de EEMLANDER" 'Buitenland w«Huraififfis:ïï,r:3 Nabetrachting over de Raadsvergadering. KOLONIËN FEöüLLETÖ^. Het nest verstoord 16e Jaargang, No. 260 IDnUilCMCUTOPDtlQ pa 5 m"nden voor Amen. nDUnnlffiL™ 1 UiKUO foort f t.50. Idem franco pes po*i t 2.00, per week (met gratis verzekering tcgas Ongelukken) f 0.14, afzonderlijke nummer» 0j05. Wekelykxch bijvoegsel *D# HolUndscht Haltnotrw (ondei redactie »an rbfcrèse Hoven) pet J maanden 50 cent. Wekelljkscb bijvoegsel •Wtttldrtvuf per 3 maanden 60 cent HOOFDREDACTEUR: M.. D. J. VAN SCHAARDENBURO UITGEVERS: VALKHOFF 4 C. BUREAU: ARNHEMSCHE POORT WAL, hock utrechtschkstk. INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513 Donderdag 30 Mei 1313 dienstaanbiedingen 1—5 regels f 0J0. grooie lettert naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeellge bepalingen tot het herhaald advert teeren In dli Blad, by abonnement. Ecne circulaire^ bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. 't Was geen wonder dat 't zoo laat werd Dinsdagavond. Eerst langwijlige en gerekte discussies over de punten der agenda; toen *n geheim tusschenspel en ten slotte, bij de rondvraag de heropening van de debatten over den gemeente-winkel, waarbij het weer heftig toeging. Vroeger is den voorzitter wel eens verweien, dat hij de teugels wat te strak aantrok; is hij tegenwoordig niet wel eens te goedig tegenover de breedsprakig heid der heeren? Wat baatte het al of de agenda zelf vrij Icort en weinig belangrijk was? Aanvankelijk ging het nog tamelijk goed. Hel voorstel tot uitbreiding van het bios coopverbod tot den 18-jarigen leeftijd, 'n heerlijk onderwerp om over te dazen, ging er zelfs vrij gauw door. De oyerheid als zedemeester legt gewoon lijk weinig eer in met hare bemoeiingen. In plaats van de 17-jarigen uit de bioscoop op 's heeren wegen te jagen en den prikkel tot het verbodene nog te scherpen, had men juister gedaan zoo noodig strenger controle te oefenen. Had niet de commissie van toe zicht zelve de uitbreiding slechts wensche- lijk doch niet noodzakelijk genoemd? De heeren Leinweber en van Nynatten wezen op eenige gevallen welke zich bij dit ver bod' kunnen voordoen. Eerstgenoemde ver zwakte z'n verzet door 'n zeer zwak argument aan te voeren; nu de gemeente 'n belasting op de Vermakelijkheden gaat heffen, moet zij het bioscoopbezoek juist bevorderen! De heer Leinweber mag gerust zijn. Het verbod zal die belasting geen afbreuk doen, de on dernemers zullen er genoeg reclame uit slaan. Niets trekt meer dan het verbodene. Veel is ook gepraat over het georgani seerd overleg". De beide socialisten hadden bezwaren tegen het voorstel van B. en W. Zij wilden niet weten van 'n commissie van bijstand, welke slechts 'n stootkussen zou zijn tusschen B. en W. en de organisaties van werkliedén en ambtenaren. Van den an deren kant werd juist gewezen op het nut dier commissie, in welke de betrokkenen hun welgeslagen pleitbezorgers in den raad zelf zouden hebben. 'n Ander bezwaar gold de uitgebreidheid van de commissie van advies uit de organi saties. Eerst hebben de socialisten volko men terecht aangedrongen op overleg; thans klagen zij over te veel overleg. Zij zouden willen uitsluiten die vereenigingen of bonden, die niet landelijk georganiseerd zijn. Van het standpunt van 'n organisatie- man is dit standpunt zeer begrijpelijk; niet echter van dat van 'n raadslid en als zoo danig zitten toch ook de soc.-dem. in den raad. De overheid zal organisatie zooveel mogelijk aanmoedigen maar zij moet als overheid de belangen van hare dienaren die zich niet orgeniseeren willen, natuurlijk even goed behartigen en mag niet optreden als wraakgodin of als waarneemster van de be langen der organisaties om de onwilligen te straffen. De heer v. Nynatten en weth. Jorissen verdedigden dit standpunt met overtuiging. Het voorstel inzake de vaststelling van het salaris van den heer Kaan als Directeur van, het Levensmiddelenbedrijf was gcreede aanleiding om de distributie weer op het ta pijt te brengen. Nog altijd is de wensen naar 'n levensmiddelen-commissie onverhoord gebleven, evenals 'n jaar geleden hekelde de heer Hofland de „koppij-doctrinaire" op vatting van den burgemeester en hij vond de directeurs-wisseling 'n prachtige gelegen heid om zoon commissie in het leven te roe pen. De heer v. Nynatten bezwoer den voor zitter om den s c h ij n van koppigheid toch weg te nemen. Wij gelooven dat die schijn van koppig heid reeds begint te verbleeken. De voorz., die 'n handigheidssuccesje had met den wensch van den heer Hofland naar 'n com missie (van advies) te stellen tegenover den zoo juist gebleken alkeer van 'n commissie (van bijstand), toonde reeds eenige toenade ring. Hij was nu niet meer tegen 'n commis sie doch vreesde dat de geschikte en onpar tijdige menschen er niet waren om haar te vormen. Het spreekt van zelf dat de raad geen be zwaar had tegen het voorstel om de ink. be lasting voorloopig in te vorderen naar den factor 1.4 (inplaats van 1.6). Dat is 'n mee valler in deze tijden. De clou van den avond kwam bij de rond vraag. De heer Van Nijnatten had de vorige maal, toen het voorstel van B. en W. om over te gaan tot gemeentelijken verkoop van 'n aantal noodzakelijke artikelen ten einde prijsopdrijving te voorkomen of tegen te gaan verworpen was, de vergadering moeten verlaten. Ook andere leden waren afwezig of niet voldoende ingelicht geweest. Daarom had hij reeds bij het adres van het bestuur der V. D. kiesvereeniging A. G. aangedron gen op dit besluit terug te komen. Dat is 'n teer punt in vergaderingen. Het kan zijn dat 'n vergadering, voltallig, 'n be sluit genomen heeftzou nu een volgende keer, wanneer toevallig door sommiger af wezigheid de minderheid meerderheid ge worden was, 't vorig besluit herroepen wor den, dan ware dit niet sterk genoeg af te keuren. Maar ook 't omgekeerde kan zich voor doen. En dan is er niets tegen dat 'n voltal lige vergadering 't besluit van 'n vorige, niet voltallige vergadering ongedaan maakt. Wij zouden ons ook kunnen voorstellen dat eenige leden bij nadere overweging, van in zicht veranderd waren. In beide gevallen be staat de wenschelijkheid de uitspraak van 'n toevallige meerderheid te herzien en in over eenstemming te brengen met den wil van het geheele lichaam. Beide omstandigheden deden zich Dins dag voor en er was dus alles te zeggen voor verbetering van de beslissing. Nadat 'n voorstander en 'n tegenstander, wien het te laat werd, „algepaard" hadden, herriep de raad het besluit niet 9 tegen 8 stemmen. Links -f de wethouders Veis Heyn en Jorissen tegen rechts -K... den sec. dern., pardon den winkelier Hofland. (Straks hoo- ren wij weer dat de arbeiders rood moeten stemmen omdat hun* belangen de belan gen der gemeenschap zijn voor de soc.-dem. Bijzaak bij de soc.-dem. 't veiligst zijn.) Evenals zoovele andere gemeenten, zal nu ook Amersfoort z'n „Gemeentelijke Winkel" krijgen. Men kent ons standpunt; wij behoe ven het niet ten 3en of 4en male uiteen te zetten. Teveel reeds is er Dinsdag nog over gepraat, 't Zuidelijk temperament van den heer van Nynatten bracht z'n tong en z'n bloed in rappe beweging. En de anderen de den daar 't zwijgen niet toe. De soc.-dem. mogen er den winkeliers in den raad geen verwijt van maken, dat ook dezen nu eens voor eigen genooten opkwa men. 't Is trouwens wenschelijk en ook 'n raadslid is ten slofte 'n mer.sch. Maar 'n mo del-raadslid moet toch voor alles de belan gen der gemeenschap dienen. En die belan gen staan hooger dan die van winkeliers of van arbeiders, of van kapitalisten of van wie ook. Er had 'n tijd kunnen komen, dat allen ons Gemeentebestuur de heftigste verwijten niet gespaard zouden hebben, wijl dit het juiste oogenblik tot voorbereiding van gemeente lijken verkoop van levensbehoeften had la ten voorbijgaan. Er kan 'n tijd komen, dat allen het besluit van Dinsdag toejuichen zullen. Er kan ook 'n tijd komen dat het blijkt niet noodig geweest te zijn. En wie zal zich dan niet verheugen, want dat beteekent dan immers dat de moeilijke dagen voorbij zijn? Maar nu niemand weet, wat ons nog te wachten staat, velen zelfs het ergste vree zen, is het beter dat wij, ook al zou er aan sommige winkeliers nadeel berokkend of voordeel ontgaan zijn, tijdig maatregelen ne men. Het is geen „Staatssocialisme", het is geen doelbewuste uitschakeling van den mid denstand, het is 'n noodmaatregel in het be lang der gemeenschap. PoIHlek Overzicht Ds binnaniaridsche strijd in Oostenrijk. IV. De beweging, 'die onder de leus, dat aan de Slavische volksstammen, die Oostenrijk bewonen, de volkomen erkenning van hunne zelfstandigheid en nationale espiratiën moet worden verschaft, streeft naar de ontbin ding van de monarchie Oostenrijk-Honga- rije zooals zij nu bestaat, ondervindt van de Entente-mogendheden warme instemming en krachtigen steun. Dat is .niet te verwon deren. Een der drijfveren, die de Entente hebben bewogen den nu welhaast vier jaren durenden strijd te beginnen en waardoor vooral Italië bewogen is zich bij de Entente aan te sluiten om de verwezenlijking te krijgen van het droombeeld der Italia irre denta, was de overweging, dot de onder de kroon der Habsburgs vereenigde volkenge meenschap zich had overleefd en rijp was om in elkaar te zakken. De geschiedenis van dezen oorlog heeft dat anders geleerd. Het Oostenrijksche leger heeft een slagvaardig heid en do Oostenrijksche staat heeft in de moeielijke omstandigheden, die hij heeft doorgemaakt, eene veerkracht getoond, die den bodem heeft ingeslagen aan de ver wachting, dat op Oostenrijk-Hongarije eene gemakkelijke overwinning zou zijn te be halen. Uit den direclen aanval, die tegen zijn bestaan werd gericht, is Oostenrijk als over winnaar te voorschijn gekomen. De mach tige steun van Duitschland heeft daarop na tuurlijk een grooten invloed gehad. Maar wanneer de kern van het Oostenrijksche staatslichaam niet gezond en krachtig was gebleken, dan zou die steun Oostenrijk niet op de been hebben kunnen houden. Het is de fout van d» staatslieden van de Entente geweest, dat zij de verschijnselen van ver deeldheid en verwarring, die zich in Oosten rijk zoo dikwijls voordoen, Je hoog hebben aangeslagen. Tegen hunne verwachting is gebleken, dat als het er op aankwam en er ernstig gevaar dreigde, het gemeenschaps gevoel bij de volksstammen, die den Oos- tenrijkschen en Hongaarschen grond bewo nen, zich krachtig genoeg deed gelden om als tegenwicht voor de middelpuntvlie dende neigingen te dienen en het besef van saamhoorigheid te maken tot het bindende, de onder de kroon der Hebsburg levende volksstammen tot gezamenlijke inspanning bezielende element. Dat is hune misreke ning geweest, die de oorzaak is van de wreede ontgoocheling, die het slagveld hen heeft gebracht. Maar Oostenrijk is het gevaar, dat ziin bestaan bedreigt, nog geenszins te boven. De rechtstreeksche aanval, die beoogde het met-de wapenen te vernietigen en in den toestand te brengen van een prooi, waaraan zijne belagers hun landhonger konden stil len, is mislukt. Rusland heeft zich zelf het lot bereid, dat het aan Oostenrijk had toe gedacht. Rumenië heeft een vernederenden- vrede moeten sluiten. Montenegro is geheel, Servië op een klein deel na door Oosten rijksche troepen bezet. Voor Italië is, nadat elf slagen, die gemunt waren op de verove ring van Triest, waren mislukt, de débucle gekomen; het schijnt thans verder dan ooit verwijderd te ziin van zijn doel de „onver loste" Italiaansche landstreken met het moe derland te vereenigen. Men geeft het echter nog niet op; men verandert van batterij en tracht langs inui- recten weg te verkrijgen wat rechtstreeks onbereikbaar was. Daartoe moet de bewe ging het middel zijn, die in Oostenrijk zelf werkzaam is de aspiratiën tot werkelijkheid, te brengen, waarvan een deel der bevolking van Slavischen stam vervuld is. Kramarcz en zijne medestanders vinden aanmoediging en steun in de Ententelanden en vinden daar de harten en de beurzen open voor de propaganda, die zij onder hunne stamgc- nooten voor hunne ideeën voeren. Van Rome uit is men ijverig bezig om de Slavi sche elementen der bevolking van de» Al penlanden tegen het Oostenrijksche be stuur op te zetten. Die pogingen schijnen wel reden tot bezorgdheid te geven. In eene audiëntie, die keizer Karei onlangs heeft verleend aan deputation uit-de zuidelijke Alpenlanden, zijn er ernstige klachten over geuit, dat, terwijl in deze door Duitschers en Slovenen bewoonde streken tot voor korten tijd eene vriendschappelijke ver houding bestond tussch-en de beide volks stammen, die verhouding nu ernstig ver stoord wordt door de beweging, die vooral in het laatste jaar in gang is gebracht om den nationalen vrede te verstoren. Den keizer werd daarom op het hart gedrukt een beslis send machtwoord te spreken tegen de Zuid- Slavische propaganda. Het gevaar, dat die beweging in zich sluit, wordt aangewezen in een artikel van de Londensche Spectator. Daarin wordt gezegd, dat tot voor korten tijd de Italianen en de Zuid-Slaven gescheiden waren door sterke ras-antipathieën, zoo zelfs, dat in den eer sten tiici nadat Italië in Mei 1915 den oorlog had verklaard aan Oostenrijk, talrijke Zuid- Slaven, die wettelijk niet verplicht waren in het leger te dienen, vrijwillig dienst namen in het Oostenrijksche leger tegen den Italiaanschen vijand. De oorzaak daarvan was te zoeken in de buitensporige eischen van de Italiaansche irredentistendie als' prijs voor de door Italië aan de westersche mogendheden verleende hulp de annexatie verlangden, 'behalve van Triest, van het schiereiland Istvie, de Hongaarsche havenstad Fiume en een lange strooi: der Dalmatische kust met de daarvoor gelegen eilanden in de Adriatische zee. De overwe gend Slavische bevolking van deze te sn- nexeeren streken verkoos den Oostenrijk- schen regen boven den Italiaanschen drup en een tijdlang was de Zuid-Slavische be weging zelfs vuriger anti-Italiaansch dan te voren. Daarin schijnt nu echter verandering gek-omen te zijn; dank zij eene wijziging, die Italië gebracht heeft in zijne politiek tegen over de Zuid-Slaven, is men op een congres van „de verdrukte natiën van Oostenrijk- Hongarije", dat een paar maanden geleden in Rome is gehouden, tot de overtuiging ge komen, dat de belangen van de Italianen en de Zuid-Slaven tegenover Oostenrijk dezelfden zijn. Daardoor is de mogelijkheid geschapen, dat beiden gezamenlijk tegen Oostenrijk van leer trokken, waaraan de Spectator haar zegen schenkt. De oorSog, De berichten van gisteren gewagen van een voortgezerten strijd in de geheele streek tusschen Reims en Soissons. In het midden van dit strijdgebied zijn de Duit schers het verst vooruitgedrongendaar is de strijd overgebracht naar den zuidelijken oever van de Vesle. Aan de beide vleugels is, volgens het namiddagberichl uit Parijs,' de Duitsche stormvloed zeer krachtig ge-] weest. Hij is ook niet zonder uitwerking ge-1 blevenhet avondbericht uit Berlijn meldt,1 dat nieuwe vorderingen zijn gemaakt in- Soissons en ook meer naar het oosten tot aan Reims, maar bepaalt zich toi deze alge- meene nonduiding. Het Parijsrhe avond- bericht geeft eenige bijzonderheden, die op het gewicht van dezen strijd een scherp licht doen vallen. Soissons is na een /v. i- ren strijd ontruimd door de Franschen, alleen nog de westelijke uitgangen van do stad bezet houden. De troepen, die Reims moeten dekken, zijn achter het Aisftekanaal ten N.W. van de stad teruggegaan. De berichten uit Londen maken van dezen geheelen strijd geen melding, hetgeen be wijst, dat de zwaarte van dezi n nieuwen strijd aan de zijde van de Entente voorna melijk neerkomt op de Frnnschen. Maar een vreemden indruk maakt dit stilzwijgen toch, want ook Engelschê troepen nemen deel aan dezen strijd. Op de andere deelen van hei front ua3 de strijd zonder beteekenis. j Wc enen, 2 0 Mei. (Corr.-inir.) I)c den 23cn Mei in het dcpnrtemenlsgehouw van B"l- lenlandsche Zaken begonnen viYdesondcrhau-', delingen met Finland namen een bevredigend verloop en leidden tot het sluiten van •u vredesverdrag. Dc onderteckcning heeft hedenmorgen plaats gevonden. Voor Oostenrijk-Hongarije werden drie verdrogen door den minister v in Builonlandschc Zaken Burian en den gezant von Mèrey en de beide aanvullende overeen komsten bovendien nog door de Oostenrijk sche en Ilougaarsche minister-]>residenten on- dcrleekend. Van Finsche zijde geschiedde dit door sena tor Helt, den Finschen gezant (e Herlijn on prof. Scrlachin, I'inseJi gerant Ie Chrisliania. \V n s li i n g t o n, 2 9 Me i. (R.) Staats secretaris Lansing maakt bekend, dat dip Vereenigde Staten met sympathie de nntio* nalistische aspiratiën van de CzechoSlo- waken en de Joego-Slaven ben: houwen. Oost-IndiS. Be opening vou «Bpia 'ridkuraiu! IJit Batavia wordt nan de N. R. Cl. ge seind: De gouverneur-generaal hccïl den Ynikv* raad geopend, llij verliet, door cavalerie om stuwd, het paleis op het Koningsplein. Een dichic menigte wachllc liém daar op. Tegen over hel gebouw stonden Amboinccsche solda-- ten niet op een ving de woorden: eer ca dank voor den gouverneur-genernal. Dit is de ccnigc cerewacbl van den raad. De mooi en- geriefelijk gebouwde galerijen waren pronvol, o. a. waren er de hoofden der depnrteme ;i Cn de legerkoinmandant. Bij aankomst van den gouverneur-generaal speelde de muziek het Wilhelmus cn juichte de menigte, die zicli vóór liet gebouw bevond. Dc gouverneur-generaal werd aan den ingang, door eenige der voornaamste leden ontvan gen. Gravin van Styrum woonde met andere dames dc zitting op een particuliere galerij, bij. >5c voedaeivoo» zaeiUntr in loffH1. -- Uit Batavia wordt geseind: Naar schatting bedraagt de som, die do regeering heeft uitgegeven voor den aankoop- van rijst, vijftien niillioen gulden. Rijstoogst wordt over 101S verwacht va® 400.000 bó.'jws meer dan het vorig, jaar De regeering hééft als aanvulling bovendien. 000.000 picois rijst van buiten aangekocht. Het departement van Landbouw beeft ook mai» aangekocht en cassave en. den verbouw vaa; voedingsgewassen aanmerkelijk uitgebreid^ De wijze heeft zooveel te denken dat hij niet eens tot spreken komt; de dwaas heeft zooveel te spreken dat hij niet tot denken komt. Roman door ERIK LIE. pjeauloriseerde vertaling uit het Noorsch door /A. M. van der Linde n—v a n E d c n. 19 Nu kwam hel er op aan de heelc schaar van bedienden te mobilisecrcn en een boodschap te sturen aan de badvrouwen. Na.de drukte van den zomer was het hier cn daar nog niet in orde, cn je kon niet weten of er dames on der het gezelschap waren. Vooral de slaapka mers op de tweede étage moesten een goede beurt hebben. Juffrouw' Carlsen vouwde de ihandeh als ze aan den directeur dacht. Zij be schouwde hem bijna als een bovennatuurlijk wezen, die met veel hoofden tegelijk werkte even als de groote Amerikaansche sloomboo- ten, die door meerdere machines worden ge dreven. Het was een schrik wanneer hij op eens zijn komst meldde en verlangde dat alles |n orde zou zijn als in een hotel. Zijn aandeel in dc drukte bestond alleen in zijn aan tafel gaan. „Berthal" ri§p juffrouw Carlsen door de ledige kamers, „Bertha, haal den loopjon gen!" Als de wind vloog zij door liet huis om or ders te geven, rechts cn links. Een half uur later was alles leven en bewe ging op Flöicn. In de eetkamer waren de meis jes bezig een groote tafel te dekken, en juf frouw Carlsen was in den lain om bloemen te snijden. Er werd gestoft cn gewreven en de plaats weergalmde van het kloppen der tapij ten. In tusschen kwamen er door de lindelaan zeven vrpuwen geloopen, ieder gewapend met een groote keukentrap op den schouder. Zij moesten de slaapkamers in orde brengen. Maar in de groote keuken gingen allen onwil lekeurig stil hun gang, want juffrouw Snevc, die de délicatessen-afdeeling van de Galtvikse zaak vertegenwoordigde en om wie bij zulke gelegenheden gezonden werd, beschouwde het bereiden van spijzen als' een soort van gods- dienstigen arbeid. „Je moet evenveel respecL hebben voor een braadpan als voor een proces," was zij ge woon te zeggen. „Een keukenmeisje moet met evenveel ernst haar werk doen als een advo caat op zijn kantoor of een dokter bij zijn pa tiënten.'' Maap de enkele uitverkorenen, die niet al leen hun werk deden met ernst, doch met aandacht, die weinigen waren in haar oogen genieën in de kookkunst. En tot deze laatste soort rekende zij natuur lijk zich zelve. Zelden of nooit sprak zij een woord, en er was iets in haar wezen, dat van zelf stilte gebood. Een Mik of een ongeduldige 'beweging was voldoende om het babbelen in zijn geboorte je smoren, wanneer de meisjes mochten bcg Jnen. Het si:'e ipr het huis fan koken cn bra den. De pjes liepen,'in eu uit. ölazen en borden rammelden. Een van de zeven werk vrouwen kwam een emmer water halen. En builen werden dc paden geschoffeld en ge harkt en de koperen leuning van den sloep ge poetst. Het bericht van dc onverwachte terugkomst van den directeur was spoedig door het ge heele stadje verspreid. Het was alsof het zo merseizoen weer geopend werd. In alle win kels werd druk gepraat over dc vele gasten. Nu kwam er een om 'bessen, dan moest er weer zachte cake voor den directeur zijn. Van alles moest cr wezen. Altijd maar weer meer boodschappen, terwijl allerlei leveranciers hun waren kwamen aan'bieden- Van ccn der boschpaden kwam een man het pad langs naar Flöicn. Ilij droeg een mand met visch aan den arm en liep zoo snel moge lijk op de keukendeur toe. Ilel was Spinneweb, de vriend van Tobias. „Hier is visch voor de gasten,'' riep hij en zwaaide de korf voor het keukenraam op en neer. „Fijne forellen, vet cn malsch en mollig als een jonkvrouw. Je kunt ze krijgen voor een billijke prijs." De glimmende forellen werden terstond ge kocht en Spinneweb waggelde tevreden en vergenoegd naar den gaardjongen, Wien hij een oud, groot horloge wilde verkoopen. „Acht kronen Het mooiste stuk oud heid,' verzekerde hij, terwijl hij het horloge liet zien.,, Een echte veer en een fijne Ameri kaansche kast." „Maak toch dat hij wegkomt," wenkte juf frouw Sneve. Maar Spinneweb bleef waar hij was en zette zijn negotie voort. Doch nu vertoonde juffrouw Carlsen zich op de stoep. „Je moest je schamen!" riep zij hem Toe. „Je in zulk een locstand te verlooncn. Wal zal dc directeur wel zeggen?" Spinneweb keek haar met zijn kleine vnr- kensoogjes aan. „Jelui jagen Tobias niet weg, want die is de broer van den directeur. Maar mijn verjaag jelui omdat ik maar een een voudige vissclicr ben!" Ilij wilde nog meer zeggen, maar alle deu ren werden opeens geopend en alle gezichten verdwenen, als bij tooverslag, toen het rijtuig van den directeur de lindelaan opreed. Alleen Spinneweb bleef staan, recht als een grenadier, cn met zijn hoed in <lc hand. Tegelijk dat de koetsier van den bok sprong, stapte Kurl Adelaar Klinge uit het rijtuig. Hij droeg een blauw pak en had een sportpel op. Zijn ronde vogeloogen monsterden vlug de plaats, terwijl hij over Spinneweb heenkeek. Toen liep hij haastig naar den ingang, waar Juffrouw Carlsen, bleek van ontroering, in afwachting stond. „U hebt mijn telegram tijdig genoeg ont vangen?" vroeg bij, na een haastige begroe ting. „Alles is in orde, meneer de directeur." „Dc gasten komen over een uur." Ilij stond reeds in de deur van de tuinkamer. Juffrouw Carlsen volgde op behoorlijken afstand. Ilij bleef slaan om een blik te werpen in de eetkamer, waar de tafel rijk gedekt stond, versierd met prachtige bloemen en blinkend kristal. Juffrouw Carlsen stond op gloeiende kolen. De directeur was iemand, <lie alles tegelijk zag en hoorde. Niets ontging zijn opmerkzaam heid. Het was een heele verruiming toen hij een oogenblik daarna knikte en zich omkeerde om naar boven t* gaan- Od hetzelfde oogenblik V ging er een deur open, en juffrouw Snevc'? warm gezicht kwam in dc opening te voor* schijn. „Is u dal, juffrouw Sneve?" /M hij, terwijl' hij om zich heen keek of cr niemand was. „f!c wilde u graag even spreken. Kunt u even op) het kantoor komen? Slechts een paar minu«' ten." Zijn slenï klonk zacht en vleiend. „Dadelijk, meneer de directeur." Juffrouw Sneve wierp ccn verontschuldigenden blik op. haar schort en sloot de deur. De kamers van den directeur waren op do tweede élagc. Behalve zijn kamers had hij cp twee kantoren, die beide in oud, geheeld* houwd eiken cn met groote, Engclschc lederen' stoelen waren gemeubeld. Dc wanden onder., hel schuin afloopende dak waren bedekt met boekenkasten, geweren cn sportzaken. Hel gc-| heel deed denken aan een gezellige kajuit, bit het ondergaan der zon, als metaalklcurigo strepen door de ruiten vallen. De directeur stond-voor den grooten spie gel in zijn slaapkamer zijn staalgrijs haar ine] ordeT ic brengen. Hij stak een schitterende] speld in zijn das en wierp het hoofd met ecu: trolschc beweging achterover. Er lag een eigenaardige zelfbewondering ia zijn gebaren. Niet eens, maar telkens weep had hij ondervonden, hoe hem plotseling iel* was ingevallen. Juist zooals nu: hel zien vort juffrouw Sneve in dc keukendeur had henf opeens een geheel plan de campagne ingc^ geven. (WrcJt vervolgd)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1918 | | pagina 1