DE EEMLANDER
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Langs den grooten weg.
39-, 35-, 31.50
I. OIOÖTEi
PRIJS DER A9VERTENTIËM
m\m „i'iiiROHDfiiE"
ZWARTE VOJLE KOUSEN RECLAMEPRIJS 75 Cl
13.50 28.5(1 19.75 !4.?5
DAMES
ZIIDEH EX WOLLEK
JERSEY'S
AMERSFOORT.
m VOETBALLEN ea
VOETBALSCHOENEN
bij:
99e Jaargang Ne. 269
4nMlltUnTCDDII( P" 3 maanden mot Amets.
^IQUtRtllui Kilo looft f 210 id<.m taoe#
ptr p«» f pet week (met gratis verzekering
ongelukken) f 0.17k, zlzonderlijkc nummers
f oos.
Maandag 9 Mei 1921
DIRECTEUR-UITGEVER» J. VALKHOFF.
BUREAUr
ARNHEMSCHE P00RTW4L.
TEL. INT 513.
van 1 -HL regels f 1.05
met inbegrip van cea
bewijsnummer, elke tcqcl rorcr 0.25, diensfo;tnb'c«
dingen en Lictdadighcids-aciveitentfcn voor de helft
eer prijs Voor handel cn bedrijf bestaan zeef
voordeciige bepalingen voor het adverteeren. t'coc
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden
Politiek Overzicht.
fit ■sen uitvoerig hoofdartikel der Deut
sche AUgemeine Zeitung wordt door O. G.
W. opgemerkt, dat terzelfder tijd, waarop
de Opperste Raad eischt, dat Duitschland
;.:ziet van de primitiefste wijze van beveili
ging, de «ntergeallieerde commissie in Op
peln zloh genoodzaakt ziet Duitsche hulp in
is roepen tegen de Poolsche benden in Op
per-Silezië en zich juist tot die vroeeere
Hritsche officieren en soldaten te wenden,
ie, naar 't schijnt, nog thans voor Frank
rijk de grootste verschrikking beteekenen.
Y'arschau trad wel-is-waar naar den schijn
tegen Korfanty en de insurgenten op, maar
<le Poolsche massa's, die Opper-Silezië
binnengedrongen waren, konden nauwlijks
in zoo rijke mate met allerlei wapens, ook
met kanonnen, uitgerust zijn, wanneer de
'oolsche overheden hen niet in dezelfde
mate begunstigden, zooals dat was gebeurd
•ij den tocht der vrijbuiters naar Wilna.
Yeeds hadden de Italiaarische troepen bij
het vervullen van de plichten, die op de in-
ei geallieerde bezetting rusten, ernstige
verliezen geleden. Voor het bloed, dat ge
vloeid is, zegt de schrijver, kan het Italioan-
rche volk-.in de eerste plaats te Parijs be
danken, want het waren de Franschen, die
e Polen telkens weer hebben aangezet
aar Opper-Silëzlë te gaan en die zij nog
"ezer dagen oftder het voorwendsel der
-anclies officieel er toe wilden brengen het
\gebied binnen te rukken.
Terwijl Opper-Silezië in vlammen stond
rn uiet te vervangen waaiden aldaar ver
nietigd dreigden te worden, Jou Duitschland
van hef Ruhrdistrict beroofd worden, twaalf
milliard mark in goud betalen, ctle.het, naar
•at heette, op 1 Mei niet betaald had, zich
verplichten in totaal 13^, milliard te kwijten
r de tegenstanders een deel der export-
brengsten af te staan. Aan den eenen
ent werd Duitschland dus kunstmatig ge
dineerd, aan den anderen kant moest het
zich ontwikkelen om de bedragen, vereisoht
■oor de schadeloosstelling, te kunnen beta
len. Klaarblijkelijk had men hier te doen
■eet een dilemna, dat niet opgelost kon wor-
'en. Voor een volk, dat in 't Oosten en
'esten blootgesteld was aan dergelijke ge
weldplegingen, achtte de Opperste Raad
ook nog de instelling van een cont/röle-
commissie op de plaats, die men anders ge
woon was achterlijken en slecht bestuurden
landen op te dringen. Toen de tegenwoor-
"ge gezanten van Engeland en Frankrijk,
rd d'Abernon en Charles Laurent, die bei-
en werkzaam waren geweest bii den Turk-
schen schuldendienst, naar Berlijn gezon
den werden, liepen er reeds geruchten over
dergelijke bedoelingen. De heeren, zegt O.
G. W., zullen dus nu, wanneer alles vol
gens de wenschen vsn den Oppersten Raad
zou afloopen, gelegenheid hebben, hun
eens in 't Oosten verworven bekwaamheden
toe ïe passen op het Duitsche volk van 60
tnillioen zielen.
De meest lelie verbittering vervulde el-
ken Duitscher, wanneer hij zag, hoe alle
r u-'ijke pogingen om tot een overeenkomst
et de tegenstanders te komen, van de
hand werden gewezen. Versailles, Spa, Bou
logne, Londen, enz. durfde Lloyd George
als een teeken van de mildheid en tege
moetkomendheid der Entente te noemen.
Het Duitsche volk had ze steeds slechts als
vernederingen beschouwdbij geen enkele
gelegenheid werd het toegelaten om de za
ken uiteen te zetten, steeds werd den eerst
weerloos gemaakte alleen de vuist voorge
houden en wanneer Duitschland er voor
waarschuwde, dat deze methode slechts tot
ifen chaos kon leiden, werd het uitgelachen
of zelfs niet aangehoord.
„Thans", besluit het artikel, „staan wij
Hoe hoog de boom ook zijn mag, zijn
bladeren vallen op den grond.
Naar het Engelsoh van
JEFFERY FARNOL.
47
„O 1 Geonge 1 maar schaam jij je niet,
f Schaam je Zwarte George f
Kijk! zei ze, met den vinger naar hem wij
eend, „kijk dien grooten sterken man daar
t— hij is een lafaard een lafaard
Ik voelde hoe de greep van den smid los
ser werd, zag hoe zijn armen langs zijn zijde
vielen, en hoe een donkere blos naar zijn
wangen steeg, tot onder de krullen van zijn
glanzend goudblond haar.
„Maar, Prue begon hij, met een won
derlijk veranderde stem; toen zweeg hij
weer. De schittering van toorn was ui? zijn
oogen verdwenen terwijl zijn blik op haar
tustte, en hij maakte een beweging, a'.sof 'hij
haar zijn 'hand wilde toestekendoch snel
iro'k hij haar weeT terug.
„Maar, Prue zei hij nogmaals; toen
voer er plotseling een schok door hem, en
«ioh onVkeerend stajpte hij weg, zonder een
avoord te zeggenj, terug naar zijn smidse. En
wrwijl hij zoo heenging, zonder naar rechts
of naar links te zien, was er voor mij iets
wanhopigs in de wijze, waarop hij zijn hoofd
Het hangen, dat mij een oogenblik diep me-
Hehjden «net hem deed gevoelen. Toen ik
iatj.iv blik van hem afwendde en richtte op
gelukkig op het uiterste randje van den al-
grond. De Duitsche regeering, die sinds het
overnemen der zaken er naar heeft ge
streefd het uitvoeren van 't vredesverdrag
van Versailles in overeenstemming te bren
gen met het prestatievermogen van 't Duit
sche volk, is afgetreden. Nog staat niet vast,
wie haar plaats zal innemen, maar één ding
Is zeker de mannen, die het vertrouwen
van 't Duitsche volk op dit, wellicht het
meest kritieke moment, willen genieten,
moeten met beslistheid het standpunt innc.
men, dat hetgeen de Opperste Raad van
ons eischt, ten eenenmale ondraaglijk Is.
Ook thans nog zijn de Duitschers bereid het
eens te worden met hun tegenstanders en
tn jaren van den meest ingespannen ar
beid datgene te geven, wat zij kunnen op
brengen. Wanneer echter de Opperste
Raad van ons eischt, dat wij onze Ooste
lijke vesting ontwapenen zullen op een
oogenblrk, dat de Polen snood geweld op
ons toepassen, dat zij alle recht en wette
lijkheid in 't gezicht slaan, dat het gelijk zou
staan met het weggooien van onze eer,
wanneer wij zonder verzet ons dit snoode
geweld lieten aanleunen, bestaat er op do
zen eisch maar één antwoord, dat een eer
volle natie waardig is, en dit antwoord
luidtNeen en duizendmaal neen f
Dat de dolle eischen, die de Entente alle
rede ten spijt, ons stelt, onvervulbaar zijn,
is duizendmaal betoogd. Wij verspillen over
deze dingen thans geen woord meer. Maar
ergers staat nog te wachtendat zijn de
garanties, die ons voor de vervulling der
onvervulbare eischen opgelegd zullen wor
den. De bewoordingen dezer waarborgen
kennen wij nog niet. Van welken geest zij
bezield zijn, kan men afleiden uit de rede
van Lloyd George en uit de aanduidingen,
die uit Parijs omtrent de besluiten van de
commissie van herstel reeds uitgelekt ziin.
Wanneer deze garanties zouden beteeke
nen, dat het Duitsche volk zal worden >.r-
laagd tot het peil ven een haM-cecidtiveer-
den staat van 't slag als Haïti, Liberia of Tu
nis door 't ook nog te ontnemen hetgeen 't
nog rest van zijn soevereiniteit, dan zou
ook in dat geval slechts sprake kunr.en ziin
van één antwoord voor een land van eer
Neen en duizendmaal neen I"
Berichten.
Berlijn, 7 Mei. (W. B.). Naar het Ber
liner Tageblatt uit Parijs verneemt heelt pre
sident Ebert dr. Mayer, den Duitschen ge
zant, naar Berlijn geroepen. De Vossische
Zeitung meldt, dat ook de gezant te Wee-
nen naar Berlijn is geroepen. Deze is gister
ochtend vertrokken.
De Lokal Anzeiger meldt, dat de Beier-
sche minister-president dr. von Kahr naar
Berlijn vertrokken is om de meening van
Beieren over het ultimatum der Entente uit
een te zetten.
Berlijn, 7 Mei. (W. B.) Het Bed. Ta-
gebl. meldt, dat de Duitsch-nationalen en de
Duitsche volkspartij de nota der geallieer
den onaannemelijk hebben geacht. De demo
cratische fractie zou er evenzoo over den
ken, al heeft ze nog geen beslissing geno
men. In het centrum en de sociaal-democra
tische partij zijn de meeningen nog ver
deeld.
B e r 1 ij n, 7 Mei. (N. T. A. Draadloos).
Aan de Basler Nachrichten wordt uit Parijs
gemeld, dat het dreigement van een bezet
ting van 't Ruhrgebied is bedoeld als een
permanent verontrusten van Duitschland en
we! derwijze, dat bij elk verzuim ten aan
zien van eenigerlei verplichting de op-
marsch zonder een nieuw besluit der geal
lieerden plaats vindt en voldoende troepen
te dezen einde klaar staan.
Dat deze opvatting juist is, blijkt ook uit
de verklaring van Briand aan journalisten
dadelijk na zijn terugkeer uit Londen. De
bezetting van 't Ruhrgebied blijft ook na 13
Mei nog „in der Schwebo" en zou bij even
tueel in gebreke blijven van Duitschland
automatisch plaats hebben. De alom gecon
centreerde troepen worden niet ontbonden,
wanneer Duitschland op 13 Mei ondubbel
zinnig „ja" zou hebben gezegd. Een natio
nalistisch blad uit Lyon kenteekent deze
politiek met de opmerking, dat zii „de hand
in de kraag vervangt door het mes op de
•keel".
Berlijn, 7 Mei. (W. B) De Voss. Zel-
tung deelt mee, dat hedenvoormiddag een
Fransche cava-lerie-patrouille verschenen is
In het Roergebied.
P a r ij s, 17 Mel. (B. T. A.). De Fran
sche overheden ontkennen formeel de
juistheid van 't bericht der Voss. Ztg., als
zouden Fransche patrouilles paardevolk des
ochtends de Ruhrstreek zijn binnengedron
gen.
B e r 1 ij n ,7 M e i. (N. T. A. Draadloos).
Over de Fransche voorbereidselen wordt
verder uit Mainz bericht, dat de Fransche
Rijnvloot bevel heelt ontvangen zich gereed
te houden voor een, meerdere dogen du
rend. transport van troepen.
Washington, Mei. (R.). In den
brief, waarin de regeering der Ver. St. de
uitnoodiging van de geallieerden aanvaardt
om afgevaardigden te zenden naar den op
persten raad, de commissie van herstel en
den gezantenraad, zegt zijTerwijl zij vol
hardt in haar van oudsher gebruikelijke po
litiek van onthouding in zaken, die uitslui
tend Europa aangaan, stelt do regeering
troepen verlaten. De geallieerde bezettingen
'in de belegerde steden beginnen al gebrek
aan levensmiddelen te krijgen. Volgens een
bericht uit Gleiwiiz. zouden opstandige Fran
sche troepen 60 wagons met levensmidde
len op het station afgekoppeld en wegge
voerd hebben.
B e r 1 ij n, 7 M e i. (W. B.). Minister Do-
minicus heeft in den Pruisischen Landdag
meegedeeld, dat zijn mededeelirtg van gis
teren, als zouden twee Fransche officieren
de hand hebben gehad in het opblazen van
het viaduct over de Hotzenflusz moest wor
den ingetrokken. De in hechtenis genomen
officier was inmiddels weer vrijgelaten. De
minister sprak zijrv leedwezen uit over het
misverstand.
Kreuzburg, 7Mei. (W. B). Over 't al
gemeen is de toestand onveranderd.
Uschuck is in handen der Duitschers, Thule
cn Budkowitz eveneens. Te Kreuzburg en
omgeving heerscht rust. Op de linie Klein-
Lassowitz-Skorkau-Grunewitz werd in den
afgeloopen nacht gevochten.
Berlijn, 7 Mei. (W. B.). Volgens de
Deutsche Zeitung bevindt de rijksweerbaar
heid zich wel in versterkte gereedheid, maar
haar is nog geen bevel tot oprukken gege-
ven.
B e r 1 ij n, 7 M e 1. (N. T. A. Draadloos).
De bevolking is zeer verbitterd op de Fran
schen, die niet tusschenbeide komen, maar
alleen onverbiddellijk tegenover de Dui:
schers optreden. Op vele plaatsen wijken
de Ententetroepen voor de opstandelingen.
Vooral de verliezen der Italianen ziin groot.
De Corriere della Sera schrijftWarschau
EF
VOOR JONGE GHANTUNG
DAMPS BLOUSES
HOI MOUSSELINE |H HUÜREl ROSE
JAKJES en nu
)M FANTASIE PATRONEN HOQGen LAASUUITEHD
VUOR OUDERE
<14 L A N G EST R A .4 T
dei Ver. St. groot belang in een behoor
lijke economische schikking en rechtvaar
dige regeling ven de zaken van algemeene
beteekenis, die in deze lichamen behandeld
worden en wenscht zij aan de oplossing van
deze vraagstukken door deelneming aan de
beraadslagingen mee te verken.
Ton slotte n-?mt de regooring in den
brief met genoegen kennis van de meening
van de vertegenwoordigers der geallieerde
regeeringen, vergaderd te Londen, dat het
deelnemen van Amerika aan de regeling van
de gtroote internationale vraagstukken, die
uit den oorlog voortvloeien, wezenlijk tot die
regeling bij zal dragen.
Berlijn, 7 Mei. (W. B.). De toestand in
Opper-Silezië is nog steeds ernstig, Italiaan
sche troepen hebben een aanval op het
spoorweg-kruispunt Kandrzin afgeslagen.
Volgens een bericht uit Breslau aan de Ber
liner Zeitung am Miltag heeft de Italiaan-
sche bezetting van Gterwienke zich gisteren
moeten overgeven. Zij had negen zwaar ge
wonden. Italiaansche versterkingen uit Ni-
colai bevrijdden de gevangenen echter en
fusilleerden volgens summier recht twee
Polen. Kort daarop hebben tweeduizend op
standelingen een Italiaansche troep uit el
kaar gejaagd en daarbij een luitenant en
twee man gedood. Bij h l gevecht om het
station Kandrzin sneuvelden den afgeloopen
naohl 9 Italianen. Bybnik hebben de Italia
nen vannacht met zware verliezen heroverd,
nacht 9 Italianen. Rybnik hebben de Italia
nen aan den eisch der opstandelingen om de
Duitsche volksstemmingspolitie te ontwape
nen gevolg moeten geven. De kreits Oppeln
is door het grootste deel der geallieerde
moet de beleediging, Italië aangedaan,
weer goed maken. Italië moet echter ook
zijn geallieerden onder 't oog brengen, dat
niet allen hun taak even onpartijdig vervul
den.
Parijs, 7 Me 1. (B. T. A.). De Raad van
Gezanten, die de gebeurtenissen in Opper-
Silezië betreurt en laakt, heeft aanstonds
beraadslaagd over de maatregelen tot her
stel der orde. De Raad heefi de intergeal-
lieerde commissie in Opper-Silezië opge
dragen tot de bevolking een proclamatie te
richten, waarin de ongeregeldheden worden
veroordeeld en waarin wordt gezegd, dat
geen enkel toevlucht nemen tot geweld de
besluiten der geallieerde regeeringen zou
kunnen beinvloeden en haar verhinderen
vrijelijk te beslissen, overeenkomstig het
vredesverdrag, over de toekenning van de
aan het plesbisciet onderworpen gebieden.
P a r ij s, 7 M e i. (N. T. A. draadloos). De
Temps wijst in een commentaar op het be
sluit van den raad van gezanten om een
proclamatie (e richten tot de bewoners van
Opper-Silezië op, dat over 't lot van 't land
nog niet is beslist. De militaire deskundigen
zullen de middelen nagaan om een eind te
maken aan de onlusten van thans, maar de
Temps hoop dat geen versterkingen naar
Opper-Silezië behoeven te worden gezon
den. Generaal Lerond, voorzitter van de in-
ergeallieerde commissie in Opper-Selizië,
vertrok weer naar Oppeln en de Temps
geeft uiting aan .de hoop, dat hij, dank zij
't welverdiend gezag, dal hij bezit, binnen
kort tijdsbestek de rust zal kunnen herstel
len. De voorbereidselen, die op Duitsch' ge."
bied plaats hebben, de taal, die FehrenbacH
heeft gesproken en de aanval, die op een/
Fransch officier is gepleegd, toonen vol
doende 't voortdurend gevaar aan, waaraan/
de vrede van Euroon ij blootgesteld, zoo
lang Duitschland strijdorganisaties, die hon
derd duizenden mannen tellen, welke ruim
schoots van mitrailleuses en waarschijnlijk
ook von kanonnen zijn voorz:en, op de been;
houdt.
Berlijn, 7 Mei. (\V. 8.) Uit Oppvlnl
wordt gemeld -aan de Ttigl. Rundschau, dat
de intergeal-lieerde commissie het antral
Duitschers voor de volksstemmingspolilia
heeft verhoogd tot 15.000 man. Van het
oprukken van de Duitsche rijksweer ittl
Opper-Silezië wil -de oommissie echter niet»
weten.
B e r 1 ij n, 7 Mei. (N. T. A. Draadloos),
Generaa-1 Lerond zou, volgens een bericht
uit Breslau, den oproep voor Duitsche vrij-
willigers weer hebben ingetrokken.
Berlijn, 7 Mei. (W. B.) Naar de Vos
sische Zeitung uit Oppeln verneemt, h-eefj
de initergeallioerde commissie besloten do
vraag om versterkiivgsiroepen uit het Wes
ten weer in te trekken. Er zou getracht wor
den door onderhandelingen met Korfanty,
den toestand meester te worden. Mocht dit
waarheid blijken, yoegt de Voss. Ztg. er bij,
dan zou de beweging voor zelf-bescher-
ming der Duitschers zeker in hooge mate
toenemen. In zijn oproep aan de geallieerden!
heeft Korfanty verlangd, dat een demar
catielijn zou worden vastgesteld.
B e u t h e n, 7 Mei. (W. E.). De inier-
geallieerde bezettingsoverheid heeft een
verordening uitgevaardigd, waarbij de uit
voer van levensmiddelen van allerlei aard
uit den stadskreis Beuten wordt verboden,
Berlijn, 7 Mel. (W. B) Korfanty ver
klaart in een nota aan de geailiecrdenl
plechtig, dat bij alles gedaan heeft wat hiji
kon om den opstand te voorkomen. Reecis
dadelijk na de volksstemming heeft eohteti
zijn Obeischlesische Zeitung de verdrijving
van de Duitsch-ers vtil Opper-Silezië ge-
eischt en vlak vóór het begin van tien op
stand, op 1 Mei, heeft de Grenzzeitung in
de meest fanatieke bewoordingen opgehitst
tegen -de mijneigenaars. Daarop, dus niet
spontaan, als Korfanty's nota verder be
weert, -begonnen de staking cn de opstand.
Ook is onwaar zijn bewering, dat de bewe
ging van elementairen aard wos, want de
geallieerde officieren hebben aan den bij-
zonderen correspondent van de Herald ver
klaard, dat de opstand lang te voren was
georganiseerd en voorbereid. Ook is Kor
fanty's dreigement met de vernieling van
d-e mijnen cn industrieele ondernemingen/
niet onder den indruk van het oogen-bltk ge
schied, want reeds op 27 Maart heeft de
correspondent van de Parijsche Journal van/
dit dreigement gewag gemaakt, waaruit men/
kan afleiden dat het militaire en diploma
tieke plan de cam-pogne van Korfanty «I
lang vast stond.
W o r s c h a u, 6 Mel. (Orient). De be
richten uit Silezië wijzen er steeds duidelij
ker op, dat de jongste onlusten in 't leven
ziin geroepen door Duitsche intriges, die
gebaseerd werden op -de algemeene prikkel
bare stemming onder de Poolsche bevol
king, welke zoo long op de beslissing van
haar lot moest wachten 'en tot wanhoop
werd getracht door valsche en tendentieu
ze berichten, waarin werd gezegd, dat do
beslissing over Opper-Silezië reeds vos ge
vallen en ongunstig voor Polen luidde. De
Duitschers wilden als slachtoffers noseeren
en zoodoende den Oppersten Ra;,d bewe
gen te -hunnen gunste omtrent Opper-Si
lezië te beslissen.
De Pooische opstandige beweging is ge-
het schoorte, nog van opwinding gloeiend ge
laat van het meisje, zag ik hoe -haar oogen
een zachten, meetvarigen glans kregen, en
zich langzamerhand met tranen vulden. En,
toen Zwerte George in de smidse was ver
dwenen, keerde ook zij zich om, snelde op
de herberg toe, en verdween in de deur.
„Een flinke deern, die dochter van jou,
Simon, een fiink-e deern I Een meisje zoo
edel als ik er nog nooit een heb gezien f
„Prue is niet bang voor Zwarte George
dat was ze nooit," antwoordde Simon zij
■doet met hem, wat ze wil dat heeft ze al
tijd gedaan, zo heeft altijd Zwarte George
enlkel met haar oogen tam gemaalct, Gafferi"
„Ja, zij is een dochter, waar je trotsch op
kunt zijn, die Prue," zei de oude man, „en
ik zelf ben ook niet weinig trotsch oo haar."
„Wat," zei ik, „is ze uw dochter, Simon?"
„Ja zeker."
„En uw kleindochter?"
„Ja zeker," knikte de oude man.
„Dus dan Is Simon uw zoon
„Ja. en altijd een goed zoon geweest ook!"
zei de oude man, „Ik heb ze slechter ge
kend I"
„En nu," viel Simon in, nu met ons
mee naar binnen, en ik zal u een kruik ale
laten proeven, zoo fijn als ze hier in Kent
maar te vinden is."
„Wacht even," zei de oude man, terwijl
hij zijn hand op mijn aim leg-de, „ik ben van
je gaan houden, jonge man, ik ben veel van
je tgaan houden zeg me hoe je naam is/'
„Peter," antwoordde ik.
„Een beste naam, een prachtige naam,"
krukte de oude man goedkeurend, „Peter
Simon," zei hij, beurtelings ons beiden aan-
zsende. „Simon Peter," dat doet otve den
ken aan de discipelen van onzen Heer,
een prachtige naam, Peter
Zoo werd ik in het vervolg „Peter" voor
•hem, en voor het geheele dorp.
HOOFDSTUK XXVI.
WeaTln ik meer te weten kom
omtrent het spook van de
vervallen hut.
Nadat de oude man, Simon en ik in eer
en deugd <re kruik samen geledigd hadden,
stond ik op om heen te gaan.
„Peter," zei de oude man. „waar ga je
naar toe?"
„Naar huis," zei ik.
„En waar is dat?"
„Het hutje in het ravijn
„Wat de spookhui?" riep hij verbaasd-
„Ja, knikte ik„naar wat ik ervan- gezien
heb, denk ik, dat het, na een kleine herstel
ling, zeer goed voor mij geschikt zal zijn."
„Maar het spookriep de oude man,
,j>en je -dan 'het spook vergeten
V,Bc heb nog nooit gehoord dat een spook
werkelijk kwaad gedaan heeft," antwoord
de ik.
„Peter," zei Simon kalm, „daar zou ik niet
al te vast op vertrouwen. Ik zelf zou bij nacht
niet naar die plek willen gaan eenmaal is
mij genoeg."
„Simon," zei ik, „wat bedoel je met „een
maal
Toen ik -hem dit vroeg, haalde Simon
zwaar adem, en schoof onrustig in zijn stoel
heen en weer.
„Ik bedoel Peter," antwoordde hij lang
zaam, dat ik hem eens gehoord heb?"
„Gehoord heb?" herhaalde ik ongeloovig;
„jij ben je er zeker van 7'
„Zoo zeker als de dood. Peter. Ik heb hem
in zichzelf hooren gillen en zuchten, even
als Gaffer en nog een massa anderen. Ik
geloof, dat er in deze streek nauwelijks
iemand te vinden is, die hem niet op den
een of anderen tijd gehoord -heeft 1"
,Ja ik heb hem ook gehoord en ge
zien riep de oude man opgewonden. Een
groot lang wezen is het, met een hoorn op
zijn kop, en ook met een staartje zou kun
nen denken dat het de zwerver was, die ik
aan de kram vond hangen,sommigen ge-
looven dat ook, maar ik weet wel beter ik
weet dat het de duivel zelf is, een en al vuur
en zwavel, en een kindje onder zijn arm!"
„Een kindje?" herhaalde ik.
„Zooals ik zei, een kindje," knikte de oude
man
„En jij zegt, dat je het ook hebt gehoord,
Simon zei ik.
„Ja," knikte de herbergier„op een avond
nu ongeveer zes maanden geieden
gir.gen we het ravijn in. Zwarte George en
ik, want we waren van plan de oude hut stuk
te -Kskkeni om too Hp/ xnook te nekken te
krijgen. George geeft een slag met zijn hat
met en met een krak wijkt de oude, verrotte
deur. George had zijn hamer al omhoog
voor een tweeden slag, toen we opeens eert
gil hooren." Simon huiverde onwillekeurig en
keek onrustig over zijn schouder de kamex
rond.
„Een gil?" vroeg 3c.
Ja 1" knikte Simon, „maar het klonk veel
akeliger dan een gewone gil-" Hij zweeg
weer even, en terwijl ik hem nog aandachti
ger gadesloeg, zag ik met vc-obazing dot zijnl
groote sterke handen beefden en dat op
zijn voorhoofd het angstzweet parelde.
„Waar leek het op?" vroeg ik, getroffen
door zulk een^duidelijk bewijs van zwakheid
in iemand, die overigens zoo ruw en kern»
gezond was.
„Het was een gil met een snik antwoordde
hij, met moeite sprekend, „het was als een)
gil van iemand wiens keel verstikt is dooit
bloed. George en ik wachtten geen ocgen-t
blik langer, we renden wég. En terwijl we
wegliepen vervolgde het ons, kwam het ker
mend achter ons aan tot we op den grooten
weg waren, en toen gilde het nog tegen ons
van achter het struikgewas. Liéve 'hemel^
ik word er zelfs nu nog koud van, als ik en
aan denk. Georg-e liet zijn besten voorhamen
liggen en ik mijn -koevoet, en we gingen zei
nooit terughalen, en zullen dat nooit doenf
ook, neen, nooit!" Simon wachtte even en;
streek het grijzende haar aan zijn slapen!
glad. „Ik zeg je. Peter, die hut is 's nachts
oor niemand geschikt. Als 'het alleen is, dal
je een bed zoekt, vrind, dan lam je er eert
krijgen in „De Stier," het staat voor je klaotj
enje kunt er met pleizier gebruik van mar"
ken."
fWordt vervolgd).