DE EEMLANDER"
iwiüiiiiiix^Sya
BUITENLAND
BINNENLAND
KOLONIËN.
FEUILLETON.
rouwenregeernig
17e Jaargang, No. 26
P-1 pon 2.00, pa weel (met gratia «rrclcring
tggta ««gelukken) f 0.14. tixoaderlUkc nummen
om. VelelUkich bgvoeitie) »D» Holbndxtm
HnUmuw (onder redactie «n ThJrtaa Hoven)
per 3 maanden 50 cent WekdlJlaA bUvoegsel
•Wereldrevuee per 5 meenden <0 cent
JJ
HOOFDREDACTEUR: M». D- J- VAN SCHAARDENBURG
UITGEVERSl VALKHOFF 4 C.
BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL, HO»
INTERCOMS. TELEFOONNUMMER 513
ECHT6CHE8TR.
Dinsdag 30 Juli 1918
dienstaanbiedingen 1—5 regel» f 0.50, gmott IfMre»
Hill plaatsruimte. Vooi handel en bedrijf bestaan
aeer eoordeellgc bepalingen tot hel herhaald adve»
teeren In dit Blad, b(| abonnement. Eene circulair»,
bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
De nieuwe regeering
in Oostenrijk.
De Oostenrijksche rijksraad is van den
löen tot den 26en Juli vergaderd geweest.
In die korte zittingsperiode is eene begroo-
tingscredietwet voor de tweede 'helft van
het loopende jaar behandeld en aangeno
men en een nieuw oorlogscrediet van zes
milliard kronen toegestaan. Verder is een
voorstel hm tegen twee leden van het kabi-
net-von Seidler, het hoofd van het kabinet
en den minister van binnenlandsche zaken,
eene strafvervolging in te stellen wegens
schending van de grondwet, naar aanlei
ding van de door dit ministerie bij verorde
ning vastgestelde nieuwe districtsindeeling
van Bohemen, van de baan gebracht door
verwerping van het voorstel tot benoeming
van eene commissie om over dit voorstel te
rapporteeren. Ook is over de militaire ge
beurtenissen aan het zuidwestelijke front
een debat gevoerdmaar dat is geschied in
geheime zitting, zoodat het groote publiek
daarvan niets gewaar is geworden.
Er was met angst en vreeze naar deze
zitting uitgezien. Men was niet zonder zorg,
dat als het Oostenrijksche parlement weer
bijeenkwam, de proef op de som zou worden
geleverd, dat dit parlement niet in staat was
de taak, die in een constitutioneel gere-
geerden staat voor de volksvertegenwoordi
ging is Weggelegd, te vervullen. Die be
zorgdheid is ongegrond gebleken. De rijks
raad heeft aan de regeering toegestaan wat
men in Oostenrijk noemt de „Staatsnot-
wendigkeiten", dat wil zeggen de midde
len om te voorzien in de behoeften van den
staatsdienst en de uitgaven te doen, die
V0ï£>r 'het voortzetten van den oorlog gevor
derd worden. De rijksraad heeft ook zijne
beschermende hand over de regeering uit
gestrekt, en haar behoed vóór het lot, waar
mee eene onverzoenlijke oppositie haar be
dreigde, om zich voor het staatsgerechtshof
te moete/\ verdedigen tegen eene aanklacht
van schending van de gTondwet.
Daartoe echter bepaalt zich het werk, dat
is verricht. Het onvermijdelijk noodige is
verricht om den boedel gaande te houden.
Maar met den eigenlijken arbeid, die is te
verrichten om de zaken te ordenen en te
regelen, moet nog worden begonnen. Daar
voor heeft ditmaal de tijd ontbroken. Het
nieuwe hoofd der regeèring, die in deze
dagóft re opgetreden, heeft niet meer kun
nen doen, dan voor het ter hand nemen van
dit werk de medewerking van de volksverte
genwoordiging te vragen. Men ziet echter
den grooten omvang van dit werk uit de
schets, die hij in de korte rede, waarmee
hij zich aan den rijksraad voorstelde, er van
gegeven heeft. Hij heeft darvan gezegd
„Voor de naaste toekomst zal het er om
te doen zijn, toebereidselen te maken voor
het tot klaarheid brengen en regelen van de
groote vraagstukken, die zoo lang reeds in
den weg staan aan de rustige en goed ge
regelde continuïteit van ons grondwetsleven,
maar waarvan gedurende den oorlog ten dui
delijkste is gebleken, dat hunne oplossing
niet kan worden uitgesteld. Ik bedoel de
groote vraagstukken der vorming van het
nationale leven, die slechts binnen de mo
narchie en door de daartoe bevoegde facto
ren tot beslissing kunnen worden gebracht.
De regeering beschouwt het in de eerste
plaats als haar plicht, onverpoosd werkzaam
te zijn aan het verwekken van een atmosfeer
van vertrouwen, waarin dan onder hare lei-
"Jing kan worden overgegaan tot het gelei
delijk in orde brengen van de talrijke inge-
U kelde zaken, die zijn te doen met waar
borg voor hunne duurzaamheid. In innige
wisselwerking daarmee staat het vraagstuk
der bestuurshervorming overeenkomstig de
eischen des tijds, die wij ons zoodanig yoor-
stellen, dat de belanghebbenden tot de taak
van het bestuur worden geroepen. Hierdoor
zouden tegelijk de voorwaarden worden ver
kregen om ook voor zoo menig gebied eene
ontspanning te bereiken, waardoor de hier
bedoelde \raagstukken zonder vooringeno
menheid voor eene rustiger behandeling en
eindelijk voor hunne oplossing vatbaar ge
maakt worden. Niet minder moet eene ge
regelde medewerking van den rijksraad in
zaken van het voedingswezen verzekerd blij
ven. Hier gaat het om de bestaanskwestie
van de gebeele bevolking. Eene geheel bij
zondere en niet voor uitstel vatbare betee-
kenis zal de regeling t'an de financiën bezit
ten.'Van de juiste, krachtige en snelle op
lossing van dit vraagstuk hangt het lot van
alle lagen der maatschappij en het lot van
eder individu af. Evenzoo wordt de mede
werking van den rijksraad gevorderd voor
het groote werk van den economischen we
deropbouw op den breedten grondslag.
Ik heb hier evengoed het tot stand brengen
an betrouwbare, economisch gezonde voor
waarden voor de geheele productie der
industrie en voor den zoo zeer in 't nauw
gebrachten landbouw op het oog, als ook
het terug krijgen van bevredigende levens
voorwaarden voor de geheele bevolking, in
't bijzonder den door de materieele uitwer
kingen van den oorlog zeer zwaar getroffen
middenstand, en voor -eene bij het kader van
dezen algemeenen wederopbouw zich aan
passende verdere ontwikkeling van de so
ciale zorg, zooals het ethische bewustzijn
zich die met recht voorstelt als contra-presta
tie van den staat voor de opofferende hou
ding van de breede lagen aan het front en
thuis."
Tot de uitvoering van dit programma
roept de Oostenrijksche regeering de mede
werking van den rijksraad in. Het is een pro
gramma dat voor zijne uitvoering een on-
verpoosten, opofferenden arbeid van jaren
eischt. Wat er van zal terecht komen
in het hopeloos* verdeelde, door ras-
senstrijd verscheurde Oostenrijksche parle
ment, is eene vraag van de toekomst. De
staatsman, die dit programma heeft ge
schetst, is dr. Max baron Hussarek von
Heinlein, die ter vervanging van von Seidler
als minister-president is opgetreden. Hij
heeft gedurende bijna zes jaren, van Novem
ber 1911 tot Juni 19T7, in drie kabinetten
zitting gehad als minister van eerediénst
en onderwijs. Voor zijne benoeming tot mi
nister is hij vele jaren als hoofdambtenaar
werkzaam geweest in het departement, waar
van hij later het hoofd is geweest; ook is hij
hoogleeraar geweest aan de universiteit te
Weenen. Als algemeen leider van de poli-
tfek moet hij zijne sporen nog verdienen,
fn richting is hij een geestverwant van den
Duitschen rijkskanselier, die voordat hij tot
de regeering werd geroepen, een der lei
ders van de katholieke staatspartij was. De
Kroon, die baron yon Hussarek tot het ambt
van minister-president heeft geroepen,
schijnt te meenen, dat zij in hem een Oos-
tenrijkschen Hertling heeft gevonden.
Als ambtgenooten heeft baron Hussarek
alle leden van het kabinet-von Seidler be
houden op twee na, namelijk de beide r'^-
len, die op verlangen van de Poolsche rijks
raadclub zijn afgetreden; zij zijn vervangen
door hoofdambtenaren, die werkzaam waren
in de ministerieeie departementen, eveneens
van Poolsche nationaliteit. De afgetreden
minister-president von Seidler is een ver
trouwensman gebleven van den keizer, wiens
opvoeder hij vroeger is geweest; hij i tot
directeur van 's keizers kabinet benoemd.
De ooricg«
Van Duitsche zijde is thans de teruggang
in het terrein benoorden de Marne erkend.
Tusschen de Ourcq en de Ardre is de strijd-
linie in den nacht van 26 op 27 Juli verlegd
in den omtrek van Fère-en-Taidenois en
Ville-en-Tardenois. Aan deze nieuwe linie
is gisteren hevig gestreden. Dit wordt ook
uit Parijs bevestigd. De berichten van die
zijde geven den indruk, dat er nog wel iets
meer gebeurd is dan dat de „zware vijande
lijke aanvallen bloedig te pletter zijn geloó-
pen", zooals het bericht uit Beriijn vermeldt.
B er 1 ij n, 2 9 Jul i. (W. B.) Helfferich,
de nieuw benoemde gezant, is gisteren te
Moskou aangekomen en heeft de diploma
tieke vertegenwoordiging* aanvaard.
Londen, 2 9 J u 1 i. (R.) In het lagerhuis
is een voorstel van Dillon tot afkeuring van
de Iersche* poliiiek der regeering verworpen
met 245 tegen TC6 stemmen. Dillon gaf in
overweging, dat de regeling van de kwestie
aan Wilson zou worden onderworpen, As-
quith legde er nadruk op, dat de premiers
van de Dominions aarzelden zich met een
zaak van dezen aard te bemoeien. Hij betwij
felde of Wilson, die zoozeer de handen vol
had met zijne eigen zaken, eene taak zou op
zich nemen, die zoo vele mannen in het ver
leden had teleurgesteld. Hij somde de her
haalde pogingen op, die waren beproefd om
tot een regeling te komen, en gaf in beden
king nog een nieuwe poging te wagen.
Bonar Law deed uitkomen, dat als de na
tionalisten aanspraak maakten op het recht
om zelf hun lot te bepalen, dat recht ook
moest worden toegekend aan Ulster. Het
was hier niet een moeielijkheid tusschen En-
gelschen en Ieren, maar tusschen Ieren en
Ieren.
Incidenten vamen niet voor bij dit debat.
Londen, 23 Juli (R.). Een officieele me-
dedeeling houdt in, dat onder de besluiten,
welke genomen zijn door de thans beëindig
de Rijks-oorlogsconferentie, een ten doel
heeft de bevordering van de krachtige ex
ploitatie der petroleum-voorraden in het
Britsche rijk. Een andere besluit, bij meer
derheid van stemmen genomen, spreekt
zich uit voor wettelijke bepalingen in het ge
heele rijk, waarbij voor een zekere periode
na den oorlog beperkende bepalingen wor
den vastgesteld voor de naturalisatie van on
derdanen van de tegenwoordige vijandelijke
staten en. eveneens voor de verkrijging van
politieke rechten, éigendommen of conces
sies door vi'ëndelijke onderdanen. Besloten
werd nog vóór het vertrek der afgevaardig
den een speciale conferentie te houden over
de nationaliteits- en naturalisatie-quaestie.
De conferentie hechtten haar goedkeuring
aan het rapport der commissie voor de con
trole op den aanvoer der grondstoffen na den
«oorlog en verzocht de Britsche regeèring,
met de regeeringen der Dominions en Indië
onderhandelingen te openen om tot een ge
meenschappelijk optreden in die richting
te geraken. De conferentie keurde voorts de
stappen goed, die gedaan zullen worden om
voldoenden aanvoer van grondstoffen voor
de behoeften der geallieerden te verzekeren.
Londen, 29 Juli. (R.) De staking te
Coventry is geëindigd. De arbeiders zijn op
hun werk teruggekeerd.
Londen, 29 Juli. (R.) Churchill heeft
in het Lagerhuis in antwoord op een vraag
betreffende de staking in de munitiefabrie
ken gezegd, dat de meerderheid van de ar
beiders te -Birmingham het werk hervat
heeft. Ook te Coventry was een groot deel
weer aan den arbeid gegaan, en er was
hoop, dat ook te Woolwich het werk hervat
zou worden en dat morgen de hervatting
van het werk algemeen zou zijn.
L o n d e n, 2 9 J u 1 i. (R.) Reuter verneemt
over de conferentie te Londen tusschen de
beheerders der voeding van het Vereenigde
Koninkrijk, de Vereen. Staten, Frankrijk en
ItaliëDe heeren vergaderen bijna dage
lijks en men verwacht, dat de werkzaamhe
den deze week zullen eindigen. Men is op
zeer bevredigende v.ijze opgeschoten en de
geallieerde voedingsraad .beslaande uit de
verschillende beheerders, is een uitgemaak
te zaak. Een vandaag genomen besluit legt
den nadruk op de behoefte aan zuinigheid,
tegengaan van verspilling en verhoogde pro
ductie ten einde voorraden op te slaan omi
zich te verzekeren tegen elke mogelijkheid
en eindigt„Wij kunnen het leeftochtvraag-
stuk niet behandelen op den grondslag van
een oorlog van één jaar. Wij moeten ons op
een langen duur voorbereiden, als we een
afdoende overwinning willen behalen."
B u k a r e«s t, 27 Juli. (W. B.) De zitting
yan het parlement zal, blijkens een verkla
ring van den minister-president in de Kamer,
uiterlijk den 3en Augustus gesloten worden.
Op dien datum zullen alle door de regeering
ingediende wetsontwerpen in behandeling
zijn genomen.
2 8 Juli. De commissie van onderzoek
van het voorstel om de gewezen ministers in
staat van beschuldiging te stellen, is met
hare arbeid gereed en zal Dinsdag haar rap
port indienen.
De minister van iën Santescu ver
klaarde, dat definitief besloten is ot de in
voering van het alkoholmonopolie. De staat
zal de spiritusfabriek niet opkoopen, maar
langs den weg der contingenteering zekere
hoeveelheden spiritus tot hunne beschikking
stellen, die zij den staat zullen moeten leve
ren, terwijl de staat zelf het verbruiksmono-
politie zal hebben. De fabrieken zullen het
recht krijgen, behalve de spiritus voor bin-
nenlandsch verbruik het artikel nog voor den
uitvoer te bereiden.
K i e w, 2 9 Juli (W.-B.). De Ukrainische
regeering heeft de gevangenenneming be
volen om de oud-minister van oorlog
Pesliura en de oud-minister van handel
Poredo met eenigen van hunne partijgenoo-
ten. Zij worden verdacht van revolutionnaire
intriges van de regeering aan den hetman.
K i e w, 2 9 Juli. (N. T. A.) Het dagblad
Kiewskaja Mgarvi bericht, dat in Rostow
het verdrag tusschen de regeeringen van het
Dongebied en het Astrakangebied is ge-
teekend. De beide regeeringen erkennen we-
derkeerig de volle autonomie ven hun ge
bied en verbinden zich elkaar te helpen in de
kwestie van de verdere inlijving van het
economisch en strategisch beslist noodige
gebied. Zij verklaren, dat de gemeenschappe
lijke strijd tegen het bolshewisme op hun
gebied en den noordelijken Kaukasus thans
hunne hoofdtaak is en dat zij streven naar
de vorming van een nieuw federatief staats
organisme in Zuid-Rusland, waartoe het Don-
gebied en het Astrakangebied als de eerste
volledig gerechtigde leden zijn toegetreden.
Washington, 28 Juli (R.). Er wordt
bericht, dat twee nieuwe legerkorpsen geor
ganiseerd zijn.
Londen, 29 Jiili. (R.) Franklin Roo
sevelt, assistent-minister der Vereenigde
Staten, heeft in een rede te Londen gezegd:
Er zijn nu meer dan 250 schepen der Ame-
rikaansche marine voor vast aan dezen kant
van den oceaan gestationeerd. Het aantal
zal vermoedelijk het volgende .jaar sneller
dan tot nu toe stijgen. De Amerikanen staan
nu een jaar in den oorlog. Zij zullen al hun
manschappen en hun volle kracht geven tot
de geallieerden hebben gewonnen.
Londen, 29 Juli. (R.) Reuier ver
neemt, det de militaire gouverneur van Jaf
fa van den Spaanschen vice-consul, die
daar de Duitsche belangen vertegenwoordigt
een brief ontvangen heeft, waarin hij uil
naam van de naar Egypte gedeporteerd»
Duitschers voldoening uitspreekt over d<^
edelmoedige bejegening, door hen onder^
vonden, en over de menschlievende maak
regelen, die ten opzichte van hen getroffen
zijn. Hij voegt er zijn eigen erkentelijkheid
jegens de Bngelsche o.verheid aan toe ent
drt/ikt de officieren voor de ridderlijke ma*,
nier, waarop zij zich van hun moeilijke taaü
gekweten hebben.
Washington, 29 Juli. (R.) Het
staotsdepartement heeft zijne goedkeuring:
verleend aan eene leening van Amerikaan*4
sche bankiers aan China tot een bedrag van
50 millioen dollars. Er wordt onderhandeld
over de medewerking van Engelsche, Japan-*
sche en Fransche bankiers
Oost-lndlè.
I>e Spaansolie stekte?
Uit Batavia wordt d.d. 19 dezer geseind:
In de kustplaatsen lijdt ongeveer de helftJ
"der bevolking aan een ziekte, waardoor men
5 dagen'koorts heeft.
WE6T-1NDIÊ
Koloniale Staten van Suriname.
(Officieel). Blijkens van den gouver-
neur van Suriname ontvangen telegram zijn
alle lecten van de Koloniale Stalen, die on*
langs gezamenlijk aftreden, herkozen.
Met verlof is te 's Gravenhage aange-
komen de heer Ch. A. R. W. G. Graaf van
Aldenburg-Bentinck, gezantschaps-secreta-
ris bij de Nederlands-che legatie te Constan-
tinopel, thans tijdelijk als zoodanig werkzaam'
bij de Nederlandsche diplomatieke vertegen
woordiging te Sofia.
De kublaeisformatie.
In aansluiting op een desbetreffend
bericht van de N. R. Ct. kan het Hbld. me-
dedeelen, dat de heer Nolens bij de vorming
van een kabinet zoowel door den heer De
Savornin Lohman als door den heer Co-
lijn wordt terzijde gestaan. Het is onwaar
schijnlijk, dat een van deze heeren zitting
zal nemen in het ministerie, dat op één
plaats na reeds geheel moet zijn samenge
steld.
E«d departement van lands
verdediging.
In zeer «ingelichte militaire- zoowel als
marinekringen wordt als zoo goed als vast
staande verwacht de instelling van een De
partement van Landsverdediging, vervan
gende de ministeries van Oorlog en van Ma
rine.
Eeger promoties.
Naar wij vernemen, zijn bij de te ver
wachten promotie bij het dienstvak der mili*
taireadministratie, de infanterie en den ge
neeskundigen dienst der landmacht o.m. be
noemd
bij de infanterietot Iuit.-kol., comman
dant van het<33e reg., majoor L. H. C. Beijens
van het 5e reg. en tot luit.-kol., commandant
van het 20e reg., majoor jhr. J. A. A. von
Schmidt, van het 21e reg.;
voorts tot majoors de kapiteins L. D. L. M.
Coenegracht, van het 13e reg.; H. Dijkstra,
adjudant van de He infanterie-brigade; B.
Cool, adjudant van de Vile infanterie-bri
gade; W. F. H. van Dijk, van het 14e reg.;
Th. E. Bretschnekter, van het 14e reg.; F. J.
Bijvoet, adjudant van de Vie infanterie-bri-
sterkste in de .wereld is hij die 't meest
staat.
Roman naar het Duitseh
van
A. Oskar Klausmann.
26
>,Ik voor mij had aan een onderbouw van
j*er gedacht.zeide Werner „hoewel zulks
duurder is, dan een houtconstructie. In alle
SfJ3!1is ^zcr toch Eoedkooper dan metsel
werk.
„Je moet de ».aak maar uitvoeren, zooals je
denkt dat goed is'* verklaarde Kersten.
Het rijtuig hield stil voor het heerenhuis te
oaarkirchen en Kersten leidde Werner door
c vertrekken van het hoofdbureau om hem
aan de verschillende beambten voor te stel
len en deze mede te deelen, dat Werner hem
voor drie maanden zou vervangen.
Naast de kamer van Kersten troffen ze in
haar privé-bureau Dora aan, gebogen over een
technisch mijnbouwboek, waarin ze naar het
scheen ijverigst te studceren.
„Al weer ijverig aan de studie, kindlief?
liet is werkelijk prijzenswaardig met wat een
volharding je bezig bent die vervelende mijn-
bouwkunde machtig te worden. Hier breng
tk ie onzen hulpvaardigen vriend, die mij zal
(Vervangen en die het meerdere werk gaarne
op öe schouders heeft genomen. Tenminste
a us heeft hij mij huichelachtig verzekerd."
Dora reikte Werner de hand cn Werner
bukte zich om die te kussen. Hij volgde een
unpuls, een plptsclingen inwendigen drang,
maar werd lot bezinnig komend eenigszins
verlegen. Nog nimmer had hij haar de hand
gekust wanneer hij voor dienstaangelegenhe
den bij haar kwam.
Dora kleurde en verzocht de heeren met
een handbeweging plaats te nemen.
„Ik heb bergraad- Spalding reeds op het
hoofdbureau voorgesteld; je kunt nu met hem
bespreken, welk uur van den dag het meest
geschikt is om dagelijks hier te komen. Het
is wel noodlg, dat je dan ook hier bent om
tc kunnen worden geraadpleegd, zoodat je,
indien noodig, beslissingen kunt nemen. We
moeten er wel op rekenen, dat de bergraad
weinig tijd heeft."
„Ik kan mijn werk altijd zoo verdeelen,
dat ik mij naar de wenschen van juffrouw
Buchwald kan schikken," verklaarde Werner.
„Over deze wenschen behoeven we in 't ge
heel niet te spreken," zeide Dora beslist, „mij
schikt ieder oogenblik van den dag. Het be
treft hier gewichtige zaken, waarvoor men
altijd tijd moet hebben.''
„Wanneer de dienst van het hoofdbureau
op dezelfde wijze is ingericht als op de andere
bureau's, zal het waarschijnlijk het beste zijn,
dat ik 's middags tusschen drie en vier uur
hier kom. Dan zijn de brieven, die in den
loop van den dag inkomen, doorgelezen en ge
agendeerd, terwijl een eventueele beantwoor
ding kan zijn gereed gemaakt; ook de dage-
lijksche rapporten zijn dan binnen en kunnen
reeds gecontroleerd zijn. Ik houd dan altijd
nog tijd over, om naar het Thercsia-werk te
rijden, om daar de brieven te onderteeke
nen. Ook de andere werken zal ik zoo vaak
mo gelijk moeten bezoeken, al was het alleen
maar om mij op dc hoogte te stellen van de
bed rijfsverhoudin gen
„U stelt den bergraad aan de chefs van de
verschillende bedrijven voor?'* zeide Dora
half vragend tot Kersten.
„Dat is niet noodig. De bergraad kent alle
leiders van dc bedrijven persoonlijk. Een rond
schrijven, uitgaande van bet hoofdbureau,
waarin wordt medegedeeld, dat de bergraad
mij zal vervangen, is voldoende. Dit schrijven
kan vanmiddag nog uitgaan en is dan morgen
ochtend reeds de verschillende bureau's ge
passeerd."
„Ik zal onmiddellijk voor een dergelijk rond
schrijven doen zorgdragen," verklaarde Dora.
„En nu moet ik weg," zei Kersten, „ik moet
nog verschillende voorbereidingen treffen voor
de reis. Vanavond vertrekken wc. Hoe eer we
hier vandaan zijn, hoe beter. Lothar wilde je
eerst nog komen opzoeken, om de vroegere
vriendschap nog eens op te halen; echter zal
hij later zijn schade wel inhalen, als we weer
terug rijn."
„Ik wensch u beiden goede reis," zeide
Dora, „en tevens veel succes, wat de gezond
heid van Lothar betreft.".
Werner en Kersten namen afscheid van
Dora en bij de deur vroeg Kersten:
„Hoe kom je nu thuis? Rijd met me mede,
dan kan ik je 'bij de villa afzetten."
„Dat is niet noodig. Wanheer ik door bet
berkenfcoschje ga, dan ben ik er in twintig
minuten. Het is heerlijk weer; een wande
lingetje zal me goed doen."
Het groote en goed onderhouden park, dat
het heerenhuis van Saarkirchen omgaf, ging
geleidelijk in het landschap over, dat\erderop
uit berken- en naaldbosch bestond. Een bree
de en diepe sloot scheidde het bosch van het
park. Het berkenbosch droeg zijn naam niet
geheel te recht, daar ook vele andere boomen
de schoonheid van het geheel'verhoogden. De
wille berkensUrfimen met hun licht groen loof
vormden hjer en daar een wondermooi con
trast tegen het donkergroen van het naald
hout en de knoestige oude eikenstammen.
Ook deze bosschen waren het eigendom van
de familie Buchwald. Zij waren parkachtijf
aangelegd, zonder echtejj aan het natuurlijk
aanzien van het landschap afbreuk te doen.
Ecnige wegen liepen er dwars doorheen. Het
terrein was heuvelachtig. Hier en daar ge
noot het oog een schitterend uitzicht. Ver
schillende heuvels waren van banken voor
zien, om den wandelaar in de gelegenheid te
stellen, vandaar uit den blik tc laten weiden
Over het omliggend landschap. Ook een beek
kronkelde zich tusschen het geboomte en maak
te het geheel tot een heerlijk stukje natuur,
waarvan de bewoners van Dasburg gaarne
pleegden te genieten. Reeds d.e oude Buchwald
had het publiek vrijen toegang tot het bosch
verleend, steeds had hij er zich tegen verzet,
dat café's of speeltuinen werden opgericht,
om bet landelijk karakter niet te doen ver
loren gaan. 1
De herfst begon reeds zijn intrede te doen.
Het loof van berken en eiken vertoonde hier
en daar reeds een gele tint. Hoewel Werner
honger had en wist dat juffrouw Wolf met
het middageten op hem wachtte, liep hij toch
onwillekeurig landzaam, om de schoonheid
van de natuur met volle teugen kunnen ge
nieten. Op den top van een der heuvels stond
een geweldig groote bruine 'beuk, met wijd
uitstekende takken, waarvan het donkerroode
loof wondermooi afstak tegen de witte ber-
kenstammen, het donkergroen van de naald-
boomen en het dieipe geel van de eikenblaren.
Het veelkleurig tafereel, dat zich aan zijn
oogen voordeed, was zoo imposant, dat hij
onwillekeurig, geboeid door zooveel schoons,
bleef slaan. Het was, alsof de natuur, alvorens
ter ruste te gaan, met een laatste opflikkering
van schoonheid van den zomer en den herfst
ging afscheid nemen. Onwillekeurig zette Wer
ner zich neder op de bank, die daar stond*
Hoe mooi, hoe idyllisch mboi was het hier*
Heel in de verte klonk het geluid van ma
chines en ook het- fluiten van de vele loco*
motieven, die in de nabijheid hun werk ver
richtten, was zwak te hooren.
Ja, het was hier schoon en niet alleen i*
het berkenbosch Werner had hier een werk
kring, waaraan hij zich met hart en ziel koa
geven, een overvloed vhn arbeid viel hier voor^
zijn hand te verrichten. Tot zelfstandig schep
pend werkzaam zijn, bestond hier de meest
ruime gelegenheid.
Werner had de verhoudingen niet beter
kunnen wenschen. Toch ondervond hij eea
licht gevoel van onbehagen en vrees voor iets
dat komen zou en dat hij niet kon ontwijken.
Hij voelde, dat hij door de omslandighedetf
werd voortgedreven, geheel tegen zijn wil,
zonder dat hij zich daartoe kon verweren*
Tegen de gevoelens, welke hij voor Dora
koesterde, verzette hij zich in 't geheel niet
meer; die waren zoo machtig, zoo onoverwin
nelijk, dat het dwaasheid zou zijn geweest,
deze te willen onderdrukken. Hij was er.
trotsch op, dat het heilige, schoone en edelef
gevoelens waren, welke hij ten opzichte van
Dora koesterde. Zij was voor hem het ideaal
van een kuische, beminnelijke en liave vrouw,
aan wier betoovering men zich na eenig tegen*
stribbelen gaarne overgeeft. Wat hij voor Dor»
gevoelde, was mecf nog vereering dan liefde.
Vreugde bezielde bij de gedachte, dat er
jeraand als Dora bestond. Hij had geen tijd om
geregeld na te denken, laat staan oA te dwee*
p«a_
(Wordt vervoLad-J