AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE EEMLANDER" SAFE-IN RIGHTSNG. Wen Pols-horloges binnenland tweede blad. Amersfoort, iel, 49 en 135, Muurhuizen 15. Willem Groenhuizen Langestraat - Amersfoort FioaLLËTO^r^ TROTS- 18e Jaargang No. 67 Zaterdag 13 September 1919 Kameroverzicht Tweede Kamer Vergadering ap Vrijdag 12 September Vrijwillige oudcrdomsverzekering. Aan de orde is de stemming over het ömendement-Sannes (S. D. A. P.) om de rentetTekking te doen ingaan op 1 Jan. Dit amendement werd verworpen met 50 tegen 20 stemmen. Art. 32 werd daarna z. h. st. goedgekeurd. 1 Aan de orde was hierna de stemming over het amendement-Dresselhuijs (V. L.) om de kostelooze ouderdomsrente in den conside rans op te nemen. Dit amendement werd verworpen met 42 legen 28 stemmen. Tegen stemde de rechterzijde, de vrijzin nig-democraten en de revolutionnairen. De eindstemming over het wetsontwerp verd uitgesteld tot een nader te bepalen dag. Werkeloosheidsverzekeringsnoodwet. Aan de orde is de werkeloosheidsverzeke- ringsncodwet," benevens de opheffing van 't Koninklijk Nationaal Steuncomité. De spreektijd bij de algemeenc beschou wingen werd bepaald op 40 minuten. De heer'v. d. Tempel (S. D. A. P.) meent, dat het Kon. Nat. Steuncomité ge durende -den oorlog belangrijk werk heeft gedaan. Nu het comité wordt opgeheven moet de regeering zelf die maatschappelijke taak overnemen. Hij hoopt dat de departe menten goede medewerking zullen verlee- r.en aan de commissie voor de verruiming cler werkgelegenheid, een commissie welke bjj van harte toejuicht. Ook met andere be palingen in deze wet kan hij zich heel goed vereenigen en hij zal daarom zijn steun niet aan dit wetsontwerp onthouden. Van de toe passing der wet zal veel afhangen of deze wet aan zedelijke eischen zal voldoen, want deze wet is niets meer dan een schema. Spr. staat op het standpunt der premievrije •werkloosheidsverzekering, moar erkent dat deze in de huidige omstandigheden practisch ftiet uitvoerbaar is. Maar de kosten mogen niet geheel door de arbeiders worden ge dragen en hij hoopt dat de minister dit standpunt zal aanvaarden. Het spijt hem dat de regeeiing geen definitieve wettelijke regeling der werkloosheidsverzekering heeft voorbereid. Men kan nu wel zeggen laten de organisaties een werkloozenkas imichten, maar zoo eenvoudig is de zaak niet, zooals •Spr. nader uiteenzet. Spr. hoopt o'at de re- 'geering voor dezen winter de teak van het steuncomité, in sacenwerking met de ge meen te zal voortzetten. Dit zal moeten ge schieden als een tijdelijke maatregel, ter wijl de arbeiders dan voor armenzorg zul len worden behoed. De heer v. d. Laar (Chr. Soc. Partij) zag gaarne dat hel Rijk een toeslag gaf op de '"Marken der grensarbeiders, die In Duitsch- land werken. Geschiedt dit niet, dan kunnen die arbeiders wegens de lage Markenkoers .niet meer arbeiden, waardoor de werkeloos heid zal worden vergroot. De heer W ij n k o o p (C. P.) zal aan deze wet zijn steun niet kunnen geven, wijl hij legen een werkloosheidsverzekering is. Dit geldt voor alle andere verzekeringen, dus ook voor een werkloosheidsverzekering. Het kapitalisme moet de risico der werk loosheid zelf dragen, omdat de werkloosheid inhagrent is aan de kapitalistische maat schappij. Uitvoerig bestrijdt Spr. het be drog van den heer v. d. Tempel, die zich op een 2uiver kapitalistisch standpunt 'plaatst, wat hem echter absoluut niet ver wonderde. De S. D. A. P., die elke maand verandert, wordt steeds kapitalistischer. Ko mende tot het wetsontwerp zelf kwalificeert hij dit als het meest cynische en brutale werk van het kapitalisme ten opzichte van het fjroletariaat. Spr. ontkent dat de arbei dersklasse arbeidsschuw geworden is. Spr. wil geen toelage en dergelijke lapmiddelen, maar hij eischt productief werk voor de ar beiders, omdat zij daardoor bet kapitalisme zullen ondergraven. Thans worden de sleun- comité's opgeheven, omdat men niet meer bang is voor de arbeiders dat zii het hoge opvoeren zullen overslaan, en dit is de schuld der S. D. A. P.. die steeds de hand heeft geleend aan het kapitalisme voor het revolutionaire proletariaat tegen den grond te slaan. De heer Duys (S. D. A. P.): Je weet dat je zelf liegt, dat je s%taat te liegen. De heer W ij n k o o p hoopt, dat de ar beiders zich met alle kracht tegen deze wet zullen verzetten en zich niet laten dringen in de werkloosheidsklasse. De heer S w e e n k (A. R.) acht het ook gewenscht met alle waardeering voor den ar beid der steuncomité's, dat de regeering een andere weg inslaat tot bestrijding der werk loosheid. Deze voorstellen openen niet alleen den weg voor een hoogere toeslag, maar ook om den arbeiders meer productieven arbeid te geven en hij hoopt dtft de regeering in deze zaak krachtig zal werken. De heer Haazevoeé (R. K.) bestrijdt het betoog van den heer Wijnkoop en ver werpt evenals het «taatspensioen de premie- vrije werkloosheidsverzekering. Inzonderheid betuigt hij instemming met de werkcom- missie als sociale voorzorg, welke de regee- ring zich heeft voorgenomen. De in te stel len Rijkscommissie tot uitbreiding der werk gelegenheid heeft dan ook zijn volle instem ming. Hij wenscht de geheele regeling varr de werkloosheidsbestrijding in handen den overheid. De heer Nolens (R. K.) brengt hulde aan minister Usselsteyn, de vroegere voor zitter, prof. De Voys, voorzitter, en de heer Zaalberg, secretaris van het uitvoerend co mité van het Koninklijk Nationaal Steun comité. Spr. stelt op den voorgrond, dat het niet aangaat om werklooze arbeiders naar armenzorg te verwijzen. De zorg voor de arbeiders dient gelegd op een vereeniging van belanghebbenden met een werklooskas. Hij erkent, dat het niet voor alle bedrijven gemakkelijk is om tot zulk een kas te ko- mèn. Maar het is de plicht van hen die daartoe in staat zijn dit door onwil niet te maken. Het is echter mogelijk dat vooi sommige bedrijven die oprichting ondoen lijk is, dan zal men echter voorloopig moe ten volstaan met een tusschenstelsel lus- schen verzekeringszorg en armenzorg, n.l. subsidies aan de gemeente voor uitkeerin- gen in den trant van die der vroegere steuncomité's. In dit verband bespreekt hij het amendement Haazevoet om aan de be staande kassen uitkeeringen te doen zonder rekening te houden met het werkloosheids besluit 1917. Ten slotte vraagt SpT. de mi nister of hij bereid is ietste doen in de richting van het amendement van den heer. v. d. Tempel. Minister A a 1 b e r s e brengt hulde aan het Nationaal Steuncomité. Hij deelt mede, dat nu het dreigement met staking is teruggenomen, wellicht mor gen een oplossing zal worden gevonden voor de moeilijkheden ten aanzien eener werkloosheidsregeling voor transportarbei ders. De voorbereiding van de definitieve werk loosheidsverzekering is reer zoover gevor derd. De Minister is bereid de amendementen Haazevoet en v. d. Tempel over te nemen als een paar redactiewijzigingen worden aangebracht. Deze wijzigingen worden aangebracht, waarna de Minister de amendementen over neemt. De ontwerpen worden zonder stemming aangenomen. Ook worden zonder stemming aangeno men de bepalingen betreffende opium en andere verdoovende rtïiddelen en de grens- Beleening - Bewaarneming - Chéques - Coupons - Credietbrieven - Deposito's - Disconto's - Effecten - H&ndefscredieten - Incasso's - Prolongatiën - R©k. Courant - Vreemd geld - Vreemde Wissels. wijziging tusschen Leiden cn Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude en Voorschoten. De heer Nolens huldigde den Voorzit ter voor de beleidvolle, tactvolle en opge wekte leding. (Applaus). De vergadering wordt daarna gesloten. Berichten Noüerliini on BelgltL Ih Belgie- beklaagt men zich meer en meer over de stemming, welke in Nederland ten op zichte van België heerscht. Met een nuchter ge zicht wordt er verklaard, dat men niet begrijpt hoe de Nederlanders zoo ver gekomen zijn, en dnt de geest in Nederland zeer betreurenswaar dig is. De woorden van den goeden ouden lijd „gij hebt het er naar gemaakt", schijnt men hier vergeten, zoo schrijft de M a a sb.-redacteur uit Brussel. Zelfs een blad als de „llndépendance", dot een der weinige, ernstige organen van België kan genoemd worden, doet vandaag nog alsof het niemendal weet van de oorzaken, die het Nederlandsche volk zoover gebracht hebben. Het Brusselsche blad vertelt van den Brief van Hcyermans aap de directie van den Vlaom- schen schouwburg te Antwerpen, waarin de Nederlandsche schrijver verbiedt zijn werken op te voeren, zoolang België zijn politiek ten op zichte van Nederland voortzet.' ,,Dal de Nederlandsche schrijver verbiedt zijn stukken bij ons te doen spelen", zegt het blad, „is niet erg. Maar het is betreurenswaardig te constateeren, hoezeer-de geesten in Nederland dwalen inzake de Belgische eischen." In Nederland dwaalt men niet. De dubbelzin nige politiek, sinds vorig jaar gevoerd, is thans duidelijk genoeg voor de Hollanders om veront waardigd te zijn. Maar bovendien. Zelfs al had de Belgische regeering een eerlijke, rechte lijn gevolgd, don nog zou het Nederlandsche volk redenen genoeg hebben om zich boos te toonen over den leugen en laster, welke de Belgische pers nog altijd maar tegenover ons uitspeelt. En nu moet men niet zeggen, dat het enkel de scheldorganen als de „Soir" en de Nation Beige" zijn, die hun kracht zoeken in deze ge- meene wapens, ook zelfs de „ïndépendancc", het deftige orgaan, komt cenige dogen geleden met de lasterlijke leugen aandragen, dat Nederland in 1018 de aftrekkende Duitschers heeft door gelaten met den geheelen buit, dien zij in België hadden gestolen. Dat is een leugen, welke reeds tientallen van keeren is tegengesproken, officieel en niet-offi- cieel. Getuigen hebben het afdoende bevestigd en verklaard, dat de Duitschers bij de grens alles hebben moeten achterlaten, uitgenomen misschien éénpendule, woorme dc No tion Beige indertijd is komen aandragen, toen het over dezelfde kwestie ging. Waarom die leugens, die laster Als men tot dergelijke wapens zijn toevlucht moet nemen is het een bewijs, dat zijn zaak zwak staat. En wanneer men dan nagaat, dat de Belgische pers, speciaal de „Soir" cn de „Nation Beige", nu bijna dagelijks met deze sluipmoordenaars-dolken op ons lostre.ct, dan komt men noodzakelijkerwijze tot de overtui ging, dat zij zich heel, heel zwakjes moeten voe len. Gedurende dc lootste dagen is het inderdaad weer rank geweest. Nou kent men dc fraaie ge schiedenis von het ultimatum van de „Soir" aan Nederland, waarbij hei blad alle mogelijke leu gens^ welke het al sinds vorig jaar November in zijn laster-arsenaal heeft, tegen Nederland uit speelde. Toen kwam de zaak met do „Feruc- cio", waarbij Nederland geheel volgens zijn recht en ongetwijfeld zeer handig optrod, en nu hebben zij ons weer onder den neus gewreven, dat wij een aantal Belgische cn geallieerde offi cieren niet hebben toegestaan in Maastricht to logeeren. Als het feit waar is, het Nederlandsche Telegraafagentschap kan spoedig een apartcn dienst gaan openen voor dementi's en kracht wijzigingen aan dc Belgen don zal men de gastvrijheid wel geweigerd hebben, omdat hun popieren niet in orde waren. Wij wachten nu op het nieuwste „incident", want het stoat voor ons vast dat de kwaadwil ligheid van zekere Brusselsche journalisten cr nieuwe zgl vinden en verzinnen, al was het maar alleen uit baloorigheid over het feit, dat hun anncxionistischc politiek sChipbteuk heeft ge leden. v De „l'Indëpendonce" moest hier hoor aandacht eens non wijden, eerlijk cn oprecht. Mogelijk dat het blad dan ook tot de conclusie kwam dnt leugen cn laster diep betreurenswaordige zaken zijn, die de oorzaak zijn vari veel kwaad De T ij d schrijft In meer dan één blad wordt gevraagd of de Nederlandsche Regecring er niet wel aan zou dpen, de propagandisten van dc Belgische plan nen uit Limburg en Zoeuwsch-Vluonderen tc verwijderen of althans hun propaganda te con tra mineeren. Het js niet bekend, of er iets en wot er gedaan wordt. Maar wij mecncn er toch de aandacht op tc moeten vestigen, dat er in Zceuwsch- Vloondcrenin 't geheel niet en in Limburg- maar zeer weinig von die propagandisten be merkt wordt. Althans de pers verneemt er niets van. Beholve Von Groenendael, die zich evenwel sedert lang „buiten-af" bevindt, was er nog een gesignaleerd, n.l. de uilgever van „Dc Kroniek" F. Hustinx. Van hem is indertijd verteld, dat hij ten zijnent met den Belgischen raddraaier Des- trées had geconfereerd. Maar Hustinx heeft dat pertinent tCgengesproken en gezegd, dol hij Des- trées nooit had gesproken en hem ook niet kende. Toch heeft men bij de verdachte dc rui ten ingeworpen en nu zegt men, dot hij gaat verhuizen naar België. Verder zijn er nooit namen genoemd en onthield de Limburgsche pers zich geheel van het signaleeren von per sonen, die als Belgische agenten konden worden beschouwd. Waarschijnlijk wil niemand ver antwoordelijk zijn voor het civiel leven of 'voor de glazen van den délinquent, die onder het propognnda-werk lichtelijk gevaar loopen, zoo als de heeren Van Groenendael en Hustinx heb ben ervaren. Zondag is er te Tournebridge een paarden- sportfeest gegeven, df»t .door vele Limburgers is bijgewoond. Men had het te voren aangekon digd als een propagandamiddel, maar het comité^ is daartegen in het Hollandsch cn in het Frunsch zóó krachtig opgekomen, dat er aan zijn be doelingen niet te twijfelen viel. JEcn redacteur van het „Limburgsch Dagblad" is meegegaan!k cn verzekert; dot hij van anncxionistischo pro-_ pngenda niets bemerkt heeft. Een Maastricht- sclxen meneer, met een donkeren krullcbol, die1 ook tot het Comité behoorde, is met een bloem stuk komen aanzetten en riep met stem en arm- gebaar de Limburgers tot zich. om zich bij hem' aan tc sluiten. Het groepje nieuwsgierigen be-., stond toen uit 18 man, met inbegrip van den journalist. De Monstrichtschc meneer sprak cenige niet al té vloeiend Fransche donkwoorden, voor de uitnoodiging aan de Limburgers, en zcide, dnt ze voor den voorzitter. Graaf de Rcnres, eer\ bloemstuk bij zich hadden. De Graaf zei cnkelb vriendelijke woorden cn wuifde zoo eventjes met dc vingers, als aanwijzing, dat dc 18 man nen konden gaan. Het bloemstuk weid op het grasperk gedeponeerd, binnen dc renbaan. Het was alles buitengewoon linksch, bukenccwoon onnoozel en buitengewoon onbeteekenynd cn do Walen smoesden zoo iets van Chinc sch eij dégoutant wansmakelijk I Ziedaar dc Belgische perspropoganda I Het Handelsblad van Antwerpen de nota besprekend, schrijft Wij hebben na de lezing van deze be- sohciden niets te wijzigen aan ons vorig oordeel De minister, die tot zulke praktijken, als- die welke dc Nederlandsche regeering zicK terecht genoopt ziet af te keuren, zijn toe vlucht neemt, handelt in strijd met al de be ginselen, voor de welke de volkeren ge meend hebben dat de oorlog werd gevoerd. De Duitschgezindheid von dezen of genen, zelfs al ware 't van de meerderheid in Hol land, doet hier ter zake niets. Dot kon ons geërgerd hebben, zooals er ons vnndaog nog véél ergert wal cr in Hol land gebeurt. Dat verandert evenwel geen zier aan het onaanneembore van de handelingen, waar toe men te Brussel, onder dc toejuichingen der annexionisten, zijn toevlucht heeft ge nomen. De mcnschen, die een plebisciet in Lim burg vragen, zouden moeten beginnen met het voorbeeld der eerlijkheid te geven met .de middelen die zij aanbevelen, en die iden tiek gelijk zijn aan de middelen, welke de Duitschers in ons land aanwendden om de Belgen ontrouw te moken tegenover hur.nc regeering, hebben ze dat plebisciet op voor hand onherroepelijk verdacht gemaakt. Naar aan den Brussels.chen correspondent der Tel. van Belgische zijde wordt mede gedeeld, is het door de „Soir" gelanceerde bericht omtrent de bedreiging.met een em bargo op de Nederlandsche schcperï (welk bericht reeds aanstonds door Reuter en hef Haagsche Corr.-Burea'u. ovèYdr'eveiy en onw juist genoemd werd) indirect afkomstig vait een ambtenaar van het Belgische departe ment van buitenlondsche zaken. Deze ambtenaa, die een n i e t - g o e d g e- k e u r d concept voor de aan Nederland t© richten nota had opgesteld, verstrekte hef tevoren aan een journalist, die het onmid dellijk publiceerde. Vrije Xaferilngmlddnc: Ju labriokea en wcrlt plnnlscu roar vro uw en en jeugdige personen. Gegrond op de nog geldende Arbeids wet van 1911, is bij Kon. besluit van 17 Juli 1919 bepaald dot van af 1 September 1919 jeugdige personen en vrouwen des Zater dags na 1 uur des namiddags in fabrieken en werkplaatsen geen arbeid mogen verrich ten. Daarop zijn evenwel uitzonderingen ge maakt, zoodat wel toegelaten is I. arbeid, verricht door eene vrouw, In staande in hejr reinigen van werktuigen, toestellen of gereedschappen of van werk lokalen en oanhoorigheden, indien zij in eer onderneming nimmer andere dan die werk zaamheden verricht; l- Wees altijd meester over uw hand en uw tong, als uw ziel 'vol toorn is. JTWELIER Roman door Mr L. II. J. LAMBERTS IIURRELBRINCK. Als zij 's morgens blij lachend afscheid neemt van vader en moeder, slaat Kobus aan dc poort der hoeve; een vaal bleek op zijn ka ken, een traan glinstert in 't oog, die hij spoe dig met den armmouw wegwischt. ,-Adie Berbke, 't gaat je goed en veel plci- zier," stamelt hij met onvaste stem, terwijl hij haar dc hand toesteekt. ,.Adie Kobus cn van 't zelfde. Een brief van Jeanc, waarin hij de ouders verzoekt zeiven ook eens naar Luik te komen; ze zouden oom en tantë Duraud er toch z.oo'n pleizier mee doen en dan zouden zij meteen zeiven zien hoe goed zij het hij hen hadden, hij en Berbke, die liicr nooit anders dan „Bcrlhe" genoemd werd, cn tevens zouden zij met eigen oogen de mooie, zaak bewonderen, waar je 's avonds bijna blind werd van alle lichten, net of de zon scheen midden in den zomer ze zouden zich kunnen overtuigen, dat Berbke ook al Fransch begon le spreken hij kon hun nu al verasserecren, dat het niet zoo heel lang zou duren of zij kende liet al net zoo goed als hij cn deftig. als zij ge worden was ze droeg nu een geheel nieuw costuum, dat oom expres voor haar in z'n atelier had laten maken moeder zou haar bijkans niet meer terug kennen -- i was effec tief hun geluk geweest, dat vader en moeder consent hadden gegeven hen allebei naar Luik te laten gaan zóó hadden zij iets van de we reld gezien, dat zij nooit hadden gedacht dal bestaan kon vacler en moeder moeten dat absoluut ook komen zien 'hij zou met Berbke ben aan het station komen afhalen, maar va der moest wel bedeitken, dat hij niet met de pet moest komen, hij moest voor deze occasie zich maar een nieuwe hoed koopen en moeder mocht ook niet de witte muts opzetten die droegen dc dames hier niet. Gradus Yoncken en zijn vrouw hebben ge hoor gegeven aan die uitnoodiging met wre vel cn weerzin wat zouden zij daar gaan doen bij al die deftigheid, waarin zij zich toch niet op huu gemak zouden voelen, waar zij zich toch altijd zouden geneeren, zelfs bang zouden zijn om zich een stuk eten in den mond te stoppen, uit angst, dat ze hen zou den uitlachen., maar ze konden toch ook moei lijk refuseeren, na al die vriendelijkheid vopr hun kinderen 'l was waar", hij betaalde er rcianl voor. dat had bii zelfs als conditie ge steld, maar 't bleef toch een gocighcid ze hadden 't immers niet noodig, z'n zwager was misschien "nog rijker dan hij afijn, ze zou den dan maar gaan, ofschoon hij ronduit ge zegd er locli de mier aan had. Neen maar, zoo iets hadden zij toch niet kunnen denken, toen zij voor „Le Palnis des Modes" uit het rijtuig stapten, waarmede Jeanc cn Berbke hen aan het station waren komen afhalen ze hadden zich veel voor gesteld, na al hetgeen Jcanc hun had geschre ven en verleid, maar dat liet effectief zoo groolsig zou zijn, dat was nooit in hun her sens opgekomen. Voncken durfde wedden, dat bijna elk van die cosluums om dc als dames gekleede poppen voor die grootc vens ters van allemaal spiegelglas evenveel waard was als een roede best land van hem en hoeveel waren d'r wel sapristi hij kon zc niet tellen, zeker wel honderd en allemaal anders en daar binnen jummig jummig nog, wat 'n kasten, cn allemaal vol, hecle sta pels >an 't fijnste laken, van dc duurste zij, mooier nog als toen Jeanc en Berbke hun communie hadden "gedaan; rollen linten van allerhande kleuren, zooals hij ze nog nooit had gezien nu begreep liij ook, waarvoor d'r zooveel juffrouwen en deftige hccren ach ter al die toonbanken stonden zeker om ze uit elkaar te houden, al die rijke spullen verdikkeme, dat was nog iets anders als z'n boerenbedrijf met z'n land, z'n paarden, z'n koeien; z'n -varkens, met z'n paar knechten en meiden daar had je nog een anderen kop voor noodig om de baas over dat alles te spe len, hoe was het mogelijk, dat je daar niet gek van werd en toch... niks grootsch, echte, vrien delijke, affabele lui, precies zooals Jcanc had geschreven „whad Anneke nu toch ook een deftige M;;damc 'n pleizier toen ze haar zuster zijn Trui weer zag ge pakt liad zij haar en gezoend, dal de stukken d'r af vlogen en hem liccfl ze ook een kus ge geven, een die klapte en (lirckt licbhen zc weer in hun eigen taal, in het plat van ïlolzheim gesproken zc kon hel nog als de beste, dut Anneke, al had ze liet in geen jaren gehoord 'I was alles zoo hartelijk, zoo echt gcmecjul van liaar neen J.canc hatl niets le veel ge zegd, effectief niets tc veel. En wal voor eten ze gehad hadden zoo iets had hij,nog nooit geproefd hij zou wel eens willen welen van welk beest dal vleesêh geweest was hij had er geen koe of varken uit kunnen kennen en wijn dal ze hadden ge dronken 'l was net of z'n hecle mond vol was geweest van één slok, of cr een halve kilo op z'n tong had gelegen; toen de sjampan- jc, net ol' het kittelde tegen je wang van bin nen, daarna die pikzwarte koffie in die kleine blauwe kopjes met gouden randen, daar zal geen cichorei in seldcrjenne nog neen en t laatst dat zoetig gedoe met al die gekke na men in die fijne glaasjes, zoo dun als klatspa- pier, waar z'n Trui zoo gek op was dal was nu eerst eten en drinken geweest Jeanc mocht blij zijn, als hij hel later ooitjsoo zou hebben op het diné van den Gouverneur; 's middags waren zij uit rijden geweest in twee voitures niet deftige koetsiers op. den bok met zilveren koorden op hun jassen; z'n zwa-» ger had hem een hoogen hoed opgezet mei vier blinkende streepen; ook een nieuwen jas had hij moeten aantrekken en ook z'n Trui had den ze van onder tol boven op nieuw aange daan. Rejale lui hij zou zich nooit kunnen revcngccrcn, van z'n leven niet bepaald een bof voor Jcanc en Berbke, dat zii in zoo'n huis warén terecht gekomen. Echt hartelijk en fideel licj afscheid- dien avond zc hadden absoluut moeten beloven weer eens gauw terug te komen, vooral An neke hatl er op aangedrongen, maar dat deden zc niet; zij waren geen klaploopers zc wil den niet van anderen profilceVen, als ze niet hetzelfde zouden kunnen terug .geven ze hadden ook hun pontcncur renar pleizier hadden zc gehad, daar ging niks van af. Dtr winter is voorbij. De ontdooide akkers zijn o|>eri vóór lief ont vangen van het nieuwe zaad, dnt na enkele maanden de velden zal o-crlijgen met het groene loof, met liet geel witte graan. Op dc boerenhoeven overal een druk gedoe» een rusteloos werken. Jeanc en Berbke zijn weer'teruggekeerd in hel ouderlijk huis. „Neen, zij zijn niet meer zooals vroeger", fluisteren Yoncken en zijn vrouw elkaar toe met droeven weemoed, als zij des avonds na harden arbeid alleen in lnln slaapkamer zit* ten 't was toch eigenlijk verkeerd geweest» dat z.ij hun kinderen naar Luik hadden ge stuurd zc hadden goed Fransch lecrcn spreken, "t ware fijne lui geworden,' dc fijnsta van heel ïlolzheim, maar tegelijk was ook dc grootsigheid cr in gekomen cn ook tegelijk hadden zij verloren dc lust in het boercnbe-«. drijf, 't pleizier in hel werk; vroeger Jcanc altijd hel eerste op, nog voor dat dc haan be gon tc kraaien cn nu... nu had je moeite dat je hem om zes uur uit z'n bed kreeg cn als hij achter den ploeg liep was l net of hij vijf cn twintig kilo lood in z'n bcencn had zitten; zoools hij daar gemodereerd voortsjoktc 't land zou dan ook lang niet zoo gauw klaai ziin als 't Vorig jaar op geen stukken na. 7 (\Yordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1919 | | pagina 5