„DE EEMLANDER"
AB0HHEMEHT8PRIJS
psiis m# (IIVE8TEHTIEI :,v, 'Cl
"buitenland"
KOLONIËN.
B1NNENLAND_
FEUILLETON.
Het nest verstoord
"Se Jaarpang, No. 238
per 3 maanden voor Amers»
pa post f IXJ0. per week (mei gratis verrekering
K*gen ongelukken) f 0.14, afzonderlijke nummert
f 0.05 WckelJjkseb bijvoegsel »D$ Holhndseht
Huisvrouw (onder redactie van rbtrèse Hoven)
pet 3 miindtn 50 etnL WckelUladi bUvoepel
•Wmldnru— pet 3 munden <0 cent
HOOFDREDACTEUR: M.. D. J. VAN SCHAAROENBURO
UITGEVERS: VALKHOFF C.
BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL. «o«« ut«.eHT.e»Mt«.
INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513
Donderdag 2 Mei 191S
dlensuanbiedlngeo l-J regcit I 0J0. groule letter,
naar plaatsruimte Voor bande! ec hedrljl bestaan
teer voordelige bepalingen tot hel herhaald idvet»
teereo In dit Blad, b(J abonnement Eene drculalrc,
bevattende da voorwaarden, wordt op taovraag
toegezonden.
Nabetrachting over de
Raadsvergadering.
'n Record-agenda. Niet minder dan vier
idozijn punten. Daar waren de heeren van
den raad niet tegen opgewassen en zij zijn
dan ook na drie uur vergaderens precies
halverwege blijven steken. De rest zouden
zij hedenmiddag wel verslaan.
Bij de ingekomen stukken was een brief
van de Zeister Sportvereeniging, aandrin
gende om toestemming te geven voor de
harddraverijen op Birkhoven. Dat staat niet
aan den raad te beslissen. Nu, bij den staat
van beleg minder dan ooit. Tot ergernis van
den heer Nieuwendijk, die van 's burge
meesters advies niet veel goeds verwachtte
en daarom ook den raad wilde laten mee
spreken. Zelf begon hij al vast. En in z'n
kettersche opvattingen omtrent de compe
tentie des raads werd hij gestijfd door....
twee leden van de comm. van wetgeving
Zoodra hij de feitelijke kwestie aanroerde
snoerde de voorz. hem den mond en juridi
sche spitsvondigheden ten opzichte van het
eenig aanvechtbare punt, de incompetentie
des raads, stonden hem niet ter beschikking
't Ging in een goed vaartje over de mees
te punten heen. Op twee na.
Hoewel er eigenlijk slechts twee tegen
standers waren, de heeren De Kempenaer
en Stadig, werd er over de invoering van
den vrijen Zaterdagmiddag lang gedelibe
reerd. Als het_verzet zoo gering is, waarom
dan zoo lang gepraat?
De tegenstemmers waren niet tegen den
vrijen middag, doch vonden het oogenblik
van invoering niet geschikt, eerstgenoemde
wegens de kosten, de ander van wege zijn
stokpaaidje, het voorgaan van het particu
lier initiatief. Waartegen de heer Ooster
veen terecht aanvoerde wanneer zijn de
anti-revolutionaire raadsleden het ooit met
elkaar eens dat de vrije Zaterdagmiddag
veel gemakkelijker in de overheids- dan in
particuliere bedrijven ingevoerd kan wor-
oen.
De heer Overeem was overtuigd dat de
arbeidsprestatie er niet door verminderen
zou terwijl de zedelijke en geestelijke op
heffing van het personeel erdoor gediend
werd. De heer Van Nijnatten zou het al te
onbillijk vinden om, nu 'n deel van het per
soneel in gemeentedienst reeds den vrijen
middag had, 'n ander deel datzelfde te ont
zeggen.
En zoo dachten de anderen er ook over.
Nu de winkels nog bij volle daglicht ge
sloten worden, scheen men het oogenblik
gekomen te achten om weer eens ruime
aandacht te schenken aan de grieven van
den middenstand tegen de tarieven van
gar en electriciteit. Dat dit zoo laat ge
schiedde, is aan de organisaties zelve te
wijten, gelijk de burgemeester opmerkte
het heeft wel heel lang geduurd voordat
hun adres den raad bereikte.
De heeren Stadig, Van Kalken, Nieuwen
dijk en Oosterveen waren de tolken der
middenstanders. Hofland, tegenwoordig de
trouwe schildknaap van B. en W., en Nij
natten verdedigden het ingenomen stand
punt.
De tegenwoordige tarieven zullen wel
naar niemand's zin zijn, het zijn nood-tarie
ven, 'n soort verbruiks-belasting, hoe af
keurenswaardig deze overigens zij. Als de
middenstanders klagen dat de zwaarste druk
op hen gelegd wordt, voeren de anderen
daartegenover aan dat vele middenstanders
ook gulden tijden gehad hebben (de heer
Leinweber gaf frappante staaltjes) en dat
zij dit offer zich wel kunnen getroosten, te
meer daar ook de gemeente zooveel doet
om den weg voor hun succes te effenen. Er
zijn middenstanders die niet geprofiteerd
hebben, en er zijn ook niet-middenstanders
die vette jaren haddenal te ver individua-
liseeren is nu eenmaal niet mogelijk, er
«zullen altijd en overal slachtoffers en be
voorrechten blijven.
De heer Van Kalken was dan ook de
eenige die verklaarde 'n strikt billijke rege
ling te kunnen fabriceeren. Zijn aanbod
werd niet aanvaard en met 10 tegen 6 stem
men sprak de raad z'n verkleefdheid aan
het huidige stelsel uit.
Er komt met Pinksteren 'n jongenskamp
op Birkhoven. Heerlijk voor die stadsjon-
gens. B. en W. waren hun zooveel mogelijk
ter wille. Alleen moest afwijzend beslist
worden op het verzoek om ook levensmid
delen beschikbaar te stellen.
Er was 'n adres van de S. D. A. P. om de
verzoeken te steunen. Ook wat betreft de
levensmiddelen? De roode heeren beschou
wen zichzelve als de eenig betrouwbare
wakers voor de levensmiddelen. Argwanend
speuren zij den heelen dag rond en ruiken
overal ongerechtigheden of zien gevaren.
Dat is hun recht en in zeker opzicht hun
plicht, ons aller plicht. Maar zonderling, nu
het hier S. D. A. P.ertjes betreft, trekken ze
opeens 'n heel ander gezicht.
O, dat grenzeloos-eenzijdig klassebelang I
Politiek Overzicht
De wereldstrijd in het
westen.
Van generaal Foch, die nu bij de strijd
macht van de Entente de positie bekleedt,
welke Hindenburg vervult bij de legermacht
van de centrale mogendheden, wordt eene
verklaring bericht, die voor den thans in het
westen woedenden strijd van beteekenis is.
Hij heeft verklaard, dat hij borg staat voor
Calais, gelijk vroeger reeds voor Amiëns en
Compiègne. Die verklaring kan angstige lie
den, die zich reeds bezorgd toonden voor
het lot, dat Calais, het groote brughoofd
van de Engelschen op het vasteland, boven
het hoofd hangt, een hart onder den riem
steken.
De verklaring heeft, zooals alle persoon
lijke borgstellingen, slechts in zóóverre
waarde, als men vertrouwt, dat de steller van
den borgtocht zijne verplichting zal nakomen.
Maar als men er waarde aan hecht, dan
geeft het te denken, dat de opperbevelheb
ber van de Entente-legers Yperen en Be-
thune in zijne verzekering niet heeft begre
pen. Daaruit zou zijn af te leiden, dat gene
raal Foch geen waarborg op zich neemt
voor het behoud van die beide plaatsen.
Wanneer men zich door de verklaring van
generaal Foch, dat hij instaat voor Calais,
gerust gesteld voelt, dan moet het ontbre
ken van die verklaring ten aanzien van Ype
ren en Bethune een reden zijn, om zich over
die plaatsen ongerust te maken.
Vooral wat Yperen betreft, bestaan er
meer redenen tot ongerustheid, die omdat
zij van feitelijken aard zijn, van onmisken
bare beteekenis zijn. Het verlies van den
Kemmelberg heeft generaal Plumer, den
Britschen bevelhebber in die streek, ge
noopt het centrum van zijn leger in den
Yperenboog weer een goed eind terug te
verleggen. Bij Vóormezeele en ten Westen
daarvan staan afdeelingen van het leger van
Sixt von Armin op nog slechts 4 K.M. af
stand van de bruggen, die van Yperen voe
ren naar de wegen, waarop eventueel de te
rugtocht naar Poperinghe en het verder noor
delijk gelegen gebied moet plaats hebben.
De Duitschers zijn dichter bij deze bruggen
dan aanzienlijke deelen van de Engelsche
strijdmacht, die den Yperenboog heeft té
verdedigen. En vaste stellingen van waarde
biedt het zuidwestelijke voorland van Ype
ren den tegenstander niet. Zijn rug is dus
reeds bedreigd. Ten Oosten van Yperen is
de terreinstrook, die generaal Plumer tot
dusver heeft moeten ontruimen, 7 K.M. diep.
De geheele hoogtenreeks van Passchendaele
over Gheluvelt tot aan het kanaal is in Duit-
sche handen; met name is dat het geval met
de sterke hoogtestéllingen Z.W. ven Zillebe-
ke. Op den noordelijken Yperenvleugel wil
Plumer zich staande houden, om de kanaal
overgangen ten noorden van Yperen niet te
vroeg te verliezen. Maar zelfs bij een veili-
gen terugtocht op den westelijken oever van
het kanaal zijn de moeielijkheden voor dit
leger volstrekt niet opgeheven, want de korte
afstand, waarop de Duitschers staan van
Poperinghe, is oorzaak, dat de Engelschen
zich niet meer onvoorwaardelijk zeker kun
nen voelén van dit gewichtige punt.
Dit alles verklaart de ernstige ongerust
heid, die aan de zijde van de Entente
heerscht over het toekomstige lot van Ype
ren. Verschillende bladen geven aan die on
gerustheid uiting. Zoo heeft reeds in het
laatst van de vorige week de Daily Mail den
toestand aan het front van Yperen ernstig
genoemd. Van de Parijsche bladen noemde
het Journal den toestond wel niet wanhopig,
maar toch zeer ernstig. De Temps heeft een
zinspeling gemaakt op de mogelijkheid van
den val van Yperen en gezegd, dat dit te
betreuren zou zijn wegens de hooge mo-
reele beteekenis, die er aan verbonden is.
Aan de andere zijde wordt met den aan
staanden val van Yperen gerekend als
eene gebeurtenis, die weldra is te verwach
ten. De deskundige medewerker van de
Neue Freie Presse zegt, dat van een taktisch
standpunt beschouwd de meening, dat Ype
ren onhoudbaar geworden is, op klemmende
argumenten steunt; hij schrijft: „Alle ge
beurtenissen in en bij Yperen zoowel als
op de achterwaartsche verbindingen staan
nu onder de nauwkeurige waarneming van
de Duitschers, die alles wat zich daar aan
de zijde van den vijand beweegt onder vuur
kunnen nemen. Bij de reeds aanwezige flon-
keering van den Yperenboog van het Zuiden
uit is de terugwerking van het Zuidwesten
gekomen. Een eventueele terugtocht van
den vijand, die, als hij nu moest beginnen,
reeds onder bezwarende omstandigheden
zou moeten geschieden, kan met elk uur van
dralen nog gevaardreigender worden. Rede
nen genoeg voor den vijand om Yperen
prijs te geven.
„Er mag echter niet uit het oog verloren
worden, dat het prijs geven van Yperen aan
het prestige van Frankrijk en vooral van
Engeland een doodelijken stoot zou toebren
gen. Gallische trots en Britsche zelfover
schatting hebben reeds dikwijls genoeg de
militaire doelmatigheid aan de prestigeover
wegingen ondergeschikt gemaakt. Het zou
daarom niet te .verwonderen zijn, als de
Anglo-Franschen de allergrootste offers
brengen om zoolang te volharden als zij nog
hoop hebben den Kcmmel te heroveren. Ge
lijk de Italianen in<.£rtijd, "ter will? van het
prestige, om het bezit van den San Ga-
briele hekatomben nutteloos hebben opge
offerd, zou de Kemmelberg een Vlaamsche
Monte San Gabriele kunnen worden. In ope
ratief opzicht zou dit voor de Duitschers
sleohts een voordeel kunnen zijn.
„Aan den anderen kant ligt het in het
eigen belang van de Duitschers, dat zij het
succes niet meer uit de handen geven. Zij
moeten het vasthouden, omdat anders de
geheele strijd ren Noorden van de Lys
vruchteloos zou zijn geweest. Wanneer dus
de Duitschers, zooals is te verwachten, de
winst vasthouden, dan is het handhaven
van Yperen op den duur onmogelijk, als de
Engelschen niet nu reeds de operatieve
consequentiën trekken uit hunne taktische
verliezen. De vraag van de ontruiming van
Yperen is voor het vijandelijke legerbevel
brandend geworden."
De oorlog.
Op de oorlogstooneelen is de strijd niet
van ingrijpend gewicht geweest. Het bericht
v8n gisteravond meldt, dat niets bijzonders
is voorgevallen.
Londen, 1 Mei. (R.). De Britsche
sloep Cowslip is den 25en April getorpe
deerd en in den grond geboord. Vijf offi
cieren en een man worden vermist. De tor
pedoboot no. 90 is den 25en in zwaar weer
gezonken. Een officier en 12 man worden
vermist en zijn vermoedelijk omgekomen.
Londen,! Mei. (R.) De Times bericht:
Prins Sixte de Bourbon heeft Maandag
den konig van Spanje bezocht volgens een
bericht van de Puerta del Sol. Hij was ver
gezeld van zijn broeder prins Xavier en gaf
koning Alfonso inlichtingen over zijne brief
wisseling met zijn Habsburgschen bloedver
want. Er wordt bijgevoegd, dat de prins uit
de Spaansche hoofdstad naar het Belgische
front is vertrokken.
Terzelfder tijd is in Stockholm bericht ont
vangen, dat keizer Karei een nieuwe vredes
poging doet en dat hij een beroep doet op
Italië om daaraan aandacht te schenken in
zijn eigen belang.
Van deze geruchten kan alleen worden ge
zegd, dat zij innerlijk niet geloofwaardig zijn.
Het kan wel zijn, dat de jonge keizer tracht
Italië in verzoeking te brengen en mogelijk
ook België, zoo als hij ook getracht heeft
met Frankrijk te doen. Maar de uitkomst
van dergelijke pogingen zou natuurlijk de
zelfde zijn, want zij zouden voor de gealli
eerden slechts van belang kunnen zijn als
nieuwe aanwijzingen, dat de keizer zich be
wust is van de gevaren, die hem bedreigen,
en zoekt naar een weg om daaraan te ont
komen.
Londen, 1 Mei. (R.) Er is een Order
in Council uitgevaardigd*, waardoor het in
werking treden van de bepalingen van den
nationalen dienst wordt uitgesteld voor zoo
veel Ierland betreft. De Daily News bericht,
dat de regeering besloten heeft de conscrip
tie in Ierland eenige weken onuitgevoerd
te laten, totdat kan worden beoordeeld welk
succes het Homerule-ontwerp zal opleveren.
De regeering hoopt dit ontwerp de volgen
de week in te dienen.
Bern, 30 April. (W.-B.). Terwijl de
nationalisten en de Sinn Feiners bij hon
derdduizenden den eed onderschrijven zich
tegen de uitvoering van den verplichten
krijgsdienst in Ierland met alle beschikbare
middelen te verzetten, zijn er aanwijzingen,
dat Ulster in 't geheim een verzet voorbe
reidt tegen de invoering van homerule.
Sir Edward Carsoin heeft aan de pers een
langen brief gezonden, waarin hij betoogt,
dat als de regeering de homerule aan Ulster
opdringt, zij Hare plechtigste beloften breekt.
Het verholen dreigement in dezen brief
komt duidelijk aan den dag in een brief van
Carson aan de secretaris van den raad der
unionisten in Ulster, waarin hij eene spoe
dige reorganisatie van de sedert het uit
breken von den oorlog stop gezette machi
nerie in de geheele provincie aanbeveelt.
Kopenhagen, 30 April. (\V. B.) Bij
de verkiezing van kiesmannen voor het
landsting werden gekozen 1399 aanhangers
van de regeering (sociaal-democraten en ra
dicalen) en 1577 opposanten (conservatie
ve linkerzijde, kerkelijke lijsten en bedrijfs*
partijen). De kiesmannen zullen in de vol
gende week bijeenkomen om 54 leden van
het landsting te kiezen.
Het landsting bestaat uit 72 leden, waar
van 18 reeds gekozen zijn door het vorige
landsting.
Weenen, 1 Mei. (Part.) De eerste ge
zant van de Ukrainische republiek te Wee
nen Jakowliw zeide in een onderhoud met
vertegenwoordigers van de Weener dagblod-
pers, dat in Kiew de orde terugkeert', al kan
ook het door de Bolshewiki aangerichte on
heil eerst langzaam goedgemaakt worden.
Uit Groot-Rusland komen slechte geruchten.
De Russische gevangenissen zijn propvol. Ip
de steden heerscht het gepeupel.
Men hoopt in Kursk spoedig te komen
tot het sluiten van den vrede tusschen d€
Ukroinen en Groot-Rusland.
De oogst in de Ukraine belooft schitterend
te zullen verloopen.
Washington, 1 Mei. (R.) De Ship
ping Board bericht, dot in totaal 240.000
ton nieuwe scheepsruimte zijn gebouwd
Twee derden doorvan zijn voltooid in d<
laatste halve maand.
San Francisco, 1 Mei. (R.) De ge
wezen Duitsche militaire attaché von Brinc-
ken is veroordeeld tot twee jaren gevange
nisstraf, de agent van de Norddeutsche
Lloyd Capelle tot vijftien maanden, de an
dere beklaagden tot kleinere straffen.
Weenen, 1 Mei. (Part.) Prinzip, do
moordenaar van het Oostenrijksche troon-
opvolgerspaar, is in de gevangenis van de
vesting Thereslenstodt aan beentuberkulose
gestorven.
Oott-lndlê.
i ovinfe.
De correspondent van de N. R. Ct. te
Soerabajo seint
De heer Lovink zal binnenkort zijn ont
slag nemen als directeur van het departe
ment van landbouw, handel en nijverheid.
Hij zal benoemd worden tot president van
het Kinabureau te Amsterdam als opvolger
van mr. Ramaer.
HeclitnlugaiiK goweigerrt.
De Raad v. Just, te Soerabnja heeft ge
weigerd rechtsingang te verleenen tegen den
gewezen leeroor Baars, ter zake van opruiing
Kameroverzicht
Tweede Kamer
Na installatie van den nieuwen commies
griffier baron D e V'o s van S t e e n w ij k,
werd in de zitting van Woensdag de behan
deling van het wetsontwerp tot instelling
van een handelsregister voortgezet. Het
amendement-Van Raalte, om het houden
van het register niet aan de secretarissen
der Kamers van Koophandel, doch aan de
griffiers d.er kantongerechten op te dragen,
werd ingetrokken in verband met de Nota
van Wijzigingen, waarbij het houden van het
register aan de griffiers wordt opgedragen
in afwachting van een wettelijke reorgani
satie der Kamers van Koophandel.
In verband met de door den heer Van
Raalte gevraagde stemming over art. 7
en aankondiging van een amendement-
Rutgers op art. 2, werd de behandeling ge
schorst tot morgen.
Aan de orde was nu de wijziging der wet
op de vermogensbelasting (be
lasting op ongebouwde eigendommennaar
verkoopwaarde in plaats van naar de be
lastbare opbrengst).
Nadat de Voorzitter heeft medege
deeld dat is ingekomen een voorstel van de
fractie van voorzitters, behalve den heer
Van Raalte, betreffende bet onderzoek door
een staatscommissie naar hetgeen tijdens
den toestand van oorlogsgevaar heeft plaats
gehad ter zake van de voorziening van het
land met levensbehoeften en ter ondersteu
ning van landbouw, nijverheid 'en handel.
De 'heer Van B e r e s t e ij n verdedigt
het amendement om kunstvoorwerpen niet
te beschouwen als belastbare vermogensbe-
standdeelen.
Men neemt veeleer vrede met een onge
zond karakter dan met een ongezond gestel.
Roman door ERIK LIE.
Geautoriseerde vertaling uit het Noorsch door
A. M. van der Linde n—v an Ede n.
I.
De lente en het zachte weer hadden zich
aangekondigd met het woeden van een gewel
digen slorm over het land. Van alle kanten
werden zware verliezen gemeld, overal dre
ven wrakgoederen en rondhouten tusschen de
eilandjes. En in de steden langs de kust wa
ren eeuwenoude rcuzenboomen geknakt als
zwavelstokken, kleine pakhuizen waren ver
nield en de vaartuigen hadden zich weten
los te maken, ofschoon zij dubbel vastge-
meerd lagen.
De kleine landingsplaats op Skjoergaard-
strand werd beschermd door Skjoergaard zelf
en zijn honderden vruchliboomen. De wind had
gehuild en gegierd en met rêuzenkracht ge-
beuk! op de kleine huizen met roode daken,
alsof hij hen weg wilde blazen cn met zich
voeren in zijn wfWe jacht.
Maar zulke oude schippershuizen zijn taai,
zij hebben zoo menigen stoot te verduren ge
had in den loop der tijden; zij gaven zich niet
over, zelfs niet wanneer de storm scheen op
te komen uit de diepste diepten der zee. De
balken kraakten slechts cn zij lieten den wind
loeien en brullen door de binten van het dak.
En de menschen gluurden door hun kleine
ruitjes om te zien of dc storm bedaarde.
Drie dagen en drie nachten waren dc gol
ven over den aanlegsteiger geslagen, zoodal
het niet geraden was er te komen. Drie et
malen lang had de bevolking in dien zwijgen
den angst verkeerd, waaraan onze kustbewo
ners zoo gewend zijn. En in den nacht van den
derden dag bulderde dc storm zóó en was de
vloed gekomen zoodat de vlaggcstokkcn
zwiepten en de wind nat van vocht werd
voortgedreven.
Maar den vierden dag 's morgens lag de
zee als door oen wonder kalm, buiten in de
baai, en de hemel was zachtblauw en als
schoon geveegd, en de zon speelde met een
schijnsel als van groen gekleurd glas op de
schuimende kuiven der golven, buiten in de
branding. In zulk een donkeren Aprilnacht
kan er van alles gebeuren^
Wat nu ieders belangstelling wekte, was dat
er, bij het aanbreken van den dag, bij Graa-
holm een als schoener getuigd en gehaperd
schip halverwege op het slrand zat. In de
duisternis was het door den storm naar bin
nen gedreven en door een gelukkig toeval met
den boeg op een plaats geloopen waar het
vast was blijven zitlen zonder gebroken te we
den. Van de masten waren slechts kleine
stompjes over. De verschansing, dc hut en
alles aan boord was weggevaagd.
Maar wat meer dan iets anders de fantasie
in beweging bracht, was, dat aan een stang
een zwarte doek werd gezien. Deze was aan
den éénen kant geheel gescheurd, maar er
was geen twijfel aan liet was niet meer of
minder dan de pestvlag.
De mare over liet wrak ging als een loopend
vuurtje langs de kleine huizen die aan den
voet der klippen lagen. Kleine*jongens ston
den legen het felle zonlicht in te staren met
hun handen voor de oogen en de oudere
menschen verzamelden zich in groepjes.
Men had den storm geheel vergeten.
Het wrak, dat in den loop van den nacht
opgedoken was ah een wonder nam ieders
aandacht in beslag. F.r werd gepraat en ge
gist. Het praatje ging. dal liet een oud fregat
moest zijn. dat omgebouwd was liet hcele
falsoen cn de romp met dc groene koperbe-
klceding wees er op. dat het voorheen een
oorlogsschip moest zijn geweest.
Ieders opmerkzaamheid werd op dit oogen
blik gericht op een paar booten, die dadelijk
te water waren gelaten en nu in den helderen
morgen naar buiten roeiden.
Het was zoo stil. dal het geluid der riemen
om de pinnen over de geheele baai werd ge
hoord, en liet was zoo helder dat de gestalten
het groene kristalheldere water onder dc kiel.
der roeiers zich duidelijk weerspiegelden in
liet waren de oude visschers Enok Enoksen
en David Hyse, die onmiddellijk ieder in hun
boot er op uit waren gegaan. Zij waren erva
ren zeelui, die nu aan den wal leefden en in
hun onderhoud voorzagen door een weinig te
visschen.
Terwijl zij het wrak naderden, zwenkte de
eene boot na de andere, alsof zij het vaartuig
nauwkeuriger wilden opnemen.
De oude Enok, die het schip op zijde kwam,
rustte een oogenblik uit op de riemen.
„Ohoil" riep bij op slependen toon.
Niemand antwoordde.
,.Ohoi!'' zong hij met nog luider stem.
Er scheen geen levende ziel aan boord te
zijn.
De twee boolen bleven een oogenblik liggen
en kruisten toen om het wrak
Hel was een* ijzeren schip en er klonk nu
en dan een lange, zóemenden toon uit het
ruim.
Enok en David Ilysc waren er niet vrij van
tc meenen dat er geesten aan boord huisden.
Maar toen streken zij zich* over den mond,
staken hun pruim in hun vestzakje, en enter
den voorzichtig langs een touw dat buiten
boord hing, naar boven.
Terwijl zij over dc reeling wilden wippen,
werd de deur van de kaartenkamer geopend,
en een jonge man in een jerscytrui en blauwe
broek kwam te voorschijn.
Hij was doodsbleek, en er waren ^roole,
donkere kringen om zlin oogen, alsof hij nach
ten aanéén niet had geslapen. Een eigenaar
dige trek om den mond deed vermoeden dat
hij gewoon was te commnndeeren en gehoor
zaamd tc worden. Met zijn kleinen, zwarten
knevel cn zijn lenige gestalte geleek hij meer
op iemand die aan zeilsport doet dan op een
schipper.
Ilij maakte ecu beweging met zijn hand om
hen terug le houden. „Er is hier koorts aan
boord," klonk het meteen wonderlijk ver
moeide stem, alsof hij in zich zelvcn sprak.
■7,Het heeft niet weinig gescheeld of wij waren
allen gebleven", ging hij voort.
Maar op eens werd zijn toon koel zakelijk.
„Vier man zijn overboord gegaan, elf liggen
ér beneden iialf-dood. Ik ben de eenige aan
dek. De schuit werd hier van nacht als een
bal neergcslingerd. Waar ben ik hier?" vroeg
hij met een belangstellende blik naar het land.
„Dit is Skjoergaardstrand", verklaarde oude
Enok, „ja, hel geluk is mei u geweest, kap-
lein. Een wonder is het dat u zóó leland is
gekomen".
Er lag zooveel kalmte en vastheid over de
gestalte van den kapitein dat Enok zijn best
deed zijn woorden zoo netjes mogelijk te kie
zen.
„Dat dacht ik wel", knikte de vreemdeling
voor zich heen. „Roei terug en meld. dal het
de „Atalanta', van Buenos Aijres is, cn dat er
gele koorts aan boord is. Dc schuit ligt hier
voorloopig veilig." Zijn toon klonk als een
commanda, dat geen tegenspraak duldde.
De twee visschers bleven inlusschen slaan
alsof zij over iets dachten. „Wij meenden dat
er misschien iels wns, waarmee we den kap-
tcin konden helpen*, sprak David Ilysc ein
delijk voorzichtig.
„Dank u, met niets", antwoordde de vreem
de.
Even daarna roeiden dc beide booten naar
den haven terug. De riemslagen klonken zacht
in hel water, en iedere slag werd door hon
derd oogen van den wal gevolgd.
De gebeurtenis was zoo spoedig mogelijk
naar de naastbij gelegen stad geseind eij in:
den namiddag kwam dc stoombarkas van de
gezondheidscommissie in zicht Dc barkas
ging loefwaarls van hel schip liggen, zoodat
inen niet kon zien wat er voorviel Maar men
bemerkte dat het plotseling levendig werd op
het dek cn dal cr een zwart langwerpig voor
werp weggedragen werd. Elf zulke langwer
pige dingen werden geteld, die nllcn voorzich
tig over de reeling werden getild.
Of de inhoud levend of dood was, daarvan
wist men niets. Men hield zich zorgvuldig aan
de uitspraak van den kapitein, dat er elf van
de manschappen halfdood waren.
(Wordt vervolgd.!