«mauw nt z tz „DE EEMLANDER" BUITENLAND FEUILLETON. De groote Liefde. 18® Jaarjjanö Wo. 142 pt- post f 2.JA 0" wrek <me' Sr»Hi Tcrrelcr nj teren onseiukken) 0.15, uzondctlijko nummers 1 o.oi AGBLAD HOOFDREDACTEUR: M.. D. J. VAN SCHAARDENBURG UITGEVERS: VALKHOFF C, BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAI. HOCK utrscutscusstii, INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513 Politiek Overzichi Het werk, dat dr. Gooss na den oorlog in het departement van buitenlandsche za ken ie Weenen heeft verricht, is in Berlijn Jia de revolutie van 9 November 1918 ter tlhand genomen door dr. Karl Kautsky. Deze toekende leider van de onafhankelijke so ciaaldemocraten is na de revolutie als 'staatssecretaris aan het hoofd van het de partement van buitenlandsche zaken geko men. Een van de eerste dingen, die hij daar •heeft gedaafT, is dat hij zich door de regee ring Het opdragen de bescheiden over het uit breken van den oorlog te verzamelen en uit te geven. Die opdracht is gehandhaafd ook na Kautsky's uittreden uit de regeering en ■als vrucht daarvan zal eerstdaags de uit gave is aangekondigd op 10 December verschijnen eene verzameling van bijna 900 'diplomatieke bescheiden. Te voren zijn reeds gepubliceerd de Engelsche en Neder- landsche vertalingen van een boek, waarin Kautsky deze bescheiden heeft"H*èrwerkt. Het buitenland heeft dus de primeur ge- hu! van dezen arbeid, die volgens de voor rede een tweeledig doel heeft, en wel: 1. het Duitsche volk „de waarheid te doen vernemen over hen, die tot dusver aan het roer van den staat hebben gestaan", 2. aan het ..wantrouwige buitenland te bewijzen, dat het nieuwe régime geheel met het oude heeft gebroken". Het is zeer opmerkelijk, dat deze nieuwe publicatie van stukken in de allereerste plaais de gelegenheid aan de hand doet om eene onjuistheid aan te wijzen in het werk van dr. Gooss. Daaruit heeft men den in duik gekregen, dat graaf Berchtold c.s. de drijvers geweest zijn in de actie tegen Ser vië en dat Duitschland zich daarin op sleep touw heeft laten nemen. Van dien indruk wordt men radicaal genezen door de mede- d.'c!ir.;;en, die dr. Kautsky over deze zaak doe' Daaruit blijkt, dat na den moord van anrtshejiog Frans Ferdinand op 28 Juni 1914 te Ser-ajewo de Oostenrijksche regee- ring besloten was tot den oorlog tegen Servië. In een eigenhandigen brief, dien keizer Wilhelm den 5en Juli ontving van keizer Frans Jozef, wordt gezegd: „Ook gij zult na de jongste, vreeselijk'e gebeurtenissen in Bosnië de overtuiging koesteren, dat aan een verzoening van het verschil, dat Servië van ons scheidt, niet meer te denken valt, en c?at de behoudende vredespolitiek van •alle Europeesche monarchen bedreigd zal zijn, zoolang deze haard van misdadige agitatie te Belgrado straffeloos voortgezet wordt." De daarmee geheel overeenstemmende meening van keizer Wilhelm leert men ken nen uit een rapport van. den Duitschen am bassadeur te Weenen von Tschirschky aan Bon - rijkskanselier, waarbij de keizer kant tekeningen heeft gemaakt. Dat rapport •houdt het volgende in; de kantteekeningen worden tusschen haakjes vermeld: Graaf Berchtold zeide mij vandaag, dat alles er op wees, dat de draden van de samenzwering; waarvan de aartshertog het slachtoffer is geworden, te Belgrado samen liepen. De zaak was zoo goed overdacht, dat men opzettelijk heel jonge lui voor de nil voering van de misdaad had uitgezocht, die slechts tot zachtere straffen veroordeeld kunnen worden. (Niet te hopen! W.) De minister sprak zeer bitter over de Ser vische stokerijen. „Hier hoor ik, ook bij ernstige menschen, veelal den wensch, dat men nu eens grondig met de Serviërs moet afrekenen. (Nu of nooit! W.). Men moet den Serviërs, zegt mer. eerst een reeks van eischen stellen en als die niet aangenomen worden, krachtda dig te werk gaan. Ik gebruik elke gelegen heid van dien aard, om kalm, maar zeer na- drukkelijk en ernstig tegen overhaaste stap pen te waarschuwen. (Wie heeft hem daar toe gemachtigd? Dat is heel dom! Gaat hem in het geheel niets aan, daar het uitsluitend Oostenrijk's zaak is, wat het nu denkt te doen. Later wordt dan gezegd, als het ver keerd gaat: Duitschland wilde niet Tschirschky moet alsjeblieft dien onzin !a ten! Met de Serviërs moet schoon schip ge maakt worden en wel spoedig. W.) „Vooral moet men zich eerst duidelijk rekenschap geven, wat men wil, want ik heb tot dusver alleen zeer onduidelijke gevoels uitingen gehoord. Dan moet men de kansen vfcn eenige actie zorgvuldig overwegen en er om denken, dat Oostenrijk niet alleen in de wereld staat, dat het plicht is, behalve rekening te houden met zijn bondgenooten, ook te letten op den algemeenen Europee- schen toestand en zich in het bijzonder de houding van Italië en Rusland in alle kwes ties, welke Servië betreffen, voor oogen te stellen. (Spreekt allemaal van zelf enzijnwaarhedenalskoeien. W.)" Dit stuk kwam van den keizer op 4 Juli bij het ministerie van buitenlandsche zaken terug. Reeds toen, voordat Oostenrijk nog den geringsten eisch had gesteld, stand bij Wilhelm vast: „Met de Serviërs moet schoon schip gemaakt worden, en wel spoedig. (M i t den Serben muss aufgeraumt werden, u n d z w a r bald). De opvat ting die door het boek van Gooss zeer ge steund is, alsof Duitschland in de Servische crisis alleen maar op sleeptouw genomen is door Oostenrijk, dat het te veel vertrouwde, is^volkomen ongegrond. Op de onthulling, die het boek van Kautsky bevat over de leidende rol, welke Duitschland heeft vervuld in het conflict, dat zich tusschen Oostenrijk en Servië heeft ontwikkeld naar aanleiding van den moord te Serajewo, volgen een reeks andere ont hullingen, die te zamen een beeld geven van het aandeel, dat Duitschland heeft ge had in de gebeurtenissen, waardoor dit conflict is uitgegroeid tot een wereldstrijd. Met verrassende snelheid is dit in zijn werk gegaan en telkens weer treft het ons hoe Duitschland hier de drijvende kracht geweest is. Den 6en Juni heeft in het diepste geheim bij den Duitschen keizer te Potsdam eene samenkomst plaats gehad. Wat die samen komst beteekende, verneemt men uit eene aanteekening, die de Duitsche onderstaats secretaris von dem Bussche heeft gemaakt voor den staatssecretaris Zimmermann, waarin vermeld staat: „Op den dag, nadat de Oostenrijksch- Hongaarsche ambassadeur in Juli 1914 Z. M. den Keizer den eigenhandigen brief van keizer Frans Jozef, dien graaf Hoyos had overgebracht, overhandigd had, en de rijkskanselier v. Bethmann Hollweg en on derstaatssecretaris Zimmermann te Potsdam ontvangen waren, vond te Potsdam een be raadslaging van militaire autoritei ten bij Zijne Majesteit plaats.. Er namen aan deel: excellentie Capelle voor Tirpitz. kapitein ter zee Zenker voor den marine staf, vertegenwoordigers van het ministerie van oorlog en van den generalen staf. E r werd besloten, in elk geval voor bereidende maatregelen voor een oorlog te treffen. Dienovereen komstige bevelen 'ziin daarop uitgevaar digd. Bron volkomen betrouw baar. Bussche." Van den beginne af dus" heeft de ge dachte geheerscht, dat de actie, die werd aangevangen, tot een oorlog zou kunnen Dinsdag 9 Decembor 1919 bewijsnummer, elke regel meer 0.2<\ dicnstianbie. dingen I -5 legel. 0.50. Vooi h»ndt! en bedrijf bcsljan leer vooidecligo beprlingen lot hei herhuid auvcrtccicn. b(J abonnement Lena drcuuira bevallende da voorwaarden, wordt op aanvraag tocrezondcru Bewijsnummer» 5 cent. leidon. Men wilde aan Oostenrijk de vrije hand geven tegenover Servië, en waartoe dat kon leiden heeft de Duitsche regeering erkend in het eerste witboek, dat zij bij het begin van den oorlog openbaar maakte, waarin zij verklaart: „Oostenrijk moet bij zich zelf zeggen, dat het noch met de waardigheid, noch met het zelfbehoud van de monarchie te vereenigen was, het gedoe aan gene zijde nog langer werkeloos aan te zien. De K. en K. regee ring stelde ons van deze opvatting in ken nis en vroeg onze meening. Van heeler harte konden wij onzen bondgenoot onze instemming met zijn opvatting van den toe stand betuigèn, en hem verzekeren, dat een actie, die hij noodzakelijk achtte, om aan de beweging in Servië, d e tegen het be staan van de monarchie gericht was, een einde te maken,"onze goedkeuring zou heb ben. Wij waren ons hierbij wel bewust, dat een eventueele oorlogsactie tegen Servië Rusland op het tooneel brengen en ons hiermee, overeenkomstig onze bondsplich- ten, in een oorlog wikkelen kon." Dat het Oostenrijk om oorlog met Servië j te doen was, bewijst het protokol van. de vergadering van den ministerraad voor gemeenschappelijke aangelegenheden te Weenen van 7 Juli. waarin als uitkomst van de gevoerde beraadslagingen wordt gecon stateerd: „1. dat alle vergaderden een zoo spoedig mogelijke beslissing van het geschil met Servië in den zin van oorlog of vrede wen- schen; „2. dat de ministerraad bereid was, zich bij de opvatting van den Hongaarschen mi nister-president aan 4e sluiten, volgens welke eerst gemobiliseerd zou worden, na dat concrete eischen aan Servië gericht er deze afgewezen zoomede een ultimatum ge steld is. „Daarentegen zijn alle aanwezigen met uitzondering van den koninklijk Hon gaarschen minister-president van meening, dat een zuiver diplomatiek s if c- c e s, al zou het ook met een diplomatieke vernedering van Servië eindigen, w a a r de 1 o o s zou zijn en dat daarom zulke ver regaande eischen aan Servië moeten ge steld worden, dat een verwerping te voorzien is, opdat voor een radikale op lossing langs den weg van militaire actie de weg gebaand wordt." Dit werd door graaf Berchtold aan den Duitschen ambassadeur von Tschirschky medegedeeld, die den ,Aen Juli naar Berlijn berichtte: „Graaf Berchtold zeide, dat hij zijn keizer, als dezen zich met zijne opvat ting zou vereenigen, in elk geval zou raden de eischen zoo in te richten, dat de aanne ming er van uitgesloten leek." De Duitsche keizer was het hiermee vol komen eens. Dat getuigen de kantteekenin gen, die hij geplaatst heeft bij een bericht van von Tschirschky over het rapport, dat graaf Berchtold aan keizer Frans Jozef heeft uitgebracht over de besluiten van den mi nisterraad van 7 Juli: De Oostenrijksche be windsman zegt daarin, dat als de Serviërs alle gestelde eischen mochten aannemen, dat een oplossing zou zijn, die hem „zeer onsympathiek" was, en dat hij er over na dacht welke eischen men zou kunnen stel len, die de aanneming voor Servië volstrekt onmogelijk zouden maken. Daarbij merkt de Duitsche keizer op: „Het Sandsjak ont- ruimenf Dan is het zeker ruzieï Dat moei Oostenrijk onvoorwaardelijk onmiddellijk terug hebben om de vereeniging van Servië en Montenegro te beletten en te zorgen, ~dat de Serviërs niet bij.de zee kunnen ko men." BuitP.niandsche Bsrichttu P a r ij s, 7 D c. (R.) De nota van de geal lieerden aan Duitschland is heden niet aan geboden. Parijs, 8 Dec. (N. T. A. Draadloos uit Lyon). De nota waarvan dc Opperste Raad Zaterdag den tekst goedgekeurd heeft, is nog niet naar Berlijn gezonden. Waarschijn lijk zal Dutasta haar hedenavond persoon lijk aan von Lersner overhandigen. De ge allieerden eischen daarin, dat Duitschland zich formeel verbindt om zonder- verwijl het protocol te teekenen cr. deskundigen te zen den voor de regeling ven de bijzonderheden der uitvoering van het vredesverdrag. Volgens de Petit Journal zijn de strafbe palingen, waarmede Duitschland in geval van een weigering bedreigd wordt, zeer zwaar. Deze bestaan n.l. niet in de bezetting van een stad of een "stuk grondgebied, maar In de opheffing van den wapenstilstand na een opzeggingstermijn van drie dagen. Wat daaruit zou voortvloeien, is kort en bondig dc terugkeer tot den oorlogstoestand en de automatische weder-instelling van de blok kade. Londen, 8 Dec. (R.) In het Lagerhuis heeft Bonar Law in antwoord op een vraag verklaard, dat tusschen de Geallieerde re- geeringen en de Duitsche regeering onder handelingen gaande zijn om tot een onmid dellijke ratificatie van den vrede te komen. Hij voegde daaraan toe: Ik heb weinig reden om aan den gunstigen uitslag van deze stappen te twijfelen. B uk a r e s t, 7 Dec. (N. T. A. Draadloos uit Lyon). Sinds Vaida Voivod op zich nam een kabinet te vormen, dat men geschikt acht den vrede te teekenen, heeft dit zith in verbinding gesteld met de vertegenwoordi gers der geallieerden om overeenstemming te bereiken inzake de vredesvoorwaarden.' Het is waarschijnlijk, dat de wenschen der Entente en de eischen, die de binnenland' sche politiek in Rumenië stelt, met elkaar verzoend kunnen worden. Men 'noopt de kwestie deer requisites, der beescherming van minderheden en van het terugtrekken dëï- Rumeensche legers op de door de con ferentie bepaalde linie te kunnen oplossen vóór de aan Rumenië toegestane termijn, die 8 Dec. eindigt, is verstreken. Washington, 7 Dec. (N. T. A. Draadloos van Annapolis). Senator Hitch cock zeide gister, voordat hij het witte huis .verliet, tot den president„De 'toestand is zoodanig, dot als van een von beide kanteif de vredespalm wordt gezwaaid, de zaak in notie kan komen." De presidgit antwoord de: „Wij zullen het'zwaaien met de vredes palm overlaten aan de andere zijde. Gij en ik hebben alles wat wij konden gedaan en de aansprakelijkheid ligt op de schouders van anderen. Die zullen wij voorshands daar laten rusten." P s r ij s 7 Dec. (N. T. A. Draadloos uit Lyon). In zijn laatste te Rome gehouden zit ting behandelde de opperste economische raad o. a. de bevoorrading van Armenië. Onmiddellijk werden maatregelen getroffen De raad onderzocht voorts de kwestie van de betuling der douanerechten aan Duitsch land bij 't overschrijden van zijn landgren zen. De Duitsche regeering zou" verlangen, dat dit geschiedde in goud, gelijk dit reeds gebeurt ten aanzien zijner zeegrenzen. Do gea-iieesclen weigeren Duitschland een der gelijk voordeel toe te staan. P a r ij s7 Dec. (N. T. A. Draadloos uit Lyon). Een telegram uit Rome bericht ten aanzien van de interventie van den H. S. ten gunste der krijgsgevangenen, dat de eerste interventie beestond in een aan kardinaal Arnette gezonden brief, waarin de aaiisbis- schop van Parijs wordt verzocht persoonlijk stappen te willen doen bij C!?mrnèeau; op. '!at de gevangenen de Kerstdagen in hurl familiekring kunnen doorbrengen. De c- de interventie van den H. S. bestaat ta betuigen van adhesie aan den stap vei Ign Zwitserschen Bondsraad ten gunste uer spoedige invrijheidstelling der krijgssp van- gemtt Deze betuiging van adhesie werd of zal worden medegedeeld aan de regeer!u-en der belli-.erenten door bemiddeling hunner emboss.-£-urs of gezanten bij hef V*!irnnn. Berlijn, 8 Dec. (W. B.) Vo'gens de Berlijns^he bladen hebben vergaderingen op het eiland Föhr, die door Deenscho par- tijgangers waren belegd, zich uitgesproken vóór een blijven van het eiland bij Duitsch- lancl. Brussel, 8 Dec. (H.-R Naar aanlei ding van de arrestatie van den socialistic schen afgevaardigde Jamei van het socia listische gemeenteraadslid Longueville en' win een zekeren Luys we-;ens deelname aan de uitgave van de „Sociuiiste Beige", die tij- dons den oorlog in Nedeiland verscheen, hebben een aantal lokwe1' rs heden het werk neergelegd en een protest geteekcncL Volgens sommige dagbladen zou daardoor één schip aan de kade zijn blijven liggen, volgens de Peuple vier schepen. Parijs, 8 Dec. (N. T. A. Draadloos). De gehouden herstemming heeft tot resul taat gehad, dat de Parijsche gemeenteraad thans uit 47 herkozen en 33 nieuwe leden bestaat. Wat de partijen betreft is de ver deeling ül$ volgt: 50 aanhangers van het „nationale blok", 5 liberalen of conserva tieven, 3 radicalen of radicaal socialisten, één socialistische republikein, één dissi dente socialist en 20 unie-socialisten. Washington, 7 Dec. (R.) De sena toren Fall en Hitchcock, aan wie is opge dragen te rapporteeren of Wilson door zijne ziekte niet in staat is zijne plichten te ver vullen, hebben gisteravond na eene confe rentie van 45 minuten gezamenlijk verklaart, dat Wilson in staat is zich een oordeel te vormen over kritieke kwestiën. Washington, 7 Dec. (N. T. A. Draadloos). De kolenproductie was in de drie laatste dagen 45 pet. van de normale productie. Een nieuw bevel, dat is uitge vaardigd, om kolen te weigeren aan vreem de schepen, is gister van kracht geworden. Daardoor wordt een besparing van 20,000 ton per dag verkregen. Washington, 8 Dec. (N. T. A. Draadloos uit Parijs). De staking in de steenkolenmijnen is geëindigd, dè Ameri- koansche voorstellen van Garfield, den con troleur der steenkolenvoorziening, zijn aan genomen. De regeling zal morgen in bijzon derheden vastgesteld worden, terwijl het embargo op de steenkolen dadelijk opgehe ven zal worden. Londen, 7 Dec. (R.) Volgens de dag bladen is de mijnwerkersstaking geëindigd. Tot dusver is het telegram nog niet beves- tigd. 'Peking, 7 Dec. (N. T. A. Draadloos uit Lyon). De Chineesohe minister van bui tenlandsche zaken heeft een nota ge zonden aan de Japansche legatie om te verzoeken, dat men den consul van' Foetsjoe ontheffe van zijn functies, dat men schadevergoeding betale voor de Chineezcn, die tijdens "de laatste incidenten werden ge dood of gewond en ten slotte, dat de Japan sche consul aan de Chineesche autoriteiten dezer stad verontschuldigingen aanbiede. De auteur van het boek „Lafheid" schuilt ■onder den naam van „Gezond Verstand. Roman door v AïfiïA WAHLEN BERG. 17 Daar er niemand naast haar zat en zij in nachtgewaad was, moest zij toch zelve zijn gaan liggen en het licht hebben uitgedaan. Het verschafte haar intus'schen een eigen aardige gewaarwording een zeker gevoel tc krijgen van te bestaan, <lc plooien in haar Idee- ren te betasten, haar eigen handen aan te ra ken, haar ademhaling te bespeuren zooals die haar borst op en neer deed gaan. De groote leegte was over haar gekomen als een -don kere golfslag, waarmee zij was neergeploft in afgrond en duisternis, onuitsprekelijk grauw en zonder uitkomst. Had zij haar bewustzijn verloren? Zij wist het niet. Zij wv.! slechts dat hetgeen cr gebeurd was nu in zijn volle beteckenis vóór haar stond. Alleen! Alleen en arm! Niets om zich aan vast te houden. Zelfs niet de angst en de on rust. die in den laatsten tijd"haar dagen had den gevuld en die in elk geval nog telkens te rugkeerden tot een middelpunt van hoop. Zelfs dit was-nu door de groote leegte wegge nomen. Verloren! Hij was voor haar verloren! Vil ca verlor Een kreet wrong zich los uit haar keel, maar zij verstikte dien door het laken tusschen haar tanden te nemen, zoodat hij werd opgelost in een zwalc kreunen. Toch had zij geloofd in het onverbrekelijke van den band. waarmee zij verbonden waren geweest. Hadden zij hun hart niet voor elkaar geopend? Hadden zij niet geleerd eikaars in nigste gedachten te verstaan en elkanders we zen te beminnen? En moest dat niet een liefde wezen, die bestand was tegen jaren wach ten s? Sterven? Ja, de dood was altijd een toe vlucht. Die zou haar kunnen redder, van eln- delooze smart en pijn. Maar tot dit besluit tc komen was immers hetzelfde als terugkeeren in den afgrond van de groote leegte, waarin zij 'pas verzonken was geweest. Dc groote leegte, was dit nu het beste? Ja, zij verlangde ernaar, want al veroorzaakte het binnentreden van deze poort een afschuwelijke gewaarwor ding, haar bewustzijn zou toch spoedig ge noeg verdoofd zijn. Maar toen zij zich met deze gedachte ver trouwd trachtte te maken was er toch iets in haar dat protestqerde. Was het haar frisch, jong lichaam, dat aan het leven behoorde e 1 er tegen in opstand kwam? Ja/zij gevoelde het als een misdaad het te laten vergaan. Was het leven een genade om dankbaar voor te zijn? Maar als dat leven nu één onafgebro ken lijden moest worden, wnhet dan iets om të bewaren en vast te hoad.sn? De vertwijfeling en de verterende smart grepen haar met nieuw geweld aan. Zij wierp zicli om en om gcd r j dc sbapl.ooze uren van den nacht, en niet voordat h:t begon te dagen, viel zij eenige minuten in een lichten sluimer. liefeerste waarop bii het ontwTaken haar blik viel, was de ring die nog aan haar vin ger zat. Zij had geen recht dien langer te dragen Dien moest zij hem terugzenden, even als hij het den Hare gedaan had. Tot zooveel geest kracht moest zij zU?h dwingen. En zij stond op. schoof haastig het .symbool v? trouw, dat zijn plaats nooit verlaten had sedert zij het daaraan gestoken had af, pakte het in en voorzag het pakje van een adres. Maar zij schreef er geen woord bij. Hij wilde niels van b WC'er, en zij zou hem nooit meer in don g treden. Haar trol-, had zich plotseling laten gelden, en dit was een trots die zich niet keerde tegen hem, die niets meer van haar weten wilde maar tegen de g-'J:ech> wereld. Zij kleedde er zich in als in eer. pantser. Met opgeheven hooi# cu a1a zou zij haar ongeluk dragen. Wat zij dacht en gcvpcld'e zou niemand wc- »ton. Zij had t -al h'irr h'»:t gegeven en de gift was ver v orden. In de toekomst ■•zou-zij cr beter op passen. De toekomt' Met de ha::'.1 en in haar losgemaakte haren, die feil bezig 'r>. erd? te maken, stond zij "si'!I yóör den uegèl. Zij verwond r-l<> zich over zich zelve. Zij kon denken aan een loc-komst. Was het weer haar jong bloed, liaar gezond, frisch lichaam, dat meesprak en een toekomst voor zich eischt.2? Welke geheimzinnige krach ten waren het die in haar werden! Hadden zij niet reeds haar gedachten teruggevoerd tot het leven van iêderen dag? Maar hoe zou zij kunnen leven zonder een 'hclJbr, ptralcnd doel, zonder een leidende hand? Op goed geluk zou zij voortgaan, in ne velen en alleen- Zij zonk neer op een stoel bij de schrijftafel en ondersteunde haar hoofd met haar handen. Maar hierbij stiet zij met haar woorhoofd te gen iets hards. Zij voelde wat hefc was. Ilct w'as het boek waarin zij had zitten lezen toen het pakje kwam. Het lag nog opengeslagen op dezelfde plaats waar zij gebleven w as. Het boek! Was het een toeval of een vinger wijzing der Voorzienigheid dat zij onbewust daartoe terugkeerde? Ja, dit. was de steun, die haar langen tijd staande zou kunnen houden. Wilde zij blijven leven, dan was het met deze hulp, waarop zij bouwen kon. Aan twee menschen meldde zij den omkeer in haar lot. De eene was haar moeder, de an dere Edit Rennsburg. Van haar moeder kreeg zij een brief vol iec- derc woorden oh smeekbeden om weer thuis te komen. Maar zij antwoordde dat ditj.on- mogclijk was; zij had haar tijd noodig voor 1 haar werk cn de ongerustheid- harer moeder zou zoodoende wel bedaren» Zoo overweldi gend groot kon haar smart niet zijn, wanneer haar dochter in staat was te werken, hier van was zij overtuigd. Edit schreef niet. Maar op een morgen stond zij in Inga's kamer met haar oogen vol tranen. Zonder een woord te spreken vielen dé beide meisjes elkander om den hals en Inga's lippen beefden onder den kus van haar vrien din; zij waren bijna even bleek als haar ge laat, maar "haar oogen waren droog en hel der. „Ik ben hier om je tc halen," zei Edit. „Je vindt >n Lund evengoed cursussen in je vak als hier." Nu eerst kw am er een vochtige glans in In ga's blik. Zij stond daar zwijgend en streed met -£chzelve, want het was werkelijk een verleiding, die tot liaar kwam, maar zij schua dc het hoofd. „Neen, Edit." zei ze „ik kan niet. Ik svect niet hoe-ik het je zal zeggen, maar cr is niets anders dan het werk dat mij helpen kan, zo6 hard en zoo streng mogelijk. En terwille daar'' van moet ik alleen zijn." Edit begreep niet. wilde niet begrijpen, et» niet voordat dc pijnlijke uitdrukking op Inga'» gelaat haar zei dat alle woorden om haar ovet tc halen verspild zouden zijn, zweeg zij trok zich terug. Zij zag in dat zij hier niet» kon uitrichten. En' zij moest naar huis gaan, zonder haat! plan te zien slagen om haar vriendin uit haar' eenzaamheid tc redden. Zij wist nu, dat, al ha® Inga al haar naastbestaanden om zich heen,; zjj zich toch even eenzaam en alleen zou gc- voelen. TWEEDE BOEK. I. Ih 1 [cipier van het boek, waarin zij las, waj opeens veranderd van kleur, werd lichter cni nam een geelachtigen tint aan. Zij keek op^ Nu ontdekte zij dat het gouden daglicht oven de heelc kamer schoon. De zon moest einden lijk door de nevelen heengebroken zijn, en ow schoon zij aan den anderen kant van hef dak rees, viel haar teruggekaatst schijnsel naar binnen en verhelderde de wit gekalkt^ muren, halverwege bedekt met boekenkaste^ en het eenvoudige ameublement van een brui» geverfde vurenhouten tafel cn stoelen, alle vatt dezelfde grootte en hetzelfde model. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1919 | | pagina 1