DE EEMLANDER"
misoiiisMiiiir.^r^s
BUITEN LAND
FEUBLLETON.
Yrouwenregeering
17e Jaargang, No. 7
ABOKHEMEHTSPRIJS 7m° Z tZ
p-j po,i r 200. pet week (met gntls rerzekerlng
tegen ongelukken) t 0.14. fizonderlljke nummert
0115 Wekelljlueh bijvoegsel »D. Holbndschl
HaitvTGuw* (onder redtctie v*n IhirtM Hoven)
per 5 maanden 50 cent Wekelljkfch bijvoegsel
eWcreldrevuc* per 3 maanden 60 cent.
JJ
HOOFDREDACTEUR: Ma. D. J. VAN SCHAARDENBURG
UITGEVERS: VALKHOFF Ce
BUREAU: ARNHEMSCHE POORT A/AL, noes uTRecnncMMT«.
1NTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513
(VSaanöag 8 Juli iöisj
dienstaanbiedingen 1—J regeli f 0.50, groote lettert
naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan
zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald advet»
teeren In dit Blad, bfj abonnement Ecne circulaire,
bevattende de voorwaarden, wordi op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
De levenskracht van
Oostenrijk.
Toen het eerste bericht kwam van de mis
lukking van het Oostenrijksche offensief in
Noord-Italië, waren de verwachtingen bij de
Entente hoog gespannen. De verbeelding
spiegelde zich reeds eene catastrophe voor,
zooals die, waartoe verleden jaar de twaalfde
Isonzoslag zich heeft ontwikkeld, maar dit
maal in omgekeerde richting. Sedert zijn de
verwachtingen vrijwat gedaald. De opvatting
wint veld, dat de terugtocht, waardoor het
Oostenrijksch-Hongaarsche leger een groot
deel van de in den eersten aanloop behaalde
voordeelen weer heeft prijsgegeven, geene
verandering van beteekenis in den militai
ren toestand heeft teweeg gebrachi. In Italië
doet de pers haar best om het publiek voor
overdreven optimisme te waarschuwen en
het voor oogen te houden, dat de verdere
vervolging van den vijand en de ontwikke
ling van het verkregen succes eene takti-
sche onmogelijkheid was. Men grijpt zelfs
het oogenblik aan, om tot Amerika de drin
gende uitnoodiging te richten, de toezeg
ging, die is gegeven, in te lossen en troepen
naar het Italiaansche oorlogstooneel te zen
den. Blijkbaar acht men eene-hulp, die zich
er toe bepaalt de Amerikaansche vlag te
vertoonen in het Italiaansch-Oostenrijksche
grensgebied, niet voldoende, en men geeft
et onduidelijk te verstaan, dat zonder een
ireer afdoende hulp het succes aan de Piave
op niets zal uitloopen. Om de gevolgen van
:e débaclë van November van het vorige
jaar te herstellen, moet heelwat gedaan
worden. Men is hiermee nog slechts aan het
begin. Dit blijkt uit de wijze, waarop het
Italiaansche hoofdkwartier melding maakt
van het laatstelijk behaalde succes aan de
mond van de Piave, dat gekenschetst wordt
als „eene overwinning in den eersten groo-
ten slag van onze wederbevrijding en eene
verruiming van de zóne, die Venetië be
schermt."
In verband hiermee gaan er ook stemmen
op, die waarschuwen, dat niet te zeer moet
worden vertrouwd op de binnenlandsche ont
binding van Oostenrijk en op de national i-
'eiten-beweging, want die momenten alleen
zullen niet leiden tot het ineenvallen van de
- anarchie Oostenrijk-Hongarije. Deze stem-
zijn niet zonder beteekenis, want zij
atien een getuigenis, dat kan dienen tot
evestiging van eene waarschuwing, die een
Oostenrijksche schrijver, dr. Heinrich Fried
jung", in de Vossische Ztg. laat hooren, dat
men zich zóu vergissen, wanneer men de ge
varen overschatte, die in Oostenrijk kunnen
ontstaan uit de steeds durende krississen in
het parlement. Het is ongetwijfeld een na
deel, dat het parlement een beeld van on
bekwaamheid en onmacht vertoont. Maar
men moet zich van dat nadeel geen overdr
ven voorstelling maken. Prof. Friedjung zegt
daarvan dit
„Wanneer het bestaan van den staat van
de handelingen der tegenwoordige volksver
tegenwoordiging afhing, zou hij lang te niet
zijn gegaan. Daarvoor is echter geen gevaar.
Het ook bij onverdiend ongeluk steeds zich
van zijn plicht bewuste leger, het dynastieke
gevoel, eindelek de door ieder verstandig
mah toerereven noodzakelijkheid om
staatsbonden "om de tien nationaliteiten van
het rijk te leggen, deze innerlijke redenen
en drijfveren houden het geraamte bijeen,hunne troepen teruggenomen naar de dijk
dat door dwaas partijgeknoei wel benadeeld,' stelling aan den oostelijken oever van den
maar niet uiteen geslagen kan worden. hoofd-arm, waarmee de Piave-delta door hen
Men meene niet, dat ik de groote bezwa
ren misken, waardoor de staat nu heeft te
gaan. Het in het Czechisohe volk werkende
verraad, de politieke onbetrouwbaarheid
van de Poolsche club, de onbegrijpelijke
vijandigheid van een deel der Duitsche so
ciaal-democraten tegen het verbonden Duit
sche rijk: dit alles zijn^ernstige misstanden.
Maar niettemin blijft het geraamte van het
organisme stevig, en verachting verdienen
zij, die aan Oostenrijk-Hongarije een lot
voorspellen, zooals dat, waardoor Rusland is
getroffen. Er zijn ook bij ons dwazen en
kwaadwilligen, wien het voorbeeld van de
bolshewiki navolgenswaard lijkt. Maar hunne
onmacht is gelukkig grooter dan nun kwade
wil; op de roemrijke traditiën van het leger
breken de pogingen tot vernieling, waardoor
het Russische leger machteloos gemaakt en
uiteengedreven werd. In mi'llioenen leeft het
vertrouwen, dat de monarchie in volle eer
uit den werelds tri jd te voorschijn zal komen;
en wanneer eenmaal de Oostenrijk-Honga
rije met het Duitsche rijk verbindende in
richtingen van militairen, politieken en eco-
nomischen aard in een nieuwen vorm zijn
gegoten, zullen de wonden genezen, die den
staat worden geslagen door de geweten
loosheid van de nationale en politieke voïks-
misieiders. Het komt er slechts op aan of
het organisme sterker is dan zijne kwalen.
Daarover echter verschaft ons niet alleen
Oostenrijks geschiedenis van eeuwen zeker
heid, maar ook de reusachtige gebeurtenis
van den tegenwoordigen wereldstrijd, waar
aan het rijk nu reeds vier jaren het hoofd
biedt."
Waaraan Oostenrijk in. de eerste plaats
behoefte heeft, dat is de instelling van eene
krachtige regeering, die den wil van den
staat doet gelden. Aan talenten ontbreekt
het niet. Prof. Friedjung wijst op de staats
lieden, die toen keizer Karei aan de regee
ring kwam, aan het hoofd der regeering
stonden: Koerber in Oostenrijk, Tisza in
Hongarije; hij voegt er nog den naam bij
van gTaaf Czernin, die kort daarna minister
van buitenlandsche zaken is geworden.
Geen van deze drie mannen is door het par
lement ten val gebracht; zij hebben schip
breuk geleden op noofsche ontstemmingen,
omdat zij niet van zins waren zich naar alle
wenschen te voegen. Hunne opvolgers^ wa
ren toeschietelijker, maar zij waren zwak
kere paarden uit den stal, die bij het icnnen
ook achtergebleven zijn. Oostenrijk-Hon
garije is ongeschokt in zijn wil om tc leven
en heeft zich niet te schamen over zijne aan
de regeering te roepen zonen, als men niet
met opzet de onbeduidendèn voortrekt bo
ven de voor het ambt geschrkten. Uit inner
lijke noodzakelijkheid, al ware 't alleen om
den burg-eroor'og tusschen de tien nationa
liteiten onmogelijk te maken, hebben de
koninkrijken en landen zich tot een geheel
samengevoegd, en deze gemeenschap zal
ook hen overleven, die thans uil euvelen
moed öf onverstand het organisme mishan
delen. Oostenrijk-Hongarije is in den we
reldstrijd gebleken een veel steviger staats
gebouw te zijn dan de Russische, snel in el
kaar gezakte kolos. Veel steviger dan de
elementen van ontbinding zijn nog altijd de
krachten va-n instandhouding.
Do ocr'og,
Aan de Beneden Piave hebben de Italia
nen de Oostenrijkers teruggedrongen tot
den hoofdarm van de uitmonding der rivier
in zee. De Oostenrijkers hebben daarop
Paulskathedraal naar aanleiding van hun zil
veren huwelijksfeest werd gehouden, te heb
ben bijgewoond^ reden de koning en de ko
ningin door de met vlaggen getooide straten,
waar zich een dichte menigte verdrong, naai
de Guild Hall. De City Corporation bood
hier een adres van hulde aan, waarop de
koning antwoordde. Vervolgens overhandig
de de lord-mayor het koningspaar een oud
«ikeren drinkkan, die vroeger het eigendom
is geweest van koning Kavel II.
Tweede telegram. De toespraak
van den koning in antwoord op het hem
door het City-bestuur in de Guildhall aange
boden adres luidt aldus:
„Op het tijdstip dat het bestaan zelfs van
het rijk door een vijand wordt bedreigd, ver
heug ik mij met geheel mijn hart over het
antwoord dat de natie gaf, toen de roep tot
plicht door het geheele rijk weerklonk. Ik be
wonder met diepen eerbied de zelfopoffering
waarmede onzg overzeesche broeders hun
goed en bloed gaven voor de verdediging
van recht en vrijheid. Niet alleen aan leger
envloot, aan de luchtstrijdkrachten en de
mijnenvegers, doch ook aan de mannen der
handelsmarine, die weigeren zich door een
tot nu toe ongehoorde wijze Van oorlogvoe
ren te laten terroriseeren, breng ik den tol
mijner hulde. Ook de binnenlandsche toe
stand des lands geeft aanleiding tot trots en
rlank. Wij zien bij alle ldassen der bevolking
een bewonderenswaardige bereidheid om de
lasten van den oorlog te dragen, een boven
allen lof verheven zelfbeheersching bij alle
pogingen van den vijand om door luchtaan
vallen het moreel te breken en een niet te
buigen vastberadenheid om vol te houden
tot onze zaak, die de zaak is van het recht,
zal hebben gezegevierd."
Nadat de koning zijn voldoening had uit
gesproken over de krachtsinspanning, door
de City betoond bij het opbrengen van de
groote sommeri, benoodigd voor het voeren
van den oorlog, maakte hij in het bijzonder
melding van de- groote dingen door de in-
dustrieele arbeiders verricht. „Ik,voel mij in
nig verheugd", besloot de koning, „dat de
volkeren van het geheele rijk één zijn in
hun idealen en aspiraties, in hunne vreug
den en zorgen. Wij zijn vastbesloten een
vrede te verzekeren, die de komende ge
slachten zol vrijwaren voor het lijden, de
gruwelen en de verwoesting, welke de we
reld gedurende de laatste vier jaren heeft
moéten ondergaan. Moge die vre^e dan
neerdalen op een rijk, gesterkt'dooi de be
proeving, en vart aaneengesmeed door de
herinnering aan de gemeenschappelijke in
spanning en de gemeenschappelijk gebrach
te offers.
Bukarest, 7 Juli. (W. B.) De Gazette
B-ucarestillor bericht, dat bij de debatten in
den Senaat over de raificatie van het vredes
verdrag de senator dr. Gerota geprotesteerd
heeft tegen hen, die voor den oorlog verant
woordelijk zijn. Hij zeide: Wij moeten ook
tegen koning Ferdinand protesteeren, die
het intrigeeren van Bratianu niet had mo-
malin en zijne dochter Tatajna vermoord en
zijn in Tsarskoje Selo zielsmissen voor hen
gelezen.
B e r 1 ij n 6 Juli. (W.-B.). Officieel be
richt.
Hedenvoormiddag brachten twee heeren
den Duitschen gezant te Moskou een bezoek
en verzochten om een onderhoud, dat hun
door graaf Mirbach in bijzijn van den lega-
tieraad Riezler en een in de kamer aanwezi
gen Duitschen officier werd toegestaan. De
beide onbekenden trokken hun revolver en
schoten op den gezant, waarbij zij hem licht
aan het hoofd wondden. Voordat hit hun
kon worden belet, wierpen zij daarop een
paar handgranaten en maakten zich door
een sprong uit het venster op de straat uit
de voeten.
Graaf Mirbach, die zwaar gekwetst werd,
is zonder weer tot bewustzijn te zijn geko
men, kort daarop overleden. De beide ande
ren bleven ongedeerd.
Terstond na het hekend worden van de
misdaad, kwamen de volkscommissarissen
van Buitenlandsche Zaken, Tsjitsjerin en
Karrachan, naar de ambassade en drukten
tegenover den legplieraad Riezler namens
de sovietregeering hun leedwezen uit over
het schokkende voorval.
Men is er helaas tot dusver niet in ge-
slagd de moordenaars te ontdekken en te
arresteeren. Het resultaat van het onmiddel
lijk in gestelde onderzoek laat het vermoe
den, dat men hier te doen heeft met in dienst
der Entente staande agenten.
F r a n k f o r t7 Juli. (W.-B.). De^Frankf.
Ztg. verneemt uit Berlijn Volgens "tie laat
ste berichten, dia des nachts uitMoskouhier
ontvangen zijn, heeft men kunnen vaststel
len, dat de beide moordenaars van greaf
Mirbach in een gebouw gevlucht zijn, dat
door pro-geallieerde sociaal-revolutionairen
bezet is en door hen met machinegeweren
verdedigd wordt."
Men krijgt den indruk, dat de aanslag op
den gezant het sein is voor een grooten
slag van de sociaal-revoluiionairen. In Mos
kou hebben gevechten met hen plaats. Bij
zonderheden over den omvang, aard en af
loop dezer gevechten ontbreken nog.
Moskou, 7 Juli* (W.-B.) De links-revo
lutionairen hebben bekend, dejr moord op
den Duitschen gezant bedreven te hebben.
Hunne in den schouwburg ingesloten verte
genwoordigers zijn gearresteerd. In de stad
zijn op verscheidene plaatsen gevechten der
tegen-revolutionairen tegen de Bolsjmviki
ontbrand. Tot dusver hebben zij «en gunstig
verloop voor de Bolsjewiki. Alle leden van
het gezantschap en 'de andere vertegenwoor
digers der Duitsche overheid zijn ongedeerd.
M o s ic o u, 7 Juli. (W. BOver den liioord
op graaf Mirbach vernemen wij nader:
Ten einde zich toegang' te verschaffen tot
de ambassade en tot den graaf zelf, lieten de
beide moordenaars zich op vertoon, van een
legitimatiebewijs, dal zij in hun bezit hadden
gekregen, aandienen als gevolmachtigde com-*,
missie tot bestrijding der tcgenrcvolutie Zij
.brachten het proces van den Hongaarschcn
gen dulden. Als hij krachtiger geweest was. officier, graaf Robert Mirbach. ter sprake.
zou het niet tot oorlog gekomen zijn, doch
hij hoopte, dat de dynastie het gebeurde als
een les voor de toekomst zou aanvaarden
Minister-president Marghiloman antwoord
de, dat de koning volgens de grondwet niet
regeert doch heersc'ht. Hij kan niet verant
woordelijk gesteld w orden voor hetgeen door
cle heele liberale partij en een deel der con-
i ij iiviwuuii, bin oneen zn un uit vcnaier van uui
servat.eve party aanstook. :s. Hm spr: k Kclijkvloer's Rclc„en Tcnvijl zij spron-
voor^ het gerucht. tegen vo.gens netwek do „cn wierpen zij nog handgranaten naar den
Centralen indertijd de vervaHenyerkkuir.g
-der dynastie zouden verlangd hebben.
Deze is een den gekant persoonlijk onbekend
lid van een verwijderden Eloiigaavscheh lak
der familie. De moordenaars hadden zelfs
processtukken bij zich.
Eerst na cenigcn tijd haalden béiden hunne
revolvers te voorschijn en schoten op den
graaf en op den ïcgalieraad Kiczler en luilc-
j nant Muller. Onmiddellijk nadat zij gevuurd
hadden, sprongen zij uit hel venster van het
Neen, door ontploffingsstoffen, die in
wendig werken, wordt de monarchie niet in
haar bestaan bedreigd.
Volgens een bericht van de Nowaja
ontruimd is.
Lenden, 6 Juli. (R.) Na een indruk-j Shisn, het orgaan van Maxjm Gorki, is de
wekkenden dankdienst, die heclen in de St.- gewezen czaar van Rusland me* zijne ga-
ierpen "/ij nog handgranaten
reeds gewonden gezant. De andere leden van
het gezantschap werden niet gekwetst.
De misdadigers ontsnapten in een gerced-
staonden auto. waarop door de verraste wacht
vruchteloos gescholen werd.
Nadat Tsjitsjerin en Karaclian onmiddellijk
i
na ontvangst van hel bericht van den moord
aan het gezantschap hun diep leedwezen
hadden uitgesproken over de misdaad, die(
niet zoozeer legen Duitschlan<l als tegen dc(
Bolshewiki gericht was, legden twee uren la**
tér Lenin en Swerdlow. de president van he(
Centrale Uitvoerende Comité éénzelfde ver
klaring af; zij verzekerden, dat al het moge*
lijke zou gedaan worden,'om do misdadig-r*
tc straffen.
Sindsdien is vastgesteld, dat do moorde
naars de wijk hebben gpnomen in hel kwartier
van een groep links-sotiaal-rcvohitionnnirmiv
Het huis is door troepen omsingeld De lei
ders der liuks-soc.-revoluLionaLi'en. ICamkow,
Karlin cn Spifidowua, zijn nog nicl versche
nen in den grooten schouwburg, waar aücf
leden va» het Sovjelcongres bijeen zijn.
liet is zoo goed als zekcr^ dat dc moord het!,
sein moest zijn tot een oproer legen dc heer-'!
schappij der Bolshewiki.
In deze tcgenrëvolulionnairo noweoin*
schijnt een deel der links-soc.-revolutioin i - v
me! den rechls-soc.-rovolulionnairen. S;;\ in*
koff en zijne Entente-agenten, betrokken la
ziin. Snvinkow zelf is i--i<!>-i van de Entente-*
bevtcging Ic .Moskou. Tlij staal in verbinding
met dc Czccho-Slowakon en de M nshjev i':i.
Hij was minister van-Oorlog onder Kerenski*-
Ongeveer vier weken geleden heeft te Moskou
de arrestatie plants geluid van een aanzienlijk
aantal zijner aanhangers en agenten.
Daar dc leden der links-rcvolutionnaircni
ook behopren lot de cornjtnissic ter bestrijding
der legenrevolutie, is hel mogelijk, dat Iwcö
hunner den moord bedreven hebben. In hoofd
zaak dragen echter Savinkow, die zich schuif
hield, en zijne geldschieters de ver,uitwoonde,
lijkheid voor deze .schandelijke daad
Dc keizerlijke rogcering heeft op de incest
nadrukkelijke wijze <fe verwachting uitgspro-»
ken, dal de Sovjet regeering de misdadigers en
hen die achter dezen staan, zal vervolgen en?
straffen.
De pers brengt het volgend? bevel "rn
Trotzki: In Moerman zijn vreemde troepen'
aan land gezet, ondanks het uitdrukkelijke
verzet van de volkscommissaris voor buiten
landsche zeken. Het sovjet-commis-asiaat
gelast mij dd noodige strijdkrachten daar
heen te zenden om de kust van de Witte'
zee te beschermen tegen inbezitneming door
buitenlandsche imperialisten. Ik beveel da-ar-
orn het volgende: 1. Wie hulp vr->
leent aan vreemde troepen, hetzij direct of
indirect, wordt als landsverrader beschouwt
en naar de krijgswet gevonnist. 2. Het trans
port naar Arohankels-k var. krijgsgevangenen'
is onvoorwaardelijk verboden. Ieder, dié dit
verbod overtreedt, wordt naar de krijgswet
gevonnist. 2. Om te reizèn naar de kust van
de Witte zee, behoeven Russisdhe burgers
en vreemdelingen onvoorwaardelijk de ver
gunning van het naastbijgelegen districts-
oorlogscommissariaat. Reizigers, die zonder
•deze vergunning naar de genoemde kust
reizen, moeten in hechtenis genomen wor
den.
Het militaire commissariaat heeft bevo
len, dat terstond batterijen moeten wordere
geformeerd voor den strijd tegen de Czecho-
Slowaken. De streek ten westen van den:
Oeralspoorweg is van contra-revolutionairen
gezuiverd. Uit het district Slatoest hebben,
de contra-revolutionairen zich teruggetrok
ken naar Usprkinsk.
In de naphtaon-dernemingen in Jaroslaw,
Sybinsk, KTneschma en Wologda heerscht
staking. De voorziening van den noorder
spoorweg met naphta en de scheepvaart op
de Boven Wol-ga zijn gestaakt.
Konstan tinopel, 5 Juli. (Milli).
De president van de nationale vergadering
der republiek Azerbeidsjan, Enim Bey, die
zich te Konstantinopel bevindt, verklaarde'
aan een vertegenwoordiger van Milli, dafc
Zuid-Azerbeidsjan, dat zich onafhankelijk
verklaarde, omvat de provinciën Bakoe, Eli—
sabetpoi en een deel van de provincie Tiflis.
t
Het geweten heeft altijd gelijk, want als
het niet gelijk heeft, spreekt het niet.
Roman naar het Duitsch
van
A. Oskar Klausmann.
Mevrouw Schottelius had dus alle reden, om
een huwelijk van Dora Buchwald tegen te
werken cn in liet ergste geval deze onge-
.wcnschre gebeurtenis zoolang mogelijk tc ver
schuiven.
Tot dusverre liad zij nog weinig vrees in
die richting behoeven te koesteren. De eerste
gevaarlijke persoon, die op haar weg ver
scheen, was Werner Spalding. Hij was de
•eerste man, waarvoor Dora zich levendig
had geïnteresseerd; ze had zelfs geprobeerd,
hem uit het hoofd le teekenen. In heldhaftige
houding had ze hem aanschouwd, een houding
•d-ie ook tante zelf had geïmponeerd; mevrouw
Schottelius wist maar al te goed, hoe eens die
.vluchtige indruk bij Dora was blijven hangen.
Het feit, dal Dora er in had toegestemd, Spal
ding in dienst te nemen, verried duidelijk, hoe
groote belangstelling altijd nog in haar leven-
nig was.
Wanneer Mevrouw Schottelius zich niet
krachtdadig te weer stelde, zou ze binnen een
paar maagden het veld moeten ruimen en ten
gevolge van Dora's huwelijk naai- haar ge
boorteplaats moeten lerugkecren. liet was dus
haar hoogste eigenbelang, dit huwelijk zoo
mogelijk te verhinderen.
Er kwam echtc-r nog iels anders bij, waar
om -mevrouw Schottelius hatelijk gestemd was
jegens haar nicht.
Mevrouw. Schottelius had een zoon, een on
schuldige, goedmoedige dorpsdominee en na
tuurlijk had ze cr aan gedacht, hoe praclisch
en hoe aardig hel zou zijn. als Dora haar neef.
den dominee trouwde. Hel groote vermogen
zou dan in de familie blijven cn, mocht haar
zoon al niet in staat zijn, de Bucliwald-werken
te besturen, dan zou hem toch het vermogen
ten goede komen, als er een naamlooze ven
nootschap van gemaakt werd.
Mevrouw Schottelius had al weieens voor
zichtig toespelingen gemaakt op een eventueel
huwelijk met haar zoon; doch deze vage aan
duidingen waren al voldoende geweest, Dora
in het harnas te jagen. Een onaangename
scene, de eerste, die mevrouw Schottelius met
Dora had, was hel gevolg en haar nicht ver
klaarde kort en bondig, dat, wanneer ze nog
eens over deze dwaze huwelijksplannen be
gon, ze het huis kon verlaten. Dat zou Me
vrouw Schottelius natuurlijk niet graag wil
len, want de voordeelen die voor haar en in
direct ook voor haar zoon, aan het blijven
verbonden waren, waren te groot. Maar zij
was verbitterd over Dora en haar hoogmoed.
Was haar zoon niet goed genoeg voor haar,
was Bij dan niet een gestudeerd man, in aan
zien bij wie hem kenden? Wat was Dora's
vader geweest? Een onvolledig ontwikkeld
technicus, die door samenloop van gunstige
omstandigheden cn door de geweldige ontwik
keling der industrie zijn reusachtig vermogen
verworven had. Op wien wachtte Dora dan
toch? Op een prins?
Misschien hoopte tante Schottelius. dat
Dora, wanneer alle andere huwelijksplannen
1 afsprongen, ten slotte toch nog haar zoon zou
1 nemen, om maar getrouwd le zijn. Zij zou dan
wel zorgen, da-l die plannen niet gelukten. Zij
j haatte alle pretendenten niet alleen dus, omdat
zij haar betrekking zou verliezen, doch ook,
omdat ze in iedërcn man een roovcr zag, die
haar zoon het vermogen van Dora ontnemen
wilde.
Dora bevroedde in het geheel niet, welk een
intrigante en tegenstandster ze voortdurend
om zich heen had. Wel kende zij de onaange
name karaktereigenschappen van haar tante,
maar ze moest deze wel verdragen, wai-l zc
had haar noodig; slechts wanneer zij eenmaal
trouwde, zou zij de vrijheid hebben, d;c zc nu
welccns miste.
Zoolang haar ouders en broeders leefden,
had Dora eigenlijk i>ooit aan trouwen ge
dacht. Als jong meisje dweepte ze met kunst.
Om harentwille vertoefde haar moeder twee
jaar met haar in Leipzig, waar zij zang stu
deerde. In Leipzig was het daarenboven ook
veel amusanter dan op het eenzame slot mid
den in het industrie-gebied, waar bijna nooit
iets voorviel, wat een vrouw interesseerde
Toen kwam het ongeluk over de familie
Buchwald. Eerst stierf haar moeder en korten
tijd daarna ook haar vader.
Dora en haar broeders kwamen er nu eer
toe, over het huwelijks-onderwerp met elkaar
tc praten. De beide brpeders wilden niets van
trouwen weten. Ze hielden dolveel van hun
zuster en wilden.het allerliefst met haar sa
men blijven wonen.
„Je bent voor ons als een moeder en een
vrouw tegelijk", zeiden ze. „Je zorgt voor ons
in elk opzicht zoo uitstekend, als wc maar
wenschen kunnen. .Waarom zullen we naar
andere dingen verlangen? We moeten de
werken hier de hoogte inbrengen en moeten
minstens tien, vijftien jaren hard werken, eer
we zullen bereiken, wat wc ons hebben voor
gesteld. Dan kunnen wc er misschien eens
aan gaan denken.'
Omdat dc broeders ter wille van Dora niet
trouwen wilden, kon omgekeerd Dora ér ook
r.icl aan denken, hen te verlaten. De familie
band zou dan ook geheel verbroken zijn ge
weest, indien Dora in het huwelijk ware ge
treden. De broers zorgden er voor, dat nie
mand Dora met huwelijksplannen kon nade
ren.
Zij bewaakten haar zorgvuldig en wanneer
een man slechts in de geringste mate aanlei-
ding gaf, om in Jicm een huwelijkscandidaal
tc zien, dan werd hem op ondubbelzinnige
j w ijze te kennen gegeven, dal hij niet welge
vallig was in hun oogen; tevens waarschuw
den zij Dora:
„Die man komt op je geld af; je bruidschat
lokt hem aanl"
Slechts één man veroorloofden zij, vrij en
frank als vriend met hei\ te verkecren, name-
liik graaf Klinter. Dc kreupele jonge man
scheen hun ongevaarlijk toe, zij wisten, dat
hij Dora onverschillig was.
Daar vonden de gebroeders Buchwald plot
seling en onverwacht den dood. Nadat het
eerste jaar van den zwaafelen rouw voorbij
was, moest Dora nuchter en zakelijk de vraag
or.der de oogen zien, of ze, geholpen door ge
heimraad Kersten, de mijnen en fabrieken ver
der onder haar leiding zou houden, of dat zij
2ich van alles zou terugtrekken. Zij had in
derdaad aan de oprichting van een naam
looze vennootschap gedacht; want, dat de
rechte man. dien zij liefhad en die haar uit
bclangeloozc liefde zou naderen, dc man, die
daarbij in staal zou zijn dc leiding van haar
zaken op zich le nemen, ooit zou verschijnen
op haar pad, dat geloofde zij niet. Wellicht
hoopte zij zulks, maar dc vervulling van dié
hoop mocht niet waarschijnlijk worden ge
noemd. Zij wist, dal het geld, haar reusachtig
vermogen, in zooverre noodlottig voor haar
was, dat zij niet in de oprechtheid van eerv
man gclooven kon.
„Hij komt om je geld, hij wil zich hier ini
dit warme hoekje neervlijen", dat was altijd*
de. eerste gedachte, die bij haar op kwam, als
zij een man ontmoette. In die oogenbiikken
hoorde zc weer de stem barer broeders ert
dan wist ze, dat het wantrouwen, dat dezen'
in haar gezaaid hadden, haar nimmermeer
^ou verlaten.
Er was trouwens in Saarkirchen of in den!
omtrek geen enkele man, die, wat positie ca
kwaliteiten betrof, in aanmerking kwam voor.
een eventueel huwelijk met Dora.
Op reis maakte men sléchts oppervlakkig
cn vluchtig kennis, vooral daar Dora en tante
Schottelius, alleen reizend, zeer -teruggetrofc"
ken leefden.
Dora had dan ook nooit bijzondere belang-»
stelling voor een of anderen man gehad. Zij
had een kor'u, kalm overleggende natuur:
uiterlijkheden imponeerden haar niet. Titels-
onderscheidingen, uniformen, een elegant
uiterlijk: alle eigenschappen, die vrouwen V00*I
zich in plegen tc nemen, maakten geen indru*
op haar.
(Wordt vervolgd-i