DE EEMLANDER" BUITENLAND. tetimmspiiiis ft I PRIJS DER ADVERTENTIE met inbegrip van ccn feuilleton" Langs den groeten weg. J, «TEIPST, Hof 11 19e Jaargang Ne. 278 per 3 maanden voor Amcis* foort 2.10, idem franco pa post f 3.—. pst week (met gratis Terieketin* isgtn ongelukken) f 0.17*. ahonderlyke nummers f at». AMERSFOORTSCH DAGBLAD DIRECTEUR-UITGEVERi J. VALKHOFF. BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL. TEL INT 613. Maandag 30 Mei 1921 bewijsnummer, elke regel meer f 0.25, dicnstaanbic* dingen en Lictdadighcids-adveitentiën voor de helft der prijs- Voor bande! en bedrijf bestaan zeer voordeclige heoalingen *»oor het adverteeren. Ecoo circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht. r slecht <fe Bngelsohe kranten te spre ien waren over het vonnis, dat met betrek king tot den onderofficier Heynen i9 ge- Streken bij 't bekencle prooes te Leipzig, Week uit de verschillende berichten, welke five dienaangaande hebben opgenomen. Naar aanleiding n/u van het feit, dat toen liet bericht, volgens hetwelk bovengenoemd de eerste oorlogsschul-dige tot tien maanden gevangenis veroordeeld werd, in het Engel- fcclve Lagerhuis bekend werd gemaakt, ©enige leden moeten hebben uitgeroepen, $&t zooiets een schande was, schrijft B. H. 2n de Deutsche AUgemeine Zeitung een artikel, waarin hij meent te moeten aanne men, dat de heeren, die aldus zich uitlieten, het verloop van 't proces niet op de ver- «eisohte grondige wijze hebben gevolgd, daar anders hun oordeel volkomen onbegrijpelijk moest worden geacht. Talrijke vertegen^ woordigers der Engelsche regeerinig hadden het proces bijgewoond, o.a. vele juristen, die gewoon zijn zich niet door een harts tochtelijk partij trekken te laten leiden, maar de feitelijke vaststellingen koel en nuchter na te gaan. Zij allen moesten be vestigen, dat, gezien het groote apparaat, dat in 't werk was gesteld om met dezen ^oorlogsmisdadiger" af te rekenen, het oude woord opnieuw werd bewaarheid: Parturiunt montes, n-ascetur ridloulus mus. (De bergen verkeeren. in barensweeën: geboren wordt ©en belachelijke muis). Wat, vraagt de schrijver, is ten slotte Overgebleven van alle tegen den beklaagde Ingebrachte beschuldigingen: eenige kolf slagen, een afranseling van weerspannige en muitende gevangenen, een paar steen worpen, die louter dienden te worden be schouwd als symbolische handelingen, om dat geen van de steen-en ook maar één der gevangenen had getroffen; dit alles ge schiedde in een hulpkamp door een onder officier, die er zonder instructies naar toe was gezonden en in groote opgewondenheid handelde, toen de berichten over de kwel lingen van Duitsehe gevangenen in de vij andelijke kampen bekend waren geworden. Moeten wij, vraagt de sohrijver van 't ar tikel verder, den heeren van 't Lagerhuis de tegen lijst voorleggen betreffende de brutale en onwaardige behandeling van Duitsehe gevangenen, niet door onder-offi cieren, maar door officieren, die een hoo~ gen rang in 't bevel bekleedden? Bi\ wan neer een dergelijke onderofficier door 't Reichsgerioht tot tien maanden gevangenis straf werd veroordeeld, dan hadden de hee ren in Engeland den moed dit een schande te noemen? Zij moesten hun collega's vra gen, die de behandeling bijgewoond hadden. Dezen zouden wel juister inlichten, dat de voorzitter den beklaagde allesbehalve wel willend had gehandeld en dat de procureur- generaal het meermalen tegenover hem niet aan scherpte had laten ontbreken. De schrij ver wenscht dan ook, dat, wanneer de tegen partij zoo moedig was haar oorlogsmisdadi gers aan te pakken, in de landen" der En tente dan met dezelfde onpartijdigheid zou worden opgetreden als bij 't rijksgerecht. „Op zich zelf zou het er niet toe doen wat sommige Lagerhuisleden zonder kennis van de ware toedracht der zaak zeggen, maar het ongelukkige is, dat dergelijke groote woorden doordringen tot het volk, dergelijke gezegden wordt de verbittering van 'beide zijden slechts aangewakkerd." Het vonnis tegen Heynen had in Duitsch- larvd overal verbazing, dikwijls zelfs veront waardiging gewekt, omdat men van oordeel was, dat de oorlogstoestanden heelemaal niet juist waren aangeslagen. Wanneer dit scherpe vonnis door de tegenpartij nog te zacht werd genoemd, dan bewees zulks, dat er ook in Engeland nog kringen bestonden, die niet den vrede wenschten, maar den verwonnen vijand nog verder wilden verne deren. De schrijver koestert de hoop, dat verre weg het grootste deel van 't Engelsche volk zal zeggen: „Het is een schande, dat na de beëindiging van een oorlog een paar kolf slagen en steenworpen aanleiding zijn voor een strafproces, waarvoor het hoogste Duit sehe gerecht drie dagen ter behandeling der zaak heeft moeten besteden." De Germania, die den laatsten tijd her haaldelijk de spreekbuis is van de politiek van den rtieuwen Duitschen rijkskanselier, Dr. Wirth, zet m een hoofdartikel uiteen, waarom de Entente verplicht is de schade te vergoeden, die door het Opper-Silezi- sche oproer is ontstaan en nog kan ont staan. De intergeallieerde regeeringen, die in de Opper-Silezische regeeringscommis- sie vertegenwoordigd waren, droegen over eenkomstig art. 88 van 't vredesverdrag al leen de verantwoordelijkheid voor het hand haven der orde en rust in Opper-Silezië daar nu de geallieerde mogendheden, naar de Germania opmerkt, schuld dragen aan de tegenwoordige toestanden, dienden zij de schade, die door 'haar schuld was ont staan, te vergoeden. Daarbij moesten zij het zelf maar uitmaken, of zij harerzijds de schade op Polen wilden verhalen, gelijk zij in haar nota van 11 Mei te Warschau had den gedreigd. Het orgaan van 't centrum vindt, dat de schuld der Entente, in het bizonder van de intergeallieerde commissie, ten aanzien van vele punten bewezen was. Zij had in de eerste plaats, al was er van Duitsehe zijde nog zoo vaak op aangedrongen, niets gedaan om het uitbreken van den opstand, die sinds langen tijd al dreigde, te voorko men. Sinds 't laatste oproer in Aug. 1920 had de Duitsehe regeering telkens en tel kens weer voor het gevaar van een nieu wen opstand gewaarschuwd zoo had zij aan de hand van een stapel authentieke stukken in haar nota van 9 Jan. 1921 gewe zen op de Poolsche militaire organisaties, waarvan het bestaan tegen de uitdrukkelij ke bepaling van 't vredesverdrag, 1, art. 83, indruischte. Op 14 Maart verklaarde de Duitsehe regeering ten nieuwen male de aandacht van de intergeallieerde commis sie te moeten vestigen op het feit, dat van Poolsche zijde op weergaloos-heftige wijze werd aangestuurd op een gewelddadige op- lossing van het Opper-Silezische vraagstuk het deed er niet toe, hoe de uitslag der stemming zou zijn, terwijl de Poolsche re geering niets deed^ om de opgewonden Po len te kalmeeren en veeleer door haar hou ding den indruk wekte, alsof zij deze bewe ging goedkeurde. Hand in hand met de concentratie van geregelde Poolsche troepen tegenover de Oostgrens van Duiischland ging de verdere uitbreiding van de geheime militaire orga nisaties in Opper-Silezië. De intergeallieer de commissie en de door haar vertegen- oordigde regeeringen hadden naar deze herhaalde waarschuwingen der Duitsehe te houden, in. Toen op 3 Mei j.l. de op stand in Opper-Silezië uitbrak, bevond zich in Opper-Silezië maar een deel 'van de troepen, die daar volgens de intergeallieer de overeenkomst aanwezig hadden moeten zijn. Maar de Entente droeg niet alleen de schuld niets ter voorkoming van den on- stand te hebben gedaan. De officieusc Fransche pers verklaarde na de eerste be richten omtrent de onlusten in Opper-Sile zië, dat niet verwacht kon woFden, dat Fran sche soldaten op de Poolsche opstandelin gen zouden schieten. De Fransche soldaten hadden ook tot op dezen dag, naar kon wor den bewezen, een volkomen passieve hou ding aangenomen, ja zelfs tegenover de op standelingen een welwillende neutraliteit betracht, terwijl zij de Selbstschutzbeweging onverbiddelijk onderdrukten. De Germania concludeert dan ook uit de feiten, dat de Entente alleen voor het hand haven der orde verantwoordelijk is en alle aangerichte schade moet vergoeden des kundigen schatten de schade, die alleen reeds was veroorzaakt door de verminderde productie op ruim 20 millioen mark per dag. Alleen al de waarde van den entbre- kenden Duitschen kolentoevoer uit Opper- Silezië bedroeg tot dusver circa 200 mil lioen, wanneer men zijn berekening baseer de op de gemiddelde invoerciffers van de laatste maanden. Vólgens betrouwbare be richten hadden sommige industrieën ge ducht geleden. Door het rrebrek aan grond stoffen moesten de bedrijven worden stop gezet en stonden duizenden werkloozen op straat. dat ze als waar beschouwt en naspreekt. ref,eerin-, die door talrijke stappen von. den Want wanneer reeds de „honourable mem bers" lichtvaardiglijk een dergelijk oordeel vellen, wat kan men dan van eenvoudiger lieden verwachten, die niet de gewoonte hebben noch de geestelijke kracht bezitten tengere prooessen juist te beoordeelen. Door Duitschen vertegenwoordiger te Orcein ge steund werden, niet geluisterd. Integen deel zij krompen zelfs hun troepencontin genten, die zij overeenkomstig het vredes verdrag voor het handhaven der orde in hef plebiscietgebied verplicht waren op de been Berichten. B e r ij n, 2 8 7\I e i (W. B.). Naar het rijksministerie van financiën mededeelt, heb ben de Darmstadter Bank de Deutsche Bank, de Disconlo Geselschaft en de Dres- dener Bank de schatkistwissels, ten bedrage van 810 miüicèn goudmarken geëndosseerd, welke, als zijnde het niet door goud of ef fenen gedekte gedeelte der som van één millioen, ingevolge het Londensche ultima tum vóór 31 Mei moest worden betaald. De ze endosseering was door de commissie van herstel geëischt. Genoemde wissels zijn op 28 Mei aan de commissie van herstel verzonden, zoodat aan de verplichting om binnen de 25 dagen een milliard mark in goud te betalen is voldaan. In 't belang van 't vaderland geschiedde de endosseering gratis. München, 28 Mei. (W. B). In de begrotingscommissie uit den landdag ver klaarde minister-president von Kahr, dat door de aanneming van het ultimatum van de geallieerde regeeringen de rijksdag, de rijksregeering en de Beiersche regeering zich voor nieuwe beslissingen zien ge plaatst. De Beiersche regeering doet moei te deze te nemen in overeenstemming met de rijksregeering. Wegens de afwezigheid van den rijkskanselier uit Berlijn konden de onderhandelingen nog niet worden beëin digd, maar hii hoopte, dat hij aan de com missie Maandag verslag zou kunnen uit brengen. B e r 1 ij n, 2 8 M e i. (W. B Naar de Voss. Ztg. uit München verneemt, heeft dr. Esche- rich dezer dagen verklaard, dat hij zich zon der eenig voorbehoud achter de regeering Von Kahr plaatst en haar besluiten, ho* deze ook zullen zijn, onvoorwaardelijk zal uitvoeren. Parijs, 2 8 Mel (H.-R.). In tegenstel ling met hetgeen al is meegedeeld, is nog geen enkele datum vastgesteld voor de bij eenkomst van den Oppersten Raad te Bou logne. De diplomatieke redacteur ven Ha- vas meent te weten, dat de Fransche re geering vandaag aan het Engelsche minis terie van buiteniandsche zaken een nota heeft doen toekomen, waarin zij uiteenzet, waarom het van belang is het vraagstuk van Opper-Silezië niet dadelijk aan te snijdeu, omdat de geest in de beide betrokken lan den van dien aard is, dat elke oplossing er door onmogelijk kan worden gemaakt. Briand stelt daarom voor de studie van het vraagstuk der verdeeling vooraf aan een b eenkomst van deskundigen te onderwerpen en pas na het inwinnen van hun advies zich over het vraagstuk uit te spreken. B e r 1 ij n, 2 8 Mei. (W. B.). De Katto- witzer Morgen Ztg. meldt, dat Donderdag in het sub-commissariaat voor Duitschland 'e Kattowitz twee mannen met de revolver in de hand zijn binnengedrongen en 100.000 mark stalen. Een van de dieven kon op straat worden gearresteerd en wel Mucha, bekend Poolsch leider uit Kattowitz. B e r 1 ij n, 2 8 M e i. (W. B.). Naar de Lo- kal Anzeiger meldt uit Kattowitz is de wa terleiding aldaar weer in werking kunnen worden gebracht. B e r 1 ij n, 28 M ei. (W. B.). Te Hinden burg is een sterk bewapende Poolsche ben de binnengedrongen in een huis. Zij heeft een mijn doen ontploffen, waardoor vele vrouwen en kinderen gedeeltelijk ernstig, gedeeltelijk licht zijn gewond- Deze en dei- gelijke voorvallen zouden hebben plaats Te- had, omdat in de neutrale zóne een Pool sche Apo-ambtenaar is ontwapend. B e r 1 ij n, 2 8 M e i. (W. B.). Naar Der Deutsche meldt, heeft, volgens een te Ber lijn ontvangen telegram, Korfonty de staats mijn Hindenburg onder dwangbeheer trach ten te stéllen. De mijndirecteur heeft daar tegen onmiddellijk geprotesteerd bij de ge. allieerde commissie te Oppelrt. Het nieu we aanbod van Korfanty om terug te trek ken wekt in Duitsehe kringen in O-S. het grootste wantrouwen. Zij meenen, dat het onvereenigbaar is met het aanzien van de geallieerde commissie, als deze niet blijft staan op de volledige ontwapening van Kor- fanty. Men eischt onvoorwaardelijke ont ruiming van het Opper-Silezische land, ont wapening van de opstandelingen, bestraf, fing van de raddraaiers en schadeloosstel ling voor de benadeelde inwoners. B e r 1 ij n, 2 8 Mei. (W. B). Het nieuwe aanbod van Korfanty om terug te trekken wordt in de Duitsehe pers van Opper-Silezië met het grootste wantrouwen opgevat. De verklaring- van Korfanty wordt direct terug- gébracht op de aankomst der Engelsche troepen, daar met de aankomst der Engel- schen ook het optreden der Franschen te gen de Polen noodzakelijk zou worden. Zoo vermoedt men, in verband met de houding, tot dusver door generaal Lerond aangeno men, dat deze betrokken is bij de capitulatie- verklaring- van Korfanty. B e r 1 ij n, 2 8 M e i. (N. T. A. Draadloos)- Volgens een bericht uit Parijs wordt de con ferentie te Boulogne opnieuw versohoven. Zij zou niet voor 15 Juni plaats hebben. B er 1 ij n, 2 8 Mei. (N. T. A. Draadloos). Duitsehe berichten uit Opper-Silezië maken gewag van een. verscherping van de Pool sche terreur, gedwongen recruteeringen in het wederrechtelijk bezette gebied, ruwe da den van geweld en toestanden, die hoe lan ger hoe meer een bolsjewistisch karakter gaan dragen. B er 1 ij n, 2 8 Mei. (W. B.). Een draad loos bericht uit Warschau meldt, dat de Poolsch-Silezische grens is gesloten. Hier door wordt verhinderd de verliezen der op standelingen aan te vullen en hen van nieu we oorlogsmateriaal te voorzien. Het gevolg hiervan is de ongelijkheid der strijdkrachten. Door deze omstandigheid is de door de op standelingen begonnen pacificatie niet mo gelijk. Het W. B. voegt hieraan toeZoodoende wordt dus van Poolsche officieuse zijde be vestigd, dat tot dusver troepen, oorlogsma teriaal enz. van uit Polen ten behoeve der opstandelingen in O. S. weid verzonden Beuthen, 27 Mei. (Orient). In de dis tricten, bezet cloor de opstandelingen, wordt het spoorwegverkeer weer normaal. Gisterenl kon-den 8 kol en trein en ongeveer 5500 ion/ naar Polen en Tsjeoho-Siowaldje zendonl De opstandelingen hébben zich in verbin ding gesteld met de groote kolenkoopers en# orgoniseeren een geregelde exploitatie von# deze brandstof voor d«en vreemde. Beuthen, 27 Mei. (Orient). Hoewel de Diuitschers zeggen, dat het niet waar is, profiteeren zij er van, dat de Westelijke grens van 't plebiscietgebied open is. Zij vervoeren geheele detachementen geregel de troepen, die uitstekend uitgerust zijn ent zich bij den Oder ooncentreeren. Bij del laatste gevecht^ heeft men op gevallen/ Duitschers papieren gevonden, waaruit on weerlegbaar bleek, dat de opstandelingen# hadden te doen met soldaten van de DuiN sche Reichswehr. B e r 1 ij n, 2 8 M e i. (W BVolgens do Korrespondenz is het niet meer aan iwijfej onderhevig, dat de president der A. E. G., dr. Walter Rnthenou, aan het hoofd zal ko men staan van 't ministerie voor wederop bouw, dat in den vervolge van zoo buiten gewoon groot gewicht zal zijn in verband met de aanvaarding van 't ultimatum. De bespre^ kingen met hem hebben vrijwel hun beslag gekregen. B e r 1 ij n, 2 8 Mei. (W. B.). De onafh'. Freiheit protesteert er tegen, dat men het proces te Leipzig een rechtsverkrachting noemt, vooral daar de geallieerde oorlogs misdadigers in het geheel niet worden be recht. B e r 1 ij n, 2 8 M e i. (N. T. A.). Het Ber- lijnsohe communistische orgaan de Rota Fahne verneemt uit Malle, dat de arbeiders der Leunawerke, die een rol speelden bij do Maartonlusten in Midden-Duitschland, zijn faan staken. Genoemd orgaan dringt er bij e Berlijnsche werkloozen op aan riet als stakingbrekers op te treden. Rome, 28 M e i. (B. T. A.). Jonnart heeft zijn geloofsbrieven den paus overhan digd op een plechtige audiëntie, die in dj troonzaal plaats had, waarheen hij werd ge leid door den secretaris van de congregatie oor de ceremonieën. Jonnart kuste de hand van den paus en hield tot hem een toespraak bij het overfiandigen van zijn geloofsbrie ven. De paus beantwoordde hem en noo- digde Jonnart uit zijn particuliere boekerij te gaan zien, waar hij zich met hem onder hield. Na de audiëntie begaf Jonnart zich n^cir Gaspari, met wien hij een gesprek voerde, waarna hij zich-naar den Sint Pieter began. Toen hij in zijn woning was teruggekeerd, bracht Gosparri hem een bezoek. P a r ij s, 28 M e i. (B. T. A.). Het interna tionaal congres ter bestudeering van het vraagstuk der veeziekten heeft zijn werk ge ëindigd en den grondslag vastgesteld voor een international^ overeenkomst omtTent maatregelen ter voorkoming van bepaalde veeziekten, met name de veepest en het mond- en klauwzeer. Met algemeene stem men is besloten te Parijs een internationaal bureau te stichten gelijk aan dat voor de epidemieën. Londen, 28 Mei. (R.). De besprekin gen van den eersten minister met de mijn werkers en -eigenaars zijn er vandaag klaarblijkelijk niet in geslaagd de zaak over het doode punt heen te brengen. Officieel deelt men mede, dat Lloyd George aan de vertegenwoordigers der beide partijen voor stellen overhandigde, die in groote trekken overeenkomen met wat men jeeds kendd. De voorgestelde tijdelijke regeling voorziet in een trapsgewijze verlaging der loonc\ met een subsidie van 10 millioen pond ster ling uit de schatkist om de tekorten te dek ken, terwijl de mijneigenaars van alle stan- daordwinst, die gedurende drie maanden gemaakt wordt in de districten, die regee- ringssteim genieten, afstand zullen doen. 't Wat niet deugt, blijft niet in stand. Naar het Engelsch van JEFFERY FARNOL. 61 „Maar wat wil je dan?" „Ik ben van plan je als een zakkenroller ftan de politie over te geven." „Dat beteékent het bagno voor me I" zei hij, het bloed van zijn gelaat wissohen-d, want onze worsteling, hoewel kort, was hevig ge noeg geweest. „En wat zou dat?" „Dat het voor de kleine een heele slag zal rijn" „De kleine?" riep ik uit. TrJa 1 of voor het kind, als je dat beter begrijpt het kind, dat ik eens in een- doek ergens gevonden heb, op een nacht, toen (het voor 't wiel van mijn wagen lag, vast in Blaap als een ouderling en het sneeuwde fiog wel „En toch ben je een dief?" 7,Wij noemen het „lappen." „En je moet overgeleverd worden aan de Autoriteiten." „En -wie zal dan zorgen voor het kind?" ?„Ben je getrouwd?" „Neen." >,Waar is het kind 7/Iu mijn woonwagen." „En waar is die en ki.i wees naar een helgeschil- Uterde kermiswagen, die vlak J>ii stond. „Hij slaapt nu, i. v wilt i u hem even zien „/Dat wil ik," zei ik. Daarop braoht de kerel me naar zijn woonwagenik volgde hem het trapje op en trad een soort kamertje binnen, waar alles, ondanks de kleine afmetingen, wonderlijk netjes en zindelijk was, gordijn tjes voor de open raampjes, een kleed op den grond en een koperen lamp aan de zol dering. Achterin was een bed, of liever een kooi als in een schip, met gordijnen van sits en op dit bed lag werkelijk een klein kerel tje, het ronde hoofdje rustend op een mollig vuistje. En toen ik mijn blikken liet gaan van het kind naar den knokigen man, die zich over hem heenboog, zag ik tot mijn verba zing een blik van teederheid op het harde gelaat, die daarop volstrekt niet scheen thuistehooren. „Lekker dik, vindt u niet?" zei de man, terwijl hij het ^perzikenkoontje van den jon gen met een vuilen vinger aanraakte. „Ja." „Dat moet ook T Maar u moest hem eens zien eten een polderwerker is niets bij-Le wis ik noem hem Lewis, omdat ik hem m Lewisham gevonden heb, op een kerstavond het sneeuwde, maar daar gaf hij niet om rreen sikkepit." .,En waarom heb je hem bij je gehouden er is toch een vondelingengesticht." Vondelingengesticht f" herhaalde de man bitter. „Ik beni zelf opgevoed in een vonde lingenhuis een mooie kerel hebben ze van mdj gemaakt f" ,En vond je het geen erge last?" ,Last I" nep de man. „Lewis heeft nooit last gegeven,geen haartje nooit en hij is wat een heerlijk gezelschap ais ik .van de eene plaats naar de ander» trek hij leert al een beetje praten f" Toen ik het trapje van den kermiswagen weer was afgedaald, zei ik „Laten we nu die beurs teruggeven aan den eigenaar, als we hém vinden kunnenen anders geef ik ze aan de bevoegde autoriteiten." „Ben je dolriep de man. „Je zult zelf bij de teruggave tegenwoor dig zijn," zei ik, zonder op zijn interruptie acht te slaan, „en daarna „En." zei hii, met een blik in d? richting van zijn woonwagen, en zich op de lippen bijtend, toen ik mijn greep om zijn arm nau wer maakte. „En wat zal er met mij gebeu ren r-r- GROOTE l5nHEGT|E bij „Jij kunt gaan, ter wille van Lewis als je me beloven wilt, voortaan eerlijk te leven." „Ik beloof het mijnheer ik zweer het op den bijbel, als u wilt." „Laten we dan nu den eigenaar van de beurs gaan zoeken." Beniige oogenblikken later bevonden wij ons weer onder het ge hoor van den kwakzalver, en werkelijk, op den disselboom der kar zat nog altijd de eer waardig uitziende oude heer, puffend em dampend uit zijn groote pijp. Toen de zak kenroller hem in 't oog laeeg. hield hii stil en green mi in arm. „Kom, heerschap, kom, en ga niet, je kunt 't toch nooit meenen om al dat goede geld weer weg te geven er zitten vijftig guine as en misschien nog wel meer in die beurs!" „Des te meer reden om ze terug te geven," zei ik. „Nee, doe het niet gooi dat goede geld toch niet zoo weg want dat is het. weg gooien f" Doch ik duwde de 'hand, die de man in zijn overredingsijver op mijn arm had gelegd weg, naderde den ouden heer en groette hem. „Mijnheer," zei ik, „uw beurs is gerold." Hij keerde zich om en zag mij aan met een paar diepliggende, maar buitengemeen schit terende oogen, en blies een nieuwe rook wolk langzaam de lucht in. „Mijnheer," antwoordde hij, „dot heb ik vijf minuten geleden ook ontdekt." „U schijnt er zich weinig van aan te trek ken," zei ik. „Mijnheer, hier oordeelt gij, door uw jeugd en omdat gij alleen op het uiterlijk let, ver keerd. In de klassieken vinden wij een bijna ongeloofelijke geschiedenis verhaald van een Spartaanschen knaap en een vos de knaap met het dier onder zijn jas verborgen, wist een onverstoord uiterlijk te bewaren, terwijl de vos hem steeds dieper in het vleesoh beet, tot hij neerviel en stierf. Zoo kan ook een man geen vijftig guineas uit zijn zak verlie zen terwijl hij er geheel koud onder blijft." „Dan is het mij een genoegen," zei ik, „u uw beurs terug te kunnen geven." Hij nam •haar van mij aan, opende ze, onderzocht den inhoud, zag naar mij op, nam er twee guine as uit. zag weer naar mij, deed het geld er weer in, knipte de beurs dicht en boog ten teeken van dank. Waarna hij een eindje op schoof om plaats voor mij te makeru- „Mijnheer," zei hij met een ironisch lach je, „kijk eens naar dat prachtstuk van een' schurk daar op den wagen kijk eens naar hem I Gallen was een ezel en Hippocrates v/as een stommeling- bij hem vergeleken I" „Er is niets zoo goed als pillen," hoorden wii op dit oogenblik den kwakzalver schreeu-> wen, „leg er een op de punt van uw tong zoo neem een slok water, bier of wijn, all naar het 't<beste uitkomt, slik, een, twee keer tot de pil naar binnen is en klaar is het! D'r is niets op de heele wereld zoo goed als pillen, en d'r is niets zoo goed als Elixer Antropos voor hoesten, kou en rheumatielc voor keélpijn, oogpijn, rugpijn voor groep, voor mazelen en waterpokken het is een geneesmiddel dat nooit mist voor wa terzucht, schurft en vallende ziekte er ia geen ziekte of kwaal, ontdekt of uitgevonden, waarvoor mijn pillen geen verzachting en genezing brengen ,en toch kosten ze maar een shilling een doos f Geef jij ze maar, Jo' nesWaarop de man in het clowncostuum naast hem van den wagen stapte en zoo vlug hij kon begon doozen met pillen uit te deelen en shillingen in ontvangst te nemen. „Een bloeiend en voordeelig bedrijf I" zij de eerbiedwaardige oude heer, „dat is heti altijd geweest en zal 'het altijd zijn, want de mer.schheid is een veelhoofdige dwaas, en wordt nu eenmaal graag bij den neus geno men. Naar alle waarschijnlijkheid betalen sl die brave menschen hun goed geld vooti broodpilletjes met wat zeep; maar tooh als ze naar huis zijn gegaan, en ze hebben ze dan vol goed vertrouwen geslikt, dan geloot ven ze zeker, d>at ze er vrij wat beter van zijo geworden." (Wordt vervolgdL

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1921 | | pagina 1