Zuiderzee-haring over te nemen voor de distributie en wel tegen vastgestelde prijzen, die de visscherij voldoende loonend maken, zonder dat men verder met sterke prijsopdrijving le kampen zal hebben. Alle -Zui- derzee-haring komt dus nu in distributie tegen maximum-prijzen, die voor de versche haring 2 cent, voor zachte bokking 2cent, en voor harde bokking 3 cent per stuk zullen bedra gen. Het verschil tussöhen haring met en zon der staart is daarmede tevens vervallen, Er komt dus thans meer goedkoope haring en hokking waarbij echter aanstonds dient op* gemerkt dat de aanvoer van Zuiderzee-harinjJ niet zoo groot is. dat aan de thans zeer sterke vraag steeds zal kunnen worden voldaan. De uitvoer van jonge groentefl en zalmen. Wij ontvingen uit den Haag eene me* jdedeeling naar aanleiding van het verlet nen van consenten voor uitvoer van versche' jonge groenten en zalmen, ondanks het feW dat de N. U. M. vanaf 13 April geen uitvoeiw vergunningen meer zou endosseeren Uff deze mededeeling blijkt dat de regeeringf ven den door haar gestekien regel alleeif moest afwijken voor zoover de nakoming van' contracten met het buitenland, betreffende uitvoer van levensmiddelen dit noodzakelijk maakte. Aangezien er juist een convooi gereed lag om naar Engeland uit te varen, moest snel worden gehandeld, zou het vertrek daarvani niet noodeloos worden vertraagd. Door dif snelle handelen is weinig gelegenheid tot overleg geweest en vandaar waarschijnlijk misverstand. Immers, werd de uitvoer stopgezet zelfs van die eetwaren, waarvan het twijfelachtig is, dat zij gerekend kunnen worden tot de voedingsmiddelen, welke voor de volksvoe ding niet kunnen worden gemist. Wel had men, volkomen terecht, ingezien, dat vct sche kropsla en komkommers orr j- den konden worden uitgezonderd van uitvoerverbod van groenten. Maar evengo-d dienden andere jonge groenten te worde*, uitgezonderd, daar de volksvoeding door al deze slechts in kleine hoeveelheden geteeU de jonge groenten niet werd gebaat, maar wel groote schade werd toegebracht aan den' tuinder, die aan den uitvoer ven deze groen ten het meest verdient, zoodot dientenge volge de verdere voorziening van.ons voltë met groenten, die voor de volksvoeding be paald noodig waren, zeer zou ziin bemoei- lijkt. Wat eindelijk de zalmen betreft, kan be zwaarlijk worden beweerd, dat dit luxe-an* tikel zou kunnen strekken ter vervanging van een tekort aan andere voedingsmiddelen met het oog op de uiterst geringe hoeveel heid, waarin deze visch gevangen wordt. Nieuwe prijs ver laging van regeeringsme el. De minister van Landbouw heeft tot de burgemeesters een circulaire gericht, inhou dende dat het, naar aanleiding van tot hem gerichte requesten, ziin voornemen is, om tot een nieuwe prijsverlaging van het regee- ringsmeel over te gaan, onder mededeeling," dat deze verlaging ten hoogste 2 per 100 K.G. mag bedragen. Het ligt in zijne bedoeling aan deze nieu we meelprijsverlaging terugwerkende kracht te verleenen tot 30 Maart 1918. De minister verwacht zoo spoedig moge lijk eene opgave van den voor iedere ge meente noodig geachten meelprijs. Overtredlocen tccltreselins. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft de cultuurcommissiën aange schreven om ten spoedigste over te gaan tot een uitgebreide controle op de naleving de* bepalingen omtrent den verbouw van gewas* sen. Talrijke tijdelijke controleurs zuilen voor dit doel worden aangesteld, zoodat reeds vóór half Mei een belangrijk deel van het land zal zijn gecontroleerd. Wordt een overtreding geconstateerd, zoo zal proces-verbaal worden opgemaakt. Voorts zal overeenkomstig de bekendma king in de Nederlandsche Staatscourant van 7 Februari de verbouwer het perceel moeten omploegen. Weigert hij daaraan te voldoen zoo zal tot inbezitneming van het te velde staande gewas worden overgegaan. Deze maatregel zal ook worden genomen indien bij een latere controle overtredingen worden geconstateerd. Teelt van voedingsge wass Ter bestrijding van de werkloosh heeft verieden jaar de gemeente Almelo eer complex heide en boschgrond aangekocht in het Fleringerveld, gemeente Tubbergen, in ontginning gebracht, waar gemiddeld thans 230—270 personen werken en wekelijks aan loon -3000 wordt uitgekeerd. De gemeente heeft nu graaf van Recnte- ren Limburg bereid gevonden kosteloos aan haar af te staan voor den tijd van 3 jaren, een terrein, groot ruim 10 H.A., gelegen in de Weerdensche slagen. Op kosten van de gemeente wordt deze grond omgespit door fabrieksarbeiders, die in stukloon, berekend naar het standaardloon voor grondwerkers, arbeiden en bovendien een gedeeltelijken steun ontvangen van het steuncomité (K. N. St. fabrikanten en ge meente.) Deze grond wordt bepoot met bruine boo- nen. Tevens heeft graaf van Rechteren welwil lend ter beschikking van de gemeente ge steld, de door hem reeds ontgonnen gronden voor den tijd van één jaar, en de ontgin ning van het Windmolenbroek (totaal on geveer groot 100 HA.), voor zoover deze reeds bruikbaar is. Scheuren van grasland, Oor logswinstbelasting en Inkom stenbelasting. Met betrekking tot de toepassing der wet ten op de oorlogswinstbelasting en de in komstenbelasting is door den minister van Financiën bepaald, dat bij de berekening van de zuivere opbrengst van het oedrijf van landbouwers, die hun grasland hebben gescheurd, gedurende vijf jaren een af schrijving kan worden toegelaten ten be drage van 20 pCt. van de waardeverminde ring die de grond tengevolge van de scheu ring heeft ondergaan. Is ter zake premie genoten, dan wordt de afschrijving gesteld op 20 pCt van het bedrag der waai de vet-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1918 | | pagina 2