0oor> de Deugd,
De Koekoekeklok.
(Slot.)
De lente maakte plaats voor den warmen
comer. Grootvader had veel van de hitte te
lijden en werd steeds zwakker; slechts met dc
grootste insponning kon hij zijn werk „ver
richten en Karei durfde niet eens meer vra
gen, wanneer Vader en Moeder terugkwamen,
omdat dc oude man dan zoo droevig zuchtte.
Daar werd op zekeren morgen, gelijk met
den zak, ook een brief uit den wagen gewor
pen. Toen'dc trein voorbij was, raapte Groot
vader hem op, las hem cn zei: „\Vcest blij,
kinderen! God heeft jullie gebeden verhoord;
Vader is weer gezond en hoopt spoedig met
Moeder thuis te komen."
Dat was een vreugde! Karei liep hel bosch
in om het goede nieuws aan dc hazen, de^
reeën en de eekhorentjes te vertellen. Toen
plukte hij zooveel bloemen, als hij maar dra
gen kon en vulde daarmee alfcc vaasjes cn gla
zen om te maken, dat alles cr heel feestelijk
uitzag. Grootvader zei glimlachend: „Die bloe
men zullen wel verwelkt zijn, als Vader en
Moeder komen, want zoo gauw zal dat nog
niet gebeuren, kinderen!"
Maar Karei Het zich niet uit het veld slaan,
en hoewel het een snikhoctc dag was, bleef
hij den heelcn tijd druk bezig.
's Avonds ging Grootvader, die zich zwak
ker dan anders voelde, in den grooten leu
ningstoel zitten. Dc kinderen zetten zich bij
hem op den grond, en vlochten kransen van
dc meegebrachte bloemen.
Na ecnigen tijd zagen zij. dat Grootvader
was ingeslapen, en zachtjes, om den ouden
aan niet le storen, nam Karei zijn zusje bij
je jiand en bracht haar in dc keuken om daar
un boterhammen te eten en hun melk te
rinkeu. Toen zjjj weer binnen kwamen, .sliep
'rootwwfer nog. "Zachtjes nnfkten zij -even zijn
fhangende hand j*an en zeiden: „Wel tc rus-
'en, Grootvader!" en gingen naar bed.
Dc kinderen sliepen spoedig in. Midden in
den nacht werd Karei gewekt door een hevigen
Slag. Toen hij verschrikt overeind ging zitten,
was de heèle kamer helder verlicht, maar
een oogenblik later weer donker. Iïet lichtte
e\ onweerde onophoudelijk, de storm loeide
ei de regen kletterde tegen dc ramen. Dc
arme, kleine Karei, die bij zulk weer nog
nooit alleen was geweest, begon angstig om
zijn moeder te roepen, totdat het hem plotse
ling inviel, dat Moeder ver weg was. Toen
riep hij zoo hard als hij kon: „Grootvader!
grootvader}" maar Grootvader hoorde hem
niét en door zijn geschreeuw maakte hij Ma-
:otje wakker, die angstig begon tc schreien.
Daarop nam hij zijn zusje in zijn armen cn
kroop met haar onder de dekens, waar zij,
oen het weer wat bedaarde, weldra weer- in
liepen.
Dc zon stond rtife'ds lioog aan den hemel,
toen dc kinderen den volgenden morgen wak
ker werden. Karei wachtte, want Grootvader
kwam hen altijd roepen, maar dat duurde van
daag zóó laiig, dat de jongen ongeduldig werd.
het bed uitsprong cn zich z.elf en Ma rietje aan
kleedde. Samen gingen zij nu naar fle keuken.
Andere morgens stond daar hun ontbijt ge
reed, doch nn was hiervan niets tc bespeuren
en moest Karei zich zelf cn zijn zusje helpen.
Toen zij de woonkamer binnenkwamen,
dacht Kh'^éi, dat hel nog heel, heel vroeg
moest zijn. 'eigenlijk pn.s den vorigen avond,
want Grootvader zat nog altijd in den leu
ningstoel ie slapen.
Karei keek' haar dc klok. Wat schrikte hij!
Zoo iels had hij nog nooit gezien. liet kleine
deurtje stónd' Wijd open en de koekoek keek
er uit met uitgestrekte vleugels en openge-
spcrde'n snavel,"/onder eenig geluid te geven.
„Grootvader, grootvader, lcijlc toch eens
naar den koekoek! Grootvader, wordt dan
wakkerl ))en z0o bang!" cn hij schud-
n ouden man Dij den arm.'
vergeef'. Grootvader was voorgoed ingc-
h.sjirn zacht en kalm doch de kinderen
begrepen dit niet.
Toen Karei door het open venster het gc-
i u-p der koekoeken hoorde, begon hij te lel-
Negen uur al! Zóó lang heeft Grootvader
nog nooit gésiap'ên!" En nu schoot het hem
tc binnen, daV Grootvader dc spoorbaan meest
vegen, cn hij 'ging naar buiten.'
Daar stond Plans op zijn stukje brood te
wachten. Ka ril j*rve'ldc het «dier en rei: -Groot
vader «li maar Ti iet wakkei- worden, JlansT'
To^n hij iairgs dc spotrM>aan keek, zag hij
overal de 'sporen van den nachtelijken storm.
Bladeren cn a{gebroken takken lagen over de
rails verspreid. Karei nam den bezem, die nog
grooter was dan hij zelf cn'begon ic vegen.
Ma rietje hielp hem de takken oprapen.
Zoo was 'de haan spoedig een heel eind
schoon, 'maar datir, waar zij een kleine krom
ming maakt» lag een dikke hoorn cr dwars
over heen, cn hóe karei cn Marietje ook duw
den en trókken, /.ij konden den boom niet be
wegen.
Wat nu te docn?~De trein kon er stellig niet
overheen en er zou misschien een groot onge
luk gebeuren, als 'de machinist den bcrom niet
tijdig genoeg in het oog kreeg en den trein
kon doen stilstaan. Karei liep het huis weer
in om Grootvader nog eens te roepen, maar
hei hielp niet
.Grootvader slaapt nog even vasl," zei hij,
toen hij weer buiten kwam, „wat moot ik
cl oen?'*
Daar kwam hero liet mooie roode vlaggetje
•ju de gedachte en ook. dat Grootvader hem
eer.-» verleid had, dat hel tot toeken diende
c»m den trein ic doen ophouden, ais cr g£-
vanr dreigde als men iels tc zoggen had.
Nu wisf Karei, wat hij doen moest.
D zon steeg steeds hoogèr aan den hemel.
Hét was, reeds lang geleden, dat de koekoeken
he! laatst geroepen hadden; hoor, daar be
gonnen zij weer: .Koekoek, koekoek!" Karei
teldr elf keer. Hij v.kt. waar het vlaggetje
stond. Snel mask ié hij het bandje los en ging
ap de welbekende plaats slaan.
Zijn zusje, die vnp dat alles ïficts begreep,
trippelde achter hem aan Eerst wilde hij
naar binnen sturen, maar hij bedacht zich
cn ei ernstig:
Marietje.'m moot je doodstil blijven slaan
«nj.od bidden.'dat zij ons zullen zien, want
tij kunnen nirt o\- dkm dikken boom heen.
Hoor,'dani komt hij daar is hij!" En ui!
tfe verte Klonk he; schelle fluitje.
Reeds op grooten afstand zag de machinist
dc roode vlag wapperen. Wat zou dat betee-
kenen? De trein ging steeds langzamer en
hield eindelijk stil. De conducteurs en dc rei
zigers keken nieuwsgierig, wat or te doen was
en zagen verbaasd naar het vreemde toonecl-
tje.
Daar stond in het hoogc gras een kleine jon
gen, met wangen rood van angst en vermoeid
heid, terwijl hij met groote krachtsinspan
ning den stok omhoog hield, zoodat de roode
vlag boven zijn krullen wapperde.
Naast hem lag een klein, blond rnCisjc in
hel gros geknield, cn hief afwerend de hand
jes op voor den trein, cn aan zijn andere zijde
stond een slanke ree.
De conducteurs sprongen uit den trein.
..Wat doen jullie hier, kinderen? .Waar
is de haanwachter?'' vroegen zij.
..Grootvader slaapt nog altijd,'' antwoordde
Karei, „en ik kan hem niet wakker krijgen. En
do koekoek slaapt ook; hij zit voor zijn deurtje
me! den snavel open, maar hij roept niet" En
hij ging voort:
„Maar de koekoeken in het bosch hebben
gezegd, dat hel elf uur is en toen heb ik de
vlag gekregen. Wal verderop ligt een groote
boom over de rails en wij konden hem niet
wegtrekken."
Verwonderd luisterde men naar "jietgeen de
jongen zei. Ook dc reizigers war'en nu uitge
stapt en zij gingen met Karei mee naar bin
nen. Daar zagen zij den ouden man ziften en
zij bc-grcpen dadelijk, wat er gebeurd was Zij
prezen den jongen, die zich zoo flink had ge
dragen en den trein voor een ernstig ongeluk
bewaard had.
Een blcekc dame, geheel in het' zwart ge
kleed, trok den jongen naar zich toe en zei
mei tranen in de oogen:
„Wie. weet. of zonder jou mijn arme kinde
ren nu ook niet moederloos waren, want hun
vader is in den oorlog gesneuveld."
„Vader is 'ook in den oorlog geweest," ver
telde Karei nu, „en Moeder is bij hem run hem
Tc verplegen. Vaüw is 'al veel 'béter en zij ko
men gauw samen thuis."
Toen de dame Kareis naam hoorde, bleolc
het, dat zij dc* moeder der kinderen heel goed
kende-, want haar man was in hetzelfde hos
pitaal verpleegd al.1} Kareis Vader. Zij kon
den kinderen dus vcqI vertellen en zei, dat
haa ouders stellig binnen enkele dagen terug
zoiiden komèli.
Daar was Karei blij om en hij merkte in 't
geheel niet. dal zij Grootvader opnamen en
wegdroegen. Toen hij echter don leegen stoel
zag, riep hij: ..Grootvader is wakker; ik wil
naar hem toe!"
Toen nam de dame de beide kinderen op den
schoot en vertelde hun, dat Grootvader voor
goed was ingeslapen, omdat hij zoo oud en
zwak was. Daarop gaf zij den kinderen bloe
men in de hand en bracht hen naar Grootva
ders kamer, waar de oude man op zijn bed
was neergelegd, maar met een laken bedekt-
zoodal de kinderen hem niet zagen. Zij liet
hen de bloemen op het bed leggen en daarbij
rolden haar de tranen over de wangen Karei
en Marietje schreiden ook, hoewel zij niet
goed begrepen, wal dit alles beteekende.
Intusschen had m^n den b,o om van de rails
verwijderd en kon dc trein dus verder gaan.
Een oude conducteur bleef bij dc kindéren
achter om als baanwachter dienst tc doen.
Drie dagen daarna kwamen Vader en Moe
der thuis. Jullie kunt natuurlijk begrijpen, bo^
blij de kinderen waren cn de ouders waren
ook dankbaar, dal zij hui» kinderen in gezond
heid weerzagen, al waren zij lieel bedroefd,
dat Grootvader was afgereisd naar het Verre
Land. Zij gunden den man echter zijn rust.
Vader was nog lang niet voldoende aange
sterkt en zijn wond aan den arm hoewel
genezen maakte het hem onmogelijk zijn
handwerk van slotenmaker weer op te vatten.
Hij had gehoopt bij Grootvader in het bosch
weer hcelcmnul gezond dc worden om dan
later voor zijn familie het brood te kunnen
verdienen.
De baanwachter, die zoolang Grootvaders
dienst had waargenomen, had ook vrouw en
kinderen, cn die moesten hij hem komen wo
nen. Als hij daar bleef, dan moesten Kareis
ouders het aardige huisje verlaten. Maar waar
zouden zij heengaan?
Doch cr kwam onverwachte hulp door tus-
schenkomst der vreemde dame uit den trein,
die een goed woord voor het gezin had ge
daan. Op een morgen bracht Karei een groo
ten brief mei rood lak binnen, die uit den trein
was geworpen. Daarin stond, dat Kareis va
der werd aangesteld als bosch wachter in het
bosch, evenals Grootvader geweest was Ook
stond cr in, dat dit geschiedde omdat hij zich
zoo dapper gedragen Tipd, -maar vooral, omdat
zijn zoontje door zijn flink optreden den trein
voor een groot ongeluk bewaard had.
Nu was er weer vreugde in het huisje van
den baanwachter. De ouders omarmden den
jongen en Karei huppelde vroolijk het bosch
in cn riep:
„Hoor jullie het, koekoeken? Wij blijven hier
bij jullie in het heerlijke bosch! Koekoek!
Koekoek! Weest dan locli blij!"
En als antwoord op z.iin jubeltoon klonk hel
ontelbare malen door het woud: „Koekoek,
koekoek, koekoek!"
De oude f3:4ebc3iw.
door Herman n a.
Ze waren met een troepje van /.es op dc zon
nige speelplaats djp- school aan het touwtje
springen, dicht bij 't hoogc hek van latwerk,
waar je den non-boom door kon zien. Hij stond
op oen verwaarloosd plekje, grond naast de
speelplaats. Daar lierden brandnetels en dis
tcis welig tusschen de meidoorn- en vlierstrui
ken, waarvan de takken hoog waren opge
schoten, terwijl de taaie stengels van de klim
mende, wilde boekweit cr zich omheen hadden
geslingerd, 't Was cr een waibosch van door
en in elkaar groeiende struiken en planten,
maar dc notcboom, de oude noleboom, stak
cr met zijn eerwaardige kruin machtig boven
uit als een koning, die zijn gebied overziet
Die notcboom was een groote vrind van dc
kinderen. Hoeveel neusjes zich in 't speel
uur wel legen 'l latwerk drukten om naar hem
tc kijken' Als hij niet zoo'n oude, verstandige
noleboom v ;>s geweest, zou hij er bepaald
trotsch op zijn geworden, maar nu wist hij
wel beier en begreep hij best, waar 't hun
eigenlijk om ic doen was om zijn n o-
en! Dc morsten rolden helaas iusschen dc
brandnetels «"nar toch. een enkele kwam dichl
bij T latwek te land, zoodat lenige vingertjes,
met takjes en stokjes geduldig peuterend, ze
wel naar zich loc konden halen, en dan die
pret om cr den groenen bolster af te doen cn
de noot tc kraken op de steenen, onder <len
voet, of tusschen sterke, witte tandjes!
„Hè nee, k schei er uil," zei Mies; ,,'k word
zoo warm van 't springen!"
„Ik ook. 'i Gaat ook niks leuk meer; die Jo
draait zoo vervelend," riep Lina, die er ge
noeg vun kreeg, omdat ze telkens „af" was.
„Gaan jullie mee, kijken of er noten zijn?"
„Zeg, daar heb je dal kind van Rietspaan!
Net doen of wc haar niet zien." En Bertha
nam Truus en Gonnc bij den arm en draaide
zich opzettelijk zóó, dat .,'t kind van Riet
spaan" gelegenheid kreeg dcbrcède haar-
strikken van 't drietal te bewonderen.
„Mag ik meedoen? Wat spélen jullie?" klonk
't op den ietwat zaivgcrigen toon van een
Oostersch kind.
„Niks." antwoordde Lina snibbig.
„Hè, flauw! Je bent toch aan 't touwtje
springen! Z i c ik toch, ja?"
..Als je 't ziet, waarom vraag je 't dan nog?"
„Nou ja! Zal ik voor jullie draaien?"
„Nee; We scheien er uit."
„Wat gaan jullie dan nou doen?"
Jo haalde baar schouders op. „Och!"
Ze'duwde zoo'n beetje tegen elkaar aan, de
zes; ze giegelden en smuusperden met elkaar
en Doortjc Rietspaan stond er naar te kijken
met haar groote, donkere oogen, die nu nog
grooter en donkerder geleken.
»»Als 'k jarig ben, mag ik van mijn tante
meisjes vragen," zei ze op eens; „maar als jul
lie zoo vervelend doen, vraag ik je lekker
niet."
„We zouden toch niet gekomen zijn. niet
waar Lien?" gicgeldc Gonnc, terwijl de an'
deren het uitproestten.
„Verbeeld je, op een partijtje hij dat kind!"
„Nee, geen partij," verbeterde Doortjc eer
lijk; spelletjes doen en raadseltjes opgeven en
zoo
„Raadseltjes opgeven ^n zoo," bouwde Truus j
haar na.
„Dank je, hoor; da's goed voor -bewaar-
schoolkiiiderljcs
De tranen sprongen Doortjc in de oogen.
Overmorgen zou /c jarig zijn en nu had tante
Vandaag gezegd, dat ze. een paar kennisjes op
visite mocht hebben.
Met een blij hartje was ze naar school ge
huppeld. Als ze met zóó'n invitatie kwam, zou
den ze -haar toch wel meetellen, dacht ze, en
ze had speeluur haast niet kunnen afwach
ten. Wie zc vragen zou? Zc was nog maar z.oo
korf hier op school!
„Wel," had tante gezegd, „de meisjes, die
't aardigst voor je .zijn."
Och, tante wist 't niet, dat de meisjes geen
van allen aardig voor haar waren. Doortjc
had 't nooit thuis verleid, omdat ze liet *oo
naar vond cn zich er ook over schaamde. Maar
ze had bij zichzelf gekozen: Mies, omdat die
er zoo vroolijk uitzag en Jo, omdat zc vrien
din met Mies was, en Truus, omdat alle
meisjes haar zoo aanhaalden en Ber I h n,
omdat zc naast haar zat. En nu, nu deden
ze zóó!
Doortjc keek met een brandend gevoel in
haar oogen naar dc meisjes, die geen acht'
meer op haar sloegen cn gehurkt op den grond
voor 't hek zaten.
Waarom sloten ze ér haar locli altijd builen?
Ze bedacht toch van alles om vriendelijk logen
ze te zijn met een griffel te leencn of een pot
lood of door soms voor tc zeggen. Als ze maar
eens wat heel groots kon doen, dan zouden ze
misschien ook wel een klein beetje van haar
gaan houden!
Doortjc keek verlangend naar 't vroolijkc
gedoe van haar zes klasgenootjes. Ginds wa
ren andere groepjes gezellig aan 't spelen ei>
z'jzij stond hier zoo-zielig alleen.
De wind ruisehtc door de takken van den
ouden notcboom. Rrt rrlrH rrt
Daar vielen weer een paar noten. Met een
harden plof kwamen ze op den goiul terecht-
„Hè jammer," zej Jo. „Weer allemaal
tusschen dc brandnetels! Geen een naar (lezen
kanl."
„Laat 's kijken, daar ligt cr een. O nee. 'I is
een omgekruld blad; wat vervelend!'
Gonne had opgezien. „O kijk, dat malle kind
va» Rietspaan eens!" riep ze.
„O, als de juffrouw dat ziet!"
Alle zes kwamen ze overeind en zc staarden
met open mond en oogen naar Doortjc, die vlug
over 't hoogc hek klauterde en nu met een
behendig sprongetje midden dussclien dc
brandnetels en distels terecht kwam.
„Die durft, zcgT' klonk hel bewonderend
van Jo. „Verbeeld je, dat de juffrouw cr nu
eens aankwam!"
„Kom hier slaan, Berllia; zoo, en jij ook,
Truus; anders ziet ze haar nog," riep Mies,
net alsof Doortje een van hun clubje was, die
zc moesten beschermen cn niet maar „dat
kind."
Zes neusjes tegen 't lakwerk gedrukt, z.cs
paar oogen glurend door dc tusschcnruimten,
vol aandacht turend naar Tt Kleine, donkere
figuurtje dut daar, of 't zoo maar niets was,
dapper op verboden terrein rondscharrelde
tusschen dc hoogc brandnetels, die haar in 't
gezicht sloegen, telkens als ze hukte, en de
scherpe dorens, die haar jurk-al hadden ge
scheurd en bloedige schrammen op haar ban
den achterlieten.
„Er moeten er wel een boel liggen! Maar
zeg. zoii jij 't durven?" vroeg Berlha.
„Nee hoor, al waren 't er honderd," ant
woordde Jo.
„Ze is cé zeker dol op!"
„Nou, zc vindt er ook nooit eens oen!"
„Nee, onidat zij niet hier op ons plaatsje
mag zoeken, nogal glad!" riep Mies. „Jullie
j'agen haar altijd weg."
„En jij dan? Net of jij 'L niet doel!"
„O, kijk toch eens wat oen schort vol. Z»^
komt alweer terug.'
„Als de juffrouw nu nog maar even weg
blijft."
Geen een zei: wal zou dat 'l is immers 't
kind van Rielspann maar!
Er waren ook meisjes uit andere klassen bij
gekomen cn allen stonden cr in dc grootste
spanning naar te kijken, hoe Doortje, zoo
vlug als of 't een dagelijksche toer Voor haar
was, weer over het hek klauterde.
Een beetje bedremmeld om 't aangegroeide
publiek, liep Doortje op de zes met T spring
touw toe. Wat zag zc er uit met dc blaren in
haar gezichtje, de beschramde handen en dc
leelijkc scheur in haar jurk!
„Daar," zei ze en zc liet dc punten van haar
boezelaar los, zoodat al de noten over den
grond rolden. „Voor jullie!"
Dc meisjes keken, alsof zc Latijn had ge
sproken.
„Toe dan, raap zc op," zei Doortje, terwijl
zc dc te veel naar 't hek gerolde noten terug-
schopte. En toen, snibbig tegen een kind uit dc
laagste klas, dat wou bukken: „Blijf d'r af,
jij is niet "voor jou!"
„En en jij hebt ze gehaald," stotterde
Mies nu. Jo, Trims en Lina waren al aan 't op
rapen.
„O, wat een hoop! Kijk toch eens, Mies!"
Nu lagen ze alle zes op den grond. Zakken
en blouses werden volgestopt en juist perste
Gonne de laatste in haar zak toen de bel luid
de.
„Hier," zei Mies haastig en zc wou Doortjc
een handvol toestoppen. „Waarom heb je zelf
niet meegegrabbeld?"
Maar Doortje hield haar handen op den rug.
Ze schudde van neen en keek bepaald heel
donker, toen Mies ze haar wou opdringen.
Op 't zelfde oogenblik kwam één der groote
meisjes Doortje zeggen, dat ze bij dc directrice
moest komen.
„Nu krijgt zc zeker een standje," zei Mies
halfluid, terwijl ze Doortje nakeek, die zoo
blij wegliep, alsof haar in plaats van een
standje een cadeautje wachtte. „Toch vreese-
lijk goedig van Haar, ons al die noten te ge
ven!"
„Ja; heb jé oit zoo'n mal schaap gezien?"
vroeg Gonnc lachende, waarna zc op haar
luidruchtige manier 't gebeurde aan meisjes,
die er. niet bij waren geweest, ging vertellen.
De andere drie kwamen er ook bij loopen,
maar Jo voegde zich bij Mies.
„Zeg, 'k vind het vreeselijk sneu, dat ze
haar toch heeft gezien. Zou ze erg boos we
zen?"
Mies haalde haar schouders op.
„Weet je, Jo, k heb er erg 't land over, dat
wc Doortje altijd zoo hebben geplaagd; ze is
toch eigenlijk wel een aardig kind cn
Jo gaf haar een duwtje. „Stil, de juffrouwl"
De lessen begonnen, maar Mies kon er niet
met haar gedachten bij blijven. Telkens keek
ze om. Kwam Doortjc nog niet? Dan was "t
zeker wel vreeselijk erg.
De noten lagen haar als lood in den zak.
Eindelijk, daar ging de deur open. De direc-
t rice bracht Doortje zelf binnen. Zc zag er
hcclcmaal niet boos uit, maar Doortje had een
behuild gezichtje. Nu fluisterde dc directrice
een hcelen tijd met dc juffrouw, die toen ook
heel vriendelijk tegen Doortje was.
In dé eerste oogenblikken zaten zc allen on
rustig heen en weer te draaien en haar aan te
staren.
Toen de les werd voortgezet, 'ging 't al wat
beter en toen de juffrouw begon te vertellen,
zooals zc 't laatste uur 's Donderdagochtends
altijd deed, werden ze weer geheel rustig.
't Was dan ook zoo'n mooi verhaal over een
jongetje, dal in huis ksvam hij een groot gezin,
waar dc kinderen niets lief voor hem waren
en hem nooit meetelden, maar die hij toch
langzamerhand door allerlei kleine vriende
lijkheden voor zich wist te winnen.
Mies' kon 't niet helpen, dat zc gedurig aan
Doortjc moest denken. Er waren cr wel meer,
die aan Doortje dachten. Dat kon je wel zien
aan het tot O vei» dc ooren kleuren van som
migen cn het niet durven opkijken van ande
ren. Maar Mies liet T niet bij denken alleen.
Om twaalf uur wachtte zc Doortje op cn stop
te haar op eens dc noten in de tosch, die kon
ze nu gewoon niet houden!
Doortje keek cr nu niet donker om. Neen,
zé lachte Mies, die haar gezellig een arm gaf,
toe, door haar tranen heen, en fluisterde, een
beetje verlegen nog, maar locli overgelukkig:
„Die cel ik nooit op ik bewaar zc onder
in mijn kastje en ik zal mijn Pa en Ma in
Indië schrijven, dat jij zoo lief Voor mij bent',
ja?"
Even later vertelde zij met een stralend ge
zichtje aan tante, dat haar beste vriendinnetje
op haar jaardag zou komen; aan die had z.e
genoeg; en of ze dan mocht blijven eten ook.
En op 't verwaarloosde plekje grond liet dc
noleboom, de. oude vriend van de kinderen»
voor en na al zijn noten tusschen dc distels
cn brandnetels rollen. Slechts enkele kwamen
cr nog terecht bij dc speelplaats, vlak bij t
hele. waar Doortjc toen dien ochtend over was
geklommen.
Van Teen Jongens.
Verhaaltje op rijm
door C H.
Tien jongens klimmen op een lick,
Zij lachen om den regen.
Op eens, o weel <laar tuimelt één,
Nu zijn cr nog maar negen.
De negen, die nog over_£ijn,
Die plukken fruit bij vrachten.
Maar ééntje valt cr uit den boom,
Zc blijven met hun achten.
Acht jongens zijn cr dus nU nog
Zc maken o zoo'n leven,
Tot Moeder d' ergste binnen roept,
Er blijven dus nog zeven.
Die zeven jongens ja, 't is heusch,
Die snoepen roode bessen,
Maar één krijgt het heel erg te kwaad.
Ze blijven met hun zessen.
Zes jongens loopen om het hardst,
Stil kunnen ze niet blijven,
Er valt pardoes één op zijn.neus.
Ze zijn nu met hun vijven..
Vijf jongens 't is dc helft nog maai
Beginnen luid te tieren.
Maar Vader pakt één bij zijn kraag
Ze blijven met hun vieren.
Vier jongens waden in een sloot,
Die diep is tot hun knieën,
r - zit er eensklaps op den grond,
blijven met hun drieën,
larie jongens hollen door dc wei,
Maar één is ontcvrcjen,
IIij loopt naar huis, speelt niet meer mee,
Zc zijn nu met hun tweeën.
Twee jongens spelen krijgertje.
Maar écn maakt te hard boenen.
Zoodat kom, reken zelf maar uit,
Er overblijft nog éénen.
Die ééne guit >s dus alleen,
Wat kan hij nu nog spelen?
Hij peinst en weet het wcrk'lijk niel.
Hij loopt zich te vervelen.
V-
Och, denkt hij, 't is alleen zoo saai,
Ik ga de and'ren zoeken.
En zie, hij slaagt er werk'Iijk in:
Hij vindt z' in alle hoeken.
Nu is het tiental weer compleet,
Zij blijven bij elkander;
Dat is hun leus. Geen raakt meer kwijt.
Want d' een past op den ander.
STAATSLOTERIJ
l.oog.te prUseu d«r 5. kIt»i««ÏV
TREKKING VAN DONDBRDAG 9 OCTOBER!
10,909: 10012. J
f 1.000 2104, mcl premie van 30,000.
f 400: 1411 1650 3466 3785 5190 7724 15021/
z 200 801 7439 11662 1 2194 12891 13469
18073. s
f 100 2124 3525 4703 5072 6113 11908 12179
11278 16895 21182.
f 701102 150 241 267 290 347 381 425 508 610.
643*819 889 966 1055 1159 1290 1298 1385 ll«'
1613 1628 1636 1638 1655 2051 2111 2151 2369
2402 2441 2199 2550 2574 2690 2753 2882 2024)1
2936 2910 «2995 3169 3216 3289 3329 3522 3530
3561 3567 3579 3659 3727 3780 1016 1112 1117,
4141 4171 4211 1261 1290 1397 4170 1179 4184'
4557 4562 1662 4718 4757 4988 5040 5103 5236
5277 5108 5121 5431 5447 5163 5615 5637 5720
5S31 5843 5948 6039 0045 6123 6143 6228 0485
0527 6842 68745 6947 7008 7331 7731 7753 7896
7813 7820 7851 7S86 7898 8103 8168 8415 8195
8831 8959 9014 9140 9184 9216 9143 9529 9861»'
9968 10220 10351 10429 10133 10518 1056i>.
10577 10688 10922 10925 11202 11511 115841
11622 11791 11800 11813-11852 11965 12051
123119
12315
12317
12598
12520
12530
12576
12553.
12676
12711
.12781
12806
12972
12971
13067.'
13143
13144
13247
13267
13282
13292
13.315
13420
13158
13550
13614
13969
13980
11952'
11087
14348
11101
.14546
14566
11588
11308
11620
116G0
14836
14812
'11999
15321
15338
1.5343
1539G
15412
15487
15551
15561
15341
13711
15314
15852
15918
16061
16096
16131
1G112
16168
16405
16617
16689
16712
10757
16961
10998
17533
17023
17923
18026
18068
18093- 18270
18322
18388
18656
18088
1877.4'
18836
18852
18SS6
19026
19031
19062
19075
191G2
19190
19352
19-106
19611
19658
19084-
19097
19871
10890
20031
20117
2U299
202»
20111
20501
20678
21033
21013
211017
21136
21199
21219
21239
21280
21133
21197
21523
21525 21606 21823 -21958.
NIETEN
85 118 146 162 210 223 248 256 257 287 283" 293
291 320 32! 372 402 516 57 1 578 615 625 629 631
661 709 748 753 SC4 871 901 951 1007 1150 1256
1285 1308 1327 1314 137S 1393 1122 1173 1505
'1506 1519 1526 1591 1595 1631 1660 1674 168S
1735 1718 1768 1772 1798 1827 1929 2018 2053
2080 2116 2130 2112 2262 2303 2347 2362 2399
2110 2136 2169 2510 2519 2528 2539 2571 2675
2677 2086 2733 2740 2758 2779 2825 2830 2S3Ï,
2S0I 2912 2951 3067 3072 30S1 3103 3158 3295
3317 3179 3-181 3517 3518 35S0 3532 3604 3608.
3609 3613 3-515 .3669 3677 3731 3712 380S 3912
3991 -1033 1036 1012 4051 4086 1121 1138 4130
4168 4175 4179 4212 4219 1248 1286 1317 4.323
4335 4358 4.372 4390 1129 1430 4152 1510 4514
1559 1573 -1609 4616 IG78 1722 1770 1772 47K1-
■1918 4919 4951 1982 4990 5016 5330 5031 5071)
509.3 5119 51.31 5198 5206 5216 3217 5238 527)
527.3 527S 5285 5311 5323 5378 5379 5406 5159
552S 5531 55.35 5568 5704 5716 5766 5779 5791
5825 5954 5960 5974 6109-6115 6142 6236, G273
6.311 0317 6355 6.383 6393 6530 C53U .6583 6589
6382 6629 6652 6653 6717 6771 6774 67S9 0*35
6886 0896 6897 6919 6967 6976 6978 0990 7013
7033 7088 7100 7193 7226 7256 727.3 7271 72811
7302 7355 7359 7379 73S2 7393 7397 7114 7157
7172 7174 7526 7527 7513 758» 7623 7691 770.7
7732 7775 7831 7857 7916 7970 8007 -8080 8198
8272 8313 S328 8336 8.319 S109 8136 8141 8151
8504 8372 8C03 SG35 S743 S7G1 8767 8777 8837
8911 8938 8952 S964 8976 9042 9050 9080 9102
9169 9175 9191 9289 '9295 9307 9327 9317 9365
937.3 9129 9171 9528 9536 9517 9570 9598 962»
9631 9641 9650 9659 9805 9811 98.35 990S 9917:
9919 9938 P992 9997 19032 10070 10111 1012.3
10201
10208
10312
10335
10339
10121
10-139
10154
10499
10510
1(1590
10G01
10607
10603
10579
10699
10*06
10812
10815
1(183!
10886
1098.1
10990
11040
11011
11046
11063
11082
11134
11178
111S3
.11204
11206
11212
11254
11270
11.381
11386
11414
11115
11158
11171
11135
11509
11667
1J 726
11769
11770
11781'
11840
11853
11857
11878
11921
1.1927
.iyjy
11911
11953
11964
119S1
12003
12023
12119
12125
1212<1
12197
12200
12225
12228
12237
12219
12255
12280
12305
12317
12435
12153
12183'
12514
12525
12527
12573
12619
12625
12626
12629
12669
12789
12810
12021
12943
1304:0
13017
13049
13142
13193
13195
13211
13226
13240
13250
13345
13368
13383
13425
13129
13439
13459
13152
.13465
13481
1353$
13588
13658
13673
13703
13735
13781
13817
13915
13962
133S2
139S5
14045
14058
11005
14095
1111!
11127
1-1238
14235
11290
113 2d
11351
11108
11138
14486
11491
11528
11331
1 -1555
11618
11705
11752
11753
11705
14801
i mi
14856
14-870
11921
14964
1 U73
11993
i mog
13018
15025
15031
13051
15078
15135
i37
1^159
15180
15223
15256
1 "906
15341
15.; IJ
15103
15445
15482
15480
15509
15510
15563
15509
15570
15622
15600
15662
15696 -
15715
15719
15725
15726
15818
15873
15916
15038
15941
16001
16028
16043
16079
16081.
Kil 2-1
16243
16322
16333
16315
16158
16462
15-171
16489
16500
16560
16017
16035
166&1
1 f.7 W
16721
16763
167G4
16790
16819
16823
115838
16S57
16862
16870
16876
168%
109611
169 n
17003
17008
17CG0
17160
17191
17192
17223
17245
'17244
17289
17451
17464
17513'
17559
17602
'17637
17675
17680
17727
17771-
17800
17818
17882
17911
17922
18O04
T8030*
18035
18061
18102
18138
18110
IS! 06
18205,
18206
18207
18232
18331
18372
18373
18416
18429
IR 176
18479
18486
18505
.18570
185711
18000
18727
18899
18813
18848
18885
18898
13919
18921
18936
1895i;
18965
18979
18983 j
18906
19000
19028
19085:
19123
19211
1022.il
19255
19305
19372
19402
12110
19131
lftflSj
10485
19513
19515
19537
'19560
19581
10565
10761'j
19597
19631
19673
19706
19750
19763
19326
19886
19810
19877
19880
19903
1993'.)
19971
19991
20027
20071
20087
20098
20132
20155
20174
20241
20269
20300
20316
20665
20385
20392
20419
20508
15!
20518
20323
205-11
20561
20569
20585
20607
20629
200-32
20068
20692
20715
20760
20769
20791
20877
20315
20922
20948
20985
20936
21021
21010
21045
21061
21066
21091
21101
21111
21106
21172
21224
21252
21343
21492
21493
21520
21553
21591
•21600
21622
21712
21760
217SS
21795
21811
21849
21380
21891
21920
21955
2198S.
Voriqe lijsi s-.onii - 12.351 orOer pnj£ vari
6 70, dit moet ziinNiet.