V „DE EEMLANDER" BUI fE. NL AN ÖT BLOUSES 9.75 KOUSEN FEUILLETON. KB! FAHTOÏFEtS «garfeandefl van af f S.-. nabetrachting over den Gemeenteraad. 1.25 44 LAKGESTRAAT AMERSFOORT 10e Jaargang Ne. 201 U0IIM1SNIIS 7^™ tZ ptr potl f 2.(0, pe« week (met Rratis veiieket<ng legen ongelukken) f 0.17®, aixonderlijkc nummert y dm. AMEBSFOORTSCH DIRECTEUR! J. VALKHOFF. BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL. TEL. INT 613. Donderdag 24 Februari 1921 PRI1S DER ADVERIlHTIËN met inbegrip ven eco bewijiniimmer, elke icgel meer 0.25, dienstaanble» dingen en Ucldadiehcids edveitentlKn voor de helft der prijs. Voor handel en bcdrijt bestaan zeer vooidceligc bepalingen voor het adverteeren. Lent drcuiaire. bevallende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Mora moge over den heer Hofland denken lbo men wil; de hoeren verslaggevers mo ven het minder aangenaam vinden, als hij 5er raadsvergadering is, daar dit gewoonlijk langer vergaderen beteekentte ontkennen 'Telt toch niet, dat de heer H. de man is, die ian 't debat iijn en kleur weet te geven. We Rebben 't nu reeds verscheidene malen zon- jder hem moeten stellen en hoe vlak en on beduidend waren vaak da discussies 1 Dins- dagavond woonde hij de vergadering weer bij en zie hij geeft aanstonds relief aan het debat. Feitelijk is na het vertrek van den heer van Traa de heer Hofland de eenige apreker In den Read. De andere heeren kun nen zeer zeker vaak goede opmerkingen ma ken en in korte speeches hun bedoelingen doen mtkomen; de heer Holland echter vat bijna altijd de raak breeder op en dringt meer tot het feitelijke, waarom het gaat, door. Wel is waar is hij daarbij dikwijls breetfeprakig, somwijlen tot vervelens toe, waarmee hij dan niet zelden zijn eigen be- foog»verzwakt, maar hij beheerscht de mate rie in kwestie en stelt meening tegenover meening beginsel tegenover beginsel. Geen wonder dan ook, dat de leiding van het werkloozendobat, tot nu toe aan den heer Voskuilen toevertrouwd, spoedig bij den beer Hofland was. De heer Noordewier open de het debat, waama de heer Voskuilen weer eens kwam verzekeren dat het college van B. en W. niet met bekwamen spoed in de zaak der werkloozenregeling werkte. Maar we kregen niet meer dan een hap en een greep uit het lijvige stuk van B. en W., 'dat niet aan ons blad is toegezonden, zoo dat wij er ook weinig van kunnen zeggen, daoT we onze kennis moeten putten uit het geen we er tijdens de discussies van hoor den. Over de steunverlecning aan werkloozen zijn allen in den Raad het eens. Ook hier over, dat de beste wijze van steunen is het doen verrichten van prodiuctieven arbeid. Maar de sociaal-democraten willen het col lege van B. en W. in gebreke stellen, dat niet met den noodigen spoed in deze is ge werkt. En dat wilde de heer Hofland scherp doen uitkomen. Hij kende het lijvige stuk, had alles goed nagegaan en trachtte nu uit de correspondentie met den Minister van Arbeid aan te toonen, dat de zaak feitelijk «leepende is gehouden. Zonder hulp van bet Rijk is zelis het verschaffen van productie- ven arbeid onmogelijkde toestand' onzer Rnahciën is nu niet van dien aard, dat het Gemeentebestuur zich gTOOte dingen kan veroonlooven. Plannen voor dat soort werkverschaffing zijn ontworpen, 0, a. het weggraven van een „bult" en het in orde brengen van de haven. Ook nog andere mooie dingen maai- die waren nog niet voor het publiek bestemd en werden slechts in een vergadering met ge sloten deuren medegedeeld. Dan is er nog U8MHP - TUIÜAlCSITïCT - ZEIST "e'sf. interl. 1E8. S'U eenige attesten dnf hol rosult-aat van Uw schepping boven verwaehl'iv; zelfs heotl voldaan dat oon ieder, dio Kof ziet. verrukt is over dfcn f raaien aanblik cn hulde brengt aan don ontwerper i G. F. v. T. zeer tevreden te zijn ovor don keurigen en jnaakvollon aanleg van pen proot gedeelte van i*0ijn buitenplaats le 's Graveland J. B een plan tot vakopleiding en voor een en ander is aan den betrokken Minister een crew diet gevraagd van 5 ton. De Minister verleent geen steun als hij niet op de hoogte der uit te voeren plannen is en dfe Gemeente kan niet beginnen is ze niet verzekerd van den Rijkssteun. Dat met een en ander tijd gemoeid is spreekt van zelf, althans voor cfen niet sociaal-democraat. Maar de sociaal-democraten zien dat niet in, willen het tenminste niet inzien. Stel je voor, dat de roode broeders in het openbaar toe stemden, dat ook de andere partijen de zaak der werkloozen behartigen met alle ernst, welke deae pastl De mentaliteit dezer hee ren is nu eenmaal zoo, dat zij zich de eenig ware verzorgers achten van al wet in de verdrukking is en dat zij ook anderer mee ning steeds aan onzuivere motieven moeten toeschrijven. Vandaar dat het voor hen zoo veel profijtelijker is in de oppositie te blij ven en elke mede-verantwoordelijkheid voor den gang van zaken te weigeren. Wethouder Jorisseh gooide dit d^n heer Hofland ook nu weer voor de voeten en trof, blijkens de op winding der heeren, diaarmee een gevoelige snaar. Is het niet te betreuren, vooral voor de werkloozen, dat thans de heer Hofland niet achter de groene tafel zit? Of er dan vlugger of beter zou gewerkt zijn Afgaande op die critiek der soc.-dem. mogen we zeg gen ongetwijfeld. Immers de heer H. zou het heele zaakje gauw genoeg hebben opge knapt, hij zou de heeren in den Haag wel hebben aangezet tot vlugger afwerken en de werkloozen zouden geholpen zijn. Zoo redeneerende zijn het dan dus de sociaal democraten, die wel al lang de zaak ter sprake hebben gebracht, maar door de wei gering van de hun meer dan eens geboden gelegenheid om daadwerkelijk aan de ver wezenlijking hunner eigen plannen mede te werken mede schuldig staan aan het nog niet tot uitvoering komen dier plannen. Maar, wij redeneeren niet aldus. Had de heer Hofland iin het college van B. en W. gezeten, het is onze stellige over tui ging, dat de zaak er precies zoo voor zou staan als thans. Op ons althans heeft het den indTuk gemaakt dat er van opzettelijk talmen geen spreke is, de zaak is en wordt behandeld met de ernst welke passend is. Het eenigste verschil zou slechts zijn, d<at dan de sociaal democraten hun critiek hadden kunnen op bergen en niet hadden kunnen optreden als de menschen drie alleen weten, hoe het moet. Het spijt ons werkelijk, dat we de zaak zco en niet anders zien, vooral nu de heeren zich zoo boos op ons maken, blijkende uit de opwinding van den heer Hofland en uit de denigreerende interruptie van- den heer Noordewier, dat wij zoo moeten schrijven. Kunnen de heeren nu werkelijk in een ander geen eerlijke overtuiging onderkennen Moeten zij nu altijd minderwaardige motie ven veronderstellen "voor het optreden van den tegenstander Hoe eng zij ook gevan gen zitten in het keurslijf hunner partijprin cipes en hoe zij ook tot in bet binnenste hun ner ziel overtuigd zijn van de alleenzalig- making hunner beginselen, toch zullen zij zéker nog wel genoeg gezond verstand heb ben te beseffen dat het geen behoorlijke wijze van doen is eens anders meening steeds te disqualificeeren. en deel U hierbij mede dat ik bij ponder tevreden ben over den nieuwen aanleg van mijn tuin. Wed. H. J. W.-DE K Politiek Overzicht. Uit een officieel communiqué valt af te leiden, dat de Londensche conferentie gis teren te kwart over elf in het St. James Pa lace bijeenkwam om de Turksche gedele geerden te hooren- Zoowel door 'few fik Pas ja als door Bekir Sami Bey werden de alge- meene beginselen uiteengezet, volgens welke de vrede in het Oosten zou kunnen worden hersteld. De conferentie noodigde de gedelegeerden uit hun inzichten betref fende de verschillende punten van 't ver drag van Sèvres, ten aanzien waarvan zij om wijziging verzochten, in concreten vorm te gieten. Het was gisteren, enkele minuten voordat de conferentie bijeenkwam, in offi- cieele kringen nog niet bekend, of de Turk- sche delegaties van Constantinople! en An gora hun verschillen hadden bijgelegd en of ze één delegatie hadden gevormd om de Turksche belangen te verdedigen ter confe- renti. Tewifik Pasja, die al een oud man is, hij is 78 jaar, was in zoover hersteld, dat hij de conferentie kon 'bijwonen en het werd waarschijnlijker geacht, dat, tenzij er over eenstemming werd verkregen met de dele gatie van Angora, hij alleen vergezeld zou zijn van zijn beide collega's van Constanti- noprl Osman Nizami Pasja en Moestafa Resjid Pasja. In dat geval zou Bekir Sami Bey zijn best doen om afzonderlijk te wor den gehoord. Het is niet duidelijk, of ze het eens zijn geworden, al meldt de Times van wel, maar op de conferentie drongen de beide Turksche delegaties er op aan, dat al de streken, bewoond door Turken be halve die, waar de Arabieren de meerder heid vormen, een deel zouden blijven uitmaken van Turkije. De Turken wilden ze kere rechten toestaan ahn de minderheden in Turkije, mits de Turksche minderheden in andere landen dezelfde rechten kregen. Ook wilden zij vrijheid van scheepvaart toelaten door de zeeëngten. mits de souvereiniteit van Turkije niet werd aangerand. Op de mededeeling van Lloyd George, dat de conferentie een uitgewerkt bericht verlangde, zeide Bekir Sami Bey, dat hij zich verzette te?en de bepalingen inzake Smyrna, Thiacië, de neutrale zvne en tegen de economische, ifinancieele en militaire ar tikelen. Hij verzocht tijd om een verklaring voor deze punten op te stellen. wedstrijd werd voortgezet, zou er een nieu we oorlog kornon, misschien niet met Duitschland of Pruisen, maar met eenig an der land. Het was van het grootste belang, dat de oorlog voorkomen werd en dat daar om de toeneming der bewapening op de oude schaal moest worden tegengegaan. Als de Volkenbond behoorlijk werd gesteund, zou deze ertoe bijdragen, dat de toeneming der bewapeningen werd tegengegaan. Gewag makende van de Ifngelsch-Ameri- kaansche vriendschap zeide lord Grey te gc- looven, dat de hartelijke betrekkingen en sa menwerking tussohen Britannië en de Ver- eenigde Stoten meer dan iets anders zou bijdragon tot het welzijn van de geheele we reld. Tevens was hij van oordeel, dat deze geheele kw estie niet in 't bizonder behandeld moest worden als een gevoelskwestie, maar dat men zekere feiten in aanmerking moest nemen. Eén daarvan wos, dot Groot-Brittan- nic met de Ver. Staten een vredesverdrag had gesloten, dot een oorlog onmogelijk zou maken, als daaraan de hand gehouden wordt. Dit was het verdrag, dat <le beide rc- geeringen verplichtte, als zij het niet eens zouden zijn, zich te wenden tot een commis sie, die een onderzoek zou instellen, een rapport uitbrengen en tot een schikking ad- visëeren. Als aan dit verdrag de hand ge houden werd, zou men minstens een jaar tijd hebben om na te denken, voordat het tot een werkelijke vredesbreük zou kunnen komen. Lord Grey zei, niet te meenen, dat twee groote, democratische noties ooit oor log konden voeren, als zij zich hielden aan dergelijke verdragen. De Volkenbond moest niet zijn een politiek van afzonderlijke bond genootschappen, maar, indien een begin v/as gemaakt met de meest nauwe samen werking tusschen Engeland, Frankrijk, Italië •en andere geallieerden, zou Ivet mogelijk zijn den vrede te verzekeren in andere be langrijke deelen van de wereld. Imt. 8?,ÈnE KAHDSC' OcyEH 1.50 KOUSEH zw Kutne' pnar PRIMA Mrjiii AmsrlkaanscljB SYLVAH 2.4^ ton „l'HIHONDELLE" W.VAN ROSSUM In een rede, welke lord Grey, die bij het uitbreken van den oorlog 'minister van oor log was, heeft gehouden,.mekte hij op, dat men hem vaak had gevraagd, of de Volken bond een succes was en dat Kil daar telkens op had geantwoord, dat de Bond een succes 'behoorde te zijn. Er was gezegd, «dal er an dere dingen in dien. geest waren geweest, /ooals de Haagsche vrodesóonferemie, die ook den oorlog beoogde "te voorkomen. Die conferentie had wel veel beloofd, maar de verwachtingen waren niet verwerkelijkt. De reden waarom men met verwachting naar den Volkenbond had uitgezien, was, dat men hoopte dat deze een atmosfeer zou kunnen scheppen, waardoor de oorlog onmogelijk gemaakt zou worden. In 1914 dachten de uiterste pacifisten n-iet zoozeer, dot een oor. log zou worden verhinderd, dan wel, hoe zij uit den oorlog zouden kunnen blijven- Dat was niet genoeg. In de toekomst moest men den oorlog beschouwen als iets dat voorko men mc worden en niet slechts als iets, dat men aiende te ontw ijken. Er moest een instelling zijn, waardoor de openbare mee ning van de wereld zoodoende tot uiting kon komen. Dat behoorde de Volkenbond te zijn. De bewapeningen waren on groote schaal toegenomen, tengevolge van den laatsten oorlog, waardoor geheel Europa onder de wapenen stond, op een wijze, zooals nog niet was voorgekomen. Het was een ver sterkte kamp. De wedstrijd in bewapening moest niet worden voortgezet. Als deze Bulienlandsche Berichten. Washington, 2 2 F e b r. (R.) De re- gecring heeft zich rechtstreeks tot den raad van den volkenbond gewend met het verzoek om aan alle geallieerde en geasso cieerde landen gelijke voorwaarden toe te stoan in de mandaatl ancien. B e r I ij n, 2 3 F e b r. (\V. B.) De Duitsche deskundigen uit handels- en nijverheids kringen voor dé beraadslagingen te Londen zullen voorloopig in Duitschland blijven en eerst naarmate men hen daar noodig heeft, te Londen worden ontboden. Enkele Deut sche afgevaardigden vertrekken Zaterdag avond nl, minister Simons en deskundigen van zijn departement zullen Zondag met een extra trein volgen. Thans kan woiden beschikt over den of- ficieelen uitslag der verkiezingen in Prui sen. In totaal-werden uitgebracht 15 951 338 stemmen. Daarvan vrkregen; de sociaal-democraten 4 171 286 'het centrum 2 964 202 de democraten 997 483 de Duitsch-natiorialen 2 892 667 de onafhankelij'ken 'I 055 023 'de Duitsche volkspartij 2 266 587 de communisten 1 207 695 de Wirtscbaftspailei 187 345 de Polen 12 271 de Chr. Volkspartij 13 982 andere partijen 5 606 Van deze laatste zijn ongeveer 3000 L»eensche stemmen uitgebracht in het dlfl) trict Flensburg. In de afzonderlijke kiesdistricten zijn g« kozen: sociaal-democraten QQ centrum en Wclfcn 09 democraten IJ Duitsch-notionalen 60 onnfhankelijken 17 Duitsche Volkspartij 47 Communisten 10 Wirtschaftspartei 1 Met inbegrip der blijvende Opper-Silezu sche mandaten, krijgt men de volgende sa menstelling von den nieuwen Landdag: zetels. Meerderh.-soc.-dem. 111 (tot nu toe 145) Centrum 83 94) Democraten 25 66) Totale sterkte dor re- geeringscoalitie 219 Duitsch-iYotionalcn 73 (tot nu toe 50) Onafhankeliiken 28 23) Duitsche volkspartij 56 ,r 21) Communisten 30 r, 0) Wirtschaftspartei 2(„ 0) Weffen en Slees wij k-Holste in ers 6(„ 3) De nieuwe Landdag telt dus 414 leden (tot nu toe 402). Dc tot dusver bestaande meerderheids-* coalitie heeft dus 219 z etc te; de oppositie partijen van links en rechts beschikken over 195 zetels. B e r 1 ij n, 2 2 F e b r. (W. B.). In weerwil van olie tegenmaatregelen is de werkloos heid in Januari aanmerkelijk toegenomen* Het aantal mannelijke personen, die ton dcele ondersteund worden, is gestegen vnw 335.000 tol 357.000, het aantal geheel wcrklooze mannel. personen van 410.000 tot 432.000. In verband met het aantal man nelijke werkloozen is ook lvet aantal onder steunde gezinsleden gestegen, namelijk van 457.000 tot 495.000. Wanneer men hier bij in aanmerking neemt dat ten gevolge van dé beperkende maatregelen, die bij het verleenen van steun aan werkloozen in acht worden genomen, slechts ongeveer de helft van het feitelijke aantal werkloozen onder steun^ wordt, dan kan het totaal aantal men schen in Duitschland, dat niet of slechts een gedeelte van den normalen werktijd arbeidt, op ongeveer twee millioen worden geschat B e rl ij n> 2 3 F eb r. (W. B.) De Rijksdag is heden na een rust von bijna drie weken weer bijeengekomen. Bii de bespreking von de begrooting van arbeid merkte minister dr. Brauns op, dot het getal werkloozen, dat blijkens de statistieken steun wm overheids wege ontvangt, in binnen- cn buitenland herhaaldelijk wordt «ongezien voor het to taal getal werkloozen In het buitenland heeft men op grond van d-eze vergissing zelf mee nen te mogen zeggen, dat het er met do Duitsche arbeidsmarkt nog niet zoo slecht uitziet. Niet alle werkloozen ontvangen echter steun van overheidswege en buiten dien is er in Duitschland een bizonder groot aantal werklieden, dat slechts halve dagen werkt en zijn er verschillende bedrij ven door de demobilisatie gedwongen meer werklieden in dienst te houden dan voor het werk vereischt is. Het ministerie heeft onaf gebroken getracht zooveel mogelijk werkge legenheid te scheppen in plaats va-n steun te verleenen en dat is ook geschied door de z.g. werkloozen verzekering. De Ouitsche sociale maatregelen waren in de eerste plaats gericht op de verhooging van de op brengst. Londen. 23 Pebr. (R.) Drre consta- bels, die dienst deden op Dublin Castle, werden door een gewapenden troep op straat vlok bij het kasteel neergeschoten. Twee hunner werden gedood, terwijl men niet ver- Het is gemakkelijker geestig dan ern stig te zijn. door SUZE LA CHAPELLE-ROOBOL'. 23 Had ik goed gehoord? Ik keek de tafel rond en plotseling begon fnijn hort te kloppen, en voelde ik het bloed itaar mijn wangen stijgen, terwijl ik mezelf voorhield dat het niet zijn kon en wat het er ook eigenlijk toedeed als -het wèl waar was en Ernst Rosdijk daar schuin tegenover mii aön tafel zat. ik had hem bijna verge ten, slechts nu en dan doemde die herinne ring uit mijn- jeugd voor mij op, in de laat ste jaren had ik zoo weinig aan hem ge dacht. Maar nu overstroomden mij ineens el die oude gewaarwordingen on ik kon den -blik niet afwenden van het aantrekkelijke, IHnke gezicht, van die trouwhartige, donkere öogen. En hoe meer ik keek, hoe duidelij ker ik hem herkende, ja hij was het weJ, Ernst Rosdijk, de held' vah mijn meisjesdroo- jnerv. Hoe was het mogelijk dat ik hem straks ,iviet herkend had Hij was toch zeker aan Jnij voorgesteld, had ik den naam dan niet Verstaan of was die mij ontgaan te midden der anderen, döe aan mijn ooren voorbij buisden Ik voelde dol hij mij ook aankeek, rk zag Op zijn gezicht een uitdrukking als van her- maar wii waren te ver van elkaar geplaatst om een woord te kunnen wisselen. Nooit heeft een diner mij langer geduurd, ik dacht dat er geen ernd aan zou komen en toch zaten we slechts anderhalf uur aan tafél. Toen ik mijzelf genoeg meester was om volkomen onverschilligheid te kunnen voorwenden, zei ik tot mijn gastheer dat ik in dien meneer Rosdijk een jeugdvriend meende te herkennen en ik vernam dat hij jaren in Indië was geweest, daar een heel mooie carrière had gemaakt, zijn ontslag uit den dienst had genomen en nu sedert eeni- •gen tijd in den Haag woonde, waar hij een betrekking hoopte te krijgen aan. het mini sterie van Koloniën. Was hij niet getrouwd? Neen, nooit geweest. Terwijl ik na het diner met de andere da mes in den salon vertoefde, zat ik stil weg gedoken in mijn fauteuil en luisterde niet naar de gesprekken om mij heen. Ik was met mijn gedachten ver v/eg in het verleden en ik, veertigjarige vrouw, die niets anders dan désillusies had gehad, die dacht dat het le ven zoo goed als geëindigd voor mij was, voelde mijn hart kloppen en mijn bloed ja gen door een nieuwe emotie, door een nieu we -blijheid, die plotseling alles wat dor en doodsch was geweest, te niet deed, en mij nog wel onlbestemde, -maar toch sohitteren- de kleuren in de toekomst voor de oogen tooverde. Eindelijk, daar openden zich de dubbele deuren en de heeren kwamen binnen, fk zag terstond dat zijn blikken mij zochten, ik stond op en, alles om mij heen vergetend, ging ik hem een paar schreden te gemoet. Hij stak mij de 'hand toe en ik hoorde zijn Stem «Mevrouw Eerhof. reeds aan tafel meende ik u te herkennen, maar al is uv eigenlijk niet veranderd, het drong niet dadeliik tot "mij door, dat mevrouw Eerhof en Gertrude van Linden, mijn danseuse van zooveel jaren geleden, één en dezelfde waren." Hij sprak heel eenvoudig, zonder eenige ontroering, toonde slechts aangenaam ver rast te zijn dcor onze ontmoeting, en ik her kreeg volkomen mijn kalmte en bedaardheid en antwoordde „Zoo ging het mij ook. me neer Rosdijk. Ik had uw "naam slecht ver staan. Wat aardig dat we eikaar na zooveel tijd weer eens zien J. Hij zei een paar wellevende woorden die als een compliment voor mijn uiterlijk be doeld waren en we waren spoedig in oen druk gesprek gewikkeld over Breda, over onze oude kennissen, zijn verblijf in Indië, eindelijk over de reden, die mij naar den Haag gebracht had. „Mag ik u mijn dochter voorstellen?" vroeg ik, en ik wenkte Ciska „Meneer Rosdijk is een jeugdvriend van mij, kindlief, we hebben elkaar 't laatst ge zien toen ik zoowat zoo oud was als jij nu." Hij reikte haar de hand, ik zag een uitdruk king van teederheid in «in oogen komen en hij wendde zich meer tot mij dan lot haar. toen hij zei- „Uw dochter lijkt op u, mevrouw, heel veel." „Zie je wel, moeder?" riep Ciska vroolijk, „u kunt niets -eggen dat ik prettiger vind, meneer Rosdijk." Men kwam zeggen dat onze auto wacht te en we moesten afscheid nemen. Ik keek hem aan, zou hij niets zeggen, niets vin gen Daar kwam het verlangde verzoek - „Ik mag u toch zeker een visite komen maken, mevrouw Eerhof?" De blijde tinteling in mijn oogen kon hji niet zien, want ik sloeg ze neer en terwijl hij Ciska in Tvaar met zwanendons omboor den mantel hielp, antwoordde ik bedaard „Zeker, meneer Rosdijk, het zal me heel aangenaam zijn, iecleren Vrijdag na vieren ontvangen wij." Wanneer Alfred wel genoeg was, bleef 'hij altijd op tot wij thuis kwamen. Wij von den hem ook nu in de bibliotheek. Vol be langstelling luisterde hij naar Ciska's vroo- lijke verhalen en van onze ontmoeting met rnener Rosdijk, een oud vriend van moeder en iemand met zoo'n prettig, gedistingeerd voorkomen. „Dat is aardig voor je, Gertrude," meen de Alfred vriendelijk. „Rosdijk, ik herinner mij den naam niet. Heb ik hem wel ooit ont moet „Nee, hij was al weg van de militaire aca demie toen wij geëngageerd waren. „Ik hoop, dat hij ons een bezoek zal bren gen." „O ja, hij zal wei eens op onzen ontvang dag komen" „Ik zei het zoo onverschillig mogelijk en toen verzocht ik Ciska haar vader sroeden nocht te wenschen en naar bed te gaan, .vanf ik had behoefte alleen te zijn en miin dwaze droomen van blijde verwachting en her nieuwd levensgeluk te droomen. Den eerst- volgenden Vrijdag, toen ik in den 9aloni kwam waar Alfred reeds in zijn rolstoel voo»- den vroolijk vlnmmenden haard zat, zag ik er zoo stralend uit, dat er een -gloed van bewondering uit zijn donkere oogen hchtte, toen hij mijn hand vatte en zei „Gertrude, 't is of je met den dag mooier en jonger wordt." Ik glimlachte gestreeld en voor het eerst na zooveel jaren verheugde ik irrvij oprecht over mijn schoonheid, die mij zoo aantrek-* kelijk zou maken in de oogen van mijnl ouden, eenmaal zoo geliefden vriend. Maan de middag verliep, verschillende bezoekena kwamen en gingen, Ernst Rosdijk verscheer! nog altijd niet. Was dan al mijn moeite vergeefs en zou hij niet komen Het werd stil in den salons er was nog maar een enkele oude heer, dié met Alfred praatte en ik stond op, onrustig^ mijzelf willend ontveinzen dat ik zoo vree* séliik teleurgesteld was. Daar werd de flu< weel en portière weer opgelicht en annonrf ceerde de knecht „Meneer Rosdijk." Ik had al mijn zelfbeheersdhimg noodJfr om hem niet tegemoet te vliegen, -om hen* alleen maar met een vriendelijken g^limlaa» welkom te heeten en hem kalm en bedaart! aan mijn man en den anderen bezoekeiw voor te stellen. (Wordt vervolgd^

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1921 | | pagina 1