HIIIISON ,,L' HMDEllE" f VAN
S8ËÏ -DBF 20.
immisms t:': z 'zz
„DE EEMLANDER"
BUITENLAND.
FEUILLETON.
EESI WAAN
VOETBALLEN en
VOETBALSCHOENEN
19e Jaargang Ne. 186
f*
per post f 2.60, per weck (met gratis verzekering
Jtgen ongelukken) f 0.175, afzonderlijke nummers
f 0.05,
Maandag 7 Februari 1921
PftiiS DER ADVERTERIIÉü
DIRECTEUR: J. VALKHOFF.
BUREAU:
ARNHEMSCHE POORTWAL.
TEL. INT 5t3.
van 1 —4 regels f 1.05
met inbegrip van een
bewijsnummer, elke regel meer 0.25, dienstaanbic*
dingen en Licfdadigheids-advcitenticn voor de helft
der prijs- Voor handel cn bcdrijt bestaan zeer
voordecligc bepalingen voor het advcrtcercn. Ecne
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Politiek Overzicht.
Zaterdag J.l. heeft Engeland® eerste mi
nister, Lloyd George, het eereburgerschap
:yan de stad Birmingham aanvaard en deze
rie gelegenheid benut uit te weiden over
kwestie van Duitschland's ontwapening
én schadeloosstelling. De confrentie te Pa
rijs, aldus de Britsche premier, had het lot
te regelen van vele staten. Den ouden Duit-
fcchen staatslieden zou de schrik om 't hart
fcijn geslagen, wanneer zij de machtigste
militoire instelling, die ooit bestaan had, tot
de sterkte van honderdduizend manpadden
moeten terugbrengen en bovendien ook nog
'de kwestie van Duitschland's schadevergoe
ding hadden moeten oplossen. De geallieer
den waren binnen een week het eens ge
worden. De handel zou nooit weer op
bloeien, wanneer niet in midden-Europa ge
regelde toestanden waren weergekeerd. Niet
louter en alleen het teekenen van den vrede
was een zaak van belang, maar tevens de
atmosfeer van vrede alsmede het herstel van
een werkelijke nabuurschap tusschen de vol
ken.
De eerste voorwaarde daartoe was, dat
de vredesverdragen werden geëerbiedigd.
Een tractaat, waaraan de hond niet werd ge
houden, beteekende een uitgestelde oorlog
(war in suspens). Met name twee voorwaar
den dienden door Duitschland te worden ge
ëerbiedigd de eerste daarvan was de ont
wapening. Sinds de wapenstilstand was ge
sloten, was Duitschland in die richting mooi
opgeschoten, daar het 31000 kanonnen,
10000 Icopgraafmortieren, 33 millioen gra
naten, 70000 machinegeweren, 3 millioen
ppweren en 411.000.000 patronen had in-
«teverd. Niettemin beschikte Duitschland
og steeds over te voel oorlogstuig en wa
tt, in ongeregelde formaties, nog te veel
nnen vereenigd. die in den wapenhandel
f>nd waren. Deze staat van zaken kon
;chuldigd worden door de Duitsche
ojutie en Lloyd George wou. daarom wel
wat door de vingers zien, maar dit nam niet
v/eg, dat de geallieerden hadden besloten,
dat Duitschland het verdrag van Versailles
meest nakomen, in het bizonder wat de in
richtingen voor het maken van kanonnen
betrof. Frankrijk, dat ontzettend was geha
vend, bezat het recht te zeggen, dat het geen
kans wilde loopen nogmaals het slachtoffer
van iets dergelijks te worden.
Wat de schadeloosstelling aanging, Lloyd
George huldigde de opvatting, dat Duitsch
land moreel verplicht was schade te vergoe
den voor wat het moedwillig had vernield,
maar men kon nu eenmaal van een schul
denaar niet halen wat deze niet in staat was
té betalen. Voorts moest Duitschland niet
worden vergund te betalen op een wijze, die
°^hillijk zou zijn ten opzichte van 't land,
naf de betaling ontvangt, b-v. middel
van goedkoope waren.
Omtrent het vraagstuk der wisselkoersen
merkte de premier od, dat Duitschland's tij
delijk bankroet voor de deskundigen een
ontzaglijke moeilijkheid opleverde, zoodra er
sprake was van den handel met het buiten-
Ic-nd.
Met al deze moeilijkheden voor oogen,
waren de geallieerden gepasseerde week (de
Paihsche conferentie duurde van 2420
Jan.) tot zekere conclusies gekomen en ze
hadden hun rekening aangeboden. Deze re-
was gc-baseed op de hoegootheid der
Deutsche welvaart. Wanneer Duitschland
o t olceide, kon 'l niet betalen, maar wan
neer het dit land wel naar den vleesche ging,
aan kon en moest het betalen. Dr. Simons
had er zich over beklaagd, dat hij de volle
rekening niet ontvangen had. Nu, die kon
L.i gauw krijgen, want die lag heelemaal al
klaar.
Wanneer voegde de Britsche eerste mi
nister hier aan toe het Duitsche volk niet
langer aan oorlog dacht, maar zijn denken
op den vrede richtte, zou het weer spoedig
welvarend zijn. Lloyd George ried ondertus-
schen Duitschland aan de rekening te aan-
vaerden, zich niet door hartstocht te laten
meeslepen en de dwaasheden van 't verle
den niet te herhalen.
Duitschland had zich nog niet in die mate
belastingen opgelegd als Engeland en
Frankrijk dat hadden gedaan. Het kon niet
gedoogd worden, dat het schuldige land,
hetwelk vrij was gebleven van schade tij
dens den oorlog, nog minder onder den druk
der belasting leed dan zijn slachtoffers. Niet
slechts hadden de Duitsche autocraten den
oorlog in 't leven geroepen, maar ook het
heele volk had achter hen gestaanja zelfs
de socialisten en wanneer Duitschland had
gezegevierd zouden zij graag in den buit
hebben gedeeld.
In antwoord op vragen, die Briand in de
Fransche Kamer waren gedaan, is door hem
te kennen gegeven, dat de conferentie van
Pcrijs de overeenstemming tusschen de ge
allieerden heeft versterkt, hetgeen de eeni-
ge manier was om het vredesverdrag te kun
nen uitvoeren. Door hem werd bestreden de
verklaring van Tordieu, als zou Frankrijk 30
35 pet. van zijn schuldvordering prijsge
ven. Hij betoogde, dat de door de geallieer
den overeengekomen heffing van 12 pet. van
den Duitschen uitvoer het economisch her
stel van Duitschland koppelde aan het afbe
talen van zijn schuld. Krachtig keerde Briand
zich tegen de bewering van Tardieu, dat de
geallieerden de vorming van een consor
tium zouden overwegen, dat hun vordering
op Frankrijk zou overdragen aan Duitsch
land en hij voegde eraan toedat hij den ge
allieerden de beleediging niet zou willen
aandoen dit te gelooven.
Ook wees Briand op het belang der waar
borgen, die gebaseerd zijn op de nieuwe
douane-maatregelen en hij zei, dat Duitsch
land zóó overtuigd was van het belang de
zer waarborgen, dat het opgehouden had er
zich tegen te verzetten. Het vredesverdrag
voorzog in rechten op zekere Duitsche pro
ducten. Nu ging het evenwel om de alge-
rneene rechten en de contróle over de doua
nerechten in het Rijngebied, die elke waar
de zouden hebben van een militaire clau
sule.
Alle sancties, die in het vredesverdrag op
verschillende plaatsen voorkomen, waren
tf.Gns vereenigd en toepasselijk gemaakt op
de schadeloosstelling, zoodat het Duitsch
land onmogelijk was gemaakt zich in het ver
volg aan zijn verplichtingen te onttrekken,
zonder dat het deze sancties tegen zich zag
toegepast.
Indien wij, aldus Briand, opnieuw stuiten
op de kwade trouw van Duitschland, zoowel
wat die ontwapening betreft als de betaling
der schadeloosstelling, zijn wij besloten zon
der mankeeren de sancties toe te passen
dat is een buitengewoon groot resultaat van
de conferentie.
Het was niet uit 'hoffelijkheid, dat de sanc
ties niet aan Duitschland werden medege
deeld aan Duitschland waren sleohts reso
luties mede to deelen. sancties gingen
Duitschland niets aan en -r kon niet over
gediscussieerd worden.
De annuïteiten, zei Briand verder, zullen
aan Frankrijk een zekere toekomst verzeke
ren en het land in staat stellen zich van de
economische malaise te herstellen, die thans
op de geheele wereld drukt. Wij moeien zui
nig met onze geldmiddelen omgaan, opdat
wij, zonder het land nieuwe belastingen op
te leggen, de slechte jaren kunnen doorko
men, Briand was van meening, dat de toe
stand na tien jaar verbeterd zou zijn. De
verwoeste gebieden zouden zich binnen dien
tijd geheel hebben hersteld. Briand verklaar
de verder, dat hij op de geallieerde confe
rentie zijn uiterste best had pedaan, het al-
geheele vertrouwen der geallieerden te ver
krijgen en hen solidair te maken met Frank-
rijk's belangc-n. Frankrijk had algeheele be
vrediging gekregen ten opzichte van alle
kwesties, maar voordat hij naar Londen
ging, wilde Briand het algeheele vertrouwen
der natie bezitten. Hij wees er voorts op,
wat gebeurd zou zijn, als de geallieerden het
niet ec-ns waren geworden en zei, dat het
zijn plicht als Franschman was te trachten
tot een overeenkomst van algeheele solida
riteit met de geallieerden te geraken. Briand
eindigde zijn langdurig toegejuichte rede
met opnieuw het algeheele vertrouwen van
de Kamer te vragen om te Londen te kun
nen spreken met al het gezag, waarover een
Fransoh minister-president dient te beschik
ken.
Buitenlandsche Berichten.
Parijs, 5 Febr. (H.-R.). De geheele
Fransche pers wijst op den diepen indruk,
die gisteren door Briand's uiteenzettingen
van de resultaten der geallieerde conferen
tie in de Kamer is aflakt en op de krach
tige, afdoende ari ?nten. waarmee hij de
critiek van Tardieu heeft ontzenuwd. Het
Journal schrijft o.a., dat het debat een woor
denduel tusschen twee redenaars van naam
is geweest, waarbij Briand met een heftig
heid sprak, die hem anders niet eigen is. De
Gaulois zegt, dat de woorden, die Briand
heeft gesproken, allen moeten overtuigen,
die weten, welk een geduld en vaste wil er
noodig zijn geweest om de wettige eischen
van Frankrijk in overeenstemming te bren
gen met de uiteenloopende belangen der
bondgenooten. Het Petit Journal merkt op,
dat Briand de geheele Kamer aan zijn zijde
kreeg, toen hij er op wees, dat hij zijn uiter
ste best had gedaan zooveel mogelijk pro
fijt te trekken van der. ingewikkelden tekst
van het verdrag van Versailles om de be-
langen van Frankrijk te \erdedigen en te- i
gelijk zijn waardigheid bij de geallieerden
te handhaven.
De rijksminister van binnenlandsche za
ken zette de te nemen binnenlandsche
maatregelen uiteen. Alle aanwezigen ver
klaarden, dat zij het principieel eens zijn
met de houding van het rijkskabmet, zooals
deze blijkt uit de rede van den minister van
buitenlandsche zaken in den rijksdag op I
Februari.
B e r 1 ij n, 5 F e b r. (W. B-). De Duitsche
boekhandel heeft den prijs van Duitsche boe
ken in het buitenland aanmerkelijk ver
laagd. Van 1 Februari af worden voor Ne
derland 100 mark berekend op 16 gulden.
Parijs, 5 Febr. (N. T. A. Draadloos).
Maarschalk Pilsoedski heeft een langdurig
onderhoud gehad met den president dei-
republiek. Daarna begaf hij zich naar de
Poolsche bibliotheek, waar hij ontvangen
werd door Mitsjewits en generaal Weygand
ontmoette. Des avonds bood hij den presi
dent een diner aan, gevolgd door een re»
ccptie.
P a r ij s, 5 Febr. (N. T. A. Draadloos).
De Petit Prrisien meent le weten, dat prins
Sapieha zijn verblijf te Parijs zal verlengen
tot na het vertrek van maarschalk Pid-
soedski. De besprekingen, die gehouden
zullen worden en die voornamelijk de econo
mische kwesties betreffen, zullen stellig tot
een gunstig resultaat leiden voor de toe
komst van Polen en den Europeeschen
vrede.
P a i* ij s, 5 Feb r. (B. T. A.) Gisteren en
in den afgeloopen nacht is wederom opge
treden tegen communistische elementen; er
had -een arrestatie plaats. Vanmorgen had
den nieuwe huiszoekingen plattts. Er worden
verdere arrestaties verwacht.
P a r ij s, 5 Febr. (B. T.. A.) Een aantal
militante communisten, bij wie huiszoekin
gen zijn gedaan, worden ter beschikking van
den rechter van instructie gehouden, o.a.
Greffuelhes, oud-secretaris-generaal der C.
G. T. en Amedée Dunois, secretaris-gene
raal van de Humanité.
HQS fEH'GE BEIEN OPRUIMING QFR HOS REMDE WINTERHOEDEN
REEDS ONTVANGEN: I»E KtF.CWE «.«ELECTIE VOORJAARSHOEDEN
Athene, 6 Febr. (R.) Caltogeropoelos
zich zelf entenotphile noemende verklaarde,
dat de tegenwoordigheid van Venizelos op
de conferentie te Londen ontoelaatbaar was.
Berlijn, 5 F e~b f(W. B.) De Fransche
gezant bracht gisteren, in opdracht van den
president der Parijsche conferentie, bij een
bezoek aan den minister van buitenlandsohe
zaken Simons, de mondelinge uitnoodigi-n-g
over om op I Maart Duitsche gedelegeerden
naar Londen te zenden. De minister zal Latei-
antwoord geven op de invitatie.
B e r 1 ij n, 5 Febr. (W. B.). Naar de Vos-
sische Zeitung verneemt, heeft de Duitsche
regeering aan de geallieerden mededeeling
verzocht van de memorie, die die deskundi
gen der Entente te Brussel opgesteld heb
ben.
Berlijn, 5 Febr. (W. B.) Officieel.
Heden heeft, onder voorzitterschap van den
rijkskanselier, de bespreking plaats gehad
van de staats- en minister-presidenten met
het rijkskabinet over den door de nota van
20 Januari in 't leven geroepen politieken
toestand.
Simons, minister van buitenlandsche za
ken, heeft tot inleiding een overzicht gege
ven voor den inhoud cn bet-eek enis van de
eischen der Entente en over de houding en
de verdere bedoelingen van het rifkskabinet.
De rijksminister voor economische zaken
heeft deze verklaringen aangevuld van eco
nomisch standpunt uit.
N a n c y, 5 F e br. (B. T. A.) Bij huiszoe
kingen te Nancy en omgeving zijn aanplak
biljetten en documenten in beslag genomen.
P a r ij s 5 F e b r. (H. R.). Greffuelhes en
Dunois werden ter beschikking gesteld van
de justitie, omdat men hen schuldig bevond
aan 't aanvaarden (door elk hunner) een er
cheque a 10,000 francs van AbramowUsj
voor de bolsjewistische propaganda.
P a r ij s, 5 F e b r. (B. T. A.) Greffulhes en
Dunois zijn als bolsjewisten beschuldigd
van een misdOad te hebben gepleegd tegen
de binnenlandsche veiligheid van den staat.
Nochtans is Greffulhes vwloopig in vrij
heid gesteld, na een verfetaring te hebben
afgelegd. Dunois is gevangen gezel.
Londen, 6 Feb r. (R.) Gemeld wordt,
dat De Valera Woensdag in Schotland is
geland. De emigratie-autoriteiten der havens
zijn gewaarschuwd in verband met de moge
lijkheid eener ontsnapping naar Frankrijk.
Londen, 6 Febr. (R.) Een officier
benevens verschillende burgers zijn gewond
on een kind gedood in twee hinderlagen, die
den vcrigen avond te Dublin waren gelegd.
N e w-Y o r k, 5 Febr. (R). Het blad The
Sir.n Feiner publiceert een telegram, dat be
helst, dat de Britsche duikboot K 5, die twee
weken geleden in het Kanaal is tot zinken
gebracht, vernield was door Iersche vaartui
gen, toegerust met door electriciteit gelan
ceerde projectielen, de uitvinding van een
Ierschen ingenieur.
\Y e e n e n, 5 F e b r. (W. B.). Volgens cem
krantenbericht zijn vanochtend vroeg te Fe*
lixdorf, aan den Zuiderspoorweg twee trei
nen tegen elkaar gebotst. Enkele wagons
werden verbrijzeld, waarbij verscheidens
personen werden gedood cn vele ernstig
wond. Volgens een mededeeling van de di
rectie van den Zuiderspoorweg zijn bij dit
ongeluk vijf reizigers gedood, zestien ernstig
en een groot aantal licht gewond.
Boedapest, 5 Febr. (H. K. B.). In zijn
uiteenzetting in de Nat. Verg. heeft dr. Gratz,
minister van buitenlandsche zaken, verwe
zen naar zijn reeds vroeger afgelegde ver*
klaringen nopens de richtsnoeren van zijn
buitenlandsche politiek, die gegrond zijn op
het acnvaarden van het verdrag van Tria
non. Het Engelsch-FransChe bondgenoot
schap is een factor, waarmee alle landen in
hun buitenlandsche politiek rekening moe
ten houden. Hongarije hoopt, dat het, door
zich de öffers van den vrede van Trianon to
getroosten, de welwillendheid heeft verwor
ven der Westersche mogendheden en dat
de Entente zal inzien, dat het steunen van
Hongarije's rechtmatige verlangens ook in
het belang is van den vrede in Europa.
Evenveel gewicht hecht de minister nan een'
vriendschappelijke verhouding met Italië hij
hoopt, dat de tegen Hongarije gerichte punt
van het verdrag van Rapnllo een voorbij
gaand incident zal blijken te zijn. Tegenover
de verklaringen van Benesj, den Tsjechi-
schcn minister van buitenlandsche zaken;
wijst hij er met klem op, dat Hongarije een
democratischer kiesstelsel heeft dan Tsje-
cho-Slowakije en dat de vrijheid van stem
ming in Hongarije de vergelijking met dio
in Slowakije best kan doorstaan. De minis
ter wijst de inmenging van Benesj in de
aangelegenheden van Hongarije met kracht
van de hand. Het koningsvraagstuk is alleen
een binnenlandsche Hongaarsche aangele
genheid, waarover geen enkele vreemde
staat wordt geraadpleegd. Wanneer Tsjechië
Hongarije tegemoet wil komen, moet het er
zich mee tevreden stellen, dat Hongarije zich
als een koninkrijk beschouwt. Men wist ook,
voor Benesj zijn rede hield, wel, dat de op
lossing van het Hongaarsche koningsvraag
stuk destijds hindernissen van politieken
aard in den weg stonden. Vandaar dat alle
toonaangevende kringen zioh op 't stand
punt hebben geplaatst de koningskwestie
voorloopig te laten rusten.
Hongarije is bereid zich met Tsjechië te
verstaan over de economische vraagstuk
ken, doch een eerste voorwaarde daarvoor is,
dot dit het verdrag von Trianon op eerlijke
e:i conciliante wijze uitlegt en de rechten
der minderheden eerbiedigt. De Hongaar
sche regeering zou niet rusten, voordat Zuid-
Sinvië de onrechtmatig bezette gebieden had
ontruimd. Ten slotte las hij de nota der re
geering aan den gezantenraad over het
West-Hongaarsche vraagstuk voor en het
antwoord daarop. Met genogen stelde de mi
nister vast, dat de nota der Entente het Hon
gaarsche standpunt ten volle deelt. Er blijkt
uit, dat volgens den tekst van de mantelno
ta, dat grenswijzigingen mogelijk zijn en
zelfs ook verder strekkende voorstellen. De
minister besloot met zijn vertrouwen uit te
drukken in de levensvatbaarheid van Honga
rije.
Boedapest, 6 F e b r. (H. K. B.) In de
Nat. Verg. interpelleerde afgevaardigde
Korfiath over de vernieling en schennis van
Hongaarsche monumenten, alsmede histo
rische reliquiën door Tsjechen en Roeme-
niërs in de afgescheiden gebieden. Hij las
een lange lijst van reeds geslechte monu
menten voor en herinnerde er aan, dat Hon
garije nooit de piëteit der vroegere vijan
den beleedigde en in den wereldoorlog de
zich op zijn gebied bevindende vijandelijke
onderdanen ridderlijk en humaan behan
delde. Hij verzocht den minister van buiten
landsche zaken een beroep te doen op dö
Kiene menschen zijn veeleischend.
door
SUZE LA CHAPELLE-ROOBOL'.
„Alfred is een verzamelaar, een curiosi-
teitenkoopman, maar dit kamertje is mooi,
die oostersche ^gordijnen, die kleuren zijn
intiem. Ik denk," en Nelly's stem daalde tot
eerl vertrouwelijk gefluister, „dat hij hier
vriendinnen ontvangt I"
t Doet je denken aan de duizend en één
nachj."
-r,En als je nu maar slavinnen en vrouwen
zag, zou je denken dat Alfred1 iets van een
sultan heeft."
Wat moet die man rijk zijn, dacht ik, om
mij heen kijkend. Ik was overbluft door al
de pracht.
Na een paar minuten kwam hij terug.
„Nel, zei hij lachend, ,,'t is jammer dat ik
voor jou geen cavalier heb. Nu mama niet
meelis gekomen, spijt 't me dubbel."
„Wil dat zeggen dat jij van plan bent al
leen oogen voor Gertrude te hebben
„Neen, zoo'n slecht gastheer zal ik niet
zijn. maar Gertrude is hier voor 't eerst en
ik moet haar inwijden."
Yv e 'gingen naar de eetkamer, waar te mid
den] van bloemen, oud chineesch porselein
en zeldzaam geslepen glaswerk een klein
collation gereed stond. Alfred's opDasser.
dien ik een paar maal thuis gezien had, als
hij een boodschap kwam doen, maar dien ik
haast niet herkende in zijn zwarten rok en
witten das, bediende.
Een zonderlinge stemming, iets vrat ik
nooit had gevoeld, maakte zich van mij
meester. De vreemde pracht, de mooie kleu
ren, de warmte, de bloemengeur, het steeg
mij alles naar het hoofd. Eer ik nog een
glas champagne gedronken had was ik half
bedwelmd door de weelderige omgeving.
De bezitter van al dat heerlijks kwam mii
erg benijdenswaardig voor en ik zag Alfred,
die naast mij zat, en mij vol zorg en vrien
delijkheid bediende, ineens in eeni ander
licht. 'Hij leek nu geen bejaard heer, die
zich goedig en vriendelijk met een paar jon
ge meisjes bezig hield. In zijn eigen huis, te
midden van zijn schatten, was hij een gees
tig man van de wereld, neeièmael niet oud,
aantrekkelijk door zelfbewustheid, bijna
mooi met dat vermoeide gezicht en de
groote denkersoogen. Ik wist nauwelijks wat
er gepraat werd, ik hoorde Nel wel lachen
en babbelen, ma3r het drong niet goed tot
mij door, ik at en dronk zonder te weten wat
ik gaf mij alleen maar rekenschap van de
gewaarwording dat het heerlijk was, dat al
die weelde mij beschroomd maakte en mij
toch aantrok, dat ik er bang voor was en er
mij toch in thuis voelde.
Het is lang geleden en ik zou 't mij alles
niet zoo juist meer weten te herinneren,
maar in die dagen hield ik een dagboek. Ik
raadpleegde het, voor ik er toe kwam mijn
arme geschiedenis van waan er» vergissing
op te schrijven, en ik weet het nu. Nooit
kwam de gedachte bij mij op dat Alfred Eer
hof mij ten huweiijk zou vragen.
Ik bpschouwde hem niet meer als een man
te oud om te trouwen met een jonge vrouw,
maar dat ik, een kind van even twintig jaar,
ooit die vrouw zou kunnen zijn, zoo iets zou
ik, als men het mij gezegd had, belachelijk
hebben gevonden, het als onmogelijk be
schouwd hebben
Neen, ik weet zeker dat ik niet berekende,
dat ik niet met bewustheid koket was. Nelly
heeft er mij later wel van beschuldigd en ik
heb het niet kunnen weerleggen. Als ze
misschien op iets had gezinspeeld, mij be-
teekenisvol had aangekeken, zou ik hebben
begrepen, maar zij onthield zich van alles,
en ik begreep niets.
!j!=:
Het dejeuner was heel vroolijk. Langza
merhand ontworstelde ik mij aan den eer
sten, beklemmenden invloed. Ik werd weer
mijzelf, lachte en praatte onbevangen.
„Nu moet ik je al mijn schatten eens laten
zien, Gertrude," zei Alfred, toen we eindelijk
opstonden.
„Je weet niet wat je begint, kind," lachte
I Nel, „als mijn broc-r eenmaal over zijn ra
riteiten beginis hij ia geen uur uitpraat.
Ik heb alies al zoo dikwijls gezien. Je neemt
mij niet kwalijk dat ik zoolang in het voor
kamertje ga. Ergert T je, als ik een sigaret
opsteek?"
„Heelemaal niet, misschien wil Gertrude
er ook wel een."
„Dank u, ik vind het niet lekker."
„Dat doet me plezier, ik houd niet van
vrouwen die rooken."
Nel lachte. Nu ik 't mij alles te binnen
breng moet ik toegeven dat ik heel onnoozel
was, maar ik weet zeker dat er geen onwaar
heid in mij school.
Wij gingen naar de voorsuite. De c'eur van
het oostersche kamertje, half gemaskeerd
door een perzisch tapijt, stond open en nu
cn dan zog ik Nel, op haar gemak uitge
strekt op een divan, een sigaret ;,.:hen de
fijne, puntige tandjes, een boekdeeltje in de
hand en oogenschijnlijk niet de minste aan
dacht aan ons schenkend.
Hij toonde mij al zijn wonderlijke antiqui
teiten en vertelde zooals ik het nooit gehoord
had. Zeldzame afgods-beeldjes uit Voor- en
Achter-Indië, waarvan ik eerst het mooie
niet begreep, maar waarvan hij mij, met een
paai' opmerkingen, de noieve schoonheid
leerde zien. Rijk gelakte Japansche voor
werpen, verrukkelijk van kleur en teekening
Perzisch brons, oud Italiaansch aardewerk
en honderd andere dingen.
Hij had het alles bijeenverzameld of van
zijn reizen meegebracht.
„Wat moet het toch heerlijk wezen," zei
ik, „om zoo overal geweest te zijn.'
„Daar zeg je het juiste woord, Gertrude,
geweest te zijn. Het beste en het prettigste
van het reizen zijn de herinneringen."
„ja, maar 'het feit zelf toch ook.
„Nee kind, dat lijkt maar zoo. 't Is or.tzc
tend vermoeiend. Je hebt honderd ontbe
ringen. Als je niet wist dat je er later hee»
veel van genieten kunt, dat het ie ontwik-
t-pb. zou het afschuwelijk ziin."
„Ik zou het toch graag doen."
|,Nu ja, zoo'n klein plezierreisje, een paar
weken naar Parijs of Londen. Een seizoen'
in het Zuiden. Dat beteekent ook niets. Maar
reizen, zooals ik het gedaan heb. Neen, weet
je wat nu goed zou zijn? Ergens op eert
mooi plekje, een groot huis. Al die mooie
dingen er plaatsen en ze tot htm recht la*
ten komen, want hier bederft 't een 'het an
der, en daar dan rustig leven te middert
van al die oude, intieme pracht."
„Waarom zoudt u dat dan niet doen?'*
vroeg ik naief.
„Ik denlk er over, maar ik heb nog iet*
anders noodig darv mijn antiquiteiten, ze
levert wel voor mij, maar niet genoeg."
Hij keek mij glimlachend aan. Wezenlijk
ik begreep hem niet ert ik was op 't punt oirt
onnoozel te vragen wat hij bedoelde, toenl
Nel ongeduldig van haar divan opsprong en!
uitriep
„Zeg Alfred, ben je haast klaar? Ik ben er*
ook nog."
„Waarom kom je niet bij ons?"- antwoord*,
de hij bedaard. „Maar je hebt gelijk. Ik ver*'
veel Gertrude."
„O nee, ik zou nog uren, dagen kuravert.
kijken, ik vind het heerlijk."
Ik vond het inderdaad heerlijk en ik be*
greep niet waarom Nel lachte.
„Kom dan maar eens gauw terug." her*
nam Alfred. „Nu moet je^ een souventa; heb*
ben aan je eerste bezoekt
(Wordt vervolgd).