BUITENLAND
BINNENLAND
„DE EEMLANDER"
wnuRmiezüïKa
J TWEEDE BLAD
FEUILLETON.
Yrouwenregeering
17e Jaargang, 'we. o
IDnUUCUCUTCDDIIC PCT 5 m"nden voof Am™
ADURntmtnlOrnlJu foorl f 1.50, Idem franco
per post f 2DQ, per week (met gratis verzekering
tegen ongelukken) f 0.14. afzonderlijke nummert
f Oj05. Wtltelijksch bijvoegsel eD# HoJUndsehê
Huisvrouw* (onder redactie van Tbérise Hoven)
per 3 maanden 50 cent Wckclljkscfe bijvoegsel
•Wmkkmntm per 3 maanden 40 cent
AMERSFDORTSÜH DAGBLAD
Zaterdag S Juli 19117
HOOFDREDACTEUR: M.. D. J. VAN SCHAARDENBURG
UITGEVERS: VALKHOFF C.
BUREAU: ARNHEMSCHE POORTV/AL, HOIK utrkchtichistm.
INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513
dienstaanbiedingen 1—5 regels f 0.J0. groote letten
naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan
zeer voordecllgc bepalingen tot het herhaald advet*
tecren In dit Blad, bij abonnement. Ecne drculaire^
bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Do oorlog.
Berlijn, 5 Juli. (W. B.) Een nieuwe
aanvrage van een oorlogscrediet van J5 mil
liard mark, te dekken door leening, is bij den
rijksdag ingediend.
B e r 1 ij n, 4 Juli (W. B.). De „Vorwarts"
schrijft in een hoofdartikel over het debat in
den Rijksdag van gisterenHet verlangen
van het Duitsche volk naar een spoedig eer
vol einde van den oorlog, is thans zoo sterk,
dat het bij een verstandig tegemoet komen
van de andere vijandelijke zijde*ongetwij-
feld zich duidelijk zou doen gelden.
Ook heden nog, of misschien juister, ook
heden weer, zijn de tegenstanders in de ge
legenheid een goeden vrede te krijgen, een
vrede, die niet wordt voorgeschreven door
de oorlogskaart, maar die gebaseerd is op
het evenwicht der wederzijdsche militaire
en economische krachten. De politiek van
het waarheidsoffensief, zooals zij verlangd
wordt door de soc.-dem. sprekers eischt er
kenning, dat de economische krachten van
het Duitsche volk niet onuitputtelijk zijn en
dat de afscheiding van de overzeescne mark
ten voor grondstoffen zich steeds meer doe^
gelden. Hoe openhartiger wij over dit punt
spreken, des te eerder zullen wij bij de te
genstanders, geloof vinden, wanneer wij hun
zeggen, dat deze drukkende toestand ons
nog jaren lang kan nopen tot grootere mili
taire inspanning, maar niet tot een ingaan
op onteerende voorwaarden, die de belan
gen van het Duitsche volk duurzaam schade
zouden berokkenen. Een eefVol einde voor
allen, zooals de sociaal-democratie eischt,
beantwoordt dus evenzeer aan de belangen
der tegenstanders als aan de onze.
K o s k o u, 4 Juli. (W. B.) Het Pet.
Tel.-ag. deelt mede, dat de voorzitter der
Russisch-Ukrainische vredesdelegatie Ra-
kowski hier ter stede is aangekomen voor
een verblijf van twee dagen. Volgens de
meening van den gedelegeerde zal de vrede
tusschen Groot-Rusland en de Ukraine bin
nen twee weken worden geteekend.
Budapest, 4Juli. (W. B.) In het Huis
van Afgevaardigden heeft Huszdar van de
Volkspartij geïnterpelleerd wegens den las
ter, die tegen de koningin wordt verbreid.
De minister-president Wekerle antwoord
de, dat elkeen in Hongarije met verontwaar
diging heeft vernomen van de in het duister
verbreide intriges, die door den vijand in
de wereld zijn gebracht, om onder het volk
onrust te verwekken.
De kuiperijen brengen echter de aanhan
kelijkheid van het Hongaarsche volk aan het
koningshuis niet in het minst aan het wan
kelen.
Desniettegenstaande- heeft de regeering
maatregelen genomen, om de verbreiding
van den laster tegen te gaan.
B e r 1 ij n, 4 J'u 1 i. (W. B.) Den 24en Juni,
's avonds acht uur, verzamelden zich inge-
veer 200 menschen voor de Duitsche am-
gassade te Rome, verbraken met geweld de
deur en drongen het gebouw binnen. In
verschillende vertrekken werd het meubilair
omvergeworpen, boeken werden verscheurd,
kasten geopend en drie groote schilderijen
der keizerlijke familie en verscheidene
kunstvoorwerpen vernield.
De Zwitsersche gezant heeft bij de Itali-
aansche regeering protest aangeteekend.
Bukarest, 4 Juli. (W. B.) In Molda
vië en Bessarabië werd de Giegoriaansche
tijdrekening ingevoerd.
Moskou, 30 Juni. (W. B.) Tsjilsjerin
heeft volgens een bericht In de Sovoboda
Rossij, een der hier verschijnende bladen, de
volgende nota aan den Engelschen zaakge
lastigde gericht:
„Krachtens den wil van het arbeidende
volk, dat zich de belangen zijner eenheid en
snamhoorigheid met de arbeidersmassa's van
de geheelc wereld bewust is, heeft de Russi-
schc, socialistische, federatieve, Roode Repu
bliek de gelederen der strijdende mogendhe
den Verlaten, en heeft den oorlogstoestand
prijsgegeven, welks voortduren onmogelijk
werd gemaakt door den binnenlandschen toe
stand van Rusland.
Het arbcidersvlok van Rusland en de regee
ring van arbeiders en boeren, die den wil van
dat volk ten uitvoer brengt, streeft er thaRS
naar, in vrede cn vriendschap met alle overige
volken te leven.
Het arbeidersvolk van Rusland bedreigt
geen enkel ander volk met oorlog. Geenerlei
gevaar kan van zijn kant Groot-Brillanië be
dreigen. Met des te grootcr beslistheid moet de
Soviet-regcering protesteeren tegen den door
geenerlei agressiev handelwijze van Russische
zijde teweeggebrachtcn inval van Engelsche
gewapende troepen protesteeren, die onlangs
op de Moermarikust zijn geland.
Aan de strijdkrachten der Russische repu
bliek is de bescherming van liet Moermange-
bied legen iederen inval eener vreemde mo
gendheid opgelegd. Deze hunne plicht zullen
de Soviet-troepen zonder aarzeling vervullen,
en tot het laatst jrullen zij hunne revolutie
plichten tot bescherming van hel Sovic-Rus-
land nakomen.
He volkscommissariaat dringt er dus met de
meeste beslistheid op aan, dat zich in Moer-
monsk, een stad in het neutrale Rusland, geen
bewapende strijdkrachten van Grool-Britta-
niê of van eenlge andere buitenlandschc mo
gendheid zullen ophouden. Het verheft nog
eens zijn reeds meermalen geuit protest tegen
de aanwezigheid van Engelsche oorlogssche
pen in een Moermansche haven en geeft de
besliste verwachting le kennen, dat de Engel
sche regeering. hare maatregelen herroept,
die indruisclien legen den internationalen toe
stand van Rusland, en dot het arbeidsvolk
van Rusland, dat den vurigen wensch koestert,
jn ongestoorde vriendschappelijke bel rekkin
gen met Engeland te blijven, niet tegen zijn
zin in een positie wordt gebracht, die in
strijd is met zijn zeer oprecht streven."
Kopenha ge n, 5 J u 1 i. (W. B.) De Ber-
lingske Tidende bericht uit Christiania: De
gezant van de bolshewikiregeering Beitler, in
Christiania, vertrok verleden Maandag over
Vardö naar Rusland. Bij Kirkeness werd het
stoomschip, waarop hij zich bevond, door
een Engelschen torpedojager aangehouden.
Beitler werd met drie andere Russen op den
torpedojager gebracht, die hen in Petsjinga
aan land zette, waar zij geïnterneerd wer
den. Beitler was op weg naar Moskou, om
met Lenin te beraadslagen.
Konstantinopel, 4 Juli. (Corr.-
bur.) Het geneeskundige rapport over de
ziekte en den dood van sultan Mehmed V
houdt in, dat sedeTt een week zich lichte
storingen in de spiisorganen toonden. Der.
25. Juni werd de sultan door eene hevige
koorts aangetast. In den loop van de ziekte
traden verschijnselen op van een paraly-
pheuze koorts, hetgeen eene versoberping
veroorzaakte van de diabetes waaraan de
'nooge zieke van tijd tot tijd geleden heeft.
De temperatuur steeg tot 39.5 graden. De
dreigende verschijnselen van de diabetes
konden niet meer bestreden worden. De
sultan is den 3en Juli des avonds om 10- uur
gêstorven.
B e r 1 ij n 4 Juli. (W. B.) Het Ukraini-
sche persbureau in Lausanne heeft uit Kiev.'
hetv bericht gebracht, dat tot ondersteuning
van de Czecho-Slowaken Japansche troepen
onder generaal Kato' in Wladiwostok aan
land gebracht zijn en dat grootvorst Michaël
Alexandrowitsch tot czaar is benoemd en
tegen Moskou oprukt.
Naar wij van bevoegde zijde vernemen,
zijn dit verzinsels.
N e w-York, 4 Juli. (R.) President Wil
son heeft heden namiddag een rede gehou
den aan het graf van Washington te Mount
Vernon, waarin hij van zijne opvatting van
den grooten strijd waarin het Amerikaan-
sche volk betrokken is, deze omschrijving
gaf:
Aan de eene zijde staan de volken der we
reld, niet alleen de feitelijk in den strijd be
trokken volken maar vele anderen, die on
der eene overheersching lijden maar niet
kunnen handelen, in halve slavernij verkee-
rende volken van vele rassen en in ieder
deel van de wereld, het volk van het versla
gen Rusland daaronder begrepen, ofschoon
zij voor "het oogenblik ongeorganiseerd en
hulpeloos rijn. Tegenover hen, als meesters
van vele legers, staat een afzonderde vrien-
delooze gToep regeeringen, die niet opkomen
voor een gemeenschappelijk doel, maar
slechts voor hunne eigen zelfzuchtige plan
nen, waarvan geene anderen dan zij zelf kun
nen profiteeren en welker volken brandstof
in hunne handen zijn; regeeringen, die hun
ne volken vreezen en toch voor het oogen-
blik hunne souvereine heeren zijn, elke keus
voor Kfen doende en beschikkende over hun
ne levens en goederen, zooals zij ook zullen
doen over de levens en goederen-van ieder
volk, dat in hunne macht valt; regeeringen
gehuld in de vréémde tooi en bekleed met
het primitieve gezag van een tijdnerk, dat
geheel vreemd en vijandig is aan het onze.
Het verleden en het heden zijn in een doo-
delijke worsteling en dë volken der wereld
worden tusschen, hen doodgedrukt. Er Tan
slechts ééne uitkomst zijn. De beslissing
moet finaal zijn. Er kan geen compromis
zijn. Geen halfslachtige beslissing is begrij
pelijk.
Dit zijn de doeleinden, waarvoor de geas
socieerde volken de%wereld strijden en die
door hen moeten zijn bereikt voordat er
vrede kan zijn 1. De vernietiging van iedere
willekeurige macht, v;aar. ook, die afzonder
lijk, heimelijk en uit zich zelf den vrede der
wereld kan verstoren, of, als zij voor 't oogen-
blik niet kan worden vernietigd, dan ten min
ste haar terugbrengen tot feitelijke onmacht.
2. De regeling v3n iedere kwestie, hetzij
van gebied of souvereiniteit, van economi
sche regeling of politieke betrekking, op de
basis van de vrije aanvaarding van die rege
ling door het onmiddellijk er bij betrokken
volk en niet op deLasis van het stoffelijke
belang of voordeel van eenige andere natie
of volk, dat eene afwijkende regeling kan
verlangen ter wille van zijn eigen buitenland-
schen invloed of heerschappij.
3. De toestemming van alle natiën om in
hun gedrag tegenover elkander te wordèn ge
regeerd door dezelfde beginselen van eer en
van eerbied voor de gemeene wet van de
beschaafde maatschappij, die de individueels
burgers van alle moderne staten regeeren
en in hunne betr?kkingen met elkander, op
dat alle beloften en overeenkomsten stipt
worden in acht genomön, geene private plan
nen of samenzweringen uitgebroed, geene
baatzuchtige nadeelen straffeloos toege
bracht en een v/ederzijdsch vertrouwen ge
vestigde worde op den schoonen grondslag
van ■•.•pderziïd^'~u r. voor hof »•-
4. De vestiging van eene vredesorganisa
tie, die tot zekerheid zal maken, dat de aan
eengesloten m^cht van de vrije volken iede
ren inbreuk op het recht zal stuiten en zal
dienen om den vrede en de gerechtigheid te
beveiligen door instelling van eene bepaalde
rechtbank, aan welker meening allen zich
moeten onderwerpen en waardoor redere in
ternationale schikking, waarover de direct
betrokken volken 't niet eens kunnen woren,
zal worden bekrachtigd.
Deze groote zaken kunnen worden samen
gevat in een enkelen volzin. Wat wij zoeken
is de heerschappij van de wet, gegrond op
de toestemming van de geregeerde» en ge
steund door de georganiseerde meening van
de menschheid.
Deze groote doeleinden kunnen niet wor
den volbracht door te praten over wat de
staatslieden kunnen wenschen, hunne plan
nen voor evenwicht van macht en van natio
nale gunstige gelegenheid, om te trachten
die te schikken en te plooien. Zij kunnen
slechts verwezenlijkt worden door te beslis
sen over 't geen de denkende volken der
wereld begeeren met hunne verlangende
hoop op gerechtigheid en van sociale vrij
heid' en gelegenheid.
Ik kan mij voorstellen, dat de lucht van
deze plaats de tonen van deze beginselen
met eene bijzondere vriendelijkheid draagt.
Van hier gingen de krachten uit, die de
groote natie waartegen zij eerst waren ge
richt, in den beginne beschouwden als een
opstand tegen haar rechtmatig gezag, maar
die zij"'sints lang heeft leeren beschouwen
als een stap tot de bevrijding van het eigen
volk, evenzeer als het volk der Vereenigde
Staten. En ik sta thans hier om met trots
en vertrouwenden hoop te spreken van de
uitbreiding van dezen opstand, deze bevrij
ding, tot het groote tooneel van de wereld
zelf. De verblinde regeerders van Pruisen
hebben krachten wakker gemaakt, die zij
weinig kenden, krachten, die, eenmaal ge
wekt, nooit meer-op den grond kunnen wor
den geworpen, v/ar.t zij hebben in hun hart
eene bezieling en een doel, die onsterfelijk
zijn en van de ware stof der overwinning.
New- York,4 Juli. (R.). Het nationale
feest van den onafhankelijkheidsdag' werd
door de in het buitenland geboren burgers
aangegrepen om hunne trouw aan hun
nieuw vaderland -kenbaar te maken. Vele
geboren Amerikanen paradeerden onder
vlaggen, die verkondigden, dat Amerika een
eenig land was. Ook werden vlaggen ge
dragen met opschriften, die herinnerden aan
de omwenteling van 1848 in Duitschland en
aan het feit, dat personen, die met deze
revolutie sympathiseerden, daarom uit
Duitsohdland hadden moeten vluchten.
B e r 1 ij n, 5 J u 1 i. (W. B.) Over den Ame-
kaanschen onafhankelijkheidsdag schrijft
de Nordd. Allg. Zeitung:
Weinige landen riepen zoo dikwijls de
beslissing der wapenen in als deze repu
bliek, die er zoozeer op gesteld is zich mët
den schijn van eene pacifistische wereldbe
schouwing en politiek le tooien. De militaire
gevolgen, die de avonturierspolitiek van
Wilson zal hebban, zijn in talrijke verklarin
gen van onze legeraanvoerders aangetoond.
Maar bij de moeielijkheden, die voor de
Noord-Amerikanen uit hunne militaire ne
derlaag moeten voorkomen zullen anderen
komen, hoofdzakelijk van politieken en eco-
nomischen aard, welker gevolgen in de toe
komstige geschiedenis van het land ook niet
meer zullen zijn te overwinnen.
Er zullen ook in de Unie ernstige, stil na
denkende menschen zijn, die zich de vraag
voorleggen waarheen de roes van de storm
achtige en niets orttziende avonturierspolitiek
moet leiden. Voor deze mannen zal hét mis
schien juist heden duidelijk worden, dat de
oude Amerikaansche onafhankelijkheid met
den geest, waaruit zij geboren was, verdwe
nen is en dat op de jubeltonen jaren van
smartelijke ontevredenheid zullen moeten
volgen.
De Staatscourant van 5 Juli bevat o. a
dc volgende Kon. besluiten:
A. benoemd,
bij het reserve-personeel der landmackt^lof
rescrvc-twcedc-luitcnant:
a. bij het wapen der infanterie,
bij hun tegenwoordig korps, de vaandrigs!
P. A. R. J. Bom, van hel 11de regiment; A. G<
dc Rooy, van het lste regiment; T. P. GaaL-
hcnia, van het 12de regiment; A •Wittcvcen,
van het 19de regiment; R. Brummclkamp, van
het 18de regiment; JL Allinga, a an het 19do
regiment; II. L. Kloppert, van hel 14de regi-j
ment C. J. A. Jungerhant, van het 17de rcgK
ment; II. J. \V. Nijhuis, van hel Sslc regiment;
P. Bakker, van het Gde regiment; F. A Wage*!
naar, van het 9de regiment; II. \V. Rcnvccamp',;
van hel 19de regiment; J. J. M. van Rijckevor*]
sel, van het 17de regiment; J. W. Potjes, vanü
hel 12de Regiment; .T. D- Toose, van het 1de
regiment; A. E. Sanders, van het 10dc regi*
ment; II. .7. Yoors, van hel Udc regiment; G,
Hoekstra van hel 9de regiment; II. M. Schuit*
ger, van het 19de regiment; H. C. J. Roelofsz»'
van hel 13de regiment; M. Sukkel, van hc£
20sle regiment; C. J. L. Slerkenburg, van het
5de regimeni; J. D. Landré cn G. Blok, bcidcaü
van het 20ste regiment; C. W. vander Mcy, van
het 18de regiment; M. J. Schiltman, van het
18c reg.; J. J. van Siltert, van het lste reg.f
K. J. Okon, van het 15e reg.; A. G. lv. Schou
ten, van het le reg.; P. Eigcnraam, van het
13e reg.; A. F. Grote, "van het 7e regJ. B. IL
A. Santen, van het 2e reg.; J. W. G. P. Jur*
ger.se van het 11c reg.; J J. van Deldcn, vaa
het 15e re&; C. F. T. Morshuis, van het 8c-rog.f
R. Kupenis, van het 9e reg.; J. M. Morhaus,
van het 16e reg.; D. Sinncma, van hel 7e reg;
O. Gorter, van het 19e reg.; G. Storm, van het
21e regiment; II. E. Tenkink, van hel 19e reg.;
V. M. E. '"Winters, van ly:l 2e reg.; J. M. L.
Kruytzer, van het 2e reg.; A. V. de Lauwere,
van het 10e regJ. II. M. Korsten, van hel lc
reg-;
b. bij bel wapen der cavalerie;
bij zijn tegenwoordig korps, dc kornet F. IL
Pont, van het 2e reg. huzaren;
c. bij het wapen der artillerie:
lo. -bij dc bereden artillerie bij hun tegen
woordig korps de kornetten F. Bruinsma, van
hel le reg. veld-artillèrie; J. van Stolk en jhr.
S. M. S. de Ranilz, bcideP van het 3e regiment
veld-artillerie;
2o. bij dc vesting-artillerie, bij hun tegen*
woordig korps, de vaandrigs C. J. Pilaar, van
het lsie regiment; J. S. Grabé, van het 2de
regiment; II. Xroonliof, van het lste regiment;
P. A. M. Angers, van het 3de regiment;
B. tijdelijk benoemd,
bij bet reserve-personeel der landmacht, lot
rescrvc-tweedc-luitcnant, bij het wapen der
intan-terie, bij hun tegenwoordig korps, de
vaandrig A. H. van Wely, van het 8sle regi
ment; II. J. Brat, van het eerste regiment; T.
G. van der Garden, van hel 16de regiment;
te rekenen van af 15 April 1918, benoemd
tót tijdelijk ingenieur bij den rijksstudicdicnst
voor de luchtvaart, de heer F. D. Pigeaud. m
rrtoemd tot buitengewoon lid van den
Jctrooiraad o. a. Prof. Dr. N. Schoorl, Prof.
Dr. P. van R^mvburgh, Prof. Dr. C. Eijkman,
allen hoogleeraar aan de Rijks-universiteit
te Utrecht en G. IT. Brandt, chef der central©
werkplaats der Staatsspoorwegen te Utrecht,
Roman naar het Duitsch
van
A. O s k a r IC 1 a u s m a n n.
Graaf Klinler en mevrouw Scholtelius ga
ven door luid in de handen le klappen hui*
bijval te kenneu, toen Dora haar aria had ge
zongen, en mevrouw Schotlclius kon de op
merking niet weerhouden:
„Je hebt prachtig gezongen, kindlief. Zoo
mooi als ditmaal heb je de aria nog nooit ten
gehoore gebracht."
'Dora kleurde bij het vernemen van die lof
spraak en kifikte bevestigend, toen graafvIClin-
ter zeide:
„De begeleiding was even beseheiden als
knap. Wacht maar, waarde vriend. Je zult in
de muziekvcrecniging nog heel wat in beslag
fier omen worden met je accompagneeren. Je
zult er morgen waarschijnlijk nog meer een
handje moeten helpen."
„Daar heb ik niet veel zin in, zonder repe
teeren,'* meende Werner.
„Ach, het zijn maar kleinighedèn, een paar
eenvoudige liederen van Schubert. Dé hoofd
zaak is de groote aria, waarmede Juffrouw
Dora den eerepalm zal wegdragen. Ik ben
voor den avond van morgen niet bang meer.
Hel gezelschap zal me nu verder moeten ver
ontschuldigen, ik moet nog naai: mijn buwaib'i,
Graaf Klinler nam haastig afscheid cn Wer
ner bleef bij de dames alleen.
„Wanneer wenscht u, dat dc volgende repe
titie zal plaats vinden?" vroeg hij vormelijk
aan Dora.
„De aria verelscht niel veel inspanning,"
verklaarde Dora, „maar toch zou ik haar
graag nog eens doornemen. Ik vind het alleen
wel wat erg, zoozeer beslag op uw tijd te leg
gen."
„U hebt slechts over mij le beschikken, ik
ben te allen tijde lot uw beschikking. Het is
op het werk niet zoo druk, dat ik niet een
paar uur zou kunnen worden gemist. Wanneer
u wilt, repeteeren we van avond nog eens en
leggen morgenmiddag, of nog beter in de
vroege ochtenduren de laatste hand eraan. Uw
stem kan dan den geheelen dag uitrusten en
is des avonds friseh. De beide repetities zullen
het ensemble zeer ten goede komen. Wat de
zangpartij op zich zelf betreft, daar behoeft
u, naar mij dunkt, niet meer op te studeeren.
U beheerscht die gchecL Het is er maar om
te doen, het invallen en de overgangch nog
wat te oefenen. Hoe laat wenscht u mij heden
avond te ontvangen?"
Een schaduw gleed over Dora's gelaat.
Hare wenkbrauwen trokken zich ietwat ge
ërgerd to zamen. Werner was le vormelijk in
zijn optreden, zij stonden hier toch niet in
dienstverhouding tot elkander^
„U is zeer vriendelijk, mijnheer Spalding."
antwoordde zij, terwijl zij zich dwong, bemin
nelijk te zijn „wanneer u de groote goedheid
zoudt willen hebben, nog tweemaal met mij te
willen repeteeren, zou ik u willen verzoeken,
hedenavond om acht uur en morgen ochtend
wellicht ook om acht uur te komen. Ik weet,
dat u 's morgens altijd vroeg opstaat."
^A^eriier storid op. en herhaalde;
„Van avond om acht uur en morgen ochtend
om acht uur."
Daarna wilde hij gaan; Mevrouw Schotlc
lius zcide eenigszins verwonderd.
„Maar blijft u niet een kopje thee drinken?"
Werner verklaarde echter:
„Ik moet nog naar het bureau, ik heb nog
een berekening af te maken, en zou de dames
willen verzoeken, mij le verontschuldigen."
Dora schelde en beval, de automobiel voor
Werner in gereedheid tc brengen.
Vijf minuten later vertrok hij.
Mevrouw Schottelius scheen geërgerd.
„Hij heeft verschrikkelijke haast. Wil hij
daarmee zijn dienstijver loonen? Ik weet het
niet, maar ik vind hem zóó kort en afgeme
ten, alsof hij je een gunst bewijst."
„Zoo moet u dat niet opvatten, tante,'' ant
woordde Dora iewat verstoord; „ik begrijp
zijn gedrag heel goed. Ilij wil vooral een
scherpe grens trekken tusschen persoonlijke
en ambtelijke verhoudingen. Ilij wil mij» niet
laten gevoelen, dat hij mij eenigszins een
dienst bewijst, maar stelt zich geheel cn al
op liet standpunt, dat hij een zekeren plicht
vervult; wanneer hij.zich anders gedroeg, zou
u noch ik aangenaam vinden."
Tante Schottelius was altijd gewoon het
laatste woord le hebben en in den regel be
helsde dit woord een kleine boosaardigheid.
Daarom zei ze rustig icn toch stekelig: j
„Je vindt ook alles goed,"wat die man doet."
Dahrna verliet mevrouw Scholtelius, alsof
er niets was voorgevallen, het vertrek.
VIERDE HOOFDSTUK.
Ileen cn weer, altijd in dezelfde richting
bewegen zich de dcelen van een machine, j
.waaraan dc mcnschelijkc geest een weg heeft
voorgeschreven. Sommige" dcelen van dit ver
nuftig samenstel worden echter gedrongen,
ccn andere baan le beschrijven, dan dc hoofd-
onderdeelen. Door schij\cn en licfboomcn,
wordt een of ander onderdeel genoodzaakt, in
een ander tempo of m andere richting te
gaan. Een gedwongen beweging noemt de
werktuigkundige een zoodanige inrichting,
waarbij sommige dcelen ingevolge dwang een
andere baan beschrijven als het gehceL
Dora had zich, voor zoover het haar moge
lijk was. aan de hand van populaire boeken
verlrouwd~gemaakt met dc hoofdprincipes van
de machine-leer. Zij kende dus „de gedwon
gen beweging" nauwkeurig en wist wat daar
onder werd verstaan.
Ja, ook in haar binnenste, in haar voelen
en denken was* iels gedwongens Ifnre gedach
ten gingen ook in bepaalde oogenblikken haren
eigen weg, zelfs -tfann.eer zij zulks niet wilde.
Tante Schottelius had het duidelijk gezegd:
„Je vindt alles goed, wat die man doet.
Gehjymraad Kersten zeide altijd: Tante
Schottelius zegt maar wat, die kijkt niej ver
der dan haar neus lang is. Echter kende hij
die vroliw niet voldoende; zij was ook boos
aardig en een intrigante. Zij had het groptsle
deel van haar leven in een kleinen -burger
kring doorgebracht en was de weduwe van
een controleur van de belastingen. Zij was
hccrschzuchtig, maar had nimmer dc gele
genheid gehad, deze neiging bot te vieren.
Daar werd. zij opeens gezelschapsdame van
Dora Buchwald en kwam zoodoende in een
omgeving en in verhoudingen, die zij vroeger
in het geheel niet had kunnen droomen. Dora
Buchwald was inderdaad zooield als een
koningin in het klein; men maakte zich wer
kelijk aan geen overdrijving schuldig, wan
neer men haar daarmede vergeleek.
Duizenden arbeiders en honderden bearab-
I ten w aren ondergeschikt aan hnnr, honderden
induslricclen on eveneens hónderden zaken-
j menschen verdienden geld aan haar cn waren
derhalve geneigd, zich naar haar tc richten.
Maar ook zij. die niet in bovengenoemde be-
j trekking lot haar stonden, bogen zich voor
j haar geld. Haar vermogen was grootendeel»
1 vastgelegd in haar mijnen cn fabrieken CÏ1
bedroeg meer <lnn twintig inillioon. Zelfs op
het gemeentebestuur oefende dit vermogen,
de mijnen cn fabrieken en dus 'Dora Buch
wald zelf grooten invloed uit.
En nu fungeerde mevrouw Schottelius ii»
zekeren zin als „Koningin-Moeder". Ook voor
haar boog zich dc wereld, hetgeen dc ijdele,
hecrschzuchtige vrouw in hcoge mate slrcel-
j de. Dc kleine zorgen des levens waren van
haar weggevallen. Financfecle moeilijkheden
1 bezwaarden haar rsiet meer. zoonls vroeger.
Dit alles zou echter met ccn clag verande
ren, wanneer Dora trouwde. Dan zou deze
geen gezelschapsdame meer noodig hebben
cn zou mevrouw Schotlclius weer lot baar
vroegere nietigheid terugzinken. In haar
kleine geboorteplaats, ergens i
midden
Duitschland gelegen, kon zij zich dan terug-
trekken en hoewel Dorn haar natuurlijk een
behoorlijk jaargeld zou vcrlecnen. zou toch
haar toekomstig leven i«i geen enkel opzicht
te vergelijken ziin met het tegenwoordige,
j Imuonccren kon de weduwe van dc bc-
lasling-conlrolcur dan niemand meer, zelfs al
zou ze dan over liet noodigc geld beschikken;
|de eenige heerschappij, die ze in dat geval nog
voeren k?n, zou zich niet verder uitstrekken
dan IqJ haar dienstmeisje.
(Wordt .vervolgd.)