ZIEKENVERPLEGIN6S-ART9KELEN.
Fontein Schippers
Bock-Biei*
"binnenland"
feuilleton.
ST. EMILION
1. A. SCHOTERMAN S Zn., Utrechtschestr. 17, Tel. 145.
Eigengemaakte Kindetkleeding.
GELUKKIGE MENSCHEN
J. GROOTENOORST -HOF 70.
ELECTRISCHE INSTALLATIES
voor LICHT en KRACHT P ON n E
1e KLASSE MATERIAAL.
*z
Per flesch f 1.75, per anker f 72.-
Meubileeringen - Kunsthandel - Behangerü Rn Stoffeerder
TWEEDE BLAD.
A. VAIM DE WEG. Lsracsestraa1: 23.
Lunchroom „Princesse"
wordt thuis bezorgd
Magaz.
De Dom".
WILLED MN Win liwslioil.
m VOETBALLEN fin
m*** VOETBALSCHOENEN
,9No.ai67*n° AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE E EM LAN DER" is SSEHml
OPGERICHT 1906.
- TELEPHOON 169.
TL1SAHKERWEO 52d.
zeer aan te bevelen
ORIGINEELS
Bordeaux gewas 1917
Langestraat 24. Tel. Int. 496. - fiMg.RSFOO ?T.
-----
Booze plannen.
Indien ooit de voorstanders van den vrijen
handel door -de gebeurtenissen in het gelijk
rijn gesteld, dan is dit het gevat geweest in
de oorlogsperiode. De regeering, wij bedoe
len nu speciaal de regeering van Neder
land, was genoodzaakt de grenzen zoo her
metisch mogelijk af te sluiten voor invoer
zoowel als voor uitvoer en zij maakte die
grenzen slechts open, als zij dit in het belang
van de bevolking noodig achtte.
In normale tijden zoude deze wijze van
handelen van de regeering nöch door de
volksvertegenwoordiging nöch door het volk
zelf zijn geduldmaar in den oorlogstijd
had de Regeering voor eens en voor al de
machtiging gekregen om od deze wijze in
te grijpen in het handelsverkeer.
De Regeering gebruikte hare macht zoo
goed mogelijk, d. w. z zoo «oed als hare
deskundigen 'het haar door hunne adviezen
mogelijk maakten. En hoewel mag en moet
erkend, dat de Regeering in het algemeen
gesproken geslaagd is in hare bedoeling,
om den ergsten honger de natuurlijke en
de oeconomisché uit ons land te houden,
vast staat dat tal van fabrikanten en koop
lieden vart de kunstmatig ^esHiapen niono-
polies van uitvoer een sner'aal op hun eigen
belang gericht gebruik hebben gemaakt.
Waar ook andere landen uiterst zuinig
waren met hunne uitvoerver' unningen, was
ook de import in ons land in handen van
eenige weinige gelukkigen.
Er was dus een toestand geschapen, die
de protectionisten ons steeds als een ideaal
hebben voorgesteld. Er werd zéér weinig
ingevoerd en de in ons land voortgebrachte
goederen konden tegen onbedacht hooge
prijzen worden afgeleverd. Een toestand
dus, waarbij kunstmatig tal van industrieën
uit den grond konden verrijzen, voorts van
werkeloosheid nooit sprake kon zijn, waarbij
de welvaart algemeenhad moeten zijn
Welnuvan dien algemeenen welvaart,
die de onvrijwillige bescherming der natio
nale nijverheid ons had moeten brengen,
heeft niemand iets waargenomen. Integen
deel het is juist gekomen zooals wij, vrij-
hardelaren, het altijd hebben voorspeld. Er
zijn een vrij groot aantal fabrikanten en
handelaren rijk geworden. Maar zij hebben
dien rijkdom geput uit de zakken van de an
dere, Nederlanders. Ons volk, als geheel, is
verarmd. De door ons als gevolg van be-
scherming steeds voorspelde hooge prijzen
zijn inderdaad gekomen. i
Wij weten wel dat zelfs de heftigste voor-1
standers van bescherming nooit te vinden
zijn geweest voor heffingen- aan de grens,
die de prijzen zoo zeer zouden opjagen els
thans is gebeurd ten gevolge van de abnor
male omstandigheden Maar dit maakt geen
principieel verschil. Gebleken is dat geslo
ten grenzen, dat belemmering van den
vrijen invoer, de priizen omhoog jaagt, dat
daarvan slechts weinigen profiteeren, dat
het gros er uitsluitend de nadeelen van on
dervindt.
Gebleken is voorts, dat de kunstmatig uit
den grond gestample industrieën geen le
vensvatbaarheid hebben. Iedereen weet dat
het gros der oorlogs-fahriekjes weer is ver
dwenen. Wilde men ze in stand houden, dan
zou men dóór moeten gaan met kunstma
tige sluiting der grenzen, wat nu slechts mo
gelijk zou zijn door onzinnig hooge invoer
rechten.
En daaraan denkt niemand. Men mocht
hopen, dat inderdaad iedereen nu de scha
duwzijden van bescherming had leeren be
grijpen, dat nu iedereen zou snakken raar
opheffing van alle belemmeringen, die er
nog in het vrije ruilverkeer beslaan.
Dit klemt te meer. nu de klacht over de
lage valuta van de landen om ons heen van
alle zijden wordt gehoord. Ook zonder te
hehooren tot de uitgelezen schare van finan
ciers, die te Brussel hebben gedokterd aan
het zieke lichaam van Europa's geldwezen,
kan men toch wel inzien, dat er slechts één
•middel is voor de naties om hunne valuta te
verbeteren. Dit middel is productie voor den
uitvoer.
Het is de plicht van alle volkeren, soe-
ciaal van het onze, dat het minst van den
oorlog heeft geleden, om de pogingen tot
verbetering van die valuta te ondersteunen
wii kunnen dit alleen doen door zooveel mo
gelijk goederen te betrekken van onze na
buren. Juist door voorloopig, waar het maar
eenigszins kan, bij Duitschland en Oosten
rijk, bij België en Frankrijk ter markt te
gaan, door van daar goederen in te voeren,
nullen wij het onze bijdragen tot het oeco-
nomisch herstel in die landen. Zoo 8lleen
zullen zij op den duur in staat zijn, onze ar-
jikelen te koopen.
Doen wij dit, dan zullen wel eenigen tijd
onze fabrikanten blijven klagen, dan zullen
we werkeloosheid aanschouwen en dalende
prijzen, maar dit is een koorts-proces dat
onze industrie zal moeten doormaken om te
genezen van de oorlogsziekte, die het ge
volg is geweest van de kunstmatige bescher
ming die onze Regeering, door de omstan
digheden gedwongen, in het leven heeft
moeten roepen.
In stede van dit te begrijpen, wil onze Re
geering thans een enderen weg inslaan. Zij
wil de werkloosheid bannen, zij wil de fa
brikanten steunen dooropnieuw te gaan
beschermen, door dus de oorzaken van het
ziekteproces opnieuw te voorschijn te roe
pen. Zij wil zoolang de valuta der aan
grenzende volkeren zoo laag staan een
„tijdelijk" invoerrecht instellen
O, zeker. Het zou wel wat helpen. Er zou
den eenige fabrikanten aan werk worden
geholpen en er zou wat minder werkeloos
heid komen dan thans moet worden ge
wacht. Maar nu staat het toch wel vast
dit zou slechts geschieden ten kosle van
den consument. De loonen zouden blijven
stijgen of althans niet dalen de prij
zen zouden onzinnig hoog blijven en we
zouden den akeligen toestand behouden,
waarbij enkelen zich verrijken ten koste van
allen.
Er is een be^in van kentering. De orijzen
der grondstoffen dalen, die der fabrikanten
vo'-en schoorvoetend. Dit proces moet door
zieken. Ock als het onvermijdelijk met zich
sleeot een dalin^ der loonen
D't proces is trouwens niet te keeren. Het
gaat in heel dö wereld dien kant ui-t en wij
alleen zu'len daaraan niet ontsnappen. Ge
lukkig niet.
De daling van prijzen en de handelscrisis
die daarmee samenhangt, ze mogen op zich
zelf voor velen in ons lqnd onaangename
^evolgen hebben ze ziin ons het welkome
leehen, dat het vrije ruilverkeer zijn rechten
heeft hernomen en dat het herstel van ge
zonde prijsverhoudingen nog slechts een
queeslie van tijd is.
Meer d*n ooit is vrithn'd in den handel
thans noodig. Nog altijd doet men voor de
hoeveelheid Marken, die aan één gulden
nequivalent heeten, in Duitschland veel méér
dan met dien gulden bij ons. Zoo is het
eveneens met de Francs in België en in
Frankriik. Dit is absurd en op den duur on
mogelijk. E^rst als deze abnormaliteit ver
dwenen zal zijn, is gezonde concurrentie
tusschen de industrieën in de verschillende
landen weer mogelijk.
Alle kracht dient dus ingespannen, om
aan dien on^ewenschten toestand een einde
Ie maken. Dit kan slechts geschieden door
het wegnemen van alle belemmeringen, die
aan het vrije ruilverkeer in den weg zijn ge
steld.
Dat onze Regeering dit begriipef Dat zij
niet van de abnormale toes'anden gebruik
make om een krasse protectie in le voeren,
waartegen ons volk als »tvet zich daarover bij
de stembus mocht uitspreken, zich steeds
heeft verzet. Het zou zijn tegen het belang
van ons volk, het zou mede zijn te^cn het
belang van Europa, het zou het oeconomisch
herstel van r'e ontredderde landen tegen
houden, omdat 't het aangevangen gene
zingsproces zou tegenwerken.
Van de booze plannen der Regeering tol
invoering van tiideflijke „bescherming" mag
en zal niets komen.
De melkvoor/ioni'i'; van rte
Kroote striloii.
In een onzer vorige nummers hebben wij
reeds melding gemaakt van het doe] en de
samenstelling der Staatscommissie, aan welke
wordt opgedragen te onderzoeken, in hoeverre
de toekomst dc voorziening van de "groote ste
den in Nederland mcf voldoende hoeveelheden
melk kan worden overgelaten aan de gemeente
besturen of aan het particulier initiatief, dan
wel in hoeverre do Staat hierbij regelend zal
hebben op te tredon. Het komt ons van ge
noegzaam belang voor, nog een cn onder te ver
melden uit dc rede, waarmede do Minister van
Landbouw de Commissie heeft geïnstalleerd. Hij
gaf daarin allereerst een overzicht over den
toetend der melkvoorzicning tijdens den oor
log.
Op het oogenblik, zeïde spreker, is de melk
een der weinige artikelen, waarvoor nog In be
langrijke mate rcgeeringsvoorschriften en re-
gecrmgshulp bestaat.
Zoo is er niet alleen een uitvoerverbod voor
melk als zoodanig alsmede voor koas, waar
van dc prijzen zoo vaak en zoo lang een drei
ging voor den goeden gang van zaken bij dc
melkvoorzicning schenen te vormen er be
staan tevens verwerkingsverboden voor boter,
kaas en melkproducten, waarvan ontheffing
wordt verieend ingeval von aanvaarding eoncr
z.g. melkverplichtmg.
Den omvang van de taak van hot Zuivelknn-
toor, dat het samenstellen der regelingen, ge
nomen in het belang dor molkvoorziening, hand
haaft, zelfs op het oogenblik, twee jaar na het
beëindigen der vijandelijkheden, schatte men
niet gering. Alleen het verleenen van de ont
heffing van het kaosmaukverbod b.v. strekt zich
reeds uit tot 350 gemeenten, terwijl in som
mige gemeenten meer don 100 vochouders voor
het erlangen dier ontheffing in aanmerking
komen.
Wat de bijlevering van rcgceringsmelk be
treft, dagelijks zorgt het Zuivdknntoor voor een
aanvoer van bijna 200,000 liter melk naar 29
gemeenten, waar de handel niet in staat is ge
bleken, zich langs normalen weg tegen redelij
ken prijs van melk tc voorzien.
Dat op dit oogenblik nog een zoo omvang
rijke regeeringshulp onmisbaar schijnt, doet van
zelf de vraag rijzen, of er rich niet tijdens den
oorlog, met name in de omgeving van dc groote
steden, veranderingen hebben voltrokken, dia
maken, dat ook na het oonbreken van in het
algemeen normale toestanden, de melkvoorzie-
ning niet meer zal geschieden op da wijze, dio
ons van vroeger als normaal voor oogen staat
Is de toekomstige normale toestand wellicht niet
een geheel andere dan dc vroegere normale tóe»
stand? I
Er zijn inderdaad factoren, zeidc spreker, die
in deze richting wijzen. Onze veestapel is op
dit oogenblik in het algemeen grooter dan vóór
den oorlogdeze vermeerdering betreft echter
voornamelijk de provincies met een groote lan
delijke bevolkingin de provincies met een
groote stedelijke bevolking is de veestaoel eer
of- don toegenomen de melkproductie is in do
volkrijke provinciën dan ook gedaald zij daul-
de zelfs in dubbele mate, doordien o. a. in ver
band met hooge voeder-prijzen de uitoefening
van het bedrijf minder intensief geschiedt dan
vroeger. Daartegenover staat een verhoogd
gebruik.
Op de verminderde melkproductie nu wordt
niet alleen beslag .gelegd voor consumptie, doch
óók door dc industrie. Blijvende veranderingen
schijnen zich dus ten aanzien van de melk
tijdens den oorlog te hebben voltrokken. Het
is deze factor, die ons de vragen voor oogen
ötelt, zegt spreker; in hoeverre kan in de toe
komst dc melkvoorziening van dc groote steden
aan de gemeentebesturen of aan het particulier
initiatief worden overgelaten, in hoeverre zal do
Slnat hierbij regelend hebben op te treden
Deze gewichtige vragen tc beantwoorden, is
de moeilijke taak der commissie. Zij eischen
niet alleen een afdoend, maar ook een spoedig
antwoord. Deze vragen zijn zóó gewichtig:
ccn beslissing in de een of andere richting kan
zóó diepgaand in allerlei verhoudingen ingrijpen,
dat spr. gemeend heeft, in deze moeilijke mate
rie hem zoo veelzijdig mogelijk vandaar den
omvang der commissie te moeten voorlich
ten, 'alvorens een beslissing le kunnen nemen.
ïn uw commissie toch zijn vereenigd vertegen-
woordigers der produccntengroepen, naast ver
tegenwoordigers der distribuanten, welke groe
pen derhalve kunnen aangeven wat zij, die «le
melk produceeren en distribueeren, voor den
goeden gang van zaken noodig achten zijn ver
eenigd de vertegenwoordigers der groote ge
meenten de bij uitstek bevoegden om de be
langen der verbruikers naar voren tc brengen
ziin vereenigd de mannen der wetenschap, die
uit hoofde van hunnen werkkring, dogelijks mei
melk te maken hebben zijn vereenigd leden der
volksvertegenwoordiging, die zoo telkenmale
bleken aan het vraagstuk der melkvoorziening
bijzondere aandacht te wijdenzijn ook veree-
gd de leden der Commissie van Advies voor
Zuivelaangelegenheden, de leiders van het Zui-
v. Vollenhoven's
Varkensmarkt
- Amersfoort.
Speciale aftlceliitg
Maison VAN EIMEREN. j
Coiffeur I'osticliciir Coilicu.se
WIJERSSTRAAT 14. - Tel. 205
Hoogst Modorno Salons voor J
I DAMES ouHELItKlV Manicure P
Magazijn van Pnrfumurioün on 4
m Toilot-Arlikolon.
J BADINRICHTING
Hotel Café Restaurant
.MONOPOLE"
u"
Dc Directie maakt bekend,
dut zij fcgen natlcr overeen
te komen voorwaarden de
ACHTERZAAL met C1ESJLO-
TE1V SERRE gedurende liet
wintei seizoen voor gesloten
dansclubs beschik baar stelt.
Nadere inlichtingen bij de
Dlrécflc (Tel. 41 p.
velküivtoor, olsmede ambtenaren van mijn Dc«
parlement, die mij dag aan dag van hun gc«-
waardeerde voorlichting dienen.
De Minister sprak den wcnsch uit, dat de com
missie nuttig en vruchtbaar werk zal mogen
verrichten.
De voorzitter van de commissie, den heer dr.
H. J. Lovink, beantwoordde de rede van den
minister
Hij zeidc, dat dc commissie het begrijpelijk
acht, dat de Minister, die in korten tijd een zoo
groote reeks van crisismaatregelen heeft inge
trokken cn daardoor den terugkeer tot normal»
toestanden bevorderd heeft, ook gepoogd heeft,
de melkvoorziening weder longs hoar oud©
banen te doen geschieden.
Het is aan de commissie, zcide spr., dat U. B.
de beantwoording van dc vraag wenscht op to
dragen, of en hoeverre de melkvoorziening aan
het particulier initiatief of aan de gemeentebe
sturen kon worden overgelaten, alsmede of en
in hoeverre bij die voorziening steun van het
Rijk noodig is.
De Minister wees er reeds op, dat het hier
een zeer moeilijke materie geldt. De verant
woordelijkheid der commissie voor baar advie
zen terzake is dan ook zwoor. De omstandig
heden het besef der groote verantwoordelijk
heid, alsmede het door den Minister geschon
ken vertrouwen, zullen evenwel voor de com
missie een spoorslag temeer zijn om met den
móesten ernst te streven naar een bevredigende
oplossing van het zoo moeilijke vraagstuk dec
melkvoorziening.
Zonder pijn zou het lidhaam de schade
niet gewaar worden, zonder leed de ziel niet.
van
GUSTAF AF GEYERSTAM.
45
Karei Anton besloot hieruit, dat deze
Woorden hem golden en toen hij zijn wo
ning binnentrad en juffrouw Klara voor het
open venster zag zitten; was hij niet in een
vroolijk humeur.
Het eerste wat Karei Anton d'eecï was on
middellijk het raam sluiten; daarna ging
hij midden in de kamer staan, beschouwde
zijn vrouw met verwoede blikken en bastte
uit;
„Weet je wel, met wie ie den heelen zo
mer hebt omgegaan? Wie je beste vrien
din is?"
Juffrouw Klara was volstrekt niet zoo ver
baasd over dezen uitval, als Karei Anton
verwacht had. Zij keek hem daarentegen
zeer kalm in de oogen en antwoordde, niet
zonder iets guitigs in haar stem
„Ja, zeker, dat weet ik wel, maar ik be-
grijo niet wat je meent."
„Nee," zei Karei Anton met een po
ging tot ironie, die hem slechts met moeite
gelukte.
„Ik dacht wel, dat je het ndet wist. Je weet
natuurlijk niet, dat mijnheer Carlsson
deze naam werd op een bizonder minach
tenden toon uitgesproken, „vandaag hier
•gekomen is
„Ja, dat heb ik gehoord," antwoordde juf
frouw Klara met hetzelfde flegma als te
voren.
„Maar ik heb hem nog niet gezien."
„Nee, nee," smaalde haar man. „Je hebt
•hem nog niet gezien."
De goede winkelier was op dit oogenblik
zoo vervuld van zijn eigen gedaohten, en
misschien zoo ontdaan van het ongewone
feit, dat hij beter onderricht was dan zijn
verstandige vrouw, dat hij geheel vergat op
haar gelaatsuitdrukking te letten.
Indien hij dat gedaan had, zou hij mis
schien op wat milder toon hebben gespro
ken. Maar in plaats daarvan, barstte hij uit
in eer* vloed van onsamenhangende woor
den, waaruit alleen bleek, hoe opgewonden
hij zelf was.
Hij eindigde zijn toespraak met te zeggen,
dat juffrouw Klara maar eens naar de plaats
moest gaan om mijnheer Carlsson in oogen-
schouw te nemen.
„Je weet niet, wie hij is," schreeuwde hij.
„Je weet het niet, maar het zal -een verras
sing voor je zijn, Klara. Ga eens naar de
plaats, en vertel mij dan hoe hij heet."
„Ga jij je maar liever eerst scheren, Karei
Anton, en kom terug als je een schoon ge
zicht hebt," antwoordde zijn onverstoorbare
echtgenoote.
„Ik weet heel goed, wie Carlsson is. Hilda
heeft het mij zelf verteld, al een maand ge
leden."
Nog nooit had Karei Anton zijn vrouw
mevrouw Carlsson bij dien vertrouwelijken
naam hooren noemen.
bij:
De beide echtgenooten waren in den laat-
sten tijd elk hun weg gegaan, en Karei An
ton was blind geweest voor elles wat in zijn
eigen huis voorviel.
Dit kleine woord overtuigde den ex-win
kelier echter, dat de vertrouwelijkheid tus-"
sohen zijn vrouw en deze Hilda, van wie hij
zich zulk een eigenaardige voorstelling had
gemaakt veel intiemer was, dan Klara's
vriendschapsbetrekkingen anders plachten
te zijn.
Maar toen' hij zich op één punt geslagen
gevoelde, greep hij als noodanker naar iets
nieinvs. maar vond niets anders dan de ge
schokte moraal. Deze zijde van de zaak wil
de hij juist voor zijn vrouw ontvouwenhij
leidde zijn voordracht in met een paar
schampere woorden over mevrouw Carls
son, en hij was juist gereed om zijn rede te
vervolgen, toen juffrouw Klara haar man in
de rede viel. Ze legde haar hand waarschu
wend op zijn arm en zei
„Stel je niet aan, Karei Anton, en spreek
niet over dingen, waarvan je in het geheel
geen verstand hebt. 't Mensch staat nu een
maal in zoo'n verhouding tot dien contro
leur, die twintig jaar ouder is dan 'zij zelf en
best haar vader kon zijn.
Wat gebeurd is, kan niet meer veranderd
worden. Wat moet ze dan doen? Hij wil niet
met haar trouwen hij is een oude scharre
laar, daarom wil hij zijn vrijheid behouden,
zooals de mannen zeggen.
Nou zit ze daar met drie wurmen van kin
deren, hij heeft haar wel beloofd te trou
wen, maar hij past wel op, dat hij het niet
zegt als er getuigen bij zijn. Moet ze dan
van hem wegloopen? Of wil je misschien,
dat ze in het water zal springen. Ik dacht
dat je nou zoo oud was, dat ik je het a. b. c.
niet meer behoefde voor te spellen."
Deze woorden sprak juffrouw Klara op
een zeer beslisten en ernstigen toon, terwijl
ze het witte kleed oprolde, waaraan zij
werkte en dat bestemd was de met de jaren
duidelijker wordende gebreken van de zij
den sprei te bedekken. En zij vervolgde
„Sta daar nu niet als een onnoozel schaap
maar ga naar den controleur, met wien je
toch ook zaken te bespreken hebt en vraag
hem op een grog.
Ik kom dadelijk. Dat is waarachtig beter,
Karei Anton, dan goede gaven te verkwis-
ten aan den gemeenen jagermeester, die norÉ
maagpijn heeft van het laatste cognacje, dat
je hem gegeven hebt."
Wat moest Karei Anton op dit alles zeg-»
gen, wat moest hij doen Er bleef hem niet
anders over dan met hangende ooren juf*
frouw Klara's raad te volgen en opnieuw)
naar de kleine familiegroep te gaan, die
overigens tot zijn groote verlichting in zoo
verre veranderd was, dat nu mevrouw.
Carlsson naar binnen was gegaan om toe*
zicht te houden op het magere, langneuzige
dienstmeisje. De patriarch zat dus alleen;'
omgeven doorzijn niets vermoedende kin*
der9chaar.7 1
Dit maakte voor Karei Anton de zaak be*
duidend' gemakkelijker dan hij gedacht had.;
Twee heeren de kinderen rekenden na*
tuurlijk niet mee kunnen het best zullq
een delicate kwestie behandelen, wanneet)
zij met hun beiden zijn.
De toon wordt ongedwongener, daar men;-;
geen teergevoelige ooren behoeft te ont^
zien.
En het was voor Karei Anton ontegenzeg*
gelijk een troost, dat hij zich op deze wijze
gewennen kon aan dezen voor hem geheel
nieuwe soort van omgang.
Maar toen hij op de sofa, naast den griji
zen controleur plaats nam, voelde hij zict^
wonderlijk verlegen, telkens wanneer hiji
Johan Fiorell door de kinderen papa hoorde'
noemen, doch deze schikte zich met do
grootste kalmte in deze positiehij had zijrt1
hoed afgenomen, zoo dat iedereen kon zienJ
hoe het eerwaardigè witte haar netjes ge*
karnd lag over zijn door geen wolken VQt*
du^sterd voorhoofd.
(Wordt vervolgd).