DE EEMLANDER" iwiüiiiiiix^Sya BUITENLAND BINNENLAND KOLONIËN. FEUILLETON. rouwenregeernig 17e Jaargang, No. 26 P-1 pon 2.00, pa weel (met gratia «rrclcring tggta ««gelukken) f 0.14. tixoaderlUkc nummen om. VelelUkich bgvoeitie) »D» Holbndxtm HnUmuw (onder redactie «n ThJrtaa Hoven) per 3 maanden 50 cent WekdlJlaA bUvoegsel •Wereldrevuee per 5 meenden <0 cent JJ HOOFDREDACTEUR: M». D- J- VAN SCHAARDENBURG UITGEVERSl VALKHOFF 4 C. BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL, HO» INTERCOMS. TELEFOONNUMMER 513 ECHT6CHE8TR. Dinsdag 30 Juli 1918 dienstaanbiedingen 1—5 regel» f 0.50, gmott IfMre» Hill plaatsruimte. Vooi handel en bedrijf bestaan aeer eoordeellgc bepalingen tot hel herhaald adve» teeren In dit Blad, b(| abonnement. Eene circulair», bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht De nieuwe regeering in Oostenrijk. De Oostenrijksche rijksraad is van den löen tot den 26en Juli vergaderd geweest. In die korte zittingsperiode is eene begroo- tingscredietwet voor de tweede 'helft van het loopende jaar behandeld en aangeno men en een nieuw oorlogscrediet van zes milliard kronen toegestaan. Verder is een voorstel hm tegen twee leden van het kabi- net-von Seidler, het hoofd van het kabinet en den minister van binnenlandsche zaken, eene strafvervolging in te stellen wegens schending van de grondwet, naar aanlei ding van de door dit ministerie bij verorde ning vastgestelde nieuwe districtsindeeling van Bohemen, van de baan gebracht door verwerping van het voorstel tot benoeming van eene commissie om over dit voorstel te rapporteeren. Ook is over de militaire ge beurtenissen aan het zuidwestelijke front een debat gevoerdmaar dat is geschied in geheime zitting, zoodat het groote publiek daarvan niets gewaar is geworden. Er was met angst en vreeze naar deze zitting uitgezien. Men was niet zonder zorg, dat als het Oostenrijksche parlement weer bijeenkwam, de proef op de som zou worden geleverd, dat dit parlement niet in staat was de taak, die in een constitutioneel gere- geerden staat voor de volksvertegenwoordi ging is Weggelegd, te vervullen. Die be zorgdheid is ongegrond gebleken. De rijks raad heeft aan de regeering toegestaan wat men in Oostenrijk noemt de „Staatsnot- wendigkeiten", dat wil zeggen de midde len om te voorzien in de behoeften van den staatsdienst en de uitgaven te doen, die V0ï£>r 'het voortzetten van den oorlog gevor derd worden. De rijksraad heeft ook zijne beschermende hand over de regeering uit gestrekt, en haar behoed vóór het lot, waar mee eene onverzoenlijke oppositie haar be dreigde, om zich voor het staatsgerechtshof te moete/\ verdedigen tegen eene aanklacht van schending van de gTondwet. Daartoe echter bepaalt zich het werk, dat is verricht. Het onvermijdelijk noodige is verricht om den boedel gaande te houden. Maar met den eigenlijken arbeid, die is te verrichten om de zaken te ordenen en te regelen, moet nog worden begonnen. Daar voor heeft ditmaal de tijd ontbroken. Het nieuwe hoofd der regeèring, die in deze dagóft re opgetreden, heeft niet meer kun nen doen, dan voor het ter hand nemen van dit werk de medewerking van de volksverte genwoordiging te vragen. Men ziet echter den grooten omvang van dit werk uit de schets, die hij in de korte rede, waarmee hij zich aan den rijksraad voorstelde, er van gegeven heeft. Hij heeft darvan gezegd „Voor de naaste toekomst zal het er om te doen zijn, toebereidselen te maken voor het tot klaarheid brengen en regelen van de groote vraagstukken, die zoo lang reeds in den weg staan aan de rustige en goed ge regelde continuïteit van ons grondwetsleven, maar waarvan gedurende den oorlog ten dui delijkste is gebleken, dat hunne oplossing niet kan worden uitgesteld. Ik bedoel de groote vraagstukken der vorming van het nationale leven, die slechts binnen de mo narchie en door de daartoe bevoegde facto ren tot beslissing kunnen worden gebracht. De regeering beschouwt het in de eerste plaats als haar plicht, onverpoosd werkzaam te zijn aan het verwekken van een atmosfeer van vertrouwen, waarin dan onder hare lei- "Jing kan worden overgegaan tot het gelei delijk in orde brengen van de talrijke inge- U kelde zaken, die zijn te doen met waar borg voor hunne duurzaamheid. In innige wisselwerking daarmee staat het vraagstuk der bestuurshervorming overeenkomstig de eischen des tijds, die wij ons zoodanig yoor- stellen, dat de belanghebbenden tot de taak van het bestuur worden geroepen. Hierdoor zouden tegelijk de voorwaarden worden ver kregen om ook voor zoo menig gebied eene ontspanning te bereiken, waardoor de hier bedoelde \raagstukken zonder vooringeno menheid voor eene rustiger behandeling en eindelijk voor hunne oplossing vatbaar ge maakt worden. Niet minder moet eene ge regelde medewerking van den rijksraad in zaken van het voedingswezen verzekerd blij ven. Hier gaat het om de bestaanskwestie van de gebeele bevolking. Eene geheel bij zondere en niet voor uitstel vatbare betee- kenis zal de regeling t'an de financiën bezit ten.'Van de juiste, krachtige en snelle op lossing van dit vraagstuk hangt het lot van alle lagen der maatschappij en het lot van eder individu af. Evenzoo wordt de mede werking van den rijksraad gevorderd voor het groote werk van den economischen we deropbouw op den breedten grondslag. Ik heb hier evengoed het tot stand brengen an betrouwbare, economisch gezonde voor waarden voor de geheele productie der industrie en voor den zoo zeer in 't nauw gebrachten landbouw op het oog, als ook het terug krijgen van bevredigende levens voorwaarden voor de geheele bevolking, in 't bijzonder den door de materieele uitwer kingen van den oorlog zeer zwaar getroffen middenstand, en voor -eene bij het kader van dezen algemeenen wederopbouw zich aan passende verdere ontwikkeling van de so ciale zorg, zooals het ethische bewustzijn zich die met recht voorstelt als contra-presta tie van den staat voor de opofferende hou ding van de breede lagen aan het front en thuis." Tot de uitvoering van dit programma roept de Oostenrijksche regeering de mede werking van den rijksraad in. Het is een pro gramma dat voor zijne uitvoering een on- verpoosten, opofferenden arbeid van jaren eischt. Wat er van zal terecht komen in het hopeloos* verdeelde, door ras- senstrijd verscheurde Oostenrijksche parle ment, is eene vraag van de toekomst. De staatsman, die dit programma heeft ge schetst, is dr. Max baron Hussarek von Heinlein, die ter vervanging van von Seidler als minister-president is opgetreden. Hij heeft gedurende bijna zes jaren, van Novem ber 1911 tot Juni 19T7, in drie kabinetten zitting gehad als minister van eerediénst en onderwijs. Voor zijne benoeming tot mi nister is hij vele jaren als hoofdambtenaar werkzaam geweest in het departement, waar van hij later het hoofd is geweest; ook is hij hoogleeraar geweest aan de universiteit te Weenen. Als algemeen leider van de poli- tfek moet hij zijne sporen nog verdienen, fn richting is hij een geestverwant van den Duitschen rijkskanselier, die voordat hij tot de regeering werd geroepen, een der lei ders van de katholieke staatspartij was. De Kroon, die baron yon Hussarek tot het ambt van minister-president heeft geroepen, schijnt te meenen, dat zij in hem een Oos- tenrijkschen Hertling heeft gevonden. Als ambtgenooten heeft baron Hussarek alle leden van het kabinet-von Seidler be houden op twee na, namelijk de beide r'^- len, die op verlangen van de Poolsche rijks raadclub zijn afgetreden; zij zijn vervangen door hoofdambtenaren, die werkzaam waren in de ministerieeie departementen, eveneens van Poolsche nationaliteit. De afgetreden minister-president von Seidler is een ver trouwensman gebleven van den keizer, wiens opvoeder hij vroeger is geweest; hij i tot directeur van 's keizers kabinet benoemd. De ooricg« Van Duitsche zijde is thans de teruggang in het terrein benoorden de Marne erkend. Tusschen de Ourcq en de Ardre is de strijd- linie in den nacht van 26 op 27 Juli verlegd in den omtrek van Fère-en-Taidenois en Ville-en-Tardenois. Aan deze nieuwe linie is gisteren hevig gestreden. Dit wordt ook uit Parijs bevestigd. De berichten van die zijde geven den indruk, dat er nog wel iets meer gebeurd is dan dat de „zware vijande lijke aanvallen bloedig te pletter zijn geloó- pen", zooals het bericht uit Beriijn vermeldt. B er 1 ij n, 2 9 Jul i. (W. B.) Helfferich, de nieuw benoemde gezant, is gisteren te Moskou aangekomen en heeft de diploma tieke vertegenwoordiging* aanvaard. Londen, 2 9 J u 1 i. (R.) In het lagerhuis is een voorstel van Dillon tot afkeuring van de Iersche* poliiiek der regeering verworpen met 245 tegen TC6 stemmen. Dillon gaf in overweging, dat de regeling van de kwestie aan Wilson zou worden onderworpen, As- quith legde er nadruk op, dat de premiers van de Dominions aarzelden zich met een zaak van dezen aard te bemoeien. Hij betwij felde of Wilson, die zoozeer de handen vol had met zijne eigen zaken, eene taak zou op zich nemen, die zoo vele mannen in het ver leden had teleurgesteld. Hij somde de her haalde pogingen op, die waren beproefd om tot een regeling te komen, en gaf in beden king nog een nieuwe poging te wagen. Bonar Law deed uitkomen, dat als de na tionalisten aanspraak maakten op het recht om zelf hun lot te bepalen, dat recht ook moest worden toegekend aan Ulster. Het was hier niet een moeielijkheid tusschen En- gelschen en Ieren, maar tusschen Ieren en Ieren. Incidenten vamen niet voor bij dit debat. Londen, 23 Juli (R.). Een officieele me- dedeeling houdt in, dat onder de besluiten, welke genomen zijn door de thans beëindig de Rijks-oorlogsconferentie, een ten doel heeft de bevordering van de krachtige ex ploitatie der petroleum-voorraden in het Britsche rijk. Een andere besluit, bij meer derheid van stemmen genomen, spreekt zich uit voor wettelijke bepalingen in het ge heele rijk, waarbij voor een zekere periode na den oorlog beperkende bepalingen wor den vastgesteld voor de naturalisatie van on derdanen van de tegenwoordige vijandelijke staten en. eveneens voor de verkrijging van politieke rechten, éigendommen of conces sies door vi'ëndelijke onderdanen. Besloten werd nog vóór het vertrek der afgevaardig den een speciale conferentie te houden over de nationaliteits- en naturalisatie-quaestie. De conferentie hechtten haar goedkeuring aan het rapport der commissie voor de con trole op den aanvoer der grondstoffen na den «oorlog en verzocht de Britsche regeèring, met de regeeringen der Dominions en Indië onderhandelingen te openen om tot een ge meenschappelijk optreden in die richting te geraken. De conferentie keurde voorts de stappen goed, die gedaan zullen worden om voldoenden aanvoer van grondstoffen voor de behoeften der geallieerden te verzekeren. Londen, 29 Juli. (R.) De staking te Coventry is geëindigd. De arbeiders zijn op hun werk teruggekeerd. Londen, 29 Juli. (R.) Churchill heeft in het Lagerhuis in antwoord op een vraag betreffende de staking in de munitiefabrie ken gezegd, dat de meerderheid van de ar beiders te -Birmingham het werk hervat heeft. Ook te Coventry was een groot deel weer aan den arbeid gegaan, en er was hoop, dat ook te Woolwich het werk hervat zou worden en dat morgen de hervatting van het werk algemeen zou zijn. L o n d e n, 2 9 J u 1 i. (R.) Reuter verneemt over de conferentie te Londen tusschen de beheerders der voeding van het Vereenigde Koninkrijk, de Vereen. Staten, Frankrijk en ItaliëDe heeren vergaderen bijna dage lijks en men verwacht, dat de werkzaamhe den deze week zullen eindigen. Men is op zeer bevredigende v.ijze opgeschoten en de geallieerde voedingsraad .beslaande uit de verschillende beheerders, is een uitgemaak te zaak. Een vandaag genomen besluit legt den nadruk op de behoefte aan zuinigheid, tegengaan van verspilling en verhoogde pro ductie ten einde voorraden op te slaan omi zich te verzekeren tegen elke mogelijkheid en eindigt„Wij kunnen het leeftochtvraag- stuk niet behandelen op den grondslag van een oorlog van één jaar. Wij moeten ons op een langen duur voorbereiden, als we een afdoende overwinning willen behalen." B u k a r e«s t, 27 Juli. (W. B.) De zitting yan het parlement zal, blijkens een verkla ring van den minister-president in de Kamer, uiterlijk den 3en Augustus gesloten worden. Op dien datum zullen alle door de regeering ingediende wetsontwerpen in behandeling zijn genomen. 2 8 Juli. De commissie van onderzoek van het voorstel om de gewezen ministers in staat van beschuldiging te stellen, is met hare arbeid gereed en zal Dinsdag haar rap port indienen. De minister van iën Santescu ver klaarde, dat definitief besloten is ot de in voering van het alkoholmonopolie. De staat zal de spiritusfabriek niet opkoopen, maar langs den weg der contingenteering zekere hoeveelheden spiritus tot hunne beschikking stellen, die zij den staat zullen moeten leve ren, terwijl de staat zelf het verbruiksmono- politie zal hebben. De fabrieken zullen het recht krijgen, behalve de spiritus voor bin- nenlandsch verbruik het artikel nog voor den uitvoer te bereiden. K i e w, 2 9 Juli (W.-B.). De Ukrainische regeering heeft de gevangenenneming be volen om de oud-minister van oorlog Pesliura en de oud-minister van handel Poredo met eenigen van hunne partijgenoo- ten. Zij worden verdacht van revolutionnaire intriges van de regeering aan den hetman. K i e w, 2 9 Juli. (N. T. A.) Het dagblad Kiewskaja Mgarvi bericht, dat in Rostow het verdrag tusschen de regeeringen van het Dongebied en het Astrakangebied is ge- teekend. De beide regeeringen erkennen we- derkeerig de volle autonomie ven hun ge bied en verbinden zich elkaar te helpen in de kwestie van de verdere inlijving van het economisch en strategisch beslist noodige gebied. Zij verklaren, dat de gemeenschappe lijke strijd tegen het bolshewisme op hun gebied en den noordelijken Kaukasus thans hunne hoofdtaak is en dat zij streven naar de vorming van een nieuw federatief staats organisme in Zuid-Rusland, waartoe het Don- gebied en het Astrakangebied als de eerste volledig gerechtigde leden zijn toegetreden. Washington, 28 Juli (R.). Er wordt bericht, dat twee nieuwe legerkorpsen geor ganiseerd zijn. Londen, 29 Jiili. (R.) Franklin Roo sevelt, assistent-minister der Vereenigde Staten, heeft in een rede te Londen gezegd: Er zijn nu meer dan 250 schepen der Ame- rikaansche marine voor vast aan dezen kant van den oceaan gestationeerd. Het aantal zal vermoedelijk het volgende .jaar sneller dan tot nu toe stijgen. De Amerikanen staan nu een jaar in den oorlog. Zij zullen al hun manschappen en hun volle kracht geven tot de geallieerden hebben gewonnen. Londen, 29 Juli. (R.) Reuier ver neemt, det de militaire gouverneur van Jaf fa van den Spaanschen vice-consul, die daar de Duitsche belangen vertegenwoordigt een brief ontvangen heeft, waarin hij uil naam van de naar Egypte gedeporteerd» Duitschers voldoening uitspreekt over d<^ edelmoedige bejegening, door hen onder^ vonden, en over de menschlievende maak regelen, die ten opzichte van hen getroffen zijn. Hij voegt er zijn eigen erkentelijkheid jegens de Bngelsche o.verheid aan toe ent drt/ikt de officieren voor de ridderlijke ma*, nier, waarop zij zich van hun moeilijke taaü gekweten hebben. Washington, 29 Juli. (R.) Het staotsdepartement heeft zijne goedkeuring: verleend aan eene leening van Amerikaan*4 sche bankiers aan China tot een bedrag van 50 millioen dollars. Er wordt onderhandeld over de medewerking van Engelsche, Japan-* sche en Fransche bankiers Oost-lndlè. I>e Spaansolie stekte? Uit Batavia wordt d.d. 19 dezer geseind: In de kustplaatsen lijdt ongeveer de helftJ "der bevolking aan een ziekte, waardoor men 5 dagen'koorts heeft. WE6T-1NDIÊ Koloniale Staten van Suriname. (Officieel). Blijkens van den gouver- neur van Suriname ontvangen telegram zijn alle lecten van de Koloniale Stalen, die on* langs gezamenlijk aftreden, herkozen. Met verlof is te 's Gravenhage aange- komen de heer Ch. A. R. W. G. Graaf van Aldenburg-Bentinck, gezantschaps-secreta- ris bij de Nederlands-che legatie te Constan- tinopel, thans tijdelijk als zoodanig werkzaam' bij de Nederlandsche diplomatieke vertegen woordiging te Sofia. De kublaeisformatie. In aansluiting op een desbetreffend bericht van de N. R. Ct. kan het Hbld. me- dedeelen, dat de heer Nolens bij de vorming van een kabinet zoowel door den heer De Savornin Lohman als door den heer Co- lijn wordt terzijde gestaan. Het is onwaar schijnlijk, dat een van deze heeren zitting zal nemen in het ministerie, dat op één plaats na reeds geheel moet zijn samenge steld. E«d departement van lands verdediging. In zeer «ingelichte militaire- zoowel als marinekringen wordt als zoo goed als vast staande verwacht de instelling van een De partement van Landsverdediging, vervan gende de ministeries van Oorlog en van Ma rine. Eeger promoties. Naar wij vernemen, zijn bij de te ver wachten promotie bij het dienstvak der mili* taireadministratie, de infanterie en den ge neeskundigen dienst der landmacht o.m. be noemd bij de infanterietot Iuit.-kol., comman dant van het<33e reg., majoor L. H. C. Beijens van het 5e reg. en tot luit.-kol., commandant van het 20e reg., majoor jhr. J. A. A. von Schmidt, van het 21e reg.; voorts tot majoors de kapiteins L. D. L. M. Coenegracht, van het 13e reg.; H. Dijkstra, adjudant van de He infanterie-brigade; B. Cool, adjudant van de Vile infanterie-bri gade; W. F. H. van Dijk, van het 14e reg.; Th. E. Bretschnekter, van het 14e reg.; F. J. Bijvoet, adjudant van de Vie infanterie-bri- sterkste in de .wereld is hij die 't meest staat. Roman naar het Duitseh van A. Oskar Klausmann. 26 >,Ik voor mij had aan een onderbouw van j*er gedacht.zeide Werner „hoewel zulks duurder is, dan een houtconstructie. In alle SfJ3!1is ^zcr toch Eoedkooper dan metsel werk. „Je moet de ».aak maar uitvoeren, zooals je denkt dat goed is'* verklaarde Kersten. Het rijtuig hield stil voor het heerenhuis te oaarkirchen en Kersten leidde Werner door c vertrekken van het hoofdbureau om hem aan de verschillende beambten voor te stel len en deze mede te deelen, dat Werner hem voor drie maanden zou vervangen. Naast de kamer van Kersten troffen ze in haar privé-bureau Dora aan, gebogen over een technisch mijnbouwboek, waarin ze naar het scheen ijverigst te studceren. „Al weer ijverig aan de studie, kindlief? liet is werkelijk prijzenswaardig met wat een volharding je bezig bent die vervelende mijn- bouwkunde machtig te worden. Hier breng tk ie onzen hulpvaardigen vriend, die mij zal (Vervangen en die het meerdere werk gaarne op öe schouders heeft genomen. Tenminste a us heeft hij mij huichelachtig verzekerd." Dora reikte Werner de hand cn Werner bukte zich om die te kussen. Hij volgde een unpuls, een plptsclingen inwendigen drang, maar werd lot bezinnig komend eenigszins verlegen. Nog nimmer had hij haar de hand gekust wanneer hij voor dienstaangelegenhe den bij haar kwam. Dora kleurde en verzocht de heeren met een handbeweging plaats te nemen. „Ik heb bergraad- Spalding reeds op het hoofdbureau voorgesteld; je kunt nu met hem bespreken, welk uur van den dag het meest geschikt is om dagelijks hier te komen. Het is wel noodlg, dat je dan ook hier bent om tc kunnen worden geraadpleegd, zoodat je, indien noodig, beslissingen kunt nemen. We moeten er wel op rekenen, dat de bergraad weinig tijd heeft." „Ik kan mijn werk altijd zoo verdeelen, dat ik mij naar de wenschen van juffrouw Buchwald kan schikken," verklaarde Werner. „Over deze wenschen behoeven we in 't ge heel niet te spreken," zeide Dora beslist, „mij schikt ieder oogenblik van den dag. Het be treft hier gewichtige zaken, waarvoor men altijd tijd moet hebben.'' „Wanneer de dienst van het hoofdbureau op dezelfde wijze is ingericht als op de andere bureau's, zal het waarschijnlijk het beste zijn, dat ik 's middags tusschen drie en vier uur hier kom. Dan zijn de brieven, die in den loop van den dag inkomen, doorgelezen en ge agendeerd, terwijl een eventueele beantwoor ding kan zijn gereed gemaakt; ook de dage- lijksche rapporten zijn dan binnen en kunnen reeds gecontroleerd zijn. Ik houd dan altijd nog tijd over, om naar het Thercsia-werk te rijden, om daar de brieven te onderteeke nen. Ook de andere werken zal ik zoo vaak mo gelijk moeten bezoeken, al was het alleen maar om mij op dc hoogte te stellen van de bed rijfsverhoudin gen „U stelt den bergraad aan de chefs van de verschillende bedrijven voor?'* zeide Dora half vragend tot Kersten. „Dat is niet noodig. De bergraad kent alle leiders van dc bedrijven persoonlijk. Een rond schrijven, uitgaande van bet hoofdbureau, waarin wordt medegedeeld, dat de bergraad mij zal vervangen, is voldoende. Dit schrijven kan vanmiddag nog uitgaan en is dan morgen ochtend reeds de verschillende bureau's ge passeerd." „Ik zal onmiddellijk voor een dergelijk rond schrijven doen zorgdragen," verklaarde Dora. „En nu moet ik weg," zei Kersten, „ik moet nog verschillende voorbereidingen treffen voor de reis. Vanavond vertrekken wc. Hoe eer we hier vandaan zijn, hoe beter. Lothar wilde je eerst nog komen opzoeken, om de vroegere vriendschap nog eens op te halen; echter zal hij later zijn schade wel inhalen, als we weer terug rijn." „Ik wensch u beiden goede reis," zeide Dora, „en tevens veel succes, wat de gezond heid van Lothar betreft.". Werner en Kersten namen afscheid van Dora en bij de deur vroeg Kersten: „Hoe kom je nu thuis? Rijd met me mede, dan kan ik je 'bij de villa afzetten." „Dat is niet noodig. Wanheer ik door bet berkenfcoschje ga, dan ben ik er in twintig minuten. Het is heerlijk weer; een wande lingetje zal me goed doen." Het groote en goed onderhouden park, dat het heerenhuis van Saarkirchen omgaf, ging geleidelijk in het landschap over, dat\erderop uit berken- en naaldbosch bestond. Een bree de en diepe sloot scheidde het bosch van het park. Het berkenbosch droeg zijn naam niet geheel te recht, daar ook vele andere boomen de schoonheid van het geheel'verhoogden. De wille berkensUrfimen met hun licht groen loof vormden hjer en daar een wondermooi con trast tegen het donkergroen van het naald hout en de knoestige oude eikenstammen. Ook deze bosschen waren het eigendom van de familie Buchwald. Zij waren parkachtijf aangelegd, zonder echtejj aan het natuurlijk aanzien van het landschap afbreuk te doen. Ecnige wegen liepen er dwars doorheen. Het terrein was heuvelachtig. Hier en daar ge noot het oog een schitterend uitzicht. Ver schillende heuvels waren van banken voor zien, om den wandelaar in de gelegenheid te stellen, vandaar uit den blik tc laten weiden Over het omliggend landschap. Ook een beek kronkelde zich tusschen het geboomte en maak te het geheel tot een heerlijk stukje natuur, waarvan de bewoners van Dasburg gaarne pleegden te genieten. Reeds d.e oude Buchwald had het publiek vrijen toegang tot het bosch verleend, steeds had hij er zich tegen verzet, dat café's of speeltuinen werden opgericht, om bet landelijk karakter niet te doen ver loren gaan. 1 De herfst begon reeds zijn intrede te doen. Het loof van berken en eiken vertoonde hier en daar reeds een gele tint. Hoewel Werner honger had en wist dat juffrouw Wolf met het middageten op hem wachtte, liep hij toch onwillekeurig landzaam, om de schoonheid van de natuur met volle teugen kunnen ge nieten. Op den top van een der heuvels stond een geweldig groote bruine 'beuk, met wijd uitstekende takken, waarvan het donkerroode loof wondermooi afstak tegen de witte ber- kenstammen, het donkergroen van de naald- boomen en het dieipe geel van de eikenblaren. Het veelkleurig tafereel, dat zich aan zijn oogen voordeed, was zoo imposant, dat hij onwillekeurig, geboeid door zooveel schoons, bleef slaan. Het was, alsof de natuur, alvorens ter ruste te gaan, met een laatste opflikkering van schoonheid van den zomer en den herfst ging afscheid nemen. Onwillekeurig zette Wer ner zich neder op de bank, die daar stond* Hoe mooi, hoe idyllisch mboi was het hier* Heel in de verte klonk het geluid van ma chines en ook het- fluiten van de vele loco* motieven, die in de nabijheid hun werk ver richtten, was zwak te hooren. Ja, het was hier schoon en niet alleen i* het berkenbosch Werner had hier een werk kring, waaraan hij zich met hart en ziel koa geven, een overvloed vhn arbeid viel hier voor^ zijn hand te verrichten. Tot zelfstandig schep pend werkzaam zijn, bestond hier de meest ruime gelegenheid. Werner had de verhoudingen niet beter kunnen wenschen. Toch ondervond hij eea licht gevoel van onbehagen en vrees voor iets dat komen zou en dat hij niet kon ontwijken. Hij voelde, dat hij door de omslandighedetf werd voortgedreven, geheel tegen zijn wil, zonder dat hij zich daartoe kon verweren* Tegen de gevoelens, welke hij voor Dora koesterde, verzette hij zich in 't geheel niet meer; die waren zoo machtig, zoo onoverwin nelijk, dat het dwaasheid zou zijn geweest, deze te willen onderdrukken. Hij was er. trotsch op, dat het heilige, schoone en edelef gevoelens waren, welke hij ten opzichte van Dora koesterde. Zij was voor hem het ideaal van een kuische, beminnelijke en liave vrouw, aan wier betoovering men zich na eenig tegen* stribbelen gaarne overgeeft. Wat hij voor Dor» gevoelde, was mecf nog vereering dan liefde. Vreugde bezielde bij de gedachte, dat er jeraand als Dora bestond. Hij had geen tijd om geregeld na te denken, laat staan oA te dwee* p«a_ (Wordt vervoLad-J

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1918 | | pagina 1