AMERSFOORTSCN DAGBLAD „de eemlander- Mn Kettingen™ Biipit feuIïTëtök TWEEDE BLAD. Staking. ARNHEM. Gestort Kapitaal Reserven Opgericht 1866. f 10.000.000 - 4.400.000 BUITENLAND Amersfoort en Omstreken. mmm Ho. i. telephöoh h 301 Fourneert Cheques op Binnen-enBuftenland, BINNENLAND Willem GroenMzen 1 De groote Liefde. Y8e Jaargang Mo. >56 Zaterdag 27 December 1919 f Het begin is „plesant", zooals onze zuide lijke naburen zich uitdrukken. Mijne lezers zntten zich waarschijnlijk kunnen ver plaatsen in mijne gelukkige stemming, nu ik, vo#r het eerst weer na jaren van isole ment, de grens naar België zou overtrek ken Ni» je, ik moest ook nu wachten op het visum ven den consul, noodzakelijk sinds een pas van een bevriende regeering niet jneer een erkend toegangsbewijs is in een bevriend land. En dat we vroeger naar Pa rijs ol Berlijn, naar Londen of Rome tiok- ken zander ander legitimatie-bewijs dan een visitekaartje, dat zijn we al lang vergeten. De nog noodige formaliteit, eenmaal met succes beëindigd zijnde, pas met visum eenmaal in ons bezit, trekken we zeer ge lukkig weeT even gemakkelijk naar Belgen- land els naar Friesland b.v. Zoo mijmerde ik, in den trein gezeten die mij over de altijd imposante Moerdijk- brug voerde naar het grens-station. Even *en ontgoocheling in Esschen. Hier is nog douane-toezicht. Maar dit ging snel en coulant als in de dagen van Olim. Uw kof fertje open. een blik er langs van den douanier en ge hebt uw krijtstreep, die u tot uitga ngs-punt strekt. De Belgische douane le Esschen is al even gemoedelijk als zijne collega's het vóór 1014 waren. En ik was dus in België. In de wachtka mer krijg ik voor een vriendelijk woord en negentig centiem een kopje koffie.Is er iels? Jfc merk onrust onder de gasten. Ook hier gaat het gerucht snel rond en een mi nuut latei weet ik dat de eerste trein naar Antwerp>n, in plaats van te 12 uur onge veer, van avond te 7.10 zal vertrekken. „Gebrek aan kolen" wordt er gemompeld. „Maatregel van de regeering" weet een uniiorm-gepette arbeider mij te vertellen; „er is staking in de Morinage, in de kolen mijnen weet ge?" En in goed Vlaamsch, dat wondervol gelijkt op goed-Nederlandsch, voegt hij er aan toe: „Dat is voor de eerste dagen weer een rotzooi". Gezellig is dat niet, in Esschen in het station te zitten, met de wetenschap, hier zeven lange uren te moeten wachten. Ge lukkig hebben wij, mannen van de politiek, altijd lectuur bij ons. En na den inwendigen mensch te hebben gesterkt met een simpel belegd broodje, ga-.ik mijn tijd gebruiken, nuttig ger/ uiken. Ik neenl de December aflevering van „De Opbouw" ter hand en ik weet dus zeker, dat ik me die paar uur niet zal vervelen. Thuis kan ik mijn gedachten goed co'n- centreeren op mijn werk. Als mijn kinderen "amen in de huiskamer converseeren of ravotten, alt mijn wouw met de naaima chine bezig is of met een vriendin babbelt, ik bliji kalm doorstudeeren of mijn artikel schrijven, als zat ik cellulair. Ook hier, in de stations-wachtkamer zou dat best gaan. Maar ik wil me wel laten afleiden, zeker als ik' ben, dat 'het hier straks heel rustig zal zijn. Het eerst wat me opvalt is de beweeg lijkheid van een heer, zijn prachtige baard en mooie öogen leeren mij, dat hij een Jood is Ik begrijp, wat er te doen is. 't Is Vrij dag: als hij niet vóór het invallen van den Sabbath fe Antwerpen kan zijn, zaj hij ge doemd zijn hier den rustdag door te bren gen. Hij zint blijkbaar op pogingen om zon der spoortrein Antwerpen nog vóór half*vier dan treedt de Sabbath in te bereiken. Een hab' uur later zie ik hem zijn koffertje opnemen; ik volg hem en.ik vind mijn vermoedens bevestigd. Een Utrechtsch wa gentje staat voor „de Staatsie" en zal hem in ongeveer 2 lA uur daar brengen, waar hij op tijd wil zijn, om den Sabbath als zijn bruid te begroeten. Een orthodove Jood heeft er wat voor over. de geboden der leer in acht te nemen. DEPOSITORENTE; een maand drie maanden een jaar opzegging 3°0 4°/o 31/ O' 2 10 Dan ga ik terug naar de wachtkamer, waar nog veel geroezemoes van stemmen is. Toch schijnt men over het algemeen gela ten te berusten in hét onvermijdelijk tijd verzuim. Tot, te ruim twee uur, er weer wat beweging komt. Enkele menschen pakken hun bagage op en begeven zich naar bui ten het station, waar enkele automobielen komen bewijzen, dat de ijzeren spoorweg niet meer onmisbaar is voor.menschen met een dikke portemonnaie. Ik hoor althans een der heeren tot een oude dame zeggen: „Voor vijfhonderd francs brengt hij ons naar Brussel". Er zijn vijf, zes auto's, of ze zijn besteld, dan wel of de moderne „snorders" een dagje O.W. gaan maken, op eigen initiatief, nu men in Antwerpen al moet we ten, dat het spoorweg-verkeer tot het uiler- ste is beperkt, ik weet het niet. Als de auto's zijn vertrokken is het weer rustig. In mijn buurt hoor ik een paartje overwegen, of zij ook per auto verder zullen gaan. Ik zie iets van vergeefsche onderhan delingen van een tiental Hollandsche dames met een chauffeur. Dan ga ik aan mijn lectuur. Ik merk heel weinig meer van mijne omgeving. Maar mijn gedachten blijven niet bij Casimir's „Klachten over ons onderwijs"; ze gaan tel kens weer na mijn zoo plesant begonnen reis en de te Antwerpen vergeefs wachten de gastvrienden, naar de Boringa, de sta king. Zal ze bij het Amersfoovtsch Dagblad be landen, het is een van die raadselen, die de stroomingen in het onder bewustzijn ons zoo dikwijls voorleggen. Maar zonder dat ik zelf weet, hoe ik er toe kom, zit ik plotseling mijn „politiek artikel" te schrijven voor ons blad. Een. „politiek" artikel? Het heeft er tot nu inderdaad weinig van. Maar in mijn brein jagen de gedachten-reeksen bij voortduring naar een centraal punt. Mijn artikel zal er ten slotte ook belanden. Ik bedenk, hoe onverantwoordelijk op dit oogenblik eene staking is. Afgezien van de vraag, wie „gelijk heeft" ik weet natuur lijk niet, waarom men staakt, met welk doel men staakt en of de leiders der arbeiders deze staking hebben gewild dan wel er toe zijn genoopt is in dezen tijd, nu inge spannen arbeid van iederen werker, nu ver- hooging.van de productie eerste eisch dei- samenleving is, elke staking uit den booze. Dat desondanks, bij herhaling, nu hier, dan daar stakingen uitbreken, het moet wel een gevolg zijn van de verderfelijke leer, dat kapitalisten en arbeiders of nog erger, dat kapitaal en arbeid eikaars natuurlijke vijanden zijn. O, als men toch in de kringen van de kapitalisten, zoowel als in die van de ar beiders, had ingezien, hoe in onze dagen meer dan ooit verzoening noodzakelijk is tusschen de groepen in de maatschappij, die tegenstrijdige belangen schijnen te heb ben, als men, m. a. s. toch de juistheid van het vrijzinnig-democratisch standpunt wilde toegeven, wat zouden er dan in het laatste jaar een massa stakingen niet zijn uitgebro ken, wat zou er clan een massa goederen méér zijn geproduceerd en wat zou de we reld er nu reeds veel beter uitzien! Men heeft de noodzakelijkheid van tem pering van den belangenstrijd der klassen, nog niet willen toegeven. Men hitst nog al tijd de arbeiders op met 'de èn wetenschap pelijk èn practisch veroordeelde leer van den klassenstrijd. En men is te kortzichtig om te begrijpen, dat iedere staking op dit oogenblik eene grootere verarming der ge meenschap beteekerrt. Als de arbeiders, ondanks de in cijfers hooge loonen, straks armoede moeten lij den, dan zullen zij dit te danken hebben aan hunne leiders, die, ui', welke oorzaken dan ook, telkens weer de bruggen afbreken, die wij, vrijzinnig-democraten, tusschen ar beid en kapitaal willen slaan. Met dwang is Ierland niet te regeéren en kan geen oplossing van de Iersche kwestie verkregen worden. Dat heeft in het verleden de ondervinding reeds dikwijls bewezen, zoo dikwijls, dat men er zich over moet verba zen, dat tclkeri» Nv«er nieuwe bewijzen daar voor moeten worden bijgebracht.. Maar Lloyd. George heeft eenmaal het Iersche vraagstuk genoemd het vraagstuk, dat de Britsche regcering het meest in verlegenheid brengt, en daarmee heeft hij den spijker op den kop geslagen. De geschiedenis van Ierland onder de Engelsche overheersching is in bloed en tranen geschreven. Gedurende eeuwen zijn de Ieren als een overwonnen volk behan deld. Harde onderdrukking en pogingen tot opstand, die in bloed werden gesmoord, wisselden elkaar af. Met Gladstone is het Iersche vraagstuk in een andere baan ge bracht. Hij heeft gepoogd de betrekkingen tusschen Ierland en het Britsche rijk op an dere grondslagen te regelen, waardoor een betere verhouding in 't leven zou worden geroepen. Zijn strijd voor Homerule voor Ierland heeft groote wijzigingen gebracht in de politieke verhoudingen in het vereenigde koninkrijk. Hij heeft het welslagen niet be leefd van wat hij zich tot levenstaak had gesteld, maar men ziét de vruqht van zijn streven in de wet tot regeling van het Ier sche zelfbestuur, die in 1914 tot stand is gekomen. Met het tot stemd komen van deze wet was echter de strijd nog geenszins gewon nen. Tot het ten uitvoer leggen van de wet is het nooit gekomen. De zes noordooste lijke graafschappen van Ulster weigerden zich te onderwerpen aan deze wet. In het laatst van Juli 1914 brak de bekende mui terij uit onder de Engelsche bezettingstroe pen in Ierland, die bestemd waren het revo lutionaire verzet der Ulslermannen tegen de Homerulewet in de kiem te verstikken. De wereldpolitieke gebeurtenissen van de laat ste Julidagen van 1914 leidde de aandacht hiervan af. Toen de oorlog uitbrak, heeft de Engelsche regeering, om den binnenland- schen vrede te bewaren, in het parlement een wet laten aannemen, die het in werking treden van de Iersche Homerulewet uitstel de tot een tijdstip, dat op zes weken nn het herstel van den vredestoestand werd be paald. Sedert nu de ratificatie van den vrede van Versailles en daarmede het intreden van den vredestoestand nabij is gekomen, is de vraag acuut geworden wat er met de Homerulewet moet gebeuren. Op het in toe passing brengen van de wet bestaat geen uitzicht meer. De politieke mncht in het Britsche rijk is nu niet meer in handen van de liberalen, die in 1914 met steun van de Iersche nationalisten de Homerulewet tot stand hebben gebracht. Zij berust thans op do coalitie van unionisten en liberale impe rialisten. dié in hef parlement over eene meerderheid beschikt grooter dnn men daar in langen tijd bijeen heeft gezien. Dit is oorzaak, dat in het Iersche vraag stuk alos w<aer ondersteboven is gehanld- Het kabinet Lloyd George is niet gezind de Homerulewet van 1014 uit te voeren, en «als Het daartoe bereid was, dan zou de meer derheid waarop het steun1 in het parlement, dot beletten. Alles staat nu weer op losse schroeven. In Ierland is men weer te ruggekeerd tot de dagen, waarin hel geweld op den troon.zit. Maar dat geweld niet het middel kon zijn om het land tot den vrede te brengen, daarvan is niemand meer over tuigd dan IJoycI George zelf. Reeds voor eenige maanden heeft hij aangekondigd, dat hij te zijner tijd zou komen met een nieuw voorstel tot onlossing van het Iersche vraagstuk. Ter elfclev ure, even voordat hel parlement ziine Kerstvacantie begon, is deze belofte ingelost. Eergisteren heeft Lloyd George den hoofdinhoud meegedeeld van zijn Iersche hervormingsplan, dat zal zijn opgenomen in het wetsontwerp, dot hij in de volgende zitting zal indienen. Daarmee is de Britsche regeering terug gekeerd op den eenigen weg, die althans de mogelijkheid biedt om tot oen goede oplos sing te komen. De regeerino- kon zich niet onttrekken aan den plicht, althans fe beproe ven de oplossing van het vraagstuk ter hand te nomen. Lord Hnldane, de oude mede stander van Gladstone en Asquith, heeft er terecht op gewezen, dat het van veel waar de zou ziin eene oplossing van de Tersche kwestie te vinden, zelfs" al moest er een hooge prijs voor worden betaald. Alleen moest Ierland zich niet buiten het rijk willen plaatsen. Als dat werd benroefd, zou een storm opsteken in het land als men nog nooit had gezien over de Iersche kwestie. Er moest e°ne betrekking' tusschen Enge land en Ierland geschapen worden, over eenkomende met die tusschen Engeland °n Canada en Australië, waarbij najuurliik rekening moet worden gehouden met de ligging van Ierland nabij de Britsche kust. T ord Hnldane drukte de overtuiging uit. dat de genezing van den wanordelijken 1oe- stand van Ierland zal komen van het Tersche volk zelf. v/anron de verantwoordelijkheid moet worden geleed om zijne eigen vraag stukken op te lossen. voor Heeft uitgebreid Giro-verkeer. FnitfitilandsrhP "prieMfit B e r 1 ij n, 2 3 Dec. (N. T. A. Draadloos van Natten). Een bewijs hoe de Russische sovjet-regeering met alle middelen voor de verspreiding van het bolsjewisme in alle landen van Europa werkt, is oen open brief yon dr. Friedrich Adler aan Trotzky. welke in de „Kompf" gepubliceerd wordt. In clit schrijven, waartoe Adler genoopt werd dooi de door Trotzky voorgestelde en aangeno men ontzegging van de rechten van eere lid van het Rüssische sovjet-congres wordt Trotzky de psychologische fout verweten, dot hij bij. het proletariat de rijpheid ver onderstelt, die hij voor ziin politieke han delingen wenschelijk acht. Dit heeft hij ook bewezen door belangrijke geldmiddelen voor de bolsjewistische beweging in Oosten- ruk en Hongarije ter beschikking te stellen. Hij zocht niet voor een partij geld. maar voor geld werd een partij gezocht. Helaas kan Trotzky behalve geld ook niet wnt poli tiek verstand zenden en zoo ontstond die serie van politieke mislukkingen, welke men do werkzaamheid der communistische partij in Duitsch-Ooslenrijk noemt. New-York, 22 Dec. (N. T. A Draad loos). Naar de Associated Press uit Tomsk verneemt, zijn de Amerikaanschc consuls Hansen en Hay in gevaar geraakt door de verovering van het knooppunt .Taiga, aan den Transsiberischen spoorweg dqr.r d( bolsjewisten. N e w-Y ork, 23 Dec. (R.) De hnvencom- mondnnt heeft aan het ministerie van Oor log een telegram gezonden, waarin bij de berichten omtrent muiterij aan boord van de America tegenspreekt. Hij zegt, dot er ;.;cen schot gelost is en niemand gewond is. Te Brest hadden enkele ongeregeldheden plaats, daar eenige matrozen tegen hel ver bod in hadden gepassagierd en anderen op heeterclaad op het stelen uit de lading be trapt werden. Uit de Per» 11* crBftta nnn «.Oorlog**. Begrijpt de Nieuwe Rotterdam- sche Courant wel, don is de oorzaak' van zijn terugtreden niet uitsluitend te zoo ken in de aanneming van het laatste der amendementen van den heer Morchnnt schoon hij eerst na deze gebeurtenis aan» leiding vond, zijn besluit kenbaar te maken doch is dit voorval slechts de druppel go» worden, die den emmer deed overloopen. Nndnt de minister Woensdag de Kamer had trachten over te holen, niet „op fl« amendementen van den heer Merchant in te gaan", woordoor, naar hij meende, „een« incidenteele onttakeling" van den dienst zon worden verkregen, was hij geëindigd er ecu nontal van over tc nemen, en had hij een goed deel der overige zien aannemen. Hier» door alleen reeds was de positie van den' minister ernstig verzwakt. En hij moet dit het blijkt uit de Handelingen zelf zoo hebben gevoeld. Dc minister was gaonde* weg het vertrouwen der Kamer aan het ver liezen. Zijn stelsel mocht bijval vinden, d« Kamer maakte den indruk, dezen minister niet in alle opzichten den juistcn man tot de tenuitvoerlegging van de nieuwe denk» beelden te achten. Op de beteekenis van het amendement* Marchant ding* de N. R. Ct. niet af. Houwitr sers zonder muntie, gelijk wij nu zullen heb» Hij, die steeds koopt, wat hij niet noodig heeft, heelt spoedig noodig, wat hij niet koopen kan. .BCH'KLÏKR laiHjestraat - Amersfoort S Roman door ANNA WAHLENBERG. 28 Ilefriuner je slechts hoe soliede de ge- d ach ie» daarin belichaamd 'worden! Wanneer de •«dochten rondgaan in de kelderwoning van het onderbewustzijn, waar alle schatten der herinnering verzameld zijn, behoef je maar even aan één van deze te raken, en ze .springen op en vertoonen zich helder in een beeld, dat bijna even levend is als het stoffe lijke beeld, waarvan het de herinnering is. Het eenige verschil is dat rij zoo vluchtig zijn, die droombeelden. Zij lossen zich op, vloeien in elkaar en-treden te voorschijn als de gestalten in iagemlc wolken. Maar in de wereld achter de droomwereld zijn de beelden nog vluchti ger en onbestendiger. Zij zijn zoo gelijk aan de ^aardsche, oorspronkelijke heelden, dat ik, rtoen ik daar voor het eerst was, geloofde dat ik mij op de aardsche wereld bevond. Maar nu begrijp ik dat liet mijn gedachten waren, •die er juist zoo uitzagen als in de droomwe reld. Het verschil was slechts, dat de beelden in de wereld achter de droomwereld volko men vrij en zelfstandig zijn. Zij bewegen zich. zij spreken, zij treden op dezelfde manier op. zooals hun oorspronkelijke heelden op de aarde. Mijn geheugen moet een buitengewoon goed geordend fotografie-toestel zijn geweest, dat heel gebrekkig dienst deed hier, in de we- réld der werkelijkheid, maar zijn beelden her stelt in haar zuivere gedaante, wanneer zij te voorschijn worden geroepen in de wereld ach ter de droomwereld. Zij zijn volmaakte copie- en van oorspronkelijke beelden en mijn ge dachten zijn de levensvonk, die hen wekt. ~ïk spreek met hen en zijantwoorden mij. Niet al leen menschen bewegen zich om mij heen, maar ik zie dan hecle landschappen, planten, dieren, gebouwen en kamers in de gewone afmetingen. Ik gevoel mij daar thuis als op de aarde." „Weet je wat," voegde zij er, na even ge zwegen te hebben, aan toe, „misschien zien de krankzinnigen deze wereld, en zij die gezich ten en hallucinaties hebben. Voor hen schijnt een spleet van een klein deel van het gordijn opengescheurd, dat vóór deze werelden is op gehangen. En zoo zie ik het ook." Zij sloot de oogen als wilde z\], onaandoen lijk voor indrukken van buiten, al haar aan dacht vestigen op de scheuren in het gordijn, waardoor zij deze andere werelden zag sche meren. Maar terstond daarna keek zij op. „Kom ik eenmaal in deze wereld achter de droomwereld, dan zal dat niet een vluchtig be zoek zijn, maar ik zal er moeien blijven loe ven en dnn wordt achter mij dc poort gesloten, zoodat ik niet meer naar de aarde terug kan kecren." Arthur nom haar beide handen in dc zijne en zag ontroerd in het bleeke, glimlachend ge laat. Ilij ook scheen reeds iets van het slaan dezer deur te gevoelen. „Edit," fluisterde hij, „mijn Hef zusje..." Zij schonk hem een blik vol innige verstand houding. „liet schijnt mij /oo natuurlijk toe dat ik die wereld zal betreden, Arthur," zei ze. „Mis schien is ook daar nog een wereld achter, evenals achter dc droomwereld en zooals deze achter de aardsche wereld^ ligt. Maar eerst moet men daar zijn. Ik begin te zien dat dc voorwerpen in die wereld met een bepaalde bedoeling zijn gevormd en gerangschikt. Men leeft er van wat men beleefde in de werkelijk heid hier, maar men ziet het uit een nieuw oog punt cn in een nieuw verband. Misschien be grijpt men het daar beter. De wereld, /ooals men zich die* op aarde "evormd heeft, die volgt mee. Ik neem jelui heide, jou en Inga, met mij mee en allen die ik ken en om wie ik geef of ook niet om geef. En ook alles, wat mij hier overkwam en alles wat ik dacht en wat ik deed, neem ik daarheen mee. „Wat ilc gedaan hhb," herhaalde zij en zweeg „Wat heb ik gedaan?" begon zij opnieuw. „Niets goeds of nuttigs, dat ik terwille van anderen deed. O, als ik zooiets had om mij aan vast te houden, wat zou ik dan l>alm en blijmoelig zijn! Maar niets, niets! Anderen alles voor mij laten doen, vooral door jou, Arthur. Zooveel jaren, dat iL- ie een blok aan het been ben geweest." „Maar Edit," begon haar broeder, opstaande als in protest. „Zeg maar niets, ik weet het immers..." viel zij hem terstond in de rede. „Toen je getrouwd was bleef je altijd even bezorgd voor mij, kwam je bijna iederen dag hij mij, droeg de booze buien van je vrouw om mijnentwille. En daarna...? Je hadt een gelukkig eigen thuis kunnen hebben wanneer ik er niet geweest was." Hij lachte hardop. Het was een lach, waar uit zoowel protest als toegevendheid sprak. En hij legde zijn arm om de schouders van zijn zuster en trok haar dicht naar zich toe. Tege lijk zag hij niet haar maar Inga aan: „Inga, ken je. iemand met nog sterker ver beeldingskracht dan mijn klein zusje?" vroeg hij. „Neen, niemand," zei Inga. Maar inwendig vroeg zij zich af of er mis schien eenige reden was voor wat hij haar in beelding had genoemd. Edit scheen echter niet geboord tc hebben wat zij gezegd hadden. Zij /.at stil en in zich- zclve gekeerd. „In dc wereld achter de droomwereld ben je jezelf niet meer, Arthur," zei zij ten slotte. „Hier ben je vriendelijk en vroolijk en belang stellend in je werk en neemt deel aan alles wat er met de menschen om je heen gebeurt. Maar daarginds ben je altijd gesloten en peinzend. Je hoort noch ziet mij en ook geen anderen. Je loopt er zoo eenzaam, zoo volkomen een zaam. En weet je wat ik denk, Arthur? Ik derjlc dat ik je inwendig ik zie". Haar gelaat was bijna plechtig en de lach, die Arthurs lippen had geplooid, bestierf ter stond, maar hij waakte ervoor dat deze ver anderde stemming haar niet trof. „Ziezoo, Edit," zei hij beslist, „nu moet je ï<i, los maken van flic vreemde^voorstellingcn. Ziel liever eens hoe Inga en ik dc boeken rang»; schikken." En hij trok een papier naar zich toe on wee* haar een plan voor hoekenkasten met opschrif» ten, die aanwezen welke boeken zij bevatten Hij wees aan en verduidelijkte en liet haaf niet los voordat hij zag dat /ij naar hem lui? terdé. Hel onderwerp sleepte hem mee en bi] sprak zoo warm over zijn geliefde boeken, dal hij vergat acht op haar te slaan. Eerst na. een lange poos, begon hij door haar volstrekt* stilzwijgen te vermoeden dat zij niet meer lute terdc en toen hij zich tot haar wendde ont» dekte bij, dat zij mef een onafgewenden blik' naar hem keek. „Ik zie het nu ook, Arthur," zei ze. /.Ik zl* je arm inwendig ik." En tegelijk barstte zij in schreien uit, ecu hysterisch schreien, dat niet tot bedaren wor komen en waartegen dc beide anderen machte loos stonden. VIII. De Zondagmorgen was helder en mooi. Wanneer Inga door het venster keek, zap zij de hoornen en dc heesters in het park, be kleed met gli osterend en rijm. Het groen van het grastapijt dat niettegenstaande de Novera» berkoude nog helder en frisch was, werd n® overdekt met een fijn zflvernet, en het zand van de paden, vol sporen van don regen, y«ff toonde teekenen van vorst. riji w (Wordt wrvolgdfc

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1919 | | pagina 3