TUINMEUBELEN. FOTO-ARTIKELEN J. HOTESOKÏ, Hoi 20. DE EEMLANDER" BUITENLAND. BINNENLAND. FEUILLETON. Langs dan groeten weg. MIHEHISrillS PRIJS DEÜ AOVERTEHTIÉH YLEESCHHOUWEiï LAMME Hof 16 Amersfoort Telefoon 618 - A. VAN DE WEG. Langestraat 23. vanaf f 6.75 SI* 19ë Jaargang No. 267 per 3 maanden voor Ameev êtr p«t f 3.—, per week (met gratis eerzekering legen ongelukken) f 0.17*. afzonderlijke f 0.03. AMERSFOORTSCH DAGBLAD Dinsdag 17 Mei 1921 DIRECTEUR-UITGEVER: J, 33 VALKHOFF. BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL TEL INT 513. Politiek Overzicht. Lloyd George heeft inzake Opper-Silezië den Polen gezegd, waarop het stond en deze energieke taal is in den smaak der Duit- Schers gevallen. Den Franschen eersten minister behaagden de woorden van zijn Britschen collega natuurlijk minder. Dat blijkt uit de uiteenzettingen, die Briand Zaterdag heeft gegeven over hetgeen in Opper-Silezië voorvalt cn de houding, die Frankrijk ten aanzien van deze gebeur tenissen aanneemt. Eerst werd nagegaan, hoe de gebeurtenissen waren ontstaan: on der de arbeiders van Poolsche afkomst werd het gerucht verspreid, dat, ondanks den uit slag der stemming, alle nijverheids- en mijn- gebieden door Duitschland zouden worden verworven. "Hieruit vloeide een explosie van verontwaardiging voort, waarbij zioh een stakingsbeweging aansloot, die spoedig zich uitbreidde over heel het mijngebied. Door de fransche en Italiaanscbe regeeringen wer den onverwijld formeele instructies gege ven, opdat een einde zou worden gemaakt ian deze ongeregeldheden. Uit Briand's woorden zou blijken, dat de Fransche re- geering direct stappen deed bij de regeering Warschau om deze te bewegen haar in vloed aan te wenden, opdat afgezien werd van daden, die haar zaak in Opper-Silezië in opspraak zou kunnen brengen. Sindsdien hadden bloedige botsingen plaats: personen ijverden gewond en gedood, o.a. ook Fran sche onderdanen. Uit dit laatste conclu deert Briand wel wat al te veel generalisee- -=nd, dat de geallieerden hun plicht deden n hun politietaak vervulden. Er waren Bn- gelsohe bladen, die hadden geprotesteerd, omdat Frankrijk zou hebben verzuimd flink op te treden. Misschien, brengt Briand hier legen in, zou 't verstandiger zijn in te zien, dat de taak der Franschen vrij wat verge makkelijkt zou zijn, wanneer ook op den pteim van Engelsche troepen had kunnen (worden gerekend. Desondanks had Frank rijk naar beste kunnen de Duitsche onder danen en den Duitschen eigendom be schermd. Briand besprak daarop de positie van de geallieerden ten opzichte van elkander: Frankrijk hield zich aan 't tractaat van Ver sailles, volgens hetwelk over Opper-Sile- zlë's lot gemeente voor gemeente door een volksstemming zal worden beslist. Dit ver drag hield echter niet in, dat rekening zou worden gehouden met zekere bizondere conventies, volgens welke de streek zou Worden verdeeld naar mate het kolen- dan wel landbouwgebied was. Daarom was 't Onaannemelijk, dat eerder naar de stem van oen Duitschen groot-industrieel dan naar 'de stemmen van duizenden Poolsche arbei ders zou worden geluisterd. Het was alte- maal slechts 'n kwestie van verhoudingen en cijfers en redelijkerwijs kon deze nooit leiden tot een betwistbare oplossing. De Poolsche meerderheid in het industriege bied stond vast; ongetwijfeld moest ech'ter daarbij rekening worden gehouden met de Duitsche meerderheid in de steden; dat be- teekende nochtans niet, dat men aan Duitschland het geheele industriegebied kon toewijzen. De meening van een Italiaansohen gedele geerde en vooral die van een Engelschen gedelegeerde versohilden hierin van die van een Fransohen gedelegeerde. Dat lag hier aan, dat men de kwestie te overhaast had behandeld In het verlangen om haar be hoorlijk geregeld te zien, waarvan het ge volg was dat men het niet eens kon worden over het rapport en dat een regeling der halve niet mogelijk was. Een oplossing zou slechts kunnen worden gevonden, wonneer het weer rustig was geworden. Men Icon overigens reeds een verbetering in den toe stand constateeren. De plunderingen namen in hevigheid reeds aanmerkelijk af; van zekere zijde hield men er niet voldoende rekening mee, dat ook deze kwestie twee zijden had en er een dub bele oorsprong der onlusten was. Ook van Duitsche zijde waren onlusten in 't leven geroepen en werden Fransche officieren lastig gevallen en zelfs gearresteerd. Vooral aan de Duitsche grens van Opper-Silezië, die geopend was gebleven, was dit het ge val, terwijl de Poolsche regeering de Pool sche grens gesloten had verklaard, waar door dus verdere grensoverschrijding voor komen werd. Briand vond, dat Duitschland groot ongelijk had, wanneer het met de wa penen zou willen ingrijpen om zoo de on lusten te onderdrukken. Het resultaat van een dergelijk ingrijpen zou zeker weinig waarde hebben. De voorzitter van den Op persten Raad hoopte, dat de Duitsche re geering zoo verstandig zou zijn dit in te zien. Opper-Silezië werd, aldus de Fransche premier, vóór den oorlog door alle Duit- schers als Poolsch beschouwd. Zelfs de groote Duitsche atlassen van vóór den oor log gaven dit aan; in den beginne hadden ook de geallieerde mogendheden na den wapenstilstand na acht maanden van arbeid met algemeen e stemmen besloten Opper- Silezië aan Polen toe te wijzen. Het was pas in den Raad van Vier, dat men, om rekening te houden met de Duitsche ver langens, besloot door een volksstemming de inwoners zelf over deze kwestie te laten be slissen. Frankrijk verlangde niet, dat men op de eerstgenomen beslissing, die geheel ten gunste van Polen was, zou terugkomen, ■maar bleef vasthouden aan het vredesver drag; het eischite, da* de geallieerden, wan neer de kalmte zou zijn teruggekeerd, een beslissing zullen nemen. j Uit het vorenstaande blijkt vv .vree, dat de standpunten der twee premiers nog al eenigermate van elkaar afwijken. Of dit een conflict dan wel een simpel meeningsver- schil beteekent, zal de tijd leeren. Onder- tussohen verluidt reeds iets omtrent een mogelijke arbitrage te dezer zake van de Vereeniigde Staten, maar iets definitiefs is hieromtrent nog niet bekend. Vel verluidt daarentegen in officieele Engelsche krin gen, dat "de Britsche regeering Vrijdag aan Briand een nota heeft gezonden, die betrek king had op de Opper-Silezische gebeurte nissen, waarin dezelfde argumenten zouden zijn aangevoerd als in de bekende rede van den Engelschen eersten minister. Tevens komt Reuter ter oore, dat Lloyd George en Briand denkelijk over een week te Boulogne of Lympne zullen vergaderen. van 1 4 regels f 1.05 met inbegrip van een bewijsnummer, elke regel meer 0 25, dicnstaanbic* dingen en Lictdadigbeids adveitentiën voor de helft der prijs Voor handel cn bedrijf bestaan zeer voordcclige bepalingen voor het advertceren. Ecue circulaire, bevattende dc voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Berichten. B e r 1 ij n, 14 Mei. (\V. B.). Het Centrale bestuur van de U. S. P. D. (Onafhankelijken) publiceert in de Freiheit een proclamatie betreffende den politieken toestand, waar in het proletariaat wordt gemaand, met alle kracht het eerlijke voornemen van Duitsch land te steunen om aan de economische voorwaarden van het geallieerde ultimatum te voldoen, om de ontwapening geheel uit le voeren en de oorlogsmisdadigers te be rechten. Als noodzakelijke maatregel voor de ver vulling van de economische voorwaarden van het ultimatum, wordt verder geëischt, dat de winsten van industrie, handel en grootgrondbezit onverwijld en voor een groot deel worden genaast. Hamburg, 14 Mei. (W. B). Van de Eeklaagden in de zaak van de communisti sche Putsch op den Vulkanwerf op 23 Maart heeft de buitengewone rechtbank 7 vrijge sproken de overigen werden lot gevange nisstraffen van '/i tot 2'/, jaar veroordeeld. De voornaamste beklaagde werd veroor deeld tot 3k» jaar gevangenisstraf en 6 jaar eerverlies. Brussel, 14 M e i. (B. T. A.). Het spoorwegpersoneel is van oordeel, dot de regeering zich niet voldoende bereid heeft getoond tot een schikking te komen. Er wer den maatregelen overwogen in verband met het uitroepen van een slaking, die op komst schijnt te zijn. Op het ministerie van ver voer zijn maatregelen genomen in verband hiermee. Londen, 15 Mei. (R.) Reeds meer dan 24 uur-wordt de electrische centrale van Greenwich, die stroom levert voor de Londensohe trams, op gang gehouden door vrijwilligers, daar de vaste werldieden aldaar gestaakt hebben als protest tegen het ge bruik van buitenlandsohe steenkool. Van avond heeft de regeering de vrijwilligers vervangen door machinisten en stokers van de marine onder militaire bewaking. Gent, 1 4 M e i. (B. T. A.). De vakver- eeniging van havenarbeiders te Gent heeft besloten voort te gaan met het laden van steenkool voor het binnenland, voor Ne derland en voor Frankrijk, maar er zullen bewijzen geëischt worden, dat de steenkool voor een dezer landen bestemd is. Londen, 16 Mei. (R.) Freemans Jour nal nïeldt, dat Lloyd George in een onder houd, d'at hiij 3 dezer op zijn kantoor in^het Lagerhuis gevoerd heeft met Glynn, oud- goeverneur van New-York, heeft aangeboden een ontmoeting te hebben met de Valera of andere Iersche voormannen, zonder voor waarden te stellen. Glynn bracht het aanbod over aan de Valera, die nu zal antwoorden. Als de eerste minister zijn mededeeling pu bliceert, zal ook de Valera in het openbaar antwoorden. Londen, 15Mei. (R.) Een bende Sinn Feiners, die gebruik maakte van auto's, deed Zaterdagavond een aanval op een reeks huizen te Liverpool. Zij trachtten de huizen in brand te steken en in véle ge vallen werd de inboedel vernield. Er kon den nog geen arrestaties worden gedaan. De Sinn Fein-campagne, die ten doel heeft de Londenaars te terroriseeren, is op 14 Mei te middernacht begonnen met een reeks aanvallen in de Londensche voorste den, waarbij huizen, waarin menschen wo nen, die in eenige relatie staan met leden van de koninklijke Iersche brigade, werden bezocht door gemaskerde mannen, die de huizen in brand trachtten te steken. Bij een schietpartij werden drie personen ge wond. In een ander huis traden drie perso nen binnen en wondden een oud-lid van de Iersche politie. Ook diens vrouw werd door een revolverschot aan het hoofd gewond. De aanvallers konden ontsnappen. Nabij het Iersche stadje Newport is de districts-inspecteur, die in gezelschap van een officier en een dame een autotochtje maakte, doodgeschoten. Ook de hem ver gezellende dame werd gedood, terwijl de officier werd gewond. Bij een anderen aan val werden acht leden der militaire politie en twee burgers gedood, terwijl het aantal gewonden acht en twee bedroeg. Limoges, 15 Mei. (B. T. A.) De ex press ParijsToulouse is gederailleerd. Er zijn vijf dooden en een vijftiental gewon den. P a r ij s, 15 Mei. (B. T. A.) Ten gevolge van de opstopping op de lijn Perrigueux, veroorzaakt door het feit dqt het heele verkeer op deze lijn is gestoord door het ongeval met de express Parijs—Toulouse, is in het station Bachellerie een trein ge derailleerd. Er zijn zeven dooden en 33 gewonden. doen door Kamerontbinding, teneinde vernemen, of het Noderlandsche volk in d zen nog steeds hoogst kritieken tijd cei rcchtsch Kabinet wenscht, en zoo ja, dan! bereid is, een meerderheid te geven, waarJ mede, wat getal cn hoedanigheid be.' treft, te regeeren valt. Mogelijk is ook, dat het optreden van eert zakenkabinet wordt uitgelokt, om tot 10221 de strikt noodig te verrichten werkzaamheJ den af te doen. Mogelijk is ook, dat dit Kabinet met ter zijdestelling van alles, met den meestert spoed de Grondwetsherziening tracht lot stand te brengen, waarbij vanzelf Kamer ontbinding intreedt. Koninklijke besluiten Bij K. B. zijn: benoemd tot su'ost.-griffier bij de arrond.- rechtbank te Maastricht mr. P. J. H. M. Hobus, thans subst.-griffier bij lvet kanton- erecht te Amsterdam; te Breda mr. A. Ikmon van Bttrk, waarn. griffier bij de rechtbank te Breda; tot griffier bij het kantongerecht te Rid derkerk mr. L. Rooden'burg, advocaat, wo nende te Dordreoht; benoemd tot rechter-plaatsvervanger in de arr.-rechtbank te Utrecht mr. J. E. van der Meulen, rechter-plaatsvervanger in de ar- rondissements-rechtbank te Middelburg; aan mr. J. E. v. d. Meulen voornoemd op verzoek eervol ontslag verleend uit zijn betrekking van rechter-plaatsvervanger in de rechtbank te Middelburg; benoemd aan de H. B. S. te Oud-Beyer- land tot lecrares mej. Joh. Fortuijn Droog lever en tot leeraar M. v. d. Graaf; op verzoek eervol ontslagen B. H. Spijker boor als leeraar aan de H. B. S. te Oud- Beyerland en H. W. Disper als leeraar aan de R. H. B. S. te Bergen op Zoom; toegekend de eeremedaille verbonden aan de orde van Oranje-Nassau in zilver aan S. H. Kleyn, voormalig pakhuisknecht bij de firma Ótz en Co. te Rotterdam; P. L. de Klerk, bontwerker bij den heer GrontaTS te Maastricht; J. C. de Raad, opzichter bij den heer A. Bos Pzn., aannemer van openbare werken te Dordrecht; in brons aan mej. M. E. H. v. d. Meulen, huisvrouw van P. G. Sutherland, naaister op het bontatelier van den heer'A. Grontars, te Maastricht. Men schrijft uit parlementaire kringen aan ,,De Maasbode" De oplossing der ingetreden crisis zal geen gemakkelijke blijken te zijn. De eenvoudigste weg ware ongetwijfeld een nieuw artikel 7 te ontwerpen en dan te trachten met de Kamer tot overeenstemming te komen. De meest aangewezene is echter in casu deze weg niet, wijl het uitgebrachte votum een ten eenenmale politiek karakter draagt, waardoor niet slechts de Minister van Financiën, doch geheel het Kabinet ge troffen is. Onder leiding toch van den Vrijheidsbond heeft links een aanval ondernomen tegen het Kabinet, terwijl gebleken is, dat zelfs in zóó ernstige omstandigheden het Kabinet niet op de rechterzijde in haar geheel kon rekenen. Het Kabinet zal ernstig hebben te bera den, wat nu te doen. Mogelijk is een beroep op de kiezers te Rechtstoestand ambten a. ren. Naar het Hbld. meent te weten, moeten verschillende bezwaren zijn geop perd legen het voornemen van den voorzit ter der Tweede Kamer, om ook het wetSs ontwerp tot regeling van den rechtstoestand der ambtenaren nog vóór het zomerreces af te doen. Zeer waarschijnlijk zal de voor-j zitter tengevolge daarvan geen voorstel doen, om het ontwerp op de agenda to plaatsen. Inlevering van wapens. Het is den minister van Oorlog gebleken, dat bij een der regimenten infanterie zes met groot verlof zijnde miliciens in het bezit waren" van wapenen, welke hun bij vertrek met groot-, of onbepaald-klein, verlof ten on rechte waren medegegeven. Aangezien bet niet onmogelijk is, dat hij andere korpsen van het leger of de land weer zioh dergelijke onregelmatigheden, voordoen, is door den minister aan de com mandanten van korpsen en inrichtingen op gedragen hiernaar een streng onderzoek te doen instellen en het resultaat aan hem den minister te berichten. Geen vervolging tegen de n i e t-s t e m m e r s. Met het oog op het groote aantal kiezers, die bij de jongste raadsverkiezingen te Amsterdam niet aan hun stemplicht voldaan hebben, ligt het, naar het N. v. d. D. verneemt, thans niet in de bedoeling van B. en W. tegen dezen een vervolging te doen instellen, daar zulks te groote praktische bezwaren met zich zou brengen. Keuringdienst Arnhem". Ter benoeming tot onder-directeur-scheikundi ge bij den te Arnhem op te richten keurings dienst van waren hebben B. en \V. voorge dragen; lo dr. H. Baljet te Arnhem; 2o. P. Post, in Den Helder. Een TellegenKulde te "Arn hem. B. en W. van Arnhem stellen den gemeenteraad voor, de nagedachtenis van den heer Tellegen, wiens naam verbonden is aan den aankoop van het landgoed Sons- beek, te eeren door de hoofdlaan van het park te noemen de Tellegenlaan. Gedenksteen Hendrick do K e y s or. Op Pinksteren was het 300 jaar geleden, dat Hendrick de Keyser, de bouwmeester der Zuider-, Noorder- en Westerkerk te Amsterdam, op zijn 56sten verjaardag stief. De vereeniging Hendrick de Keyser zal 20 dezer in de Zuiderkerk al daar een gedenksteen aanbrengen. De M a a s t r i c h t s c h e deco ratie. Het N. v. d. D. meldt; Naar aanleiding van hetgeen wij schre ven onder bovenstaand opschrift deelt de heer Hyacinthe de Beaumont te Maastricht ons mede, dat hij zijn verzoek aan de Ko ningin om vergunning tot het aannemen en dragen der kroonorde van België eerst medio Maart 1921 heelt indiend. Het wachten is dus niet geweest bij de Nederlandsche re geering, zooals wij veronderstelden, maar de De wijzen kunnen d-e gunst der machtii- |»en missen; maar de machtigen zijn zwak «onder de lessen der wijzen. Naar het Engelsoh van JEFFERY FARNOL. 53 ;if „Mijnheer/' zei hij peinzend, „heeft u van nacht werkelijk in de spookhut geslapen?" „Ja; ik heb trachten! uitteleggen, doch maar het schijnt zonder succes, dat het spook jt»j slot van rekening niets anders dan een Schotsche muzikant is geweest." „Mijnheer/' zei George op denzelfden fangizamen, peinzenden toon, „ïk zelf zou in wen naoht niet naar de hut durven gaan, vooral niet als het donker isik zou te je waarachtig, ik zou te bang zijn f Sen keer ben ik er heen geweest, en toen jfiog niet eens alleen, maar ik ben hard weg- rceloopen. Mijnheer, u bent een flinker kerel Ban ik u hebt gedaan, wat ik niet dorst |e doen. Mijnheer, als u er nog hetzelfde overdenkt,dan zou ik u graagde kond geven." Toen reikten wij elkaar de hand over het beeld heen, dat onze levens voor het foervolg zou samensmeden, en zagen elkaar ■echt in de„oogen. „George," zei ik eindellijk, ik heb nog niet fcntbeten" r/Ik ook nietl" zei George. i l#7lk heb verbazenden honger 1" „fk ook," zei George- „Kom, laten we dan wat gaan eten," zei ik. terwijl ik naar de deur ging. „Goed, laten we dat doen, maar dan niet in ,£>e Stier," want daar is zij L Kom mee naar mijn huisje, het is dicht bij als u tenminste Tust hebt, mijnheer?" „Van harte gaarne!" zei ik, maar mijn naam isPeter." „Wat denk je van ham met eieren Peter? „Ham en eieren! zal heerlijk smaken!" zei ik. HOOFDSTUK XXX. Waarin ïk een leugen' vertel en men mij beschuldigt het „kwade oog" te hebben. Smeden is eer. stoer en forsch, zij het een ietwat zwartmakend weiticechter dit zwart is een goed en eerlijk zwart, dat zeer gemak kelijk weer afgewassohen kan worden, wat men niet kan zeggen van menig ander be drijf, handwerk en beroep. Inderdaad, het smeden is een heeriijke, vrije en mannelijke arbeid, en het schijnt dat zij die in de smid se dit bedrijf uitoefenen van deze deugden diep doordrongen en overtuigd zijn. Wie 1 vee ft ooit, sedert Tubal Cain de menschheid voor het eerst leerde hoe koper en ijzer te bewerken, gehoord van een glui- perigen laaghartigen, lafhartigen smid? Zoo een te vinden zou, geloof ik, even moeilijk zijn als de vierde dimensie te ontdekken of het karkas van een dooden ezel. De eohte smid is gewoonlijk een sterke man, soms wat gebogen van schouders wel licht; een man traag van spraak, stout van oog, zaoht en vriendelijk vftn gedachte, en, eindelijk eenvoudig van hart. Rijkdom, Talent, Macht het zijn alle schoone en heerlijke dingen, doch de Rijk dom is nimmer verzadigd, Macht is nimmer een zeker bezit, en wanneer was het Talent ooit gelukkig Maar eenvoud des harten, die goddelijkste aller gaven wie zal ni er kennen, dat zij ook de beste van alle is Zwarte George was geen uitzondering op zijn beroepsgenooten; was het dan wonder, dat mijn sympathie voor hem, toen de da gen tot wCken werden, groeide tot een wer- kölijke vriendschap? m 1DMUD Voor ons, soms zoo eenzame, reizigers op dezen Grooten Weg van het leven steeds verder trekkend, vaak door plaatsen van droevige verlatenheid, noohthans altijd ho pend op en droomend van een heerlijk schoon verschiet daarachter hoe liefelijk en welk een zegening is het niet wanneer wij een medereiziger ontmoeten, en in hem een vriend vinden, eerlijk, en oprecht, en dapper, om met ons in de zon verder te gaan, wiens stem ons in die schaduw troos ten kan, en wiens hand op ruwe plaatsen zich naar ons uitstrekt om te helpen of geholpen te worden. Inderdaad, ik z&sl het nosmaaüs. het is een zegen en een heerlijkhied. Zoo groeide ook de vriendsohap tusschen Zwarte George en mijik leerde hem ken nen als een man, sterk, eenvoudig, beminne lijk, en zoo heb ik hem tot op dezen dag geëerd. Bij den ouden man daarentegen scheen ik in het „zwarte boek" te zijn geraakt; hij wilde niet langer 's avonds vóór „De Stier", met mij zitten om elk met een kruik ale voor ons, gezellig te kouten hij kwam nooit meer een kijkje in de smidse nemen, om er ons opgeruimd toe te knikken en een paar vriendelijke woorden te zeggen, zooals zijn gewoonte was geweesthij scheen veeleer mijn gezelschap te schuwen, en als 'hij mij bij toeval tegenkwam behandelde hij mij met de koele waardigheid van een Grand Seig neur. En als het er op aan komt, is de meest tr-otsche hertog, die ooit in zijn koets over den weg reed, nog vrij wat minder hooghartig, dan -een gewone Engelsche landman en vrij wat moeilijker te verzoe nen. Eén keer had ik een poging daartoe gedaan, en het gewaagd' hem te vragen, wat wel de oorzaak mocht zijn, dat hij zoo ge heel anders tegen mij was dan vroeger. Hij zat toen, ik herinne-r het mij nog heel goed, op de bank voor „De Stier," zijn handen krui selings over zijn stok, en met de kin steu nend op zijn handen. „Peter," had hij mij toen geantwoord, ter wijl hij mij met een versohrikk el ijken blik aanzag „ik ben teleurgesteld in je Daarop was hij opgestaan, had een harden tik op zijn snuifdoos gegeven, en was toen statig weggestapt. Daarmede was mijn poging mis lukt en ofschoon, naar ik vrij zeker wist, ook Simon ten mijnen gunste bij den ouden man tusschenbeide was eekomen. had hii blijk baar al evenmin succes gehad. Zoodat ik in' het onzekere bleef wat wel de oorzaak der verandering bij den ouden man te mijnen op' zichte kon zijn. Op een goeden dog echter, terwijl George en ik hard aan het werk waren, werd ik mij bewust, dat er achter mij, in de deur, iemand! naar mij stond te kijken, zonder dat ik mij, daar evenwel verder om bekommerde, omdat het om zoo te zeggen eiken dag gebeurde/ dat er menschen van elders kwamen kijken/ naar den man, die 'heelemaal alleen in d'C spookhut woonde- Ik werkte dus stil <door. „Peter?" zei eindelijk een stem, en, mijt omkeerend zag ik den ouden man, leunend! op zijn stok, en mij van onder zijn gefronste wenkbrauwen onderzoekend aankijkend. „Wel, oude heer I" zei ik, en stak mijnl hand naar hem uit. Doch 'hij wees die meti| een 'haastig gebaar af en haalde, eenigszins zenuwachtig en verlegen naar het soheeny zijn snuifdoos te voorschijn, „Peter," zei hij mij scherp in de oogeni ziend, „was het een Schot of was het geen( Schot TlJa zeker was hij dat," antwoordde ik, „eenj Schotsche pijper, zooals ik u al gezegd hebii en „Peter," zei de oude man, op zijn snuiH doos tikkend, „dus het was geen spook "i ja, of neei* „Neen," zei ik, „niets anders dan..#-- „Peter," zei de oude man, terwijl hij env* stig met het hoold naar mij knikte, „ik haa* je f" rva welke woorden hij zich plotseling omkeerde, en, leunend op rijn stok, weg^ strompelde. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1921 | | pagina 1