BUITENLAND
BINNENLAND
P3I1S OEI AOVËOIEüIIEü
„DE EEMLANDER"
FEUILLETON.
Het nest verstoord
I6e Jaaraana, No 3-43
IDnilUriiCUTCDDIIC p" 1 m"ndcB ,OM Amcrs*
ADUnntmtnlOrnlJu foor! f 1.50l Idem franco
pel po»i f 2.00. pet week iroel gratis verzekering
tegen ongelukken) f 0.14. afzonderlijke nummer»
f 0.05. Wekelykscb bijvoegsel »D# HolUndschs
Huisvrouw londct redactie tan Thérése Hoven)
per 5 maanden 50 cent Wekelljkscb bijvoegsel
uWcreldrcvue* pet 3 maanden 60 cent-
Woensdag 8 Wel 1918
HOOFDREDACTEUR: M«. D. J. VAN SCHAARDENBURG
UITGEVERS: VALKHOFF Co
BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL, HOEK UTRCChtscmestr.
INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513
van 1i regels f 0.80#
elke regel meet 0.2<\
dienstaanbiedingen 1—5 regels f OJ0. groole letter*
naar plaatsruimte. Voot handel ee bedrijf bestaan
zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald advct»
teeren In dit Blad, bij abonnement Eene circulair*,
bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden
Politiek Overzicht
De Duitschers in de
Ukraine.
Wij hebben gisteren de aandacht geves
tigd op verschijnselen in Groot-Rusland, die
schijnen te wijzen op eene kentering naar
rechts, die daar gaande is. Dergelijke ver
schijnselen vertoonen zich ook in de repu
bliek Ukraine. Daar is tengevolge van eene
omwenteling de regeering, die de afschei
ding van Groot-Rusland had verricht en in
Brest-Litowsk den vrede met den vierbond
had gesloten, heengegaan. Een nieuwe re
geering is opgetreden, aan welker hoofd met
den ouden, onder het volk geliefden titel
hetman staat de generaal Skoropadsky, een
Ukrainer van geboorte, die in het Russische
leger heeft gediend. Van welke politieke
kleur hij is, daarover zijn de' berichten te
genstrijdig. Volgens de Neue Freie Presse
behoort hij tot de partij van de Samostiniki,
die de volledige onafhankelijkheid van den
staat Ukraine op den voorgrond stelt en van
eene federatie met Rusland niets wil weten.
In Berlijn is men daarop niet gerust; men
verdenkt "hem blijkbaar, dat zijne sympa
thieën naar Rusland neigen. De Duitsche
regeeTing heeft het noodig geacht tot weg
neming van die ongerustheid in de hoofd
commissie van den rijksdag met nadruk te
verzekeren, dat generaal Skoropadsky een
Ukrainer is en geen Rus en dat hij zoowel
als zijne vrouw bepaald pro-Duitsch zijn.
Dezelfde onzekerheid bestaat ook wat de
richting betreft van de mannen, die als mi
nisters generaal Skoropadsky In de regee
ring ter zijde staan. In de hoofdcommissie
van den rijksdag werd opgemerkt, dat de
nieuwe regeering bestond uit kadetten en
federalisten, d. z. lieden, die naar hunne
partijstelling de laatsten waren om mee sa
men te werken. Ook hier gaf de Duitsche
regeering geruststellende verzekeringen
volgens hare voorstelling is het nieuwe
Ukrainische ministerie een zuiver zaken
kabinet, waarvan alle leden staan op de
grondgedachte van den hetman: „Handha
ving en versterking van de nationale zelf
standigheid van de Ukraine in nauwe aan
sluiting aan de centrale mogendheden, voor
al aan Duitschland, onder uitschakeling van
Groot-Russische en Poolsche aspiratiën."
Volgens de door de Duitsche regeering
.gegeven voorstelling was juist de nu afge
treden regeering in de Ukraine niet te .ver
trouwen en kwaadwillig gezind. Zij heeft ge
tracht zich te onttrekken aan het nakomen
van de verplichting tot levering van graan
aan Duitschland en Oostenrijk-Hongarije,
die zij op zich had genomen. Zelfs zijn eeni-
gen van hare leden betrokken geweest in
eene samenzwering, die ten doel had de
Duitschers uit het land te verdrijven. De
samenzweerders hielden hunne bijeenkom
sten in de \toning van den minister van
oorlog; zij waren bezig daar een soort Sici-
Haansche vesper voor te bereiden met de
bedoeling alle Duitsche officieren te dooden.
Dit is de naam van den bloedigen opstand,
die in 1282 op het eiland Sicilië is uitge
broken tegen de heerschappij van het Fran-
sche huis Anjou; sints dien tijd is dit de
spreekwoordelijke benaming gebleven voor
eiken moorddadigen volksopstand tegen
eene gewelddadige vreemde heerschappij.
Men heeft tijdig maatregelen kunnen ne
mén om dit gevaar af te wenden en ook de
aflevering van het graan zeker te stellen.
Maar het militaire gezag schijnt daarbij alles
behalve handig te werk te zijn gegaanhet
heeft daardoor eene ontstemming gewekt,
die had kunnen en moeten vermeden wor
den. De Duitsche regeering heeft dat zelf
erkend; zij heeft excuses gemaakt en den
militairen opperbevelhebber, maarschalk von
Eichhorn, aangeschreven, dat hij in politieke
zaken niet anders mocht handelen dan in
overleg met den gezant von Mumm.
Dat heeft echter niet belet, dat over dit
onhandige optreden van het militaire gezag
in de hoofdcommissie van den rijksdag har
tige woorden zijn gezegd. Niet alleen van
de zijde van de oppositie, waar men de re
geering voor de voeten wierp, dat als zij zoo
voortging, zij zich verdienstelijk zou maken
jegens de Entente. Wat van bevriende zijde
werd gezegd, klonk weinig minder scherp.
Zoo klaagde de afgevaardigde Erzberger, dat
men in de Ukraine bezig is de grootste fou
ten te begaan en dat het willekeurige optre
den van het militaire g^zag alles omverwerpt
wat daar tot stand is g'ebracht. Om daarte
gen een tegenwicht te krijgen, werd aange
drongen op behandeling van de zaak in de
volle vergadering. Als het daartoe komt, dan
zullen er zeker nieuwe dingen aan den dag
komen, die de oude waarheid bevestigen, dat
"het Duitsche beleid, dat zulke groote dingen
tot stand brengt op het gebied der krijgs
kunde, op ander gebied 't veelal moet af
leggen. Als de Duitschers zulke goede staats
lieden en diplomaten hadden als zij gene
raals hebben, dan zou deze oorlog reeds
long in hun voordeel ten einde zijn ge
bracht. Maar in het domein van het alge-
meene politieke beleid zijn zij minder goed
toegerust dan op het militaire gebied. Dit
verschaft aan het militaire element een over
wicht op den geest, waarin de zaken worden
gevoerd, waarvan de invloed dikwijls wordt
ondervonden, en lang niet altijd doet die
invloed zich gelden in den geest, die voor
het algemeen belang de meest gewenschte
zou zijn.
De oorlog.
Van de oorlogstooneelen in het westen en
in Noord-Italië steeds geen nieuws.
In Palestina is eene Engelsche onderne
ming om den strijd over te brengen naar
het gebied ten oosten van den Jordaan mis
lukt; zij zijn weer naar den westelijken oever
van de rivier terug moeten gaan.
Gisteren op het middaguur zijn de vredes
verdragen tusschen Rumenië eenerzijds en
Duitschland, Oostenrijk-Hongarije, Turkije
en Bulgarije anderzijds, onderteekend. Daar
mee is op het geheele front in het oosten
de oorlogstoestand weer overgegaan in den
vredestoestand.
De onderteekening is geschied in het pa
leis Cotroceni in dezelfde zaal waar het be
sluit genomen werd om in den oorlog te
gaan. Den 27en Augustus 1016 heeft Ru
menië den oorlog verklaard aan Oostenrijk-
Hongarije. Terstond daarop volgde de oor-
logsverklaring van Duitschland aan Rumenië.
Den 28en Augustus verklaarde Turkije, den
len September Bulgarije aan Rumenië den
oorlog.
Het voorloopige vredesverdrag, waarvoor
nu het definitieve verdrag in de plaats is
gekomen, is van 6 Maart van dit jaar.
Berlijn, 7MeL (W. B.) Het huis van af
gevaardigden heeft heden de twe^e lezing
ten einde gebracht van het wetsontwerp be
treffende de grondwetswijziging. Het ont
werp werd aangenomen in de redactie van
de commissie met verwerping van de waar
borgbepalingen van het centrum. Daarmee
is de tweede lezing ten einde gebracht. De
derde lezing begint den 13en Mei.
Budapest, 7 Mei. (Corr.-bur.) De
Staatscourant bevat den volgenden konink
lijken brief:
Waarde dr. Wekerle. Naast de oplossing
van gewichtige financieele vraagstukken,
die geen uitstel dulden, hebben wij onder #de
tegenwoordige moeielijke omstandigheden
de moeielijke taak te verrichten van de ont
wikkeling van den nationalen staat Honga
rije en de zorg voor zijne belangen. Het be
reiken van deze groote oogmerken eischt de
ontplooiing van de volle kracht der natie
en om deze reden beschouw ik het in 't be
lang van de productieve werkzaamheid als
wenschelijk, dat de uitbreiding van het kies
recht, die de politieke en maatschappelijke
kringen in voortdurende opgewondenheid
houdt, in wederzijdsch overleg hoe eerder
hoe liever verwezenlijkt wordt in d-n zin,
dien ik in mijn schrijven von 28 April 1917
heb aangegeven. Ik wensch den ongeschon
den wettelijken invloed van mijne Hongaar-
sche regeering op de leiding van de ge
meenschappelijke zaken te verzekeren. Het
is mijn levendig verlangen, dat het door
mijne vorige regeering opgestelde en door
mij goedgekeurde programma volkomen ver
wezenlijkt wordt. Wanneer dit tot mijn leed
wezen en tegen mijne verwachting in weder
zijdsch overleg niet bereikbaar mocht zijn,
machtig ik u en mijne regeering, hoe zeer
ik ook verkiezingen tijdens den duur van
den oorlog wensch te vermijden, dat zij in
het belang der afdoening van de kiesrecht
kwestie en van het programma der regee
ring tot verkiezingen voor een nieuw parle
ment zal kunnen overgaan. Op dezen grond
slag benoemd ik u op nieuw tot mijn Hon-
gaarschen minister-president -en bevestig u
in uwe tot dusver bekleede positie en ver
wacht uwe voorstellen betreffende de vor
ming van eene nieuwe regeering.
Wekerle. Karei.
Baden, 5 Mei 1918.
Tweede telegram. Volgens de be
richten van de dagbladen zullen in het ge
wijzigde kabinet-Wekerle hunne portefeuille
behouden de minister van financiën Popo-
vics, de honvedminister baron Szurmay, de
minister van landbouw graaf Serenyi, de mi
nister van handel Szterenyi, de minister van
het koninklijke hof graaf Aladar Zichy, de
minister van de volksvoeding prins Win-
dischgraetz, de minister voor Croatië Unkel-
hauser.
Daarentegen zullen aftreden de ministef
van justitie Vaszonyi, de minister van eere-
dienst graaf Apponyi, de minister van bin-
nenlandsche zaken Toth en de beide minis
ters zonder portefeuille graaf Moritz Ester-
hazy en Bela Foeldes.
Londen, 7 Mei, (R.) Asquith stelde in
het Lagerhuis een vraag betreffende een
brief aan de pers,_ afkomstig van generaal
Maurice, die kont 'eden een hooge functie
bekleedde en thans in actieven dienst is,
waarin hij Lloyd George en Bonar Law be
schuldigt misleidende verklaringen in het
Huis te hebben afgelegd over de uitgestrekt
heid van het Britsche front en de totale sterk
te van de Britsche strijdkrachten in het Wes
ten.
Asquith vroeg, welke maatregelen de re
geering dacht te nemen, om het Huis in staat
te stellen een onderzoek te doen naar deze
bewering. Bonar Law antwoordde, dat door
den brief van generaal Maurice twee vragen
werden opgeworpen vooreerst in hoeverre
het schrijven van dezen brief in overeen
stemming was te brengen met de militaire
discipline, en in de tweede plaats of de mi-
nisterieele verklaringen juist waren. De eer
ste vraag is reeds op de gewone wijze bij de
militaire autoriteiten in behandeling. Wat de
tweede vraag betreft, zullen, daar de eer der
ministers er bij betrokken is, twee rechters
uitgenoodigd worden als eereraachop te tre
den, om een onderzoek in te stellen naar de
juistheid der beschuldiging en zoo spoedig
mogelijk daarover te rapporteeren. Bonar
Law stemde er in toe, dezen eereraad niet
eerder te benoemen alvorens het Lagerhuis
deze zaak besproken had.
Tweede telegram. Asquith heeft
medegedeeld, dat hij zal voorstellen in plaats
van den eereraad van twee leden, een com
missie uit het lagerhuis te benoemen, die
■^en onderzoek naar de beweringen van Mau
rice zal instellen. De discussie hierover zal
Donderdag plaats hebben.
Kiew, 4 Mei. (W. B.) Volgens een be
richt van de Kiewskaja Mysel heeft de plaats
vervangende minister-president de vertegen
woordigers van de pers ontvangen. Hij ver
klaarde, dat het tegenwoordige kabinet een
overgangskarakter draagt en als een van zij
ne voornaamste plichten beschouwt de voor
bereiding van de bijeenroeping van den land-
dog, die de grondslagen voor de parlemen
taire inrichting van de Ukraine en die inrich
ting zelf zal vaststellen.
De in het eerste manifest van den hetman
uitgevaardigde wetten zullen slechts geldig
blijven totdat de landdag is bijeengekomen;
hun doel is de werkzaamheid van den het
man in een bepaald wettelijk kader te bren
gen. Het uitwerken van de bepalingen over
den landdag en van de nieuwe kieswet zal
de eerste taak von het ministerie zijn, waar
toe bevoegde kenners van het staatsrecht tot
medewerking zullen worden geroepen.
Washington, 7 Mei. (R.) Het oor
logsdepartement heeft aan het congres ge
vraagd nog een milliard dollars beschikbaar
te stellen voor den luchtdienst, behalve de
reeds verleende 640 millioen.
Londen, 7 Mei. (R.) De Times bericht
uit Sjanghai van 2 Mei: De Chineesche pers
bericht positief, dat de Japansche gezant te
Peking Hajashi den premier Tuen een be
zoek heeft gebracht om hem mede te dee-
len, dat zijne regeering hem heeft gelast de
bemiddeling van Japan aan te bieden tus
schen Noord- en Zuid-China.
Kameroverzicht
Tweede Kamer
Het voorstel van den heer Van Raalte,
Woensdag ook de verbetering der haven
van Vlissingen in de afdeelingen te onder
zoeken, werd in de zitting van Dinsdag aan
genomen met 43 tegen 17 stemmen. Het
voorstel-Kleerekoper om het ontwerp tot
het overnemen van aandeelen van spoor
wegmaatschappijen eveneens te onderzoe
ken, werd. aangenomen met 30 tegen 27
stemmen.
Aan de orde is de
interpellatie Kooien,
betreffende de oligarchische clausule en
akten van oprichting van naamlooze ven
nootschappen. Interpellant acht de bepalin
gen waardoor de macht van de algemeene
vergadering wordt overgebracht naar enke
len strijdig met 'het wetboek van koophan
del en meent dat de minister van justitie
niet zijn medewerking mag verleenen aan
de koninklijke goedkeuring van statuten met
zulke bepalingen. Hij vraagt of de minister
voortaan het opnemen van zulke bepalingen
wil tegengaan.
De Minister ziet geen strijd met het
wetboek van koophandel, meent dat van
misbruik nog niets is gebleken, doch ver
klaart, dat, wanneer zich misbruiken voor
doen, de koninklijke bewilliging niet meer
kan worden verleend.
Aan de orde is daarna het ontwerp-Duys
c.s. tot
Verleening van ouderdomsrenten.
De heer Beumer (a-r) betoogt dat dit
ontwerp beoogt invoering van een slecht
stelsel van armenzorg en gevaarlijk is met
het oog op de steeds toenemende eischen
naar uitbreiding. Hij zal daarom tegenstem
men ook in het belang der arbeiders, dio
meer gebaat zijn met de wet Talma, zij het
dan aangevuld met opneming ook van niet-
loonarbeiders onder de verplicht-verzeker
den.
De heer Kooien (r.-k.) vraagt aan mi
nister Lely of het ontwerp zich naar diens
meening zonder meer verdraagt met de in
validiteitswet. Hij verwijt aan de linkerzijde
gebrek aan belangstelling voor behandeling
van haar voorstel en betoogt, dat de indie
ning strijdig is met het politieke convenant.
Hij is eveneens bereid tot opneming ook van
niet loonarbeiders in de invaliditeitswet.
De heer Rutgers (a.-r.) betoogt, dat dit
ontwerp strijdig is met het politiek bestand.
Hij wijst op de droeve sociale politiek der
linkerzijde gedurende de laatste 5 jaren,
niet als gevolg van parlementaire, doch van
politieke onmacht en het niet invoeren van
de wetten-Talmo. Spr. houdt uitvoerig vol
dat de Ouderdomswet een stelsel van ar
menzorg bevat.
De heer Rink (u.-l.) betoogt dat de in
diening van het ontwerp niet strijdig is met
het politiek accoord. De linkerzijde mocht
geen politieke winst behalen, doch ook
geen politiek verlies lijden en daarop zou
neerkomen het prijsgeven van de eenmaal
behaalde overwinning.
De bedoeling van het ontwerp is alleen
de zaak in den oorspronkelijken toestand
terug te brengen.
De heer Drion (v.-l.) deelt mede dal de
vrij-liberalen niet tot de indiening van het
ontwerp hebben medegewerkt, omdat het
practisch toch geen effect zal hebben en
slechts tot onvriendelijke discussies aanlei
ding zal geven. Evenwel zullen zij \oor
stemmen.
Ten 4 uur 40 werden de beraadslagingen
verdaagd tot Woensdag half een.
Uit dt Hers.
De ontHpmininr-
De N. R. Ct., in een hoofdartikel onder
bovenstaand opschrift, allereerst de zand
en grintkwestie besprekende, wil ronduit
spreken
„Indien men van deze kwestie een casus
belli gemaakt had, zelfs indien onze regee-
ring onverzettelijk ware gebleven, zou dat
niet anders dan eene misdaad geweest
zijn, gelijk het voor onze regeering eene
onverschoonbare fout zou geweest zijn,
déórover een oorlog te riskeeren. En het
is onbegrijpelijk, hoe iemand, na bijkans
vier jaren den ontzettenden gruwel vdh den
modernen strijd von nabij te hebben aan
schouwd, over eene kwestie van toezicht
over den doorvoer van zond en grint oor
logszuchtige bedreigingen heeft kunnen
doen Of het ernst geweest is, weten wij
niethet zal wellicht nooit uitkomendoch
behoort niet zelfs de schijn, van met oor
log te spelen, te worden vormoden
Het blad concludeert
„Duitschland heeft niets verkrge Ne
derland heeft niets toegezegd, dat niet door
onderhandeling zonder spanning, op do
meest welwillende wijze, evenzeer zou kun
nen geregeld zijn.
„Zoo geeft de „ontspanning", die nu in
getreden is, aanleiding tot voldoening al
blijft het gebeurde eene bittere ervaring.
Het f. it, dat het Duitsche Rijk, ook n u
nog, na al de ontstellende verschrikke
lijkheden van de lootsto, drie en een hall
jaar, voetstoots bereid blijft, onderhande
lingen, waar zij aan hecht, of die het om
een of andere reden niet snel genoeg op
schieten wat ook wel het geval kan ge
weest onderhandelingen over aange
legenheden, die per slot van rekening, in
vergelijking met de ontzettende gebeurte
nissen van dezen tijd, nietige futiliteiten zijn,
met schrikaanjaging en militaire bedreiging
te bespoedigen, of door wapengeweld te be
ëindigen dit feit kon niet nalaten, een
hoogst pijnlijkeh indruk te verwekken.
Men kan niemand kwaad doen zonder
zichzelf te schaden.
Roman door ERIK LIE.
Geautoriseerde vertaling uit het Noorsck door
A. M. van der Linde n—van Eden.
5
Te midden van al deze drukte kwam er op
eens een nieuw persoon te voorschijn een
klein, rond, joviaal boerenmannetje met lichte
oogen en een slordigen baard. De Directeur
zelf leidde hem rond Klinge had zich dezen
titel aangeschaft en hij werd als de toe
komstige leider van de badplaats aangewezen.
Niemand zou vermoed hebben dat deze man
de eigen broer was van den directeur. Hij
bezat niets van diens correctheid en niets van
diens gereserveerde beslistheid. Hij zag er
niet netjes uit, was spraakzaam en scheen
niets van vormen te weten. Hij deed denken
aan een man die zich thuis voelde onder de
lagere standen en die met de arbeiders om
ging als met zijn gelijken. Hij had met den
voorman gepraat over de houtprijzen en hij
had geïnformeerd of er visch in de fjord was,
ja, .hij had den hotelier Tönnensen de hand
gegeven en gekscherende gezegd dat het hecle
bad staan of vallen zou met het opdienen der
spijzen. „Een goede maaltijd doet grooler won
deren dan al de modderbaden ter wereld en
alle dokters met elkaar,had hij gezegd. En
toen had hij zijn pijpje gestopt zonder notitie
te nemen van zijn deftigen broer.
Deze twee verschillende broers waren zonen
van ccn. lang geleden gestorven, welgesteld en
landbouwer in bet ÖsterdaL De oudste zoon,
Kurt Adelaar, ging vroeg de wereld in. Hij stu
deerde voor ingenieur aan een Duitsche aca
demie, maar ging voor zijn gezondheid varen
en leidde vele jaren een zwervend leven vol
avonturen en gebeurtenissen. Hij had in de
diepste armoede geleefd, hij was even goed
thuis in het chineesche kwartier te San Fran
cisco als in de wijken der negers van New-
Orleans. Hij was schipper geweest op de Mis-
sisippi en mede-eigenaar van een zilvermijn
in Colorado. Wanneer hij alles had willen
vertellen, zou het kunnen gebeuren, dat de
geruchten^ die een tijdlang over hem in Skjacr-
gaardslrand in omloop waren, bevestigd zou
den zijn geworden. In ieder geval had hij nooit
iets geweigerd wat hem geld op kon brengen
en dikwijls was hij tot dicht aan de grenzen
der wet op bedenkelijke wijze genaderd.
Maar dit alles en meer behoorde tot de don
kere tijden in zijn leven waarover hij liever
niet sprak. Zijn welslagen was zijn brutaal
zelfvertrouwen geweest, waarmee hij zijn spel
had gespeeld. Hij was een self-made man, die
met de menschen had leeren omgaan, en de
vastheid van zijn positie hing nauw samen
met het oordeel van de omgeving, waarin hij
leefde.
De herinneringen aan het ouderlijk huis met
bet groote bedrijf in het österdal was bijna
uit zijn bewustzijn geweken. En nu had zijn
noodlot hem ten slotte te land doen komen
op Skjaergaardstrand, waar nu een nieuwe
badplaats zou verrijzen.
Hier had hij op eens aan zijn broeder Tobias
gedacht, en dezen terstond een boodschap ge
zonden; hij moest op de een of andere manier
diensten kunnen bewijzen aan de badplaats.
Maai het bleek spoedig dat Tobias niet ge
bruikt kon worden. Zijn aard en voorkomen
hoorden niet thuis in het gezelschap, dat wel
dra hier zou komen, en de directeur vergat
verder om hem voor te stellen als zijn eigen
broer.
Tobias was in alle opzichten zijn contrast.
Hij was na zijns vaders dood thuis op de
hoeve gebleven en had niet veel anders gedaan
dan blazen op zijn hoorn en ronddwalen in
de bosschen en de bergen. Men beschouwde
hem alleen zonderling, die niet geschikt voor
het gewone leven w as. Maar hij was niet dom
of onverstandig. Hij was slechts anders dan
anderen en hij gevoelde zich beter thuis onder
de arbeiders dan in den stand waartoe hij be
hoorde.
Hij was een wilde vogel van nature en van
levenswijze, die nooit had geloerd zich te bui
gen ter wille van de menschen en de maat
schappij. Het was hem slecht en verkeerd ge
gaan in het leven, maar hij beklaagde zich
niet. Hij leefde in een wereld van gevoel
een zwakke ziel onder omstandigheden die
hem zoo vreemd waren, dat hij ze niet be
greep.
De directeur begreep dat iemand als Tobias
niet bij de badgasten zou passen; het beste
zou zijn hem op den achtergrond te houden.
Hij liet hem daarom trekken naar boven, waar
op den Skjaergaardheuvcl een klein roodge
verfd huis stond aan een ruischende beek en
met uitgestrekte bosschen aan alle zijden.
Daar kon hij zijn eigen afgezonderd, eenzaam
leven leiden.
Dit was juist iets voor Tobias; hier was hij
thuis. Vol liefde voor het gebergte als hij was
door zijn herinneringen aan het verleden, her
leefde hij zijn jeugd met vissehen cn jagen.
Hier droomde hij over het verleden, over hel
dal, terwijl hij op zijn hoorn blies zoodat de
tonen wegstierven tot in de verte. En 's Zon
dags strooide hij jeneverbessen op den grond,
zooals hij op de saetcr gewoon geweest was
te doen.
Met de jaren had Skjaergaardstrand zich
uitgebreid tot een gezochte cn aanzienlijke
badplaats. De gasten stroomden aan van alle
kanten ook uit het buitenland cn de wel
vaart steeg in gelijke mate.
Het heerenhuis Flöien lag met zijn blinken
de vensters in het bosch op de hoogte van
Hukstadvik en keek met wijd geopende oogen
over de kleine, welvarende stad. Van hier uit
werd dc geheele machinerie behccrscht, van
hier uit bestuurde de vaste wil, van hier wer
den de vele draden gespannen, die in verbin
ding stonden met de talrijke afdeelingen en
kantoren van het badhuis.
Wanneer de directeur in zijn victoria uit
reed door de lindelaan en de hoofdstraat, die
over dc markt naar het park van het Kurhaus
voerde, was het of cr een gevoel van trots ging
door hen, die hem ontmoetten. Onder den
vasten blik van_Kurt Adelaar Klinge gevoelde
men zich onder krachtige bescherming cn
onder veilige hoede.
Men was alleen maar nieuwsgierig welke
verandering er nu weer aan de orde zou zijn.
Want telkens had hij een nieuwen inval, en
zoo gauw zoo'n inval bij hem opkwam, even
haastig werd die tot werkelijkheid gebracht.
Doch men fluisterde dat het óp Flöien niet
alles was zooals het zijn moeSt. Het huwelijk
scheen niet te geven, wat het beloofd had. D«
verhouding was alles behalve rooskleurig.
Er Waren drie kinderen geboren, één doch
ter, Margot, en twee zoons, Thorvald en LciL
Er werd gezegd dat de hevige scènes tusschen
de ouders niet zonder schuld waren aan de
bleeke, bijna angstige gezichten der kinderen,
II.
De veertien leerlingen van juffrouw Baltzer-
sens meisjesschool hielden hun hoofden op
zij, zoodat de vlechten scheef over dc smalle
ruggen hingen, cn boorden hel puntje van hun
tong in den éénen mondhoek.
Het was het uur van schoonschrijven, en
dan kwam het er op aan zijn best te doen.
Want lief liep legen hel examen, cn daarop
wilde ieder gaarne uitmunten.
Het was zoo stil in hel geel geverfde school-
vertrek, dat men het krassen der pennen hoor
de, alsof er een harde nagel legen een muur
schuurde. En het was zoo ademloos stil, ^at
men door het openslaande raam het geluid
der riemen om dc ijzeren pinnen van dc een
of andere boot kon hooien, buiten, tusschen
de eilandjes.
Na. ccn lang. grauw en koud voorjaar had
dc zomerwarmte eindelijk baar intocht gehou
den met een. helder blauwen hemel cn een
verblindenden zonneschijn, die zich in alles
weerspiegelde in de licht gekrulde golven
der zee, die liefkoozend treken langs de klip
pen; in -de kleine huizen met één, twee, drie
verdiepingen, in de zilveren ballen op de vlag-
geslokkcn, op de hekk n rond de goedver
zorgde tuinen, waar kersenboomen in een
sluier van bloesems stonden, als een duizend
voudig heir Van witte, fladderende zomer-'
vogels.
(Wordt vervolgd.l