ösiderscfie Credietvereeniging AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander Pap a i Zil veris IMF!) I Alpaca? J. Srootendorst, - lef 31 Amersfoort en Omstreken. LAhGEGRACHT Ho. 4. TELEPHOOH h 301 - SprifienoodiydlMeii - TWEEDE BLAD. Specialiteiten. afJe maters voorhanden. Opgericht 1886. BINNENLAND Gesiori Kapitaal S?©ses*v0rs Fourneert Cheques op Binnen- en Buitenland csraKa Ha Stem van Frankryk. Y8e Jaargang No. 233 it Zaterdag 27 Maart 1920 v— De bewonderaars van Multatuli hebben ftunne MuMatuli-dagen gevierd, toen het on langs 100 jaar geleden was, dat Eduard Douwes Dekker het levenslicht had aan- Bchouwd. De partijen-strijd over de beteeke- pis van dezen letterkundige is sinds 30, 40 laar vrij wel geluwd en ook de anti-Multa- tuliamen deelen tegenwoordig tal van idee ën, ctte bij hunne verschijning- origineel fecherven en zoo geheel in strijd met wat men toen geloofde te denken. Wie nu nog eens in de Ideeën bladert wordt wel getroffen door wat in Multa-tirïi's dagen revolutionair moet hebben geklonken, maar v;at nu overal gangbare ideeën-munt Is geworden. Toch heeft Douwes Dekker denkbeelden neergeschreven, die men zich tegenwoordig wel eens wat meer regelmatig mocht herin neren. Zijn verzet tegen specialiteiten-ge loof bijv. heeft helaas niet geleid tot vernie tiging van den invloed van de specialiteiten 'die op allerlei gebied den toon aangeven. Nu zijn natuurlijk deskundigen onmisbaar,1 én hunne adviezen verdienen altijd te wor den beschouwd met den noodigen eerbied. Slechts herinnere men zich telkens dat des kundigen ten aanzien van eenzelfde zaak dikwijls volkomen van meening verschillen. Hier nu dient de critische blik yan hem, die tussch-en adviezen van specialiteiten moet hesli- -en, hem le helpen. Een regeer der, een zakenman, een bestuurder kan on- mogetty v n alles zóó op de hoogte zijn, dat hij a technische détails van alle voor stellen en plannen beheerscht. Maar van hem mag worden geëischt en wordt ge- eiseht, dat hij den knoop weet door te hak ken! Doet hij dit, dan schreeuwt de deskun dige, die „het verloren heeft" allicht moord en brand, maar- de regeerder kan daar kalm onder bKjven, als hij bedenkt, dat bij eene beslissing in anderen zin het moord- en brandgeroep van den anderen deskundig© zou zijn vernomen. Neen, elke specialiteit heeft niet altijd gelijk! En dat mag de leek wel voortdurend bedenken. Ten aanzien van.de landsverde diging zijn de deskundigen het altijd oneens geweest en naar welke adviezen men ook heeft geluisterd, men heeft in ons land nog nooif een nationaal stelsel van landsverdedi ging weten te scheppen. De specialiteiten, die ïndfë willen verdedigen met kruisers, slaan nog altijd tegenover hen, die'verdedi ging met klein materieel aanbevelen. Is dit scherpe meeningsverschil in mili taire zaken al heel duidelijk, het treedt ook op ander gebied aan den dag. Nauwelijks verzint de Rotterdamsche wethouder van Onderwijs een zuinig en stellig origineel schoolplan, of voor- en tegenstanders, vak- genooten van den wethouder-oud-onderwij- aer, komen aan het woord, pro- en contra- betoogen leverende. Zoo staat hij, die moet beslissen, dikwijls voor twee adviezen van specialiteiten, die natuurlijk beide wel juiste argumenten aan voeren, maar die beide als geheel niet juist kunnen zijn. Soms slaagt hij er in beide ad viezen te verwerken tot een compromis plan. Maai dit is evenmin altijd mogelijk als eene beslissing in den zin v3n één der ad viezen. Want er kan zich een derde geval voor doen en dit wordt te weinig bedacht: het* is heel goed mogelijk, dat geen van beide tegenstrijdige adviezen behoort te worden gevolgd, dat men zich los moet maken van de nveenin.c-en van alle specialiteiten. Het wil ons voorkomen, dat we met zulk een 'geval te doen hebben in den op dit oogenblik woedenden strijd tussbhen de voorstanders en de tegenstanders van het Fransch op de lagere school. De minister van onderwijs heeft zich vóór de afschaffing van het Fransch verklaard en zij, die voor het behoud van het onderwijs in deze taal op de U. L. O. scholen zijn, roeren zich :Easi«i5gt. rj&fc'tgaBEa Fa. KLAAS 3AVIMG (Joh. Schut). A'tfSERSFOORT - 3. Wuijtierslaan. - Toief. 3S9, Hootdvoi tcgonwooidigstor voor Nederland van do BIX! Luxe Automobiele» en Vrachtwagens. SINGER 10 H P. Licht Car SAYERS Six Arner. 6 cyl. Wagens Sub-Agentschap der: BERLIET Automobielen en READING-STANDARD Motorrijwielen. QENESH1.4L BAXOKX, 8(>Ö0 K.MT. GAHAXTIE £roole voorraad automohislonderdseleii en toebehooren. Beriehteim De Stantscourant van heden 26 Maart bevat o. m. de volgende kon. be- sluiten benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S. te Wageningen A. J.v. d. Laan, thans leer aar aan de R. H. B. S. te Coevorden. tot voorzitter van de Centrale Commissie voor Georganiseerd Overlag in ambte naarszaken Prof. Mr. M. W- F. Treub, Tweede Kamerlid. ASRNHSM. Verricht a3B© fearakzakers, f 1C.000.000 4.400.000 duchtig. De medestanders van den minister geven hun bescheid en de leek vraagt zich af: hoe word ik daaruit wijs? De democraat voelt veel voor de afschaf fing van het Fransch op de lagere school, omdat dèn alle volksscholen even goed als de U. L. O. scholen toegang geven tot H. B. S. en gymnasium, waarmee het vrij zinnig-democratisch desideratum „gelijke ontwikkelingsvoor waard en voor iedereen" weer een stap voorwaarts zou hebben ge daan. Maar de specialiteiten, de leeraren aan H. B. S. komen u veizekeren, dat het niet kdn; het is taalwetenschappelijk-paedago- gisch niet mogelijk! Het gaat hiermee als met het Latijn: en Grieksch op het gymnasium. De ouddittera toren van de Universiteit hebben ons altijd verzekerd, dat minder uren op het Gym nasium voor de oude talen onmogelijk was. Natuurlijk' was het heel goed mogelijk, als maar de Universiteit rekening wilde houden met het feit, dat een gymnasiaal onderwijs met minder oude^talen-lesuren eind-exami- nati met mindere kennis van Latijn en Grieksch zou afleveren. Zoo ook hier: afschaifing van het Fransch op de lagere school is zeer zeker mogelijk, als maar H. B. S. en Gymnasium zich daar naar willen richten. Kunnen deze instellin gen hunne leerlingen don ten 9lotte niet af leveren met -wat minder kennis van het Fransch, dan thans wordt geëischt? Natuurlijk kan het wel. Maar.wij plei ten inmiddels geenszins ten gunste van de afschaffing van het Fransch op de Lagere School. Zoo min als voor het behoud er van. Wij gelooven dat de specialrteitsaanbid- ding ons weer eens parten speelt bij den strijd over dit vraagstuk, zoowel als bij de beslissing. Want we verzuimen, alvorens de vraag èl of geen Fransch op de lagere school te bekijken, ons rekenschap te geven van de motieven, die men vroeger heeft gehad om onze kinderen al oo zoo jeugdigen leeftijd Fransch te leeren. We verzuimen dan, ons leerplan te vergelijken met het leerplan in andere landen. En dan conclude eren we al spoedig, dat men ons U. L. O. onderwijs zoo heeft in gericht ter voorbereiding van het onderwijs op H. B. S. en Gymnasium, dat onze kinde ren drie moderne talen eenigszins moeten beheerschen, omdat men in de wereld nu eenmaal weinig niet Nederlandsch alleen opschiet. Fransch was vroeger de internationale taal bij uitnemendheid; déórom begon men met Fransch. Natuurlijk dat de methode van het taal onderwijs op onze scholen zich hieraan heeft aangepast en nu komen de specialitei ten ons verzekeren, dat „eerst Fransch" het abc van alle taal-paedagogische wijsheid is. Is het niet veeleer waarschijnlijk, dat het „eerst Fransch" geleid heeft tot een zooda nig onderwijs in Duilsch en Engelsch, dat ten deele rust op de bij de lessen in het Fransch verkregen ervaring? Wie het onderwijs wil reorganiseeren make zich dus los van het gekibbel over al of niet Fransch op de U. L. A. scholen. Hij houde er rekening mee, dat in de naaste toekomst het Engelsch verreweg de groot ste kans heeft wereldtaal te worden. Het „eerst Engelsch" zij derhalve het wacht woord der onderwijsreformatoren der ko mende tijden. F.n dan eerst komt het woord aan de specialiteiten. Zij hebben zich neer te leg gen bij den eisch der democratie, dat elke 'lagere school toegang geeft lot het onder wijs van H. B. S. en Gymnasium. Op deze basis hebben zij de methodiek van het taal onderwijs op te bouwen. Geen vreemde taal op de lagere school, Engelsch in de eerste klasse der middelbare scholen, waarop dan in de tweede klasse Duitsch en Fransch kunnen volgen. Als onze specialiteiten nu weer zeggen, dat dit niet kan, dan zullen ze, indien dit verlangen eenmaal wet is geworden, moeten zepgen, dat het moet. Zoo behoort o. i. ook in de nu zoo zeer naar voren komende vraag omtrent het taalonderwijs noch het advies van de eene groep deskundigen, noch dat van de andere gToep. De staat-sman moet de teekenen des tij cl s verstaan; hij moet ook in zijne onder- wiiswetgeving de conclusies, uit de ver- scnijnselen van zijn lijd getrokken, toepas sen. Dan geve hij omtrent do wijze, waarop die conclusies in de praktijk moeten wórden toegepast, alle eer aan de specialiteiten. Bij ollen eerbied voor deskundigheid, houde de staatsman, zóówel als de koop man of de Industrieel, de beslissing omtrent de gTOOte lijn in eigen hand. lie nieuwe inlaluler tod oerlox. Naar het Hbld. met zekerheid meent te weten, zal rde benoeming van den luitenant-kolonel van den generolen staf R. B. A. N. de Quay, militair attaché te Pa rijs, tot Minister van Oorlog bekend ge maakt worden. De nieuwe minister is in 1868 geboren. 26 Juli 1890 werd hij benoemd tot 2e luïte nnnt der infanterie. 1 Juli 1005 werd hij benoemd tot kapitein, 1 Mei 1915 tot ma joor en 1 Mei 1919 tot luitenant kolonel. Zijn diensttijd als kapitein heeft hij bijna geheel gesleten aan het departement van Oorlog. Hij was adjudant van de Ministers Cool, Colijn en Bosboom. No een korten diensttijd bij den troep volgde in 1915 zijn benoeming tot hoofd officier. Sinds eenige jaren reeds is hij verbon den aan ons gezantschap te Parijs. Nederland «u België. De Msb. redacteur te Brussel seint: De „Dernière Heure" bevat een artikel over de Nederlandsch-Belgische overeen komst. Het draagt tot titel„De nationalisten winden zich op. Het land blijft kalm, maar men moet het niets verbergen." Het blad meent dat minister Renkin tegen het verdrag is, omdat hij verwaoht. dat het door de kamer zal verworpen worden, het geen een minister-crisis tengevolge zal heb ben. Renkin loert reeds lang op het premier schap en hij hoopt dan door zijn dolzinnig nationalisme tot zijn doel te .geraken. Wat willen onze nationalisten? vraagt het blad. Zij willen van Holland de Schelde en Limburg cédé om de veiligheidswaarborgen le vervangen, welke wij verloren hebben door terecht of ten onrechte onze neutrali teit af te scnaffeni Nederland wil echter van geen afstand van grondgebied weten. Er vólgt uit, dat de uitvoering van het nationa listische plan beoogt een oorlog met Neder land, en een onmididellijken oorlog, welken België alleen zou voeren ofwel een Iateren oorlog met behulp van machtige bondgenoo- ten, die men thans zal gaan zoeken. In elk geval oorlog of economische twist. Ziedaar wat het land moet weten. Wij zijn van meening, dat deze politiek er een is van pure krankzinnigheid en wij ver wachten van de regeering een vredelieven de oplossing van het vraagstuk. Wij zijn overtuigd, dat het miet onmogelijk is die te vinden. Nederlandsche en Be 1 g i- sche arbeiders. Het Tweede Kamer lid van d e B i 11 heeft tot den Minister van Arbeid de volgende vragen gericht „Is het den Minister bekend, dat onder de landarbeiders en de arbeiders in enkele in dustrieën, in Zeèuwsch-Vlaanderen (oa. Sluiskil, Sas van Gent, Westdorpe, St. Jan steen, Koewacht) werkloosheid heerscht, doordien Belgische arbeiders van over de grens hier dagelijks komen werken? Kan de Minister ock maatregelen nemen om de concurrentie, den Hollandschen ar beiders aangedaan, doordat de Belgen, die door de lage valuta tegen veel lagere loo- nen kunnen komen werken, tegen te gaan en alzoo de werkloosheid onder de Nederlamd- $ohe arbeiders te verminderen Een Neder 1. Hoogoven-be drijf. Het lid van de Tweede Kamer, de i] voor Keefóuitgebreid Giro-verkeer, heer Otto, heeft aan den minister van Finnn* ciën de volgende vragen gesteld 1. Kan de minister mededeelen, of het juist is a. dat de Maatschappij de Kon. Ned. Hoogoven- en Staalfabriek, waarin door den Staat voor 7XA millioen gulden is declgeno*! men, besloten heeft, voorloopig geen hoog oven, noch fabriek te bouwen en zich dus voorloopig ook van de exploitatie van een hoogoven of fabriek te onthouden, en b. dat de sub a. genoemde maatschappij een deel van haar kapitaal heeft besteed tot aankoop van aandeelen van de Duitsche Maatschap pij de Phoenix A. G. fiir Bergbau und Hüt- tenbetrieh, en wel tot een bedrog van 30 millioen Mark 2. Indien de vraag sub 1 geheel of ten deele bevestigend moet worden beantwoord, kan de regeering zich dan verzekerd houden, dat de bedoeling, welke heeft voorgezeten bij de deelneming van den Staat in liet kapi taal der genoemde Nederlnndsche maat? schappij, niet wordt gemist Bestrijding mon d« en k 1 a u w- zeer. Op de vraag van het lid der Twee» de Kamer den heer Teenstra betreffende do maatregelen ter bestrijding van het mond- en klauwzeer, heeft do minister van Landbouw d.d. 24 Maart geantwoord, dat de maatrege len ter bestlijding van het mond- eru klauw zeer, welke in April 1919 voor een gedeelte buiten toepassing waren gesteld, niet weer als vroeger genomen zijn, toen de weidetijd voorbij was, aangezien, van de weder toe passing der opgeheven maatregelen geen voldoend nut werd verwacht. De Staatscommissie, aan welke o. m. is opgedragen een onderzoek in te stellen naar de beste wijze, waarop het mond- en klauw zeer zou kunnen worden bestreden, heeft zich met dit standpunt vereenigd, doch heeft tevens den wensch uitgesproken, dat met het oog op het hernieuwd optreden van het mond- en klauwzeer handhaving van do niet opgeheven maatregelen, o. m. de aangifte en het markltoezicht, haar zeer gewenscht voor kwam. De noodige maatregelen worden tf dezen opzichte genomen. Indische dienst. Voor den dienst in Nederlandsch-!ndië zijn bestemd: de heeren: W. C. Benschop Koolhoven te Rotterdam; C. ter Hoas te Zutphen, beiden 'ols ingenieur bij 's Lands Mijndiensten; W. Goeree te Oudelande; W. G. J. Hendriks te- Arnhem; J. Leemhuis te Drumpt, allen ols adspirant-politioopzioner bij de algemeenc politie; N. A. Kool te Utrecht, P. Rotteveel te Schoten, heidon nis commissaris 2e klnssö bij de Algemeene Politie; G. van Renen te Heerlerheide als politieopziener 2e klasse bij de algemeene politie; J. Vergunst te Nijme gen als hoofdagent bij de a' emeêne politie? J. L. van Laer te Apeldoorn; L. H. Spook te 's Graver.hace, heiden als tijdelijk inspecteur van Financiën 2c klasse bij den dienst der belastingen; K. Dijkstra te I °eirwarden, nis radio-technisch ambtenaar 2e klasse bij den post-, telegraaf en telefoondienst; B. G: F. Geijp te Breda als adspi-nnt-eleclro-tech- nisch ambt naar bij den post-, teleeranf- er* telefoondienst; J. CV A. M?'zcr te Gionekenr als onderwijzer 2, klasse bij het openbaar Europeesch lager onderwijs; de dames: G. Goedhart, E. Sickenga, 's Gravenhage, beiden ols verpleegster le Argwaan is het begin van alle einde. WILLEM GROENHUIZEN 5 JUWELIER AÏSERSF30RT j£ I ÜFÏ U L L ETON7~ Roman door ADRIEN BERTRAND. Bekroond met den Prix-Goncóurt 46 De Pruisische officier scheen hen niet te be grijpen, Vaissette riChile zich aiu in het Duitsch tot hem. Toen glimlachte hij vaag. Hij probeerde te spreken. En hij zei* „Treurige oortlog, mijnheer!" Nog glimlachte hij. De woorden klonten vol weedom in den mond van -dien stervende. De kapitein had een prachtig gebaar. Hij vatte ty'n thand en hield deze tusschaa kla riine. alsof hij hem wilde heipen te sterven. Er kwam een weinig bloedig schuim op de lip pen van den gevangene. Zachtkcns herhaalde hij, eentonig als een litanie; ..Treurige oor log, mijnheer!... Treurige oorlog..." Vaissctte, zeer bewogen, sprak hem toe. Hij zei: „U zult jgoed worden verpleegd 3n liet ■zui den van Frankrijk/' Maar de Pruis schudde treurig het liooCd', om te kennen te geven, dat hij -wel heter wist. Hij sloot de oogen. Plotrselin gopcinde hij ze weer. In srijn blik was nog een laatste glan/s van Idven en hij herhaalde zaóhtkens, als een half verstikt ge murmel; „Treurige oorlog, meneer, treurige oorlog." HOOFDSTUK XV. De Aanval. Toen het bataillon Langebosdh verliet, om langs den straatweg terug te keeren naar de loopgraaf, -voelden (k? jagers zich door een doffe droefheid gedrukt. Toch wisten zij niet, dat het oogenblik naderde, waarop zij hun laa(jsle offer -zouden brengen. De commandant had de officieren bij izich laten kómen. Hij had tot hen gez-egd: „Morgen om twaalf uur precies e uilen wij aanvallen. Doel; de vijandelijke loopgraven, op tweehonderd meter nfstan'd van de onze. Zegt niets tegen d'e mannen vóór morgen ochtend." Maar de mannen hadden een voorgevóel van het drama. En met vreesachtige blikken keken zij naar de huizen van het dorp, die omhuld' -waren door nachtduisternis en mist- Zouden rij deze huizen nog weder zJen? Hun marsch was een marsah naar d-en dood. He>t was )Gcn lange étappe. Eindelijk stak' men dwars over een Veld. Een sergeant van (le in fanterie imet twee mannen wachtten aan bet eind-e om hun door het net vain loopgraven den weg te wijzen raar de aanvals-positie. Men siecg af in dc eerste gangen; plotse ling had men de sensatie alsof men in een graf -was neergedaald; men had1 geen deel meer aan dc dingen dezer wereld; men had den d'drempel overeshrdd-en va-n het Niet. „Hier is het," zei de sergeaht, een marsch va.n een hailf uur. Eén voor één betraden de mannen tdó mod derige sloot. „Ik dank u," -zei de Fabre. SsSORT&LEES^SG De infanteristen, -die afgelost w'erdeJi. gin gen zwijgend heen. De officieren gaven elkaar het co-nsiigine over. Vaissette verkende den sector. Hij was ho-nderd meters lang. Terzij de bevond1 riloh die van kapitein de Quéré. Vaissette -zette de schildwachten en ;de luister posten uit. Van weerszijden donderde de .artillerie. Beide partijen wisselden hun projectielen met de regelmatigneid tyaji e'en lang aangehouden rytkme. Men zou zeggen dat elk salvo een ademtocht was. Fabre had zich 'bij ide Quéré, Richard en Vaissette gevoegd. Van slapen kwam niets. Zij zouden hét wel gaarne hebben gewild; maar hoe coudt ge de oogen kunnen sluiten in i deze -vreeslijke uren van helderziendheid, die dc laatste uren zijn van uw leven? Ook <le mannen waren allen wakker 'gebleven. Slechts de command eer eiidie officier der miiraillcurs- a-fdeeling was in een .naburige schuilplaats ingedut. Hij zou niet deelnemen aan dein aan val van den volgenden morgen; Luricn was woedend jaloersch op hem. Maar onmiddellijk schaamde hij er zich over. „De uren dhreai la-ng," ze rde hij. Hij voelde rich huiveren. NieemanJd antwoordde hem. In zulke oogen- blikken heeft men .geen lust tot -prntm. Het was nu het plechtige oogenblik, waarin men de rekening vereffenf mot zijn geweten of met zijn geloof. Lucien Fabre verscheurde twee brieven, van Marguérite, opdat niemand z.e zou lezen na ■zijn dood. Het kleine vlammetje van de kaars verteerde de stukken. Richard zei op ver'trouwelijlcen toon 'tot Vaissette: „Het is niet zoo erg (als men wel zou den ken." Met deze woorden trachtte hij elke opwel ling van angst te onderdrukken. Vaissette schreef aan zijn moeder den brief, dien men op zijn lijk zou vindm. Met serecne ka-lmt© en zekerheid sprak hij:- ..Tic sterf gelukkig, omdat fk voor Frank rijk sterf." De Quéré zat bij drm ingang van de schuil plaats stil,'te rooken. In rijn ziel straalde lie't Van een gewijd licht. Hij bleef met Richard alleen. Vaissette en Fabre gingen terug naar hun kleine cpmrnam- d o-post. Het bombar dement piam elk oogen blik in kracht toe. En opnieuw was cr hst rumoer van de grooie veldslagen. Men kon elkander niet meer verstaan. „Als zij eens wisten," schreeuwde Lucien Un het oor van Vaissette, „dat het izoo ver schrikkelijk is!" .Zij", d-at waren allen die den oorlog niet hadden gezien; allen die er rich het lijder* niet van kon d-en voorstellen; allen aan wie heé lot der volkeren v.as toevertrouwd, allen voop- wie zij gingen sterven. Dc dag brak aan. Lucien had zijn sectie* commandanten bij zich geroepen. Ilij gaf bun de instructies'vqor den aanVal. Van dat oogen* blik af liep bij onophoudelijk 'door zijn loopJ graaf heen en weer. Het was heel moeilijk ont mot elkander te spreken. Ilij bepaalde z.icli ertoe, om nu eens tegen een der jagers te glimlachen en dan weer een ander een siga:* rct aan te bieden. Ook dc mannen brachten hun papieren in orde. Servajac sorteerde, zwijgend r is gewoonlijk, oude vuil gewordrnk brieven. Ilij zocht naar iets. I'.n hij vond het? het was zijn portret Met een spontane bewe ging reikle hij k i zijn officier over. Augi '!l nam beschroomd de hand ven den luitenant», toen deze voorbijging en druHe haar lang. Men zocht bezigheid om wat aj! Iding hebben. Zés uur in den morgen.-Het duurde lang. Om den tijd te dood. h. was Vaissette bezig om samen met Klep sergeant dc grana ten tc tellen, die op het prikkeldraad voorr hun loopgraaf neder kwamen. Sommige man-» non verbeterden do o-pstijgplnah en, vanwa.*»# men zich op den vijand zou ver) r-n. Van L, 5 tot tijd v.'rrd men overdekt met d-e aarde erf* met dc si?cnen, die door da barstende gra-- naton werden opgeworpen. In dc verte was Langebo^ch door het ver-dragende geschut in brand gescboteh. Vaissette zag door z'-jh verrekijker de kerk, het £ta»dhuis en dc hal len in vlammen opgaan. Hij dacht aan het kleine witte huis achter de bloeiende appel* boom en, wrjtr rij ingekwartierd waren ge* weest (Slot volgt)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1920 | | pagina 5