f- v.hw S ri Van week tot week. Medon verkrijgbaar: FEUILLETON. DE SPOOKHOEVE ITa Jaargang No. 301 'fiBMMI® Si Tm SL ÏS .per post f 230, per «ede (met gratis verrekenng -erea ongelukken) f 0.15. ahonderiijke nummert V 0.05. Wekeiijksch bijvoegsd p^r 3 mianden 60 cent H k: Maandag 23 Juni 1919 a I I HOOFDREDACTEUR: M.. D. J. VAN SCHAARDENBURG UITGEVERS: VALKHOFF 4 Co ii Liar' ufia K t. „DE EEMLENDER" BUftEAU: ARNHEMSCHEPOORTWAL. WOSK utrechtschest* i<« i HRCOi.lfvl. TELEFCONNUin»VitR 513 ras ets .wHiaiiü s js dienstaanbiedingen 15 regels f 0.50, groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adver* teeren in dit Blad, bij abonnement Eene circulaire b.vattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Bewijsnummers 5 cent 0» Kfebben sinds de angstige Aug. da- én, toen te onzaliger stonde de oorlogs- lurie op Europa, losgelaten werd, genoeg critlétöö momenten doorleefd? maar de week ivelfce tlïans achter ons ligt, zal, met Ult^n; dering. van de revolutiedagen m Nov. ïyiö «wel de spannendste van alle geweest zijn. Het antwoord van de 'Geallieerden op de Diritedie tegenvoorstellen ie oyerhandigd en als onze lezers deze regelen onder oogen krijgen, zal het zwaarste besluit dat ooit door n regeering op korten termijn te nemen iviél. waarschijnlijlc reeds bekend zijn. Zullen rij teekenen?" Waar ter wereld zal deze vraag in de afgeloopen weken niet gesteld zijn, zoo vaak twee menschen el kaar ontmoetten? De tegenvoorstellen der Duitschers zijn, gelijk voor de hand lag, afgewezen maar de vredesvoorwaarden, welke blijkbaar^ toch niet volkomen strookten met Wilsons 14 punten, zijn in meer dan een opzicht ver zacht, echter niet in die mate, dat ze voor Duitschland gemakkelijk aanneembaar wer dén en tot 'n vrede welke geen wrok noch revanche-idee achterlaat, leiden zouden. Als ten slotte toch, in vloeken en snikken gesmoord, het fatale „Ja uitgesproken wordt, zal dit geschieden in de overweging, dat van twee kwaden toch het geringste is datgene, 't welk aan den oorlogstoestand 'n ;e'ncle maakt en althans de mogelijkheid tot frrstel opent. Radeloosheid heeft de Duitschers aange grepen en voor 'n oogenbiik schijnt de po- ^cdeke strijd, welke hen tot den rand van der^ afgrond bracht, gestaakt te worden. En de regeering zelve en in de meeste partijen ont- orak eenstemmigheid, de tegenstrijdigste berichten haalde elkaar in, de kansen gin gen op en neer maar allengs bleken zij, die in 's hemelsnaam maar teekenen wilde, ■de overhand te krijgen. Pogingen om in den vorm van voorwaardelijke aanvaarding uitweg uit de moeielijke situatie te zoe- faalden. Daarop is de regeerin£ afge- :den en vervangen door 'n kabinet, waar van verwacht wordt dat het tot onderteeke- izal overgaan. Te midden van al hare zwaarwichtige po- v ke discussies hebben cle 100 staats- en ,3r lere lieden, die thans onze Tweede Ka- -:-r vormen, zoo waar nog tijd gevonden om ook eenige zakelijke onderwerpen van al gemeen belang te behandelen. Zoo hebben 2rij zonder al te veel praten 'n Warenwet en Vleeschkeuringswet aangenomen, twee wet ten dus van eminent belang voor de volks voeding en volksgezondheid, waarvoor de zorg zich tot dusver niet verder uitstrekte dan tot eenige der grootere gemeenten, ter wijl 't platteland vrij afzetgebied voor alle ondeugdelijke waren gelaten werd. Vie onlangs de lezing van mr. van Bere- r\ in de Arend alhier bijwoonde, zal zich :t over verwonderen dot hij bij de be- #1 vdeling van deze keuringswetten be- chouwingen hield over de autonomie der gemeente op dit gebied en de regeling van deze zaak liefst door de gemeentebesturen zag gebeuren. Bij regeling van bovenaf vreesde hij te verzeilen in de maar al te beruchte amb tenarij. Hollandsche krenterigheid en gebrek aan voortvarendheid maken helaas het ingrijpen {van bovenaf maar al te noodig. Van Beresteyn mocht 'n tweetal amen dementen in de door hem gewenschte rich ting door den minister overgenomen zien. 'n Merkwaardige houding nomen de soci aal-democraten aan bij gelegenheid van 'n c cr.rlement van hun partijgenoot Van der Veerden, dat bedoelde, de gemeenten de bevoegdheid te geven monopolies voor den verkoop van waren in te voeren, waarbij in het bijzonder aan- een melkmonopolie werd gedacht. Aanvankelijk werd dit amende ment aangekondigd als een van buitengewo ne beteekenis. En volgens „Het Volk" èn volgens den heer Schaper, ging het hier om niets meer of minder dan om de vraag ot men het kapitalisme dan wel de volksge zondheid wilde bevorderen. Van Beresteyn toonde al dadelijk aan, dat, hoe men ook over de zaak mocht denken, zij in ieder ge val met deze wet niets te maken had. En het eind was dan ook dat het amendement, dat de volksgezondheid tegenover het kapi talisme heette te steden, ingetrokken werd. 'n Ander onderwerp, waaraan de Kamer Kaar hooge aandacht schonk, was de Per- soneele Belasting, die" antiquiteit onder on ze belastingen, welke men thans weer eens 'n beetje zal gaan opkalefateren, al werden er dan ook stemmen vernomen, welke pleit ten voor hare algeheele afschaffing. De grondslagen rijwielen en haardsteden verdwijnen thans uit de personeele belasting j en daarmee zijn alweer 2 grieven tegen haar weggenomen; evenals eenige jaren geleden door schrapping, van den grondslag „ven sters" 'n einde gemaakt was aan de belas ting op licht- en lucht, wordt dus thans de belasting op de verwarming opgeheven; trouwens wat de belastingbetaler nu zal uit sparen, betaalt hij dubbel en dwars aan de verhoogde brandsloffenprijzen. De opbrengst, welke de fiscus dientenge volge zal derven, moet hij nu natuurlijk el ders halen. Vandaar 2 nieuwe grondsla gen: pleiziervaartuigen en biljarten. Maar daarmee komt men er bij lange na niet en om deze belastingbron toch even rijkelijk te doen spuiten èls zij tot dusver deed, zal men uit het meubilair meer halen en den grondslag „huurwaarde" niet onbelangrijk verzwaren. Maar daarmee wordt een der zwakste punten van de personeele belastng nog meer blootgelegd. Was in normale tij den de huurwaarde reeds 'n zeer twijfelach tig kenmerk van iemands welvaart en draag kracht, thans bij de ontzaglijke opdrijving der huren, drukt zij in vele gevallen nog on billijker en worden de beklagenswaardige huurders, die door het enkele feit, dat de huisheer hun de huur opslaat, in de kippige oogen van den fiscus plotseling tot hooge- ren welstand komen, tweemaal uitgeperst. BUITENLAND Reclame - 0.16 - 0.4© - 0.20 - 0.30 - ©.35 per pakje - O.S8 per potui '.28 Stijfsel Gerst Henuip Mai* Wit en Zwart To?ehas!! Pakjes „Shiis" zaad Haver Havermout Hvmi Gemengd meel prima- o.:*2 Gruttemeel<>.35 Papmeel0.2.1 Zeltrijzej'.d Bakmeelo.40 per pak Eerste kwaliteit Knndvet3.20 per pond Allerfijnste Melanger.oo Hoogfijate Melange o.S5 Magnelique0.86 „Planten" PIanten?>oter0.8O NsGiiit proef met Primula Soeptabietten geven heerlijke pikante 10 en 15 cent. per Ct. uit Lyon, d.d. 21 Juni, bereiken: De marine heeft schikkingen getroffei^ ten einde de blokkade van Duitschland nau wer toe te snoeren indien deze operatie:, •TO par pond i "oorzakelijk wordt. De schepen, aangewe- soep. tablet. Politiek Overzicht Reeds de wapenstilstand was Duitschland's vernedering, Duitschland's degradatie tot een zwakken, ondermijnden staat en de er kenning, dat, althans voor de eerste de- cennnia, het machteloos en weerloos gesla gen land niet meer in staat zou zijn als een krachtig en volwaardig wereldlid zich uit te leven. De droomen omtrent wereldhegemo nie zijn op deerlijke wijze vervluchtigd en de Duitscher zal blijde zijn het veege leven al dus te kunnen redden, dat althans te eeni- ger tijd hij een bescheiden plaatsje onder de zon, hetzij dan als geamputeerde, weder om zal kunnen innemen. Een vredesverdrag, meelijdenloos als een diep vernederend en vernietigend ultima tum, is hem voorgelegd, een ultimatum, dat zijn excistentie bedreigde met een volslagen ondergang, wijl het nagenoeg eischte: een zich gebonden overleveren aan hen, wien de krijgskans de begeerde gelegenheid bood af te rekenen met een staat, dien men in de Ei^tentekringen beschouwde als de be lichaming van het permanent gevaar. Het protest bleef niet uit; in het Germaansche rijk klonk het verzet van de wanhoop en al waren de besten onder de Duitschers niet weigerachtig om te erkennen, dat Duitsch land's aandeel in den wereldoorlog geen ge- Bloemeadalsche Hiaiieiprt, Mms ringe was en met de violatie van een vreed zaam neutraal land reeds bij het begin der worsteling zich liet kennen van den meest gruwzamen en rücksichtslosen kant, de huns inziens louter door haat geïnspireerde voor stellen, die geleken op een verzoek tot zelf moord, gingen hun niettemin te ver. Het poneeren van de stelling der gealli eerden en geassocieerden, als zouden dezen de blanke onschuld personifieeren, als zijn de zij van alle smetten vrij, kwam den bes ten, niet door luidruchtig Duitsch chauvinis me bezeten, Duitschers voor als een bela chelijke en verwerpelijke hypocrisie. En hun diende hierbij het geluk, zich te kunnen be roepen op één der geassocieerde persoon lijkheden, die rij beschouwden als den meest milden man van het vijandelijk kampWil son, aan wiefis veertien 'punten zij zich met een taaie hardnekkigheid vastklemden als drenkelingen aan balken en wrakhout op zee. Maar ter vredesconferentie was Wilson niet de eenig-gezaghebbende, er was Lloyd George, er was bovenal Clemenceau en het schijnt geen twijfel te lijden, dat, wanneer de wenschen van den president der Anveri- kaansche republiek hadden gezegevierd, Duitschland minder gehavend hoewel geenszins ongedeerd uit den strijd zou zijn getreden. Wij echter, als neutralen, die te dezen aanzien theoretisch slechts kunnen oordee- len over rechtvaardigheid en billijkheid, heb ben niet aan den lijve gevoeld het leed van den oorlog; onze landen zijn niét tot woes tenijen geschoten, onze lachende dorpen en hun hongerden, onze steden, onze industrie, het leven onzer zonen en dochters, onzer moeders en vaders, rijn niet verblijzeld, tot ondergang gedoemd, tot scherven gebroken, voor eeuwige tijden verbloed. Er is grond voor haat al is de besten diging .ervan niet te verdedigen, noch ver standelijk, noch met een beroep op humane gevoelens er is aanleiding voor vrees, dat een herhaling nogmaals de wereld zou slaan met-een ramp van bloed-en-tranen. En het is derhalve b egr ij p-el ij k, dat de vredesvoorwaarden ongemeen hard zijn uit gevallen; het is begrijpelijk, dat de leidende staatslieden eischèn stelden, dip ontzetting wekken bij hen, wien ze aangaan en hem, die neutraal toeschouwer is. Maar niet uit het oog dient verloren te worden, dat de leidende politici nog niet het volk zelf zijn en wij -verwachten dan ook, dat zoodra de domper der censuur in beide kam pen zal zijn weggenomen, zoodra de vrede officieel zal zijn gesloten langs geleidelijken weg aanvankelijk natuurlijk uiterst lang zaam ook de toenadering weer een feit zal worden, de heat zal verbleeken en het in richt veld winnen, dat slechts dan een- even wichtige wereld mogelijk zal kunnnen zijn, wanneer wederom de individuen een ver zoenende houding ten opzichte van elkander zullen aannemen en zij begrijpen, dat onder linge collaboratie de basis zal moeten zijn, waarop een materieel en geestelijk gelukki ger leven zal kunnen worden gegrondvest. Het beiderzijds ervaren, niet te peilen, leed wij twijfelen er niet aan zal bij vijand en vriend, misschien eerder dan wij zelf vermoeden, brengen de bezinning en de loutering, die leidt tot het beginsel, dat iedere staat, zal het evenwicht duurzaam zijn, zich niet mag uitleven ten koste van de bu ren. Wat geldt vogr de staten, heeft, vanzelf sprekend, ook betrekking op de staten sa menstellende individuen. Intusschen nadert het moment, waarop Duitschland zal moeten kiezen: het door de geallieerde en geassocieerde mogendheden met betrekking tot de détails herziene vredesvoorstel aanvaarden of besluiten lot verwerping. De gevoelens van de Duitsche afgevaardigden is den lezers bekend: de hardheid, het onvervulbare, het onaanne melijke der vredesbepalingen zou hen niet kunnen doen besluiten het ja-woord te ge ven en ook in de Nationale Vergadering was de laatste dagen de stemming aldus, dat op een aannemen der condities niet kon worden gerekend, Maar gelijk onder de telegrammen is medegedeed het kabinet- Scheidemann is afgetreden en men kan nu wel als vaststaande aanvaarden, dat de dooi Bauer geleide regeering hoe hard het haar ook zal vallen den vrede zal teeke nen, waarop door de onafhankelijken, die steeds bedqcht zijn geweest voor een her leving van het gehate militarisme, dat Duitschland in zoo'n kwade reuk heeft ge- braoht, steeds met klem is aangedrongen. Hedenavond om 7 uur loopt de door de geallieerden en geassocieerden toegestane termijn af en al bestaat er kans, dat door de kabinetscrisis enkele dagen uitstel zal moeten worden gevraagd, deze week zal vermoedelijk de teekening plaats vinden, waarbij officieel Duitschland's val nogmaals zal worden bekrachtigd. In Entente-kringen houdt men rekening zoowel met een weige ring als "met een aanvaarding-der herziene voorstellen. Dit blijkt ten overvloede duide lijk uit de volgende berichten, die de N. R. zen om daaraan deel te nemen, liggen zeil ree. Uit Mainz: Alle troepenbewegingen be raamd voor het geval het vredesverdrag niet wordt onderteekend en met het oog op eert onmiddellijk te ondernemen opmarsen op den rechteroever van iden Rijn rijn voltooid/ De nfdeelingen, die den linkeroever bezet hielden, zijn den stroom overgestoken om zich op te hoopen aan den omtrek der rir« kels, welke de bruggehoofden van Mainz* Koblenfz en Keulen begrenzen. Deze troe-f pen zijn op hun beurt vervangen door ele menten uit het gebied achter het front. Vanochtend is in het gebouw der prefec tuur te Versailles een conferentie gehouden.' Men heeft de laatste maatregelen bestu deerd, te nemen roet het oog op de pi een-' tigheid der onderteekening in het kasteelt Het door Wolff uitdrukkelijk tilt Berlijn/' gemelde bericht, dat -de Duitsche regeering^' geen „tusschennota" naar Versailles heeftf gezonden en evenmin heeft verzocht den." antwoord-termijn te verlengen, doet vermoed den, dat op een afwijzen der voorwaarden? niet meer gerekend behoeft te worden. Deze Maandag dus kan officieel de vredt. gesloten worden met het vernietigde Duit sche rijk, dat als een zieke invalide althans' voorloopig zal moeten berusten. De moge lijkheid is echter niet uitgesloten, dat in deni loop der tijden verschillende bepalingen worden verzacht en de meest harde konten er van zullen afslijten. De uiterlijke glorie van een krachtig rijk zal verdwijnen; een.' innerlijke opbouw er voor hopenlijk in de plaats treden. Maar ook de revisie van ge allieerde aspiraties zal met belangstelling tegemoet worden gezien, opdat de komen de vrede geen caricatuur is, maar essentieel en gebaseerd op vriendschap, vertrouwen en onderlinge waardeering. Sinds wij het bovenstaande schreven is er meer lijn gekomen in het wereldgebeuren en' is een feit geworden:*de bereidverklaring van Duitschland om de voorstellen te aan vaarden, die door zijn vijanden werden aan geboden en die in Duitschland algemeen werden gekwalificeerd als een doodsvonnis. Ook thans beschouwt de nieuwe Duitsche regeering het als een hard gelag tot den beslissenden stap over te gaan en- in de vol macht 'tot onderteekening komt dan ook ten klaarste tot uiting, dat de regeering niet ge negen is het Duitsche volk als den bewerker van den oorlog, den verwekker van al de droeve calamiteiten, voor te stellen. De ver plichting, opgelegd in artt. 227230 wei gert zij pertinent op zich te nemen. De geallieerden lichten art. 227, dat be trekking heeft op de uitlevering van ex-kei zer Wilhelm, volgenderwijze toe„Dit arti- kei heeft niet een juridisch karakter met be trekking tot den inhoud, maar slechts met betrekking tot den vorm. De ex-keizer wordt voor het hof gedaagd in een aangelegenheid van hooge internati onale politiek. Het is het minimum dat ge vraagd kan worden voor een opperste be- leediging van de internationale moraal. De geallieerde en geassocieerde regeeringen wenschen voor deze gelegenheid alle juri dische vormen te handhaven, zooals dat ge bruikelijk is bij een juridische procedure. Een op regelmatige wijze samengesteld tri bunaal zal worden aangewezen om op deze wijze aan den beschuldigde al zijn rechten en vrijheden met betrekking tot zijn verde diging te waarborgen en om aan het oor deel het meest plechtige juridische karaktei te geven." door JEAN WEBSTER. ScKrijfster van Vadertje Langbeen. Vertaald door A. Quarles df Quarles. a Een rit langs heerlijk geurende landwegen 'achter volbloedpaarden was een nieuwe ge waarwording voor me, zoo juist uit de drukte der stadsstraten en het gedorjdcr der lucht- Spoorwegen gekomen. Ik leunde met een zucht van tevredenheid achterover en had reeds het gevoel alsof mijn jongensjaren weer waren teruggekeerd. Radnor verkortte de drie mijl met verhalen der huizen, die we langs gingen en der men schen, die er in woonden en voor mij, de zich >aan de wet houdende can uit het Noorden, (hadden deze geschiedenissen een echt zuidelijk (tintje. Deze oude heer zoo noemde Rad hem H- ha vijftien jaar lang heimelijk een distil- Jleerderij in zijn kelder gehad en 't was niet Voor na zijn dood (dronkenheidswaanzin.) ont dekt. Die dame, die in dat huis woonde van de belles uit de streek had zich den *vond voor haar huwelijk door den bruidsjon ker laten schaken en de rechtmatige bruigom had zich doodgeschoten. Degene, die hier (Woonde, was met den opzichter van haar va- der weggeloopen en met de eenige boot, die beschikbaar was, naar de overzijde der rivier jgcrocid, terwijl zij haar vertoornden vader Aan den anderen oever liet staan. Eindelijk barstte ik in lachen uit. „Laat hier in 't Zuiden iedereen rich scha ken? Hebben jullie nooit wettige huwelijken met taarten, rijst en oude schoenen?" Terwijl ik sprak, dacht ik aan Nannie en vroeg me af of ik een teedere snaar aanroerde. Doch Rad nor lachte eveneens. „Wij hebben veel schakingen,"" erkende hij. „Misschien zijn in 't Zuiden de ouders wree- der." Toen werd hij plotseling ernstig. „Ik veronderstel, dat je je Nan nog herinnret?" vroeg hij met eenige aanrzeling. „Een weinig," stemde ik toe. „Arm kind!" zeide hij. „Ik vrees, dat rij een moeilijken tijd gehad heeft. Je doet het beste haar maar niet bij den ouden heer te noemen, evenmin als Jeff." „Is de kolonel nog altijd even onverzoen lijk tegenover hem?" Radnor fronste zijn voorhoofd. „Hij wil hem niet vergeven," antwoordde hij. „Wat was het toch eigenlijk met Jeff?" waagde ik te vragen. „Ik heb nooit de bijzon derheden gehoord." Q „Mijn vader en. hij waren het niet eens. Ik herinner me er zelf ook niet veel van, ik was pas dertien toen het gebeurde Maar ik weet. dat er een vreeselijke scène plaats had." „Weet je waar hij is?" vroeg ik. Radnor schudde het hoofd. „Ik zond hem een paar maal wat geld, maar mijn vader kwam er achter en nam mijn ore- driet bp de bank weg. Ik ben nu zijn spoor kwijt hij heeft echter geen behoefte aan geld. Het laatste, dat ik van hem hoorde was, dat hij een speelbank in Seattle hield." „Het is erg jammer," zuchtte ik, „het was zoo'n aardige jongen, toen ik 'hem kende." Radnoa zuchtte eveneens, maar hii verkoos niet op 't onderwerp door te gaan en we ver volgden de rest van den weg in stilzwijgen, tot wij de laan insloegen, die naar „De vier Plas- sen' voerde. Op de manier van de meeste hoe ben in het Zuiden, was het huis midden in de plantage gelegen en van den 'weg af onzicht baar. De particuliere laan, die er naar toe voerde, werd door een hagedoornheg be grensd en kronkelde wel een halve mijl door weiden en bloeiende perzikboomgaarden. Ik ademde met verukking de frissche lentegeuren in en vroeg me intusschen verbaasd af, hoe het kwam dat die gelukkige zomer in Virginië uit mijn jongensjaren zoo uit mijn geheugen geg3an was. Toen we bij een groep wilgeboomen den hoek omsloegen, kwam het huis in 't gezicht, dat op een kleine verhevenheid was gebouwd en •waarvoor zich een golvend grasveld uilstrek- te. Het was een mooi huis wit met groene blinden en een breede met steenen gepla\eidc veranda, die zich voor langs de geheeic leng te uitstrekte en door statige Dorische zuilen gesteund werd. Aan den zuidkant was er eeh groot overdekt terras, dat tot aan den rijweg •vooruitsprong. Achter het huis strekte zich een slaperige, door bokshoornen omgeven tuin uit en daar achter, door een rij fhaagdenpal- me'n gemaskeerd, waren de schuren en bijge bouwen. Op een kleinen afstand verder naar links, in een dal en half verborgen door een boschje laurieren, stond* een rij verweerde woningen van één verdieping de oude ne gerhutten uit den slaventijd. „Het is juist zooals ik het me herinner!" riep ik verrukt uit, toen ik het cene bekende ding na hel andere zag. „Niets is veranderd." „Niets verandert er in 't Zuiden/' zei Rad nor, „behalve de menschen en ik veronder stel, dat die overal veranderen." „En zijn dat de verlaten negerhutten?" voegde ik er bij, terwijl mijn oog bleef rus ten op de groep.grijze de" n, die even bo ven de struiken kwamen uitsteken. „Op 't oogenbiik zijn ze niet zoo verlaten als we wel zouden wenschen," antwoordde ■hij met een veelbeteekenenden klank in zijn stem. „Je bezoekt de plantage op een inte ressant tijdstip. De geest van de Gaylord's is weer verschenen." „De geest van de Gaylord's I" riep i verbazing uit. „Wat ter wereld is dat?" Radnor lachte. „Een onzer voorvaderen sloeg eens een slaaf dood en zijn geest komt nu en dan in de negerhutten terug. We hadden heel wat jaren niet meer van hem gehoord en waren het verhaal bijna vergeten, toen hij verle den week weer zijn opwachting maakte. Men heeft 's nachts duivelsvuren in de laurieren gezien en geheimzinnig gesteun bij de hut ten gehoord. Als je ooit wat met negers te doen gehad hebt, kan je je voorstellen in wat voor toestand onze bedienden zijr.." „Nu," zeide ik, „dat belooft afleiding. Ik hoop den geest eens te ontmoeten." Op dit oogenbiik waren wij bij het huis gekomen en toen wij voor het terras stilhiel den, stond de kolonel op de bovenste trede van de stoep om me te verwelkomen. Hij zag er vrijwel uit zooals ik me hem herinnerde, behalve dat zijn zwart haar nu wit geworden was en zijn vroeger gebiedende houding iets klagends gekregen had. Ik sprong er uit en greep zijn uitgestoken hand. „Ik ben blij je te zien, beste jongen I Blij je te zien," zeide hij 'hartelijk. Het deed me góed dat „beste jongen" uit den mond van ouden heer te hooren, het was jaren geleden, dat iemand me zoo ge noemd had. „Je bent gegroeid, sinds ik je 't laatst zag," grinnikte hij, terwijl hij me in het hui9 voorging door de groep negerbedienden* die waren komen aanloopen om me te zien. Mijn eerste vluchtige blik door de opert deuren zeide me, dat het inderdaad waar. was, wat Radnor beweerd had, dat er niets veranderd was. Er waren nog dezelfde ouder- wetsche, degelijke, eenvoudige meubels, dis in het huis geweest waren, sinds het ge bouwd was. Het amuseerde me de hand* schoenen en zweep van den kolonel achte loos op een stoel in de gang geworpen te zien. De zweep was het eenige teeken, waarw door ik me hem herinnerde. „Je hebt dus te hard gewerkt, niet waar, Arnold?" informeerde de oude heer en nam me met twinkelende oogen op. „We zullen je iets te doen geven waarbij je vergeet ooit vroeger werk gezien te hebben f Er zijn juist, een half dozijn veulens in de wei,, die noo dig afgericht moeten wordenjij mag dat ook eens probeeren, mijnheer. En nu vermoed ik, dat het avondeten ongeveer klaar zaï zijn," voegde hij er bij. „Nancy duldt geen talmen als het pannekoeken betreft. Neem hem mee naar zijn kamer, Rad en jij, Mose," riep hij tegen een der negers, dis aan de stoep waren blijven omhangen* „breng jij de bagage van mijnheer Arnold I naar boven". (Wordt vervolffd)* i

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1919 | | pagina 1