ösiderscfie Credietvereeniging
AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander
Pap a i Zil veris
IMF!) I Alpaca?
J. Srootendorst, - lef 31
Amersfoort en Omstreken.
LAhGEGRACHT Ho. 4. TELEPHOOH h 301
- SprifienoodiydlMeii -
TWEEDE BLAD.
Specialiteiten.
afJe maters voorhanden.
Opgericht 1886.
BINNENLAND
Gesiori Kapitaal
S?©ses*v0rs
Fourneert Cheques
op Binnen- en Buitenland
csraKa
Ha Stem van Frankryk.
Y8e Jaargang
No. 233
it Zaterdag
27 Maart 1920
v— De bewonderaars van Multatuli hebben
ftunne MuMatuli-dagen gevierd, toen het on
langs 100 jaar geleden was, dat Eduard
Douwes Dekker het levenslicht had aan-
Bchouwd. De partijen-strijd over de beteeke-
pis van dezen letterkundige is sinds 30, 40
laar vrij wel geluwd en ook de anti-Multa-
tuliamen deelen tegenwoordig tal van idee
ën, ctte bij hunne verschijning- origineel
fecherven en zoo geheel in strijd met wat
men toen geloofde te denken.
Wie nu nog eens in de Ideeën bladert
wordt wel getroffen door wat in Multa-tirïi's
dagen revolutionair moet hebben geklonken,
maar v;at nu overal gangbare ideeën-munt
Is geworden.
Toch heeft Douwes Dekker denkbeelden
neergeschreven, die men zich tegenwoordig
wel eens wat meer regelmatig mocht herin
neren. Zijn verzet tegen specialiteiten-ge
loof bijv. heeft helaas niet geleid tot vernie
tiging van den invloed van de specialiteiten
'die op allerlei gebied den toon aangeven.
Nu zijn natuurlijk deskundigen onmisbaar,1
én hunne adviezen verdienen altijd te wor
den beschouwd met den noodigen eerbied.
Slechts herinnere men zich telkens dat des
kundigen ten aanzien van eenzelfde zaak
dikwijls volkomen van meening verschillen.
Hier nu dient de critische blik yan hem,
die tussch-en adviezen van specialiteiten
moet hesli- -en, hem le helpen. Een regeer
der, een zakenman, een bestuurder kan on-
mogetty v n alles zóó op de hoogte zijn,
dat hij a technische détails van alle voor
stellen en plannen beheerscht. Maar van
hem mag worden geëischt en wordt ge-
eiseht, dat hij den knoop weet door te hak
ken!
Doet hij dit, dan schreeuwt de deskun
dige, die „het verloren heeft" allicht moord
en brand, maar- de regeerder kan daar kalm
onder bKjven, als hij bedenkt, dat bij eene
beslissing in anderen zin het moord- en
brandgeroep van den anderen deskundig©
zou zijn vernomen.
Neen, elke specialiteit heeft niet altijd
gelijk! En dat mag de leek wel voortdurend
bedenken. Ten aanzien van.de landsverde
diging zijn de deskundigen het altijd oneens
geweest en naar welke adviezen men ook
heeft geluisterd, men heeft in ons land nog
nooif een nationaal stelsel van landsverdedi
ging weten te scheppen. De specialiteiten,
die ïndfë willen verdedigen met kruisers,
slaan nog altijd tegenover hen, die'verdedi
ging met klein materieel aanbevelen.
Is dit scherpe meeningsverschil in mili
taire zaken al heel duidelijk, het treedt ook
op ander gebied aan den dag. Nauwelijks
verzint de Rotterdamsche wethouder van
Onderwijs een zuinig en stellig origineel
schoolplan, of voor- en tegenstanders, vak-
genooten van den wethouder-oud-onderwij-
aer, komen aan het woord, pro- en contra-
betoogen leverende.
Zoo staat hij, die moet beslissen, dikwijls
voor twee adviezen van specialiteiten, die
natuurlijk beide wel juiste argumenten aan
voeren, maar die beide als geheel niet juist
kunnen zijn. Soms slaagt hij er in beide ad
viezen te verwerken tot een compromis
plan.
Maai dit is evenmin altijd mogelijk als
eene beslissing in den zin v3n één der ad
viezen.
Want er kan zich een derde geval voor
doen en dit wordt te weinig bedacht: het* is
heel goed mogelijk, dat geen van beide
tegenstrijdige adviezen behoort te worden
gevolgd, dat men zich los moet maken van
de nveenin.c-en van alle specialiteiten.
Het wil ons voorkomen, dat we met zulk
een 'geval te doen hebben in den op dit
oogenblik woedenden strijd tussbhen de
voorstanders en de tegenstanders van het
Fransch op de lagere school. De minister
van onderwijs heeft zich vóór de afschaffing
van het Fransch verklaard en zij, die voor
het behoud van het onderwijs in deze taal
op de U. L. O. scholen zijn, roeren zich
:Easi«i5gt. rj&fc'tgaBEa
Fa. KLAAS 3AVIMG (Joh. Schut).
A'tfSERSFOORT - 3. Wuijtierslaan. - Toief. 3S9,
Hootdvoi tcgonwooidigstor voor Nederland van do
BIX! Luxe Automobiele» en Vrachtwagens.
SINGER 10 H P. Licht Car
SAYERS Six Arner. 6 cyl. Wagens
Sub-Agentschap der:
BERLIET Automobielen en
READING-STANDARD Motorrijwielen.
QENESH1.4L BAXOKX, 8(>Ö0 K.MT. GAHAXTIE
£roole voorraad automohislonderdseleii en toebehooren.
Beriehteim
De Stantscourant van heden 26
Maart bevat o. m. de volgende kon. be-
sluiten
benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S.
te Wageningen A. J.v. d. Laan, thans leer
aar aan de R. H. B. S. te Coevorden.
tot voorzitter van de Centrale Commissie
voor Georganiseerd Overlag in ambte
naarszaken Prof. Mr. M. W- F. Treub,
Tweede Kamerlid.
ASRNHSM.
Verricht a3B© fearakzakers,
f 1C.000.000
4.400.000
duchtig. De medestanders van den minister
geven hun bescheid en de leek vraagt zich
af: hoe word ik daaruit wijs?
De democraat voelt veel voor de afschaf
fing van het Fransch op de lagere school,
omdat dèn alle volksscholen even goed als
de U. L. O. scholen toegang geven tot
H. B. S. en gymnasium, waarmee het vrij
zinnig-democratisch desideratum „gelijke
ontwikkelingsvoor waard en voor iedereen"
weer een stap voorwaarts zou hebben ge
daan.
Maar de specialiteiten, de leeraren aan
H. B. S. komen u veizekeren, dat het niet
kdn; het is taalwetenschappelijk-paedago-
gisch niet mogelijk!
Het gaat hiermee als met het Latijn: en
Grieksch op het gymnasium. De ouddittera
toren van de Universiteit hebben ons altijd
verzekerd, dat minder uren op het Gym
nasium voor de oude talen onmogelijk was.
Natuurlijk' was het heel goed mogelijk, als
maar de Universiteit rekening wilde houden
met het feit, dat een gymnasiaal onderwijs
met minder oude^talen-lesuren eind-exami-
nati met mindere kennis van Latijn en
Grieksch zou afleveren.
Zoo ook hier: afschaifing van het Fransch
op de lagere school is zeer zeker mogelijk,
als maar H. B. S. en Gymnasium zich daar
naar willen richten. Kunnen deze instellin
gen hunne leerlingen don ten 9lotte niet af
leveren met -wat minder kennis van het
Fransch, dan thans wordt geëischt?
Natuurlijk kan het wel. Maar.wij plei
ten inmiddels geenszins ten gunste van de
afschaffing van het Fransch op de Lagere
School. Zoo min als voor het behoud er van.
Wij gelooven dat de specialrteitsaanbid-
ding ons weer eens parten speelt bij den
strijd over dit vraagstuk, zoowel als bij de
beslissing.
Want we verzuimen, alvorens de vraag èl
of geen Fransch op de lagere school te
bekijken, ons rekenschap te geven van de
motieven, die men vroeger heeft gehad om
onze kinderen al oo zoo jeugdigen leeftijd
Fransch te leeren. We verzuimen dan, ons
leerplan te vergelijken met het leerplan in
andere landen.
En dan conclude eren we al spoedig, dat
men ons U. L. O. onderwijs zoo heeft in
gericht ter voorbereiding van het onderwijs
op H. B. S. en Gymnasium, dat onze kinde
ren drie moderne talen eenigszins moeten
beheerschen, omdat men in de wereld nu
eenmaal weinig niet Nederlandsch alleen
opschiet.
Fransch was vroeger de internationale
taal bij uitnemendheid; déórom begon men
met Fransch.
Natuurlijk dat de methode van het taal
onderwijs op onze scholen zich hieraan
heeft aangepast en nu komen de specialitei
ten ons verzekeren, dat „eerst Fransch" het
abc van alle taal-paedagogische wijsheid
is. Is het niet veeleer waarschijnlijk, dat het
„eerst Fransch" geleid heeft tot een zooda
nig onderwijs in Duilsch en Engelsch, dat
ten deele rust op de bij de lessen in het
Fransch verkregen ervaring?
Wie het onderwijs wil reorganiseeren
make zich dus los van het gekibbel over al
of niet Fransch op de U. L. A. scholen. Hij
houde er rekening mee, dat in de naaste
toekomst het Engelsch verreweg de groot
ste kans heeft wereldtaal te worden. Het
„eerst Engelsch" zij derhalve het wacht
woord der onderwijsreformatoren der ko
mende tijden.
F.n dan eerst komt het woord aan de
specialiteiten. Zij hebben zich neer te leg
gen bij den eisch der democratie, dat elke
'lagere school toegang geeft lot het onder
wijs van H. B. S. en Gymnasium. Op deze
basis hebben zij de methodiek van het taal
onderwijs op te bouwen. Geen vreemde taal
op de lagere school, Engelsch in de eerste
klasse der middelbare scholen, waarop dan
in de tweede klasse Duitsch en Fransch
kunnen volgen.
Als onze specialiteiten nu weer zeggen,
dat dit niet kan, dan zullen ze, indien dit
verlangen eenmaal wet is geworden, moeten
zepgen, dat het moet.
Zoo behoort o. i. ook in de nu zoo zeer
naar voren komende vraag omtrent het
taalonderwijs noch het advies van de eene
groep deskundigen, noch dat van de andere
gToep. De staat-sman moet de teekenen des
tij cl s verstaan; hij moet ook in zijne onder-
wiiswetgeving de conclusies, uit de ver-
scnijnselen van zijn lijd getrokken, toepas
sen. Dan geve hij omtrent do wijze, waarop
die conclusies in de praktijk moeten wórden
toegepast, alle eer aan de specialiteiten.
Bij ollen eerbied voor deskundigheid,
houde de staatsman, zóówel als de koop
man of de Industrieel, de beslissing omtrent
de gTOOte lijn in eigen hand.
lie nieuwe inlaluler tod oerlox.
Naar het Hbld. met zekerheid meent te
weten, zal rde benoeming van den
luitenant-kolonel van den generolen staf R.
B. A. N. de Quay, militair attaché te Pa
rijs, tot Minister van Oorlog bekend ge
maakt worden.
De nieuwe minister is in 1868 geboren.
26 Juli 1890 werd hij benoemd tot 2e luïte
nnnt der infanterie. 1 Juli 1005 werd hij
benoemd tot kapitein, 1 Mei 1915 tot ma
joor en 1 Mei 1919 tot luitenant kolonel.
Zijn diensttijd als kapitein heeft hij bijna
geheel gesleten aan het departement van
Oorlog. Hij was adjudant van de Ministers
Cool, Colijn en Bosboom.
No een korten diensttijd bij den troep
volgde in 1915 zijn benoeming tot hoofd
officier.
Sinds eenige jaren reeds is hij verbon
den aan ons gezantschap te Parijs.
Nederland «u België.
De Msb. redacteur te Brussel seint:
De „Dernière Heure" bevat een artikel
over de Nederlandsch-Belgische overeen
komst.
Het draagt tot titel„De nationalisten
winden zich op. Het land blijft kalm, maar
men moet het niets verbergen."
Het blad meent dat minister Renkin tegen
het verdrag is, omdat hij verwaoht. dat het
door de kamer zal verworpen worden, het
geen een minister-crisis tengevolge zal heb
ben. Renkin loert reeds lang op het premier
schap en hij hoopt dan door zijn dolzinnig
nationalisme tot zijn doel te .geraken.
Wat willen onze nationalisten? vraagt het
blad. Zij willen van Holland de Schelde en
Limburg cédé om de veiligheidswaarborgen
le vervangen, welke wij verloren hebben
door terecht of ten onrechte onze neutrali
teit af te scnaffeni Nederland wil echter van
geen afstand van grondgebied weten. Er
vólgt uit, dat de uitvoering van het nationa
listische plan beoogt een oorlog met Neder
land, en een onmididellijken oorlog, welken
België alleen zou voeren ofwel een Iateren
oorlog met behulp van machtige bondgenoo-
ten, die men thans zal gaan zoeken. In elk
geval oorlog of economische twist.
Ziedaar wat het land moet weten.
Wij zijn van meening, dat deze politiek er
een is van pure krankzinnigheid en wij ver
wachten van de regeering een vredelieven
de oplossing van het vraagstuk. Wij zijn
overtuigd, dat het miet onmogelijk is die te
vinden.
Nederlandsche en Be 1 g i-
sche arbeiders. Het Tweede Kamer
lid van d e B i 11 heeft tot den Minister van
Arbeid de volgende vragen gericht
„Is het den Minister bekend, dat onder de
landarbeiders en de arbeiders in enkele in
dustrieën, in Zeèuwsch-Vlaanderen (oa.
Sluiskil, Sas van Gent, Westdorpe, St. Jan
steen, Koewacht) werkloosheid heerscht,
doordien Belgische arbeiders van over de
grens hier dagelijks komen werken?
Kan de Minister ock maatregelen nemen
om de concurrentie, den Hollandschen ar
beiders aangedaan, doordat de Belgen, die
door de lage valuta tegen veel lagere loo-
nen kunnen komen werken, tegen te gaan en
alzoo de werkloosheid onder de Nederlamd-
$ohe arbeiders te verminderen
Een Neder 1. Hoogoven-be
drijf. Het lid van de Tweede Kamer, de
i]
voor
Keefóuitgebreid Giro-verkeer,
heer Otto, heeft aan den minister van Finnn*
ciën de volgende vragen gesteld
1. Kan de minister mededeelen, of het
juist is a. dat de Maatschappij de Kon. Ned.
Hoogoven- en Staalfabriek, waarin door den
Staat voor 7XA millioen gulden is declgeno*!
men, besloten heeft, voorloopig geen hoog
oven, noch fabriek te bouwen en zich dus
voorloopig ook van de exploitatie van een
hoogoven of fabriek te onthouden, en b. dat
de sub a. genoemde maatschappij een deel
van haar kapitaal heeft besteed tot aankoop
van aandeelen van de Duitsche Maatschap
pij de Phoenix A. G. fiir Bergbau und Hüt-
tenbetrieh, en wel tot een bedrog van 30
millioen Mark
2. Indien de vraag sub 1 geheel of ten
deele bevestigend moet worden beantwoord,
kan de regeering zich dan verzekerd houden,
dat de bedoeling, welke heeft voorgezeten
bij de deelneming van den Staat in liet kapi
taal der genoemde Nederlnndsche maat?
schappij, niet wordt gemist
Bestrijding mon d« en k 1 a u w-
zeer. Op de vraag van het lid der Twee»
de Kamer den heer Teenstra betreffende do
maatregelen ter bestrijding van het mond- en
klauwzeer, heeft do minister van Landbouw
d.d. 24 Maart geantwoord, dat de maatrege
len ter bestlijding van het mond- eru klauw
zeer, welke in April 1919 voor een gedeelte
buiten toepassing waren gesteld, niet weer
als vroeger genomen zijn, toen de weidetijd
voorbij was, aangezien, van de weder toe
passing der opgeheven maatregelen geen
voldoend nut werd verwacht.
De Staatscommissie, aan welke o. m. is
opgedragen een onderzoek in te stellen naar
de beste wijze, waarop het mond- en klauw
zeer zou kunnen worden bestreden, heeft
zich met dit standpunt vereenigd, doch heeft
tevens den wensch uitgesproken, dat met
het oog op het hernieuwd optreden van het
mond- en klauwzeer handhaving van do niet
opgeheven maatregelen, o. m. de aangifte en
het markltoezicht, haar zeer gewenscht voor
kwam. De noodige maatregelen worden tf
dezen opzichte genomen.
Indische dienst. Voor den dienst
in Nederlandsch-!ndië zijn bestemd:
de heeren: W. C. Benschop Koolhoven te
Rotterdam; C. ter Hoas te Zutphen, beiden
'ols ingenieur bij 's Lands Mijndiensten; W.
Goeree te Oudelande; W. G. J. Hendriks te-
Arnhem; J. Leemhuis te Drumpt, allen ols
adspirant-politioopzioner bij de algemeenc
politie; N. A. Kool te Utrecht, P. Rotteveel
te Schoten, heidon nis commissaris 2e klnssö
bij de Algemeene Politie; G. van Renen te
Heerlerheide als politieopziener 2e klasse bij
de algemeene politie; J. Vergunst te Nijme
gen als hoofdagent bij de a' emeêne politie?
J. L. van Laer te Apeldoorn; L. H. Spook te
's Graver.hace, heiden als tijdelijk inspecteur
van Financiën 2c klasse bij den dienst der
belastingen; K. Dijkstra te I °eirwarden, nis
radio-technisch ambtenaar 2e klasse bij den
post-, telegraaf en telefoondienst; B. G: F.
Geijp te Breda als adspi-nnt-eleclro-tech-
nisch ambt naar bij den post-, teleeranf- er*
telefoondienst; J. CV A. M?'zcr te Gionekenr
als onderwijzer 2, klasse bij het openbaar
Europeesch lager onderwijs;
de dames: G. Goedhart, E. Sickenga,
's Gravenhage, beiden ols verpleegster le
Argwaan is het begin van alle einde.
WILLEM GROENHUIZEN 5
JUWELIER AÏSERSF30RT j£
I
ÜFÏ U L L ETON7~
Roman door
ADRIEN BERTRAND.
Bekroond met den Prix-Goncóurt
46
De Pruisische officier scheen hen niet te be
grijpen, Vaissette riChile zich aiu in het
Duitsch tot hem. Toen glimlachte hij vaag. Hij
probeerde te spreken.
En hij zei*
„Treurige oortlog, mijnheer!"
Nog glimlachte hij. De woorden klonten vol
weedom in den mond van -dien stervende. De
kapitein had een prachtig gebaar. Hij vatte
ty'n thand en hield deze tusschaa kla riine.
alsof hij hem wilde heipen te sterven. Er
kwam een weinig bloedig schuim op de lip
pen van den gevangene. Zachtkcns herhaalde
hij, eentonig als een litanie; ..Treurige oor
log, mijnheer!... Treurige oorlog..."
Vaissctte, zeer bewogen, sprak hem toe. Hij
zei:
„U zult jgoed worden verpleegd 3n liet ■zui
den van Frankrijk/'
Maar de Pruis schudde treurig het liooCd',
om te kennen te geven, dat hij -wel heter wist.
Hij sloot de oogen.
Plotrselin gopcinde hij ze weer. In srijn blik
was nog een laatste glan/s van Idven en hij
herhaalde zaóhtkens, als een half verstikt ge
murmel;
„Treurige oorlog, meneer, treurige oorlog."
HOOFDSTUK XV.
De Aanval.
Toen het bataillon Langebosdh verliet, om
langs den straatweg terug te keeren naar de
loopgraaf, -voelden (k? jagers zich door een
doffe droefheid gedrukt. Toch wisten zij niet,
dat het oogenblik naderde, waarop zij hun
laa(jsle offer -zouden brengen. De commandant
had de officieren bij izich laten kómen. Hij
had tot hen gez-egd:
„Morgen om twaalf uur precies e uilen wij
aanvallen. Doel; de vijandelijke loopgraven,
op tweehonderd meter nfstan'd van de onze.
Zegt niets tegen d'e mannen vóór morgen
ochtend."
Maar de mannen hadden een voorgevóel
van het drama. En met vreesachtige blikken
keken zij naar de huizen van het dorp, die
omhuld' -waren door nachtduisternis en mist-
Zouden rij deze huizen nog weder zJen? Hun
marsch was een marsah naar d-en dood. He>t
was )Gcn lange étappe. Eindelijk stak' men
dwars over een Veld. Een sergeant van (le in
fanterie imet twee mannen wachtten aan bet
eind-e om hun door het net vain loopgraven
den weg te wijzen raar de aanvals-positie.
Men siecg af in dc eerste gangen; plotse
ling had men de sensatie alsof men in een
graf -was neergedaald; men had1 geen deel
meer aan dc dingen dezer wereld; men had
den d'drempel overeshrdd-en va-n het Niet.
„Hier is het," zei de sergeaht, een
marsch va.n een hailf uur.
Eén voor één betraden de mannen tdó mod
derige sloot.
„Ik dank u," -zei de Fabre.
SsSORT&LEES^SG
De infanteristen, -die afgelost w'erdeJi. gin
gen zwijgend heen. De officieren gaven elkaar
het co-nsiigine over. Vaissette verkende den
sector. Hij was ho-nderd meters lang. Terzij
de bevond1 riloh die van kapitein de Quéré.
Vaissette -zette de schildwachten en ;de luister
posten uit.
Van weerszijden donderde de .artillerie.
Beide partijen wisselden hun projectielen met
de regelmatigneid tyaji e'en lang aangehouden
rytkme. Men zou zeggen dat elk salvo een
ademtocht was.
Fabre had zich 'bij ide Quéré, Richard en
Vaissette gevoegd. Van slapen kwam niets.
Zij zouden hét wel gaarne hebben gewild;
maar hoe coudt ge de oogen kunnen sluiten in i
deze -vreeslijke uren van helderziendheid, die
dc laatste uren zijn van uw leven? Ook <le
mannen waren allen wakker 'gebleven. Slechts
de command eer eiidie officier der miiraillcurs-
a-fdeeling was in een .naburige schuilplaats
ingedut. Hij zou niet deelnemen aan dein aan
val van den volgenden morgen; Luricn was
woedend jaloersch op hem. Maar onmiddellijk
schaamde hij er zich over.
„De uren dhreai la-ng," ze rde hij.
Hij voelde rich huiveren.
NieemanJd antwoordde hem. In zulke oogen-
blikken heeft men .geen lust tot -prntm. Het
was nu het plechtige oogenblik, waarin men
de rekening vereffenf mot zijn geweten of met
zijn geloof. Lucien Fabre verscheurde twee
brieven, van Marguérite, opdat niemand z.e
zou lezen na ■zijn dood. Het kleine vlammetje
van de kaars verteerde de stukken. Richard
zei op ver'trouwelijlcen toon 'tot Vaissette:
„Het is niet zoo erg (als men wel zou den
ken."
Met deze woorden trachtte hij elke opwel
ling van angst te onderdrukken. Vaissette
schreef aan zijn moeder den brief, dien men
op zijn lijk zou vindm. Met serecne ka-lmt©
en zekerheid sprak hij:-
..Tic sterf gelukkig, omdat fk voor Frank
rijk sterf."
De Quéré zat bij drm ingang van de schuil
plaats stil,'te rooken. In rijn ziel straalde lie't
Van een gewijd licht.
Hij bleef met Richard alleen. Vaissette en
Fabre gingen terug naar hun kleine cpmrnam-
d o-post. Het bombar dement piam elk oogen
blik in kracht toe.
En opnieuw was cr hst rumoer van de
grooie veldslagen.
Men kon elkander niet meer verstaan.
„Als zij eens wisten," schreeuwde Lucien
Un het oor van Vaissette, „dat het izoo ver
schrikkelijk is!"
.Zij", d-at waren allen die den oorlog niet
hadden gezien; allen die er rich het lijder*
niet van kon d-en voorstellen; allen aan wie heé
lot der volkeren v.as toevertrouwd, allen voop-
wie zij gingen sterven.
Dc dag brak aan. Lucien had zijn sectie*
commandanten bij zich geroepen. Ilij gaf bun
de instructies'vqor den aanVal. Van dat oogen*
blik af liep bij onophoudelijk 'door zijn loopJ
graaf heen en weer. Het was heel moeilijk ont
mot elkander te spreken. Ilij bepaalde z.icli
ertoe, om nu eens tegen een der jagers te
glimlachen en dan weer een ander een siga:*
rct aan te bieden. Ook dc mannen brachten
hun papieren in orde. Servajac sorteerde,
zwijgend r is gewoonlijk, oude vuil gewordrnk
brieven. Ilij zocht naar iets. I'.n hij vond het?
het was zijn portret Met een spontane bewe
ging reikle hij k i zijn officier over. Augi '!l
nam beschroomd de hand ven den luitenant»,
toen deze voorbijging en druHe haar lang.
Men zocht bezigheid om wat aj! Iding
hebben. Zés uur in den morgen.-Het duurde
lang. Om den tijd te dood. h. was Vaissette
bezig om samen met Klep sergeant dc grana
ten tc tellen, die op het prikkeldraad voorr
hun loopgraaf neder kwamen. Sommige man-»
non verbeterden do o-pstijgplnah en, vanwa.*»#
men zich op den vijand zou ver) r-n. Van L, 5
tot tijd v.'rrd men overdekt met d-e aarde erf*
met dc si?cnen, die door da barstende gra--
naton werden opgeworpen. In dc verte was
Langebo^ch door het ver-dragende geschut
in brand gescboteh. Vaissette zag door z'-jh
verrekijker de kerk, het £ta»dhuis en dc hal
len in vlammen opgaan. Hij dacht aan het
kleine witte huis achter de bloeiende appel*
boom en, wrjtr rij ingekwartierd waren ge*
weest
(Slot volgt)