Qooï3 de iJecigd. itJ? vnmH klonk het. „Hij is in aantocht" Ocor het vuur. Naar het Engelsch van AV. DE MORGAN. Bewerkt door C. H. Kleine Jack zat bedroefd in het \uur te sta ren Hij was zeven jaar oud, maar zóó klein en zwak, dat hij niet ouder leek dan vijf. Hij had geen broertjes of zusjes en was bijna al tijd alleen, want zijn moeder, die weduwe gaf over dag muziekles en moest Jack greep haar oen gloeiende hand was mer binnen. Deze opende zich en Jack zag het en waagde den sprong. In het volgend nu den AYalerprir.s vóór zich. Ilij was in het oogènblik zag hij rood-gloeiendc bergen oro zilver met groen gekleed en wilde dadelijk zich heen. O, wat was het daar smoorheetJ j op de Prinses toesnellen. Hij dacht dat hij stikken zou. ./Voorzichtig!" riep deze „Of het zou doo- „Nu", vroeg de kabouter. „Ilce vin je dclijk voor ons alle twee kunnen zijn", het?" „Dan zouden wij ten minste samen om- „Erg warm", mompelde de arme Jack koijven'.^i Prins Fluvius. „Als het je hier al te warm is. rul je het ..Maar 't is beter samen in t leven te blij- in Vuurland heclemaal niet kunnen uithouden Je hoeft hot dan niet eens tc probceren." „O. 't zal wel gaan. Ik begin er al aan tc Wennen". „Kom dan maar mee," zei het mannetje ven," antwoordde de Prinses. I „Als dat mogelijk was!" „Het is mogelijk. Sinds ik je den laatslcn i keer zag, heb ik gehoord, dal er één persoon op de heclc wereld is, die ons kan helpen terwijl hij een stokje uil zijn zak haalde. Ilier- dat is de oude man aan de Noordpool. Hij mee begon hij een gat in de kolen tc boren, weet alles en kan ons raad geven." dat weldra een diepe afgrond was. „Maar hoe kunnen wij hem bereiken?" „Ga maar op mijn schouders zitten, zei de vroeg d<^ Prins. „Als jij ging, zou je stellig Kabouter nu. „Sla je armen om mijn hals en itildooven en als ik ging, zou ik bevriezen, hou me goed vast. Als je schreeuwt, laat ik Geen van beiden zouden we ooit terugkomen, je echter onmiddellijk vallen". En wal dc AVincIkabouters betreft, die wc hier Jack deed wal hem gezeed wei d. maar was anders genoeg hebben, dat is zulk zorgeloos u?a Jopuoz 'spip ufiz u3oi 'tfucq poq p.w qooj volkje, dat zij hun boodschap stellig niet goed woord te zeggen,' met Item iu den afgrond zouden overbrengen.' verdween. Met angstwekkende vaart ging het „Jack!' zei de Prinses nu „zou jij voor ons willen gaap9'' „Ik 1 riep Jack verschrikt uit. „Hoe moet ik dat doen?" „O. dat is heel eenvoudig. Eén van de „Hier is het Vuurland, zei de Kabouter Wind-kabouters zal er je brengen. Je kunt da- r,cn later. „We zijn er." dclijk gaan. Nu Jack, wil je ons dezen dienst van top tot teen in het vuurrood gc-1 Hjj jjel jacj- 0p den grond glijden en ging bewijzen? Wc zullen je er altijd dankbaar s avonds dikwijls op kinderpartijtjes piano spelen. Zij woonden op dc derde verdieping van een huis in een oude, nauwe, Londensche straal en Jack zat bijna den gehcelen dag al leen bij den haard. Van avond was hij al heel bedroefd, want het was de avond vóór Kerstmis en zijn moe der moest in een groot liuis piano spelen ter \iering van het Kerstfeest. Hij voelde zich erg eenzaam. Als moeder nu thuis was, zou VC1U - VI ^Hellen. O, Wat miste hij ai <yCpCr en dieper. Ilij beet zich op dc lip- v ^olselm« b"k ,h'J Vanen «'t. pe„ om hol niet uit tc gillen. hi LTïZ 00?*nbl'kke" «bol Eindelijk zag hij een lauw rood licht, dal h j een hec klem f.guurtjc zoo n grapp.gI stccds gl-0otcr"cn helderde,- werd klein figuurtje boven op de brandende kolen I zog. Het was precies een heel klein man-Lvcn latc„ We zijn er." netje, van top tot teen m het vuurrood ge- j kleed en in een cape van dezelfde kleur ge-1 nnasj ziUen- om vval uil lc "va; voor blijven". I i den vermoedenden tocht. Toen dc jongen wat Jack wist niet goed, wat hij antwoorden luidde h-t antwmonl hekomen was van den schrik en de duizelig- moest, doch toen hij eerst den trcurigen blik hcid. keek hij eens orn zich heen. Ilii zag van den Prins ontmoette cn daarna zag, hoe groole, roode heuvels en zelfs de lucht was dc Prinses haar handen smeekend tot hem .rood gekleurd. Dc meeste lieuveis rookten. ophief, besloot hij te gaan. Hij kon het niet „Nu, wat zeg je er van? vroeg de Kabou- Ilcr; j ,.'t Is alles zoo vreemd antwoordde Jack. Hm monnnim T» „^,ii «„Maar waai-wonen ze hier? Ik zie heele- I Cl mannetje bcggn lc lachen I maal „,cn „Dat kan mc met schelen,zei hij. „Je gc- j looit misschien ook niet aan Wind-kabouters ',Dc slc'dcn l«ggen nog een eind verder. Als n Wftterkabouters. Maar clAt kan ik je wel ïe die zien wilt» rcocl 1- rnnar wccr op mijn door - igen als wij er niet waren, zou er geen schouders gaan zitten/ antwoordde Jacks vuiïi ziju. Wij steken het aan en zorgen, daLj"vr^end' het aan blijft. Als ik op dit oogènblik weg- Z"° hv amen zij aan een groole stad. Het jan, dc krantenjongen, was een echte bengel, ging, zou dc haard uitgaan en je° hem onmo- palcis was van i ood-gloeiend ijzer gebouwd, uïj kon geen hond ongemoeid over straat laten •gelijk weer kunnen aanmaken, niet vóór ik het paleis van den Koning", zei dc loopen. Een troepje meisjes, dat uil school terug kom en opnieuw dc kolen ontsteek.' Vuurkaboulcr. „Daar zullen wc eerst heen kwam, aan t schrikken tc maken, zoodat 't gaan schreeuwend uit elkaar stoof, de dienstmeisjes, „Zal ik dc Prinses zien?" vroeg Jack. herhaalde Jack „Een Vuurkaboulcr, van het mannetje. ..Iven Vuurkaboutertje verbaasd. ••■'a, vin-je dat zoo vreemd „Ik geloof niet aan kabouters," zei. Jack, terwijl hij. zijn oogen toch met van de grap pige verschijning kon afhoiflen. - weigeren. „Ik zal gaan zei hij v&st besloten. (Slot volgt.) Een goed begin Hermanna. Maar hoe komt het daitr dat je niet ver- j brandt?" vroeg Jack. Ik verbranden! AVel, ik kan zonder vuur nie! leven."' en deed zijn best, de baret te pakken. De j anderen deden op zijn aansporen 't ^elfde, be- j halve AVim. Die durfde cr eigenlijk niet bij te j komen en stond aan den huizenkant te schrei en. En onderwijl dreef dc baret, met dc piek omhoog, al verder en verder weg. Er was niets aan te doen. j Dc jongens keken naar Jan, terw ijl ze allen I overeind krabbelden en sommigen begonnen te I lachen en zeiden, dat 't toch eigenlijk niet de moeite waard was geweest, er zoo'n drukte over te maken. Maar Jan zei niets. Hij stond daar maar stil en keek naar AVillem. Toen I voelde hij .in zijn zak. Dit was nu eens iels, dal hij kou goedmaken. Ja, maar de oliebollen? i Wat zouden de jongens wel zeggen, als die er bij inschoten Jan mocht zoo graag royaal doen tegenover de anderen, hun baas ook d&arin zijnen, als hij 't nu niet deed, dan j Nog ever. dralen, toen slapte Jan vastbc- i ra'den naar AVim toe hij fluisterde wat met hem. Daarop gingen ze samen weg. Jau's kameraden volgden hen, nieuwsgierig naar wat Jan nu toch wel zou uithalen. I Voor een pottenwinkel stonden hij en AVim stil. Vanwege den Nieuwjaarsdag was de win- j kcl gesloten, maar o.p hun bellen werd er toch opengedaan. Zij er samen inde anderen i wachtten buiten met gespannen verwachting. I Daar kwamen ze weer aan. AVim had een i nette pet op. een gewone, waar niemand hem j om kon uitlachen, en 't scheen wel, dat hij er blijder meer was, dan hij ooit te voren met dc hooge baret was geweckt. AVim ging alleen verder. Nu liepen de jongens op Jan af. Ze waren ongerust over hun oliebollen en daar hadden ze wel reden toe een pet en oliebollen kon Jan niet betalen en dc pet was toch 't noodigste geweest. Dat was een grootc te leurstelling. Jan had er zelf ook 't land over, maar tegelijkertijd voelde hij, dat hij toch niet andei's had mogen handelen. Op z'n eeittjc liep Jan even later naar huis. De heele troep was nu op eens tegen hein. Hij begreep,, dat t nu ook meteen uit zou wezen, met z'n de baas zijn oyer de jongens, waarin hij altijd zoo'n eer had gesteld. Toch had hij geen spijl van zijn opoffering. Jan, de bengel, was, ondanks zijn kwajon gensstreek. hel Nicuwcjaar goed begonnen. die glazen lapten, nat te spuiten of gauw haar emmers om lc gooien, dal was dagelijksch „Zij zal waarschijnlijk in den tuin zijn." Aróór de tuinpoort hielden zij stil: de Ka- werk voor hem. Maar bij dit alles bleef hij .Maar va:: kóm je vandaan?"' vroeg boutcr duwde haar open en waarschuwde toch een ronde, ferme jongen, die nooit expres Jack nu. -Jac-v. dal hij niet het geringste geluid moest iemand pijn of werkelijk verdriet zou doen. Mijn mal;kers cn ik wonen diep in dc aar- j maken. Deze keek nieuwsgierig om zich heen. j Gebeurde 'l al eens, dat een van zijn grappen de. daar is altijd een heerlijk warm vuur, A\ral een vreemde plaats! Hij zag blauw vuur, maar als dc menschen hun kachels aanmaken, j rood vuur, groen vuur en geel vuur. De bloe- 'omen wij hun een handje helpen." men 111 den tuin waren eigenlijk vuurwerk „Ilelp je ook mei dc lampen en kaarsen Plotsling trok zijn metgezel hem aan den „Dat laten we aan het jonge volkje over," j arm en fluisterde „De Prinses!" En in het wat erger aankwam, dat hij 't bedoeld had, niemand die er dan meer spijl van had dan fan, de bengel, zelf. 't Was Nieuwjaarsmiddag, tegen 't schemer uur. Jan draafde met een troep vrinden door zei het mannetje met een geeuw. „Ik kom volgend oogènblik zag Jack een groep hofda- de stad. Ilij was aan 'l Nieuwjaarvyenschen •t de Prinses in hun midden. Zij was bij zijn klanten. Bij ieder huis, waar hij anders Jack bleef cenigc oogenblikken zwijgen cn •/ei toen „Iloc vreemd, dal ik je dau nog nooit eer der zag." „Toch ben ik hier altijd geweest cn heb je dus niet goed gekeken.*' antwoordde het 'dwergje uïj iulu „«v. r enkelen keer zelfs een dubbeltje. Zijn maskers bleven zoolang bij de sloep staan, en kwam 1 Jan weer bij ben, dal vroegen ze allen tegelijk: nooit voor iets anders naar boven dan voor t mes met ...j..- - - een kacheL" bleek, zag er bedroefd uit en sprak geen de krant zoo maar in dc bus stopte, dreunde woord. hij nu ziju „veel heil en zegen" op. Dikwijls Jack had diep medelijden met haar en riep was 't antwoord, dat Mijnheer en Mevrouw plotseling uit: „Arme Prinscsl" 'hem t zeilde wenschten, maar meestal kreeg „Wie sprak daar?" vroeg dc Prinses fiuis- hij toch wateen paar terend. j-w-i*- AT* Dc hofdames keken elkaar verbaasd aan, doch gaven geen antwoord. Ik wou dat ik bij je in dc vlammen kon „Iemand zei„Arme Prinses ging dc Prin- j „heb je wal gekregen want Jan was gul, "ien, zei Jack nu. ses -voort, terwijl zij begon, tc schreien. j als hij geld op zak had, en hij had nu beloof Daar moet je op gekleed zijn en zelfs dan 1 De hordames trachtten haar tot kalmte te straks op oliebollen uit 't kraampje van Mie, zou ik nog bang zijn, dat je hel erg warm brengen, doch dc Prinses herhaalde haar J bij 't stadhuis, le zullen trakteeren. Die bc- 20u vinden,' hernam het mannetje. I vraag. lofle deed dc jongens dan ook eigenlijk zoo „O, daar zou ik niet om geven. Maar j Jack kon hel nu niet langer uithouden en volhardend achter hem aan draven. Gedurig 2iet het in de plaats, waar je woont, even zei„Ik, Prinses!" kwamen er hij, die.van dat aanlokkelijke voor- rood en helder uit als in den haard „AVie ben je? Iloe kom je hier vroeg dc uitzicht hoorden cn zoo had Jan, de bengel, wel wat van een kapitein, aan 't hoofd van. niet boos om zijn", ant- zijn soldalen, zooals bij daar met zijn gevolg 1 woord de Jack, „dat ik hier gekomen ben, in stormpas stadje doorging om le „vven- maar j schen". Niet enkel bij de menschen van dc De Kabouter schudde hem nu driftig door krant, och neen, hij nam 't zoo nauw niet en elkaar; nam hem weer op zijn schouders, I wenschte er, nu hij eenmaal aan den gang snelde met hem naar boven en wierp hem op was, maar vroolijk op los. Zijn voorspoed i'i ocg Jack I den groud. Daar werd hij «.vakkcr. 't AVas dus 1 maakte hem overmoedig er w as geen hou- I een droom geweest! Dc haard was uitgegaan den meer aan. Hij moest cn zou wat uilhalen. hui cn jiuiuci uil ais in ucii naai u „Wie '"en JC lloe J ..Veel mooier Aan alle kanten rondom het Prinses vriendelijk, dcis van den Koning zie je vlammen, niets j „O, u moet er nie pa: dan vlammen, en dc ramen der Prinses kijken op brandende heuvels uit. 't Is jan&mer, dal <le meeste menschen zoo ontevreden zijn Als iemand gelukkig moest zijn, is het Prinses Pyra - Is zij dan niet gelukkig w\ 1 „Nee. Ach, het komt alles, doordat zij het paleis van haar vader verliet. Onze Koning en Koningin hebben maar één dochter, Prin ses Pyra, en zijn natuurlijk heel trotsch op haar. Om haar opvoeding tc voltooien hebben «e haar een jaar naar kostschool gestuurd. Die kostschool lag midden in een brandenden berg. Doch wat gebeulde Op zekeren da; en hei was hcelcmaal donker in de kamer. 1 De andere jongens waren, als altijd, bereid Onderzoekend hun aanvoerder te volgen. De volgende dagen keek fack tevergeefs j Maar wat voor een grap uit naar den Waterprins en den AVindkabou- j keek Jan rond. ter, doch hoewel het hard regende en woei,! Zij waren nu bij dc haven, op een stil plekje, zag hij niemand Tevergeefs keek hij ook 1 Och, dal buurman's Willem hun nu juist tegen avonds naar den Aruurkabouter uit. J moest komen, AVillem. met de nieuvyc baret Toen hij juist een week na het gebeurde op, die hij verleden week bij de Kerstuitdeelir.g gluurde Prins Fluvius, de zoon van den Wa- j 's avonds weer alleen bij den haard zat, j had gekregen terkoning, over'den top van den berg en zag want zijn moeder v\as uitgegaan om ergens, 't Was een fluweelen baret, met een piekje IhlJ de PHthspv 7ïi Vi-nrr<»r» />]ka.n/l<T. l.ir»pn uai i sinds dat gelukkig Mair waarom trouwen rc dan niet V' hij uit verveling oor hel raam staan.. Plot- daar 'f zonde roti wezen zoon mooie harcl .vro&fi Jack. seling hoorde hij een fijn stemmetje. j niet te gebruiken, moest hij hem s Zondags „Jack klonk het fluisterend uit den haard, j op hebben en ook bij bijzondere gelegenheden Jack schrikte hevig en zag op eens de ais vandaag, nu hij in zijn beste pak de Ooms Vuurprinses in den haard. en Tantes was gaan Nieuwjaarwenschen. „Jack 1" riep zij nog eens „Wil je mij een AVim week op zij, toen Jan en zijn kornuiten In 1660 werd de koffie naar Frankrijk overs, gebracht door Soloman Aga, gezant van det^ Turkschen sultan bij Lodcwijk XIAr, en wcldr» werd ze ook aan het Fransóhe hof gebruikt* als een zeer gewaardeerd genotmiddel. Slechts enkele jaren later werd de nu zop, j algemeen bekende drank door een Armeniër^ als iets zeldzaams, verkocht op dc kermis te Saint Germain, en nog wat later 111 eep twee tal, opzettelijk daarvoor bestemde, inriclitins gen. Dat waren dc eerste koffiehuizen tc Parij% de eerste café's, die echter slechte, waais schijnen verkocht te hebben cn waar dc bc-> diening ook le wenschen overliet. Een keurij' cn deftig ingericht koffiehuis werd toen gè* opend op de Rue des Fossés-Sainl Germain, door een zekere Procope, een Siciliaan. Weldra verrezen e? meer en nog bij he\ leven van bodewijk XIV waren cr in Parijs., reeds een 600-lal. Zoo ontstonden d% koffiehuizen, die later-* ook elders, ook in ons land, ingang vonden,* Aanvankelijk werd dus de koffie in afzon-' derlijke inrichtingen gedronken, evenals nu*- bijvoorbeeld, nog bier in bierhuizen, en meB^ in melkinrichtingen, waar echter, behalve( bier en melk, gewoonlijk ook nog wel wat ain ders wordt verkocht. Langzamerhand is het gebruik van koltW ook doorgedrongen in de huisgezinnen en is* de koffie een algemeen gebruikt en bijkans onontbeerlijk genotmiddel geworden, waar van liet gemis in den laatsten tijd door menige, een wel eens in erge mate werd gevoeld en betreurd. F.cn „kopje troost" kunnen heel veel men* schen zoo moeilijk meer missenn tegenwoor-f dig. Toch was dit oen paar eeuwen geleden aan de meeste menschen nog volkomen onbekende Schooltje spelon. door C. H. o, over' oen top van den berg en zag j want zijn moeder v\as uitgegaan om ergens. '1 Was een fluweelen baret, met een piesjt Prinses. Zij kregen elkander lief en ter cere van het Oude Jaar piano te spelen,op zij, eigenlijk meer geschikt voor een klein it oogènblik is de Prinses nooit meer was hij erg teleurgesteld, dat hij den Vuur-kind, dan voor een grootcn jongen van tien geweest." kabouter weer niet zag. Na een poosje ging jaar. Maar AA'inv had geen kleine broertjes en „vroeg Jack. Het mannetje barstte in lachen uil en zei „Maar dat as immers onmogelijk Ten eer ste kunnen zij elkaar niet naderen, of hij zou opdrogen en zij uitdooven. En ten tweede zou onze Koning nooit zoo iets toestaan, daar de Waterkoning zijn grootste vijand is. Aranaf het oogènblik, dat zij elkaar het eerste zagen, [kwam de Prinses eiken avond op den top van den berg zitten en zette dc Prins zich een eindje verder neer, zoodat zij samen konden praten. 'De Koning wist cr natuurlijk niets j jvan. doch teen hij er achter kwam, was hij plezier doen?" „Wat dan, Prinses?" „Roep den Prins hierheen; dan kou ik hem spreken." „Maar hoe kan ik dat?" vroeg Jack. „Dat zal ik je zeggen. Regent het?" „Ja, heel hard." Dal is gelukkig. Eenige zijner hovelingen daar als bandieten kwamen aanvliegen. Ilij had 't niets op Jan begrependie was hem te ruw. En Jan mocht AVillem niet lijdendie was hem le saai. Natuurlijk kreeg Jan dadelijk de baret in 't oog. Dat was een prachtig mikpunt voor allerlei aardigheden. v P 0_ AVas AVim nu een ferme jongen geweest, dan iWoedend. Ilij nam de Prinses dadelijk mee j zullen dan stellig buiten zijn. Zet het raam had hij maar eens mccgclachen en zou 't zeker naar Kuis en stond er op, dat zij met den j alsjeblieft open'z0o'n vaart hebben gcloopen. Maar Wil- A uurprms 1 1 trouwen. Zij werd echter zóó J Jack deed wat hem gevraagd werd. De iem werd boos; hij schold Jaivuit. Nu namen mager, dat doifi<»rs vreesden, dal zij heele-1 regen en de wind bliezen hem in t gezicht. de andere jongens het voor Jan op. Dat wou maal uit zou gaan Prinses beefde over al haar ledematen en 1 Jan echter niet; hij kon zichzelf wel helpem ..Lieve Kabouter zei Jack nu v leiend. Jack ging lusschen haar en het raam in staan j ..AVou je vechten vroeg hij en stelde z:ich ,/Ncem mij mee en laat mij haar rien. Ik -zaljorn haar voor koude en vochtigheid te be-j in postuur. hel aan niemand vertellen, maar ik verveel schutten. Daarop begon zij te zingen en even 1 De kameraden hitsten de jongens tegen me hier zoo Toe, mag ik met je meegaan later vroeg zij: 'elkaar-op. „Ik ben bang, dat dal niet gaan zal. Boven-„Kijk eens in de vensterbank. Jack, of jc „Toe dan, Jan 1"„Vooruit, AVim 1' die- zou je bang worden." j daar ook wat ziet Maar AVim trok zich bang terug. Xcc. heusch niet.' zei Jack. Toe. neem Jack liep naar het raam en zag aan den „Ba, flauwerd!'' riep Jan toen uit; M'k vv.il ïnc nee, dan zul je het zelf zien. buitenkant een in het groen gekleed Kabou- mct jou niet eens vechten 1 Geef mij je mooie "Dacht dan een oogènblik," en het kleine, tertje staan. Hel water stroomde uit zijn muls maar, dan mag je gaan." kleeren. Boos keek hij Jack aan en vroeg roode figurtje verdween in het vuur om na 'een paar minuten weer te voorschijn te ko men met een klein, rood kapje, een stel klee ren cn een paar laarzen. Trek dit aan", zei hij en wierp een en ander op Jack's schoot. Maar dat is veel te klein Nauwe- (Mjks had hij het echter aajigeraakt, of hij .Werd hoe langer hoe kleiner, totdat de klee ren schenen te zullen passen en hij ze zonder "eenige moeite aantrok. Nu dit nog", zei het mannetje en hij gaf Eenv oen doorschijnend masker. Jack deed het „Wat wal je van mij? „Zeg hem", -fluisterde de Prinses, „dat hij Prins Fluvius hierheen moet brengen". Jack bracht de boodschap over. Eerst wilde de Waterkabouter er niets van hooren, doch toen de Prinses haar too- verzang voor hem aanhief, sprong hij plot seling op en beloofde Prins Fluvius te gaan halen. Jack keek den Waterkabouter na en was nieuwsgierig, wat er verder gebeuren zou. De regen viel in stroomen neer en toen het x u donker kamer werd, zei de Prin- -t^pring nu maar in het vuur en zeg me, ses Jiet r0(vtï mannetje *iay z-^n hand uit, hoi Meteen trok hij den ander de baret van t hoofd, met 't vaste plan, hem 't ding straks terug tc zullen geen. Maar de overigen dachten er niet zoo over. Ze drongen lawaaiend nader bij, pakten Jan onverwacht dc baret af om haar te bekijken en gaven haar van band tot hand door, onder allerlei malligheid. Op 't laatst moest Jan nog met een van hen vechten, om AVillem's prachtstuk terug te krijgen. Natuurlijk won hij het, want hij vvas sterk. Met een triomfantelijk geschreeuw gooide hij de baret boog de lucht in, zonder er aan te denken, hoe dicht hij bij 't water was. Toen hij 't gewaar werd was 't al te laatde baret vloog in de haven. Goede raad was duur. Zoo had Jan 't niet Od dit oogènblik kwam w een rU jut- bedoeld, Hii ebvu voorove«- od den wal liggen 1. Mi ent je Lans staat voor de klasse, Geeft in aardrijkskunde les Aan baar vriendjes en vriendinnen, Samen zijn het er juist zes. 2. -. Anton, vraagt zij, zeg eens even,v Waar Luilekkerland toch ligt. Nu, wat talm jekom, je weet het, Tc Zie het best aan je gezicht. 3. Ja Juffrouw, ik zal 't u zeggen, 't Is de moestuin van Oom Ilcin, Appels, pruimen, abrikozen, Alles smaakt er 0 zoo fijn 1 v - v Liesje, kind, laat mij eens hooren Uit welk land komt Sint Niklaas Spanje, antwoordt Lies onmidd'lijk, En dan vaart hij door de Maas. Doms, jou wil ik eens vragen, In welk land woont Bruintje-beer? AVel, in Artis, antwoordt Doms, AVant daar zie 'k hem cfiien keer. 6. Lotje, jij bent aan dc beurt nu Zeg mij eens, waar groeit de thee In Japan, want Oom en Tante Brachten juist een kistje mee. 7. Floris, jij kunt mij wel zeggen, Iloe je 't kortst reist naar den Haag. Nee juffrouw, dat 's niet gcmak'lijk, Lang op reis ben ik juist graag. 8. Miesje, koeien en veel weiden Vindt men in welk land het meest Maar juffrouw, hoe kan 'k dat weten, 'k Ben nog nooit van huis geweest l 9. Kind'ren, 'k doe nog ééne vraag nu Iloe laat komt de Zandman hier Zeven uur, juffrouw Nu kleuters, Dat 's al over een kwartier 1 10. Gauw naar bed, dc heele klasse, Zandman wordt geweldig kwaad, Als de bedjes op je wachten, AVees dus Seen minuut te laat. 11. Want als jullie d' oogjes dicht <loet, Strooit hij daarin liccl fijn zand, Ook vertelt hij mooie dingen Uil het schoone Droomenland. Van aües wat. Ecu praatje «ver koilie. Aan „Een praatje over koffie" in de Provinciale Overijsselsche cn Zwolse he Courant ontleencn wij de voglcnde wetenswaardigheden: De beroemde plantenkenner Antoine Lau rent de Jussieu, professor in de botanie aan de „Jardin du Roi" te Parijs, gaf in 1720 aan 1 den. kapitein Desclieux drie koffieboompjes, I <«rn die over te brengen naar het eiland Mar tinique, in AVest Indié, ten einde te beproeven, of de koffieboon daar ook was aan te kwee kten. Op de reis, die toen nog per zeilschip moest geschieden en heel wat langer duurde dan een reis naar Amerika in onzen tijd, kreeg men gebrek aan drinkwater en wel zóó, dat elk der schepelingen dagelijks niet meer dan een klein rantsoen kon krijgen. Twee van de plantjes waren al gestorven bij gebrek aan vocht. Toen besloot kapitein Desclieux zijn eigen rantsoen te deelen met het overgeble ven koffieboompje en het gelukte hem het plantje in 't leyen te houden, dat het aanzjen heeft gegeven aan tal van schoone koffieplan tages in AVest Indië. Het schijnt dat de koffie het eerst is ge dronken in Arabië en dat de gewoonte van het koffiedrrndien vandaar is overgebracht naar Egypte en Turkije. In de meeste landen van Europa was die gewoonte in het begin der. 17e eeuw nog Vol komen nnhekend. Kan men blinden het gezeht weerffCTO» Volgens de Académie de médecme. tg Parijs zou de Poolsche geleerde Kann, sol daat in het vreemdelingen-legioen, een middel hebben gevonden om hun, die door een lcwet* suur het gezichtvermogen verloren, dit ge* deeltclijk terug te geven. Kann isschéikun* digc cn kwam bij zijn onderzoekingen in hef! laboratorium tot de overtuiging, dat cr geen( absoluut ondoorzichtige liëhamen zijn. Het D" daarom alleen noodzakelijk die lichtsoort vinden, welke zelfs de-schijnbaar ondoorzichtrf tigste voorwerpen verlicht. Ilii begon eerst gebruik te maken -\an de zoogenaamde ,Jn- frarouge"-stralcn en ging;van het beginsel uit/ dat blindheid tengevolge van een kwetsuur de levenskracht van de gezichtszenuw nie* vernietigt. Hii construeerde hierop een toe stel. dat de lichtimpressies aan deze zenuw mededeelt, ofschoon het oog zelf langs opera-* tieven weg moest worden verwijderd. Dit toe* stel heeft den vorm van een masker met pris* ma's en een „filtraliekamer", waarin alleen de bovengenoemde stralen, die van de belich te lichamen uitgaan, worden opgevangen en vervolgens naar een lens met rechtstreekschtt visie geleid. Deze Ier." moet de hitte van dow stralen verzwakken, Svaarbij ze tegelijkertijd de kleuren van de betreffende voorwerpen in; een hclioslatischen spiegel schift. Het toestel is door draden met een draagbaar electrisch Inductie-apparaat verbonden en wordt ge* comnlctecrd door phosphoresceerende platen! en -verschillende membranen. Deze zijn geJ drenkt met een stof, die den elêctrischeii stroom opvangt en daardoor de voorwerpen binnen het bereik der phosphoriseerendé flikkering verlicht. Kann beweert, dat hij T^eÉ dit masker den menschen, die in den oorlog blind werden, in slaat stelt dc meubelen in kamer lc herkennen, een hel verlichten turn te onderscheiden, enz. Er heeft zich le Parijs een comité van menschen gevormd, dat verlof voor Kann wisf te verwerven. Arerschillende leden 'der Académie laten zicfi echter nog zeer gereserveerd over deze onK dekking uit, ofschoon anderen zich zeer enthousiast betoonen. Ze beweren n.l„ dat mep den blinden slechts de illusie van een licht-4 indruk zou kunnen geven. Dat zou echter Tifet beletten, dat men de gezichtszenuw in zoo* verre levenskrachtig zou kunnen maken om voldoend sterke lichlindrukken naar de "her* senen tc kunnen voeren. Zoo zou een soort retrospectief gezicht worden opgewekt, datf den blinde in ieder geval uit zijn eeuwige! duisternis zou halen en zekere gczichtssensa- lies zou geven. AöENDA. Onder deze agenda worden alleen oi nomen die uitvoeringen, vergaderingen, enai welke in het Dagblad geadverteerd wordent D a g e 1 ij k s Museum Flehite. Openbare Leestaal (Beukenlaan) 1CM 12X, 2«—10 uur. Zondag 2S—5« uuij Maandag 2K10 uur.' Vrijdag, Zaterdag. Zondag Maandag) Bioscoop de Arend. Bioscoop LangestraaL Dagelijks: Café Riche. Concert. 4 Jan. Rotterd. Cas. Get. Familie Hanne» man. 5 Jan. Amicitia Koning Kool. 9 Jan. H. Monopole Cursus-Havelaar ovet Rodin. 10 Jan. Rem. Kerk. Prot. Bond. Cutsu»- [V, dr. Miedema. 16 Jan. H. Monopole Cursus-Havelaar ove» Rodin. 17 Jan. Logegebouw Leting over Lijkver» branding. 18 Jan. H. B. S.-Club. 23 Jan. H. Monopole Cursus-Havelaar over Rodin. 24 Jan. Amicitia: Hofstad Tooneel. 30 Jan. H. Monopole Cursus-Havelaar over Rodin. 10 Febr. Rem. Kerk, Prot. Bond, Lezing dr. Oort. 21 Febr. Amicitia. Concert Bdwin Fischer; 24 Febr. Rem. Kerk, Prot. Bond, Lezing dr. Oort. 6 Maart Rem. Kerk, Herdenking 30Q jarig bestaan dar Rem. Broederschar a

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1919 | | pagina 4