«mauw nt z tz
„DE EEMLANDER"
BUITENLAND
FEUILLETON.
De groote Liefde.
18® Jaarjjanö Wo. 142
pt- post f 2.JA 0" wrek <me' Sr»Hi Tcrrelcr nj
teren onseiukken) 0.15, uzondctlijko nummers
1 o.oi
AGBLAD
HOOFDREDACTEUR: M.. D. J. VAN SCHAARDENBURG
UITGEVERS: VALKHOFF C,
BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAI. HOCK utrscutscusstii,
INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513
Politiek Overzichi
Het werk, dat dr. Gooss na den oorlog
in het departement van buitenlandsche za
ken ie Weenen heeft verricht, is in Berlijn
Jia de revolutie van 9 November 1918 ter
tlhand genomen door dr. Karl Kautsky. Deze
toekende leider van de onafhankelijke so
ciaaldemocraten is na de revolutie als
'staatssecretaris aan het hoofd van het de
partement van buitenlandsche zaken geko
men. Een van de eerste dingen, die hij daar
•heeft gedaafT, is dat hij zich door de regee
ring Het opdragen de bescheiden over het uit
breken van den oorlog te verzamelen en uit
te geven. Die opdracht is gehandhaafd ook
na Kautsky's uittreden uit de regeering en
■als vrucht daarvan zal eerstdaags de uit
gave is aangekondigd op 10 December
verschijnen eene verzameling van bijna 900
'diplomatieke bescheiden. Te voren zijn
reeds gepubliceerd de Engelsche en Neder-
landsche vertalingen van een boek, waarin
Kautsky deze bescheiden heeft"H*èrwerkt.
Het buitenland heeft dus de primeur ge-
hu! van dezen arbeid, die volgens de voor
rede een tweeledig doel heeft, en wel: 1.
het Duitsche volk „de waarheid te doen
vernemen over hen, die tot dusver aan het
roer van den staat hebben gestaan", 2. aan
het ..wantrouwige buitenland te bewijzen,
dat het nieuwe régime geheel met het oude
heeft gebroken".
Het is zeer opmerkelijk, dat deze nieuwe
publicatie van stukken in de allereerste
plaais de gelegenheid aan de hand doet om
eene onjuistheid aan te wijzen in het werk
van dr. Gooss. Daaruit heeft men den in
duik gekregen, dat graaf Berchtold c.s. de
drijvers geweest zijn in de actie tegen Ser
vië en dat Duitschland zich daarin op sleep
touw heeft laten nemen. Van dien indruk
wordt men radicaal genezen door de mede-
d.'c!ir.;;en, die dr. Kautsky over deze zaak
doe' Daaruit blijkt, dat na den moord van
anrtshejiog Frans Ferdinand op 28 Juni
1914 te Ser-ajewo de Oostenrijksche regee-
ring besloten was tot den oorlog tegen
Servië. In een eigenhandigen brief, dien
keizer Wilhelm den 5en Juli ontving van
keizer Frans Jozef, wordt gezegd: „Ook gij
zult na de jongste, vreeselijk'e gebeurtenissen
in Bosnië de overtuiging koesteren, dat aan
een verzoening van het verschil, dat Servië
van ons scheidt, niet meer te denken valt,
en c?at de behoudende vredespolitiek van
•alle Europeesche monarchen bedreigd zal
zijn, zoolang deze haard van misdadige
agitatie te Belgrado straffeloos voortgezet
wordt."
De daarmee geheel overeenstemmende
meening van keizer Wilhelm leert men ken
nen uit een rapport van. den Duitschen am
bassadeur te Weenen von Tschirschky aan
Bon - rijkskanselier, waarbij de keizer kant
tekeningen heeft gemaakt. Dat rapport
•houdt het volgende in; de kantteekeningen
worden tusschen haakjes vermeld:
Graaf Berchtold zeide mij vandaag, dat
alles er op wees, dat de draden van de
samenzwering; waarvan de aartshertog het
slachtoffer is geworden, te Belgrado samen
liepen. De zaak was zoo goed overdacht,
dat men opzettelijk heel jonge lui voor de
nil voering van de misdaad had uitgezocht,
die slechts tot zachtere straffen veroordeeld
kunnen worden. (Niet te hopen! W.)
De minister sprak zeer bitter over de Ser
vische stokerijen.
„Hier hoor ik, ook bij ernstige menschen,
veelal den wensch, dat men nu eens grondig
met de Serviërs moet afrekenen. (Nu of
nooit! W.). Men moet den Serviërs, zegt
mer. eerst een reeks van eischen stellen en
als die niet aangenomen worden, krachtda
dig te werk gaan. Ik gebruik elke gelegen
heid van dien aard, om kalm, maar zeer na-
drukkelijk en ernstig tegen overhaaste stap
pen te waarschuwen. (Wie heeft hem daar
toe gemachtigd? Dat is heel dom! Gaat hem
in het geheel niets aan, daar het uitsluitend
Oostenrijk's zaak is, wat het nu denkt te
doen. Later wordt dan gezegd, als het ver
keerd gaat: Duitschland wilde niet
Tschirschky moet alsjeblieft dien onzin !a
ten! Met de Serviërs moet schoon schip ge
maakt worden en wel spoedig. W.)
„Vooral moet men zich eerst duidelijk
rekenschap geven, wat men wil, want ik heb
tot dusver alleen zeer onduidelijke gevoels
uitingen gehoord. Dan moet men de kansen
vfcn eenige actie zorgvuldig overwegen en
er om denken, dat Oostenrijk niet alleen in
de wereld staat, dat het plicht is, behalve
rekening te houden met zijn bondgenooten,
ook te letten op den algemeenen Europee-
schen toestand en zich in het bijzonder de
houding van Italië en Rusland in alle kwes
ties, welke Servië betreffen, voor oogen te
stellen. (Spreekt allemaal van zelf
enzijnwaarhedenalskoeien. W.)"
Dit stuk kwam van den keizer op 4 Juli
bij het ministerie van buitenlandsche zaken
terug. Reeds toen, voordat Oostenrijk nog
den geringsten eisch had gesteld, stand bij
Wilhelm vast: „Met de Serviërs moet schoon
schip gemaakt worden, en wel spoedig. (M i t
den Serben muss aufgeraumt
werden, u n d z w a r bald). De opvat
ting die door het boek van Gooss zeer ge
steund is, alsof Duitschland in de Servische
crisis alleen maar op sleeptouw genomen is
door Oostenrijk, dat het te veel vertrouwde,
is^volkomen ongegrond.
Op de onthulling, die het boek van
Kautsky bevat over de leidende rol, welke
Duitschland heeft vervuld in het conflict,
dat zich tusschen Oostenrijk en Servië heeft
ontwikkeld naar aanleiding van den moord
te Serajewo, volgen een reeks andere ont
hullingen, die te zamen een beeld geven
van het aandeel, dat Duitschland heeft ge
had in de gebeurtenissen, waardoor dit
conflict is uitgegroeid tot een wereldstrijd.
Met verrassende snelheid is dit in zijn
werk gegaan en telkens weer treft het ons
hoe Duitschland hier de drijvende kracht
geweest is.
Den 6en Juni heeft in het diepste geheim
bij den Duitschen keizer te Potsdam eene
samenkomst plaats gehad. Wat die samen
komst beteekende, verneemt men uit eene
aanteekening, die de Duitsche onderstaats
secretaris von dem Bussche heeft gemaakt
voor den staatssecretaris Zimmermann,
waarin vermeld staat:
„Op den dag, nadat de Oostenrijksch-
Hongaarsche ambassadeur in Juli 1914
Z. M. den Keizer den eigenhandigen brief
van keizer Frans Jozef, dien graaf Hoyos
had overgebracht, overhandigd had, en de
rijkskanselier v. Bethmann Hollweg en on
derstaatssecretaris Zimmermann te Potsdam
ontvangen waren, vond te Potsdam een be
raadslaging van militaire autoritei
ten bij Zijne Majesteit plaats.. Er namen
aan deel: excellentie Capelle voor Tirpitz.
kapitein ter zee Zenker voor den marine
staf, vertegenwoordigers van het ministerie
van oorlog en van den generalen staf. E r
werd besloten, in elk geval voor
bereidende maatregelen voor
een oorlog te treffen. Dienovereen
komstige bevelen 'ziin daarop uitgevaar
digd. Bron volkomen betrouw
baar. Bussche."
Van den beginne af dus" heeft de ge
dachte geheerscht, dat de actie, die werd
aangevangen, tot een oorlog zou kunnen
Dinsdag 9 Decembor 1919
bewijsnummer, elke regel meer 0.2<\ dicnstianbie.
dingen I -5 legel. 0.50. Vooi h»ndt! en bedrijf
bcsljan leer vooidecligo beprlingen lot hei herhuid
auvcrtccicn. b(J abonnement Lena drcuuira
bevallende da voorwaarden, wordt op aanvraag
tocrezondcru Bewijsnummer» 5 cent.
leidon. Men wilde aan Oostenrijk de vrije
hand geven tegenover Servië, en waartoe
dat kon leiden heeft de Duitsche regeering
erkend in het eerste witboek, dat zij bij het
begin van den oorlog openbaar maakte,
waarin zij verklaart:
„Oostenrijk moet bij zich zelf zeggen, dat
het noch met de waardigheid, noch met het
zelfbehoud van de monarchie te vereenigen
was, het gedoe aan gene zijde nog langer
werkeloos aan te zien. De K. en K. regee
ring stelde ons van deze opvatting in ken
nis en vroeg onze meening. Van heeler
harte konden wij onzen bondgenoot onze
instemming met zijn opvatting van den toe
stand betuigèn, en hem verzekeren, dat een
actie, die hij noodzakelijk achtte, om aan
de beweging in Servië, d e tegen het be
staan van de monarchie gericht was, een
einde te maken,"onze goedkeuring zou heb
ben. Wij waren ons hierbij wel bewust, dat
een eventueele oorlogsactie tegen Servië
Rusland op het tooneel brengen en ons
hiermee, overeenkomstig onze bondsplich-
ten, in een oorlog wikkelen kon."
Dat het Oostenrijk om oorlog met Servië j
te doen was, bewijst het protokol van.
de vergadering van den ministerraad voor
gemeenschappelijke aangelegenheden te
Weenen van 7 Juli. waarin als uitkomst van
de gevoerde beraadslagingen wordt gecon
stateerd:
„1. dat alle vergaderden een zoo spoedig
mogelijke beslissing van het geschil met
Servië in den zin van oorlog of vrede wen-
schen;
„2. dat de ministerraad bereid was, zich
bij de opvatting van den Hongaarschen mi
nister-president aan 4e sluiten, volgens
welke eerst gemobiliseerd zou worden, na
dat concrete eischen aan Servië gericht er
deze afgewezen zoomede een ultimatum ge
steld is.
„Daarentegen zijn alle aanwezigen
met uitzondering van den koninklijk Hon
gaarschen minister-president van meening,
dat een zuiver diplomatiek s if c-
c e s, al zou het ook met een diplomatieke
vernedering van Servië eindigen, w a a r
de 1 o o s zou zijn en dat daarom zulke ver
regaande eischen aan Servië moeten ge
steld worden, dat een verwerping te
voorzien is, opdat voor een radikale op
lossing langs den weg van militaire actie de
weg gebaand wordt."
Dit werd door graaf Berchtold aan den
Duitschen ambassadeur von Tschirschky
medegedeeld, die den ,Aen Juli naar Berlijn
berichtte: „Graaf Berchtold zeide, dat hij
zijn keizer, als dezen zich met zijne opvat
ting zou vereenigen, in elk geval zou raden
de eischen zoo in te richten, dat de aanne
ming er van uitgesloten leek."
De Duitsche keizer was het hiermee vol
komen eens. Dat getuigen de kantteekenin
gen, die hij geplaatst heeft bij een bericht
van von Tschirschky over het rapport, dat
graaf Berchtold aan keizer Frans Jozef heeft
uitgebracht over de besluiten van den mi
nisterraad van 7 Juli: De Oostenrijksche be
windsman zegt daarin, dat als de Serviërs
alle gestelde eischen mochten aannemen,
dat een oplossing zou zijn, die hem „zeer
onsympathiek" was, en dat hij er over na
dacht welke eischen men zou kunnen stel
len, die de aanneming voor Servië volstrekt
onmogelijk zouden maken. Daarbij merkt
de Duitsche keizer op: „Het Sandsjak ont-
ruimenf Dan is het zeker ruzieï Dat moei
Oostenrijk onvoorwaardelijk onmiddellijk
terug hebben om de vereeniging van Servië
en Montenegro te beletten en te zorgen,
~dat de Serviërs niet bij.de zee kunnen ko
men."
BuitP.niandsche Bsrichttu
P a r ij s, 7 D c. (R.) De nota van de geal
lieerden aan Duitschland is heden niet aan
geboden.
Parijs, 8 Dec. (N. T. A. Draadloos uit
Lyon). De nota waarvan dc Opperste Raad
Zaterdag den tekst goedgekeurd heeft, is
nog niet naar Berlijn gezonden. Waarschijn
lijk zal Dutasta haar hedenavond persoon
lijk aan von Lersner overhandigen. De ge
allieerden eischen daarin, dat Duitschland
zich formeel verbindt om zonder- verwijl het
protocol te teekenen cr. deskundigen te zen
den voor de regeling ven de bijzonderheden
der uitvoering van het vredesverdrag.
Volgens de Petit Journal zijn de strafbe
palingen, waarmede Duitschland in geval
van een weigering bedreigd wordt, zeer
zwaar. Deze bestaan n.l. niet in de bezetting
van een stad of een "stuk grondgebied, maar
In de opheffing van den wapenstilstand na
een opzeggingstermijn van drie dagen. Wat
daaruit zou voortvloeien, is kort en bondig
dc terugkeer tot den oorlogstoestand en de
automatische weder-instelling van de blok
kade.
Londen, 8 Dec. (R.) In het Lagerhuis
heeft Bonar Law in antwoord op een vraag
verklaard, dat tusschen de Geallieerde re-
geeringen en de Duitsche regeering onder
handelingen gaande zijn om tot een onmid
dellijke ratificatie van den vrede te komen.
Hij voegde daaraan toe: Ik heb weinig reden
om aan den gunstigen uitslag van deze
stappen te twijfelen.
B uk a r e s t, 7 Dec. (N. T. A. Draadloos
uit Lyon). Sinds Vaida Voivod op zich nam
een kabinet te vormen, dat men geschikt
acht den vrede te teekenen, heeft dit zith in
verbinding gesteld met de vertegenwoordi
gers der geallieerden om overeenstemming
te bereiken inzake de vredesvoorwaarden.'
Het is waarschijnlijk, dat de wenschen der
Entente en de eischen, die de binnenland'
sche politiek in Rumenië stelt, met elkaar
verzoend kunnen worden. Men 'noopt de
kwestie deer requisites, der beescherming
van minderheden en van het terugtrekken
dëï- Rumeensche legers op de door de con
ferentie bepaalde linie te kunnen oplossen
vóór de aan Rumenië toegestane termijn,
die 8 Dec. eindigt, is verstreken.
Washington, 7 Dec. (N. T. A.
Draadloos van Annapolis). Senator Hitch
cock zeide gister, voordat hij het witte huis
.verliet, tot den president„De 'toestand is
zoodanig, dot als van een von beide kanteif
de vredespalm wordt gezwaaid, de zaak in
notie kan komen." De presidgit antwoord
de: „Wij zullen het'zwaaien met de vredes
palm overlaten aan de andere zijde. Gij en
ik hebben alles wat wij konden gedaan en
de aansprakelijkheid ligt op de schouders
van anderen. Die zullen wij voorshands
daar laten rusten."
P s r ij s 7 Dec. (N. T. A. Draadloos uit
Lyon). In zijn laatste te Rome gehouden zit
ting behandelde de opperste economische
raad o. a. de bevoorrading van Armenië.
Onmiddellijk werden maatregelen getroffen
De raad onderzocht voorts de kwestie van
de betuling der douanerechten aan Duitsch
land bij 't overschrijden van zijn landgren
zen. De Duitsche regeering zou" verlangen,
dat dit geschiedde in goud, gelijk dit reeds
gebeurt ten aanzien zijner zeegrenzen. Do
gea-iieesclen weigeren Duitschland een der
gelijk voordeel toe te staan.
P a r ij s7 Dec. (N. T. A. Draadloos uit
Lyon). Een telegram uit Rome bericht ten
aanzien van de interventie van den H. S. ten
gunste der krijgsgevangenen, dat de eerste
interventie beestond in een aan kardinaal
Arnette gezonden brief, waarin de aaiisbis-
schop van Parijs wordt verzocht persoonlijk
stappen te willen doen bij C!?mrnèeau; op.
'!at de gevangenen de Kerstdagen in hurl
familiekring kunnen doorbrengen. De c-
de interventie van den H. S. bestaat ta
betuigen van adhesie aan den stap vei Ign
Zwitserschen Bondsraad ten gunste uer
spoedige invrijheidstelling der krijgssp van-
gemtt Deze betuiging van adhesie werd of
zal worden medegedeeld aan de regeer!u-en
der belli-.erenten door bemiddeling hunner
emboss.-£-urs of gezanten bij hef V*!irnnn.
Berlijn, 8 Dec. (W. B.) Vo'gens de
Berlijns^he bladen hebben vergaderingen
op het eiland Föhr, die door Deenscho par-
tijgangers waren belegd, zich uitgesproken
vóór een blijven van het eiland bij Duitsch-
lancl.
Brussel, 8 Dec. (H.-R Naar aanlei
ding van de arrestatie van den socialistic
schen afgevaardigde Jamei van het socia
listische gemeenteraadslid Longueville en'
win een zekeren Luys we-;ens deelname aan
de uitgave van de „Sociuiiste Beige", die tij-
dons den oorlog in Nedeiland verscheen,
hebben een aantal lokwe1' rs heden het
werk neergelegd en een protest geteekcncL
Volgens sommige dagbladen zou daardoor
één schip aan de kade zijn blijven liggen,
volgens de Peuple vier schepen.
Parijs, 8 Dec. (N. T. A. Draadloos).
De gehouden herstemming heeft tot resul
taat gehad, dat de Parijsche gemeenteraad
thans uit 47 herkozen en 33 nieuwe leden
bestaat. Wat de partijen betreft is de ver
deeling ül$ volgt: 50 aanhangers van het
„nationale blok", 5 liberalen of conserva
tieven, 3 radicalen of radicaal socialisten,
één socialistische republikein, één dissi
dente socialist en 20 unie-socialisten.
Washington, 7 Dec. (R.) De sena
toren Fall en Hitchcock, aan wie is opge
dragen te rapporteeren of Wilson door zijne
ziekte niet in staat is zijne plichten te ver
vullen, hebben gisteravond na eene confe
rentie van 45 minuten gezamenlijk verklaart,
dat Wilson in staat is zich een oordeel te
vormen over kritieke kwestiën.
Washington, 7 Dec. (N. T. A.
Draadloos). De kolenproductie was in de
drie laatste dagen 45 pet. van de normale
productie. Een nieuw bevel, dat is uitge
vaardigd, om kolen te weigeren aan vreem
de schepen, is gister van kracht geworden.
Daardoor wordt een besparing van 20,000
ton per dag verkregen.
Washington, 8 Dec. (N. T. A.
Draadloos uit Parijs). De staking in de
steenkolenmijnen is geëindigd, dè Ameri-
koansche voorstellen van Garfield, den con
troleur der steenkolenvoorziening, zijn aan
genomen. De regeling zal morgen in bijzon
derheden vastgesteld worden, terwijl het
embargo op de steenkolen dadelijk opgehe
ven zal worden.
Londen, 7 Dec. (R.) Volgens de dag
bladen is de mijnwerkersstaking geëindigd.
Tot dusver is het telegram nog niet beves-
tigd.
'Peking, 7 Dec. (N. T. A. Draadloos
uit Lyon). De Chineesohe minister van bui
tenlandsche zaken heeft een nota ge
zonden aan de Japansche legatie om
te verzoeken, dat men den consul van'
Foetsjoe ontheffe van zijn functies, dat men
schadevergoeding betale voor de Chineezcn,
die tijdens "de laatste incidenten werden ge
dood of gewond en ten slotte, dat de Japan
sche consul aan de Chineesche autoriteiten
dezer stad verontschuldigingen aanbiede.
De auteur van het boek „Lafheid" schuilt
■onder den naam van „Gezond Verstand.
Roman door v
AïfiïA WAHLEN BERG.
17
Daar er niemand naast haar zat en zij in
nachtgewaad was, moest zij toch zelve zijn
gaan liggen en het licht hebben uitgedaan.
Het verschafte haar intus'schen een eigen
aardige gewaarwording een zeker gevoel tc
krijgen van te bestaan, <lc plooien in haar Idee-
ren te betasten, haar eigen handen aan te ra
ken, haar ademhaling te bespeuren zooals die
haar borst op en neer deed gaan. De groote
leegte was over haar gekomen als een -don
kere golfslag, waarmee zij was neergeploft in
afgrond en duisternis, onuitsprekelijk grauw
en zonder uitkomst.
Had zij haar bewustzijn verloren?
Zij wist het niet. Zij wv.! slechts dat hetgeen
cr gebeurd was nu in zijn volle beteckenis
vóór haar stond.
Alleen! Alleen en arm! Niets om zich aan
vast te houden. Zelfs niet de angst en de on
rust. die in den laatsten tijd"haar dagen had
den gevuld en die in elk geval nog telkens te
rugkeerden tot een middelpunt van hoop.
Zelfs dit was-nu door de groote leegte wegge
nomen. Verloren! Hij was voor haar verloren!
Vil ca verlor
Een kreet wrong zich los uit haar keel, maar
zij verstikte dien door het laken tusschen haar
tanden te nemen, zoodat hij werd opgelost in
een zwalc kreunen.
Toch had zij geloofd in het onverbrekelijke
van den band. waarmee zij verbonden waren
geweest. Hadden zij hun hart niet voor elkaar
geopend? Hadden zij niet geleerd eikaars in
nigste gedachten te verstaan en elkanders we
zen te beminnen? En moest dat niet een liefde
wezen, die bestand was tegen jaren wach
ten s?
Sterven? Ja, de dood was altijd een toe
vlucht. Die zou haar kunnen redder, van eln-
delooze smart en pijn. Maar tot dit besluit tc
komen was immers hetzelfde als terugkeeren
in den afgrond van de groote leegte, waarin
zij 'pas verzonken was geweest. Dc groote
leegte, was dit nu het beste? Ja, zij verlangde
ernaar, want al veroorzaakte het binnentreden
van deze poort een afschuwelijke gewaarwor
ding, haar bewustzijn zou toch spoedig ge
noeg verdoofd zijn.
Maar toen zij zich met deze gedachte ver
trouwd trachtte te maken was er toch iets
in haar dat protestqerde. Was het haar frisch,
jong lichaam, dat aan het leven behoorde e 1
er tegen in opstand kwam? Ja/zij gevoelde
het als een misdaad het te laten vergaan. Was
het leven een genade om dankbaar voor te
zijn? Maar als dat leven nu één onafgebro
ken lijden moest worden, wnhet dan iets om
të bewaren en vast te hoad.sn?
De vertwijfeling en de verterende smart
grepen haar met nieuw geweld aan. Zij wierp
zicli om en om gcd r j dc sbapl.ooze uren
van den nacht, en niet voordat h:t begon te
dagen, viel zij eenige minuten in een lichten
sluimer.
liefeerste waarop bii het ontwTaken haar
blik viel, was de ring die nog aan haar vin
ger zat.
Zij had geen recht dien langer te dragen
Dien moest zij hem terugzenden, even als hij
het den Hare gedaan had. Tot zooveel geest
kracht moest zij zU?h dwingen.
En zij stond op. schoof haastig het .symbool
v? trouw, dat zijn plaats nooit verlaten had
sedert zij het daaraan gestoken had af, pakte
het in en voorzag het pakje van een adres.
Maar zij schreef er geen woord bij. Hij wilde
niels van b WC'er, en zij zou hem nooit
meer in don g treden.
Haar trol-, had zich plotseling laten gelden,
en dit was een trots die zich niet keerde tegen
hem, die niets meer van haar weten wilde
maar tegen de g-'J:ech> wereld. Zij kleedde er
zich in als in eer. pantser. Met opgeheven
hooi# cu a1a zou zij haar ongeluk dragen.
Wat zij dacht en gcvpcld'e zou niemand wc-
»ton. Zij had t -al h'irr h'»:t gegeven en de
gift was ver v orden. In de toekomst
■•zou-zij cr beter op passen.
De toekomt'
Met de ha::'.1 en in haar losgemaakte haren,
die feil bezig 'r>. erd? te maken, stond zij
"si'!I yóör den uegèl.
Zij verwond r-l<> zich over zich zelve. Zij
kon denken aan een loc-komst.
Was het weer haar jong bloed, liaar gezond,
frisch lichaam, dat meesprak en een toekomst
voor zich eischt.2? Welke geheimzinnige krach
ten waren het die in haar werden! Hadden
zij niet reeds haar gedachten teruggevoerd
tot het leven van iêderen dag?
Maar hoe zou zij kunnen leven zonder een
'hclJbr, ptralcnd doel, zonder een leidende
hand? Op goed geluk zou zij voortgaan, in ne
velen en alleen-
Zij zonk neer op een stoel bij de schrijftafel
en ondersteunde haar hoofd met haar handen.
Maar hierbij stiet zij met haar woorhoofd te
gen iets hards. Zij voelde wat hefc was. Ilct
w'as het boek waarin zij had zitten lezen toen
het pakje kwam. Het lag nog opengeslagen op
dezelfde plaats waar zij gebleven w as.
Het boek! Was het een toeval of een vinger
wijzing der Voorzienigheid dat zij onbewust
daartoe terugkeerde?
Ja, dit. was de steun, die haar langen tijd
staande zou kunnen houden.
Wilde zij blijven leven, dan was het met deze
hulp, waarop zij bouwen kon.
Aan twee menschen meldde zij den omkeer
in haar lot. De eene was haar moeder, de an
dere Edit Rennsburg.
Van haar moeder kreeg zij een brief vol iec-
derc woorden oh smeekbeden om weer thuis
te komen. Maar zij antwoordde dat ditj.on-
mogclijk was; zij had haar tijd noodig voor 1
haar werk cn de ongerustheid- harer moeder
zou zoodoende wel bedaren» Zoo overweldi
gend groot kon haar smart niet zijn, wanneer
haar dochter in staat was te werken, hier
van was zij overtuigd.
Edit schreef niet. Maar op een morgen
stond zij in Inga's kamer met haar oogen vol
tranen. Zonder een woord te spreken vielen dé
beide meisjes elkander om den hals en Inga's
lippen beefden onder den kus van haar vrien
din; zij waren bijna even bleek als haar ge
laat, maar "haar oogen waren droog en hel
der.
„Ik ben hier om je tc halen," zei Edit. „Je
vindt >n Lund evengoed cursussen in je vak
als hier."
Nu eerst kw am er een vochtige glans in In
ga's blik. Zij stond daar zwijgend en streed
met -£chzelve, want het was werkelijk een
verleiding, die tot liaar kwam, maar zij schua
dc het hoofd.
„Neen, Edit." zei ze „ik kan niet. Ik svect
niet hoe-ik het je zal zeggen, maar cr is niets
anders dan het werk dat mij helpen kan, zo6
hard en zoo streng mogelijk. En terwille daar''
van moet ik alleen zijn."
Edit begreep niet. wilde niet begrijpen, et»
niet voordat dc pijnlijke uitdrukking op Inga'»
gelaat haar zei dat alle woorden om haar ovet
tc halen verspild zouden zijn, zweeg zij
trok zich terug. Zij zag in dat zij hier niet»
kon uitrichten.
En' zij moest naar huis gaan, zonder haat!
plan te zien slagen om haar vriendin uit haar'
eenzaamheid tc redden. Zij wist nu, dat, al ha®
Inga al haar naastbestaanden om zich heen,;
zjj zich toch even eenzaam en alleen zou gc-
voelen.
TWEEDE BOEK.
I.
Ih 1 [cipier van het boek, waarin zij las, waj
opeens veranderd van kleur, werd lichter cni
nam een geelachtigen tint aan. Zij keek op^
Nu ontdekte zij dat het gouden daglicht oven
de heelc kamer schoon. De zon moest einden
lijk door de nevelen heengebroken zijn, en ow
schoon zij aan den anderen kant van hef
dak rees, viel haar teruggekaatst schijnsel
naar binnen en verhelderde de wit gekalkt^
muren, halverwege bedekt met boekenkaste^
en het eenvoudige ameublement van een brui»
geverfde vurenhouten tafel cn stoelen, alle vatt
dezelfde grootte en hetzelfde model.
(Wordt vervolgd).