ST. EmiLION
Abdijsiroop
Fontein Schippers.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE EEMLANDER"
Ij 1A. SCHOTERMAN l Zn., Ufr.str. 17. Tel. 145
Eigengemaakte üiMMn.
Oa roman m een studente.
u
BINNENLAND.
3
ïilïEI KMABPAHÏOFFEIS
Meubileeringen- Kunsthandel- Behangerii en Stoffeernerij
Langestraat 24. Tel. Int. 496. - AMERSFOORT.
Heeff
Vw kind
kinkhoest
WILLEM
FEUILLETON.
Koste Jaargang
No. 139
Zaterdag
10 December 1921
ORIGINEELE
zeer aan ie bevelen
Bordeaux, gewas 1917
Per flesch f 1.7S, per asiker f 72
TWEEDE BLAD.
Vergeten lassn».
Gedurendie den oorlog"Wij mogen onzen
Bezer9 weHvaiast onze excuisos aanbiedetm, dat
IK'ij telleen® weer verwijzen naar de gebeur te-
(nissen in den oorlog en de in dien tijd ge
hoord meeningen. 'Het 'komt ons intusschen
ivoor, dat d afschuwelijke oorlog ons zóóveel
heeft geleerd, ons zóóveel lessen heeft ge
lgeven, dat de politicus en de oeconoom zich
hij voortduring hebben of te vragen of ten
aanzien van een of ander punt van staats
beleid vroegere meeningen kunnen worden
gehandhaafd of moeten worden herzien.
Gedurende den oorlog dan kwamen de
Duitschens en de vrienden der Centrale
tmachten ons telkens weer vertellen, dat
IDuitschland er, oeconomisch, zoo goed vóór
«tond. Terwijl immers de geallieerden allen
bij En-geland en bij de Vereen-igde Staten,
schulden maakten, 'betaalden de Duitschers
tde oorlogsuitgaven zelf. Duitschland's ver
mogen bleef dus (sic!) even groot; of, nog
opularrder, „het geld bleef in het land."
Iet is well eene simpele waarheid, die wij
■laar telkens tegenover hebben gesteld. Ge
Eergist u, zoo zeiden wij. Als gij Duitsch
§eld gebruikt voor productieve uitgaven; b.v.
■voor aanleg van spoorwegen of van kanalen,
^an 'blijft inderdaad het geld in het land."
Sfsar a'!)s gij Duitsch geld gebruikt voor 'het
weg schieten van projectielen, dan is elk
schot weggesmeten geld. hlen wilde het niet
ffelooveh.
Ook aan geallieerde zijde werd fout gere
deneerd. Wij zullen d'en oorlog stellig win*
men, zoo zei men daar, en dan zal Duitsch*
ïand en zullen Duitschland's vrienden alle
kosten van d-en oorlog betalen. „Le boche
fpayera". Ook die redeneering was onjuist
«en -vrij hebben, t. a. p. reeds lang geleden -be-
itoogd! in een artikel: Wie betaalt dat
de consumenten in heel de wereld, ook die
in de overwinnende landen en ook di-e in de
neutrale landen de oorlogskost-en gezomelijk
«ouden moeten dragen.
De groote fout van de tegenwoordige
wereldpolitiek ia, dat men deze eenvoudige
conclusie uit de verschijnselen van dezen
•tijd niet wenseht te. -aanvaarden. De gealli
eerden willen nog altijd, dat Duitadhland zal
betalen, Duitschland' poogt nog altijd zoo
weinig mogelijk te betalen.
Dat men daarbij v-an 'beide kanten fouten
maakt, blijkt telkens weer. Toen Duitschland
onlangs zóóveel milliard mark had betaald,
fcakte de koers van de mark van 5 cent op 1
cent. Wat beteek ent dat Laat ons eens zien.
{Duitschland had voor zijn papiere marken
fin die landen der geallieerden en der neu
tralen wissels gekocht tot een tota^i bedrag
van b. v. 3 millioen mark. D. w. z. die wissellis
«uit de geallieerde en neutrale landen werden
«Is betaalmiddel door Duitschland gebruikt,
ze gin-gen naar de geallieerden terug. De
bezitsvermeeridering van de geallieerden he
lst on'd uit 50 milliard papieren marken, de
toenmalige tegenwaarde van 3 milliard
goud-mark. Toen de koers van dé papieren
mark tot op een derde inzakte, wanen die
papieren marken nog slechts 1 millioen goud
mark waard; d. w. z. de geallieerden en neu
tralen -hadden samen twee derden van dit
deel der oorlogsschatting betaald!
Wat men hier direct zag, geschi-edt indirect
altijd. De gezamenlijke consumenten betalen
de oorlogskosten.
-Niet alleen deze les uit de gebeurtenisis-en-
•heeft men vergeten-; -men vergat óók wat
nog erger is dat de hooge inkomende
rechten, de benadeeli-ng van ejkaars handel,
mede oorzaak zijn -geweest van den oorlog.
De Nederl. Anti-Oorlog-Raad schreef niet
zonder reden „algemeen-e vrijhandel" op
zijn lijst van verlangens!
In Nederland- was de meerderheid van het
volk altijd tegen hooge invoerrechten ge
kant. Zuivere protectionisten zijn er in ons
land niet en de Rech'tsche partij-en hebben
aan ook altijd' beweerd, dat ze vóór vrijihaiv
del zouden- zijn, als ook de andere regeerin
gen de invoer-re-chten willen intrekken of tof
•een gering percentage terugbrengen.
Thans echter, nu de valuta-verhoudingen
er toe medewerken (zij zijn absoluut niet de
eenige oorzaak en op verre na niet de be-
langmj-kste!) om onze industrie te verlammen,
nu schreeuwt men uit vele hoeken weer
eens om bescherming. Merkwaardig! Al die
-industrieelen, die zich kanten tegen regee-
ringsbemoeiïng, als deze zich richt op ver
betering van d-en arbeider, d'i-e roepen, om
vrijheid van 'bedrijf en van den Staat niets
moeten 'hebben, zij huilen schier om steun
van dan Staat (in den vorm v-a-n protectie)
zoodra het 'hun niet naar den vl'eesche gaat.
Zal de Regeering naar dit gelamenteer
luisteren? Het zou o. i. misdadig zijn. De
toch nog veel te 'hooge prijzen zouden nóg
meer opl-oopen, om nu ma-ar niet van alle
end-ere schaduwzijden van het protectionis
me te spreken. Maar bovendien: op welken
koers van de mark zou men- bij de vaststel
ling van d-e grootte van het invoerrecht moe
ten rekenen? Een h-eele tijd was de mark
ongeveer 3 cent waard. Moet d;eze waande die
'basis zijn? Het zou niet -meer helpen, sinds
de' mark ongeveer een cent waard is. Eén-
cent dan? Wel onlangs steeg in- één d:ag de
waarde van de mark van één op anderhalven
oe-nt: er is dus geen basis te vinden.
Geen invoerrecht zou trouwens baten,
hoog of laag. De DuitsCh-e industrieel en
regelen 'hunne prijzen zooveel mogelijk na-ar
den koers van d-e m-ark. Na die inzinking
van 3 op 1 cent zetten zij 200 procent op
d-e prijzen.
De industrie en de handel zijn ondanks
alles wat gebeurd is nog altijd internatio
naal; het peil van d-e volkswelvaart voor-
zoover het naburige landen betreft even
eens. Duitschland's verarming -moet onher
roepelijk leiden tot verarming óók va-n Ne
derland. Dit proces, het zich langzaam in
stellen van het wel vaart-evenwicht is begon*,
n-eni. Het zal te eer beëindigd ziin, naarmate
men aan d-e grenzen minder obstakels op
stelt. Invoerrechten kunnen het tempo van
de instelling van het evenwicht een poosje
langzamer doen gaan, ze kunnen niet be
letten-, dat dit evenwicht er eens komt.
Dit evenwicht is noodzakelijk. Zoolang d-e
'Duitsche arbeid er minder voor zijn levens
onderhoud noodig heeft dan de Nederland**
sche of de Engelsche arbeider zal de wereld-
in -Duitschland' koopen en niet bij den En-
gefschman of bij ons. Het is dus ook ons
•belang, dat het evenwicht komt, hoe eerder
hoe beter.
Laat ons dus duurder ziin 1 Nu reeds h-eieift
Duitschland zóóveel bestellingen, dat ze niet
-kunnen worden uitgevoerd1; de stijgende prij
zen bewijzen het. Reeds nu kan men dus in
Duitschland slechts die dingen bestellen, die
men niet direct noodig heeft. Wij zullen dus
al gauw bes-tellingen krijgen, di-e men bij
onze Oostelijke buren niet kan plaatsen. Ook
I in dit opzicht is er een streven naar even
wicht.
Geen kunstmiddelen dus! En vooral geen-
hooge invoerrechten-. De oorlog heeft ge
leerd, hoe verderfelijk ze zijn. Mog.en deze
lessen van den oorlog toch niet worden ver
geten.
Uit de Pers.
STEMPLICHT.
Aan de Zutphensche Courant lijkt hot deze
week door de Tweede Kamer genomen besluit om
den stemplicht uit de Grondwet te schrappen
allesbehalve verstandig.
Men weet dat de grondwetgever in T017
aan eiken kiezer den wcttelijken plicht had
opgelegd om te gaan stemmen. „De uitoefe
ning van het kiesrecht is verplicht volgens
regelen door de wet te stellen" zoo luidde de
bepaling. Eerst wilde de Regeering dit voor
schrift handhaven. Blijkbaar onder den in
druk der „Had~jc-me-maar"-bev.'egihg in
Amsterdam, welke zich aandiende als een
bende protesteerenden tegen den „stem-
dwang", doch welke feitelijk voortkwam uit
den lust in „een lolletje" is de Regeering
daarop teruggekomen. Zij wilde den stem
plicht niet imperatief doen handhaven maar
facultatief stellen. Vandaar haar nader voor
stel: „de wet kan de uitoefening van het
kiesrecht verplicht stellen". Zelfs dit ging
den a.-rev. heer Beumer nog te ver. Hij wilde
de heele stemplichlbepaling schrappen. En
daarmee hebben 50 Kamerleden zich ver-
eenigd terwijl er 30 tegen bleven, n.l. de
chr.-hist., de meeste r.-kath. cn nog een paar.
Deze beslissing vinden wij onverstandig.
En daarom betreuren wij haar.
Want juist den stemplicht hebben wij
steeds beschouwd als een der grootste ver
beteringen in de techniek van de hecle kie-
zerij. De stemplicht maakte een eind aan het
berucht geworden „stembusjegen", door den
heer Schaper betiteld als „een min of meer
corrupt stelsel," het ophalen der luie en ver
geetachtige kiezers per rijtuig en auto, het
huisbezoek op den dag der verkiezing zelf
met den aankleve van hartstochtelijke poli
tieke gesprekken, waarbij de dreigementen
ni^t altijd uitbleven.
Bovendien is de stemplicht het onmisbare
complement van evenredige vertegenwoor-
diging; hij kon ook voortreffelijk meehelpen
om de gebreken van het algemeen kiesrecht
tegen te gaan. Want eerst wanneer ieder
kiezer stemt, krijgt men een zuivere afbeel
ding van de denkwijze van alle kiezers, al
thans op den dag der stemming, en als ieder
een stemmen moet, komen ook zij op die
nu in arren moede verkondigen, dat hun
stem t<ScH niets helpt.
Er zijn trouwens nog krachtiger argumen-
A. VA^S DE WEG.
Langestraat 23.
ten voor den stemplicht. Het kiesrecht is
een publiekrechtelijke plicht, welke de Staot
aan den kiezer heeft opgelegd, omdat dc
Staat nu eenmaal meent, dat elk man en
vrouw, die den kiczcrsleeftijd heeft bereikt,
zijn invloed moet laten gelden op de sa
menstelling van de vertegenwoordiging des
volks in Kamer, Staten cn Rand. Zulk een
publiekrechtclijko functie knn men niet
eigenmachtig laten schieten. Men n oet die
vervullen. Een publiekrechtelijke plicht sluit
uit elke bevoegdheid om daarvan naar goed
dunken nl dan*niet gebruik te maken. Van
daar de oude uitdrukking „kiesrecht is kies
plicht Dat hod de grondwetgever vier jaar
geleden vastgelegd, cn nu reeds schrikt
hij terug vcor cc consequentie van zijn eigen
stolling.
De Zutphensche Courant geeft dade
lijk toe dat de practijk in dezen korten tijd nl
heeft bewezen dat tienduizenden kiezers zich van
den stemplicht geen sikkepitje aantrokken en dat
er in de practijk ook niets van de bestraffing
dpr nolatigen terecht komt.
Maar het blad weet een ander middel tot be-
stiaffing en dut is:
Ontkiczcr elk die zijn stemplicht verzuimt.
Ieder die zonder geldige reden van de
slembus wegblijft, moet naar onze opvat
ting voor vijf jaar van het kiesrecht worden
uitgesloten; hij krijgt dat alleen terug na 5'
jnnr wanneer hij er zelf om vraagt. Op die
manier zuivert men het kiezerscorps van
elementen, die daarin niet thuis behooren.
Wont zulke menschcn zijn niet waardig
dat de wet hun het recht geeft mee te wer
ken tot de samenstelling van vertegenwoor
digende colleges.
Alleen op die manier is dc wetgever in
staat, zijn wil te.doen eerbiedigen. En alleen
voor zuil: een straf zouden zij, die uit lui
heid nu en dan thuisblijven, maar die niette
min de gelegenheid willen behouden om hun
invloed te doen gelden als zij daarin eenig
belang zien, terugschrikken om hun plicht
te verzuimen.
Definitief geschrapt is de kiesplicht nog
niet. Want bij de additioneelc artikelen komt
men er op terug. En te oordeelen naar dc
motiveering van ecnigc voorstemmers van
dr. Beumer's amendement, die schenen te
spreken namens hun fractie, bestaat er nog
alle kans, dat daarbij dc stemplicht behru-
den zal blijven. Velen toch schijnen te mee-
nen, dat het verstandiger is dit voorschrift
geheel over te laten aan den gewonen wet
gever, moor geen principieele bezwaren te
zi^n tegen het instituut zelf.
Daarop bouwen wij onze hoop. En wan
neer de Kamer dan zoekende is naar een
middel oni den slemplicht tot werkelijkheid
te maken, dan verwijzen wij naar den reeds
herhaaldelijk door ons gegeven rood: ont-
kiezer elk die zonder geldige reden niet op
komt.
&1agaz. „De Dom"
Varkensmarkt
Amersfoort
Speciale afdeeliiig
Een paar lepels Abdij
siroop kunnen Uw lieve
ling onmiddellijk lucht
geven en de slijm doen
loskomen .De
bevat geen verdooven
de bes(arcddee!er;,is on
schadelijk, verzachtend
en genezend
I
(liaison VAN EIMEREN. 1
Coiljciir Poslicheur i Coilleuse J
Bsrlchtefï.
DE HUISVESTING VAN DE TWEEDE KAMER
EN VAN DEN RAAD VAN STATE.
Het wetsontwerp tot verhooging van het
IXe hoofdstuk der Staatsbegrooting- voor 1921
ontmoette in de afdeeiingen der Eerste Kamer
bij het ofdeelingsonderzoek vrij algemeen ern
stige bedenkingen.
Dat de Tweede Kamer onvoldoende is ge
huisvest en dus voorziening te dezen opzich
te noodig is, werd algemeen erkend, maar
dit sluit, naar men meende, geenszins in, dat
daarom deze oplossing moest worden aan
vaard.
Verschillend" leden deden uitkomen, dat de
minister door het verloop der zaak volkomen
gerechtigd was om oan te nemen, dat de thans
voorgedragen oplossing mot volle instemming
door de Volksvertegenwoordiging zou worden
begToet, maar dit nam niet v/eg dat ook zij zich
met de voorgestelde oplossing niet konden ver
eenigen.
Door de tegenstanders van dit wetsontwerp
werd in de eerste plaats op gewezen, cat een
huisvesting van den Raad van State als hier
gedacht, veel te duur uitkomt en stellig achter-
vege moet blijven in deze tijden van finonci-
eëlcn nood.
De koopprijs groot 450,0C0 van het
perceel Kneuterdijk nr. 6, dat als definitieve
huisvesting van den Raad van Stüte zou moeten
dienen, werd veel te hoog geacht.
Van andere zijde werd aanneming van het
ontwerp sterk ontraden, omdat de verbetering,
die langs dezen weg ten koste van een groot
g WIJERSSTRAVr I I. - Tel. 205
Hoogst Modorno Salons voor
DAWESenHETKKN - Manicnro 9
Magfizjjn van Parhimuricön on
Toilof-Arf ikalon.
BADINRICHTING :-!
financieel offer zou worden verkregen, niet be*
vredigend ken worden geacht. In de eerst#
plaats toch zou de Tweede Kamer slechts ge
deeltelijk en niet afdoende worden geholpen
door de voorgestelde verhuizing van den Raad
van State. Voorts kon die verhuizing voor den
Raad van State ook geenszins onverdeeld wor«
den toegejuicht; immers de huisvesting van dit
college in het pahd oan den Kneuterdijk zal ook
na de voorgenomen verbouwing nog te went
schen overlaten.
Er v/aren enkele leden die het zouden bo*
treuren, wanneer inderdaad van den voorgc*
stelden aankoop werd afgezien.
Naar hun oordeel verdient onnkoop van dit
historisch gebouw, op welks behoud ook uit
aesthetisch oogpunt prijs moet worden gesteld,
oonbeveling.
Hiertegen werd in het midden gebracht dat
juist wanneer priis wordt gesteld op het het
houd van dit gebouw om zijn kunstwaarde,
zeker niet aan verbouwing daarvan voor den
Raad van State mag worden gedacht.
De oogesomde bezwaren tegen het wetsont
werp ziin voor de groote meerderheid der leden
van dien oord, dat zij een afwijzende houding}
tegenover het wetsontwerp ir.cenen te moeten
aannemen en naar hun oordeel kunnen zij dati
te gereeder, omdat als motief voor de verhui-
Menige linkerhand zou zich schamen, als zij
•wist wat de rechter deed.
3IULIEB AMERSFOORT
Groats keuze
ZIE ETALAGE ALS STEEOS le KLIS SDEDEREN
door
RUDOLPH STRATZ
uit het Duitsch door
Mevrouw A. E. NUIJS—POSTHUMUS.
63
Daar was de verzoeking weer! Hij be-
jnerkte het; zij kwam terugl Zoo gemakke
lijk liet zij zich niet afwijzen! Zij was nu nog
iwak en klejn, doch zij zou groeien en toe
nemen...
~ijn gelaat betrok. De schrik voor den
nieuwen aanval gaf hem de kracht tot het
besluit; Vertrap de vonk zoolang zij nog
gloeit. Wees hard tegen u zelf en tegen
"aar. Gij moogt niet anders handelen'
ui?,'1 .ueer?-e te,rLlg naar zijn zoon- Otto
Shmlachte vergenoegd en knikte
met het hoofd, ten teeken, dat hii zich
bijzonder goed gevoelde. Hij ging aan zijn
bed zitten.
„Nu je bent buiten gevaar, mijn jon
gen!" zeide hij snel. „En over acht dagen
'oen je weer op de been. Mij dunkt, het is het
beste, dat je dan een paar weken bij ons
komt, om wat op te knappen!'
De patiënt knikte toestemmend en dacht
bij zichzelf:
„Een vervelende tijdl Maar die gaat ook
wel voorbij!"
„En dan reis ik vooruit en zorg dat al
les in orde is tegen dat jullie komt. Want
je moedêT blijft natuurlijk bij je. Maar ik...
ik kan nu ook niet veel voor je doen en
weet, dat je goed verzorgd wordt. Daarom
zou ik, zooals ik zeide, je liefst thuis willen
opwachten!"
„Zeker papa!"
Otto Helltnuth was geheel verbaasd. Hij
begreep niet, hoe zijn vader hem, tegen zijn
gewoonte, verlof vroeg om op reis te gaan.
„Daarover heeft u toch alleen te zeggen",
sprak hij.
„Neen! Nu je gewond bent..."
De jongeman maakte met de rechterhand
een minachtend gebaar. De geheele zaak
leek hem thans een kostelijke grap.
„Kom! Daarom behoeft u niet hier te blij
ven, papa!"
De professor knikte, stond op en ging aan
de tafel zitten. Daar schreef hij iets op een
visitekaartje. Zijn zoon keek nieuwsgierig
naar hetgeen hij deed.
„Schrijft u daar nog een recept voor mij,
papa? Ik heb er al twee!"
„Neen. Een paar woorden tot afscheid!"
antwoordde zijn vader bedaard zonder om
te kijken. „Ik stuur ze meteen weg en ver
trek vanavond."
Hij ging in het hoofdgebouw een envelop
pe halen en schreef er het adres op: „Me
juffrouw Erna Bauernfeind". Toen gaf hij
den brief aan een jongen, om hem dadelijk
te bezorgen en keerde naar het bed van zijn
zoon terug.
Erna was intusschen weer thuis gekomen
en zat afgemat en ontmoedigd bij Meta
Wiggers in de kamen,
„je hebt volkomen gelijk, ongeluksraaf!"
zeide zij treurig, met een overblijfsel van
trots in haar stem. „Er komt niets van mij
terecht! Wij vrouwen kunnen onszelf niet
Ontvangen
Groote collectie
Siniter vilten pspschoessa
In slis prijzen ea kwaliteit.
Aanbevelend,
J. GROOTENPOR3T
helpen en elkander ook niet als ik al
leen maar denk aan die krankzinnige Dina
Spielvogel en doctor Bonifer! En de man
nen willen ons niet helpen! Zij houden zich
maar zoo en lachen ons in stilte uit, alsof
men een kind iets belooft, dat het morgen
reeds lang vergeten is!"
De koele blondine luisterde maar half. Zij
was bezig met in groote haast een aantal
briefjes klaar te maken.
„De mannen willen ons niet helpen!" her
haalde Erna somber. „Zij vernederen ons,
als wij hun woorden in ernst opvatten. Dat
doen zelfs de besten! Zie je, nu was ik er
zoo trotsch op, dat professor Arras mii zijn
steun beloofd had! Als twee kameraden heb
ben wij elkander dc hand gedrukt! En nu ik
daarop vertrouw, jawel... nu is hij niet
thuis! Of liever, niet te spreken. En daarbij
heb ik hem door het raam duidelijk gezien.
Dat is niet onbeleefd daar zou ik mij wel
overheen zettenneen, dat is veel meer!"
Zij kiemde ae tanden op elkander, om niet
te gaan schreien. Verstrooid keek Meta op
van haar schrijfwerk.
,.Je wilt immers niet al? een dame be
schouwd worden, maar als een student?"
„Nu ja..."
„Nu... wat steekt er dan in, dat een pro
fessor op een gegeven oogenblik eens geen
tijd heeft voor een jong student?"
„Dan kan hij toch tenminste vriendelijk
tegen mij zijn!" zeide Erna, terwijl zij on
rustig opstond „en mij niet zóó van dc deur
sturen! Och... het is zoo moeilijk in woor
den uit te drukken... maar het gaf mij een
steek door het hart. Op een anderen tijd zou
het mij niet zoo hinderen, maar juist van
daag, nu ik voor het eerst van mijn leven
een vriend noodig heb...
„Zeide hij niet, dat hij je bericht zou stu
ren?"
„O jawel!" erkende Erna aarzelend.
„Nudan krijg je een paar regels: Kom
dan en dan! Of ik kom dan en dan bij u! En
dan is alles in orde!"
Haar jonge vriendin was een weinig ge
rustgesteld.
„Ja, dat is waar! Ik ben vandaag te op
gewonden. Je moet mar een beetje geduld
mét mij hebben en vriendelijk tegen mij
zijn! Ik ben zoo geheel buiten mijzelfI Hetl
gebeurt ook niet alle dagen, dat men zijn
geheele vermogen verliest. Ik weet nog met,
hoe het gaan moet!"
Doch in haar binnenste ontwaakte weer,
de strijdlust en zij begon te hopen op den'
brief van haar vriend. Die zou zeker raad
en reduing brengen.
„Wat voer je daar eigenlijk uit, Meta?"
vroeg zij, terwijl zij naar de tafel ging.
Nu bemerkte zij ook langzamerhand, dal
haar vriendin bijzonder opjtewonden was.
Haar handen beerden, terwijl zij de brief
jes, liet een na het andere, in een enveloppi
deed en er een adres op schrc-ef.
„Wil je een partij geven?"
Meia Wiggers gaf haar een.wenk, dat zif
haar niet moest storen.
„ik zeg voor vandaag de lessen af."
„je menagerie? Maar die komt zoo aan-»
stonds bij eikander!"
„Het is nog vroeg genoeg, als ik het
meisje dadelijk wegstuur! Zij wonen allen-
vlak in de buurt. Hier om den hoek in het
vrecmdelingcnpension onen er zelfs vier bij
elkander."
„En wat ben je dan van plan? Wat is er,
aan de hand?"
Meta trok iiaar manteltje aan en stak de
correspondentie in haar zakje
„Daar ligt zijn biecht!" sprak zij op min
achtenden toon, om haar opgewondenheid te
beheerschen. „Je hebt hem immers straks bi;
haar aangetroffen
„Hem bij har?" herhaalde Erna.
„O jawel! Uit de taal der verliefden in aU
ledaagsche bewoordingen overgebracht: Bo.
nifer, de strijder voor de rectiten der vrouvf
bij Dina Spielvogel!"
(Wordt vervolgd)»