FIRMA KLAAS BAVUS
-AMERSFOOR i SCH -DAGBLAD „de eemlandep.' 21 Juni 1919
Joli. Schut.
Zilveren Tasehbeuoels.
BINNENLAND
TWEEDE BL&P..
Buitenland,
FEUILLETON.
DE SPOOKuOEVE
Budapest, 19 Juni. (Corr.-Bur.) De
voorzitter der vredesconferentie heeft do
volgende nota aan de Hongaarsche regee-
ring gericht:
De geallieerde en geassocieerde mogend
heden, die in haar telegram van 7 Mei het
vaste besluit om aan alle noodelooze vijan
delijkheden een einde te maken, tot uiting
hebben gebracht, houden zich aan dit be
sluit en rekenen er op dat de betrokken lan
den en regeeringen er toe zullen mede
werken om het besluit ten uitvoer te bren
gen. De geallieerden gelooven dat de ge
dachte, waardoor zij worden geleid, die voor
eventueel komende gebeurtenissen verant
woordelijk zijn, de gedachte Is dat het vast>.
stellen van de toekomstige grenzen van een
nieuwen staat door de oogenblikkelijke
eventualiteit eener militaire bezetting kan
worden gewijzigd. Dit is niet zoo. Geen en
kele staat maakt, door welke vergrooting van
zijn gebied ook, den gruwel van een verlen
ging van den oorlog goed, en zelfs een min
der scrupuleus gebruik van strijdmiddelen
20U de geallieerde en geassocieerde mo
gendheden er niet toe bewegen de geno
men besluiten te wijzigen.
In het belang van den vrede en de recht
vaardigheid verklaren zij daarom, lo. dat de
grenzen, welke in de hier volgende telegram
men zijn aangegeven, Hongarije duurzaam
van Czecho-Slowakije en Rumenlë scheiden;
2o. dat de legers dezer mogendheden ver
plicht zijn de vijandelijkheden onmiddellijk
te eindigen en zich binnen den meest kor
ten tijd achter de vastgestelde grenzen te*ug
te trekken. De geallieerde en geassocieerde
mogendheden welen, dat deze grenzen op
bepaalde gebieden spoorlijnen snijden, die
Jn economisch opzicht voor twee buurstaten
noodzakelijk zijn. Ook weten zij dat geringe
verbeteringen der grenzen op bepaalde pun
ten noodzakelijk zijn, waaromtrent de defi
nitieve bepaling een zaak van een ter plaatse
te houden enquête zal zijn. Met deze beide
gevallen is in het vredesverdrag rekening
gehouden.
Intusschen is het niet toelaatbaar, dat we
gens zulke beweegredenen hindernissen in
den weg worden gelegd aan de politiek, wel
ke de geallieerde en geassocieerde mogend
heden volgen. Een loyale overeenkomst zou
met een weinig goeden wil tot stand kun
nen komen; wanneer meeningsverschillen
opduiken, moeten deze den ter plaatse aan
wezige officieren der geallieerde legers wor
den voorgelegd, wier beslissing tot het in
treden van den vredestoestand als een wet
tig besluit moet worden beschouwd.
Overeenkomstig deze grondbeginselen
wordt het op Czecho-Slowakisch gebied strij
dende lerrer verzocht zich onverwijld achter
de voor Hongarije bestemde grenzen terug
te trekken, terwijl ook alle overige Hongaar
sche troenen binnen deze grenzen moeten
blijven. Wanneer de geallieerde en geasso
cieerde mogendheden op grond eener me-
dedeeÜng van Hun zich ter plaatse bevinden
de verte: er v.oordigers van 14 Juni 's mid
dags of Ivnnen vier dagen geen mededee-
ling hebben ontvangen dat deze bepaling in
derdaad ten uitvoer is gebracht, zal het haar
vrijstaan oo te rukken of 8ndere maatrege
len te treffen, die zij voor het waarborgen
van een rechtvaardigen vrede geschikt acht.
De Rumeensche troepen worden terugge
trokken op een oocrenblik, waarop de Hon
gaarsche troepen Czecho-Slowakije ontrui
men. De geallieerde en geassocieerde mo
gendheden 'eischen nadrukkelijk dat tijdens
deze troepenbeweging de Rumeniërs niet
zullen worden gestoord en dat er geen po
gingen zullen worden gedaan hen over de
Rumeensche grens te achtervolgen.
w.g. Clemenceau.
Clemenceau heeft een tweede telegram
aan de Hongaarsche regeering gericht be
treffende de vaststelling der Hongaarsche
grenzen tegenover Czecho-Slowakije, als
mede tegenover Rumenië. Volgens dit tele
gram zou van Pres3burg uit tot den mond
van de Ipoly de hoofdloop van den Donau
de grens vormen. De grens gaat van de
Ipolymonding ongeveer 25 K.M. in noorde
lijke richting langs de Ipoly, doorsnijdt de
bocht van de Ipoly in noordoostelijke rich
ting, bereikt de Ipoly opnieuw ten zuiden
van Ipolysag en loopt vervolgens tot een
punt op ongeveer 10 K.M. ten Z. van Lso-
necz. Daarna verlaat zij deze rivier en
snijdt de spoorlijn SalgotarjanLosonecz,
ongeveer zeven K.M. noordelijk van Salgo
tarjan. Van dit punt gaat de grens in noord
oostelijke richting, raakt de Rfmo en loopt
dan verder in N. richting tot de gemeente
Torna. Deze gemeente behoort aan de Cze-
chen en ligt ongeveer 30 K.M. ten Z.-W.
vanKasjau. Van Torna af neemt de grens
een algemeen oostelijke richting aan, door
snijdt de Hemad en loopt in zuid-oostelijke
richting naar Satoral Jauhely, dat Hongarije
toebehoort Van deze plaats af is de grens
aldus vastgesteld dat Satoral Jauhely, Osip
Belegsacz en Nagys Zoellos bij de Czechen,
onderscheidenlijk bij de Rumerien zullen
blijven. De grens loopt langs de genoemde
spoorlijn afwisselend op een afstand van
twee tot 15 K.M. Van Nagy Szalonta af
loopt de grens in Z.-W. richting verder tot
aan de Maros en den Z.-W. hoek van het
graafschap Arad en is verder langs de Ma
ros tot ongeveer ter hoogte der stad hlako
vastgesteld.
Volkscommissaris Bela Kun heeft het vol
gend telegram verzonden: Zeer dringend
verder door te zenden. Aan den Heer Cle
menceau, voorzitter der vredesconferentie
te Parijs.
Mijnheer de voorzitter, uw in naam der
geallieerde en geassocieerde mogendheden
afgezonden telegram hebben wij ontvangen.
De regeering der Hongaarsche radenrepu
bliek geeft uiting aan hare oprechte vreug
de dat de geallieerde en geassocieerde mo
gendheden hebben besloten aan alle nutte-
looze vijandelijkheden een einde te maken.
Wij verklaren plechtig, dat onze regeering
haar bij het ten uitvoer brengen van dit
voornemen met alle kracht zal bijstaan. De
Hongaarsche radenrepubliek, welker volk de
grootste revolutie harer geschiedenis om
zoo te zeggen zonder bloedvergieten heeft
bewerkstelligd, zal evenals in het verleden
ook in de toekpmst nimmer een overvloe
dig bloedvergieten veroorzaken. De Hon
gaarsche radenrepubliek heeft zich geen
militaire veroveringen en onderdrukking van
andere naties tot taak gesteld.
Het is onze vaste overtuiging, dat geen
toevallige militaire veroveringen, doch de
groote belangen der menschheid over de
grenzen der nieuwe staten zullen beslissen,
totdat de volken de scheidsmuren zullen om
verwerpen. Niets is verder vandaan van ons
die ons lot op de in broederlijke solidariteit
arbeidende wereld hebben gegrondvest, dan
het streven naar verlenging van de oorlogs
verschrikking. Elke maatregel in het belang
van den vrede en rechtvaardigheid vindt in
de Hongaarsche arbeidersrepubliek een
hechten steun.
Zonder aarzelen verklaart de regeering
van de Hongaarsche Radenrepubliek op
recht en eerlijk, dat wij den eisch der geal
lieerde en geassocieerde regeeringen om de
vijandelijkheden onmiddellijk te staken niet
slechts inwilligen, maar reeds volkomen in
gewilligd hebben. Niet aan ons lag de
schuld van het verder bloed vergieten maar
aan de troepen der Czecho-Slowakische re
publiek, die van het feit dat wij aan dien
eisch gevolg gaven, misbruik maakten en
tot den aanval overgingen, dien wij moeten
weerstand bieden, ten einde een verder
voortdringen te beletten.
Dat het bloedvergieten niet onze schuld
was, wordt bewezen door het feit dat wij
op het door Rumenen bezette gebied geen
pas vooruit gingen, zelfs geen poging daar
toe deden, daar het Rumeensche leger niet
tot verdere offensieven overging.
Wij constateeren echter, dat, gegeven
den toestand van het Czecho-Slowakische
front de ontruiming door onze troepen in
Reclame
den in het telegram als uiterste termijn ge
noemden tijd onmogelijk is.
Wij kunnen dit te minder daar wij het
dringend telegram pas den 15en Juni ont-
vinden.
Ten einde het terugtrekken der 'roepen
zonder bloedvergieten te doen plaats heb
ben, hebben wij heden den regeeringen der
Czecho-Slowakische Republiek en-het Ru
meensche Koninkrijk verzocht naar ons
hoofdkwartier of een andere plaats militai
ren met desbetreffende volmachten te zen
den ten einde in overleg- met ons oppercom
mando de formaliteiten der ontruiming vast
te stellen.
Tot ons leedwezen moeten wij echter ver
klaren, dat de regëeringen der geallieerde
en geassocieerde mogendheden tot nu toe
ons niet in de gelegenheid hebben gesteld
onze wenschen op politiek en economisch
gebied, die een levenskwestie zijn,-te kennen
te -geven. Zelfs zijn ons onze grenzen nog
niet volledig medegedeeld.
Verder wordt in de nota de aandacht ge
vestigd op het feit dat op het beginsel dat
militaire veroveringen niet als maatstaf bij
de vaststelling der grenzen moeten worden
aangenomen inbreuk wordt gemaakt, ter
wijl binnen de voorgestelde grenzen de
schepping van een normaal economisch le
ven en een zuiver physisch bestaan van de
samengevoegde bevolkingen onder de hui
dige omstandigheden een onmogelijkheid is.
De nota eindigt aldus: Wij verzoeken de
genoemde regeeringen er toe te brengen
dat zij, ten einde een bevel uit te voeren,
met ons op vorengenoemde wijze in ver
binding treden, maar allereerst elk overbo
dig bloedvergieten nalaten en de aanvallen
staken, waardoor de verschrikkingen van
den oorlog voortduren.
(w. g.) Bela Kun.
sing van de vóór-wedstrijden van de Kon.
Marine Jachtclub bij te wonen.
Z. K. H. d e P r i n s is voornanvens
Zaterdag 28 dezer te Amsterdam een bezoek
te brengen aan de Historische Tentoonstel
ling van de Vereenfging Koloniaal Instituut,
ter herdenking van het 300-jarig bestaan
van Batavia.
Prins He ndrikte Haarlem. Prins
Hendrik heeft gisterochtend een bezoek ge
bracht aan de drukkerij van dc firma Joli.
Enschede Zonen lc Haarlem, waarbij in het
bijzonder dc afdeeling courant wercl bezócht-
Verschillende specimen der „Opr. Haarl. Cou
rant" werden dén Prins voorgelegd. Voorts
nam dc Prins dc courant-zetterij, de stereoty
pie-inrichting en de rotatiepers in oogen-
schouwv Ook bezichtigde hij met belangstel
ling een aantal luxe boekwerken, die door «Ie
firma v aren tentoongesteldDe lunch werd in
gezelschap van den burgemeester van Haar
lem, den lieer C. Maarschalk, gebruikt ten
huize van den oudsten firmant, mr. Ch. En
schede.
De Prins dronk 's middags thee op de
villa „ICareol" van den heer Bungc tc Aerden-
hout- Daarna installeerde de Prins een aan
tal patroons van een padvindersafdeeling
Z. K. II. de Prins zal heden voor pad
vinders-aangelegenheden te Harlingen ver
toeven, terwijl de Prins voornemens is Don
derdag 26 dezer te Nieuwediep de besiis-
Genèvc, Brand ca Ben Haar*
Naar aanleiding van de rede van prof. v.
Vollenhoven over de keuze van Genève als
zetel van den Volkenbond deelt iemand,
die in dezen recht van spreken beweert te
hebben, aan „Het Vaderland" het volgende
mede
Nederland is, met Amerika vergeleken,
inderdaad over den Volkenbond maar ma
tig warm geloopen. Of dit echter veel lan
den, d:e te Parijs de beslissing gaven, er
van heeft afgehouden, hun stem aan Den
Haag te geven? Ik betwijfel het. Bij Ame
rika zelf moge die overweging eenig ge-
wioht in de schaal hebben gelegd, misschien
nog bij Engeland, maar er is bij een aantal
van de Geallieerde en Geassocieerde vol
ken niet veel meer belangstelling voor den
Volkenbond geweest dan bij ons. Dus kan
onze lauwheid ten dezen niet den doorslag
hebben gegeven.
Men moet zich den loop van zaken liever
zoo voorstellen. Er waren drie steden aan
bodGenève, Brussel en Den Haag, en let
wel, het waren Geallieerden en Geassoci
eerden die de keus moesten doen. Nu is
België een bondgenoot en Zwitserland wel
evenals Nederland neutraal maar Fransch
Zwitserland, waarvan Genève de hoofdstad
is, is aldoor vurig Entente-gezind geweest,
terwijl men ons land, hoezeer de meerder
heid en vermoedelijk wel dc overgroots
meerderheid er haast even fel Entente-ge
zind was, met en propaganda, die 't de
moeite wraard zou zijn eens te ontleden, zoo
handig als overwegend pro^Duitsch heeft
weten voor te stellen, (onze Fransch-Belgi-
sche buren hebben er hun aandeel in ge
had) dat het onder de Geallieerden in dat
opzicht in kwaden reuk stond.
Zoo werd de keus bij verscheiden al
spoedig tot de twee bevriend geachte hoofd
steden beperkt. Of er toen politieke redenen
zijn geweest om Brussel in de kou te laten?
Vèrmcedëlijk hebben die mee gegolden. De
ernstige aanhangers van den Volkenbond
hebten zich natuui';jk afgevraagd, in welke
atmosfeer het werk. van dien Bond het Best
zou gedijen. En dan moeten de hatelijke
campagne die het annexionistische België
tegen ons land heeft gevoerd en de imperi
alistische neigingen die zich in dat land heb
ben geopenbaard zeker er toe hebben bijge
dragen om de keuze te vestigen op Zwit
serland.* In' dit opzicht kwam Den Haag
zeker ook in aanmerking, maar om de reden
bovengenoemd was dat al achterop en be-
vendien het zou voor Brussel nog eens zoo
hard zijn geweest als het voor Den Haag
had moeten wijken. Het was nu al erg ge
noeg.
Maar ter verklaring van de keuze moet
men vooral niet alleen aan louter politieke
overwegingen denken; de ministers en di
plomaten die moesten beslissen zijn ook
menschen, en ze gaan nog met andere over
wegingen te rade. Zoo, waar het 't aange
naamst verblijven is. En dan bieden beiden
Den Haag en Brussel zeker veel aantrekke
lijks iaat ik in 't voorbijgaan even mo-
Ontvangen een fraaie keuzeO
V Aanbevelend,
WILLEK EROEHHOIZEH. Linpitnit 43.
Q Zie etalage! AMERSFOORT q
oooooocooooooooo
door
JEAN WEBSTER.
Schrijfster van Vadertje Langbeen. -
Vertaald door A. Quarles de Quarles.
Hij had als hulpkok op 't jacht van
óen millionnair in de Middellandsche
•Zee gekruist en tusschen de maaltijden
Jiaar geheimen geluisterd. Hij had met een
laap en een handorgeltje langs de velden ge
zworven op zoek naar een marskramer, dien
-hij van een misdaad verdacht. Hij had in
0uid-Amerika aan een revolutie meegeholpen
V* was in een ballon captif opgestegen, die los
gebroken en afgedwaald was.
Doch dit alles is op 't oogenblik van geen
.Belang. Ik ga alleen zijn heldendaden vermcl-
jden in een geval, in wat hij zelf altijd „Het
raadsel van ..De vier Plassen" noemde. Wel
zijn in de bladen dagelijks de bijzonderheden
opgeteekend naarmate zij aan 't licht traden,
doch een krantenverhaal van ticn^jaar her is
even oud alsof het op perkament geschreven
was en aangezien dc rol, die Terry er in
speelde, opmerkenswaard was en veel bijzon
derheden teen ter tijd weggelaten werden, ge
loof ik, dat het wel een duurzamer vorm ver-
dienst.
Het was langs een omweg naar aanleiding
van de zaak Pattcrson-Prats, dat ik in .Jfct
Raadsel van „De vier Plassen'* betrokken
werd. Ik had hard gewerkt aan dat geval van
valsehheid in geschrifte; ik had er negen we
ken land mijn dag aan opgeofferd, en bijna
iedcren nacht ook. Ik had me de gewoonte
aangewend om wakker te blijven liggen om de
bijzonderheden te trachten te ontwarren, wan
neer ik had moeten slapen en dat soort werk
is 't wat iemand afmat Half April, toen de
spanning over was, was ik zoo'n zenuwknoop
geworden, als een gezond man maar zijn kan.
In dit stadium trad mijn dokter tusschen-
beide en schreef een rust voor in 't een of an
der kalm plaatsje buiten bereik van New-York-
sche kranten; hij opperde wat bij Kaap Cod te
gaan visachen. Ik stemde apathisch in 't plan
Joe en noodigde Terry uit met me mee t-e
gaan. Doch hij vond 't denkbeeld te bespotte
lijk om plezier of nut van zulk een uitstapje
te kunnen hebben. Het was te ver van misdaad
verwijderd om ecnige belangstelling bij Ter
ry op te wekken.
„Lieve deugd, man! Ik bracht net zoo Hef
een vacantie in de Sahara door."
„Och, het visschen zou ons wel afleiding
bezorgen," zei ik.
„Het visschenl Wo zouden al van verveling
gestorven zijn, voordat er een gebeten) had. Ik I
zou je aan 't einde der eerste week al ver
moorden, alleen om wat anders te doen. Als
je rust noodig hebt en je bent er beroerd
aan toe vergeet dan die heele zaak Patter
son en werp je in een andere. De beste rust
in de wereld is een tegenprikkcl."
Dit was nu echt Terry; hij zelf, kende geen
zenuwen en kon de rol niet begrijpen, dip zij
bij een gewoon man speelden. Dat mijn gestel
door zenuwslapte ten onder dreigde te gaan,
beschouwde hij als een grap. Zijn. aardigheden
benamen mij vrijwel den lust om te gaan vis
schen en ik zag naar wat anders uit. Het was
op dit tijdstip, dat ik aan de plantage „De vier
Plassen" dacht. „De vier Plassen" was de
eenigszins fantastische naam van een hoeve
in de Shenandoah Vallei, die aan een oudoom
behoorde, dien ik niet meer gezien had, sinds
ik een jongen was. Eenigc maanden te voren
had ik gelegenheid gehad een kleine rechts-
kwcslie in orde te brengen voor kolonel Gay-
lord (hij had geen recht op dien titel, want,
zoover als ik kon nagaan, had hij, behalve
voor konijnenjacht, nooit een geweer in han
den gehad) en in dank daarvoor had hij me
een doorloopendc invitatie op dc plantage be
zorgd, om die als mijn huis te beschouwen,
wanneer ik in het Zuiden kwam. Daar ik geen
uitzicht had New-York tc verlaten, schonk ik
er toen niet veel aandacht aan, maar nu be
sloot ik den ouden man aan zijn woord te hou
den en mijn gedwongen vacantie tc* besteden
om de kennis met mijn bloedverwanten in Vir-
giniê (e hernieuwen. Dit plan vond Terry
nog gekker dan het visschen. De dokter juich
te het echter toe. Een boerderij, veel in de
open lucht leven en geen opwinding, zeide hij,
was juist, wat ik noodig had. Docli als hij had
kunnen voorzien, welke gebeurtenissen daar
plaats zouden grijpen. twijfel ik er aan of hij
„Do vier Plassen'' voor een zenuwachtig
mensch zou hebhen aanbevolen.
HOOFDSTUK II.
Mijn aankomst op de Plantage
„De vier Plassen."-
Terwijl ik zuidwaarts rolde „schokte"
zou een gepaster woord zijn, de spoorwegen
van West-Virginië liggen niet bepaald gelijk
trachtte ik me mijn indrukken uit vroeger
tijden van de plantage „De vier Plassen" in
herinnering tc brengen. Het was een van de
grootste plantages in dat gedeelte van den staat
en altijd bekend geweest wegens de gastvrij
heid, die men er genoot. Mijn vage herinne
ring er van was een caleidoscopisch visoen
van muziek, gedans en gelach met als achter
grond de door dc maan verlichte Shenandoah
Vallei. Ik wist echter, dat in die achttien ja
ren na mijn bezoek als jongen alles veranderd
was.
Ik had bericht gekregen van den dood mij
ner tante en van het huwelijk van Nan, die
vveggeloopen was en getrouwd tegen den
vvensch baars vaders en ik had- ook vernomen
hoe zij gestorven was zonder ooit meer thuis
te zijn geweest. Arme, ongelukkige Nannie!
Ik was slechts een jongen van twaalf jaar,
toen ik liaar het laatst zag, maar haar bekoor
lijkheid had zelfs indruk gemaakt op een leef
tijd, die daar niet zeer vatbaar voor is. Ik had
gehoord, dat Jeff, de oudste der beide jon
gens, den slechten weg was opgegaan en nadat
hij met zijn vader gebroken had, vertrokken
was, waarheen wist niemand. Dit was voor mij
het treurigste bericht Ik wist, dat kolonel
Gaylord, nu een oude man, alleen met Radnor
gen verzekeren, dat ten onrechte bij veil
Hollanders de meening is, dat vreemd!
diplomaten Den Haag een vervelende stad
vindenhet is een gewilde plaats s—maaq
Genève dicht bij de bergen, aan het heerj
lijke meer, met zijn eerste-rangs hotels aai^
het water gelegen, met zijn uitmuntend klw
maat, dat spant de kroon.
Toch, geloof ik, dat Genève het niet zoo
glad van Den. Haag gewonnen zou hebben
Den Haag dat toch de zetel van het hol
van arbitrage is en van de vredesconferen-
ties als er niet twee overwegingen wareni
Dat is in de eerste plaats de kwalijk rieken<
de grachten. Ik hoef u niet te zeggen, hoe
erg dat is. Velen schijnen er op den duin
aan te wennen, maar onder de heeren dia
de keuze moesten doen waren er blijkbaar
die in Den Haag zijn geweest, maar er nieli
aan hebben kunnen wennen.
De tweede reden is, dat er onder de Party*
sche heeren ettelijke waren met ontwikkel*'
den kunstsmaak, en die konden nog minden;
wennen aan den aanblik van het Vredespa-
leis. Hoe de jury indertijd tot de keuze vaiï
dezen wanhouw was gekomen, begrepen)
ze niet. Toen men hun uitlegde, dat men!
een ontwerp had willen hebben dat in den
geest van andere Hnagsche bouwwerken!
was, antwoordden zij, dat ze er maar eert
kenden waar het goed bij hoorde, n.l. het
ministerie van justitie op het Plein, dat ze
weinig minder droevige architectuur von
den. En wat hun in dat Vredespaleis nog 't
meest hindert, was dat men het slechts be
reiken kan door een waarlijk fraai hek ert
dat ^ïek een product is van de kunstnijver
heid en een geschenk is van de Boches, de
Huns. Aan die voortdurende ergernis kon
men de diplomaten van den Volkenbond
niet blijvend blootstellen.
Hierin, en in die afschuwelijke gracht-
lucht waarom niet de zuivering, van da(
water bovenaan het program van gemeen
tewerken gezet ligt de voornaamste
reden dat Den Haag het heeft afgelegd tor
genover Genève.
Oaderzoek nanr de o»(evre<leabeld
An hot leger.
Verschenen is het Verslag van de Commis
sie lót onderzoek naar de Ontevredenheid in
het leger.
Deze oommissie was bij ministerieele be-
sohikkirvg- van 2 November 1018 ingesteld en
beeft nagegaan: lo. de feitelijk voorgckomeif
ongeregeldheden2o. de oorzaken daarvan, als
mede oök andere bestaande redenen van onte
vredenheid 3o. wat gedaan zou kunnen wor
den ter verbetering.
Bij het onderzoek dat naar deze punten
ingesteld, heeft 'de commissie de zaken uit
drieërlei oogpunt bekeken. In politiek, sociaafi
en militair opzicht zijn de voorgevallen onge
regeldheden, zoowel als de vernomen klachten
en grieven getoetst.
Alvorens meer in hot bijzonder te komen tol
de onmiddellijke oorzaken vraagt de commia4
ste do aandacht voor eenige beschouwingen
van meer dlgemeenen aard.
Men stelle zich, zegt do commissie, niet ta
weinig voor van den invloed, dien een tot ruim
vier jaar uitgegroeide mobilisatietijd op een le-'
ger heeft. Is er voor een leger moeilijker po
sitie denkbaar don 4 jaar wachten?
Ook redenen van materieelen aard laddert
op <3en' duur tot ontevredenheid. De legering,
van den troep overeenkomstig zijn oorlogisbe-
stemming inn veelal onaanzienlijke plaotsen f
bood weinig comfort.
Eindelijk moest ook do soldaat bemerken, dal
de economische toestond in ons iond nie#
meer was als voorheen. Geleidelijk zeg hfj zijn
rantsoen verminderen.
Men 'ken gerust zeggen, dat ons ieger teil
tijde van dc ongeregeldheden in den Harskamp)
leed aan mohilisatie-moehcdd. Ongetwijfeld waf)
ren er grieven, maar deze zouden onder noiV
male omstandigheden zeker niet tot de iritingert
van ontevredenheid hebben geleid, waarvan
men thens getuige is geweest.
Al deze omstandigheden bij elkaar, te zamert
met de bijzondere grieven en klachten, die alltf
wol min of meer juist zijn te achten, vormen!
de oorzaak van de voorgekomen ongeregeldho^.
den en van de ontevredenheid, welke heeft g&f
heerscht cn ten deele nog 'heerschf.
Nadat uitvoerig de oorzaken der woelingen
woonde, die naar ik gehoord had tot een flirt*
kon jongen kerel was opgegroeid, juist zooalf
zijn broer beloofd had te worden. Mijn eenigrt
herinnering van den kolonel was die van een
langen, donkeren man met rijlaarzen cn een'
zware zweep en voor wien ik zeer bang was.
Van Rad wist ik enkel nog dat hij een aardig
vierjarig ventje was cn altijd vol kattekwaad*
Het was met een gemengd gevoel van verlan*
gen en spijt, dat ik het bezoek tegemoet zag
verlangen om het tooneel weer te zien, dat
met zulke aangename herinneringen uit mijtf
jeugd in verband stond en spijt, dat allcè nu
zoo droevig veranderd was.
Toen ik den trein uitstapte, kwam me eert
breedgeschouderd jongmensch van ongeveeH
dric-on-twintig jaar tegemoet.- Ik zou hem al4
tijd en overal als Radnor herkend hebben, zod
treffend was de gelijkenis met zijn broeder. Hif
had een losse flanellen blouse aan en een
breedgeranden vilten hoed, eenigszins schuilt
op zijn hoofd, en hij zag er zoo op en top uit
als dc typische man uit het Zuiden van hef
tooneel, dat ik bijna lachen moest, toen ik
hem goeden dag zei. Hij verwelkomde me heel
hartelijk en hij beviel me dadelijk. Hij vroeg
me met een vroolijke twinkeling in zijn oogen
naar den staat mijner gezondheid. Zenuwslajw
te vond hij blijkbaar even grappig als Terry?
Uit vrees <lat ik zijn schijnbaar gebrek aaIf
medegevoel kwalijk zou nen\en, voegde hij
er met een hartelijken slag op mijn schoudert
bij, dat ik op de goedé plaats gekomen yraf
om beier te worden.
•'Wordt vervolgd^